De H. Vader en de filmpers 1 Voortrekker van de jeugd Nederlanda Katoliko jubileert EEN PROGRAMMAREDE RECTOR B. H. DE GROOT IN HET ZILVER EEN ZILVEREN FEEST DONDERDAG 16 AUGUSTUS 1934 Het Amerikaansche voorbeeld Rector B. H. de Groot Vee- en Vleeschbedrijf Fijnbesnaard priester Allen moeten apostelen zijn Bescherming van de openbare orde Vijf wagons ontspoord In de slaap verrast Kind doodgereden Door den strijd voor goéde films verwerft men zich groote ver diensten voor heel de menschheid Z. ff. Paus Pius XI ROTTERDAM—LIVERPOOL Luchtdienst ook voor postvervoer Plannen tot saneering DE WEERSVERBETERING Schijnt nog even te zullen aanhouden 40-JARIG PRIESTERJUBILEUM KAN. VAN SCHAIK li* De vicaris-generaal, mgr. Huurdeman, wenscht kan. v. Schaik geluk met zijn jubileum. BENOEMINGEN In het bisdom Breda Een rijk priesterleven geheel in dienst gesteld van de katho lieke jeugdbeweging in Nederland MET DEN SCHRIK VRIJ GOUD- EN ZILVERNIJVERHEID Federatie-congres te Hilversum Auto tegen een trein gereden Met het steunen van de katholieke Esperanto-beweging steunt men de algemeene katholieke zaak Congresvergadering F eestrede Eereleden Mgr. Diepen spreekt Echte leidersnatuur PAARD EN WAGEN TE WATER Reddingspogingen zonder resultaat BIJ. HET ZWEMMEN VERDRONKEN Circulaire van den minister aan de Gerechtshoven Hoofdlijn bij Noord-Scharwoude eenigen tijd versperd Woning afgebrand te Wijk aan Duin DOOR DRIJFRIEM GEGREPEN Arbeider vreeselijk verminkt en overleden HET ONGELUK TE VELSEN By de ontvangst van het Bestuur der Inter nationale Organisatie der Filmpers hield de H. Vader een rede, waarvan wij reeds een kort uit treksel plaatsten en welke thans in extenso door den „K. V. K.-Dienst" wordt gepubliceerd. De H. Vader begon zijn rede met de met nadruk uitgesproken verklaring, dat HU uit drukking wilde geven aan de buitengewoon groote bezorgdheid, waarmede het filmwezen, vooral in den laatsten tijd Zijn hart vervulde. Zonder te koi„ te doen aan het goede, dat door de film bereikt kan worden, en ook wer kelijk bereikt wordt, als de film zich in dienst stelt van de verbreiding van de waarheid en deugdzaamheid, is het toch algemeen bekend, hoezeer, helaas, de film een bron en voorname lijk en byna altyd een middel is, om geweldig Veel kwaad te verbreiden. De Paus zeide dan, dat Hij sinds geruimen tijd van missionarissen, bisschoppen, aartsbs- schoppen en van kardinalen, uit alle landen der wereld, belangrijke rapporten had ontvan gen en alle deze rapporten hebben dit gemeen, dat daarin de hartverscheurende klachten en groote bezorgdheid tot uitdrukking komen over de treurige gevolgen van de films. Op dezen verderfelijken invloed van de film Wilde de H. Vader hier wijzen en Zijn toehoor ders van de waarheid overtuigen, opdat zij van hun kant ze weer aan anderen zouden bekend maken. „Zou", zoo vroeg de H. Vader, „de film wel ooit geworden zün, wat zij thans is, zou zij wel al dat kwaad veroorzaken, dat zij thans veroorzaakt, indien niet de pers juist de film aldoor steunt, in plaats van te velde te trekken tegen de vloedgolf van onzedelijkheid, welke zy verspreidt. Met andere woorden: is de film niet voor een goed deel juist datgene geworden, wat de pers er van gemaakt heeft? Dit is een zeer ernstige vraag: het gaat hier inderdaad niet uitlutend om een zuiver gods dienstig belang, het betreft hier een perma nente reeks aanslagen op de christelijke moraal of zelfs ook op de menscheiyke, natuurlijke ze denleer. Men moet ook op de film het criterium toe passen, dat het groote geschenk der kunst ge heel moet beheerschen en regelen. Want de kunst heeft als haar wezenlijke taak en als haar eigenlijke reden van bestaan: het zedeiyk wezen, dat de mensch is, te vervolma ken. En derhalve moet de kunst zelf ook in overeenstemming zijn met de zedeleer. In het tegenovergestelde geval zo urnen zich geplaatst zien tegenover een allerschadelijkste absurditeit. En opnieuw stelde de H. Vader dan de vraag, of de film wel zoo slecht, zoo zedelijk verdor ven zou zijn, als alom de pers tegen de onzede lijke film te velde ware getrokken. Dat was de groote zorgvolle vraag, die de Vader der zielen aan allen, die bij het filmvraagstuk betrokken zijn, in overweging wilde geven. De Paus verzocht den aanwezigen in zekeren zin zijn microfoon te zijn, om deze pijnlijke en angstige vraag aan iedereen door te geven en haar overal te verspreiden. De taal die de statistieken op filmgebied spre ken is indrukwekkend. Er heeft iemand bere kend, dat de bioscopen der heele wereld in één maand het was de maand November 1933 bezocht werden door 87 millioen menschen. Dan rijst toch vanzelf de vraag hoe indrukwekkend groot het aantal ergernissen moet zyn, en welk klein percentage van deze films werkelijk een zedelijk-verheffenden en opvoedkundig-waarde volle invloed op de bezoekers heeft uitgeoefend. Dit laatste percentage is zeker maar klein en onbeduidend. De H. Vader hechtte er ook groote waarde aan, om naast de bespreking van de verheven en verantwoordelijke zending der filmpers ook nog enkele bemerkingen te maken over een ander punt. „Meermalen hebben wij vernomen," zoo ver volgde de Paus, „dat men de klachten over de onzedelijke film beantwoordde met den eisch: verschaf ons het materiaal voor godsdienstige en zedelijk goede films, dan zullen wij óók der gelijke films vervaardigen. Maar het gaat niet daarom om naast de losbandige film ook goede en religieuze te vertoonen, neen, heel het film wezen moet in overeenstemming zijn met de zedenwet en verheffend en opvoedend werken." Herhaaldelijk verzocht de H. Vader den aan wezigen, om deze Zijn vermaning en zienswyze overal bekend te maken. Voortgaande herinnerde de Paus aan een ge zegde van den grooten dichter Dante, die over een boek, dat iemand tot val, tot zonde brengt, deze woorden sprak: „Misdadig was het boek en óók degene die het schreef". Dat wil zeggen, dat hij het werktuig der misdaad was. Een ander letterkundige, de bekende Man- zoni, die door zijn verheven gedachten en zijn genie met Dante wel op één lijn gesteld kan worden, heeft bij het opstellen van de regels en voorwaarden, waaraan goede kunst moet voldoen, deze heerlijke, prachtvolle woorden gevonden: „Voelen en denken, de heilige waar heid nooit ontrouw worden, nooit een woord uitspreken, dat aan den laster bijval betuigt, of dat de deugd bespot." De filmpers mag nooit vergeten, dat zy nim mer een werktuig mag zy'n in de hand van het kwaad, dat zij nooit een woord mag zeggen, dat een bespotting is voor de deugd en een lofprijzing van den laster kan schijnen, zooals dat zoo vaak geschiedt met de treurige gevol gen, die daaruit voortvloeien. Tenslotte hechtte de H. Vader er groote waar de aan, nog een andere zaak aan te bevelen: „Het is bekend," zoo vervolgde de Paus, „dat thans in alle landen van Europa, dank zij de verdiensten van onverschrokken katholieken en ook van andere personen, die tot verschillende godsdienstige gezindten behooren, alsmede van personen, die uitsluitend alleen om het behoud van de natuurlijke zedenleer handlden, acties en kruistochten begonnen tegen de zedenverwilde ring en voor de goede film. Ook de regeeringen hebben aan dit probleem hun aandacht geschonken, zoowel in Italië als elders. Zij hebben op dit gebied reeds iets goeds tot stand gebracht, ook al werd niet aanstonds het resultaat bereikt, dat zij er zich van hadden voorgesteld, omdat het veel gemakkelijker is wetten te maken dan ze in de praktijk door de burgers te laten onderhouden. Juist in den laatsten tyd wordt er in Noord- Amerika een groote campagne georganiseerd tegen de onzedelijke film. Het zijn daar niet llleen de bisschoppen die deze actie hebben in gezet en trachten door te voeren, maar alle vooraanstaande persooniykheden hebben zich achter het episcopaat geschaard, om dit loffelijk pogen te steunen. In den laatsten tijd hebben wij een tiental bisschoppen uit de Vereenigde Staten in audiën tie ontvangen en van hen inlichtingen uit de eerste hand betreffende den laatsten tiid ont- vangen. Nu wü de vertegenwoordigers van de filmpers thans voor Ons zien, stellen Wij er prijs op, te verklaren, dat uwe organisatie zich buitengewoon verdienstelijk kan maken en een eervol werk kan verrichten, wanneer gij in de pers deze noodzakelijke campagne, dezen hei ligen kruistocht tegen onzedelpke films zoudt ondersteunen. Wanneer zij dit doet, dan zal zy zich niet alleen groote verdeinsten verwerven voor de katholieke kerk, maar ook voor de ge- heele menschheid." Woensdag heeft rector de Groot, voorzitter van de Interdiocesane Jeugdcommissie, in het St. Joseph-klooster te Amersfoort op eenvou dige wUze zyn 25-jarig priesterfeest herdacht. Te half 9 droeg hy in de kapel de plechtige H. Mis op, waaronder zyn heeroom, pater H. de Groot C.S.S.R. de predicatie hield. Van half 2 tot 3 uur recipieerde de jubilaris; hij werd gëlukgewenscht o. a. door Mgr. Schra- der uit Soestdijk, Deken Hartman uit Amers foort en door de pastoors en geesteiyken der stad. Voorts hebben nog aan de receptie deelge nomen de eerw. heeren rector Bannenberg (Den Bosch), kap. G. J. Sueters (Den Bosch), pastoor Nuenen O.E.S.A. (Utrecht) en vele andere geestelyke en wereldlijke autoriteiten. Te half vier heeft de jubilaris het Lof ge daan, waarby de jongens van het Ryks-Opvoe- dingsgesticht, waarvan de zeereerw. heer de Groot rector is, aanwezig waren. De jongens hebben daarna in het St. Alphon- sus-retraitehuis hun rector gehuldigd. In den avond heeft de R. K. Muziekvereeni- ging Wilskracht uit Amersfoort den zeer ge- waardeerden priester nog een serenade ge bracht, waarmede de sluiting van dezen feest dag was gekomen. Met ingang van 15 dezer wordt de luchtdienst RotterdamAmsterdam—HullLiverpool ook over den afstand HullLiverpool voor postver voer gebruikt. Aangezien de overkomst van luchtpostzendingen voor verder dan Liverpool gelegen plaatsen bij verzending met dezen luchtdienst niet wordt bespoedigd, wordt alleen de voor genoemde stad bestemde brief- en pakketpost langs dezen weg verzonden. Met uitzondering van expressestukken wordt de luchtpostcorrespondentie niet meer op den dag van aankomst te Liverpool besteld. haar tweede jaariyksche congres te Hilversum. De deelnemers aan de federatie fabrikanten, grossiers en winkeliers zullen op genoemde dagen naar buiten demonstreeren, dat de soli- dariteitsgedachte het langzaam maar zeker wint van het enghartig egoïsme. Het congres zelf zal staan in het teeken van het kwaliteitsproduct, onder de leuze „Geeft aan kwaliteit de voorkeur." Verschillende sprekers zullen dit onderwerp bespreken. Bij den heer W. van Rossum du Chattel zal de leiding van het congres berusten. Pogingen worden aangewend om te geraken tot saneering van het vee-, vleesch- en vleesch- warenbedrijf in Nederland, welke pogingen in principe den steun hebben van alle belangheb bende organisaties, t.w. den Nederlandschen Slagershond, den Ned. R.K. Hanzebond van Sla gerspatroons en den Nederl. Grossiersbond. De plannen verkeeren in een gevorderd sta dium en er zyn reeds sub-commissies gevormd, die een gedetailleerd ontwerp aan de bonden zullen overleggen. Beoogd wordt de vestigingsmogeiykheid te beperken door eischen te stellen betreffende vakbekwaamheid en credletwaardigheid en ver der om excessen op het gebied van de prijzen politiek tegen te gaan. De verbetering in de weerstoestand schijnt nog even aan te zullen houden. In het Zuiden heeft zich, vooral over Frankrijk, Zwitserland en Zuid-West-Duitschland de hooge druk ver der ontwikkeld, zij brengt daar rustig doch ne velig weer met overdag weer iets hoogere tem peraturen. De depressie naby IJsland heeft zich in Oostelijke richting voortbewogen en bevindt zich thans boven de Zee van Noorwegen. Zij veroorzaakt lichte tot matige neerslag over de Britsche eilanden en Scandinavië. Een secun daire uitlooper passeert hedenmorgen, iets ten Noorden van ons land over Denemarken, zoodat de voor de Noordelijke provincies verwachte neerslag wel uit zal biyven. Over IJsland is de barometer stijgende. De Noordelijke wind voert daar koudeere lucht aan, die ook reeds tot het Noorden van Groot-Brittannië is doorgedron gen. In het overige gebied is de temperatuur over het algemeen wat gestegen. Er mag ten onzent vry koel, doch betrekkelijk zonnig weer verwacht worden met slechts geringe regen kans. Ti. H. Exc. de Bisschop van Breda heeft be noemd: tot rector te Roosendaal over het nieuwe no viciaat van de zusters uit de Molenstraat, den zeereerw. heer G. van Dongen; tot leeraar aan het seminarie IJpelaar, den weleerw. heer A. van de Pol, candidaat in de klassieke letteren; tot kapelaan te Breda (Shristus Koning-kerk), den weleerw. heer P. Vermeulen; tot conrector te Oudenbosch (pensionaat) den weleerw. heer L. Koek; tot kapelaan te St. Janssteen den weleerw. heer H. Aarden; tot kapelaan te Oos terhout (H. Hart), den weleerw. heer A. van Haelst; tot kapelaan te Oostburg, den weleerw. heer H. de Muuck en tot kapelaan te RUsber- gen den weleerw. heer J. van Poppel, beide laatsten priesters van het seminarie. In de goud- en zilvemUverheid en -handel is sedert eenigen tyd een federatie werkzaam, die tot doel heeft een saneering en ordening van de betreffende bedrUfstakken. Deze federatie organiseert 26 en 27 Augustus Aan den onbewaakten overweg Rietdükstraat te Hoek van Holland reed Dinsdag een per sonenauto, waarin de familie Onderwater uit Den Haag was gezeten, tegen een trein, die uit de richting Rotterdam was gekomen en naar het eindstation aan den Strandweg reed. De auto werd door den trein eenige meters meegesleurd, doch doordat het ongeval spoedig werd opgemerkt, en de trein geen groote snel heid had, was deze spoedig tot stilstand ge bracht. De auto werd aan de voorzijde nogal geha vend- De familie O. kwam met den schnk vry. 15 Augustus van dit jaar is een datum van dank en jubel geweest voor de geheele katho lieke jeugdbeweging. De hoofdleider van het katholieke jeugdwerk Rector B. H. de Groot, herdacht den dag, dat hy vijf en twintig jaren geleden tot priester werd gewUd. Zyn priesterleven is buitengewoon zegenrijk geweest. Op verschillend gebied, maar in het bij zonder heeft hy zijn priesterarbeid ten dienste gesteld van het katholieke jeugdwerk. De uren, welke hij heeft doorgebracht om in persoonlijk contact met de jeugd dezer opvoeding te bevor deren zyn niet te tellen. De spreekbeurten, die hij heeft vervuld, wekken door het getal en den inhoud de bewondering op voor zyn werkkracht en zyn kennen van het jeugdwerk en hebben allerwege begeestering gewekt. En als wü zouden verzamelen wat hij voor en over het jeugdwerk heeft ge- I schreven dan zouden vrij een serie van boekwerken tellen, die voor vele vraagstuk ken van het jeugd werk voorlichting kon den geven. Het is niet nogelijk in een artikel -,elfs een overzicht te even van hetgeen lector de Groot heeft ;edaan en geschreven om leiding te geven aan het katholieke Rector B. H. de Groot jeugdwerk. Laten we ons bepalen met in enkele alge- meene trekken te schetsen, wat de beteekenis is van zijn fuctie als voorzitter der Interdio cesane Jeugdcommissie. Deze Commissie is door het Doorluchtig Epis copaat van Nederland ingesteld met het doel leiding en voorlichting te geven aan het R. K. Jeugdwerk in Nederland tot bevordering der eenheid. Toen Rector de Groot pastoor Jansen op volgde als voorziter der Interdiocesane Jeugd commissie was de uitwendige organisatie ,,im groszen und ganzen" tot een eenheid uitge- Gedurende een drietal dagen houden de leden van „Nederlanda Katoliko" te s-Hertogenbosch een congres. Dinsdagavond waren de meeste deelnemers reeds in de stad en zij ontmoetten elkaar op een begroetingsavond in het Concertgebouw. Woensdagmorgen te half elf droeg Z. H. Exc. Mgr. A. P. Diepen in de Kathedrale Basiliek van St. Jan een pontificale H. Mis op. Des middags te half drie ving in het Concert gebouw de Congresvergadering aan. Daar waren aanwezig Z. H. Exc. Mgr. Diepen, het dageiyksch bestuur der stad, prof. dr. G. Royen O.P.M., hoogleeraar aan de Rijksuniver siteit te Utrecht, afgevaardigden uit Frankryk, België en Litauen; voorts een groot aantal af gevaardigden uit het geheele land. De voorzitter van het Plaatseiyk Congres comité, de heer H. Damen, wierp een terugblik op het tydstip van de oprichting vóór 25 jaar in dezelfde zaal, waar nu dit zilveren jubileum gevierd wordt. Hij bracht hulde aan de oprich ters. Voor den krachtigen steun van Mgr. Diepen gedurende het tydperk van 25 jaar, bracht spr. Z. H. Excell. warmen dank. De voorzitter begroette daarop in het Espe ranto de buitenlandsche gasten, waarop hU pa ter Decoene voorstelde, adviseur van den Bel gischen Esperantistenbond, die namens de Ka tholieke Belgische esperantisten de vergadering toesprak. Insgeiyks deed pater K. Statkevicny namens Litauen. De heer Tilling, Rotterdam, hoofdgedelegeer de by de Universeele Esperanto Associatie te Genève, bracht de groeten over van het inter nationale congres te Stockholm en feliciteerde den bond. Schrifteiyke gelukwenschen waren binnenge komen uit Engeland, Tsjecho-Slowakye, Trini dad en uit tal van plaatsen in het binnenland. Afgevaardigden van verschillende afdeelingen brachten de gelukwenschen van die afdeelingen in korte toespraken over. Dr. H. Moller, lid van de Tweede Kamer der Staten-Generaal, hield de feestrede. HU had als onderwerp gekozen: „Wat is Esperanto voor de Katholieken over heel de wereld?" De katholieken weten, dat het Esperato voor al moet dienen tot het bereiken van het groote doel, het Godsrijk op aarde. Het verkeer is over de geheele wereld gemak' keiyk geworden, maar ook hier belemmert weer het aardsche eigenbelang dat dit wereldverkeer geluk brengt aan de menschen. Alleen de Katholieke Kerk vervult met dit verkeer Haar wereldzending: het brengen van het Godsryk op aarde. Dan moet ook het Es peranto als verkeerstaal tot dit doel worden gebruikt. Bij het bekeeringswerk is het Esperanto een belangryk middel. Spr. gaf dan een beeld van de taak van het Esperanto, dat een kunstmatige hulptaal is en blijven moet. Het moet middel zyn tot een eenheid, die boven de naties staat. Het Esperanto zü tezamen met de Katholieke Radio het universeele propagandamiddel van het katholicisme. De katholieken zU'n nog niet veel verder dan de theorie. Ieder katholiek zij er van overtuigd, dat hU' met het steunen van de zaak van de katholieke Esperato-beweging een grooten dienst bewust aan de algemeene katholieke zaak zelve. De geestelijke adviseur en oud-voorzitter, pastoor L. Poell te Gemert, sprak daarna de vergadering kort toe. De voorzitter stelde namens het hoofdbestuur aan de vergadering voor pastoor Poell, dr. Smul ders en de heer Van Zwet te benoemen tot eere leden van den bond. Dit voorstel werd met luid applaus ontvangen, waarop de voorzitter met een kort woord de benoemden installeerde. De waarnemend burgemeester, wethouder M. Krygsman, sprak namens het gemeentebestuur een gelukwensch tot den jubileerenden bond. Ti. H. Exc. Mgr. A. F. Diepen, getuigde van zijn groote belangstelling in „Nederlanda Kato liko", waarvan Mgr. sinds de oprichting lid is. Die belangstelling had Mgr. toen reeds, omdat hy inzag, dat Christus Koning zyn legioen moet hebben. HU dankte „N. K." voor wat het ge durende vijf-en-twintig jaar gedaan heeft, om de wereldhulptaal onder de katholieken te ver breiden. BUzonder had Mgr. getroffen het be wijs van medeleven van een neutrale organisa tie, dat inhoudt een erkenning van het bestaans recht der katholieke vereeniging. Zulk een er kenning van katholieke organisaties vindt men niet veel. Mgr. wekte de congressisten krachtig op, vol te houden en zich vooral te richten tot de jeugd. Weest apostelen in de volgende 25 jaar met nog meer zelfvertrouwen en vertrouwen onder ling. Mogen de vruchten, die uw arbeid zal voort brengen, behagen aan God en strekken tot ver breiding van het Rijk van Christus over de we reld, het RUk van Christus, onzen Koning! Namens de drie benoemde eere-leden dankte dr. Smulders voor de onderscheiding. Met den zegen van Mgr. Diepen, het slot woord van den voorzitter en de „Liga Himno", gezongen door de gezameniyke congressisten, was de groote congresvergadering gesloten. groeid. De Nationale en Diocesane Centrales waren overal opgericht en ieder Bisdom had zijn eigen jeugdcommissie, welke nationaal contact vonden in de Interdiocesane Jeugdcom missie. Rector de Groot zou zijn talenten moe ten geven aan den inneriyken uitbouw en moe ten propageeren een meer diepgaande en we tenschappelijke methode, welke ook de inner lijke eenheid zou bevorderen. Hij nam de leiding in een tijd, dat zich meer en meer een stormachtige activiteit openbaarde van een radicaal katholieke jeugd, die zeer sterk verlangde aan het jeugdwerk zelf mede leiding te geven, die zelf mede wilde aan pakken in het hier en daar veel te rustige ka tholieke vereenigingsleven. Het is de groote verdienste van Rector de Groot, dat hy als voorzitter der Interdiocesane Jeugdcommissie, in al zijn besprekingen van plannen en meenin gen altijd rekening hield met de gedachte, dat de frissche jeugdige krachten moesten worden verzameld en voor het welzijn en den groei van het jeugdwerk moesten worden benut. Hoe begeesterd weet hy zyn vreugde uit te spreken over het frissche, opbruisende leven zyn vreugde over de activiteit der jeugd, over iedere nieuwe frissche beweging. Overal en bij een ieder, voor wie het nuttig of noodzakelijk was heeft hij er op gewezen, dat de vonken, die in het innerlijke der jeugd wer den losgeslagen, moesten worden opgevangen, om de jeugdorganisaties in laaienden gloed te zetten. HU geeft voortdurend biyk een helder inzicht te hebben in alle problemen van den nieuwen tyd. Hy is altyd goed op de hoogte, weet alle stroomingen op te vangen en interes seert zich voor alle vragen van godsdienstigen en cultureelen aard. Hij bezit een echte leidersnatuur, hy weet waarheen hij de jeugd moet leiden, hy weet waaraan zij behoefte heeft, om de eischen van den tyd te kunnen voldoen. Hij heeft een büzonder talent om voor hen, die zich moeilijk van een reeds lang ingenomen standpunt kunnen osmaken, een overgang te vinden. Met de rust van een geboren leider weet hij bij zijn uiteenzettingen, zijn woorden scherpzinnig te kiezen, om niemand te stooten; hoe voorzichtig weet hy zyn meening uiteen te zetten, als hij ziet, dat het terrein nog niet bewerkt is. Niet eigenzinnig houdt hy vast aan een vooropgezette meening om die aan anderen zonder meer op te dringen, maar hy laat zich atyd leiden door het eerlijk gemeende streven, de tegenovergestelde meening ingang te doen vinden. Maar altijd beschouwt Rector de Groot zijn jeugdleiderschap als priester, als zielzorger, en heeft als zoodanig als hoogste streven de geheele jeugd boven alles te vormen tot een sterk levendig katholiek geslacht, tot mannen, die in huisgezin, beroep en staat als katholieke mannen leven, met hernieuwde krachten in kerk en volk werken. Aan dat stre ven dat hem geheel en al bezielt, maakt hij zyn geheele, groote werkkracht dienstbaar. Wat hy doet in de hoofdleiding en vandaar naar buiten draagt, zyn niet anders dan middelen en voorbereidingen ter verwezenlijking van dit groote ideeaal Woensdagavond was een zoon van den vee houder De J. met paard en wagen op den dyk langs het Merwedekanaal naby de nieuwe brug (gemeente Muiden) bezig met het opladen van hooi. Op een gegeven moment stapte 't paard achteruit, waardoor het met den wagen in het kanaal terecht kwam. Onmiddellijk sprong De J. te water en trachtte, al zwemmende, den viervoeter by den teugel te grypen, om hem naar den oever te trekken. Het paard zwom echter naar het midden van het kanaal, maar werd daarbij door den wagen, waaraan 't nog steeds bevestigd was, ten zeerste belemmerd. Een tweetal voorby varende schippers en per soneel van Huize „Bethlem" stelden verschil lende pogingen in het werk, om het paard be houden op den wal te brengen, doch alle po gingen faalden. Het dier zonk in de diepte weg. Met behulp van een lier van een der schepen slaagde men er in paard en kar ten slotte op den kanaaldyk te brengen, doch inmiddels was het paard reeds bezweken. De 18-jarige de Haas uit Oss is by het zwem men in de Maas onder de gemeente Ooyen jam- meriyk verdronken. Eenige vrienden die hem vergezelden waren niet bij machte hem te red den, zoodat eerst na anderhalf uur te hebben gedregd, het gelukt is het lyk van den drenke ling op het droge te brengen, doch toen waren de levensgeesten natuuriyk reeds geweken. Het stoffelyk overschot is naar het ziekenhuis te Oss overgebracht. De Minister van Justitie heeft aan de procu reurs-generaal bij de gerechtshoven in verband met het feit, dat de wet houdende nadere voor zieningen ter bescherming van de openbare orde met ingang van heden in werking treedt, een circulaire gestuurd, waarin hy een en ander aangaande de strekking en eerste toepassing ervan onder hun aandacht brengt. Onder meer merkt de minister met betrek king tot de wijzigingen betreffende de ver- spreidings-misdrijven op, dat het woord „ver spreiden" in deze delicten materieele beteeke nis heeft en houdt. Het woord duidt aan het in omloop brengen van meer exemplaren van een geschrift of afbeelding, niet, een veel ruimer begrip het ruchtbaarheid geven aan den ideëel en inhoud van het geschrift of de afbeelding. De journalist, die een opruiende of beleedi- gende uitlating van derden citeert, zal dus, in dien hij niet tevens zich met de materieele ver spreiding belast, door die verspreidingsartikelen niet worden getroffen. Wel bestaat onder be paalde omstandigheden de mogelijkheid dat zijn artikel zelf bijvoorbeeld door een instem mend bijschrift weder een nieuwe opruiing of beleediging vormt en hij rechtstreeks wegens deze delicten wordt vervolgd. De minister wijst er nog op, dat de versprei- dingsmisdrijven van het Wetboek van Straf recht in zekeren zin een subsidiair karakter bezitten. Indien bij eenig drukpersdelict recht- streeksche vervolging van schrijver, redacteur of uitgever mogelijk is, verdient het, aldus de circulaire, aanbeveling in de eerste plaats aan dacht te wijden aan de vervolging van dezen. Woensdagmiddag te ongeveer half vijf is by het station Noord-Scharwoude een ontsporing gebeurd, hetgeen echter geen ernstige gevolgen heeft gehad. Van den goederentrein van station Dorp Noordscharwoude, geraakten op het punt, waar de toevoerlijn in het hoofdspoor komt, vermoedelijk door verkeerden wisselstand, vijf wagons uit de rails. Het hoofdspoor geraakte hierdoor versperd, zoodat de treinenloop stag natie ondervond. Deze blokkade kon echter spoedig door het personeel van Weg en Werken uit Alkmaar, dat vlug ter plaatse was, worden opgeruimd. Het verkeer kon om ongeveer zes uur ongehinderd doorgaan. De schade was niet groot. Van de vijf wagons waren er slechts twee beladen, welke hoegenaamd geen schade hebben geleden. Naar de oorzaak van dit ongeval zal een na der onderzoek worden ingesteld. 3cn <l<vt In den afgeloopen nacht heeft in een woning nabij de Kreutsberglaan in de gemeente Wijk aan Zee en Duin een hevige brand gewoed. Omstreeks kwart over 12 bemerkte de heer Nijman, toen hij zich ter ruste wilde begeven, door het dakraam van zijn woning 'n vreemden lichtschijn. Onmiddellijk daarop ontdekte hij, dat de woning van zijn buurman in brand stond. Hij waarschuwde de bewoners, de familie Schör- rer, die van den brand nog niets had bemerkt en zich reeds eenigen tijd ter ruste had be geven. In groote haast moesten zij de woning verlaten. De brandweer, welke onmiddellijk was gewaarschuwd, verscheen per vrachtauto op 't terrein van den brand. Men had al het be schikbare slangenmateriaal medegebracht, daar eerst driehonderd Meter slang moest worden uitgelegd alvorens men het water kon bereiken. Aan blusschen viel echter niet te denken. Het vuur had met groote hevigheid om zich heen gegrepen, zoodat de woning spoedig tot aan den grond was afgebrand. Het werk van de brandweer, onder leiding van den heer Langendijk, beperkte zich voorname lijk tot het nathouden van een in de onmid- delijke nabijheid staande bloembollenschuur, welke door den hevigen vonkenregen werd be dreigd. Omstreeks twee uur was het gevaar ge weken. De familie Schörrer werd by omwonenden ondergebracht. Het woonhuis zoowel als de inboedel zyn te gen brandschade verzekerd. Omtrent de oorzaak is nog niets bekend. Hedenmorgen te half acht is het vyfjarig zoontje van den heer van der Horst uit Kou dekerk, op den Rijksstraatweg onder Hazers- woude door een uit de richting Leiden komen den auto aangereden en op slag gedood. Te Enschede is in de chemische fabriek der firma Ockinga een der arbeiders, de 48-jarige J. Siemerink, in aanraking gekomen met een dryfriem. Toen men den man vond, was hij reeds overleden. Zyn lijk was zwaar verminkt. Woensdagmiddag heeft op de algemeene be graafplaats te IJmuiden de teraardebestelling plaats gehad van de beide slachtoffers va nhet noodlottig ongeluk bij het pontveer te Velsen, de 25-jarige Anna Heijnemann en de 32-jarige Lena Süssle. Voor deze droeve plechtigheid bestond zeer veel belangstelling. O.a. merkten wy op Ir. Bren- kink uit Haarlem, die den hoofdingenieur be last met den dienst van het Noordzeekanaal, vertegenwoordigde en voorts den heer J. H. Kroon, hoofd van den dienst der stoompontveer te Velsen. Achtereenvolgens werden de lykkisten naar 't gemeenschappelijk graf gedragen, waar de beide slachtoffers naast elkaar zullen rusten. Diepte ontroering trof ieder, toen de kisten in de groeve werden neergelaten. De heer Heijnemann dankte met enkele woor den voor den hartelijken bijstand, welke bij het treurig ongeval van de Velsensche bevolking is ondervonden.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1934 | | pagina 5