Met veï&aal rnn den dag
1
PER VLIEGMACHINE DE WERELD ROND
N
Gelouterd
De avonturier Hanussen ontmaskerd
EEN BOEK OVER DEN
„HELDERZIENDE'
DROOG OF NAT?
ZwVOOR VIER FLINKE GROOTE STUKKEN
VRIJDAG 10 AUGUSTUS 1934
Plotseling verdween hij uit het
leven en de publieke belang
stelling, toen hij onthul
lingen dreigde te doen
Een leven van liegen
en bedriegen
Begrafenisstoet dringt
een speelhol kinnen
Door een hond tegen
slangen beschermd
De overwinnaar van
den wereldkampioen
Vergane glorie
Schaak
HET GOUD VAN DE LUTINE
C TS. OP ELK PAK EEN BON VOOR FRAAIE GESCHENKEN
Pygmeeën in den Oranje
Vrijstaat?
Lawaai-bestrijding in
Oporto
AANGIFTE MOET, OP STRAFFE VAN VERLIES VAN ALLE RECHTEN, GESCHIEDEN UITERLIJK DRIE MAAL VIER EN TWINTIG UUR NA HET ONGEVAL
"NAAR HET SPAANSCH
7 99
De telepaath en helderziende Hanussen Is,
cf liever wès geen onbekende in ons land,
doch grootere aandacht dan zijn colle
ga's heeft hij hier toch niet getrokken.
In Duitschland echter heeft de ster van de-
een „helderziende" zóó hoog aan den hemel ge
staan, dat hijzelf geruimen tijd in den waan
heeft geleefd eenmaal minister in het Derde
Rijk te zullen worden.
Het is nog maar een jaar geleden dat "deze
profeet van het Derde Rijk vermoord werd op
een eenzamen weg. Daarmede liep een snelle,
hoewei minderwaardige carrière ten einde, een
carrière die echter niet onmiddellijk vergeten
werd dcor.... de vijanden van den vermoorde,
hoe groot de haast ook was, waarmede zijn
vrienden afscheid namen van zijn herinnering.
Immers is de naam van Hanussen wei volop
in de belangstelling getreden door een boek,
dat ovei zijn leven is verschenen. Dit boek,
getiteld „Hanussen, ein Bericht" verscheen in
Straatsburg en werd geschreven door Bruno
Frei met een voorwoord van Egon Erwin Kisch.
Beide auteurs waren vijanden van Hanussen en
voornamelijk Frei, de schrijver van het boek,
komt er voor uit, dat hij een vijand van den
herderziende was.
Wie dit boek leest, kan moeilijk nog een
greintje respect over houden voor den man,
die zijn leven lang heeft gelogen en bedrogen,
die zijn ras en afkomst verloocnende en dit al
les deed uit een verachtelijke geldzucht.
Toen Hanussen, die eigenlijk Steinschneider
heette, op het toppunt van zijn roem stond,
noemde hij zich gaarne baron Steinschneider
von Hanussen, afstammeling van een oud,
Deensch adellijk geslacht, hoewel hij feiteiijk de
zoon was van een klein tooneelspeiertje uit
Weenen.
Van jongs af aan cultiveerde de jeugdige Her
mann in zich de neiging naar dik doen. geld
verdienen en op grooten voet 'even. Op een an
dere wijze dan door bedrog zag hij geen kans
aan deze neigingen gevolg te geven Een van
zijn eeiste groote oplichterijen bestond hierin,
dat hij vanuit Turkije naar Oostenrijk terug
keerde en zich uitgevend voor den zanger Tit-
ta Ru "o, gratis passage kreeg aan boord van
een schip op voorwaarde, dat hij onderweg een
concert zou geven. Toen het er op aan kwam
zijn talenten te toonen, was Ruffo zoo heesch,
dat hij niet zingen kon.
Zijn zwendelarijen gelukten steeds, dank zij de
bijzonder scherpe intelligentie, waarmede hij ze
toepastte. Ook zijn helderziendheid was op deze
zwendels rij gebaseerd, doch alweer, op een
intelligente zwendelarij. Als variété-artist had
hij nog nauwelijks een naam verworven, toen
hij op de gedachte kwam, een gedachte, die
zijn intuïtie hem ingaf naar Weenen terug
te keeren, dat in die jaren, vlak na den oor
log, aan den rand van een afgrond leefde en
snakte naar sensatie en geheimzinnigheden.
Het succes van Hanussen was enorm. Nog leef
den enkele herinneringen voort aan "ijn „voor
spellingen" tijdens den oorlog. Hij was toen
korporaal en maakte furore door bepaalde ge
beurtenissen te voorspellen, die wonderlijk ge
noeg -reeds na een paar dagen werden beves
tigd. De truc was doodeenvoudig Een handlan
ger van Hanussen was te werk gesteld bij de
veldpost, noteerde nu en dan belangrijke ge
beurtenissen in de families van soldaten en of
ficieren (welke gebeurtenissen hy uit de post
kon lezen) gaf deze door naar Hanussen, die
aan 't profeteeren sloeg 3n hield de betreffende
correspondentie een paar dagen achter. Als 'n
donderslag kwam dan de schriftelijke bevesti
ging achterna tot groote verbazing van Ha-
nussen's kameraden. Deze nommée van Ha
nussen leefde nog, toen hij in Weenen optrad
en zijn naam begon een geweldigen klank te
krijgen. Dit bleek o.ir. uit het langdurig pro
ces tegen den helderziende, waarin voJgens Frei
de beklaagde absoluut schuldig was, doch waar
in hij door de rechtbank werd vrijgesproken,
omdat zijn handlanger hem trouw bieef Door
diens medewerking kon Hanussen tijdens het
proces verscheidene „wonderen" verrichten
met het gevolg, dat de rechtbank hem inder
daad als een waren helderziende beschouwde en
hem vrijsprak. Sindsdien had zijn naam bij
een groote massa een nog meer vertrouwenwek-
kenden klank dan hij al had. Frei echter weet
zoowel de verdediging als het requisitoir zeer
scherpzinnig te ontleden en komt tot conclu
sies, die volstrekt tegengesteld zijn aan de
conclusie van de rechtbank.
Intusschen: toen Hanussen „gerehabiliteerd"
was kon hij, gewapenc. met nieuwen roem, naar
grootere daden omzien. En dit deed hij. Zijn
intuïtie hielp hem voor de zooveeiste maal.
Hitler's ster was in opkomst tegelijk met die
van Göbbels. Hij waagde zich aan de voorspel
ling, dat Hitier tot de hoogste macht in
Duitschland zou komen en zijn voorspelling
kwam uit. Volle zalen juichten hem toe en de
rijke families ontvingen hem als een vriend,
nog steeds geloovend in zijn Deenschen adel.
In een van deze huizen n.l. bij een tooneelspeel-
ster maakte hij kennis met graaf Heiido.-f een
der voormannen van de S. A. die juist in dien
tijd met Göbbels in contact was gekomen. Heil-
dorf echter wist niet, of hij Göbbeis vertrou
wen kon en vroeg om raad bij Hanussen. die
hem de verzekering gaf, dat Göbbels betrouw
baar was. Nu was het voor den „wonderdoener"
niet moeilijk meer Hitier te naderen, temeer
niet, omdat Hitier, volgens Frei, zeer ontvan
kelijk was voor occultistische verschijnselen. In
talrijke gevallen zou Hitier zijn raadsman Ha
nussen hebben geconsulteerd. De roem van den
helderziende steeg met den dag en hij stichtte
een blad „Die Hanussen Zeitung", waarin hij
allerlei voorspellingen deed, voornamelijk be
treffende .Hitier, een methode, die Frei met ge
heel ten onrechte ziet als een reclamecampagne
ten gunste van den Führer en van Hanussen
zelf.
Maar toen kwam de val. Een socialistisch blad
begon onthullingen te doen, rafelde Hanus-
sen's verleden uit elkaar en toonde aan, dat hij
geen edelman en geen Deen was en neg minder
een Ariër. Hitler was toen reeds Rijkskanselier
doch zag zich gecompromitteerd met zijn Jood-
schen raadsman, Helldorf en Göbbeis nadden
hem reeds eenigen tijd met achterdocht beje
gend. Het begon er nu voor den held treurig
uit te zien. Zijn groote beschermers lieten hem
los en op een avond vond men het lijs van den
beroemden avonturier, op een landweg ver
moord. Men zal zich herinneren, hoe het ge
rucht geloopen heeft, dat Hanussen op last van
Göring om het leven zou gebracht zijn, een
veronderstelling, die Frei hartstochtelijk bij
valt.
En zoo werd de Jood, die geruimen tijd een
grooten invloed had in de leiding van de S. A.,
die zelfs droomde van een ministerschap onder
Hitler's kanselierschap, plotseling weggevaagd
werd uit het leven en de publieke belangstelling,
zonder nog tijd te hebben geheimen te vertellen.
Dat hij het zoover wist te brengen, pleit meer
voor zijn intelligentie dan voor zijn inborst,
want als we Frei's boek mogen gelooven zou
Hanussen, alias Hermann Steinschneider een
perfecte oplichter en een zeer slecht mensch
zijn geweest Of Frei dit heeft aangetoond, uit
sluitend om ware geschiedenis te plegen, dan
wel uit vijandschap tegenover de machthebbers
in Duitschland, is een vraag, die met ineens
te beantwoorden is. Deze vraag en het antwoord
daarop is inmiddels bijzaak, zoolang het boek
van Frei aannemelijk blijft en den avonturier
Hanussen reduceert tot zijn werkelijke waar
de....
De Amerikaansche politie is er onlangs in
geslaagd een casino te Long Beach te overrom
pelen, waar de bezoekers met behulp van zeer
geraffineerd in elkaar gezette roulette-toestel
len werden geplunderd. Het geval op zichzelf is
niet eenig in zijn soort, maar merkwaardig is
de manier, waarop de politie zijn slag sloeg. In
tegenstelling met de gewone wijze, waarbij de
auto's der politie met veel lawaai naderen zoo
dat iedereen verscheidene minuten vóór de
eigenlijke komst der heeren gewaarschuwd is,
sloop men dezen keer naderbij in den vorm van
een begrafenisstoet.
Deze werd geopend door een met guirlandes
en rouwkransen behangen wagen, die het stof
felijk overschot heette te bevatten. De chauf
feurs der voertuigen wisten niet wat het doel
van den tocht was. Zij waren in dienst van een
bekende begrafenisonderneming en volgden al
leen de instructies der „overlevenden".
Toen de stoet het casino naderde, werd plot
seling bevel tot stoppen gegeven en de treuren
de begrafenisgasten stormden in rouwdracht en
met revolvers gewapend de verdachte lokaliteit
binnen. Iedereen aldaar was zoo verbluft, dat
er meer dan vijftig arrestaties gedaan konden
worden, terwijl de kas en alle apparaten in be
slag werden genomen.
Te Kambe in Burma werd een Engelsch-
man door vier groote pythons in zijn woning
aangevallen. Tevergeefs trachtte hij zich van
de hem omstrengelende slangen te bevrijden,
toen zijn hond binnenkwam, die de slang aan
viel, welke zich om de armen van den En-
gelschman had gewonden. Toen de man zijn
armen eenmaal vrij had, slaagde hij erin de
drie andere slangen te dooden.
Naar aanleiding van de match BaerCamera
hebben Amerikaansche bioscopen een film, die
een jaar geleden vervaardigd werd en waarin
de twee vermaarde boksers meespelen, weer op
het programma genomen.
Voor den ingang van een bioscoopje in Mor
gan (Colorado) kan men een reclamebiljet be
wonderen, dat zeer de aandacht trekt, want er
wordt niets meer of minder in beweerd, dan dat de
eigenaar van het theater wereldkampioen Baer
herhaaldelijk ongestraft een pak slaag heeft ge
geven. Zelfs zal volgens het plakkaat degene,
die de onwaarheid der bewering aantoont, een
geldelijke belooning krijgen.
Dit zal intusschen niemand gemakkelijk val
len, want de bezitter der cinema is een zekere
Eduard Buck, die vroeger onderwijzer was. Max
Baer was een van zijn leerlingen en daar de
jongen niet tot de braafste klasgenooten be
hoorde, zag de onderwijzer zich meer dan eens
genoodzaakt tot lichamelijke strafoefening.
i'iiiiiiiiiiiii
iiiiimiinii:
7s het nu een droge zomer
Of heet deze zomer nat?
Want wij hebben toch tot dusver
't Een en 't ander reeds gehad!
Weken heeft de zon staan schroeien,
Dagen zonneschijn alléén.
En daarbij nog was de droogte
Ook opvallend algemeen-
Maar ook heeft het zwaar geregend
Niet geregend, maar geplast!
Dorpen, steden, heele streken
Werden waterrijk verrast.
Of de zon als gloeiend lava,
Of de regen bij het vat
Spreekt men dan van drogen zomer
Of heet deze zomer nat? I
En nu komt de „regenmaker",
In zijn welbekenden strijd
Tegen wolken, mist en regen,
Ook al weer op het tapijt!
Wil hij natheid? Wil hij droogte?
Of bereikt hij alle twee?
Overal toch waar hij optreedt
Spuit de brandweer gretig mee!
Nu de kwestie nat en droogte
Beide evenzeer omvat:
Spreekt men nu van drogen zomer
Of heet deze zomer nat? f
MARTIN BERDEN I
(Nadruk verboden)f
niiiiMiNiMiiiMiiiMiiiiiiiiiiiiiimiimmiimumimimiiiiiiimmmiiuiii
De in Boedapest zeer bekende ridder von Frey
stadtler is dezer dagen failliet verklaard.
Hij was vroeger zeer bemiddeld en bezat bij
voorbeeld veertien elegante rijtuigen, waaronder
een, dat in zijn tijd tienduizend kronen heeft
gekost. Dit voertuig liét hij volgens Fransch
ontwerp in Hongarije bouwen. Eens werd rid
der von Freystadtler door den sultan van Tur
kije tot Pasja verheven. Dit gebeurde, toen hij
dertig jaar was en dikwijls aan het hof van den
Turkschen monarch verkeerde.
Toen hij zich eens in Egypte bevond, infor-
meerde Prins Hilby naar zijn paarden en rij
tuigen, waarmee hij in Boedapest had kennis
gemaakt. Freystadtler vroeg den Prins, welk
span hem het beste had bevallen. Deze ant
woordde, dat hij het Louis XIV-rijtuig met de
vier zwarte paarden het mooist vond, waarop
Freystadtler den Egyptischen prins het span
cadeau deed.
Bij de deur bleef ze even aarzelend staan
ze voelde zich nerveus. Ja natuurlijk, de
zenuwen voor de verkiezingen. Ze liep
langzaam naar den spiegel en keek zich zelf
aan. Ze merkte op, dat de eerste grijze haren
gevolgd waren door ander. Dat haar oogen
iets angstigs hadden. Dat was toch te mal om
een plaat in een spotblaadje. Er moest nog iets
anders zijn. Iets wat ze zelf niet wist. Of durfde
ze het nog niet formuleeren. Ze zag weer de
afschuwelijke plaat van de door paarden ge
trokken staatskaros.
De koppen der paarden hadden de trekken
van politici en bij de zielige aftandsche paarden
had ze haar man herkend. Maar de grofheid
van een platten geest mocht haar toch niet van
streek maken.
Ze nam een dik plakboek met caricaturen
en bladerde erin. Als ze haar gevoel voor hu
mor ging verliezen werd ze werkelijk oud. Alles
had hij opgeofferd aan den staatsdienst en is
de taak van een staatsman niet ondankbaar?
Verguisd, omstreden, belasterd, gesmaad door
velen en hoe weinig van het werk bleek van
blijvende waarde. En aan dat werk was alles
geofferd wat zij zich als jonge vrouw van het
huwelijk gedroomd had. Lange avonden samen
bij het vuur, en verre, onbezorgde reizen had
zij gedroomd, een landhuis met orangerie, een
broeikas. Zy hoorde zijn voetstappen en keek
op haar armbandhorloge. Hij kwam binnen en
liet snel zyn blik langs de kranten en de post
gaan.
„Niets büzonders?".
„Neen", zei ze.
„Was er iets?" vroeg hij plotseling, „dat je
zoo zat te staren toen ik binnenkwam?"
„Och, neen", antwoordde zij, „ik dacht een
beetje aan allerlei".
Hü kwam bij haar zitten en wilde blykbaar
iets zeggen, doch hij zweeg.
„Ben je moe?" vroeg ze.
„Neen", zei hy langzaam, „maar ik denk er
over, dat niemand op het idee schijnt te ko
men my te vragen of ik nog wel prys stel op
een portefeuille."
„Is er iets gebeurd?"
„Neen. Er gebeurt alleen dat we ouder wor
den- Er zyn me gisteren op de vergadering
woorden ontglipt over jeugdige onbezonnenheid.
Op dat moment zag ik mezelf staan dertig jaar
geleden, opkomend voor nieuwe ideeën, zoo
hartstochtelyk, dat de voorzitter me waar
schuwde voor jeugdige onbezonnenheid."
Ze zweeg, maar ze voelde zich plotseling heel
dicht by de rustige avonden samen, het land-
ligt op den bodem der zee. De ijverige zoekers
weten welk een groote afstand dit is!
Toch zou alle Sunlight Zeep, die per jaar
in ons land gebruikt wordt, een afstand vormen,
die nog 71680 maal zoo lang is!
Dit is het beste bewijs voor de groote
populariteit van Sunlight Zeep bij de Neder-
landsche huisvrouwen! Voor geen goud ter
wereld zouden zij Sunlight Zeep willen missen
huis met orangerie en de mooie reizen. Zou ze
nu niet zeggen: je hebt gelijk, je taak is af-
geloopen. Je hebt genoeg gedaan, ga eruit. Doe
het terwille van mij, laten we nog iets van ons
leven genieten. Maar ze zei alleen: „Ik vraag
me af, of jij er buiten zou kunnen, of je je le
ven zou kunnen vullen met reizen, liefhebbe-
ryen. met mij."
Hy gaf geen antwoord, trok nerveus aan zijn
sigaret. Toen stond hij plotseling op, haalde
een potlood en een blocnote. Ach ja, het was
Donderdag, dan schreef hij zijn wekelyksche
staatkundige bijdragen, dicteerde ze haar. Een
terugblik, dicteerde hij, en toen: „Wel valt het
zwaar te midden van het gevecht de wapen
rusting af te
leggen en den
stryd te staken, I
maar hy die
moegestreden
naar rust ver
langt, hij blijve
niet. Hy overleve
niet zijn kracht, hy trachte zich niet vast te
klemmen aan wat toch moet worden prysge-
geven. Hij ga vrywillig."
Ze legde het potlood neer en keek hem aan.
Groot en sterk stond hy midden in de kamer.
Zijn heele persoonlijkheid drukte wilskracht en
energie uit. Ze legde de blocnote naast zich op
den stoel en staarde voor zich.
„Schryf je niet meer?" vroeg hij.
„Neen, want het is dwaasheid."
Hij keek haar recht in het gezicht.
„Dwaasheid?"
„Ja en deserteeren."
„Deserteeren?"
„Ja, wat is het anders als iemand in de volle
kracht van zijn leven gaat spreken van krach
teloosheid. Je sprak van dertig jaar geleden.
Zijn dan toen de leiders gevlucht omdat jij
als onbekookt jongmensch beter wilde weten?"
,Maar wat wil je dan, dat ik
,Dat je tot het laatste toe op je post blyft,
dat je d enongeren en vooral den tegenstan
ders te verstaan geeft, dat ze nog altyd reke
ning met je te houden hebben."
„Wou je dat werkelyk?" vroeg hij.
„Natuurlijk, wil ik dat."
„Maar jeje bent zooveel alleen. Als ik
erover nadenk heb je zoo weinig gehad in ons
huwelyk! De vrouw van een staatsman zijn is
eigenlijk een troosteloos bestaan van uiter-
lyken glans".
Ze slikte even, toen zei ze dapper: „Dacht
je dan dat ik geen eerzucht heb? En dat jouw
carrière voor mij niet opwoog tegen een beetje
eenzaamheid. Dacht je, dat ik niet liever de
vrouw ben van 'n staatsman zooals jij, dan van
iemand met wien niet meer gerekend wordt."
Er was even een stilte, en het oogenblik her
innerde haar aan momenten als ze schaak
speelden op schaarsche rustige avonden- Hy
won byna altijd. Ze vroeg zich af of hy ook
nu haar zet doorzien zou, maar toen stond hy
op y het leek haar dat een zucht van ver
lichting hem ontsnapte.
„Ik meende dat jij....
Ze scheurde de eerste vellen uit haar bloc
note, wierp ze in de vlammen van den haard en
bedacht, dat het haar landhuis was, de broei
kassen, de reizen en de uren van rustig geluk,
die daar tot asch vergingen.
„Wat kan men iezh vergissen", zei hij zacht.
„Ik dacht werkelijk een oogenblik dat jij...."
Zy nam haar potlood.
„Zullen we aan het werk gaan?"
De partij schaak was geëindigd, ditmaal had
hy verloren.
In verschillende deelen van den Oranje vrij -
staat heeft men sporen gevonden van een ge
heimzinnig pygmeeën-ras, dat voor de Ban-
toe's dit gedeelte van Zuid-Afrika schijnt te
hebben bewoond. Terwyl de Bantoe's hun hut
ten altijd bouwden van leem, hout en stroo en
nooit steenen bouwmateriaal gebruikten, waren
de vermoedelijk van de pygmeeën stammende
hutten uit steen opgetrokken en stonden ook
architectonisch op vry hoog peil. zij doen
eenigszins denken aan de architectuur der Zim-
babwe-ruïnes.
Anthropoiogen die de gevonden sporen heb
ben onderzocht, nemen aan, dat het verloren
gegane ras afkomstig was uit Noord-Afrika en
verwant met de Toearegs en de Berbers Ge
zien de geringe hoogte van de ingangen tot hun
hutten, waren zy zeer klein.
Nauwelijks stonden wy hy het landen op het
vliegveld te Archangel stil of de deur van de
cabine werd opengerukt en een barsch uitzien
de soldaat stapte naar binnen. Hy legde zyn
hand op den schouder van Oom Sidney en ar
resteerde hem.
We werden beiden uit het toestel gesleept,
onmiddellyk kwamen er nog meer zwaar be
wapende soldaten toeloopen en gezameniyk
werden we als twee groote misdadigers door de
stad gevoerd.
Aangekomen by een der bureaux van de
Gepeoe, dat is de politieke politie in Rusland,
werden we in een donker hok gesmeten. Oom
had al verschillende keeren gevraagd wat dit
moest beteekenen, maar de soldaten hadden we feitelijk misdreven hadden,
ons op barsche wyze bevolen onze monden te
houden. Daar zaten we nu. Onze toestand was
verre van rooskleurig. En dat zooiets nu juist
moest gebeuren aan het begin van onzen tocht.
Nadat we eenigen tyd onzen toestand had
den besproken, en ons hadden afgevraagd wat
ging de deur
van onze gevangenis open en een bewaker
kwam binnen met een blad in de hand waarop
broodjes lagen. Oom beduidde hem dat wy van
dat lekkers niets beliefden, voordat wy door
een der hoogste autoriteiten zouden zyn ge
hoord.
Als een onderdeel van de anti-lawaai-cam-
pagne in Oporto, heeft het gemeentebestuur
een bepaling afgekondigd, waarby aan automo
bilisten en motorryders wordt verboden binnen
de grenzen der stad zonder dringende nood
zaak van hun toeters of claxons gebruik te
maken.
Weggebruikers die deze bepaling overtreden,
zullen terstond beboet worden.
Dezelfde maatregel zal binnenkort ook in
Lissabon worden ingevoerd en later waarschyn-
lyk in alle steden van Portugal.
jw I -9 op dit blad zijn ingevolge de verzekeringsvoorwaarden tegen f Ofïflfl bij levenslange geheele ongeschiktheid t jt werken door f 7C/1 bij een ongeval met f O Cfï bij verlies van een hand f IOC aij verlies van een f Cfk bij een breuk van f Afï bij verlies van 'e
CLOOTltlC S ongevallen verzekerd voor een der volgende uitkeeringen 1 fjUtrUm" verlies van beide armen, beide beenen of beide oogen I f OU," doodelijken afloop/ een voet of een oog f S.téK/% duim of wijsvinger been of arm/ anderen vinger
19
Verdwenen ze allemaal, die vereeringer. die
een mooie vrouw-in-nood in den ridderlilken
geest van enkelen had opgewekt? Pablo Souza
had daarop kunnen antwoorden met een ronduit
„neen". Hy had altijd van haar gehouden, van
zijn jonge jaren af, en niet dan met spilt
haar huwelyk met baron Tallares gezien. In zijn
hart was hij diepe genegenheid voor haar olijven
koesteren. Marilena kon in zyn leven voortaan
niets méér ziin, dan een droom een illusie.
Dat wist hy. De hooge opvatting van de heilig
heid en onverbreekbaarheid van het huwelyk,
die Marilena was toegedaan, vond in zlm eigen
beginselen weerklank. Van het eerste oogenblik
af had hij begrepen, dat hy een veldtocht tegen
zijn eigen gevoelens moest ondernemen, ten
einde met de liefde af te rekenen, en die
weer om te zetten in de teedere "rientiscnap.
die hem van zijn jongensjaren af altyd met
Marilena verbonden had. Vastbesloten verwij
derde hy zich van Marilena's pad, zooveel de
wellevendheid het toeliet want zy hadden
gemeenschappelijke kennissen
Verdiept als ze was in haar eigen verdriet,
had Marilena niet de noodige helderziendheid,
om te raden, wat er omging in het hart van
Pablo Souza. En deze laatste zou zeer wel m
staat geweest zyn, om er nooit met een woord
over te reppen, als zich niet een bijzondere
omstandigheid had voorgedaan, die de duister
nis als met bliksemstraal verhelderde.
In die dagen had de verdwijning van baron
Tallares plaats. Het schandaal was enorm.
Teneinde den storm een weinig te laten (.ver
drijven, onthield Marilena zich er enkeie dagen
van, om uit te gaan. Haar kennissen kwamen
haar toen bezoeken, om hun deelneming te be
tuigen. Marilena verwonderde er zich erg over,
dat Souza niet verscheen, die toch altyd zoon
beste vriend geweest was, en op zekeren dag
vroeg ze er ronduit zyn moeder naar. De
goede dame verweet haar zoon diens nalatig
heid: die arme Marilena, ze had zoo'n behoefte
aan meeleven, in die wreede beproeving!
Pablo Souza verscheen den volgenden dag. De
avond daalde. Een paar chrysanthemums kwyn-
den in de Japansche vazen. De thee werd koud
in dekopjes, terwyl zy spraken over dc
vreeselijke tragedie, die een leven vernietigd
had. Gedreven door een onwillekeurige be
hoefte aan mededeelzaamheid, liet Marilena
haar hart vryelyk spreken, en gewaagde van
haar tranen, en haar verdriet, en haat ver
twijfeling. en ten slotte van haar berusting.
Pablo zeide niets! Zwygend keek hy maar raar
haar, keek hij maarOpeens hield Marilena
op, bij het zien van dien vochtigen blik Wét
las zy in dien blik? Hoe had zij zóó dom "'in
nen zyn, dat zy het tot dan toe niet bemerkt
had? Zy zweeg, ontsteld, en zag hem op haar
beurt staan, met een wereld van smeeking in
de betraande oogen.
Ik heb je toch niet beleedigd. is 't vel?
prevelde hy.
Hoe kan zóó 'n toewyding iemand belecdi-
gen, Pablo, zóó vol eerbied en zelfverloochening?
antwoordde Marilena diep ontroerd.
Vergeef het me, Marilena, en vergeet het.
Je hebt het nu toevallig gezien. Maar ik heb
gestreden tegen me zelf. Heb je niet gemerkt,
hoe ik ontweken heb? Vandaag nog wilde ik
niet komen. Ik had graag gewild, dat je het
nooit geweten had. Het is ook belachelijk,
nietwaar? probeerde de arme jongen te schert
sen, met een bloedend hart.
Neen, belacheiyk is het niet, prevelde
Marilena machteloos.
Zoo bleven zy enkele minuten zwygen. Het
meisje kwam binnen, om het theegerei weg te
nemen, en deed het licht aan. Pablo zag, dat
Marilena's oogen heel treurig stonden, en haar
stem beefde, toen zy begon te spreken.
Luister, Pablo. Ons heel leven hebben we
met elkaar omgegaan, en van elkaar gehouden,
als twee goede vrienden, nietwaar? Onder
ander omstandigheden zou het vanzelf spreken,
dat je je hart liet gaan. Maar je bent een man
van eer, en ik een vrouw. Het is net ver
standigste, dat we er heelemaal een eind aan
maken. Waarom vraag je niet om overgeplaatst
te worden naar Afrika?
Pablo antwoordde niet. Zijn hart kromp ineen.
Maar er zyn dingen, die sterker zyn dan smart,
en hy richtte zich op, vastbesloten om zyn
plicht te doen.
Ik zal gaanIk heb daar al eerder over
gedacht....
Er werd niet verder over gesproken. Pablo
Souza verdween, en Marilena zegende ïem uit
den grond van haar hart. Dat was de reden,
waarom barones Tallares niet alle mannen in
eenzelfde verachting omvatte. Enkele ion-
kere dagen gingen voorby, dagen van ver
twijfeling, gedurende welke Marilena voort
durend te strijden had met een reeks van
bitterheden; en steeds was de ridderlijke daad
van Pablo Souza als een zoete rustplaats, waar
zy haar gedachten tot kalmte kon laten komen.
Geen letter werd er tusschen hen gewisseld.
Trouw aan de afspraak, die eer en geweten
hun voorschreven, deden zij geen pogmg, om
zich achter valsche theorieën te verschansen.
Gedurende die drie jaren had Marilena den
edelen jongeman van haar kant leeren hoog
achten, die, door van haar weg te gaan haar
het grootste blyk van toewyding gegeven had,
dat iemand haar ooit zou kunnen geven
En thans, in de stilte van dezen slapeloozen
nacht, kromp Marilena ineen onder de wreedste
zelfverwyten „vermist gesneuveld Zij
dacht, dat het door haar schuld was doordat
zy hem gevraagd had, om heen te gaan
Wat zou zyn arme moeder haar verwcnschen,
als ze het wist!En de booze geest greep de
gelegenheid aan, om in de ontstelde ziel van
Marilena een storm van verzet te ontketenen.
Wat had ze ermee bereikt met bem naar
Afrika te sturen? Wie was zy, om over een
leven te beschikken? Was het dan een misdaad,
elkaar nu en dan te ontmoeten, en een woord
te wisselen, in bijzyn van anderen? Waarom dat
uiterste middel?
Marilena verkeerde in dat verschrikkelijke
stadium, waarin de helderheid van geest ver
loren gaat in een ontzettende verwarring. Doch
zy had meermalen tot God gebeden 'dat Hy
haar niet aan haar zelf zou overlaten, in die
oogenblikken van vreesehjken nood. Gaandeweg
werd het weer kalm in haar binnenste, en was
zy zelf verrast over dien dwazen ommekeer in
haar gedachten. Zy schaamde er zich over,
en aanstonds welde weer het vaste vertrouwen
in haar op in den Almachtige, Die haar nooit
in haar zware beproevingen verlaten had.
Heer, bad zy met al de vurigheid van haar
beklemde hart ik ben er zeker van, dat ,k er
geen kwaad aan gedaan heb, daar ix weet,
dat myn bedoeling goed was. Alleen het ver
langen, dat wij beiden de heiligheid van Uw
gebod des te beter zouden eerbiedigen heeft
my zoo doen handelen. Het is de booze geest,
die my in dit uur in verwarring brengt door
vreeselyke zelfverwyten. Doe met my naar Uw
beloften, Heer, en laat my niet ontsteld
worden!
Den volgenden morgen had Marilena baar
nieuwe smart aanvaard, zy had wederom naar
kruis op zich genomen, en God gevraagd, dat
Hy haar mocht helpen, om het te dragen.
Doch hoewel zy nu vol berusting was, b'eef in
haar ziel een diepe wonde. Zy had te veel ge
vraagd van haar eigen krachten, en de natuur,
die minder weerstand bood dan de geest, zonk
ineen, naarmate de spanning verdween, die
haar staande hield. Na het ontbyt dwong een
ondraaglyke hoofdpijn haar, om op haar kamer
te biyven. Niemand vermoedde iets. Zy had
nu en dan last van lichte aanvallen van over
spanning en men dacht, dat het gebrek aan
voldoende nachtrust ditmaal de oorzaak was.
Zy lunchten zonder haar, daar zy nie' naar
beneden wilde komen. Het had misschien net
vier uur geslagen, toen zij de bel van de tele
foon dringend hoorde rinkelen. Zonder dat zy
het kon helpen, werden haar zenuwen angstig
gespannen, en zy bleef in die spanning luis
teren, tot Reina, overal tegen oploopend, en
de handen voor zich uitgestrekt houdend, het
donkere vertrek binnenkwam.
Oei, wat is het hier donker. Hoe maakt
u het, tante Marilena?
Hoe wil je, dat ik het maak, kind? Half
gek van de hoofdpyn, die ik heb
Maar, tante, waarom neemt u dan geen
aspirientje, of wat eau de cologne, of
Niets van dat alles, kind. Niets helpt me.
Het eenige is: slapen. Als ik maar kon slapen.
En we laten u niet slapen. U hebt gelyk,
tante. Maar dit moet even vaststaan, Jat. als
ik u nu ben komen lastig vallen, het niet op
myn instigatie geweest, maar omdat groot
vader het me gezegd heeft
Wat zeg je nü, Reina? Je valt me nooit
lastig.
....om u n.l. mee te deelen, dat oom
Rocamadre zoo juist getelefoneerd heeft van
het ministerie van oorlog.
(Wordt vervolgd)