Met veï&aal rnn den dag 1 PER VLIEGMACHINE DE WERELD ROND N Gelouterd De avonturier Hanussen ontmaskerd EEN BOEK OVER DEN „HELDERZIENDE' DROOG OF NAT? ZwVOOR VIER FLINKE GROOTE STUKKEN VRIJDAG 10 AUGUSTUS 1934 Plotseling verdween hij uit het leven en de publieke belang stelling, toen hij onthul lingen dreigde te doen Een leven van liegen en bedriegen Begrafenisstoet dringt een speelhol kinnen Door een hond tegen slangen beschermd De overwinnaar van den wereldkampioen Vergane glorie Schaak HET GOUD VAN DE LUTINE C TS. OP ELK PAK EEN BON VOOR FRAAIE GESCHENKEN Pygmeeën in den Oranje Vrijstaat? Lawaai-bestrijding in Oporto AANGIFTE MOET, OP STRAFFE VAN VERLIES VAN ALLE RECHTEN, GESCHIEDEN UITERLIJK DRIE MAAL VIER EN TWINTIG UUR NA HET ONGEVAL "NAAR HET SPAANSCH 7 99 De telepaath en helderziende Hanussen Is, cf liever wès geen onbekende in ons land, doch grootere aandacht dan zijn colle ga's heeft hij hier toch niet getrokken. In Duitschland echter heeft de ster van de- een „helderziende" zóó hoog aan den hemel ge staan, dat hijzelf geruimen tijd in den waan heeft geleefd eenmaal minister in het Derde Rijk te zullen worden. Het is nog maar een jaar geleden dat "deze profeet van het Derde Rijk vermoord werd op een eenzamen weg. Daarmede liep een snelle, hoewei minderwaardige carrière ten einde, een carrière die echter niet onmiddellijk vergeten werd dcor.... de vijanden van den vermoorde, hoe groot de haast ook was, waarmede zijn vrienden afscheid namen van zijn herinnering. Immers is de naam van Hanussen wei volop in de belangstelling getreden door een boek, dat ovei zijn leven is verschenen. Dit boek, getiteld „Hanussen, ein Bericht" verscheen in Straatsburg en werd geschreven door Bruno Frei met een voorwoord van Egon Erwin Kisch. Beide auteurs waren vijanden van Hanussen en voornamelijk Frei, de schrijver van het boek, komt er voor uit, dat hij een vijand van den herderziende was. Wie dit boek leest, kan moeilijk nog een greintje respect over houden voor den man, die zijn leven lang heeft gelogen en bedrogen, die zijn ras en afkomst verloocnende en dit al les deed uit een verachtelijke geldzucht. Toen Hanussen, die eigenlijk Steinschneider heette, op het toppunt van zijn roem stond, noemde hij zich gaarne baron Steinschneider von Hanussen, afstammeling van een oud, Deensch adellijk geslacht, hoewel hij feiteiijk de zoon was van een klein tooneelspeiertje uit Weenen. Van jongs af aan cultiveerde de jeugdige Her mann in zich de neiging naar dik doen. geld verdienen en op grooten voet 'even. Op een an dere wijze dan door bedrog zag hij geen kans aan deze neigingen gevolg te geven Een van zijn eeiste groote oplichterijen bestond hierin, dat hij vanuit Turkije naar Oostenrijk terug keerde en zich uitgevend voor den zanger Tit- ta Ru "o, gratis passage kreeg aan boord van een schip op voorwaarde, dat hij onderweg een concert zou geven. Toen het er op aan kwam zijn talenten te toonen, was Ruffo zoo heesch, dat hij niet zingen kon. Zijn zwendelarijen gelukten steeds, dank zij de bijzonder scherpe intelligentie, waarmede hij ze toepastte. Ook zijn helderziendheid was op deze zwendels rij gebaseerd, doch alweer, op een intelligente zwendelarij. Als variété-artist had hij nog nauwelijks een naam verworven, toen hij op de gedachte kwam, een gedachte, die zijn intuïtie hem ingaf naar Weenen terug te keeren, dat in die jaren, vlak na den oor log, aan den rand van een afgrond leefde en snakte naar sensatie en geheimzinnigheden. Het succes van Hanussen was enorm. Nog leef den enkele herinneringen voort aan "ijn „voor spellingen" tijdens den oorlog. Hij was toen korporaal en maakte furore door bepaalde ge beurtenissen te voorspellen, die wonderlijk ge noeg -reeds na een paar dagen werden beves tigd. De truc was doodeenvoudig Een handlan ger van Hanussen was te werk gesteld bij de veldpost, noteerde nu en dan belangrijke ge beurtenissen in de families van soldaten en of ficieren (welke gebeurtenissen hy uit de post kon lezen) gaf deze door naar Hanussen, die aan 't profeteeren sloeg 3n hield de betreffende correspondentie een paar dagen achter. Als 'n donderslag kwam dan de schriftelijke bevesti ging achterna tot groote verbazing van Ha- nussen's kameraden. Deze nommée van Ha nussen leefde nog, toen hij in Weenen optrad en zijn naam begon een geweldigen klank te krijgen. Dit bleek o.ir. uit het langdurig pro ces tegen den helderziende, waarin voJgens Frei de beklaagde absoluut schuldig was, doch waar in hij door de rechtbank werd vrijgesproken, omdat zijn handlanger hem trouw bieef Door diens medewerking kon Hanussen tijdens het proces verscheidene „wonderen" verrichten met het gevolg, dat de rechtbank hem inder daad als een waren helderziende beschouwde en hem vrijsprak. Sindsdien had zijn naam bij een groote massa een nog meer vertrouwenwek- kenden klank dan hij al had. Frei echter weet zoowel de verdediging als het requisitoir zeer scherpzinnig te ontleden en komt tot conclu sies, die volstrekt tegengesteld zijn aan de conclusie van de rechtbank. Intusschen: toen Hanussen „gerehabiliteerd" was kon hij, gewapenc. met nieuwen roem, naar grootere daden omzien. En dit deed hij. Zijn intuïtie hielp hem voor de zooveeiste maal. Hitler's ster was in opkomst tegelijk met die van Göbbels. Hij waagde zich aan de voorspel ling, dat Hitier tot de hoogste macht in Duitschland zou komen en zijn voorspelling kwam uit. Volle zalen juichten hem toe en de rijke families ontvingen hem als een vriend, nog steeds geloovend in zijn Deenschen adel. In een van deze huizen n.l. bij een tooneelspeel- ster maakte hij kennis met graaf Heiido.-f een der voormannen van de S. A. die juist in dien tijd met Göbbels in contact was gekomen. Heil- dorf echter wist niet, of hij Göbbeis vertrou wen kon en vroeg om raad bij Hanussen. die hem de verzekering gaf, dat Göbbels betrouw baar was. Nu was het voor den „wonderdoener" niet moeilijk meer Hitier te naderen, temeer niet, omdat Hitier, volgens Frei, zeer ontvan kelijk was voor occultistische verschijnselen. In talrijke gevallen zou Hitier zijn raadsman Ha nussen hebben geconsulteerd. De roem van den helderziende steeg met den dag en hij stichtte een blad „Die Hanussen Zeitung", waarin hij allerlei voorspellingen deed, voornamelijk be treffende .Hitier, een methode, die Frei met ge heel ten onrechte ziet als een reclamecampagne ten gunste van den Führer en van Hanussen zelf. Maar toen kwam de val. Een socialistisch blad begon onthullingen te doen, rafelde Hanus- sen's verleden uit elkaar en toonde aan, dat hij geen edelman en geen Deen was en neg minder een Ariër. Hitler was toen reeds Rijkskanselier doch zag zich gecompromitteerd met zijn Jood- schen raadsman, Helldorf en Göbbeis nadden hem reeds eenigen tijd met achterdocht beje gend. Het begon er nu voor den held treurig uit te zien. Zijn groote beschermers lieten hem los en op een avond vond men het lijs van den beroemden avonturier, op een landweg ver moord. Men zal zich herinneren, hoe het ge rucht geloopen heeft, dat Hanussen op last van Göring om het leven zou gebracht zijn, een veronderstelling, die Frei hartstochtelijk bij valt. En zoo werd de Jood, die geruimen tijd een grooten invloed had in de leiding van de S. A., die zelfs droomde van een ministerschap onder Hitler's kanselierschap, plotseling weggevaagd werd uit het leven en de publieke belangstelling, zonder nog tijd te hebben geheimen te vertellen. Dat hij het zoover wist te brengen, pleit meer voor zijn intelligentie dan voor zijn inborst, want als we Frei's boek mogen gelooven zou Hanussen, alias Hermann Steinschneider een perfecte oplichter en een zeer slecht mensch zijn geweest Of Frei dit heeft aangetoond, uit sluitend om ware geschiedenis te plegen, dan wel uit vijandschap tegenover de machthebbers in Duitschland, is een vraag, die met ineens te beantwoorden is. Deze vraag en het antwoord daarop is inmiddels bijzaak, zoolang het boek van Frei aannemelijk blijft en den avonturier Hanussen reduceert tot zijn werkelijke waar de.... De Amerikaansche politie is er onlangs in geslaagd een casino te Long Beach te overrom pelen, waar de bezoekers met behulp van zeer geraffineerd in elkaar gezette roulette-toestel len werden geplunderd. Het geval op zichzelf is niet eenig in zijn soort, maar merkwaardig is de manier, waarop de politie zijn slag sloeg. In tegenstelling met de gewone wijze, waarbij de auto's der politie met veel lawaai naderen zoo dat iedereen verscheidene minuten vóór de eigenlijke komst der heeren gewaarschuwd is, sloop men dezen keer naderbij in den vorm van een begrafenisstoet. Deze werd geopend door een met guirlandes en rouwkransen behangen wagen, die het stof felijk overschot heette te bevatten. De chauf feurs der voertuigen wisten niet wat het doel van den tocht was. Zij waren in dienst van een bekende begrafenisonderneming en volgden al leen de instructies der „overlevenden". Toen de stoet het casino naderde, werd plot seling bevel tot stoppen gegeven en de treuren de begrafenisgasten stormden in rouwdracht en met revolvers gewapend de verdachte lokaliteit binnen. Iedereen aldaar was zoo verbluft, dat er meer dan vijftig arrestaties gedaan konden worden, terwijl de kas en alle apparaten in be slag werden genomen. Te Kambe in Burma werd een Engelsch- man door vier groote pythons in zijn woning aangevallen. Tevergeefs trachtte hij zich van de hem omstrengelende slangen te bevrijden, toen zijn hond binnenkwam, die de slang aan viel, welke zich om de armen van den En- gelschman had gewonden. Toen de man zijn armen eenmaal vrij had, slaagde hij erin de drie andere slangen te dooden. Naar aanleiding van de match BaerCamera hebben Amerikaansche bioscopen een film, die een jaar geleden vervaardigd werd en waarin de twee vermaarde boksers meespelen, weer op het programma genomen. Voor den ingang van een bioscoopje in Mor gan (Colorado) kan men een reclamebiljet be wonderen, dat zeer de aandacht trekt, want er wordt niets meer of minder in beweerd, dan dat de eigenaar van het theater wereldkampioen Baer herhaaldelijk ongestraft een pak slaag heeft ge geven. Zelfs zal volgens het plakkaat degene, die de onwaarheid der bewering aantoont, een geldelijke belooning krijgen. Dit zal intusschen niemand gemakkelijk val len, want de bezitter der cinema is een zekere Eduard Buck, die vroeger onderwijzer was. Max Baer was een van zijn leerlingen en daar de jongen niet tot de braafste klasgenooten be hoorde, zag de onderwijzer zich meer dan eens genoodzaakt tot lichamelijke strafoefening. i'iiiiiiiiiiiii iiiiimiinii: 7s het nu een droge zomer Of heet deze zomer nat? Want wij hebben toch tot dusver 't Een en 't ander reeds gehad! Weken heeft de zon staan schroeien, Dagen zonneschijn alléén. En daarbij nog was de droogte Ook opvallend algemeen- Maar ook heeft het zwaar geregend Niet geregend, maar geplast! Dorpen, steden, heele streken Werden waterrijk verrast. Of de zon als gloeiend lava, Of de regen bij het vat Spreekt men dan van drogen zomer Of heet deze zomer nat? I En nu komt de „regenmaker", In zijn welbekenden strijd Tegen wolken, mist en regen, Ook al weer op het tapijt! Wil hij natheid? Wil hij droogte? Of bereikt hij alle twee? Overal toch waar hij optreedt Spuit de brandweer gretig mee! Nu de kwestie nat en droogte Beide evenzeer omvat: Spreekt men nu van drogen zomer Of heet deze zomer nat? f MARTIN BERDEN I (Nadruk verboden)f niiiiMiNiMiiiMiiiMiiiiiiiiiiiiiimiimmiimumimimiiiiiiimmmiiuiii De in Boedapest zeer bekende ridder von Frey stadtler is dezer dagen failliet verklaard. Hij was vroeger zeer bemiddeld en bezat bij voorbeeld veertien elegante rijtuigen, waaronder een, dat in zijn tijd tienduizend kronen heeft gekost. Dit voertuig liét hij volgens Fransch ontwerp in Hongarije bouwen. Eens werd rid der von Freystadtler door den sultan van Tur kije tot Pasja verheven. Dit gebeurde, toen hij dertig jaar was en dikwijls aan het hof van den Turkschen monarch verkeerde. Toen hij zich eens in Egypte bevond, infor- meerde Prins Hilby naar zijn paarden en rij tuigen, waarmee hij in Boedapest had kennis gemaakt. Freystadtler vroeg den Prins, welk span hem het beste had bevallen. Deze ant woordde, dat hij het Louis XIV-rijtuig met de vier zwarte paarden het mooist vond, waarop Freystadtler den Egyptischen prins het span cadeau deed. Bij de deur bleef ze even aarzelend staan ze voelde zich nerveus. Ja natuurlijk, de zenuwen voor de verkiezingen. Ze liep langzaam naar den spiegel en keek zich zelf aan. Ze merkte op, dat de eerste grijze haren gevolgd waren door ander. Dat haar oogen iets angstigs hadden. Dat was toch te mal om een plaat in een spotblaadje. Er moest nog iets anders zijn. Iets wat ze zelf niet wist. Of durfde ze het nog niet formuleeren. Ze zag weer de afschuwelijke plaat van de door paarden ge trokken staatskaros. De koppen der paarden hadden de trekken van politici en bij de zielige aftandsche paarden had ze haar man herkend. Maar de grofheid van een platten geest mocht haar toch niet van streek maken. Ze nam een dik plakboek met caricaturen en bladerde erin. Als ze haar gevoel voor hu mor ging verliezen werd ze werkelijk oud. Alles had hij opgeofferd aan den staatsdienst en is de taak van een staatsman niet ondankbaar? Verguisd, omstreden, belasterd, gesmaad door velen en hoe weinig van het werk bleek van blijvende waarde. En aan dat werk was alles geofferd wat zij zich als jonge vrouw van het huwelijk gedroomd had. Lange avonden samen bij het vuur, en verre, onbezorgde reizen had zij gedroomd, een landhuis met orangerie, een broeikas. Zy hoorde zijn voetstappen en keek op haar armbandhorloge. Hij kwam binnen en liet snel zyn blik langs de kranten en de post gaan. „Niets büzonders?". „Neen", zei ze. „Was er iets?" vroeg hij plotseling, „dat je zoo zat te staren toen ik binnenkwam?" „Och, neen", antwoordde zij, „ik dacht een beetje aan allerlei". Hü kwam bij haar zitten en wilde blykbaar iets zeggen, doch hij zweeg. „Ben je moe?" vroeg ze. „Neen", zei hy langzaam, „maar ik denk er over, dat niemand op het idee schijnt te ko men my te vragen of ik nog wel prys stel op een portefeuille." „Is er iets gebeurd?" „Neen. Er gebeurt alleen dat we ouder wor den- Er zyn me gisteren op de vergadering woorden ontglipt over jeugdige onbezonnenheid. Op dat moment zag ik mezelf staan dertig jaar geleden, opkomend voor nieuwe ideeën, zoo hartstochtelyk, dat de voorzitter me waar schuwde voor jeugdige onbezonnenheid." Ze zweeg, maar ze voelde zich plotseling heel dicht by de rustige avonden samen, het land- ligt op den bodem der zee. De ijverige zoekers weten welk een groote afstand dit is! Toch zou alle Sunlight Zeep, die per jaar in ons land gebruikt wordt, een afstand vormen, die nog 71680 maal zoo lang is! Dit is het beste bewijs voor de groote populariteit van Sunlight Zeep bij de Neder- landsche huisvrouwen! Voor geen goud ter wereld zouden zij Sunlight Zeep willen missen huis met orangerie en de mooie reizen. Zou ze nu niet zeggen: je hebt gelijk, je taak is af- geloopen. Je hebt genoeg gedaan, ga eruit. Doe het terwille van mij, laten we nog iets van ons leven genieten. Maar ze zei alleen: „Ik vraag me af, of jij er buiten zou kunnen, of je je le ven zou kunnen vullen met reizen, liefhebbe- ryen. met mij." Hy gaf geen antwoord, trok nerveus aan zijn sigaret. Toen stond hij plotseling op, haalde een potlood en een blocnote. Ach ja, het was Donderdag, dan schreef hij zijn wekelyksche staatkundige bijdragen, dicteerde ze haar. Een terugblik, dicteerde hij, en toen: „Wel valt het zwaar te midden van het gevecht de wapen rusting af te leggen en den stryd te staken, I maar hy die moegestreden naar rust ver langt, hij blijve niet. Hy overleve niet zijn kracht, hy trachte zich niet vast te klemmen aan wat toch moet worden prysge- geven. Hij ga vrywillig." Ze legde het potlood neer en keek hem aan. Groot en sterk stond hy midden in de kamer. Zijn heele persoonlijkheid drukte wilskracht en energie uit. Ze legde de blocnote naast zich op den stoel en staarde voor zich. „Schryf je niet meer?" vroeg hij. „Neen, want het is dwaasheid." Hij keek haar recht in het gezicht. „Dwaasheid?" „Ja en deserteeren." „Deserteeren?" „Ja, wat is het anders als iemand in de volle kracht van zijn leven gaat spreken van krach teloosheid. Je sprak van dertig jaar geleden. Zijn dan toen de leiders gevlucht omdat jij als onbekookt jongmensch beter wilde weten?" ,Maar wat wil je dan, dat ik ,Dat je tot het laatste toe op je post blyft, dat je d enongeren en vooral den tegenstan ders te verstaan geeft, dat ze nog altyd reke ning met je te houden hebben." „Wou je dat werkelyk?" vroeg hij. „Natuurlijk, wil ik dat." „Maar jeje bent zooveel alleen. Als ik erover nadenk heb je zoo weinig gehad in ons huwelyk! De vrouw van een staatsman zijn is eigenlijk een troosteloos bestaan van uiter- lyken glans". Ze slikte even, toen zei ze dapper: „Dacht je dan dat ik geen eerzucht heb? En dat jouw carrière voor mij niet opwoog tegen een beetje eenzaamheid. Dacht je, dat ik niet liever de vrouw ben van 'n staatsman zooals jij, dan van iemand met wien niet meer gerekend wordt." Er was even een stilte, en het oogenblik her innerde haar aan momenten als ze schaak speelden op schaarsche rustige avonden- Hy won byna altijd. Ze vroeg zich af of hy ook nu haar zet doorzien zou, maar toen stond hy op y het leek haar dat een zucht van ver lichting hem ontsnapte. „Ik meende dat jij.... Ze scheurde de eerste vellen uit haar bloc note, wierp ze in de vlammen van den haard en bedacht, dat het haar landhuis was, de broei kassen, de reizen en de uren van rustig geluk, die daar tot asch vergingen. „Wat kan men iezh vergissen", zei hij zacht. „Ik dacht werkelijk een oogenblik dat jij...." Zy nam haar potlood. „Zullen we aan het werk gaan?" De partij schaak was geëindigd, ditmaal had hy verloren. In verschillende deelen van den Oranje vrij - staat heeft men sporen gevonden van een ge heimzinnig pygmeeën-ras, dat voor de Ban- toe's dit gedeelte van Zuid-Afrika schijnt te hebben bewoond. Terwyl de Bantoe's hun hut ten altijd bouwden van leem, hout en stroo en nooit steenen bouwmateriaal gebruikten, waren de vermoedelijk van de pygmeeën stammende hutten uit steen opgetrokken en stonden ook architectonisch op vry hoog peil. zij doen eenigszins denken aan de architectuur der Zim- babwe-ruïnes. Anthropoiogen die de gevonden sporen heb ben onderzocht, nemen aan, dat het verloren gegane ras afkomstig was uit Noord-Afrika en verwant met de Toearegs en de Berbers Ge zien de geringe hoogte van de ingangen tot hun hutten, waren zy zeer klein. Nauwelijks stonden wy hy het landen op het vliegveld te Archangel stil of de deur van de cabine werd opengerukt en een barsch uitzien de soldaat stapte naar binnen. Hy legde zyn hand op den schouder van Oom Sidney en ar resteerde hem. We werden beiden uit het toestel gesleept, onmiddellyk kwamen er nog meer zwaar be wapende soldaten toeloopen en gezameniyk werden we als twee groote misdadigers door de stad gevoerd. Aangekomen by een der bureaux van de Gepeoe, dat is de politieke politie in Rusland, werden we in een donker hok gesmeten. Oom had al verschillende keeren gevraagd wat dit moest beteekenen, maar de soldaten hadden we feitelijk misdreven hadden, ons op barsche wyze bevolen onze monden te houden. Daar zaten we nu. Onze toestand was verre van rooskleurig. En dat zooiets nu juist moest gebeuren aan het begin van onzen tocht. Nadat we eenigen tyd onzen toestand had den besproken, en ons hadden afgevraagd wat ging de deur van onze gevangenis open en een bewaker kwam binnen met een blad in de hand waarop broodjes lagen. Oom beduidde hem dat wy van dat lekkers niets beliefden, voordat wy door een der hoogste autoriteiten zouden zyn ge hoord. Als een onderdeel van de anti-lawaai-cam- pagne in Oporto, heeft het gemeentebestuur een bepaling afgekondigd, waarby aan automo bilisten en motorryders wordt verboden binnen de grenzen der stad zonder dringende nood zaak van hun toeters of claxons gebruik te maken. Weggebruikers die deze bepaling overtreden, zullen terstond beboet worden. Dezelfde maatregel zal binnenkort ook in Lissabon worden ingevoerd en later waarschyn- lyk in alle steden van Portugal. jw I -9 op dit blad zijn ingevolge de verzekeringsvoorwaarden tegen f Ofïflfl bij levenslange geheele ongeschiktheid t jt werken door f 7C/1 bij een ongeval met f O Cfï bij verlies van een hand f IOC aij verlies van een f Cfk bij een breuk van f Afï bij verlies van 'e CLOOTltlC S ongevallen verzekerd voor een der volgende uitkeeringen 1 fjUtrUm" verlies van beide armen, beide beenen of beide oogen I f OU," doodelijken afloop/ een voet of een oog f S.téK/% duim of wijsvinger been of arm/ anderen vinger 19 Verdwenen ze allemaal, die vereeringer. die een mooie vrouw-in-nood in den ridderlilken geest van enkelen had opgewekt? Pablo Souza had daarop kunnen antwoorden met een ronduit „neen". Hy had altijd van haar gehouden, van zijn jonge jaren af, en niet dan met spilt haar huwelyk met baron Tallares gezien. In zijn hart was hij diepe genegenheid voor haar olijven koesteren. Marilena kon in zyn leven voortaan niets méér ziin, dan een droom een illusie. Dat wist hy. De hooge opvatting van de heilig heid en onverbreekbaarheid van het huwelyk, die Marilena was toegedaan, vond in zlm eigen beginselen weerklank. Van het eerste oogenblik af had hij begrepen, dat hy een veldtocht tegen zijn eigen gevoelens moest ondernemen, ten einde met de liefde af te rekenen, en die weer om te zetten in de teedere "rientiscnap. die hem van zijn jongensjaren af altyd met Marilena verbonden had. Vastbesloten verwij derde hy zich van Marilena's pad, zooveel de wellevendheid het toeliet want zy hadden gemeenschappelijke kennissen Verdiept als ze was in haar eigen verdriet, had Marilena niet de noodige helderziendheid, om te raden, wat er omging in het hart van Pablo Souza. En deze laatste zou zeer wel m staat geweest zyn, om er nooit met een woord over te reppen, als zich niet een bijzondere omstandigheid had voorgedaan, die de duister nis als met bliksemstraal verhelderde. In die dagen had de verdwijning van baron Tallares plaats. Het schandaal was enorm. Teneinde den storm een weinig te laten (.ver drijven, onthield Marilena zich er enkeie dagen van, om uit te gaan. Haar kennissen kwamen haar toen bezoeken, om hun deelneming te be tuigen. Marilena verwonderde er zich erg over, dat Souza niet verscheen, die toch altyd zoon beste vriend geweest was, en op zekeren dag vroeg ze er ronduit zyn moeder naar. De goede dame verweet haar zoon diens nalatig heid: die arme Marilena, ze had zoo'n behoefte aan meeleven, in die wreede beproeving! Pablo Souza verscheen den volgenden dag. De avond daalde. Een paar chrysanthemums kwyn- den in de Japansche vazen. De thee werd koud in dekopjes, terwyl zy spraken over dc vreeselijke tragedie, die een leven vernietigd had. Gedreven door een onwillekeurige be hoefte aan mededeelzaamheid, liet Marilena haar hart vryelyk spreken, en gewaagde van haar tranen, en haar verdriet, en haat ver twijfeling. en ten slotte van haar berusting. Pablo zeide niets! Zwygend keek hy maar raar haar, keek hij maarOpeens hield Marilena op, bij het zien van dien vochtigen blik Wét las zy in dien blik? Hoe had zij zóó dom "'in nen zyn, dat zy het tot dan toe niet bemerkt had? Zy zweeg, ontsteld, en zag hem op haar beurt staan, met een wereld van smeeking in de betraande oogen. Ik heb je toch niet beleedigd. is 't vel? prevelde hy. Hoe kan zóó 'n toewyding iemand belecdi- gen, Pablo, zóó vol eerbied en zelfverloochening? antwoordde Marilena diep ontroerd. Vergeef het me, Marilena, en vergeet het. Je hebt het nu toevallig gezien. Maar ik heb gestreden tegen me zelf. Heb je niet gemerkt, hoe ik ontweken heb? Vandaag nog wilde ik niet komen. Ik had graag gewild, dat je het nooit geweten had. Het is ook belachelijk, nietwaar? probeerde de arme jongen te schert sen, met een bloedend hart. Neen, belacheiyk is het niet, prevelde Marilena machteloos. Zoo bleven zy enkele minuten zwygen. Het meisje kwam binnen, om het theegerei weg te nemen, en deed het licht aan. Pablo zag, dat Marilena's oogen heel treurig stonden, en haar stem beefde, toen zy begon te spreken. Luister, Pablo. Ons heel leven hebben we met elkaar omgegaan, en van elkaar gehouden, als twee goede vrienden, nietwaar? Onder ander omstandigheden zou het vanzelf spreken, dat je je hart liet gaan. Maar je bent een man van eer, en ik een vrouw. Het is net ver standigste, dat we er heelemaal een eind aan maken. Waarom vraag je niet om overgeplaatst te worden naar Afrika? Pablo antwoordde niet. Zijn hart kromp ineen. Maar er zyn dingen, die sterker zyn dan smart, en hy richtte zich op, vastbesloten om zyn plicht te doen. Ik zal gaanIk heb daar al eerder over gedacht.... Er werd niet verder over gesproken. Pablo Souza verdween, en Marilena zegende ïem uit den grond van haar hart. Dat was de reden, waarom barones Tallares niet alle mannen in eenzelfde verachting omvatte. Enkele ion- kere dagen gingen voorby, dagen van ver twijfeling, gedurende welke Marilena voort durend te strijden had met een reeks van bitterheden; en steeds was de ridderlijke daad van Pablo Souza als een zoete rustplaats, waar zy haar gedachten tot kalmte kon laten komen. Geen letter werd er tusschen hen gewisseld. Trouw aan de afspraak, die eer en geweten hun voorschreven, deden zij geen pogmg, om zich achter valsche theorieën te verschansen. Gedurende die drie jaren had Marilena den edelen jongeman van haar kant leeren hoog achten, die, door van haar weg te gaan haar het grootste blyk van toewyding gegeven had, dat iemand haar ooit zou kunnen geven En thans, in de stilte van dezen slapeloozen nacht, kromp Marilena ineen onder de wreedste zelfverwyten „vermist gesneuveld Zij dacht, dat het door haar schuld was doordat zy hem gevraagd had, om heen te gaan Wat zou zyn arme moeder haar verwcnschen, als ze het wist!En de booze geest greep de gelegenheid aan, om in de ontstelde ziel van Marilena een storm van verzet te ontketenen. Wat had ze ermee bereikt met bem naar Afrika te sturen? Wie was zy, om over een leven te beschikken? Was het dan een misdaad, elkaar nu en dan te ontmoeten, en een woord te wisselen, in bijzyn van anderen? Waarom dat uiterste middel? Marilena verkeerde in dat verschrikkelijke stadium, waarin de helderheid van geest ver loren gaat in een ontzettende verwarring. Doch zy had meermalen tot God gebeden 'dat Hy haar niet aan haar zelf zou overlaten, in die oogenblikken van vreesehjken nood. Gaandeweg werd het weer kalm in haar binnenste, en was zy zelf verrast over dien dwazen ommekeer in haar gedachten. Zy schaamde er zich over, en aanstonds welde weer het vaste vertrouwen in haar op in den Almachtige, Die haar nooit in haar zware beproevingen verlaten had. Heer, bad zy met al de vurigheid van haar beklemde hart ik ben er zeker van, dat ,k er geen kwaad aan gedaan heb, daar ix weet, dat myn bedoeling goed was. Alleen het ver langen, dat wij beiden de heiligheid van Uw gebod des te beter zouden eerbiedigen heeft my zoo doen handelen. Het is de booze geest, die my in dit uur in verwarring brengt door vreeselyke zelfverwyten. Doe met my naar Uw beloften, Heer, en laat my niet ontsteld worden! Den volgenden morgen had Marilena baar nieuwe smart aanvaard, zy had wederom naar kruis op zich genomen, en God gevraagd, dat Hy haar mocht helpen, om het te dragen. Doch hoewel zy nu vol berusting was, b'eef in haar ziel een diepe wonde. Zy had te veel ge vraagd van haar eigen krachten, en de natuur, die minder weerstand bood dan de geest, zonk ineen, naarmate de spanning verdween, die haar staande hield. Na het ontbyt dwong een ondraaglyke hoofdpijn haar, om op haar kamer te biyven. Niemand vermoedde iets. Zy had nu en dan last van lichte aanvallen van over spanning en men dacht, dat het gebrek aan voldoende nachtrust ditmaal de oorzaak was. Zy lunchten zonder haar, daar zy nie' naar beneden wilde komen. Het had misschien net vier uur geslagen, toen zij de bel van de tele foon dringend hoorde rinkelen. Zonder dat zy het kon helpen, werden haar zenuwen angstig gespannen, en zy bleef in die spanning luis teren, tot Reina, overal tegen oploopend, en de handen voor zich uitgestrekt houdend, het donkere vertrek binnenkwam. Oei, wat is het hier donker. Hoe maakt u het, tante Marilena? Hoe wil je, dat ik het maak, kind? Half gek van de hoofdpyn, die ik heb Maar, tante, waarom neemt u dan geen aspirientje, of wat eau de cologne, of Niets van dat alles, kind. Niets helpt me. Het eenige is: slapen. Als ik maar kon slapen. En we laten u niet slapen. U hebt gelyk, tante. Maar dit moet even vaststaan, Jat. als ik u nu ben komen lastig vallen, het niet op myn instigatie geweest, maar omdat groot vader het me gezegd heeft Wat zeg je nü, Reina? Je valt me nooit lastig. ....om u n.l. mee te deelen, dat oom Rocamadre zoo juist getelefoneerd heeft van het ministerie van oorlog. (Wordt vervolgd)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1934 | | pagina 9