De roode hulp
Berlage herdacht
D
De zaak-Zwiers
Fokker over F 36
HONIG'S BOUILLONBLOKJES thans 6 voor IOcL
Een zeldzame deugd
ZATERDAG 18 AUGUSTUS 1934
En het roode bedrog
In een Weensch blad
Douanechef in de val
Omgekocht door.... departe
mentsambtenaren
Verzen op gramophoon-
platen
Pater Hendrichs S.J.
Veertig jaar priester
I
ONDERZOEKINGEN OP ZEE
Geen audiëntie
Demonstratie-spel
,De Kruisvaart"
NEDERLAND WACHT OP ZIJN GROOTSTE VLIEGTUIG
Grootsche uiting van de K. J- C.
in het diocees Haarlem
Hoe de Duitsche justitie kwam aan
de aanklacht: het smokkelen
van revolvers
Een wapen der S.A.
ZILVEREN PRIESTERFEEST
PASTOOR P. KEMPER
Toegangsprijzen Rijksmusea
verlaagd
EMIL FIEDLER
Technische wijzigingen en verbete
ringen zijn in het toestel
aangebracht
Bezoek aan Eindhoven
tijdens rondvlucht
Ook motorinstallatie verbeterd
ARBEIDSCONFLICTEN IN DEN
LANDBOUW
Naar een oplossing wordt gestreefd
BLOEMBOLLENSANEERING
Belangrijke mededeeling
NED. NATIONALITEIT
Onlangs hebben we een boekje over de
marxistische vereeniging „De Roode
Hulp" opengedaan. De arbeiders ble
ken geen roode hulp.te krijgen, want bij
de tusschenpersonen en advocaten bleef te
veel aan den strijkstok hangen.
In een polemiek tegen „De Tribune"
brengt thans de Arbeiderspers een. nieuw
blad uit het donkere archief. De feiten
over de nieuwste campagne van De Roode
Hulp komen hierop neer:
le. De communisten bedelden in Nederland
ongeveer f 20.000.bij elkander voor de com
munistische illegale actie in West-Duitschland.
2e. Van dat geld is nimmer een cent ten goe
de gekomen aan het doel, waarvoor het werd
bijeengebracht. De communistische illegale wer
kers in West-Duitschland krijgen eenvoudig
weg geen materiaal, dat nochtans in Neder
land vervaardigd zou moeten worden. Waar het
geld in werkelijkheid voor bestemd werd, is
tot dusver een raadsel gebleven.
3e. Duitsche communisten, die naar Holland
kwamen om te informeeren naar dezen onge
zonden toestand, werden óf met een kluitje in
het riet gestuurd.... óf door boosaardige in
triges in handen gespeeld van Goering's
Gestapo, die ze in 'n concentratiekamp opborg,
waar ze niet alleen voor Hitier, maar ook voor
de leiding van de communistische Roode Hulp
onschadelijk gemaakt zijn.
4e. Een Duitscher, die zich niet zoo gemak
kelijk liet afschepen, heeft de Roode Hulp eerst
zijn papieren doen afnemen en hem daarna ge
dreigd met uitlevering aan de politie, zoodat
de man zich in doodsangst schuil heeft moe
ten houden.
De „Tribune" weet met de aanklacht
geen raad en wijt de ontdekking van de
geld-verdwijning aan het „verraad" van
den communist Andreas Berneck, die eerst
in het katholieke Heerlen bij D. in de F-
straat 37 en P. in de M.-straat 11 onder
komen vond eer hij naar Haarlem ver
huisde.
Esn artikel in het „Neues Wiener Journal"
van Wolfgang Born herdenkt dr. H. P.
Berlage en zwaait den overleden bouw
meester grooten lof toe.
Reeds de titel begint daarmee, want die luidt
„De Schepper van het eerste moderne bouw
werk der wereld." Men zal Berlage eenmaal in
de geschiedenis der bouwkunst noemen als een
der zeer groote persoonlijkheden, die aan den
aanvang van een nieuw tijdperk optreden, zoo
meent Born. Toen hij in het jaar 1898 de beurs
van Amsterdam begon te bouwen, heerschte in
Europa nog de phantastiek van den Jugend-
stijl. In Amerika legde men weliswaar reeds de
technische grondslagen voor datgene, wat men
heden ten dage gaarne „nieuw bouwen" noemt,
en er waren in dien tijd in de groote steden
van de Vereenigde Staten reeds warenhuizen,
die door hun sierloosheid bijna modern werken.
Maar van een nieuw stijlbewustzijn, van een
nieuwen kunstwil, kan daarbij nog geen sprake
zijn. Zes jaren duurde het, tot de Amsterdam-
sche Beurs gereed was en ook toen nog was
zij een unicum op de wereld. Want zelfs de
Weensche postspaarbank van Otto Wagner, een
der koenste daden van de toenmalige bouw
kunst, werd eerst een jaar later voltooid.
Ja, daar stond zij nu, de Amsterdamsche
Beurs, te midden van de mooie oude patriciërs
huizen van Hollands grootste stad, dicht bij
het Centraal-Station, waarvan de renaissance-
imitatie het publiek zoo goed beviel, en Ber-
lage's naam was in ieders mond. Een kunstge
vecht brak los, dat tot ver over de grenzen van
Holland heen de gemoederen opzweepte. Want
dit bouwwerk scheen alle wetten der schoon
heid te hoonen het was glad! Glad gelijk dat
huis op het Michaëlsplein in Weenen, waarmee
Adolf Loos zes jaren later de menigte in oproer
bracht.
De Oostenrijker Jozef August Lux schreef
destijds een hymne op Berlage's nieuwen bouw:
„Het streven is duidelijk, vóór alles door de
constructie van den baksteenbouw te werken,
door den geest van een absolute bouwkunst, die
vrij is van schittering en de geestrijke invallen
van motieven-jagerij. In die puriteinsche inge
togenheid ligt de monumentale grootheid." Jo
zef August Lux erkende dus reeds in die jaren,
dat Berlage's beurs, ondanks haar nieuwheid,
de tijdlooze noot van het Hollandsche karakter
bezit. Deze cubisch-gesloten bouw, die, gelijk de
gothische kathedralen van het land uit rooden
baksteen zonder glans is opgericht, groeide or
ganisch uit de traditie. Zijn bedoeling is de
zelfde die in de gothiek werkte: de constructie
is het uitgangspunt van den artistieken vorm.
Uit de baksteen zijn ook de reliefs gehouwen,
die het uiterlijk sieren. Een machtige klokke-
toren op den hoek van het gebouw schenkt het
Werk zijn stedebouwkundig accent.
Heden komt ons dit bouwwerk als vanzelf
sprekend voor. Toen het nieuw was beaamden
de beursbezoekers wel, dat het practisch was,
maar zij vonden het „niet mooi"En dan
geschiedde er iets, dat merkwaardig en tragisch
was: in het jaar 1906, juist toen Holland den
geboortedag, drie eeuwen geleden, van zijn
grootsten kunstenaar Rembrandt vierde, ver
toonde Berlage's bouwwerk scheuren. De voch
tige bouwgrond van het met tallooze grachten
doorsneden Amsterdam zakte. De reusachtige
massa van het gebouw begon te wijken. Deze
gelegenheid grepen al de ontevredenen aan, voor
wie de nieuwe stijl van Berlage een doom in
het oog was, om een hartstochtelijke campagne
tegen den bouwmeester te beginnen. Men moest
Aan een der Belgische grensposten aan de
Zuid-Westelijke grens (tegenover Zeeuwsch-
Vlaanderen) kreeg een douanechef bezoek van
eenige personen, die verklaarden uit Zeeland te
komen en van plan te zijn een party goederen
frauduleus binnen België te brengen, zy ver
zochten hiertoe de medewerking van der.
douanechef, die dan als belooning daarvoor
een fooi van vijf duizend frank zou ontvangen,
die hem voorop zou worden terhand gesteld
De chef verklaarde zich bereid hierop in te
gaan. Toen hy de vyfduizend franken in ont
vangst had genomen, maakten de beide „smok
kelaars" zich bekend als departements
ambtenaren uit Brussel.
De douane-overste werd onmiddeliyk geschorst
in afwachting van het vonnis, dat nader over
hem, zal geveld worden.
maar snel den heelen bouw neerhalen, heette
het. En een anderen beginnen, die door een
„beteren" architect ontworpen zou worden....
God zij dank, er is niet gebeurd wat deze lieden
wenschten. Men ondersteunde de beurs met de
middelen, welke de moderne techniek in zulke
gevallen weet te gebruiken en verbeterde de
binten.
Sindsdien heeft Berlage met zijn bouwkunst
school gemaakt. Een gansche generatie van
jongere architecten zet zy'n werk voort. Thans
is Holland het klassieke land der moderne
bouwkunst, en het is nog niet lang geleden, dat
een gansche groep van Weensche architecten
gezameniyk naar Holland reisde, om de mo
derne Hollandsche bouwkunst te bestudeeren.
Berlage heeft sinds zijn beurs nog veel gebouwd,
niet alleen in zijn vaderland, maar ook in het
buitenland. Zoo bezitten Londen en Leipzig
gebouwen van hem, en ook zyn theoretische
geschriften zijn in de Duitsche taal verschenen.
Aan de baar van den meester treuren, met zijn
landgenooten, alle vrienden van de moderne
architectuur.
en 8en September a.s.
zal de Zeereerw
veertig jaar
De acteur Paul Huf is door de Columbia-
maatschappy aangezocht, om de voor
drachten van Nederlandsche poëzie, waar
mee hij reeds velen heeft bekoord, op de gra-
mophoonplaat vast te leggen. Er wordt een
reeks van zeven platen gemaakt, waarop in
twee-en-veertig gedichten een overzicht wordt
gegeven van de klassieke en de moderne Neder
landsche lyrische dichtkunst. Zij zullen vooral
bestemd zijn voor schoolgebruik en vele hoof
den van onderwysinrichtingen hebben dan ook
reeds hun instemming betuigd met dit plan, om
de poëzie tot de jeugd te brengen. De heer Huf
heeft inmiddels voor een gehoor van landge
nooten te Londen een demonstratie gegeven
van zpne voordrachten.
De keuze, zoo zegt de correspondent van de
„N. R. Crt." die er bij was is door allerlei prac-
tische overwegingen mee bepaald geworden en
maakt daardoor dus weieens een indruk van wil
lekeur, maar het spreekt vanzelf dat men in dit
bestek geen harmonisch overzicht van de Neder
landsche letterkunde geven kan. De platen ge
ven eenige middeleeuwsche liederen, gedichten
van Breero, Hooft en Vondel, en springen daar
na over op de modernen.
De heer Huf bracht de eerste zes strophen
van het Wilhelmus ten gehoore, gevolgd door
een juichend gedichtje van Marsman, een
zeer gelukkig contrast. De kunst van den voor
drager kwam in het laatste overigens beter uit;
het is moeilijk om onder de geweldige associaties
van het Wilhelmus geheel onbevangen te blij
ven. Wij hoorden eerst de vleeschelijke stem
van den heer Huf, daarna de weergave van de
wassen plaat, die de fijnste schakeeringen be
waard had.
Zonder twijfel zullen veel leeraren deze pla
ten gaarne ter illustratie van de literatuurles
gebruiken. Het behoeft voor lezers in Nederland
niet gezegd, dat de heer Huf meer heeft dan
een mooi orgaan, in het by zonder ook een fy-
nen zin voor het rhythme van een vers.
Het ligt in het voornemen Hr. Ms. K. XVIII
in November a.s. naar Ned.-Indië uit te zenden
via Kaap de Goede Hoop. Deze reisroute is
mede gekozen ten einde prof. dr. Vening Mei-
nesz als lid van de reiscommissie voor graad-
meting en waterpassing in de gelegenheid te
stellen ook op dit traject waarnemingen voor
zwaartekracht-onderzoek te verrichten.
Z. H. Exc. Mgr. Dr. G. Lemmens, bisschop
van Roermond, zal a.s. Vrydag geen audiëntie
verleenen.
Pater F. Hendrichs S.J.
priester zijn. De jubilaris wenscht het
feest zonder uiterlijke feestelijkheden te vieren,
coram Deo. Maar de vele bekeerlingen van
zyn cursussen hebben er toch iets op gevon
den, om een blijvende herinnering te vestigen
aan dit feest. Ze hebben een „Canisiusklok",
een maandbladje gesticht voor het houden van
het onderling verband met den cursusleider,
aan wien de redactie is toevertrouwd. In het
eerste nummer schrijft directeur Hendrichs:
„Iedere maand praat ik in 't vervolg met
mijn convertieten en praten zy met my, als zij
willen: hoe meer hoe liever. Laten de ge
kozen rubrieken van deze bedoeling getuigen.
Ik praat met u over al datgene, wat ik nuttig
en vooral opbouwend voor convertieten acht.
Dat dit ook voor andere convertieten heilzaam
kan zijn, ligt voor de hand. Dit is, lijkt mij,
een belangrijke factor in de echte praktische
„Nazorg". En aan deze hechtten zoowel Mgr.
Callier als Mgr. Aengenent, naar mij meer
dan eens persoonlijk bleek, de allerhoogste
waarde. Om 't groote goed dan, dat dit maand
blaadje ook aan andere bekeerlingen dan de
mijne, doen kan, mocht dit niet tot de myne
worden beperkt. Allen, die tot het Katholieke
geloof overgingen en (kosteloos!) lid worden
van den Canisius-Bond, waarvan het „Cen-
traal-Bureau" is gevestigd Laan 27, Den Haag,
kunnen de „Canisiusklok" gratis ontvangen.
Allen, waar in Nederland ook. Willen zij uit
eigen beweging een vergoeding zenden aan de
administratie van het maandblad, deze te
gemoetkoming is welkom
Wat ook welkom blijft, en wat de vrienden
en belangstellenden wel zullen begrepen, is
eenige financieele steun voor het heilzame
cursussenwerk op het gironummer 140615.
De F 36, welke tijdens de Nederlandsche Rondvlucht een bezoek aan Eindhoven zal
brengen.
Bij gelegenheid der jaarvergadering van het
Juvenaat in het Bisdom Haarlem op Zondag 16
September a.s., zullen de Jonge Wacht en
Kruisvaartafdeelingen van Den Haag en om
streken een grootsch demonstratiespel uitvoe
ren in het circus-gebouw te Scheveningen.
Dit spel, dat des namiddags om vier uur zal
beginnen, zal worden bijgewoond door den
bisschop van Haarlem en vele kerkelijke en
wereldlijke autoriteiten. De toegangsprijzen
zullen zeer matig worden gesteld, zoodat ook
voor bescheiden beurzen geen bezwaren zullen
bestaan om het spel te bezoeken.
Het spel wordt uitgevoerd door ongeveer zes
honderd jongens in uniform met hun leiders.
De artistieke leiding berust by Anton Sweers,
terwyl de muzikale illustratie in nanden is van
Marius Monnikendam.
Het kunstzinnige spel, dat zoowel litterair als
muzikaal zéér goed wordt verzorgd, zal staan
in het teeken der Kruistochtgedachte.
Op speelsche wyze zal den stryd ousschen
Kruisvaarders en Turken worden uitgebeeld,
waarby de ideale gedachte, welke aan den
nieuwsten vorm van het jongensjeugdwerk ter.
grondslag ligt, n.l. de Kruisvaartmethodiek, op
den voorgrond zal treden. De repetities zijn reeds
lang in vollen gang.
Nadere bijzonderheden zullen nog worden be
kend gemaakt.
Men zorge er thans reeds voor om dien Zon
dag, 16 September a.s. voor deze buitengewone
gebeurtenis gereserveerd te houder..
Over de zaak-Zwiers, den Hollander, die in de
strafgevangenis te Essen in preventieve hechtenis
gehouden wordt en waarover we onlangs een
uitvoerig artikel publiceerden, .vernemen we nog
enkele markante by zonderheden.
Zooals reeds is meegedeeld, werd oorspronkelyk
aan Zwiers ten laste gelegd, dat hy revolvers van
België naar Duitschland had gesmokkeld en dat
hij militaire geheimen verraden had. Om tot
dusverre onbekend gebleven redenen heeft men
de aanklacht, het smokkelen van revolvers, laten
vallen.
Wellicht spruit deze merkwaardige byzonder-
heid over deze onverkwikkelyke zaak voort uit
een mededeeling, die van Duitsche zyde tot ons
kwam.
Toen Zwiers gearresteerd was of overrompeld,
zooals hy zelf verklaart, werd hy aanstonds aan
den lijve gevisiteerd. Behalve eenig kleingeld
werd niets op hem gevonden. Op Duitsch grond
gebied werd hy later nogmaals gevisiteerd. In
de buitenzak van zyn jas vond men toen een
revolver.... Dit wapen was by de eerste visita
tie, die overigens zeer zorgvuldig ondernomen
was, niet voor den dag gekomen.
Zwiers protesteerde onmiddellijk. Hij ver
klaarde heftig nooit zulk een wapen bezeten te
hebben. In het oorspronkelyk proces-verbaal
werd evenwel neergeschreven, dat op Zwiers
een revolver gevonden was.
Wie beschryft echter de verbazing van
den rechter van instructie, die de in beslag
genomen revolver in ontvangst moest ne
men? Deze kwam tot de ontdekking, dat
de revolver
mannen was!
een dienstwapen der S.A.-
Waarschijnlyk heeft men Zwiers' uitdrukke-
lyke verklaring, dat hij deze revolver nooit be
zeten had en dat die in zijn jaszak gestopt
was, meer geloofd dan het opgemaakte proces
verbaal!
Intusschen is van Nederlandsche justitiezyde
een onderzoek naar het geval-Zwiers ingesteld.
Ook de Nederlandsche consul te Essen, de
heer Schmid, heeft indertyd een onderzoek in
Nederland ingesteld. Althans afgaande op een
schrijven, dat deze aan Zwiers zond, mogen we
concludeeren, dat zulks inderdaad het geval is
geweest. Dato 7 Mei schreef de consul aan
Zwiers: „In antwoord op uw schryven deel ik
u mede, dat een, door de Nederlandsche politie
en justitie ingesteld onderzoek een negatief resul
taat heeft opgeleverd; een overval, zooals u
meende, op Nederlandsch grondgebied, kon niet
vastgesteld worden."
Onzerzyds met betrekking tot dezen brief een
enkele opmerking. Heeft de Nederlandsche
politie of justitie omstreeks dien tyd zich ook
in verbinding gesteld met den kostbaas van
Zwiers, die nauwkeurige gegevens had kunnen
verstrekken over Zwiers' optreden op dien be-
wusten Zondagmorgen?
Te 's-Gravenhage zal a.s. Zondag feestelijk
gevierd worden het 25-jarig priesterfeest van
Pastoor P. Kemper, van de parochie H. The-
resia van het Kindje Jezus, aan de Apeldoorn-
sche laan.
Van avond zal de jubilaris te 8 uur afge
haald en naar de kerk geleid worden, alwaar
kapelaan P. de Groot een toespraak zal hou
den en een feestgeschenk wordt aangeboden.
Deze by eenkomst wordt besloten met een
plechtig Lof.
Zondagsmorgens 10 uur zal door Pastoor
Kemper een plechtige Hoogmis worden opge
dragen en te 2 uur receptie gehouden worden.
Des avonds half acht is er weder een plechtig
lof, waaronder de jubilaris een dankwoord zal
spreken.
Gedurende de Nederlandsche Reisweek van
20 tot 27 Augustus zullen de toegangsprijzen der
Rijksmusea worden verlaagd in dien zin, dat
op dagen, waarop anders f 0.25 p.p. verschul
digd is, slechts f 0.10 zal worden gevraagd.
13e Zondag na Pinksteren.
Evangelie: Lucas 17, 11-19.
In hoeverre de verhalen over de dankbaarheid van
wilde dieren waar zijn, weet ik niet. Zouden ze uitgevon
den zijn om te bewijzen, dat wilde dieren vaak beter zijn
dan menschen, dan had men zich die moeite gerust kun
nen sparen, want bewijzen, dat geen dier uit de wildernis
zoo rauw en wreed is, als menig mensch zich sinds den
val van Adam heeft getoond, vindt men te over in iedere
kuituur- en wereldgeschiedenis.
Wanneer een kat een vogel vangt, wordt ons weeke hart
gevoelig aangedaan; wat echter niet verhindert, dat kip
pensoep of een gebraden duifje ons later evengoed sma
ken. Komisch eigenlijk, zooals de mensch het jachtrecht
voor zichzelf gereserveerd heeft, en andere schepselen,
die op buit uitgaan, als wilde dieren bestempelt. Waar
schijnlijk bezit de mensch zelf het record in wreedheid.
En met de ondankbaarheid is het al niet anders gesteld.
Zelfs aan de ongeloofelijkste geschiedenis van mensche-
lijke ondankbaarheid zou ik geen oogenblik twijfelen. Er
is inderdaad geen vorm van deze hatelijke ondeugd, die
onder menschen nog niet voorkwam, die zich niet hon
derdmaal herhaald heeft, en zich morgen weer herhalen
kan.
Wie rekening wil houden met de dankbaarheid van de
menschen, rekent bijna altijd verkeerd. Ja, men moet
zelfs blij zijn, wanneer degenen, wien men extra-goed
gedaan heeft, die men in een zeer groote verlegenheid
te hulp kwam, iemand achteraf niet als vijand en in
dringer beschouwen. Dat men hen geholpen heeft, ver
geten zij; dat men him nood gezien heeft, vergeten velen
niet. Negen van de tien, die van de melaatschheid wer
den gereinigd, denken er heelemaal niet aan terug te
keeren. Waarom dan ook? Ze zijn nu immers gezond.
Alles is gelukkig weer in orde. Ja, ze zullen in de toekomst
den Heiland zelfs pijnlijk mijden, om niet aan den tijd
der melaatschheid herinnerd te worden. En wanneer ze
zullen staan voor het huis van Pilatus, zullen ze bijzonder
hard schreeuwen, opdat toch maar niemand op de ge-
c.achte zal komen te vragen, wat ze dan wel te danken
hebben aan dezen Man, dat ze niet deelen in den alge-
meenen haat en het wraakgeroepen als het dan eens
uitkwam, dat ze melaatsch geweest waren? Neen, dat
vooral niet! „Aan het kruis met Hem"!
Wanneer men zich echter eenmaal aan de gedachte
gewend heeft, dat men geen dankbaarheid behoeft te
verwachten, verheugt men zich dubbel over iedere uit
zondering. En die zijn er vast en zeker. Maar voor men
de noodzakelijke harde huid verkregen heeft, moet men
door veel pijnlijke ervaringen heen. Menigeen krijgt daar
bij niet alleen een harde huid, maar ook een steenen hart.
Voor zoo'n onvermurwbaar hart moet elke christen zich
trachten te bewaren door te doen voor God, wat de men
schen hem vragen.
Intusschen is het in-jammer, dat er zoo weinig dank
baarheid gevonden wordt, juist omdat zooveel menschen
den lust tot goed-zijn daardoor hebben verloren. En om
die reden is de armste bedelaar, die slechts van aalmoe
zen leeft, een weldoener der menschheid, wanneer hij
dankbaar is, want zijn dankbaarheid geeft aan de mensch
heid den milden glimlach en de hulpvaardige hand terug.
En daarom is iedere ondankbare een allerschadelijkst
wezen en erger dan een dief, die geld steelt, omdat de
ondankbare de goedheid rooft uit de harten der menschen.
Wat ik tot hiertoe geschreven had, las ik voor aan een
vriend. Bij de wilde dieren enz. trok hij een bedenkelijk
gezicht; maar daarna werd hij weer gerust. Doch toen
ik klaarAwas, zei hij: „Ja, ja, maar nu de moraal van de
geschiedenis." Deze is echter zeer eenvoudig, slechts dit
eene: zelf een dankbaar mensch worden. En niet alleen
wanneer wij uit een ernstige verlegenheid zijn geholpen.
Van deze soort dankbaarheid kan geen fatsoenlijk mensch
zichzelf ontslaan. Maar ik denk veeleer aan de dankbaar
heid, welke ons steeds weer doet beseffen, hoeveel wij
toch wel bezitten, en hoeveel wij nog méér hebben dan
andere menschen. Deze dankbaarheid is namelijk een van
de overvloedigste en zuiverste bronnen van levensvreugde.
Ik trof eens onder den wereldoorlog in een veldlazaret
in Romagne twee kameraden, de een blind, de ander zon
der beenen. Ze lagen naast elkander. En op zekeren dag,
terwijl die zonder beenen sliep, zei de blinde me: „Arme
kerel die daar, hij kan nooit meer loopen, altijd aan zijn
rolstoel gebonden, altijd zal hij hulp noodig hebben als
een klein kind. Mij zal mijn vrouw bij den arm nemen,
en dan kan ik gaan, waar ik wil, en zooveel als ik wil."
Toen de blinde naar het vaderland getransporteerd was,
vertelde de ander me: „Een arme kerel, mijn kameraad,
mijnheer pastoor Hij zal nooit meer kunnen lezen, geen
krant, geen boek; altijd is het nacht voor hem! Wat zou
hij er voor over hebben, om nog eens de zon of een bloem
te zien." En menschen, die beide hebben, gezonde ooger.
en gezonde beenen? En menschen, die warm eten op tafel
krijgen en niet denken aan degenen, die zelfs geen droog
brood kunnen bemachtigen? En menschen, die, als ze moe
zijn, naar bed gaan en niet denken aan hen, die onder
bruggen slapen, die in een of andere hooimijt of onder
een heg moeten kruipen? Er zijn niet veel dingen in het
leven, die men niet met wat dankbaarheid warm en zacht
kan maken, ook wanneer ze anders hard zouden zijn. Er
is niets anders voor noodig, dan aan de menschen te den
ken, die nog minder bezitten dan wij.
Nog een andere soort dankbaarheid bestaat er, die ook
maar aan weinigen eigen is. De dankbaarheid jegens de
menschen, die voor ons werken. Menigeen zal bij zich
zelf zeggen: „Nu? die worden er toch voor betaald!" In
zoover het gaat om mijne schoen- of kleermaker, meubel
maker en smid, klopt dat ook. Ik verlang mijn waar, zij
hun prijs; en wanneer ik hun betaald heb, zijn wij quitte.
En het „dank u" van mijn en hun kant is slechts een
beleefdheid. Maar er zijn duizenden menschen, die niet
voor u of voor mij op bestelling werken, en toch voor ons
allen in de weer zijn. Zij verrichten arbeid, die noodzake
lijk gedaan moet worden, wil de groote machinerie van
het moderne leven niet vervuilen of totaal stilstaan. Men
overdenke slechts, hoeveel handen zich vlijtig gerept en
voor ons gewerkt hebben, voordat ons brood klaar op de
tafel staat! Van dit stuk brood gaan honderden
draden van dankbaarheid naar honderden menschen.
Voor hem, die zien kan, die kan denken. De stompzinnige
eet en drinkt, en bezwaart zich niet met gedachten.
Men stelle zich het aantal menschen eens voor, die
onze straten en ondergrondsche riolen reinigen!
Hoeveel verschillende arbeiders zijn noodzakelijk voor
een nietig gebruiksvoorwerp als een enkele naald, een
zakmes, een pen? Daar staat werkelijk een leger van men
schen gereed: menschen in de ijzermijnen, menschen bij
de hoogovens, menschen in zoo- en zooveel fabrieken.
Of denkt u eens aan de duizenden, die dag en nacht
diep onder de aarde, men kan zeggen in dagelijksch
levensgevaar, onze steenkolen delven!
Waar heb ik gelezen, dat in een grauw steenkolengebied,
pas nog door een tragische mijnramp getroffen, menschen
werkten, die wekelijks voor zich en hun familie niet meer
verdienden dan twaalf gulden? Men kan het nauwelijks
aannemen. Men verzet zich ertegen, zooiets te moeten
gelooven. Maar wanneer het bericht van dat weekloon
van twaalf gulden werkelijk waar geweest is en het
zal helaas wel waar geweest zijn dan had iedere wel-
meenende krant het net zoolang dagelijks in vette letters
moeten afdrukken, totdat het anders geworden was. Dat
men die menschen later kransen van vijf-en-twintig gul
den per stuk op hun baar legt, daarmee wordt niets ver
holpen. Toont al dezen helden van den arbeid dankbaar
heid, zoolang zij leven; niet wanneer ze gestorven zijn.
De sociale dankbaarheid is wellicht nog zeldzamer dan
iedere andere. Maar juist aan haar kan men meten, of
wij waard zijn, dat men voor ons werkt; en of een ge
meenschap waard is, dat menschen voor haar instand
houding harden, smerigen, voor hun gezondheid schade
lijken en vaak levensgevaarlijken arbeid verrichten.
Tydens zijn verblijf in de hoofdstad heeft
den heer A. H. G. Fokker in een vraaggesprek
mededeelingen gedaan, hoe het precies staat
met den vier-motorigen F. XXXVI, dien de
K. L. M. bij de Nederlandsche Fokkerfabriek
heeft besteld en die na een aantal proefvluch
ten eenige weken buiten bedrijf is geweest.
„Ik weet," zoo zeide Fokker, „dat er over dit
vliegtuig allerlei geruchten de ronde hebben
gedaan en daarom zal ik u precies vertellen,
hoe de situatie is. De F. XXXVI. waarmede
de volgende week de proefvluchten zullen
worden voortgezet, is eenige weken buiten be
drijf geweest teneinde enkele verbeteringen in
de technische installatie uit te voeren.
„Ik heb niet het minste bezwaar om u daar
van de details mede te deelen," aldus de heer
Fokker. „Tengevolge van de buitengewone af
metingen der benzinetanks bleek het ge-
wenscht, wijzigingen aan te brengen aan de
z.g. slingerschotten binnen in deze tanks, welke
schotten het heen- en weerloopen van de ben
zine moeten tegenhouden. Daar de tanks zich
in den vleugel bevinden, moesten deze eruit
genomen worden om in de fabriek de vereischte
constructiewyzigingen te ondergaan.
Ook de uitlaatbuizen met de daar
mee samenhangende verwarming
wierpen tengevolge van de geheel
nieuwe opstelling boven op den
vleugel nieuwe problemen op, die
constructieve veranderingen noodza
kelijk maakten. Een plaatselijke
versterking van de triplex-beklee-
ding aan de vleugeltippen werd
toegepast, teneinde een betere
werking van de ailerons te verkrij
gen. Deze werd uitsluitend op initia
tief van de fabriek uitgevoerd. Me
dedeelingen, zooals in de buiten-
landsche pers verschenen zijn over
het aanbrengen van een extra langs-
ligger, behooren in het rijk der
fantasie
„Ook de motorinstallatie," zoo verklaarde de
heer Fokker verder, „onderging verscheidene
verbeteringen. Zoo liet o.a. de K. L. M., die de
motoren ter beschikking stelt, grootere olie-
koelers installeeren, voorts bleken eenige ver
anderingen in het benzinesysteem gewenscht.
Tevens werden de stroomlijnomkappingen
om en achter de motoren in overleg met den
Ryks Studiedienst voor de Luchtvaart ver
beterd, hetgeen waarschynlyk een snelheids
vermeerdering tengevolge zal hebben.
Bovendien werd een groot aantal kleinere
verbeteringen van allerlei aard uitgevoerd, ter-
wel de geheele machine, vooral de binnen
inrichting, verder afgewerkt werd. De zeer om
vangrijke proefvluchten en uitgebreide metin
gen worden de volgende week voortgezet. Met
dat al zullen deze nog menig vlieguur nood
zakelijk maken, alvorens het toestel door de
K. L. M. voor den geregelden dienst in gebruik
genomen kan worden."
„Wordt er binnen afzienbaren tyd nog een
groote vlucht in ons land ondernomen?"
„Het is niet uitgesloten," antwoordde de heer
Fokker, „dat het toestel ter gelegenheid van
de Nederlandsche rondvlucht naar Eindhoven
zal vliegen, teneinde aan de groote belangstel
ling van het Nederlandsche publiek te voldoen.
Tenslotte kan ik u mededeelen, dat de F.
XXXVI ter gelegenheid van het I.A.T.A.-con-
gres te 's Gravenhage, waaraan vertegenwoor
digers van vele buitenlandsche luchtvaartmaat-
schappyen deelnemen, Woensdag 29 Augustus
des namiddags op Schiphol door de deelnemers
aan het congres zal worden bezichtigd."
Te Zevenbergen zijn onder leiding van den
Ryksbemiddelaar, prof. mr. P. J. M. Aalberse,
besprekingen gehouden met partyen, betrokken
bij de dreigende arbeidsconflicten in den land
bouw te Lage Zwaluwe en Standaarbuiten.
In het eerste geval kwamen partyen over
een, op Dinsdag a.s. de voorwaarden te be
spreken, waarop een collectief contract zal wor
den afgesloten, en er kon dus geconstateerd
worden, dat van een dreigend conflict geen
sprake meer is.
Wat Standaarbuiten betreft, bleken de ter
vergadering aanwezige werkgevers in het geheel
niet in staat te zyn, namens alle boeren in die
gemeente op te treden. Zy zullen alsnog trach
ten, een mandaat te verkrijgen. Mogelijk zal
dit ten gevolge hebben, dat door beide partyen
tot arbitrage wordt besloten.
Men deelde ons hedenmorgen mede, dat van
de regeering bericht is ingekomen, dat reeds na
de gelegenheid geschapen is, dat tulpen en hya
cinten, die op de veiling onverkoopbaar bleken
en aan exporteischen voldoen, via de veiling
ingenomen worden door de regeering.
Op den gestelden tijd zullen de bollen betaald
worden.
De minister van Binnenlandsche Zaken heeft
aan de burgemeesters een circulaire gestuurd,
ter bevordering van een eenvormige toepassing
der wet op het Nederlandschap en het Inge
zetenschap ten aanzien van personen, die door
een ten tyde hunner geboorte de Nederland
sche nationaliteit missende vader of moeder zyn
erkend.