De opleiding van
onderwijzers
Zinker is gelegd
De Dieselmisère
OM DE KONINGIN
DINSDAG 28 AUGUSTUS 1934
Marinecommando in
Den Helder
Het autobuscmgeluk
bij Emmen
Gevaar van onbewaakte
overwegen
MEER STILTE
Economische toestand
in Indië
Weinig verandering in
het weer
Met September gaat nog geen
enkele door de regeering
bedoelde wijziging in
Vice-admiraal Brutel de la Rivière
draagt het over aan zijn
opvolger
GEN.-MAJ. TH. LECLERCQ
Ook
de beide slachtoffers onder
veel belangstelling ter
aarde besteld
NEDERLANDSCHE MUSICI
Maatregelen tot bestrijding der
werkloosheid onder hen
GRIEZELIGE VONDST
Lijk gevonden, dat in koffer
gesloten is geweest
Kunnen chauffeurs bij eiken
overweg uitstappen, om
zich van de veiligheid
te vergewissen?
WERKLOOZEN IN JUNI
„KATHOLIEK TOONEEL'
Subsidiebeoordeeling
OP STREKDAM GELOOPEN
Schip naar Temeuzen gesleept
G. M. Hekkelman
Het moeilijke werk te IJmuiden
zonder stagnatie tot stand
gebracht
WERKZOEKENDEN- NAAR
FRANKRIJK
Zij kunnen geen geld krijgen voor
terugkeer
DANIËL WAS NIET BANG
VOOR LEEUWEN
Maar zij moesten heel klein zijn
In- en uitvoer in Juni
STIJFSELMEEL GEBRUIKT
Jong kindje aan de gevolgen
overleden
DE AARDAPPELHANDEL
Onderzoek is in vollen gang
Meer wind te verwachten
BEZUINIGINGEN BIJ DE
FACTORIJ
En de crisisregelingen
NIET STOPPEN?
In de leemte der wet is reeds
voorzien
NAAR DE LUCHTVAART
TENTOONSTELLING
BRANDSTICHTING?
HET ONBEWAAKTE OOGEN
BLIK
Ingenieurs-examen
Postvluchten
UIT DE STAATSCOURANT
DOOR VICTOR BRIDGES
.(Wordt vervolgd)
Zooals bekend, heeft Minister Marchant in
April j.l. bij de Tweede Kamer een wetsontwerp
aanhangig gemaakt, waarbij voorgesteld wordt
een wijziging te brengen in de onderwijzers
opleiding-
De bedoeling zat daarbij voor, deze wijziging
te doen ingaan met het begin van het school
jaar 19341935. Op dat tijdstip zou dan een
aantal kweekscholen worden opgeheven, terwijl
tevens de vier-jarige kweekscholen drie-jarige
zouden worden.
Aangezien evenwel de gedachtenwisseling
tusschen Kamer en Regeering over dit wets
ontwerp nog niet is aangevangen, zal, naar
wij vernemen, in September a.s. geen enkele
door de Regeering in verband met dit ont
werp voorgenomen maatregelen inzake de
onderwijzersopleiding worden doorgevoerd,
zoodat van opheffing van kweekscholen met
dien datum ook nog geen sprake zal zijn.
Maandag heeft in Den Helder de plechtige
overdracht van het commando op Hr. Ms.
Wachtschip, dat aan de Buitenhaven ligt, plaats
gehad. Te ongeveer half elf kwam de scheidende
vlootvoogd, vice-admiraal C. J. E. Brutel de la
Rivière, vergezeld van zijn opvolger, schout
bij-nacht J. L. Kruyt, en de staven van beide,
aan boord. De eerste tonen van het Wilhelmus
weerklonken, waarna de admiraal een korte in
spectie hield. Op het dek waren opgesteld de
officieren, onder-officieren en manschappen,
deputaties van alle marine-instellingen in
Nederland.
Nadat het commando alle hens voor den boeg
uitgevoerd was, sprak de vice-admiraal zijn af
scheidswoord. Z.Ex. zeide o.m., dat het hem na
35-jarigen marinedienst minder gemakkelijk
viel afscheid te nemen dan hij zich had voor
gesteld. Toen hij 20 April 1931 het commando
der marine had aanvaard, had hij een kort
woord uitgesproken, waarin hij hoopte, dat
iedereen zich met toewijding aan zijn taak zou
geven. Dat is geen opoffering, maar dat spreekt
van zelf. Men moet zich met hart en ziel een
met het marinebestaan voelen. Er wordt lang
niet algemeen beseft hoe goed men het bij de
marine heeft.
Moeilijke tijden heb ik achter den rug, waarin
ik botste met personen en corporaties, maar hij.
die altijd goed gediend heeft, heeft zich nooit
bedreigd gevoeld. Ondergeschikten onder den
rang van onderofficier heb ik steeds geholpen,
nooit heb ik gekeken naar hun geloofsovertui
ging of anderszins. Wel is het anders voorge
steld door personen en couranten, maar men
heeft mij daarmee grof onrecht aangedaan
Mijn geweten is zuiver.
Het moeilijke personeelsvraagstuk heb ik ge
tracht naar beste weten vooruit te brengen.
Men zou echter steeds ontevreden blijven als
men de hooge beteekenis van het woord dienen
niet aanvoelde.
Gij zijt bevoorrecht, ik herhaal het hier dui
delijk: gij zijt bevoorrecht, gij hebt vast werk,
een goed inkomen, terwijl velen hun brood niet
kunnen verdienen. Als allen tevreden waren,
dan zou o.m. het georganiseerd overleg, dat ik
in zijn huidigen vorm uit den booze acht, ver
dwijnen.
Ten slotte sprak Z. Exc. een kort dankwoord
Uit voor den grooten steun van de officieren,
onderofficieren en manschappen ondervonden.
De nieuwe marinecommandant sprak hierna
een kort woord.
De plechtigheid werd gesloten met het af
schieten van 15 schoten van Hr. Ms. „Hertog
Hendrik", de afscheidsgroet aan den vice-admi
raal, en een saluut van 13 schoten, waarmee het
commando van den nieuwen commandant werd
ingewijd.
In de kerk van den H. Paschalis Baylon
te 's-Gravenhage is Maandag de plechtige uit
vaartdienst gecelebreerd voor de zielerust van
wijlen den gepensionn. generaal-majoor tit.
Th. H. L. Leclercq. De Requiemmis werd opge
dragen door pastoor Gilissen met assistentie
van twee kapelaans der parochie.
Op het RK. kerkhof aan de Kerkhoflaan ga
ven velen van hun belangstelling blijk, o.m. de
vertegenwoordigers van het Ned. Roode Kruis,
een deputatie van de brigade grenadiers en ja
gers, jhr. van Suchtelen v. d. Haare, gep. luite-
nant-generaal-majoor L. J. H. Habbema, gep-
generaal-majoor Kist, gep. luit.-generaal Ph. W.
Weber, gep. generaal-majoor A. J. Schotman,
Staatsraad Muller Massis, voorz. Kon. Ver. van
gep. officieren, Staatsraad Romme, generaal-
majoor Backer, reserve-generaal-majoor Wag
ner, gep. generaal-majoor v. d. Brandhof, gep.
luit.-generaal jhr. Borel, gep. luit.-generaal van
Terwisga, P. J. van Munnekrede, H. Kemper,
gep. generaal-majoor De Ridder, jhr. G. A. A.
Alting v. Geusau, oud-minister van oorlog en
vele anderen.
Nadat door pastoor Gilissen in de kapel de
absoute en op het kerkhof de beaardingsplech-
tigheden waren verricht, werd de kist, die met
een bloemstuk van het hoofdbestuur van het
Nederl. Roode Kruis gedekt was, in het familie
graf bijgezet.
Een zwager van den overledene, dr. van Moor-
sel, sprak namens de familie woorden van dank.
Maandag zijn te Klazienaveen ter aarde be
steld de beide bij het autobusongeluk, dat de
vorige week Woensdag te Emmen op den onbe-
waakten overweg is gebeurd, om het leven ge
komen werkverschaffingsarbeiders H. Puncke
en R. Nijenhuis.
Het stoffelijk overschot van Puncke werd bij
gezet op de R. K. Begraafplaats, nadat door
pastoor B. Jongerius in de parochiekerk de
plechtige Requiemmis was gecelebreerd. Onge
veer 1500 menschen volgden den lijkwagen. De
meesten van hen waren werkloozen, die daar
toe verlof hadden gekregen.
De Bond van Autobushouders in de gemeente
Emmen had voor het vervoer dezer arbeiders
naar Klazienaveen een 25-tal autobussen gratis
ter beschikking gesteld.
Aan de groeve van Puncke werd niet ge
sproken.
Als officieele vertegenwoordigers waren aan
wezig namens den Minister van Sociale Zaken,
de hoofdvertegenwoordiger der steunverleening
de heer M. de Vries, te Den Haag, als verte
genwoordiger van het gemeentebestuur var
Emmen, wethouder A. Sibon, als vertegenwoor
diger van het staatsboschbedrijf, houtvester
ingenieur J. L. W. Blokhuis en voorts de di
recteur van den gemeentelijken werkloosheids-
dienst te Emmen, ir. W. P. H. Bennik. Bloem
stukken van verschillende arbeiders dekten de
baar.
Des namiddags werd op de Algemeene Be
graafplaats ter aarde besteld het stoffelijk
overschot van Nijenhuis.
Het aantal belangstellenden was toen tot
over de 2000 gestegen.
Aan de groeve werd een lijkrede gehouden
door ds. J. A. Steenbakker Moilye Loysen, Ne-
derlandsch-Hervormd predikant te Erica. Ver
volgens werd het woord gevoerd door den heer
M. de Vries, namens den Minister van Sociale
Zaken, wethouder S. Veenstra, die thans het
gemeentebestuur vertegenwoordigde, het raads
lid J. Hubert, als vertegenwoordiger van het
hoofdbestuur van den Modernen Arbeiders
bond, den arbeider S. de Graaf, als vertegen
woordiger der groep arbeiders in het Sleener
Zand, waar de verongelukte groep arbeiders
werkzaam was, terwijl tenslotte de arbeider A.
Kroeze namens de familie dank bracht voor
de belangstelling.
De regeering heeft, naar het „Handelsblad"
meldt, een nieuwe bepaling getroffen, met het
dóel, de werkloosheid onder de musici te ver
minderen.
Deze nieuwe bepaling treedt September a.s.
in werking. Zij heeft uiteraard geen ander doel,
dan de werkloosheid onder Nederlandsche mu
sici te verminderen. Zij heeft niet tot gevolg,
dat alle buitenlandsche orkesten met September
a.s. ons land zullen moeten verlaten. Bij de aan
vrage om vergunning hier te mogen (blijven)
spelen welke aanvraag door de Nederland
sche werkgevers moet worden ingediend zal
de Rijksdienst voor de Arbeidsbemiddeling heb
ben na te gaan, of die vergunning kan worden
verleend, of wel, dat dit zal kunnen geschieden,
nadat het orkest ongeveer gedurende twee
maanden buiten ons land is geweest.
Toen de landarbeider C. te Hontenisse bezig
was met „zandschieten" in het z.g.n. Kerkpadje,
dat Kuitaart met Lamswaarde verbindt, stuitte
hij op een diepte van ongeveer 20 c.M. op een
menschelijk hoofd. De man groef door en
vond, naar de „Telegraaf" meldt, een volledig
menschelijk geraamte, met de beenen op de
borstkas gedrukt en het aangezicht naar bene
den gekeerd.
Men heeft vastgesteld, dat het lijk verborgen
moet zijn geweest in een houten koffer van
ongeveer 1 M. lengte. Uit de ligging van het
geraamte kon men duidelijk zien, dat het lijk
op onmenschelijke wijze in de kist is gestopt.
Het gerucht doet de ronde, dat men te doen
heeft met de stoffelijke resten van zekeren J. P.,
die twintig jaar geleden spoorloos is verdwenen
en welke verdwijning de justitie nooit heeft
kunnen ophelderen.
Het eerste Kamerlid Smeenge heeft den Mi
nister van Waterstaat gevfcagd, of deze kennis
genomen heeft van de berichten in de bladen
omtrent het ernstig ongeval met een autobus
op den onbewaakten overweg op den Dord-
schen Straatweg te Emmen.
Meent de Minister niet, aldus vrager, dat,
zooal bewaking van deze en andere gevaar op
leverende overwegen niet mogelijk is het toch
is geboden maatregelen te treffen, opdat het
leven van personen, die in voor publiek ver
voer bestemde autobussen plaats nemen
soms moeten plaats nemen, zooals in dit geval,
waar het betrof arbeiders geplaatst bij de
werkverschaffing, die zoover van huis te werk
zijn gesteld, dat zij per autobus naar en van
het werk moeten worden vervoerd beter te
gen ongevallen als dit zijn beschermd?
Zou de Minister niet willen overwegen, of
aan het verleenen van de toestemming, om
autobussen voor publiek vervoer te doen rijden,
niet kan worden verbonden de voorwaarde, dat
de chauffeurs gehouden zijn, voor iederen over
weg te stoppen en uit te stappen, om zich er
van te overtuigen, dat de spoorweg vrij is?
Het totaal aantal personen, van wie de werk
loosheid is nagegaan, bedroeg, volgens het Cen
traal Bureau voor de Statistiek, in Juni 1934
rond 502.000, waaronder 495.000 tegen werk
loosheid verzekerden; het aantal werkloozen
onder hen bedroeg rond 146.40Ö, waaronder
145.200 verzekerden.
Het lezenswaard blijvend tijdschrift „Katho
liek Tooneel" onder redactie van Pieter van
der Valk, Kees Spierings en Anton Sweers heeft
in no. 8 van den tweeden jaargang een „Ma
nifest" van Pieter v. d. Valk „Zijt gij paraa?t'
waarin een aanval op 't slechte tooneel wordt
gedaan, het dilettanten- en beroepstooneel
wordt besproken en critiek uitgeoefend op de
hoorspelen van de radio.
F. Smit pr. geeft een geïllustreerde beschou
wing „Meisjes die werken" en Jos. van Schave
ren heeft een artikel „Naar de oplossing". Kees
Spierings draagt een artikel bij „Schoone be
keeringen". Verder allerlei beschouwingen en
inzichten.
De opmerkzaamheid, die de door „Katholiek
Tooneel" voor het speelseizoen 19331934 uit
geschreven Subsidie-Beoordeeling heeft gehad,
was voor de redactie van dit blad aanleiding,
om een zelfde beoordeeling voor 1934-35 uit
te schrijven.
Men weet, dat iedere tooneelspelende groep of
vereeniging hieraan kan deelnemen, aangezien
iedere voor deze beoordeeling gegeven voorstel
ling wordt gezien binnen het kader der geleide
lijke ontwikkeling van repertoir en spelpeil,
waardoor dus zoowel de meest bekende groep
als de onbekendste vereeniging kans heeft,
een subsidie toegewezen te krijgen. De moge
lijkheid om te spelen staat open tijdens het
geheele seizoen 1934/35.
Hoe meer deelnemers, hoe ruimer de subsi
dies, die beschikbaar kunnen worden gesteld.
Organisatorische redenen maken het echter
noodzakelijk, dat de redactie op 1 October a.s.
weet, hoeveel vereenigingen, zelfs al spelen zij
na Paschen 1935, aan deze subsidie-beoordeeling
zullen deelnemen. Belangstellenden moeten zich
dus zoo spoedig mogelijk met een verzoek om
inlichtingen of met een opgave voor deelname
wenden tot het redactie-secretariaat van Ka
tholiek Tooneel, Pythagorasstraat 14, Amster
dam-Oost. Kostbare voorstellingen worden van
de deelnemers niet verwacht, integendeel, de
redactie is er zich van bewust, dat door de
moeilijke tijden de uitvoering dikwijls uiterst
sober zal moeten worden gehouden. Er zal dan
ook in de eerste plaats worden gelet op de ernst
en het streven, het dilettantentooneel op een
hooger peil te brengen.
Te Hoedekenskerke is Maandagdagmiddag het
Belgische sleepslip „Ansilmo", geladen met pa
pier en bestemd voor Gent, op een steenen strek
dam geloopen. Het schip heeft zooveel water ge
maakt, dat sleepbootassistentie moest worden
ingeroepen. De sleepboot „Mercurius" van de fir
ma Aug. de Meijer Co. te Temeuzen heeft
daarop het schip naar laatstgenoemde plaats
opgesleept. De „Ansilmo" is eigendom van het
scheepskantoor E. Herrebosch te Atnwerpen en
werd gesleept door de sleepboot E. H. 10.
In den nacht van 26 op 27 dezer is na een
langdurige ziekte te Huis ter Heide zacht en
kalm ontslapen de heer G. M. Hekkelman, secr.
van de N. V. Aneta-Holland te 's-Gravenhage,
Nu komt er rust! Nu zijn over
bodige geluidssignalen verboden
(f75.- boeteI). 'tWerd tijd: ze
toeterden er maar op los I Wie
Maandag is te IJmuiden de nieuwe zinker
voor gas en water in het Noordzeekanaal neer
gelaten. Met het transport van den ongeveer
tweehonderd meter langen zinker werd 's mor
gens half elf een begin gemaakt. Twee sleep-
booten trokken het gevaarte, dat tusschen drie
dekschuiten aan stalen kabels was opgehangen,
van het Spuikanaal naar de plaats van bestem
ming, hetgeen zonder stagnatie geschiedde.
Om half twee kon worden aangevangen met
het laten zinken, welk werk tot vijf uur in den
namiddag duurde.
Op dat oogenblik rustte de geweldige buis in
de geul, welke voor dit doel gegraven was.
Gedurende den geheelen dag was de toegang
tot de Zuider- en de Middensluis versperd. Het
scheepvaartverkeer kon evenwel ongehinderd
door de Noordersluis passeeren.
Voor het interessante werk bestond weer veel
belangstelling.
De minister van Economische Zaken brengt
het navolgende ter kennis van belanghebben
den:
Het is gebleken, dat zich bij de Nederland
sche consulaire ambtenaren in Frankrijk bijna
dagelijks werkzoekende Nederlanders aanmel
den, met verzoek, op rijkskosten naar Neder
land te worden gezonden. Gezien voorts ook de
groote werkloosheid in Frankrijk en het feit
dat, mede als gevolg daarvan, de wettelijke
voorschriften op het werkzaam zijn van vreemde
arbeidskrachten daar te lande zeer streng wor
den toegepast, wordt ernstig gewaarschuwd
tegen vertrek naar Frankrijk met het doel er
arbeid in loondienst te verkrijgen, zonder vooraf
dienaangaande overleg te hebben gepleegd met
het plaatselijk orgaan der openbare arbeidsbe
middeling.
Met nadruk wordt er op gewezen dat werk
zoekenden, die zich op goed geluk af, naar
Frankrijk begeven, er niet op kunnen rekenen,
door de Nederlandsche consulaire ambtenaren
te worden ondersteund of op rijkskosten naar
Nederland gezonden.
Te Rotterdam treedt in een der theaters een
fakir op, die verrassende staaltjes laat zien van
het hypnotiseeren van allerlei dieren. Een van
zijn sensationeelste nummers is het optreden
van een aantal leeuwen.
Iemand, die dicht by den artisteningang van
het theater woont, die dagelijks het brullen van
de leeuwen hoort en die eens naar het optreden
van den fakir was gaan kijken, beweerde, dat
hij zich in staat achtte, iets soortgelijks te laterf
zien, vertelt de „N. Rott. C." Deze opmerking
lokte spot en hoon uit en de kennissen, tegen
wie hij gesproken had over zijn wilskracht, wel
ke hij ook over de wildste dieren zou weten te
doen zegevieren, drongen er op aan, dat hij zijn
woorden eens in daden zou omzetten.
En ziet, dezer dagen verscheen in een Rotter-
damsch blad een foto van dezen stadgenoot,
staande in een kooi met leeuwen en in een
redactioneel artikel werd de moed van dezen
Rotterdamschen Daniël geëerd-
De directie van het theater informeerde eens
bij den fakir, hoe het mogelijk was, dat een
vreemde man, zoo maar bij de leeuwen in de
kooi kon gaan, zonder dat hem iets gebeurde.
De fakir beweerde, dat dit onmogelijk was,
waarop men hem de foto liet zien. Toen lachte
de fakir en de directie van het theater lachte,
toen zij den dapperen Daniël eens op den man
af er naar had gevraagd en toen zij de beves
tiging van het vermoeden van den fakir had
verkregen, eveneens. Inderdaad was de dappere
Daniël in een leeuwenkooi geweest en had hij
zich daarin laten fotografeeren. Maar het was
de kooi met de welpen geweest, welke welpen
des avonds bij wijze van entourage, vrijelijk over
het tooneel mogen rondloopen, omdat zij onge
vaarlijk zijn.
BATAVIA, 27 Aug. (Aneta). In het over-
zich van den economischen toestand over Juni
1934 wordt medegedeeld:
De rubberuitvoer wordt n.l. beinvloed door
de inwerkingtreding van de rubberrestrictie
welke leidde tot een gevoelige daling van den
rubberuitvoer. Het uitvoervolume daalde zoowel
in vergelijking met Mei 1934 als in Juni 1933.
Deze vermindering komt in hoofdzaak voor re
kening van een geringeren uitvoer van aardoliën,
aardolieproducten, copra, suiker en rubber.
Daartegenover staat een hoogere uitvoer van
koffie, thee, peper, tin en tinerts.
Berekend naar de waarde valt, in vergelijking
met de maand Juni van 1933, een stijging waar
te nemen.
De invoer was, zoowel wat de waarde als wat
de hoeveelheid betreft, geringer dan in Mei 1934,
doch hooger dan over de maand Juni 1933.
De invoer van meststoffen, yzer, metalen,
mineralen, machinerieën, werktuigen, garons,
manufacturen, aardewerk, en chemische voort
brengselen is toegenomen.
Hiertegenover nam de import van rijst, aard
olie en aardolieproducten af.
Het tegoed van de inleggers bij de Postspaar
bank vermeerderde over Juni 1934 met ƒ79.585.
Waartoe gedwongen al te groote soberheid ten
aanzien van de dagelijksche voeding leiden kan,
bleek een dezer dagen te Pakel (Tjampoerda-
rat), schrijft de correspondent van de Ind. Crt.
te Toeloengagoeng. In een Inlandsch gezin werd,
uiteraard niet uit weelde, volstaan met wat ke-
tella, voor den prijs van 3 centen, als voedsel
voor het geheele gezin.
Een deel der knollen werd gekookt en diende
voor middageten, de grootste werd eerst later
gekookt en als voedsel aan de kinderen ver
strekt.
Drie kinderen van resp. 12, 10 en 5 jaar wer
den daarna bewusteloos; het jongste overleed.
Het betreft hier de ketella gendroewo (pohong
gendroewo), die eigenlijk niet als voedsel dient,
doch waarvan gaplekmeel wordt gemaakt, bijv.
voor de bereiding van stijfsel.
Maandag is op de Centrale Werkplaatsen te
Haarlem een achttal Duitsche monteurs van
de Maybach-motorenfabrieken uit Friedrichs-
hafen aangekomen om technischen bijstand te
verleenen bij het onderzoek naar de oorzaken
van de verwoesting van de motoren der Die-
seltreinen.
Reeds is, zoo bericht „Het Volk" een aantal
monteurs van de Heemaf-fabrieken, die het
electrisch deel der treinen hebben verzorgd,
ter plaatse.
Een staf van ingenieurs en technisch perso
neel neemt aan het uitgebreide onderzoek deel.
Uit de Zaterdag reeds genoemde stijgingen
van den barometer over Scandinavië ontwikkelde
zich een stevig hooge drukgebied met standen
boven 770 m.M. Intusschen werden depressies
in het Westen actiever en thans bevindt zich
ten Westen der Britsche Eilanden een uitge
breid en vrij diep minimum, dat zich vooral
naar het Noorden schijnt uit te breiden. Over
het Middellandsche Zeegebied ligt een vlakke,
lage druk. De heerschende drukverdeeling
brengt ten onzent, in Frankrijk en Duitschland
zwakke tot matige winden uit Oostelijke rich
tingen en helder weer.
Over Scandinavië is het vrijwel windstil.
Slechts aan de Noorsche kust valt hier en daar
regen, overigens is het weer er goed. Over de
Britsche Eilanden is het weer verslechterd. Over
het algemeen is de lucht er zwaar bewolkt. Het
lijkt ons niet waarschijnlijk, dat het in het
Westen gelegen regenfront naar onze omgeving
door zal dringen. Ten onzent mag behalve wel
licht eenige toename van de windsterkte op nog
slechts weinig verandering gerekend worden.
BATAVIA, 27 Aug. (Aneta) De heer J. C.
Mantel, sub-agent van de Factory der Ned.
Handel-Mij. Bezoekt thans de kantoren der
Ned. Handel-Mij. in het verre Oosten, teneinde
de mogelijkheden tot bezuiniging voor deze
kantoren nader te bestudeeren.
De Kamer van Koophandel en Fabrieken
voor Rotterdam heeft aan den Minister van
Economische Zaken een adres gericht, waarin
gevraagd wordt in verband met de betere aard
appelprijzen en de verbeterde uitvoermogelijk-
heden die tengevolge van de droogte dit jaar
bestaan:
1. afschaffen van crisisheffing op het ver
voer van consumptie-aardappelen;
2. opheffen van de belemmeringen voor den
vrijen uitvoer;
3. intrekken van de overige ingrijpende rege
lingen, die den toch reeds ingewikkelden aard-
appelenhandel te zeer belemmeren.
Dezer dagen werd in het „Weekblad van het
Recht" door prof. mr. Van Bemmelen aan de
hand van een arrest van den Hoogen Raad op
het gevaar gewezen, dat chauffeurs van auto's
en anderen, krachtens de Landbouw-Crisiswet
1933 niet verplicht zouden zijn tot stoppen, in
dien zij een teeken hiertoe van eenig opspo
ringsambtenaar ontvangen.
Van bevoegde zijde wordt er echter op ge
wezen, dat in deze leemte reeds is voorzien en
wel door artikel 29 d. van de gewijzigde Land
bouw-Crisiswet 1933, welk artikel zeer binnen
kort in werking zal treden.
Voor een bezoek aan de tweede internationale
luchtvaarttentoonstelling, welke van 17 Aug.
tot 2 September te Kopenhagen wordt gehouden
zullen morgen van het vliegkamp de Mok twee
watervliegtuigen, de G IV en de G VI, naar
Kopenhagen vertrekken. De vliegtuigen zullen
een tusschenlandig maken te Esbjerg en 30
Augustus naar ons land terugkeeren.
Voorts zijn per trein naar Kopenhagen
vertrokken, voor een bezoek aan deze tentoon
stelling, de kolonel van den generalen staf P.
W. Best, Commandant van de luchtvaartaf-
deeling, de majoor-vlieger in algemeenen dienst
F. A. van Heyst, de eerste luitenant-vlieger W.
H. Wijnkamp, de kapitein-waarnemer J. G. W.
Zegers en de kolonel buiten dienst K. E. Ouden
dijk, directeur van het luchtvaartbedrijf, ver
gezeld van den heer I. Brokaar, chef van de
technischen dienst van het luchtvaartbedrijf.
Te Maassluis werd brand ontdekt in het ver
lofslokaal aan de Noordvliet 50. Een agent van
politie drong, ondanks den verstikkenden rook,
tot den vuurhaard door en bluschte het vuur.
Het daarna door de recherche ingestelde on
derzoek leverde dusdanige bezwarende aanwij
zingen tegen de vrouw van den verlofhouder op,
dat zij op vermoeden van brandstichting werd
aangehouden en in bewaring gesteld.
Maandagmiddag is het vierjarig zoontje van
den kolenschipper H. te IJmuiden, terwijl het
op het schip van zijn vader speelde, in een
onbewaakt oogenblik in de Visschershaven ge
raakt. Toen het ventje na eenigen tijd werd
opgehaald, bleken de levensgeesten reeds ge
weken.
Aan het Rheinisches Technikum te Bingen
zijn geslaagd de heeren: M. A. Boumann, Grams-
bergen; J. Kianlam Hoo, Buitenzorg (Java);
J. C. P. Stoltz, Oss; P. J. Citroen, Sloten (NA);
W. J. Cramer, Twello; W. J. M. Dieben, Lei
den en L. Kroes, Zeist.
Voor het examen Candidaat-ingenieur zijn
geslaagd de heeren: A. R. J. van der Goes, Ba
tavia (Java); C. C. van der Valk, Breda; H.
W. van Veen, Coevorden en G. Ed. Visscher,
Den Haag.
De „Ijsvogel" (thuisreis) vloog van Jodhpur
naar Djask.
De Kwartel is te Calcutta geland.
Bij K. B. is de heer R. van der Vlugt be
noemd tot vice-consul der Nederlanden te Oost-
Londen (Zuid-Afrika), buiten bezwaar van
's Lands schatkist.
Het ressort van het vice-consulaat strekt zich
uit over de stad Oost-Londen.
Aan den heer Van der Vlugt kan in de Ne
derlandsche taal worden geschreven.
By K. B. is toegekend de bronzen eereme
daille der Oranje Nassau-Orde aan J. N. Bles
graaf, boekdrukker bij de N. V. Joh. Enschedé
en Zonen te Haarlem.
58
Tony knikte. Hij staarde haar met een plot
selinge uitdrukking van hernieuwde belangstel
ling aan.
„Nu, zie je niet wat ik bedoel?" Molly gooide
haar sigaret weg en schoof van de tafel, ,,'t Is
best mogelijk, dat wij door welke omstandig
heid dan ook in staat gesteld zouden kunnen
worden, daar party van te trekken.'' Zy lachte
bijna zenuwachtig. „O, ik weet wel, dat het
krankzinnig klinkt, maar weet jij iets beters?"
Tony deed een paar passen naar de deur en
ging toen weer terug naar de plaats waar zij
stond.
„Allemachtig, dat is een idee, Molly.'' zei hij
langzaam. „Als wij jou daarheen konden bren
gen, zonder dat het werd opgemerkt
„Daar heb ik ook al aan gedacht," viel zy
hem in de rede. „Ik heb er op het tooneel onop
houdelijk aan gedacht." Zij zweeg eenige secon
den. „Zeg, Tony, herinner je je nog dat liedje
dat ik een paar jaar geleden zong en waarmede
ik in het costuum van Engelsch geestelijke op
trad?"
Hij knikte.
„Welnu, dat costuum heb ik nog en de bijbe-
noodigdheden ook. Het stond mij zoo goed, dat
ik er eens een waardeling mee gemaakt heb door
de stad; zelfs op het strand ben ik, als geeste
lijke verkleed geweest en geen levende ziel heeft
er iets van gemerkt."
Haar oude ondeugende tintelende blik ving
dien van Tony op en opeens begreep hij haar.
„Goede hemel, Molly!" riep hij. „En zou je
da reis in die
„Waarom niet?" vroeg zij. „Ik kan het zeer
goed dragen, heusch, daar kan je op aan. En
bovendien, er is toch niets tegen, dat je een
geestelijke aan boord hebt, niet waar?"
„In 't geheel niet," zei Tony, „absoluut niets."
Hy' leunde tegen den muur en oegon vroolyk te
lachen.
Met glinsterende oogen blikte Molly hem aan
„Je wilt me dus meenemen, Tony?" riep zij.
Wederom knikte Tony. „Ik zal je meenemen,
Molly," antwoordde hij, „al was het alleen maar,
om hét gezicht van Guy te zien."
Opnieuw klonken er voetstappen op de gang
en de stem van den tooneelknecht echode:
„Eerste optreders voor de tweede akte, aantre
den!"
Tony hield op met lachen. „Hoe moet het met
je werk gaan; met de rollen in de opera comi-
que?" vroeg hij.
„Daar trek ik mij niets van aan," zei Molly
eenvoudig. „Ik heb een goede plaatsvervangster
en zij moeten het maar met haar doen." Zij
keek vlug naar de klok.
„Hoor eens, Tony wij hebben nog precies
twee minuten en dan moet ik mij verkleeden:
dus moet de costumière binnenkomen en als zij
er bij is, kunnen wij niets bespreken. Zeg mij
dus kort en zakelijk, wat ik moet doen."
Tcmy dacht vlug na.
„Ik denk, dat het 't beste is, dat je in den
auto mee gaat," zei hij. „Ik zou Guy en Bugg
in een auto met Jennings vooruit kunnen sturen
en jou met een anderen auto aan huis afhalen.
Ik zal er Guy niets van vertellen voor en al eer
wij goed en wel aan boord zijn."
„Waarom?" vroeg Molly. „Zou je denken, dat
hij er iets op tegen heeft?"
„Daar ben ik zeker van," zei Tony vriendelijk.
„Maar dan is het te laat om er iets aan te doen,
behalve dat hij kan probeeren, Je in zee te
gooien." Hij wachtte even. „Kun je om half tien
klaar zijn?"
Molly knikte. „Ik zal Je niet laten wachten,"
zei ze.
Er werd op de deur geklopt en na een „bin
nen" van Molly, kwam de costumière binnen.
„Neem mij niet kwalijk, miss, dat ik u stoor."
zei ze verontschuldigend, „maar het is hoog tijd,
om u te verkleeden."
„Goed, Jane," zei Molly. Zij wendde zich tot
Tony en stak hem haar hand toe. „Wel be
dankt voor de visite, Tony," voegde zij er bij.
„Ik hoop je spoedig weer te zien."
Tony nam haar hand en bracht de toppien
van haar vingers aan zijn lippen.
„Dat hoop ik ook," zei hij, „wij zullen elkaar
waarschijnlijk nog lang in den weg loopen."
De klok stond precies twintig minuten later,
toen het nette dienstmeisje, de deur van de
huiskamer opendeed en op voor haar tamelijk
gejaagden toon, de komst van sir Antony Con
way aankondigde. Tony, die haar op den voet
volgde, liep recht op de sofa aan, waar zijn
tante gewoonlijk zat. 't Scheen of zij ouder ge
worden was en met bezorgd gelaat strekte zij
baar bevende handen naar hem uit.
„Tony," riep zy meewarig, „arme jongen."
Hij ging naast haar zitten en hield haar han
den in de zijne.
„Tante Fanny." zei hij ernstig, „u heeft zich
niet aan onze afspraak gehouden. U weet, dat u
nooit bezorgd, of verdrietig moogt kijken."
„Het was heusch mijn schuld niet, dat het ge
beurd is. Ik zou graag het restje van mijn on
verstandig, nutteloos leven tweemaal hebben
willen geven, als ik het had kunnen voorkomen."
Op teedere, half schertsende wijze sloeg hU
zijn arm om haar tengere leest. „Zoo moet u
niet praten, lieve tante Fanny," sprak hij. „Wat
meer is, u moet in het geheel niet praten. U
moet zoet en stil blijven zitten en luisteren naar
hetgeen ik ga vertellen. Er is nergens anders
tijd voor op 't oogenblik."
Lady Jocelyn vouwde haar handen samen op
haar schoot.
Gedurende zijn rit van de opera comique naar
Chester Square had Tony zitten peinzen, hoe
veel van de waarheid raadzaam was, haar te
zeggen. Hij kende zijn tante door en door en was
niet bevreesd, dat zij zou trachten, hem van zijn
voornemen, hoe gevaarlijk het ook mocht schij
nen, af te brengen. Hij was echter zoekende
naar den vorm waarin hij het zou gieten, om
haar zooveel mogelilk voor begrijpelijken angst
te sparen. Met dit idee voor oogen, verzweeg hij
de aanslag op de machinerie van de „Betty" en
bepaalde zich hoofdzakelijk tot het bezoek van
Congosta. Hij herhaalde, hetgeen deze van het
gebeurde met Isabel had medegedeeld en ver
teld haar, hoe het plan om haar hulp te bieden,
plotseling bij hem was opgekomen. Weloverlegd
wist hij zijn verhaal zoo te kleuren, dat het heel
wat aannemelijker klonk, dan toen hij het denk
beeld bi) hem thuis uiteenzette. Van zijn bezoek
aan de opera comique en van het plan, Molly
vermomd als vicaris aan boord te nemen sprak
hij niet.
Lady Jocelyn luisterde naar hem met aan
dacht zonder onderbreking. Haar gelaat ver
raadde niets van hetgeen er in haar omging en
gedurende eenige oogenblikken nadat hij ge
ëindigd had verkeerde Tony in de meening, dat
zijn pogingen met 't verwachte resultaat waren
bekroond. Dan legde zij met een flauw vriende
lijk glimlachje haar hand op zijn mouw.
„Wel bedankt, beste Tony,zei ze. „Het was
heel lief van je, hier te komen en het mij te
verteilen en het was nog liever van je, het zoo
voor te dragen als je hebt gedaan. Natuurlijk
geloof ik er het mijne van. Ik ben er heilig van
overtuigd, dat het een veel gevaarlijker onderne
ming is, dan je mi) voorspiegelt, doch zoolang
er nog een schijn van kans is, om Isabel te hel
pen, zal ik de laatste zijn, je terug te houden.
Ga dus, Tony en doe wat in Je vermogen is voor
haar. God zegene en helpe Je.
Plechtig stil bieef het eenige oogenblikken.
Toen boog Tony zich naar haar toe en kuste
haar.
„Het doet mij zoo goed, tante, dat u ook zoo
veel van Isabel houdt."
„Zij is het liefste, dapperste meisje, dat ik ooit
heb gekend," antwoordde lady Jocelyn. „Als je
dat huwelijk van haar niet kimt verhinderen,
geloof ik, dat mijn hart zal breken."
Tony stond op en knoopte zijn Jas dicht.
„Maak u daarover niet bezorgd, tante," zei
hij. „Peter zal haar niet hebben, al moest ik hem
bij de trouwplechtigheid aan haar zijde neer
schieten!"
.IX
Jimmy Dale
„Dat," zei kapitein Simmons, „is Braxa."
Hij wees voor zich uit in de richting, waar de
eentonige zandige kust, waarlangs zij reeds
eenige uren hadden gevaren, plotseling in een
onregelmatige lijn van heuvelen en rotsen over
ging.
„Als u even hierdoor wilt zien," voegde hij er
bij „kunt u den ingang van de baai zien."
Tony, die naast hem stond was luchtig ge
kleed in blauw zijden pyama en een Norfolk col
bert. Hij nam den aangeboden scheepskijker en
richtte hem naar de aangegeven plaats. In de
heldere morgenzon, kon hij duidelijk de kleine
opening in de kustlijn onderscheiden. Ook zag
hij op den achtergrond eenige roode en witte
huizen, welke schilderachtig tegen de helling
der heuvelen gelegen waren.