GEBIT f 35.-
Met wifiaal aan dm da$
i
f 50- keerden wij uit
I ONZE 329e UITKEERING
f 82.205.-
PER VLIEGMACHINE DE WERELD ROND
Gelouterd
Vijftigjarig priesterjubileum van
mgr. dr. G. C. van Noort
i JB
WAARACHTIG HERDER
TANDARTS
DE BRANDWEER
Het Tandheelkundig Instituut
16 Rijksstraatweg 16
I.
DINSDAG 14 AUGUSTUS 1934
s v
Plaatje met 1 Kunsttand f3.
Iedere tand meerf 1.75
Porcelein-of Zilvervulling f 3.—
Goudvulling vanaf f 9.
Goudkroon vanaf. f 15.—
BESLIST pijnlooze
behandeling door
NEDERLANDSCH
enAMERIKAANSCH
Mondonderzoek kosteloos
Vliegtuig geland op de
Jungfraujoch
Kobalt in zilvererts
Detective
Parachute-springen
voor vrouwen
ingevolge de voor onze abonné's geldende
gratis-ongevallenverzekering aan den Heer
TH. H. Möller, Vanenburgstraat 32, Wageningen,
wegens een aan hem overkomen ongeval. Dit is
1 WAARMEDE THANS EEN TOTAAL BEDRAG VAN I
aan onze verzekerde abonné's is uitgekeerd.
DIRECTIE VEREEN. KATH. PERS f
DUIVENSPORT
Haarl. Hoogvlieger
Spaarnevogels
Columba
AANGIFTE MOETOP STRAFFE VAN VERLIES VAN ALLE RECHTEN, GESCHIEDEN UITERLIJK DRIE MAAL VIER EN TWINTIG UUR NA HET ONGEVAL
NAAR HET SPAANSCH
Wanneer we bij dit gouden priesterfeest
van den geleerden theoloog van inter
nationale vermaardheid en Romeinsch
ieredoctoraat den grooten karaktervollen
mensch willen eeren, dan dienen we voor alles
en boven alles te eeren. den priester in hem.
Vijftig jaar geleden werd deze markante per
soonlijkheid, aie naast de eervolle erkenningen
ook de teleurstellingen en groote moeilijkheden
des levens zeer zeker heeft gekend maar ze
fier in stilte heeft gedragen vijftig jaar ge
leden is Gerardus Cornells van Noort tot pries
ter gewijd en nu na vijftig jaren mag van hem
op het feest van zijn priesterschap naar waar
heid worden getuigd: het kenmerkende van
dezen sympathieken mensch, van dezen ge
leerde, van dezen gezagdrager die het gezag
als van zelf doet eeren, is: het priester-zijn.
Priester is hij geheel en al. Wie hem aan het
altaar in de eenvoudige Begijnhofkerk der
hoofdstad de heilige geheimen ziet vieren, wordt
getroffen door de heiligheid der handeling. Wie
met hem in aanraking komt in moeilijke le
vensomstandigheden, in ernstige aangelegen
heden ontvangt een indruk-voor-immer van
den waren priester met breed maar tevens
diep inzicht. Zelfs bij oppervlakkige aanraking
met hem doet een vluchtig gesprek, een lachend
onderhoud, een kernig gezegde den priester in
hem kennen. Naast de klaarheid van zijn be
toog en de eerlijkheid van zijn apologie was het
wel vooral dit echte priesterschap van hem
dat zoovele niet-kathalieken tot de eeuwige
waarheid trok, welke zóó beleefd werd.
Zijn studievriend en klasgenoot dr. Th. Vla
ming heeft op zijn zeventigsten jaardag ge
tuigd: „Hoe vereerend en hoe aanlokkelijk ook
voor zijn wetenschappelijken zin die hoog-
leeraarsbenoeming hem ook moge geweest zijn,
toch heb ik in de bijna veertien jaren van ons
samenwonen te Warmond ruimschoots gelegen'
heid gehad te bespeuren, dat hij een mooi deel
van zijn hart te Amsterdam had achterge
laten."
In Amsterdam had kort na zijn priesterwij
ding immers de jonge priester zoo toegewijd in
de volkrijke parochie van „De Pool" reeds ge>
arbeid en, na zijn professoraat, heeft hij er de
zielzorg uitgeoefend met een ijver, wijsheid en
toewijding welke denzelfden dr. Vlaming deden
schrijven: .Met blijdschap dan ook keerde hij
na een professoraat van ruim vijftien jaren
naar Amsterdam terug. Hoe hij van toen af
zijn „oude liefde" weer aan de Katholieke be
volking der hoofdstad ten goede deed komen,
weten beter dan ondergeteekende al sinds
1908 de parochianen van „de Duif" plus tal-
looze anderen, en weet sinds 1929 heel het
Amsterdamsche Dekenaat."
„Ofschoon door geboorte een zoon van het
open land is hij door een wedergeboorte met
hart en ziei Amsterdammer geworden" Het
grootste deel van zijn priesterleven heeft hij
hier doorgebracht. Geboren te Stompwijk 10
Mei 1861 studeerde hij aan de seminaries Ha-
geveld en Warmond en mocht 15 Augustus 1884
de heilige priesterwijding ontvangen. Na zijn
priesterwijding volgde de benoeming tot kape
laan te Medemblik, waar hij tot 1887 bleef om
alsdan naar Amsterdam te worden overge
plaatst. Hier arbeidde hij te midden eener
groote stadsbevolking in de oude „Pool" Wel
dra verscheen de encycliek „Rerum Novarum"
van den grooten Leo XIII en in een eerste ge
schrift van zijn hand heeft de jonge kapelaan
op klare en bevattelijke wijze 's Pausen woor
den tot de schare gebracht. De klaarheid en
orde, die zooveel karakter gaven aan de vele
geschriften welke zouden volgen, kenmerkten
reeds dit eerste werk.
Zijn pastoor* wilde hem niet missen toen er
sprake was van een professoraat voor den ka
pelaan die „summa cum iaude" („met den
hoogsten lof') zijn seminariestudiën had vol
tooid.
Maar in 1892 volgde toch de benoeming tot
professor in de leerstellige Godgeleerdheid aan
het groot-seminarie van het Bisdom Haarlem
te Warmond.
De feestredenaar bij den in het Concertge
bouw zoo grootsch gevierden zeventigsten ver
jaardag van Mgr. dr. van Noort, professor van
Rooy sprak van dit professoraat:
„Die levensperiode bracht u op een eere
plaats tussehen de beste theologen van de we
reld en bezorgde u een naam en een faam
waarop wij trotsch gaan."
„Een lange reeks in het Latijn geschreven
boeken hebt gij het licht doen zien, welke even
zoovele schatkamers zijn van diep doordachte,
wel-geordenae wetenschap."
„Niet alleen hier te lande, maar in vele lan
den van Europa, ja zelfs op de Philippijnen, in
Britsch-Indiè en op Ceylon worden uw wer
ken als leerboeken gebruikt."
Naast die werken schreef hij nog vele arti
kelen en brochures, welke het licht van zijn
klaren geest uitstralen, o.a. „De zedelüke ver
antwoordelijkheid van den Geneesheer" „Het
Evolutie-vraagstuk". „Ambtelijk, niet onfeilbaar
Leergezag", „Het Modernisme en de Anti-mo
dernisten-eed" en „Christus, Zijn persoon en
Zijn werk", een voor velen verhelderend boek.
Professor Van Noort bevestigde zijn roep van
uitnemend hoogleeraar ook buiten de muren
van Warmonds seminarie door zijn: „Tractatus
de Sacramentis", „Tractatus de Vera Religio-
ne", „Tractatus de Pontibus Revelationis",
„Tractatus de Ecclesia Christi", „Tractatus de
Deo Creatore", „Tractatus de Deo Uno et Tri-
no", „Tractatus de Deo Redemptore", en
„Tractatus de Gratia Christi".
/v..
ïviï
Zijn meeste werken werden in het latijn ge
schreven. Daardoor ook namen zij hun weg
over de wereld. Daardoor ook kon de Paus
Pius XI onmiddellijk uitroepen dat hij pastoor
Van Noort kende uit zijn werken.
„Faradac" heeft naar aanleiding daarvan
eens in „De Tijd" geschreven: „Wat een ver
lies is het met voor de wereld van de gedach
ten geweest, toen met de hervorming, en met
de opkomst en ontwikkeling van het nationa
lisme in Europa, het latijn achteruit werd ge
drongen. Wat hadden de Nederlandsche schrij
vers van de Imitatio niet een in waarheid
breeden lezerskring! Zelfs nog in het begin van
de 17e eeuw is b.v voor een Grotius het latijn
een macht en een kracht. Zou men heusch
meenen, dat geschreven in het Hollandsch „de
Jure Belli ac Pacis" de beteekenis zou gekregen
hebben die dit geschrift nu heeft? Is het niet
'n trotsch idee voor ons Nederlanders, dat „De
Deo Creatore" of „De Deo Redemptore" of „De
Gratia Christi" door hen onder ons, voor wie
deze werken geschreven zijn, over de geheele
wereld gelezen kunnen worden? Van Noort is
een auteur die niet vertaald behoeft te wor
den."
In 1908 zag de hoofdstad zijn vroegeren ka
pelaan terug als pastoor van de „St. Willi-
brordus binnen de Veste" het aloude „Duifje".
Weldra won zich de nieuwe herder een gezag
volle plaats in het kerkelijk leven der hoofd
stad. Hij werd o.a. algemeen „directeur van de
Vereeniging tot Weldadigheid van den Aller
heiligsten Verlosser". En toen in 1924 het In
ternationaal Eucharistisch Congres te Amster
dam werd gehouden was hij de met fijnen tact
zooveel regelende onder-voorzitter van het
Plaatselijk Comité dat alles organiseerde.
De dankbaarheid zijner eigen parochianen
kwam treffend uit bij zijn veertig-jarig pries
terfeest, tien jaar geleden, bij welke gelegenheid
H. M. de Koningin den oud-hoogleeraar be
noemde tot Officier in de Orde van Oranje-
Nassau.
In November 1926 eerde Haarlems Bisschops
Mgr. Callier pastoor Van Noort door hem als
kanunnik op te nemen in het kathedraal ka
pittel van Haarlem. In Februari 1929 volgde
zijn benoeming tot Deken van Amsterdam en
weldra de groote onderscheiding van zijn we
tenschappelijken godgeleerden arbeid door het
eerc-doctoraat uit Rome.
Hoe grootsch hij in het Concertgebouw te
Amsterdam door alle kringen gevierd is ter
gelegenheid van zijn zeventigsten jaardag 10
Mei 1931 ligt nog in aller heugenis. Professor
dr. Willem Mengelberg dirigeerde toen zelf zijn
orkest. En niet lang daarna onderscheidde Z.
H. de Paus dr. van Noort opnieuw door zijn
verheffing tot Huisprelaat van Zijne Heilig
heid.
Op een leeftijd als anderen reeds aan een
otium cum dignitate denken heeft deze voor
HAARLEM Noord - TEL. 16726
berekent thans nog voor 'n geh.
met garantie
P ij n 1 o o s trekken inbegrepen
22 karaats goud
Pijnloos trekken van tand of kies 1.50
Spreekuren ALLE werkdagen
van 912 en van 14 uur
Zaterdags van 912 uur.
AVONDSPREEKUUR
Maandag, Dinsdag, WOENSDAG
en Donderdag van 79 uur.
iiiiiiiiiiiiii'=
De Amsterdamsche Brandweer viert
Haar zestig jaar bestaan.
Dus zestig jaar heeft zij met vuur
En vlammen omgegaan.
Maar al die jaren stelde zij
De burgerij gerust,
Omdat zij met onbluschbaar vuur
De vlammen heeft gebluscht!
De massa brandjes, 't zij dan al
Van kort of langen duur,
Bestreed zij altijd zeer actief
En naar heur aard vol vuurt
En zelfs al kwam zij onverwacht
Voor hevig vuur te staan
Te vuriger en vuur-beproefd
Heeft zij haar plicht gedaan.
Zij zelf toch komt in vuur en vlam
Waar 't vuur zijn kracht beproeft,
Want ,t vuur der geestdrift laat niet los
Waar 't vuur den strijd behoeft!
Verdedigen doet zij met vuur,
Zij vecht, zij kampt en slooft,
Totdat zij, vuurvast als zij is,
De vuren heeft gedoofd!
Haar vijand is de rooie haan
Doch waar de vuurzee laait,
Is altijd nog het slot geweest,
Dat zij victorie kraait!
Zij speelt met vuur, gaat door het vuur,
Zij zoekt het, met beleid!
Men eert haar, daar zij steeds correct
Het vuur met vuur bestrijdt!
geen moeilijkheden terugdeinzende werker een
der zwaarste en meest verantwoordelijke posten
te bekleeden in de Haarlemsche Kerk, terwijl
hij ook op nog zoo menig ander terrein zijn
invloed doet gelden. De katholieke pers der
hoofdstad herdenkt dankbaar zijn beteekenis
voor de stichting der parochiebladen en het
Amsterdamsche katholieke volksdagblad „De
Nieuwe Dag" in het bijzonder als commissaris
der N. V. Drukkerij De Tijd.
Oud-professor dr. J. Th. Beyssens eindigde
tien jaar geleden zijn feestpredikatie op het
40-jarig priesterfeest van den nu gouden ju
bilaris met een verzoek waarmede wij ook
thans willen eindigen:
„Wie veel talenten kreeg om er mee te woe
keren en veel zielen om te herderen hij heeft
ook veel verantwoording af te leggen. Vergeet
daarom niet bij uw gelukwensch een vurig en
hartelijk gebed te voegen."
MARTIN BERDEN
Nadruk verboden)
niiiiiiMiiiiiiiiiiiiiiHiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiuin
In een chemische fabriek gelukte het uit de
overblijfselen van het zilvererts het metaal ko
talt te winnen. Dit is voor de minerologen een
zeer belangwekkende ontdekking, want deze
wisten tot nu toe niet dat de betreffende ertsen
kobalt bevatten. Een nauwkeurig onderzoek be
vestigde het voorhanden zijn van het gezochte
metaal. De buitengewoon kleine hoeveelheid
van 0.0048 pet. was bij onderzoekingen aan het
licht gekomen. Bij de bewerking van het erts
in de chemische fabriek vermeerderde het me
taal zich in dier mate, dat men het kon afzon
deren en gebruiken.
k denk, dat Dorris Reynolds, de vrouwelijke
detective, er wel geen bezwaar tegen zal
hebben, dat ik u een van de vele gebeurte
nissen mededeel, waarin zij een rol speelde. Zij
was indertijd een der intelligentste ambtenaren
van Scotland Yard. Indertijd, want zij is nu al
eenige jaren gelukkig getrouwd en wijdt zich
nu geheel aan haar geein.
Het geval, waarvan ik vertellen wil, betreft
den moord op een man in een van die obscure
buurten van Soho, waar waar een enkele poli-
tie-agent zich niet veilig gevoelt en ze daarom
steeds getweeën de ronde doen.
Er was een man vermoord gevonden en Dor
ris Reynolds kreeg opdracht, dit zaakje te on
derzoeken. Men zal verwonderd zijn, dat zij, als
vrouw, deze opdracht had gekregen, doch een
mannelijk detective zou direct in het oog loopen
en niemand zou iets uitlaten.
En dus toog Dorris, vermomd als eën vrouw
uit het volk, op weg. Zij begon haar onderzoek
in het huis, waar de vermoorde gevonden was.
Het was stil in het huis. 'n groote huur
kazerne. Zij had den sleutel van het vertrek
in haar bezit en geruischloos maakte zij de
deur, welke op het portaal uitkwam, open. Het
lijk lag nog op de plaats, waar men het 's mor
gens gevonden had. Ze lie<t haar blikken gaan
over het armelijk interieur van de kamer.
Terwijl zij met haar onderzoek bezig was,
hoorde zij iemand de trap opkomen. Op alles
verdacht, haalde zij haar revolver te voor
schijn, om zich te kunnen verdedigen.
De deur'van de kamer werd geopend en een
groote, breed-geschouderde man trad het ver
trek binnen.
Hallo, waarde collega, zeide hij, doe dat
dingetje maar weg. Mijn naam is Fielding, van
Scotland Yard. En hij toonde haar het insigne,
dat alle ambtenaren van den Yard bezitten om
zich te identificeeren.
Dorris begreep er niets van. Waarom had
Scotland Yard hem oveneens een onderzoek
naar den moord opgedragen? Hoewel ze Fiel
ding niet kende, had zij veel over hem hooren
spreken.
Ik wist, dat ik u hier zou vinden, zeide
Fielding rustig. Dat is een kolfje naar uw hand,
hé? Maar men heeft mij ook opgedragen een
onderzoek in te stellen.
Neemt u dan de leiding op u, meneer Fiel
ding, merkte Dorris op.
Dat is niet noodig. We kunnen elkaar hel
pen. U heeft hier al een onderzoek gedaan? En
niets gevonden? Ik denk niet, dat ik gelukkiger
zal zijn, doch men kan nooit weten. Terwijl ik
op mijn manier een onderzoek instel, zoudt u
De bekende stunt-vlieger Ernst Udet is er,
naar uit Ziirich wordt gemeld in geslaagd met
zijn vliegtuig, dat voorzien was van ski's, te
landen op de hoogste vlakte van de Jungfrau
joch. Hij verrichtte deze prestaties tijdens het
opnemen van een film. Na eenige uren op den
berg te zijn gebleven, startte hij wederom vlot
en vloog terug naar Bern.
De Russische parachutiste Boesjeva heeft een
nieuw wereldrecord voor vrouwen vertraagd
parachutespringen gevestigd. Nadat zü verle
den week reeds van een hoogte van 2000 meter
sprong en de parachute zich pas 400 meter bo
ven den grond ontplooide, sprong zij Zaterdag
van een hoogte van 2500 meter, waarbij zij het
valscherm pas 500 meter boven den grond open
trok.
imiiiiiiiiiiiiiiiimiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiui!!
iTiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiuiiiiiiiiiiiiiiiiiitiiiiiiiiiiiiiiiÏÏ
eens kunnen zien of er iets in de andere kamer
of in de keuken te vinden is.
Ja, dat zou ik kunnen doen, zei Dorris.
Terwijl zij het vertrek verliet, vond ze de
houding van Fielding eigenaardig. Waarom wil
de hij haar uit de kamer hebben? En dan het
eigenaardige van 't hoofdbureau om 'n tweeden
detective er op af te sturen; dat deden ze an
ders nooit. Ze bedacht wat ze nu doen moest.
Voorzichtigheid was hier geboden.
Achter haar had Fielding de deur gesloten.
Door een spleet van de deur kon zij zien wat
Fielding deed. Niet alles, want hij stond dikwijls
met zijn rug naar haar gekeerd. Doch ze zag
voldoende, om haar verbazing op te wekken. Zoo
had zij een detective nog nooit zien werken.
Alles haalde hij onderste boven. Ze zag, hoe hij
zich over het lijk bukte en het omkeerde. Hy
onderzocht de
kleeding van het i""""
slachtoffer, hij i tï
streek en wreef I DOTTIS Reynolds,
over sommige
meubelen en i
zette zijn voet l
met opzet, op
een bloedvlek. Zij hoorde hem vloeken en hij
scheen erg gejaagd.
Meneer Melding, ik heb niets gevonden.
Bent u gelukkiger geweest?
Neen, ik heb niet kunnen vinden, wat ik
zocht
Wat zocht u dan?
Het mes, waarmee de misdaad moet zijn
gepleegd.
Dat kan wel weggegooid zijn en misschien
is de man niet hier vermoord.
U kunt gelijk hebben, zei Fielding.
Plotseling zag zij, dat hij bloed aan zijn
rechterhand had en dat hij poogde dat voor
haar te verbergen.
U heeft bloed aan uw hand, zei Dorris, als
ik niet beter wist, zou ik zeggen, dat u de moor
denaar was.
Bent u gek! zeide hij ruw. Waarschijnlijk
is dat aan mijn hand gekomen bij mijn onder
zoek.
Kom mee paar de keuken, daar kunt u uw
handen wasschen.
Fielding volgde haar.
Ik zie hier geen handdoekWacht....
En ze greep in den zak van haar mantel en
voor Melding begreep wat er gebeurde, omslo
ten twee ijzeren banden zijn polsen.
Als je je verzet, schiet ik je neerWaar
om trachtte je te verbergen, dat je bloed aan
je hand had. Niets bijzonders voor een detective,
die een onderzoek doet. En waarom mocht ik,
je collega, niet weten, dat er bloed aan je hand
was? Waarom moest ik de kamer uit en waar
om heb je het lijk omgedrraaid? Om het mes
te zoeken, moordenaar, waarmee jij den moord
hebt gepleegd? De trap af.... en geef geen
kik, of ik schiet.
Melding ging gewillig de trap af en buiten
gekomen liet Dorris haar politiefluit klinken.
In een oogenblik tijds waren zij omringd door
politie-agenten, die het opdringende publiek op
een afstand hielden.
De man, die zich voor Melding had uitgegeven,
was Joe Blake, de beruchte inbreker, die reeds
geruimen tijd door de politie gezocht werd.
SOi/JET-AmTENAAlL»
-»•». ..-Zr
Zondag jJ. .12 Aug. hield de Haarl. Hoogvlie
ger Ver. een wedvlucht van Lisse.
Er werden ingekorfd pl.m. 100 vogels.
Ie aangetoonde vogel was van G. Sprok-
kreef met wit Hagenaar duif.
2e. G. Heinsbergen met Uilebaard doffer.
3e F. Gelder met blauwgrijs Trippeler doffer.
4e. G. Janse met zwartroek Ned. kaalpoot
doffer.
5e. G. v. d. Putten met Uilebaard doffer.
Wedvlucht Soignier 205 K.M.
J. Staphorst 1, 8, 13, 17.
J. H. Somers 2, 4. 5, 6, 22, 28. 30, 39.
G. A. Steijl 3, 7, 9, 10, 14, 15, 21, 25, 31, 33.
P. Kerste 11, 18, 26.
F. J. Lourenburg 12.
A. Visser 16, 23, 39.
H. v. Oldemark 19, 20, 32, 36, 39.
C. Beilschmidt 24.
J. Keijsper 27.
P. Heijmel 35, 37, 38.
Ie kampioen Mttessen, H. v. Oldemark.
2e kampioen Mttessen, A. Visser.
Ie kampioen Hidde Fond H. v. Oldemark.
2e kampioen Midde Fond G. A. Steijl
Ie kampioen Fond J. H. Somers.
2e kampioen Fond H. v. Oldemark.
Ie kampioen Oud H. v. Oldemark
2e kampioen Oud A. Visser.
De man pakte mij in den kraag. Zoo wou je
uitbreken mannetje, kom maar mee. Oom Sid
ney schreeuwde, dat hij dit ook van plan was
en rukte met alle kracht aan de tralies. De
bewaker blies op een fluitje, een andere kwam
aangesneld en ook oom Sidney werd gegrepen.
Samen werden we weer voor den hoogeren
ambtenaar geleid.
Toen we voor den man stonden, begon oom
onmiddellijk weer te argumenteeren. Hij legde
uit, dat men ons niets kon bewijzen, want dat
we niets hadden gedaan wat in strijd was met
de voorschriften. Ook vertelde oom, dat er on
getwijfeld reeds uit Oostenrijk en Nederland
nasporingen naar ons zouden worden verricht,
hetgeen voor de betrokken instanties wel eens
minder aangename gevolgen zou kunnen heb
ben.
Schijnbaar hadden ooms woorden niet zoo
heel veel indruk op hem gemaakt. We werden
weer weggeleid en den volgenden morgen ge
lastte men ons op te staan, waarna we ons
moesten kleeden en op een schip worden ge
bracht.
Na een tocht van zeven dagen op de rivier,
bereikten we een plaats, Welke later bleek Ust
Tzilma te heeten. Hier werden we weer voor
een beambte van de Gepeoe geleid. Deze was
schijnbaar reeds omtrent ons ingelicht. Toen
oom Sidney tenminste wat wilde zeggen, hief
hij zijn hand op en zeide: „Ik weet er alles
van, jullie zult het goed hebben bij me."
Uitslag van de wedvlucht met jonge duiven
gehouden van Soignies 204 K.M.
M. C. Fehres 1.9.10.23; L. Gimbrère 2.6.11.15.
24.28; Th. Donckerwolcke 3.4..13.16.18.22.25; G.
Mollema 5.27; P Boeree 7.8.12.14.20.21; Th. van
Dam 17.19.26.
A 11 1 op dit blad zijn ingevolge de verzekeringsvoorwaarden tegen f Ofïfïfï bij levenslange geheele ongeschiktheid tut werkendoor JCfl bij een ongeval met O Cf! bij verlies van een hand f 9C 3 ij verlies van een f Cfk bij een breuk van A fk bij verlies van 'n
/iHC UvOll/(c d ongevallen verzekerd voor een der volgende uitkeeringen OUl/lr»m verlies van belde armen, belde beenen of beide oogen f doodelijken afloop een voet of een oog duim of wijsvinger %Jl/»—been of arm ttU»m anderen vinger
22.
Wat wilt u, dat er nog meer gebeurde,
juffrouw? Er was nóg geen geld genoeg, om
alles te betalen.
Ah!En toen.... Maar het vermogen
van zijn moeder was er toch nog. Mevrouw
Carvajal is familie van mijn grootvader, en
van dien kant zijn ze altijd altijd schatrijk ge
weest.
De markiezin, die heel veel van haar man
gehouden had, had hem allang haar heele
kapitaal toevertrouwd, met het vertrouwen en
d« zorgeloosheid van iemand, die geen ver
stand heeft van zaken, en absoluut vertrouwen
heeft in dengene, die ze behartigt. Er was geen
cent, meer over van al die bezittingen, die nu,
bezwaard met hypotheken als ze al waren, in
handen van de schuldeischers vielen Maar
Lorenzo had een bezitting van zichzelf, ziet u?
Uitsluitend van hemzelf. Die hadden zijn peet
ouders. die dol op den jongen waren geweest,
aan hem vermaakt. En dat, dat is het offer,
dat Lorenzo zonder aarzelen gebracht heeft.
Wat! Wilt u zeggen, dat hij in staat ge
weest is.Zelfs dat nog
Ware adel verloochent zich nooit. Dat
weet u zelf ook, en in eenzelfde geval zou u
zeker óók zoo handelen. Ja, juffrouw, die kalme
en schuchtere jongen, dien u altijd zoo inzich-
zelf gekeerd ziet, net als iemand, die uit zijn
gewone doen is, had den geweldiger, moed,
om tot den laatsten schuld toe over te nemen,
teneinde den naam van den overledene te
zuiveren.
Wat een man!
Ach, rekent u maar, dat het grootste deel
nog is blijven staan. Gélukkig, dat hij met eer
lijke menschen te doen had, die er zich réken
schap van gaven, dat die jongen méér deed,
dan hij kon, en geen haast maakten, en ook
niet aan zijn woord twijfelden. En daar was
Lorenzo dan zonder betrekking of wat ook, met
zijn moeder, die heelemaal onder den s'ag be
zweken was, en niet in staat was, om behoorlijk
te denken. Hij had zijn personeel ontslagen,
en het huis verlaten, waar hij geboreu was.
Te trotsch, om een van zijn verwanten om
onderdak te vragen, nam hij zijn intrek m een
bescheiden logement, tot een nicht van zijn
vader, in Salamanca, de heele lijdensgeschiede
nis te weten kwam, hen in eigen persoon in
Madrid kwam opzoeken, en hen. of ze wilden
of niet, met zich meenam. Die dame was niet
rijk. Ze was ongetrouwd, de dochter van een
generaal, en bezat niets anders, dan haar
weezenpensioen, en een eigen huis. U ziet dus
wel, dat ze, practisch gesproken niet tn staat
was om veel voor haar beschermelingen te
doen.
Maar ze nam ze op, op een oogenblik. dat
de nood heel hoog gestegen was. Was dat niet
genoeg?
Er was tenminste niemand anders, die wat
deed. De een niet, omdat hij, zooals uw groot
vader b.v., niet op de hoogte was van de
kritieke omstandigheden, waarin ze verkeerden
anderen niet, omdatNu. u weet, hoe ae
menschen zijn. Vrienden in den nood....
Ja, ik begrijp het.
Die oude dame nu, was een bedaarde en
heel opgewekte vrouw. Zü nam de taak op
zich, om die axme menschen tot rust te uren-
gen, en toen haar dat gelukt was, trachtte
zü de markiezin duidelijk te maken, dat ze
bij de menschen aan moest kloppen, en een
beroep doen op oude vriendschappen, en zich
van den invloed verzekeren van menschen. die
over goede relaties beschikten, om Lorenzo een
behoorlüken werkkring te bezorgen wat het
eenige middel was. waar ze mee te rekenen
hadden. Hoezeer de markiezin ook in opstand
kwam by de gedachte, dat zü zich op die
manier vernederen moest, werd zü daar wel toe
gedwongen, daar het vooruitzicht van honger
en ellende niet aangenaam was.
Wat moet ze geleden hebben! Een vrouw
als zü, zoo bekend, en zoo benijd....
Maar ze deed het. met een vastberaden
heid, die de oude dame niet van haar verwacht
had. En onder de verschillende brieven, die ze
schreef met verzoek om steun, was er één, dien
ze richtte aan uw grootvader
Zooveel ik begrepen heb, waren de be
trekkingen niet erg hartelijk in verband
met het huwelük van mijn moeder, geloof ik.
Reden te meer, waarom mevrouw Carva
jal van dien kant absoluut niets verwachtte.
En toch toen Don Juan dien brief gelezen
had, waarin men hem in vertwijfeling niet
om een leening of een aalmoes, maar om zyn
medewerking vroeg, waardoor markies Carvajal
in de mogelükheid zou komen te verkeerer., om
op een fatsoenlüke manier voor zichzelf en zijn
moeder het brood te verdienen, putte die edel
moedige man, die alles begrijpt, zich uit in
hulpbetoon. In die dagen had de markies
nog geen opvolger aangenomen voor den ouden
rentmeester, die zijn ontslag had genomen bü
den nieuwerwetschen gang van zaken. Hü liet
Lorenzo onmiddellük by zich komen, en deed
hem kortweg het volgende voorstel: de betrek
king van rentmeester, een verleidelijk salaris,
vrij wonen in het paviljoen, een auto en een
paard tot zün beschikking, en ik weet al niet,
wat voor andere voordeelen en gemakken meer.
De jongen was sprakeloos. Hü nam het aan....
Natuurlijk was hü in het begin een beetje
ongeschikt, maar hy had zoo'n lust cm te wer
ken, en was zoo vol goeden wilEn de mar
kies werkte hem met zoo'n onvergelijkelijk ge
duld in....
Ze zün héél dankbaar.
Ze zün füngevoelig genoeg, om te Degrüpen.
dat de oplossing van den markies hun heel wat
krenkingen van hun gevoelens bespaard heeft.
Hier zün ze onder hun gelijken, die hun nooit
de zwaarte van hun dienstbaarheid zullen later,
voelen, zooals vreemden het hen zouden nebben
laten voelen. En daar is dan Lorenzo, als een
waanzinnige aan het sparen, om....
Om te trouwen, mynheer pastoor? vroeg
Reina.
Goede genade, neen! Die arme Lorer.zo!
Om de achterstallige schulden te kunnen be
talen.
Nu nog! Maar ééns, als dat is afgeloopen,
zullen ze zich toch wel wat ruimer kunnen be
weger., is 't niet?
Natuurlük. Het salaris is prachtig, en de
uitgaven zün niet hoog, daar de markies hun
van alles in huis stuurt. Vogels, konünen,
groente, vruchten, vleesch.... Van alles stopt
de goede Don Juan hun toe.
Ondanks alles, hebben ze nog veel geluk
gehad, zei Reina zachtjes.
Zü waren bü het huis gekomen. Een be
diende kwam pater Esteban zeggen, dat de
markies hem op de steenen bank bü het perk
sleutelbloemen wachtte.
U kunt u niet voorstellen, ging het meisje
voort, terwül ze hem langs de iabyrinth-
achtige paden van den tuin begeleidde wat
een diepen indruk dat bezoek op mü gemaakt
heeft. Ik heb altüd vast gedacht, dat ik erg
ongelukkig was, door wat er is voorgevallen.
Maar ik moet u ronduit bekennen, dat, toen
ik gisterenavond van het paviljoen vandaan
kwam, ik mezelf den gelukkigster. mensch van
de wereld vond. Wat dragen zü het flink! En
dan dat samer. opgaan naar het doel, dat ze
zich gesteld hebben. Het is net. alsof ze tegcr.
het noodlot gezegd hebben: „Jü hebt het tegen
ons opgenomen? Best, wij zullen het samen
opnemen tegen jou." O, het is schitterei d.
Toen zü bü de plek kwamen, waar Marilena
zat te lezen, zei Reina den pastoor goeder, dag.
en liet hem zün weg vervolger., teneinde zelf
zich weer bü haar tante te voegen. Pater
Esteban keek haar na, met peinzenden blik
Zou het mogelijk zün?In zün vaderhjk
hart voelde hij een groote teederheid voor den
jongen markies Carvajal, wiens verdiensten
als Christen en als man hü op de juiste waarde
had weter. te schatten. Hoewel dat arme gezin
thans tegen armoede beveiligd was dank zy
de edelmoedigheid. van markies Aiedo
bleven er toch donkere wolken aan den norizon,
voor den jongen markies vooral. Daar was o.a.
het vraagstuk van een eventueel huwelyk, dat
héél moeilük op te lossen scheen. Zou hy trou
wen met een meisje van zün stand zooals
logisch zou moeten gebeuren, teneinde in
smaak en opvoeding en levensopvatting overeen
te komen? Pater Esteban wist opperbest, dat
de belangeloosheid heden ten dage niet dicht
gezaaid was; dat de huwelyken-uit-liefde vrü-
wel tot de geschiedenis behoorden, dat de
meisjes uit de hoogste kringen voor haar gril
len er. verfündheden een inkomen noodig had
den. dat onze grootmoeders de handen ineen
zou hebber, doen slaan van verbazing, en dat,
hoe ..vrouwelijk" die moderne vlindertjes ook
waren, zij haar zelfverloochening niet róóver
dreven, dat ze een-twee-drie de ideale huis
vrouw werden, die Lorenzo Carvajal in zün
veranderde omstandigheden noodig had En ai
zou één van die meisjes zich geroepen voeler.,
om zoo'n romantische heldin te worden, dan was
daar nog de familie op de achterhand, met haar
practischen zin. en haar koele berekeningen,
die geen sentimenteele oplossing toelieten.
(Wordt vervolgd.)