I DE KATHOLIEKE JEUGD IN DUITSCHLAND Van spionnage be schuldigd Clearing Nederland-Duitschiand VRIJHEID EN BROOD IN PRACTIJK m STAND DER REKENING PER 15 OCTOBER Wekeïi jksch beurs- overzicht ZONDAG 21 OCTOBER 1934 1 1 1 Hakenkruisvlaggen worden de kerken binnengedragen, ter wijl de Christus-vanen moeten worden opgeborgen Burgers van tweeden rang Beheer van gemeente bedrijven Achtste Accountantsdag der ver- eeniging van Gemeente- Accountants Inleiding mr. A. Koelma Kol. Kappelhoff, Insp. der Kon. Marechaussée, toelke 26 October120 jaar bestaat Inleiding R. A. Dijker De Nederlander Zwiers in Duitsch land tot zes jaar gevangenis straf veroordeeld DE ZINKWITFABRIEK TE MAASTRICHT Overeenstemming over de arbeids voorwaarden DE „SCHLESWIG HOLSTEIN" IN ONS LAND Opwachting van den commandant bij minister Deckers BEDRIJFSRAAD VOOR HET MIJNBEDRIJF DUITSCH VLIEGTUIG WEER VERTROKKEN Van het smokkelfront Credietverleening aan de Haring- d r ij f netvisscherij Zelfbeperking bij den export blijft in hooge mate wenschelijk Toelichting van het Clearinginstituut geeft eveneens onnoodige moeilijk heden en vertraging. Indiening vorderingen val lende onder de clearing Jhr. R. Sandberg is benoemd tot chef van het Kabinet van den Commissaris der Koningin in Zuid-Holland De salarissen in Zuid- Holland Verdere verlagingen voorgesteld PROF. DR. H. BERGER Academische examens Apothekers-assistent examen UIT DE STAATSCOURANT ys tf ft Een katholiek Geestelijke uit Duitschland publiceert in het „Linzer Volksblatt" het volgende schrijven: „U ontvangt dezen brief uit Rome, omdat ik uit Duitschland geen brief veilig meer kan ver- Sturen. De brieven die naar het buitenland gaan worden geopend, want de waarheid in Duitschland is bitter en hard. Moge deze brief voor de Katholieke Jeugd van Oostenrijk een weinig bijdragen om uit alle macht en met vol le liefde en toewijding te werken voor de ver sterking van de katholieke jeugdbeweging. Daarom wil ik u hoofdzakelijk iets naders mededeelen over het werk onder de katholieke jeugd in Duitschland. Zijn er nog katholieke Jeugdorganisaties in Duitschland? Ja, bestaan doen ze nog, maar we hebben verschillende leden verloren, hetgeen echter procentsgewijze verschillend is naargelang de plaats. Ik zelf heb twee jongensvereenigingen en ben ook voorzitter van een groep oudere meisjes (boven 20 jaar). Van deze 50 jongens zijn er maar 3 naar de Hitier-Jugend overgegaan; van de meisjes tot nog toe niemand. In een stad in de buurt heeft de katholieke Jeugdorgani satie de helft van haar leden verloren. Maar dat is geen wonder als men weet dat de jongens en meisjes aan een geweldige verdrukking en vervolging zijn blootgesteld, d. w. z. wie niet bij. de Hitler-Jugend of in arbeidsdienst is ge weest, krijgt geen werk en wordt veracht als een landsverrader en als een mensch van den tweeden rang beschouwd. Ik ken zelfs een dorp bij ons in de burnt waar alleen leden van de H. J. of van den Arbeidsdienst en S. A. op den dansvloer mochten komen. Zelfs daar wordt de jeugd dus vervolgd en onderdrukt. Daarbij komt nog dat de H. J. en de B. d. M. (Bund deutsche Madel) door den staat op alle mogelijke manieren ondersteund worden. De onderwijzers leggen voor deze ver- eenigingen van 't Derde Rijk een koortsachti- gen ijver aan den dag en al wat katholiek is, wordt met geweld onderdrukt. Deze onderdruk king van het katholicisme begint reeds in de laagste klasse bij de allerkleinste kinderen. Zij krijgen een belangrijke reductie op de spoor wegen. de katholieke vereenigingen niet. De schoolgebouwen staan te hunner beschikking evenals de gemeentelijke sportterreinen, doch de katholieken mogen zelfs niet op straat mar- cheeren. Op vele plaatsen mogen onze katholieke vereenigingen geen vergaderingen houden, geen feestavonden organiseeren, geen gezamenlijke zangles nemen, geen tooneelstukken opvoeren, in één woord zij mogen absoluut niets. En toch staat eiken dag met groote letters in de Natio- naal-Socialistische kranten geschreven: „Vrij heid en Brood". Wat treurig moet het voor een katholiek priester zijn, wanneer hij moet toezien dat de heidensche Hakenkruis-vlaggen de kerken binnengedragen worden, terwijl de gewijde vlaggen met het Christusmonogram en symbolen van Christus in de kasten opgeborgen moeten worden! En toch blijven onze vereeni gingen ondanks al deze kruiperijen en plagerijen hun goede, actieve krachten behouden. Ik wil slechts enkele feiten uit het vereeni- gingsleven aanstippen. Op 15 April werden in Regensburg de vensters van het gebouw der katholieke jongemannenvereeniging stukgescho ten. De politie nam er heelemaal geen notitie van. Op 17 Aprli werd het tehuis van Nieuw- Duitschland in dezelfde stad bestormd, terwijl de jeugdafdeeling van den Katholieken Vrou wenbond daar juist met toestemming van de politie een vergadering hield. Het waren natuur lijk leden van de H. J. Ondanks het alarm, dat gemaakt werd verschijnt er geen politie. Dezelf de belhamels gaan op denzelfden dag een ander huis der jeugdvereeniging binnen, dat het eigendom is van den Bisschop. Daar het ge bouw echter gesloten was, werden eerst de deu ren vernield, de vensters stuk geslagen, trom mels en trompetten gestolen. De Diocesane Jeugdleider belt aanstonds de politie op. Na eenigen tijd komt deze eindelijk; de herrie makers waren echter al lang verdwenen. In Widen in den Ober-Pfalz werden weerlooze meisjes van de Katholieke Jeugdvereeniging op een uitstapje door de H. J. opgewacht, bont en blauw geslagen, op den grond geworpen, in de slcoten langs den weg geduwd, ja ze werden zelfs in 't gezicht gespuwd. Nog dagen daarna waren blauwe plekken op armen en beenen te zien. De autoriteiten weten heel goed, wie de daders zijn, maar niemand zal er aan denken om deze katholieke meisjes eenigszins te beschermen. De aanhangers van het „Derde Rijk" worden bij het zien van het kruis van Christus even razend en woedend, als een stier, dien een roode lap voor oogen wordt gehouden. Zoo zou ik nog een heele litanie van feiten kunnen aanhalen. Het is thans een heel gewoon feit dat vaandels der vereenigingen, hun blibliotheek, hun geld zonder meer in beslag worden genomen. Er be staat immers geen recht meer. Want hoe staat het met hei Concordaat? Voor het nieuwe systeem is dit Juridisch tractaat een vodje papier meer niet; men houdt zich immers niet aan de bepalingen van dit document. Soms wel, doch dan alléén, om den geestelijken door een of andere bepaling van het Concordaat moeilijk heden te bezorgen. Want dan zijn de voor vechters van het Derde Rijk ijverig en in hun schikt 0 Hoe het met den godsdienstzin van de H. J. en de B. d. M. gesteld is? Katholieke gees telijken mogen met deze vereenigingen absoluut niet in contact staan. De jeugd, die aldus opgevoed wordt, gaat op godsdienstig ge bied totaal verloren. Alles duidt erop dat de Nationaal-Sociaüstische jeugd van beiderlei ge slacht de „Duitsche Nationale Kerk" van de toekomst zal worden. De katholieken wonen de godsdienstoefeningen der Protestanten bij en omgekeerd. Zoo wordt hun de schat van het geloof ontnomen. Deze jeugd hoort de woorden riet meer, die de bisschoppen tot haar spreken. Zij krijgt tijdschriften en kranten te lezen die zoo slecht zijn, dat iemand de haren daarvan te berge rijzen. Natuurlijk worden daarin de ..Schwarzen" d.w.z. "de Geestelijken de schuld van alles genoemd. In Regensburg werden op alle straten en plei nen plakkaten aangebracht, waarop te lezets stond als gold het een verkiezing voor den Rijksdag: „Wordt lid van de Hitier jugend! De .Zwarte" vereenigingen zijn een vergif voor Duitschland!" Welk standpunt het Derde Rijk tegenover het Godsrijk van de katholieke Kerk inneemt is met vele voorbeelden te verduidelijken. Slechts een markant voorbeeld wil ik aan halen. Het is een citaat uit de officieele voor schriften die gegeven zijn aan de Burgemeesters en plaatselijke autoriteiten. Op 1 Mei wordt er 'geen plechtige godsdienstoefening gehouden. Wij verwachten daarom van onze leiders dat zij alle voor schriften stipt ten uitvoer zullen brengen en geen morgenoefeningen zullen laten uitvallen (deze zouden om 9 uur per radio worden uit gezonden) om daarvoor in de plaats een open luchtgodsdienstoefening of iets dergelijks te houden. Het sureekt vanzelf, dat 't alleen volks- genooten vrijstaat zelf uit te maken of zij aan de kerkelijke feesten van de katholieken ofwel van de Protestanten deel zullen nemen of niet. In de optochten moet een bloemenwagen mee gevoerd worden, waarop een Mei- of Lente koningin zetelt; want dit is een oorspronkelijk oud-Duitsch gebruik, hetgeen in den tijd, dat de Duitsche stammen tot het Christendom be keerd werden, overgenomen werd, om des te gemakkelijker zijn doel te bereiken (neem b.v. de Meikoningin bij de katholieken)"! Tot zoover dezen order. Ook wat er tusschen haakjes staat, was in de order opgenomen, alleen het uitroepteeken uitgezonderd. Zoo ziet het er thans in het katholieke Beieren uit! En wat zegt het volk daarvan? Het meerendeel van het volk is onthutst en ontgoocheld. Met vrees en bangheid ziet het de toekomst tege moet. Het lijkt mij, of de dagen van 1918 weer zijn aangebroken, toen alles op instorten stond. Iedereen voelt dat er iets in de lucht hangt. Wanneer zal het losbarsten? Zaterdag werd te Utrecht in het Jaarbeurs gebouw de Achtste Accountantsdag gehouden der Vereeniging van Gemeente-accountants. Door den voorzitter, den heer J. Meyer Azn., werd het overlijden herdacht van H. M. de Koningin-Moeder en van Z. K. H. Prins Hendrik. Door mr. A. Koelma, gemeente-secretaris van Alkmaar en buitengewoon lector aan de Han- delshoogeschool te Rotterdam, werd een inlei ding gehouden over het onderwerp: „Vormen van Gemeentebeheer in het bijzonder met be trekking tot de Gemeentebedrijven". Spreker begon met er op te wijzen, dat een beschouwing van de vormen van gemeentebeheer demon streert hoezeer de gemeente in werkelijkheid een veel ingewikkelder beeld geeft dan de Ge meentewet met haar vrij eenvoudig schema zou doen vermoeden. O.a. werd door spr. de vraag behandeld of de vorm van ons gemeentebeheer moet worden gewijzigd, waarbij spr. de bepalin gen releveerde, die in Duitschland en Frankrijk het beheer der regie-ondernemingen vergemak kelijken en dit beheer beter dan in ons land doen aanpassen aan de eischen der practijk. Spr. was van oordeel, dat ook in ons land de produceerende bedrijven grooter vrijheid van beweging moeten hebben, zoowel ten opzichte van de prijzenpolitiek als ten opzichte van de personeelbezetting en de salarieering. Van groot belang achtte spr. voorts het betrekken van de deskundigheid van particuliere bedrijfs leiders bij het beheer der openbare onderne mingen, hetgeen spr. wilde bereiken door de Commissies voor de bedrijven te doen bestaan uit Raadsleden en particuliere deskundigen, on der voorzitterschap van een lid van het College van B. en W. Algemeene richtlijnen voor het beheer zouden door den Raad kunnen worden gegeven, maar deze richtlijnen zouden, wat de tarieven en vooral ook wat het personeelvraag- stuk betreft, het beheer veel minder tot in de tails moeten binden dan tot dusver regel' is. Van groote beteekenis zou het volgens spr. zijn, dat deze Commissies zouden werken in nauwe samenwerking met het College van B. en W., dat bij alle vormwijziging het centrale gezag in onze gemeenten moet blijven. Ook bij de amb telijke organisatie moet het verband met het centrale bestuur en met andere bedrijven ver zekerd zijn. In de namiddagvergadering werd over het zelfde onderwerp een inleiding gehouden door den heer R. A. Dijker, accountant en lector aan de Handelshoogeschool te Rotterdam. Spr. be handelde den invloed van den ondernemingsvorm op de bedrijfszuinigheid en trok daartoe een vergelijking met het particuliere bedrijf. Vrii algemeen wordt aangenomen, dat het particu liere bedrijf veel doelmatiger en veel zuiniger wordt beheerd dan het overheidsbedrijf, doch men verzuimt evenwel deze stelling met bewij zen te handhaven. Spr. becritiseerde verschil lende opvattingen, volgens welke 't overheids bedrijf in het nadeel komt van het particuliere bedrijf. Ook bij particuliere bedrijven wordt niet altijd de rechte man op de juiste plaats ge steld en het is onjuist om a priori aan te ne men, dat de gemeenteraad minder deskundig is om over bedrijfs-economische zaken een oor deel te vellen dan een algemeene vergadering van aandeelhouders. Bureaucratie is een vrucht van gecentraliseerd beheer bij groote onderne mingen en niet van den ondernemingsvorm bij het overheidsbedrijf gebruikelijk. Met dat al blijft het monopolistisch karakter, dat 't over heidsbedrijf eigen is, een nadeel. De fouten, die zoowel bij het particuliere be drijf als bij het overheidsbedrijf worden ge maakt, loopen bij het laatste soort bedrijf groo ter gevaar onopgemerkt te blijven. De onder nemingsvorm van het gemeente-bedrijf dient zoo te worden gewijzigd, dat de directeur veel ruimere bevoegdheden1 krijgt dan thans, zoo mogelijk dezelfde bevoegdheden als de onder nemer in het particuliere bedrijf. Het toezicht van het College van B. en W. moet zich beper ken tot de hoofdlijnen van het beheer en -de vraag of de directeur zijn functie naar behooren vervult, moet niet naar de details worden be antwoord maar naar het complete beeld'. De bemoeienissen van andere colleges als den ge meenteraad moeten tot het uiterste minimum beperkt worden en niet uitgaan boven die, welke in het particuliere bedrijf aan de vergadering van aandeelhouders zijn toegekend. Daarnaast moet worden vermeden, dat het personeel een invloed, althans een belangrijken invloed heeft op de samenstelling van de colleges, die hun prestaties moeten controleeren en macht over hen moeten kunnen uitoefenen. Zooals men zich herinnert, werd voor eenige maanden de Nederlander Zwiers in Duitsch land aangehouden en te Essen gevangen ge houden, welke gevangenhouding heel wat stof in de Nederlandsche pers heeft doen opwaaien. Thans verneemt „De Grondwet" van be vriende zijde, dat het Volksgerechtshof den Nederlander Zwiers heeft veroordeeld tot zes jaar gevangenisstraf (tuchthuisstraf) wegens poging tot militaire spionnage. „De Volkskrant" verneemt dat met de hoofd directie der Maastrichtsche Zinkwitfabriek over eenstemming is bereikt over de arbeidsvoor waarden aan deze fabriek. De arbeiders verklaarden zich met de voor stellen zonder tegenstemmen accoord, ofschoon zij er bij het bestuur op aandrongen over enkele posten nog te spreken. De arbeiders zijn bereid onder de nieuwe voorwaarden den arbeid op te nemen en de di rectie heeft verklaard, dat zulks Maandag zal kunnen geschieden. De commandant van het Duitsche oorlogs schip „Schleswig-Holstein", dat zich thans te Amsterdam bevindt, kapitein ter zee Schuster, heeft Zaterdagvoormiddag, evrgezeld van zijn adjudant, zijn opwachting gemaakt bij den Mi nister van Defensie, dr. Deckers, aan diens De partement. De contact-commissie voor het mijnbedrijf zal op Dinsdag 23 October vergaderen. Als be langrijk punt komt op de agenda voor het schrijven van den R. K. Mijnwerkersbond om de contactcommissie aan te zetten in een be- drijfsraad voor het mijnbedrijf. Zaterdagmiddag is de Duitsche vliegmachine, die door motorpech werd gedwongen te Huizen een noodlanding te maken en sedert Disndag op de Huizer Meent heeft vertoefd, opgestegen voor een vlucht naar Schiphol. Hier zal het toe stel nog eens worden nagezien, alvorens het naar Duitschland vertrekt. Werden Vrijdag door de rijksambtenaren te Nissen wederom een paar partijen smokkelwaar, respectievelijk van 42 K.G. suiker en 38 K.G. margarine, in beslag genomen, gisteren mocht het hun wederom gelukken een nog grooter partij suiker n.l. van 70 a 80 K.G., in beslag te nemen. In beide gevallen vielen wel ook de rij wielen in handen van de kommiezen, doch de smokkelaars zelf wisten telkens te ontkomen. De Nederlandsche Visscherij Centrale maakt bekend, dat het Reglement Credietverleening Haringdrijfnetvisscherij 1934—1935 ingevolge beschikking van den Minister van Economische Zaken, met ingang van 20 October zoodanig ge wijzigd is, dat hom- en kuitzieke haring niet meer in eigendom, aan haar kan worden over gedragen. Tengevolge hiervan wordt derhalve kuit- en homzieke haring niet meer door genoemde cen trale voor opslag aangenomen en wordt op deze haring geen crediet meer verleend. De stand van de Nederlandsch-Duitsche clearingrekening per 15 October luidt als volgt: Stortingen op rekening „Duitschland" van het Nederlandsch Clearing-insti- tuut bij de Nederlandsche Bank. Hiervan is beschikbaar voor de vol doening van vorderingen die via de ƒ9.051.686.57; idem voor aflossing van achterstallige vorderingen 1.090.564.52. Stortingen op Clearingrekening bij de Deutsche Reichsbank 1.473.395.35. Uitbetalingen door het Nederlandsch Clearing-instituut nihil. Tot toelichting van deze cijfers deelt het Clea ring-instituut mede: Het zou zeer onjuist zijl), indien uit deze cij fers werd afgeleid, dat de clearing op het oogen- blik een belangrijk overschot laat. Het lage be drag der stortingen bij de Reichsbank toch is uitsluitend het gevolg van het feit, dat ook na 23 September nog belangrijke bedragen over eenkomstig de oude regeling op Zwischenkonto zijn gestort. De Duitsche Regeering heeft zich op aandringen der Nederlandsche Regeering thans bereid verklaard ervoor zorg te dragen, dat voor zoover deze stortingen op Zwischen konto betrekking hebben op na 23 September vervallen vorderingen, zij alsnog op de nieuwe clearingrekening bij de Reichsbank zullen wor den overgebracht. Waren alle in aanmerking komende be dragen reeds dadelijk op de clearingreke ning gestort, dan zou het zeer de vraag zijn, of de clearing van Nederlandschen kant nog een overschot zou laten. Voor het trekken van eenige conclusie is het nog te vroeg. Het is echter duidelijk, dat zelf beperking bij den export naar Duitschland in hooge mate wenschelijk blijft. Dat tot dusver nog geen uitbetalingen hier te lande plaats vonden, is aan verschillende oorzaken te wijten. Het Clearing-instituut, dat zich plotseling voor een enorme uitbreiding van zijn taak zag gesteld, was in het belang der clearing ver plicht in de eerste plaats zijn aandacht op de stortingen te concentreeren. Bovendien kwa men de eerste adviezen van storting te Ber lijn eerst een tiental dagen later binnen. Be ginsel is, dat geen uitbetaling plaats vindt, dan nadat de vordering is onderzocht en tot de clea ring toegelaten. De formulieren van indiening zijn thans aan de door de Reichsbank opgege ven crediteuren verzonden. Verder wordt ver wezen naar de afzonderlijke mededeeling hier omtrent. Met nadruk wordt voorts herinnerd aan de verplichting om van iedere storting op de clea ringrekening bij de Nederlandsche Bank gelijk tijdig mededeeling te doen aan het Clearing- instituut door middel van het formulier van storting (formulier A). Als bekend is het nieuwe formulier sedert enkele dagen aan de kantoren van De Nederlandsche Bank en de groote bank instellingen verkrijgbaar. Het tot dusver gebe zigde model is hiermede vervallen. Niet-inzending of onjuiste invulling van het formulier heeft tengevolge, dat de storting niet aan de Reichsbank kan worden geadviseerd. Onnoodige vertraging bij de uitbetaling in Duitschland is hiervan het gevolg. Op het oogenblik is aldus een totaalbedrag van niet minder dan f 1.900.000 in vertraging. Clearingkoers voor de omreke ning van het guldensbedrag, het welk op schulden in RM. uitgedrukt moet worden gestort, is uitsluitend de officieele koersnoteering van de Reichsmark te Amsterdam van den dag voorafgaande aan dien der storting. Afwijking van dezen koers Nogmaals wordt erop gewezen, dat wie be talingen op onder het verdrag vallende vor deringen op andere wijze verricht dan door storting op de rekening van het Clearinginsti tuut bij de Nederlandsche Bank zich aan straf vervolging bloot stelt. Moet aan een in een ander land dan Duitschland gevestigd persoon of firma worden betaald, dan dient deze be taling evenzeer over de clearing te geschieden De persoon of firma in quaestie dient in dat geval een adres in Duitschland op te geven, waaraan het bedrag in RM. kan worden vol daan. Betalingen via den Postgirodienst wegens vorderingen, welke onder de clearing vallen, moeten uitsluitend geschieden door storting of overschrijving op de op het voorblad van for mulier A vermelde postrekening no. 2020. Vanaf Maandag a.s. zijn bij het Clearing- instituut, bij alle kantoren van De Nederland sche Bank en bij de Kamers van Koophandel en Fabrieken- exemplaren verkrijgbaar van het formulier van indiening van vorderingen (for mulier B). Schriftelijke aanvragen om toezen ding dienen uitsluitend tot het Clearinginsti tuut te 'Worden gericht. Het formulier kan slechts worden gebezigd voor indiening van vorderingen, welke onder het verdrag vallen. Vorderingen, vervallen vóór 24 September 1934, komen niet voor indiening bij het Clearinginstituut in aanmerking. Aangezien geen uitbetaling geschiedt dan nadat de vordering tevoren is onderzocht en tot de clearing toegelaten, verdient het aanbeveling vorderingen vroegtijdig in te dienen. Het formulier moet, nauwkeurig ingevuld en vergezeld van een door den schuldeischer on- derteekende copie van de factuur of rekening en van verdere bescheiden, dienstig voor de be oordeeling of de vordering onder de clearing valt, aan het Clearinginstituut worden inge zonden. Wordt de vordering aan een nader onderzoek onderworpen, dan ontvangt de schuldeischer binnen veertien dagen na de in zending bericht. Aan het formulier is een voorblad gehecht houdende gedetailleerde aanwijzingen omtrent de invulling. Het geheele bureau van het Clearinginstituut is thans gevestigd: Anna Paulownastraat 6, 's-Gravenhage, telefoon 392290, voor interlocale gesprekken HI en H2. Op aandrang van den Minister van Binnen- landsche Zaken en genoopt door de voort gaande daling van de Provinciale Belasting- apbrengsten stellen Ged. Staten van Zuid- Holland een nieuwe herziening van de sala rieering van het Provinciaal Personeel voor, overeenkomstig de door den Minister voorge stelde salarisschalen. De Minister die aanvankelijk invoering hier van wenschte tegen 1 Juli j.l. heeft bewilligd in een uitstel van behandeling tot de najaars zitting op 20 Nov. a.s. Bij de salarisverlaging, die in Maart van dit jaar door de Staten is goedgekeurd, waren overgangsbepalingen opgenomen, waardoor de verlaging van inkomsten van in dienst zijnd personeel werd beperkt tot 12 y, pCt. Thans wordt voorgesteld met ingang van 1 Januari 1935 dit percentage te verhoogen tot 17y2 pCt. Met ingang van 1 Januari 1936 tot 25 pCt. en met ingang van 1 Januari 1937 tot 30 pCt. Wat de salarisschalen betreft, is er tus schen de bestaande regeling zonder de gun stige overgangsbepalingen en de door den Minister gewenschte regeling geen groot ver schil. Op de totale salarislast verschilt dit ruim f 21.000. In overleg met den Minister is be sloten de gevolgen van de aftrekregeling te temperen. Naar wij vernemen, heeft de dezer dagen ge publiceerde benoeming van prof. dr. H. C. L. C. Berger tot regeeringsadviseur der Veehouderij- Centrale alleen betrekking op vraagstukken van hygiënische strekking. LEIDEN, Geslaagd: doet. ex. rechten, de heer A. van Leggelo. Cand. ex. rechten, de heer J. G. Praterman. Economisch doet. ex. indologie de heer O. K. L. Pelzeï. Cand. ex. Indisch recht, de heef F. R. Lettinga. Cand. ex. geschiedenis, de heer M. J. F. Robijns. Bevorderd tot doctor in de Geneeskunde, op proefschrift getiteld: „Besmetting met tubercu lose in gezin en school", de heef G. Brouwer, ge boren te Dokkum. Geslaagd: artsexamen eerste gedeelte, de heer H. Beeuwkes. Cand. ex. rech ten, de heer E. Droogleever Fortuyn en de dames B. Ch. Bouman en H. Boeteboom en de heer D. B. Ledeboer. Doet. ex. rechten, de heeren Th. J. Trip en S. O. van Poelje R.K. UNIVERSITEIT. Geslaagd voor cand.-ex. in de rechten: de heeren G. J. F. Huurman, te Deventer en P. G. Smithuis te Nijmegen. LEIDEN. Geslaagd mej. Ch. A. M. Bernard. Benoemd tot Ridder in de Orde van Oranje- Nassau mr. M. de Mos, voorzitter van het De partement Scheveningen van de Maatschappij tot Nut van 't Algemeen, te Scheveningen. De heer L. P. Peereboom is benoemd tot vice-consul der Nederlanden te Warschau, bui ten bezwaar van 's Lands schatkist. Bij beschikking van den Minister van Defensie zijn de volgende plaatsingen gelast: Met 22 October 1034: de officier van gezondheid der 2e klasse D. O. Ganne a.b. van H. M. Evertsen. Met 25 October 1934: de luitenant ter zee der 2e klasse A. van Miert a. b. H. M. Nautilus. Met 26 October 1934: de luitenant ter zee der 2e klasse J. A. M. van der Brugh, a. b. H. M. Hertog Hendrik; de luitenant ter zee der 2e klasse L. J. Goslings a.b. wachtschip te Willemsoord; de luitenant ter zee der 2e klasse H. L. Nagtglas a.b. wachtschip te Willemsoord; de luitenant ter zee der 2e klasse S. E. W. v d Woude a.b. Hertog Hendrik. Kapitein der infanterie, gedetacheerd bij het korps Mariniers D. P. Ravelli, aan boord van het wachtschip te Willemsoord. Kapitein der Mariniers W. A. J. Roelofsen bij de Marinekazerne. Ie Luitenant der mariniers G. Wilhelmy Damsté- e.a. H. M. Hertog Hendrik, le Luitenant der ma riniers H. Lieftink a.b. H. M. wachtschip te Wil lemsoord. 2e Luitenant der mariniers J. G. M. Nass bij de afdeeling Mariniers te Rotterdam; 2e luitenant der mariniers R. H. M. C. von Frijtag Drabbe bij de afdeeling Mariniers te Rotterdam; de luitenant ter zee der le klasse A. de Booy, eervol ontheven van de betrekking van adjunct chef van den staf der zeemacht te Willemsoord. De luitenant ter zee le klasse F. J. E. Krips, be last met de betrekking van adjunct-chef van den staf der zeemacht te Willemsoord. Met 1 Novembe rl934: de luitenant ter zee der le klasse J. A. de Gelder bij het Departement van Defensie. Met 2 November 1934: de luitenant ter zee 2e klasse J. S. Friederick, ter beschikking gesteld. De luitenant ter zee 2e klasse B. v d Ploeg, a.b. van H. M. wachtschip te Willemsoord. De luitenant ter zee 2e klasse H. C. Besanon bij het torpedo- bootatelier te Willemsoord. De luitenant ter zee 2e klasse L. J. van der Veen bij het torpedoboot- atelier te Willemsoord. De luitenant ter zee 2e klasse G. E. A. Daane B:lier. H. M. Hertog Hen drik. De luitenant ter zee 2e klasse H. Webb, marinekazerne te Amsterdam. De luitenant ter zee 2e klasse P. Schotel H.M. wachtschip te Wil lemsoord. Bij K.B. zijn in vasten dienst benoemd: ir. F. W. Honig, rijkstuinbouwconsulent te Zutphen; lr. N. H. H. Addens, Rijkslandbouwconsulent te Wa- geningen; ir. J. J. Janssen, adjunct-Rijkspluim- veeteeltconsulent te Venlo; ir. G. K. Veldman, ad- junct-Rijkslandbouwconsulent te Dfagten ir. D. R. Mansholt, adjunct-Rijkslandbouwconsulent te Groningen; ir. H. Adames, adjunct-Rijkspluimvee- teeltconsulent te Meppel, allen thans tijdelijk als zoodanig werkzaam; is aan J. C. Ligtvoet, administrateur bij het Departement van Onderwijs. Kunsten en Weten schappen, met ingang van 1 Januari 1935 op zijn verzoek eervol ontslag verleend met dankbe tuiging voor de langdurige diensten, door hem aan den lande bewezen. Bij Beschikking van den Minister van Onder wijs. Kunsten en Wetenschappen is dr. J. B. Tiel- rooy te Zwolle, tot wederopzegging toegelaten als privaat-docent in de faculteit der letteren en wijsbegeerte aan de Rijksuniversiteit te Leiden om onderwens te geven in de moderne Fransche letterkunde. De gewone audiëntie van den Minister van Eco nomische Zaken zal op Donderdag 25 October niet plaats hebben. De gewone audiëntie van den Minister van So ciale Zaken zal op Woensdag 24 October, niet plaats hebben. AMSTERDAM, 19 October 1934 Nu de Duitsche Handelsbalans zich in zeer on gunstige richting ontwikkelt, zullen velen zich afvragen, waar het in de toekomst met de Duitsche Reichsmark naar toe moet, welke tot op heden haar goudpariteit kan handhaven, dank zij een net van deviezenvoorschriften en deviezenrestricties. Een antwoord op deze vraag geeft de heer Sligting in een artikel in de „Economisch-Statistische berichten" en het is interessant hem een oogenblik in zijn gedach- tengang te volgen. Het uitvoer-saldo der Duit sche handelsbanlans van RM. drie milliard in 1931 daalde tot RM. 667 millioen in 1933 en sloeg om in een invoersaldo van RM. 300 mil lioen in de eerste acht maanden van dit jaar. De voornaamste oorzaak van het passief worden der handelsbalans is de sterke opleving op de binnenlandsche markt, welke een grooten in voer van grondstoffen noodzakelijk maakte. Deze verlevendiging van de binnenlandsche markt ontstond niet op natuurlijke wijze, maar was vrijwel uitsluitend het gevolg van bijzon dere maatregelen, welke door de Regeering zijn genomen, en waardoor dus zwaardere lasten op het volk in zijn geheel werden gelegd. Dit komt tot uitdrukking in de stijging van het indexcijfer van de kosten van het levenson derhoud, welke in het afgeloopen jaar steeg van 118,4 tot 122.5. Door deze zwaardere lasten kan Duitschland op de internationale markt slecht concurreeren, waardoor de uitvoer te rugliep. Deze uitvoer werd verder nog ongun stig beïnvloed door de overal toenemende han delsbelemmeringen en door het boycot van Duitsche goederen door bepaalde categorieën af nemers. Om de betalingsmoeilijkheden te over winnen zal Duitschland moeten streven naar 'n actieve handelsbalans, en heeft het de keuze tusschen den invoer te beperken of den uitvoer te stimuleeren. De invoer beperken zal betee- kenen een sterke teruggang der industrieele bedrijvigheid, met als gevolg toenemende werk loosheid en 'n daling van den levensstandaard. Deze deflationistische politiek is van de Regee ring niet te verwachten, welke juist haar aan hangers een tijd van voorspoed heeft toege zegd. Er blijft dus over een vergrooting van den export, maar ook dit zal men niet willen bereiken langs den weg van verlaging der pro ductiekosten, want lagere loonen passen niet in het programma van het Derde Rijk. Het zal dus moeten geschieden door middel van deva luatie van de Reichsmark, waardoor tenminste voorkomen wordt, dat de inflatie, welke nu reeds merkbaar wordt, dezelfde catastrophale afmetingen zal gaan aannemen als in de na- oorlogsche periode. In den koers der Young-leening zijn echter vele kwade kansen op rente- en kapitaalsverlies reeds verdisconteerd. Iets nieuws was deze week de noteering van dit fonds met en zonder kettingverklaring. Van stuken, welke sedert 15 Juni onafgebroken in Nederlandsche handen waren, zullen de coupons met 100 pCt. worden betaald. Deze toezegging voor de ko mende maanden kon het pessimisme voor de naaste toekomst niet wegnemen en de stem ming bleef flauw. De Nederlandsche beleg- gingsmarkt was iets in reactie bij zeer geringen omzet. „Mining is gambling" en aangezien het pu bliek dol is op een gokje, werd op het Damrak gelegenheid gegeven tot het dobbelen in mijn- waarden. Het was voor de beurs werkelijk een aangename afleiding en ook zij die niet in de gelegenheid waren om mede te spleten verdron gen zich in den hoek van Sarakreek-Goudvel- den en Redjang Lebong, om deze fondsen tien tot vijftien punten te zien stijgen. Aan de Lon- densche beurs is dit spel begonnen met aan- deelen in een maatschappij, welke haar goud velden naast die der Sarakreek heeft en welke in korten tijd driehonderd procent stegen. Vandaag sloeg de gouddorst over naar het Damrak en hoewel er van de productie nog geen sprake is, en de machines pas onderweg zijn, voelt men waarschijnlijk de, goudklompen in den vorm van hooge dividenden reeds in den zak. Voor de rest was er deze week niet veel te bele ven. Kon. Olies werden eerder aangeboden en de oorzaak hiervan zal gezocht moeten worden in de onverkwikkelijke situatie in de Ameri- kaansche olie-industr. De regeering heeft de pro ductie van petroleum aan een restrictie onder worpen, wat niet wegneemt, dat een aantal „olie-bootleggers" kans zien per dag 100.000 borrels onwettige olie te produceeren. De Re geering ontwerpt steeds weer nieuwe plannen om deze productie te illimineeren, wat haar tot op heden nog niet is gelukt. De groote benzine concerns willen nu zelf het heft in handen ne men en zullen den ruw-olie- en benzineprijs tot zoo'n laag niveau trachten te drukken, dat economische productie door de ontduikers niet meer mogelijk is. De laatste twee weken zijn de benzineprijzen in New-Jersey en New-York 3 tot 7 dollarcents gedaald. Deze politiek eischt groote offers van alle belanghebbenden en dit komt dan ook tot uiting in den koers van ver schillende petroleumaandeelen zooals Shell Union, Philips Petroleum, Standard Oil of New-Jersey en Tidewaters, welke alle hun laag ste punt bereikt hebben. In aandeelen Philips en Margarine-Unies is de handel gering met stemming prijshoudend. Scheepvaartwaarden waren iets in reactie op het bericht, dat de internationale scheepvaart conferentie nu weer is uitgesteld tot December. Engeland wil het probleem der staatssubsidieën in de besprekingen betrekken, waartegen Amerika en Japan zich verzetten. Tabakken fluctueerden niet noemenswaardig. De Sumatra-Tabaksinschrijving, welke eerst op 2 November zou gehouden worden is met het oog op de deviezenmoeilijkheden in Duitschland twee weken uitgesteld. In de algemeene vergadering van Harrison en Crosfield heeft de president een beschou wing ten beste gegeven over de situaties op de rubbermarkt en voorspelde voor de komende vier jaren een periode van matige prosperiteit. Het verbruik neemt sneller toe dan men heeft durven verwachten en bedraagt nu reeds bijna 100.000 ton meer dan in 't geheele jaar 1933. Als de restrictie over eenige maanden tot uiting zal komen, kan men een sterke daling der voor raden verwachten. Amsterdam Rubbers waren hier nauwelijks prijshoudend. Slotkoersen 4% Nederland 1934 4% Ned. Indië 1934 S'A pet. Engeland 5Yi pet. Young A. K. U Ford Philips Unilever Scheepv. Unie Koninkl. Olie Redjang Lebong Amsterd. Rubber H. VA. Deli Mij Senembah Beth. Steel U. S. Steel Anaconda Intern. Nickel R.M Prolongatie 12 Oct. 101% 100% 623/8 233/8 33i/e 212 V? 2151/4 721/s 32 148 152 I6OI/4 125 131 17Ve 203/4 7 151/8 7.22 1.463/g 59.35 1 pCt. 19 Oct. 101% 10014 64% 226/8 331/4 217 2151/3 72 32% 1453/g 164)4 92)4 159 1241/4 130 171/s 20Vs b% 147/8 7.26 Vl 1.4o6/s 59.37* 1 pCt- (Ingezonden door de Spaarne-Bank, N. V* Amsterdam)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1934 | | pagina 6