GEBIT f 35.- Met wifiaal aan dm da$ i f 50- keerden wij uit I ONZE 329e UITKEERING f 82.205.- PER VLIEGMACHINE DE WERELD ROND Gelouterd Vijftigjarig priesterjubileum van mgr. dr. G. C. van Noort i JB WAARACHTIG HERDER TANDARTS DE BRANDWEER Het Tandheelkundig Instituut 16 Rijksstraatweg 16 I. DINSDAG 14 AUGUSTUS 1934 s v Plaatje met 1 Kunsttand f3. Iedere tand meerf 1.75 Porcelein-of Zilvervulling f 3.— Goudvulling vanaf f 9. Goudkroon vanaf. f 15.— BESLIST pijnlooze behandeling door NEDERLANDSCH enAMERIKAANSCH Mondonderzoek kosteloos Vliegtuig geland op de Jungfraujoch Kobalt in zilvererts Detective Parachute-springen voor vrouwen ingevolge de voor onze abonné's geldende gratis-ongevallenverzekering aan den Heer TH. H. Möller, Vanenburgstraat 32, Wageningen, wegens een aan hem overkomen ongeval. Dit is 1 WAARMEDE THANS EEN TOTAAL BEDRAG VAN I aan onze verzekerde abonné's is uitgekeerd. DIRECTIE VEREEN. KATH. PERS f DUIVENSPORT Haarl. Hoogvlieger Spaarnevogels Columba AANGIFTE MOETOP STRAFFE VAN VERLIES VAN ALLE RECHTEN, GESCHIEDEN UITERLIJK DRIE MAAL VIER EN TWINTIG UUR NA HET ONGEVAL NAAR HET SPAANSCH Wanneer we bij dit gouden priesterfeest van den geleerden theoloog van inter nationale vermaardheid en Romeinsch ieredoctoraat den grooten karaktervollen mensch willen eeren, dan dienen we voor alles en boven alles te eeren. den priester in hem. Vijftig jaar geleden werd deze markante per soonlijkheid, aie naast de eervolle erkenningen ook de teleurstellingen en groote moeilijkheden des levens zeer zeker heeft gekend maar ze fier in stilte heeft gedragen vijftig jaar ge leden is Gerardus Cornells van Noort tot pries ter gewijd en nu na vijftig jaren mag van hem op het feest van zijn priesterschap naar waar heid worden getuigd: het kenmerkende van dezen sympathieken mensch, van dezen ge leerde, van dezen gezagdrager die het gezag als van zelf doet eeren, is: het priester-zijn. Priester is hij geheel en al. Wie hem aan het altaar in de eenvoudige Begijnhofkerk der hoofdstad de heilige geheimen ziet vieren, wordt getroffen door de heiligheid der handeling. Wie met hem in aanraking komt in moeilijke le vensomstandigheden, in ernstige aangelegen heden ontvangt een indruk-voor-immer van den waren priester met breed maar tevens diep inzicht. Zelfs bij oppervlakkige aanraking met hem doet een vluchtig gesprek, een lachend onderhoud, een kernig gezegde den priester in hem kennen. Naast de klaarheid van zijn be toog en de eerlijkheid van zijn apologie was het wel vooral dit echte priesterschap van hem dat zoovele niet-kathalieken tot de eeuwige waarheid trok, welke zóó beleefd werd. Zijn studievriend en klasgenoot dr. Th. Vla ming heeft op zijn zeventigsten jaardag ge tuigd: „Hoe vereerend en hoe aanlokkelijk ook voor zijn wetenschappelijken zin die hoog- leeraarsbenoeming hem ook moge geweest zijn, toch heb ik in de bijna veertien jaren van ons samenwonen te Warmond ruimschoots gelegen' heid gehad te bespeuren, dat hij een mooi deel van zijn hart te Amsterdam had achterge laten." In Amsterdam had kort na zijn priesterwij ding immers de jonge priester zoo toegewijd in de volkrijke parochie van „De Pool" reeds ge> arbeid en, na zijn professoraat, heeft hij er de zielzorg uitgeoefend met een ijver, wijsheid en toewijding welke denzelfden dr. Vlaming deden schrijven: .Met blijdschap dan ook keerde hij na een professoraat van ruim vijftien jaren naar Amsterdam terug. Hoe hij van toen af zijn „oude liefde" weer aan de Katholieke be volking der hoofdstad ten goede deed komen, weten beter dan ondergeteekende al sinds 1908 de parochianen van „de Duif" plus tal- looze anderen, en weet sinds 1929 heel het Amsterdamsche Dekenaat." „Ofschoon door geboorte een zoon van het open land is hij door een wedergeboorte met hart en ziei Amsterdammer geworden" Het grootste deel van zijn priesterleven heeft hij hier doorgebracht. Geboren te Stompwijk 10 Mei 1861 studeerde hij aan de seminaries Ha- geveld en Warmond en mocht 15 Augustus 1884 de heilige priesterwijding ontvangen. Na zijn priesterwijding volgde de benoeming tot kape laan te Medemblik, waar hij tot 1887 bleef om alsdan naar Amsterdam te worden overge plaatst. Hier arbeidde hij te midden eener groote stadsbevolking in de oude „Pool" Wel dra verscheen de encycliek „Rerum Novarum" van den grooten Leo XIII en in een eerste ge schrift van zijn hand heeft de jonge kapelaan op klare en bevattelijke wijze 's Pausen woor den tot de schare gebracht. De klaarheid en orde, die zooveel karakter gaven aan de vele geschriften welke zouden volgen, kenmerkten reeds dit eerste werk. Zijn pastoor* wilde hem niet missen toen er sprake was van een professoraat voor den ka pelaan die „summa cum iaude" („met den hoogsten lof') zijn seminariestudiën had vol tooid. Maar in 1892 volgde toch de benoeming tot professor in de leerstellige Godgeleerdheid aan het groot-seminarie van het Bisdom Haarlem te Warmond. De feestredenaar bij den in het Concertge bouw zoo grootsch gevierden zeventigsten ver jaardag van Mgr. dr. van Noort, professor van Rooy sprak van dit professoraat: „Die levensperiode bracht u op een eere plaats tussehen de beste theologen van de we reld en bezorgde u een naam en een faam waarop wij trotsch gaan." „Een lange reeks in het Latijn geschreven boeken hebt gij het licht doen zien, welke even zoovele schatkamers zijn van diep doordachte, wel-geordenae wetenschap." „Niet alleen hier te lande, maar in vele lan den van Europa, ja zelfs op de Philippijnen, in Britsch-Indiè en op Ceylon worden uw wer ken als leerboeken gebruikt." Naast die werken schreef hij nog vele arti kelen en brochures, welke het licht van zijn klaren geest uitstralen, o.a. „De zedelüke ver antwoordelijkheid van den Geneesheer" „Het Evolutie-vraagstuk". „Ambtelijk, niet onfeilbaar Leergezag", „Het Modernisme en de Anti-mo dernisten-eed" en „Christus, Zijn persoon en Zijn werk", een voor velen verhelderend boek. Professor Van Noort bevestigde zijn roep van uitnemend hoogleeraar ook buiten de muren van Warmonds seminarie door zijn: „Tractatus de Sacramentis", „Tractatus de Vera Religio- ne", „Tractatus de Pontibus Revelationis", „Tractatus de Ecclesia Christi", „Tractatus de Deo Creatore", „Tractatus de Deo Uno et Tri- no", „Tractatus de Deo Redemptore", en „Tractatus de Gratia Christi". /v.. ïviï Zijn meeste werken werden in het latijn ge schreven. Daardoor ook namen zij hun weg over de wereld. Daardoor ook kon de Paus Pius XI onmiddellijk uitroepen dat hij pastoor Van Noort kende uit zijn werken. „Faradac" heeft naar aanleiding daarvan eens in „De Tijd" geschreven: „Wat een ver lies is het met voor de wereld van de gedach ten geweest, toen met de hervorming, en met de opkomst en ontwikkeling van het nationa lisme in Europa, het latijn achteruit werd ge drongen. Wat hadden de Nederlandsche schrij vers van de Imitatio niet een in waarheid breeden lezerskring! Zelfs nog in het begin van de 17e eeuw is b.v voor een Grotius het latijn een macht en een kracht. Zou men heusch meenen, dat geschreven in het Hollandsch „de Jure Belli ac Pacis" de beteekenis zou gekregen hebben die dit geschrift nu heeft? Is het niet 'n trotsch idee voor ons Nederlanders, dat „De Deo Creatore" of „De Deo Redemptore" of „De Gratia Christi" door hen onder ons, voor wie deze werken geschreven zijn, over de geheele wereld gelezen kunnen worden? Van Noort is een auteur die niet vertaald behoeft te wor den." In 1908 zag de hoofdstad zijn vroegeren ka pelaan terug als pastoor van de „St. Willi- brordus binnen de Veste" het aloude „Duifje". Weldra won zich de nieuwe herder een gezag volle plaats in het kerkelijk leven der hoofd stad. Hij werd o.a. algemeen „directeur van de Vereeniging tot Weldadigheid van den Aller heiligsten Verlosser". En toen in 1924 het In ternationaal Eucharistisch Congres te Amster dam werd gehouden was hij de met fijnen tact zooveel regelende onder-voorzitter van het Plaatselijk Comité dat alles organiseerde. De dankbaarheid zijner eigen parochianen kwam treffend uit bij zijn veertig-jarig pries terfeest, tien jaar geleden, bij welke gelegenheid H. M. de Koningin den oud-hoogleeraar be noemde tot Officier in de Orde van Oranje- Nassau. In November 1926 eerde Haarlems Bisschops Mgr. Callier pastoor Van Noort door hem als kanunnik op te nemen in het kathedraal ka pittel van Haarlem. In Februari 1929 volgde zijn benoeming tot Deken van Amsterdam en weldra de groote onderscheiding van zijn we tenschappelijken godgeleerden arbeid door het eerc-doctoraat uit Rome. Hoe grootsch hij in het Concertgebouw te Amsterdam door alle kringen gevierd is ter gelegenheid van zijn zeventigsten jaardag 10 Mei 1931 ligt nog in aller heugenis. Professor dr. Willem Mengelberg dirigeerde toen zelf zijn orkest. En niet lang daarna onderscheidde Z. H. de Paus dr. van Noort opnieuw door zijn verheffing tot Huisprelaat van Zijne Heilig heid. Op een leeftijd als anderen reeds aan een otium cum dignitate denken heeft deze voor HAARLEM Noord - TEL. 16726 berekent thans nog voor 'n geh. met garantie P ij n 1 o o s trekken inbegrepen 22 karaats goud Pijnloos trekken van tand of kies 1.50 Spreekuren ALLE werkdagen van 912 en van 14 uur Zaterdags van 912 uur. AVONDSPREEKUUR Maandag, Dinsdag, WOENSDAG en Donderdag van 79 uur. iiiiiiiiiiiiii'= De Amsterdamsche Brandweer viert Haar zestig jaar bestaan. Dus zestig jaar heeft zij met vuur En vlammen omgegaan. Maar al die jaren stelde zij De burgerij gerust, Omdat zij met onbluschbaar vuur De vlammen heeft gebluscht! De massa brandjes, 't zij dan al Van kort of langen duur, Bestreed zij altijd zeer actief En naar heur aard vol vuurt En zelfs al kwam zij onverwacht Voor hevig vuur te staan Te vuriger en vuur-beproefd Heeft zij haar plicht gedaan. Zij zelf toch komt in vuur en vlam Waar 't vuur zijn kracht beproeft, Want ,t vuur der geestdrift laat niet los Waar 't vuur den strijd behoeft! Verdedigen doet zij met vuur, Zij vecht, zij kampt en slooft, Totdat zij, vuurvast als zij is, De vuren heeft gedoofd! Haar vijand is de rooie haan Doch waar de vuurzee laait, Is altijd nog het slot geweest, Dat zij victorie kraait! Zij speelt met vuur, gaat door het vuur, Zij zoekt het, met beleid! Men eert haar, daar zij steeds correct Het vuur met vuur bestrijdt! geen moeilijkheden terugdeinzende werker een der zwaarste en meest verantwoordelijke posten te bekleeden in de Haarlemsche Kerk, terwijl hij ook op nog zoo menig ander terrein zijn invloed doet gelden. De katholieke pers der hoofdstad herdenkt dankbaar zijn beteekenis voor de stichting der parochiebladen en het Amsterdamsche katholieke volksdagblad „De Nieuwe Dag" in het bijzonder als commissaris der N. V. Drukkerij De Tijd. Oud-professor dr. J. Th. Beyssens eindigde tien jaar geleden zijn feestpredikatie op het 40-jarig priesterfeest van den nu gouden ju bilaris met een verzoek waarmede wij ook thans willen eindigen: „Wie veel talenten kreeg om er mee te woe keren en veel zielen om te herderen hij heeft ook veel verantwoording af te leggen. Vergeet daarom niet bij uw gelukwensch een vurig en hartelijk gebed te voegen." MARTIN BERDEN Nadruk verboden) niiiiiiMiiiiiiiiiiiiiiHiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiuin In een chemische fabriek gelukte het uit de overblijfselen van het zilvererts het metaal ko talt te winnen. Dit is voor de minerologen een zeer belangwekkende ontdekking, want deze wisten tot nu toe niet dat de betreffende ertsen kobalt bevatten. Een nauwkeurig onderzoek be vestigde het voorhanden zijn van het gezochte metaal. De buitengewoon kleine hoeveelheid van 0.0048 pet. was bij onderzoekingen aan het licht gekomen. Bij de bewerking van het erts in de chemische fabriek vermeerderde het me taal zich in dier mate, dat men het kon afzon deren en gebruiken. k denk, dat Dorris Reynolds, de vrouwelijke detective, er wel geen bezwaar tegen zal hebben, dat ik u een van de vele gebeurte nissen mededeel, waarin zij een rol speelde. Zij was indertijd een der intelligentste ambtenaren van Scotland Yard. Indertijd, want zij is nu al eenige jaren gelukkig getrouwd en wijdt zich nu geheel aan haar geein. Het geval, waarvan ik vertellen wil, betreft den moord op een man in een van die obscure buurten van Soho, waar waar een enkele poli- tie-agent zich niet veilig gevoelt en ze daarom steeds getweeën de ronde doen. Er was een man vermoord gevonden en Dor ris Reynolds kreeg opdracht, dit zaakje te on derzoeken. Men zal verwonderd zijn, dat zij, als vrouw, deze opdracht had gekregen, doch een mannelijk detective zou direct in het oog loopen en niemand zou iets uitlaten. En dus toog Dorris, vermomd als eën vrouw uit het volk, op weg. Zij begon haar onderzoek in het huis, waar de vermoorde gevonden was. Het was stil in het huis. 'n groote huur kazerne. Zij had den sleutel van het vertrek in haar bezit en geruischloos maakte zij de deur, welke op het portaal uitkwam, open. Het lijk lag nog op de plaats, waar men het 's mor gens gevonden had. Ze lie<t haar blikken gaan over het armelijk interieur van de kamer. Terwijl zij met haar onderzoek bezig was, hoorde zij iemand de trap opkomen. Op alles verdacht, haalde zij haar revolver te voor schijn, om zich te kunnen verdedigen. De deur'van de kamer werd geopend en een groote, breed-geschouderde man trad het ver trek binnen. Hallo, waarde collega, zeide hij, doe dat dingetje maar weg. Mijn naam is Fielding, van Scotland Yard. En hij toonde haar het insigne, dat alle ambtenaren van den Yard bezitten om zich te identificeeren. Dorris begreep er niets van. Waarom had Scotland Yard hem oveneens een onderzoek naar den moord opgedragen? Hoewel ze Fiel ding niet kende, had zij veel over hem hooren spreken. Ik wist, dat ik u hier zou vinden, zeide Fielding rustig. Dat is een kolfje naar uw hand, hé? Maar men heeft mij ook opgedragen een onderzoek in te stellen. Neemt u dan de leiding op u, meneer Fiel ding, merkte Dorris op. Dat is niet noodig. We kunnen elkaar hel pen. U heeft hier al een onderzoek gedaan? En niets gevonden? Ik denk niet, dat ik gelukkiger zal zijn, doch men kan nooit weten. Terwijl ik op mijn manier een onderzoek instel, zoudt u De bekende stunt-vlieger Ernst Udet is er, naar uit Ziirich wordt gemeld in geslaagd met zijn vliegtuig, dat voorzien was van ski's, te landen op de hoogste vlakte van de Jungfrau joch. Hij verrichtte deze prestaties tijdens het opnemen van een film. Na eenige uren op den berg te zijn gebleven, startte hij wederom vlot en vloog terug naar Bern. De Russische parachutiste Boesjeva heeft een nieuw wereldrecord voor vrouwen vertraagd parachutespringen gevestigd. Nadat zü verle den week reeds van een hoogte van 2000 meter sprong en de parachute zich pas 400 meter bo ven den grond ontplooide, sprong zij Zaterdag van een hoogte van 2500 meter, waarbij zij het valscherm pas 500 meter boven den grond open trok. imiiiiiiiiiiiiiiiimiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiui!! iTiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiuiiiiiiiiiiiiiiiiiitiiiiiiiiiiiiiiiÏÏ eens kunnen zien of er iets in de andere kamer of in de keuken te vinden is. Ja, dat zou ik kunnen doen, zei Dorris. Terwijl zij het vertrek verliet, vond ze de houding van Fielding eigenaardig. Waarom wil de hij haar uit de kamer hebben? En dan het eigenaardige van 't hoofdbureau om 'n tweeden detective er op af te sturen; dat deden ze an ders nooit. Ze bedacht wat ze nu doen moest. Voorzichtigheid was hier geboden. Achter haar had Fielding de deur gesloten. Door een spleet van de deur kon zij zien wat Fielding deed. Niet alles, want hij stond dikwijls met zijn rug naar haar gekeerd. Doch ze zag voldoende, om haar verbazing op te wekken. Zoo had zij een detective nog nooit zien werken. Alles haalde hij onderste boven. Ze zag, hoe hij zich over het lijk bukte en het omkeerde. Hy onderzocht de kleeding van het i"""" slachtoffer, hij i tï streek en wreef I DOTTIS Reynolds, over sommige meubelen en i zette zijn voet l met opzet, op een bloedvlek. Zij hoorde hem vloeken en hij scheen erg gejaagd. Meneer Melding, ik heb niets gevonden. Bent u gelukkiger geweest? Neen, ik heb niet kunnen vinden, wat ik zocht Wat zocht u dan? Het mes, waarmee de misdaad moet zijn gepleegd. Dat kan wel weggegooid zijn en misschien is de man niet hier vermoord. U kunt gelijk hebben, zei Fielding. Plotseling zag zij, dat hij bloed aan zijn rechterhand had en dat hij poogde dat voor haar te verbergen. U heeft bloed aan uw hand, zei Dorris, als ik niet beter wist, zou ik zeggen, dat u de moor denaar was. Bent u gek! zeide hij ruw. Waarschijnlijk is dat aan mijn hand gekomen bij mijn onder zoek. Kom mee paar de keuken, daar kunt u uw handen wasschen. Fielding volgde haar. Ik zie hier geen handdoekWacht.... En ze greep in den zak van haar mantel en voor Melding begreep wat er gebeurde, omslo ten twee ijzeren banden zijn polsen. Als je je verzet, schiet ik je neerWaar om trachtte je te verbergen, dat je bloed aan je hand had. Niets bijzonders voor een detective, die een onderzoek doet. En waarom mocht ik, je collega, niet weten, dat er bloed aan je hand was? Waarom moest ik de kamer uit en waar om heb je het lijk omgedrraaid? Om het mes te zoeken, moordenaar, waarmee jij den moord hebt gepleegd? De trap af.... en geef geen kik, of ik schiet. Melding ging gewillig de trap af en buiten gekomen liet Dorris haar politiefluit klinken. In een oogenblik tijds waren zij omringd door politie-agenten, die het opdringende publiek op een afstand hielden. De man, die zich voor Melding had uitgegeven, was Joe Blake, de beruchte inbreker, die reeds geruimen tijd door de politie gezocht werd. SOi/JET-AmTENAAlL» -»•». ..-Zr Zondag jJ. .12 Aug. hield de Haarl. Hoogvlie ger Ver. een wedvlucht van Lisse. Er werden ingekorfd pl.m. 100 vogels. Ie aangetoonde vogel was van G. Sprok- kreef met wit Hagenaar duif. 2e. G. Heinsbergen met Uilebaard doffer. 3e F. Gelder met blauwgrijs Trippeler doffer. 4e. G. Janse met zwartroek Ned. kaalpoot doffer. 5e. G. v. d. Putten met Uilebaard doffer. Wedvlucht Soignier 205 K.M. J. Staphorst 1, 8, 13, 17. J. H. Somers 2, 4. 5, 6, 22, 28. 30, 39. G. A. Steijl 3, 7, 9, 10, 14, 15, 21, 25, 31, 33. P. Kerste 11, 18, 26. F. J. Lourenburg 12. A. Visser 16, 23, 39. H. v. Oldemark 19, 20, 32, 36, 39. C. Beilschmidt 24. J. Keijsper 27. P. Heijmel 35, 37, 38. Ie kampioen Mttessen, H. v. Oldemark. 2e kampioen Mttessen, A. Visser. Ie kampioen Hidde Fond H. v. Oldemark. 2e kampioen Midde Fond G. A. Steijl Ie kampioen Fond J. H. Somers. 2e kampioen Fond H. v. Oldemark. Ie kampioen Oud H. v. Oldemark 2e kampioen Oud A. Visser. De man pakte mij in den kraag. Zoo wou je uitbreken mannetje, kom maar mee. Oom Sid ney schreeuwde, dat hij dit ook van plan was en rukte met alle kracht aan de tralies. De bewaker blies op een fluitje, een andere kwam aangesneld en ook oom Sidney werd gegrepen. Samen werden we weer voor den hoogeren ambtenaar geleid. Toen we voor den man stonden, begon oom onmiddellijk weer te argumenteeren. Hij legde uit, dat men ons niets kon bewijzen, want dat we niets hadden gedaan wat in strijd was met de voorschriften. Ook vertelde oom, dat er on getwijfeld reeds uit Oostenrijk en Nederland nasporingen naar ons zouden worden verricht, hetgeen voor de betrokken instanties wel eens minder aangename gevolgen zou kunnen heb ben. Schijnbaar hadden ooms woorden niet zoo heel veel indruk op hem gemaakt. We werden weer weggeleid en den volgenden morgen ge lastte men ons op te staan, waarna we ons moesten kleeden en op een schip worden ge bracht. Na een tocht van zeven dagen op de rivier, bereikten we een plaats, Welke later bleek Ust Tzilma te heeten. Hier werden we weer voor een beambte van de Gepeoe geleid. Deze was schijnbaar reeds omtrent ons ingelicht. Toen oom Sidney tenminste wat wilde zeggen, hief hij zijn hand op en zeide: „Ik weet er alles van, jullie zult het goed hebben bij me." Uitslag van de wedvlucht met jonge duiven gehouden van Soignies 204 K.M. M. C. Fehres 1.9.10.23; L. Gimbrère 2.6.11.15. 24.28; Th. Donckerwolcke 3.4..13.16.18.22.25; G. Mollema 5.27; P Boeree 7.8.12.14.20.21; Th. van Dam 17.19.26. A 11 1 op dit blad zijn ingevolge de verzekeringsvoorwaarden tegen f Ofïfïfï bij levenslange geheele ongeschiktheid tut werkendoor JCfl bij een ongeval met O Cf! bij verlies van een hand f 9C 3 ij verlies van een f Cfk bij een breuk van A fk bij verlies van 'n /iHC UvOll/(c d ongevallen verzekerd voor een der volgende uitkeeringen OUl/lr»m verlies van belde armen, belde beenen of beide oogen f doodelijken afloop een voet of een oog duim of wijsvinger %Jl/»—been of arm ttU»m anderen vinger 22. Wat wilt u, dat er nog meer gebeurde, juffrouw? Er was nóg geen geld genoeg, om alles te betalen. Ah!En toen.... Maar het vermogen van zijn moeder was er toch nog. Mevrouw Carvajal is familie van mijn grootvader, en van dien kant zijn ze altijd altijd schatrijk ge weest. De markiezin, die heel veel van haar man gehouden had, had hem allang haar heele kapitaal toevertrouwd, met het vertrouwen en d« zorgeloosheid van iemand, die geen ver stand heeft van zaken, en absoluut vertrouwen heeft in dengene, die ze behartigt. Er was geen cent, meer over van al die bezittingen, die nu, bezwaard met hypotheken als ze al waren, in handen van de schuldeischers vielen Maar Lorenzo had een bezitting van zichzelf, ziet u? Uitsluitend van hemzelf. Die hadden zijn peet ouders. die dol op den jongen waren geweest, aan hem vermaakt. En dat, dat is het offer, dat Lorenzo zonder aarzelen gebracht heeft. Wat! Wilt u zeggen, dat hij in staat ge weest is.Zelfs dat nog Ware adel verloochent zich nooit. Dat weet u zelf ook, en in eenzelfde geval zou u zeker óók zoo handelen. Ja, juffrouw, die kalme en schuchtere jongen, dien u altijd zoo inzich- zelf gekeerd ziet, net als iemand, die uit zijn gewone doen is, had den geweldiger, moed, om tot den laatsten schuld toe over te nemen, teneinde den naam van den overledene te zuiveren. Wat een man! Ach, rekent u maar, dat het grootste deel nog is blijven staan. Gélukkig, dat hij met eer lijke menschen te doen had, die er zich réken schap van gaven, dat die jongen méér deed, dan hij kon, en geen haast maakten, en ook niet aan zijn woord twijfelden. En daar was Lorenzo dan zonder betrekking of wat ook, met zijn moeder, die heelemaal onder den s'ag be zweken was, en niet in staat was, om behoorlijk te denken. Hij had zijn personeel ontslagen, en het huis verlaten, waar hij geboreu was. Te trotsch, om een van zijn verwanten om onderdak te vragen, nam hij zijn intrek m een bescheiden logement, tot een nicht van zijn vader, in Salamanca, de heele lijdensgeschiede nis te weten kwam, hen in eigen persoon in Madrid kwam opzoeken, en hen. of ze wilden of niet, met zich meenam. Die dame was niet rijk. Ze was ongetrouwd, de dochter van een generaal, en bezat niets anders, dan haar weezenpensioen, en een eigen huis. U ziet dus wel, dat ze, practisch gesproken niet tn staat was om veel voor haar beschermelingen te doen. Maar ze nam ze op, op een oogenblik. dat de nood heel hoog gestegen was. Was dat niet genoeg? Er was tenminste niemand anders, die wat deed. De een niet, omdat hij, zooals uw groot vader b.v., niet op de hoogte was van de kritieke omstandigheden, waarin ze verkeerden anderen niet, omdatNu. u weet, hoe ae menschen zijn. Vrienden in den nood.... Ja, ik begrijp het. Die oude dame nu, was een bedaarde en heel opgewekte vrouw. Zü nam de taak op zich, om die axme menschen tot rust te uren- gen, en toen haar dat gelukt was, trachtte zü de markiezin duidelijk te maken, dat ze bij de menschen aan moest kloppen, en een beroep doen op oude vriendschappen, en zich van den invloed verzekeren van menschen. die over goede relaties beschikten, om Lorenzo een behoorlüken werkkring te bezorgen wat het eenige middel was. waar ze mee te rekenen hadden. Hoezeer de markiezin ook in opstand kwam by de gedachte, dat zü zich op die manier vernederen moest, werd zü daar wel toe gedwongen, daar het vooruitzicht van honger en ellende niet aangenaam was. Wat moet ze geleden hebben! Een vrouw als zü, zoo bekend, en zoo benijd.... Maar ze deed het. met een vastberaden heid, die de oude dame niet van haar verwacht had. En onder de verschillende brieven, die ze schreef met verzoek om steun, was er één, dien ze richtte aan uw grootvader Zooveel ik begrepen heb, waren de be trekkingen niet erg hartelijk in verband met het huwelük van mijn moeder, geloof ik. Reden te meer, waarom mevrouw Carva jal van dien kant absoluut niets verwachtte. En toch toen Don Juan dien brief gelezen had, waarin men hem in vertwijfeling niet om een leening of een aalmoes, maar om zyn medewerking vroeg, waardoor markies Carvajal in de mogelükheid zou komen te verkeerer., om op een fatsoenlüke manier voor zichzelf en zijn moeder het brood te verdienen, putte die edel moedige man, die alles begrijpt, zich uit in hulpbetoon. In die dagen had de markies nog geen opvolger aangenomen voor den ouden rentmeester, die zijn ontslag had genomen bü den nieuwerwetschen gang van zaken. Hü liet Lorenzo onmiddellük by zich komen, en deed hem kortweg het volgende voorstel: de betrek king van rentmeester, een verleidelijk salaris, vrij wonen in het paviljoen, een auto en een paard tot zün beschikking, en ik weet al niet, wat voor andere voordeelen en gemakken meer. De jongen was sprakeloos. Hü nam het aan.... Natuurlijk was hü in het begin een beetje ongeschikt, maar hy had zoo'n lust cm te wer ken, en was zoo vol goeden wilEn de mar kies werkte hem met zoo'n onvergelijkelijk ge duld in.... Ze zün héél dankbaar. Ze zün füngevoelig genoeg, om te Degrüpen. dat de oplossing van den markies hun heel wat krenkingen van hun gevoelens bespaard heeft. Hier zün ze onder hun gelijken, die hun nooit de zwaarte van hun dienstbaarheid zullen later, voelen, zooals vreemden het hen zouden nebben laten voelen. En daar is dan Lorenzo, als een waanzinnige aan het sparen, om.... Om te trouwen, mynheer pastoor? vroeg Reina. Goede genade, neen! Die arme Lorer.zo! Om de achterstallige schulden te kunnen be talen. Nu nog! Maar ééns, als dat is afgeloopen, zullen ze zich toch wel wat ruimer kunnen be weger., is 't niet? Natuurlük. Het salaris is prachtig, en de uitgaven zün niet hoog, daar de markies hun van alles in huis stuurt. Vogels, konünen, groente, vruchten, vleesch.... Van alles stopt de goede Don Juan hun toe. Ondanks alles, hebben ze nog veel geluk gehad, zei Reina zachtjes. Zü waren bü het huis gekomen. Een be diende kwam pater Esteban zeggen, dat de markies hem op de steenen bank bü het perk sleutelbloemen wachtte. U kunt u niet voorstellen, ging het meisje voort, terwül ze hem langs de iabyrinth- achtige paden van den tuin begeleidde wat een diepen indruk dat bezoek op mü gemaakt heeft. Ik heb altüd vast gedacht, dat ik erg ongelukkig was, door wat er is voorgevallen. Maar ik moet u ronduit bekennen, dat, toen ik gisterenavond van het paviljoen vandaan kwam, ik mezelf den gelukkigster. mensch van de wereld vond. Wat dragen zü het flink! En dan dat samer. opgaan naar het doel, dat ze zich gesteld hebben. Het is net. alsof ze tegcr. het noodlot gezegd hebben: „Jü hebt het tegen ons opgenomen? Best, wij zullen het samen opnemen tegen jou." O, het is schitterei d. Toen zü bü de plek kwamen, waar Marilena zat te lezen, zei Reina den pastoor goeder, dag. en liet hem zün weg vervolger., teneinde zelf zich weer bü haar tante te voegen. Pater Esteban keek haar na, met peinzenden blik Zou het mogelijk zün?In zün vaderhjk hart voelde hij een groote teederheid voor den jongen markies Carvajal, wiens verdiensten als Christen en als man hü op de juiste waarde had weter. te schatten. Hoewel dat arme gezin thans tegen armoede beveiligd was dank zy de edelmoedigheid. van markies Aiedo bleven er toch donkere wolken aan den norizon, voor den jongen markies vooral. Daar was o.a. het vraagstuk van een eventueel huwelyk, dat héél moeilük op te lossen scheen. Zou hy trou wen met een meisje van zün stand zooals logisch zou moeten gebeuren, teneinde in smaak en opvoeding en levensopvatting overeen te komen? Pater Esteban wist opperbest, dat de belangeloosheid heden ten dage niet dicht gezaaid was; dat de huwelyken-uit-liefde vrü- wel tot de geschiedenis behoorden, dat de meisjes uit de hoogste kringen voor haar gril len er. verfündheden een inkomen noodig had den. dat onze grootmoeders de handen ineen zou hebber, doen slaan van verbazing, en dat, hoe ..vrouwelijk" die moderne vlindertjes ook waren, zij haar zelfverloochening niet róóver dreven, dat ze een-twee-drie de ideale huis vrouw werden, die Lorenzo Carvajal in zün veranderde omstandigheden noodig had En ai zou één van die meisjes zich geroepen voeler., om zoo'n romantische heldin te worden, dan was daar nog de familie op de achterhand, met haar practischen zin. en haar koele berekeningen, die geen sentimenteele oplossing toelieten. (Wordt vervolgd.)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1934 | | pagina 7