I
DE KATHOLIEKE JEUGD IN
DUITSCHLAND
Van spionnage be
schuldigd
Clearing Nederland-Duitschiand
VRIJHEID EN BROOD
IN PRACTIJK
m
STAND DER REKENING
PER 15 OCTOBER
Wekeïi jksch beurs-
overzicht
ZONDAG 21 OCTOBER 1934
1
1
1
Hakenkruisvlaggen worden de
kerken binnengedragen, ter
wijl de Christus-vanen
moeten worden
opgeborgen
Burgers van tweeden
rang
Beheer van gemeente
bedrijven
Achtste Accountantsdag der ver-
eeniging van Gemeente-
Accountants
Inleiding mr. A. Koelma
Kol. Kappelhoff, Insp. der Kon.
Marechaussée, toelke 26 October120
jaar bestaat
Inleiding R. A. Dijker
De Nederlander Zwiers in Duitsch
land tot zes jaar gevangenis
straf veroordeeld
DE ZINKWITFABRIEK TE
MAASTRICHT
Overeenstemming over de arbeids
voorwaarden
DE „SCHLESWIG HOLSTEIN"
IN ONS LAND
Opwachting van den commandant
bij minister Deckers
BEDRIJFSRAAD VOOR HET
MIJNBEDRIJF
DUITSCH VLIEGTUIG WEER
VERTROKKEN
Van het smokkelfront
Credietverleening aan de Haring-
d r ij f netvisscherij
Zelfbeperking bij den export blijft
in hooge mate wenschelijk
Toelichting van het
Clearinginstituut
geeft eveneens onnoodige moeilijk
heden en vertraging.
Indiening vorderingen val
lende onder de clearing
Jhr. R. Sandberg is benoemd tot chef van
het Kabinet van den Commissaris der
Koningin in Zuid-Holland
De salarissen in Zuid-
Holland
Verdere verlagingen voorgesteld
PROF. DR. H. BERGER
Academische examens
Apothekers-assistent examen
UIT DE STAATSCOURANT
ys
tf
ft
Een katholiek Geestelijke uit Duitschland
publiceert in het „Linzer Volksblatt" het
volgende schrijven:
„U ontvangt dezen brief uit Rome, omdat ik
uit Duitschland geen brief veilig meer kan ver-
Sturen. De brieven die naar het buitenland
gaan worden geopend, want de waarheid in
Duitschland is bitter en hard. Moge deze brief
voor de Katholieke Jeugd van Oostenrijk een
weinig bijdragen om uit alle macht en met vol
le liefde en toewijding te werken voor de ver
sterking van de katholieke jeugdbeweging.
Daarom wil ik u hoofdzakelijk iets naders
mededeelen over het werk onder de katholieke
jeugd in Duitschland. Zijn er nog katholieke
Jeugdorganisaties in Duitschland?
Ja, bestaan doen ze nog, maar we hebben
verschillende leden verloren, hetgeen echter
procentsgewijze verschillend is naargelang de
plaats. Ik zelf heb twee jongensvereenigingen
en ben ook voorzitter van een groep oudere
meisjes (boven 20 jaar). Van deze 50 jongens zijn
er maar 3 naar de Hitier-Jugend overgegaan;
van de meisjes tot nog toe niemand. In een stad
in de buurt heeft de katholieke Jeugdorgani
satie de helft van haar leden verloren. Maar
dat is geen wonder als men weet dat de jongens
en meisjes aan een geweldige verdrukking en
vervolging zijn blootgesteld, d. w. z. wie niet bij.
de Hitler-Jugend of in arbeidsdienst is ge
weest, krijgt geen werk en wordt veracht als
een landsverrader en als een mensch van den
tweeden rang beschouwd. Ik ken zelfs een dorp
bij ons in de burnt waar alleen leden van de
H. J. of van den Arbeidsdienst en S. A. op den
dansvloer mochten komen.
Zelfs daar wordt de jeugd dus vervolgd en
onderdrukt. Daarbij komt nog dat de H. J. en
de B. d. M. (Bund deutsche Madel) door den
staat op alle mogelijke manieren ondersteund
worden. De onderwijzers leggen voor deze ver-
eenigingen van 't Derde Rijk een koortsachti-
gen ijver aan den dag en al wat katholiek is,
wordt met geweld onderdrukt. Deze onderdruk
king van het katholicisme begint reeds in de
laagste klasse bij de allerkleinste kinderen. Zij
krijgen een belangrijke reductie op de spoor
wegen. de katholieke vereenigingen niet. De
schoolgebouwen staan te hunner beschikking
evenals de gemeentelijke sportterreinen, doch
de katholieken mogen zelfs niet op straat mar-
cheeren. Op vele plaatsen mogen onze katholieke
vereenigingen geen vergaderingen houden, geen
feestavonden organiseeren, geen gezamenlijke
zangles nemen, geen tooneelstukken opvoeren,
in één woord zij mogen absoluut niets. En toch
staat eiken dag met groote letters in de Natio-
naal-Socialistische kranten geschreven: „Vrij
heid en Brood".
Wat treurig moet het voor een katholiek
priester zijn, wanneer hij moet toezien
dat de heidensche Hakenkruis-vlaggen
de kerken binnengedragen worden, terwijl de
gewijde vlaggen met het Christusmonogram en
symbolen van Christus in de kasten opgeborgen
moeten worden! En toch blijven onze vereeni
gingen ondanks al deze kruiperijen en plagerijen
hun goede, actieve krachten behouden.
Ik wil slechts enkele feiten uit het vereeni-
gingsleven aanstippen. Op 15 April werden in
Regensburg de vensters van het gebouw der
katholieke jongemannenvereeniging stukgescho
ten. De politie nam er heelemaal geen notitie
van. Op 17 Aprli werd het tehuis van Nieuw-
Duitschland in dezelfde stad bestormd, terwijl
de jeugdafdeeling van den Katholieken Vrou
wenbond daar juist met toestemming van de
politie een vergadering hield. Het waren natuur
lijk leden van de H. J. Ondanks het alarm, dat
gemaakt werd verschijnt er geen politie. Dezelf
de belhamels gaan op denzelfden dag een ander
huis der jeugdvereeniging binnen, dat het
eigendom is van den Bisschop. Daar het ge
bouw echter gesloten was, werden eerst de deu
ren vernield, de vensters stuk geslagen, trom
mels en trompetten gestolen. De Diocesane
Jeugdleider belt aanstonds de politie op. Na
eenigen tijd komt deze eindelijk; de herrie
makers waren echter al lang verdwenen. In
Widen in den Ober-Pfalz werden weerlooze
meisjes van de Katholieke Jeugdvereeniging op
een uitstapje door de H. J. opgewacht, bont en
blauw geslagen, op den grond geworpen, in de
slcoten langs den weg geduwd, ja ze werden
zelfs in 't gezicht gespuwd. Nog dagen daarna
waren blauwe plekken op armen en beenen te
zien.
De autoriteiten weten heel goed, wie de daders
zijn, maar niemand zal er aan denken om deze
katholieke meisjes eenigszins te beschermen.
De aanhangers van het „Derde Rijk" worden
bij het zien van het kruis van Christus even
razend en woedend, als een stier, dien een roode
lap voor oogen wordt gehouden. Zoo zou ik nog
een heele litanie van feiten kunnen aanhalen.
Het is thans een heel gewoon feit dat vaandels
der vereenigingen, hun blibliotheek, hun geld
zonder meer in beslag worden genomen. Er be
staat immers geen recht meer. Want hoe staat
het met hei Concordaat? Voor het nieuwe
systeem is dit Juridisch tractaat een vodje papier
meer niet; men houdt zich immers niet aan de
bepalingen van dit document. Soms wel, doch
dan alléén, om den geestelijken door een of
andere bepaling van het Concordaat moeilijk
heden te bezorgen. Want dan zijn de voor
vechters van het Derde Rijk ijverig en in hun
schikt
0
Hoe het met den godsdienstzin van de H. J.
en de B. d. M. gesteld is? Katholieke gees
telijken mogen met deze vereenigingen
absoluut niet in contact staan. De jeugd, die
aldus opgevoed wordt, gaat op godsdienstig ge
bied totaal verloren. Alles duidt erop dat de
Nationaal-Sociaüstische jeugd van beiderlei ge
slacht de „Duitsche Nationale Kerk" van de
toekomst zal worden. De katholieken wonen de
godsdienstoefeningen der Protestanten bij en
omgekeerd. Zoo wordt hun de schat van het
geloof ontnomen. Deze jeugd hoort de woorden
riet meer, die de bisschoppen tot haar spreken.
Zij krijgt tijdschriften en kranten te lezen die
zoo slecht zijn, dat iemand de haren daarvan
te berge rijzen. Natuurlijk worden daarin de
..Schwarzen" d.w.z. "de Geestelijken de schuld
van alles genoemd.
In Regensburg werden op alle straten en plei
nen plakkaten aangebracht, waarop te lezets
stond als gold het een verkiezing voor den
Rijksdag: „Wordt lid van de Hitier jugend! De
.Zwarte" vereenigingen zijn een vergif voor
Duitschland!"
Welk standpunt het Derde Rijk tegenover
het Godsrijk van de katholieke Kerk inneemt
is met vele voorbeelden te verduidelijken.
Slechts een markant voorbeeld wil ik aan
halen. Het is een citaat uit de officieele voor
schriften die gegeven zijn aan de Burgemeesters
en plaatselijke autoriteiten.
Op 1 Mei wordt er 'geen plechtige
godsdienstoefening gehouden. Wij verwachten
daarom van onze leiders dat zij alle voor
schriften stipt ten uitvoer zullen brengen en
geen morgenoefeningen zullen laten uitvallen
(deze zouden om 9 uur per radio worden uit
gezonden) om daarvoor in de plaats een open
luchtgodsdienstoefening of iets dergelijks te
houden. Het sureekt vanzelf, dat 't alleen volks-
genooten vrijstaat zelf uit te maken of zij aan
de kerkelijke feesten van de katholieken ofwel
van de Protestanten deel zullen nemen of niet.
In de optochten moet een bloemenwagen mee
gevoerd worden, waarop een Mei- of Lente
koningin zetelt; want dit is een oorspronkelijk
oud-Duitsch gebruik, hetgeen in den tijd, dat
de Duitsche stammen tot het Christendom be
keerd werden, overgenomen werd, om des te
gemakkelijker zijn doel te bereiken (neem b.v.
de Meikoningin bij de katholieken)"!
Tot zoover dezen order. Ook wat er tusschen
haakjes staat, was in de order opgenomen,
alleen het uitroepteeken uitgezonderd. Zoo
ziet het er thans in het katholieke Beieren uit!
En wat zegt het volk daarvan? Het meerendeel
van het volk is onthutst en ontgoocheld. Met
vrees en bangheid ziet het de toekomst tege
moet. Het lijkt mij, of de dagen van 1918 weer
zijn aangebroken, toen alles op instorten stond.
Iedereen voelt dat er iets in de lucht hangt.
Wanneer zal het losbarsten?
Zaterdag werd te Utrecht in het Jaarbeurs
gebouw de Achtste Accountantsdag gehouden
der Vereeniging van Gemeente-accountants.
Door den voorzitter, den heer J. Meyer Azn.,
werd het overlijden herdacht van H. M. de
Koningin-Moeder en van Z. K. H. Prins Hendrik.
Door mr. A. Koelma, gemeente-secretaris van
Alkmaar en buitengewoon lector aan de Han-
delshoogeschool te Rotterdam, werd een inlei
ding gehouden over het onderwerp: „Vormen
van Gemeentebeheer in het bijzonder met be
trekking tot de Gemeentebedrijven". Spreker
begon met er op te wijzen, dat een beschouwing
van de vormen van gemeentebeheer demon
streert hoezeer de gemeente in werkelijkheid
een veel ingewikkelder beeld geeft dan de Ge
meentewet met haar vrij eenvoudig schema zou
doen vermoeden. O.a. werd door spr. de vraag
behandeld of de vorm van ons gemeentebeheer
moet worden gewijzigd, waarbij spr. de bepalin
gen releveerde, die in Duitschland en Frankrijk
het beheer der regie-ondernemingen vergemak
kelijken en dit beheer beter dan in ons land
doen aanpassen aan de eischen der practijk.
Spr. was van oordeel, dat ook in ons land de
produceerende bedrijven grooter vrijheid van
beweging moeten hebben, zoowel ten opzichte
van de prijzenpolitiek als ten opzichte van de
personeelbezetting en de salarieering. Van
groot belang achtte spr. voorts het betrekken
van de deskundigheid van particuliere bedrijfs
leiders bij het beheer der openbare onderne
mingen, hetgeen spr. wilde bereiken door de
Commissies voor de bedrijven te doen bestaan
uit Raadsleden en particuliere deskundigen, on
der voorzitterschap van een lid van het College
van B. en W. Algemeene richtlijnen voor het
beheer zouden door den Raad kunnen worden
gegeven, maar deze richtlijnen zouden, wat de
tarieven en vooral ook wat het personeelvraag-
stuk betreft, het beheer veel minder tot in de
tails moeten binden dan tot dusver regel' is.
Van groote beteekenis zou het volgens spr. zijn,
dat deze Commissies zouden werken in nauwe
samenwerking met het College van B. en W.,
dat bij alle vormwijziging het centrale gezag in
onze gemeenten moet blijven. Ook bij de amb
telijke organisatie moet het verband met het
centrale bestuur en met andere bedrijven ver
zekerd zijn.
In de namiddagvergadering werd over het
zelfde onderwerp een inleiding gehouden door
den heer R. A. Dijker, accountant en lector aan
de Handelshoogeschool te Rotterdam. Spr. be
handelde den invloed van den ondernemingsvorm
op de bedrijfszuinigheid en trok daartoe een
vergelijking met het particuliere bedrijf. Vrii
algemeen wordt aangenomen, dat het particu
liere bedrijf veel doelmatiger en veel zuiniger
wordt beheerd dan het overheidsbedrijf, doch
men verzuimt evenwel deze stelling met bewij
zen te handhaven. Spr. becritiseerde verschil
lende opvattingen, volgens welke 't overheids
bedrijf in het nadeel komt van het particuliere
bedrijf. Ook bij particuliere bedrijven wordt niet
altijd de rechte man op de juiste plaats ge
steld en het is onjuist om a priori aan te ne
men, dat de gemeenteraad minder deskundig
is om over bedrijfs-economische zaken een oor
deel te vellen dan een algemeene vergadering
van aandeelhouders. Bureaucratie is een vrucht
van gecentraliseerd beheer bij groote onderne
mingen en niet van den ondernemingsvorm bij
het overheidsbedrijf gebruikelijk. Met dat al
blijft het monopolistisch karakter, dat 't over
heidsbedrijf eigen is, een nadeel.
De fouten, die zoowel bij het particuliere be
drijf als bij het overheidsbedrijf worden ge
maakt, loopen bij het laatste soort bedrijf groo
ter gevaar onopgemerkt te blijven. De onder
nemingsvorm van het gemeente-bedrijf dient
zoo te worden gewijzigd, dat de directeur veel
ruimere bevoegdheden1 krijgt dan thans, zoo
mogelijk dezelfde bevoegdheden als de onder
nemer in het particuliere bedrijf. Het toezicht
van het College van B. en W. moet zich beper
ken tot de hoofdlijnen van het beheer en -de
vraag of de directeur zijn functie naar behooren
vervult, moet niet naar de details worden be
antwoord maar naar het complete beeld'. De
bemoeienissen van andere colleges als den ge
meenteraad moeten tot het uiterste minimum
beperkt worden en niet uitgaan boven die, welke
in het particuliere bedrijf aan de vergadering
van aandeelhouders zijn toegekend. Daarnaast
moet worden vermeden, dat het personeel een
invloed, althans een belangrijken invloed heeft
op de samenstelling van de colleges, die hun
prestaties moeten controleeren en macht over
hen moeten kunnen uitoefenen.
Zooals men zich herinnert, werd voor eenige
maanden de Nederlander Zwiers in Duitsch
land aangehouden en te Essen gevangen ge
houden, welke gevangenhouding heel wat stof
in de Nederlandsche pers heeft doen opwaaien.
Thans verneemt „De Grondwet" van be
vriende zijde, dat het Volksgerechtshof den
Nederlander Zwiers heeft veroordeeld tot zes
jaar gevangenisstraf (tuchthuisstraf) wegens
poging tot militaire spionnage.
„De Volkskrant" verneemt dat met de hoofd
directie der Maastrichtsche Zinkwitfabriek over
eenstemming is bereikt over de arbeidsvoor
waarden aan deze fabriek.
De arbeiders verklaarden zich met de voor
stellen zonder tegenstemmen accoord, ofschoon
zij er bij het bestuur op aandrongen over enkele
posten nog te spreken.
De arbeiders zijn bereid onder de nieuwe
voorwaarden den arbeid op te nemen en de di
rectie heeft verklaard, dat zulks Maandag zal
kunnen geschieden.
De commandant van het Duitsche oorlogs
schip „Schleswig-Holstein", dat zich thans te
Amsterdam bevindt, kapitein ter zee Schuster,
heeft Zaterdagvoormiddag, evrgezeld van zijn
adjudant, zijn opwachting gemaakt bij den Mi
nister van Defensie, dr. Deckers, aan diens De
partement.
De contact-commissie voor het mijnbedrijf
zal op Dinsdag 23 October vergaderen. Als be
langrijk punt komt op de agenda voor het
schrijven van den R. K. Mijnwerkersbond om
de contactcommissie aan te zetten in een be-
drijfsraad voor het mijnbedrijf.
Zaterdagmiddag is de Duitsche vliegmachine,
die door motorpech werd gedwongen te Huizen
een noodlanding te maken en sedert Disndag
op de Huizer Meent heeft vertoefd, opgestegen
voor een vlucht naar Schiphol. Hier zal het toe
stel nog eens worden nagezien, alvorens het
naar Duitschland vertrekt.
Werden Vrijdag door de rijksambtenaren te
Nissen wederom een paar partijen smokkelwaar,
respectievelijk van 42 K.G. suiker en 38 K.G.
margarine, in beslag genomen, gisteren mocht
het hun wederom gelukken een nog grooter
partij suiker n.l. van 70 a 80 K.G., in beslag te
nemen. In beide gevallen vielen wel ook de rij
wielen in handen van de kommiezen, doch de
smokkelaars zelf wisten telkens te ontkomen.
De Nederlandsche Visscherij Centrale maakt
bekend, dat het Reglement Credietverleening
Haringdrijfnetvisscherij 1934—1935 ingevolge
beschikking van den Minister van Economische
Zaken, met ingang van 20 October zoodanig ge
wijzigd is, dat hom- en kuitzieke haring niet
meer in eigendom, aan haar kan worden over
gedragen.
Tengevolge hiervan wordt derhalve kuit- en
homzieke haring niet meer door genoemde cen
trale voor opslag aangenomen en wordt op deze
haring geen crediet meer verleend.
De stand van de Nederlandsch-Duitsche
clearingrekening per 15 October luidt als
volgt:
Stortingen op rekening „Duitschland"
van het Nederlandsch Clearing-insti-
tuut bij de Nederlandsche Bank.
Hiervan is beschikbaar voor de vol
doening van vorderingen die via de
ƒ9.051.686.57; idem voor aflossing van
achterstallige vorderingen 1.090.564.52.
Stortingen op Clearingrekening bij
de Deutsche Reichsbank 1.473.395.35.
Uitbetalingen door het Nederlandsch
Clearing-instituut nihil.
Tot toelichting van deze cijfers deelt het Clea
ring-instituut mede:
Het zou zeer onjuist zijl), indien uit deze cij
fers werd afgeleid, dat de clearing op het oogen-
blik een belangrijk overschot laat. Het lage be
drag der stortingen bij de Reichsbank toch is
uitsluitend het gevolg van het feit, dat ook na
23 September nog belangrijke bedragen over
eenkomstig de oude regeling op Zwischenkonto
zijn gestort. De Duitsche Regeering heeft zich
op aandringen der Nederlandsche Regeering
thans bereid verklaard ervoor zorg te dragen,
dat voor zoover deze stortingen op Zwischen
konto betrekking hebben op na 23 September
vervallen vorderingen, zij alsnog op de nieuwe
clearingrekening bij de Reichsbank zullen wor
den overgebracht.
Waren alle in aanmerking komende be
dragen reeds dadelijk op de clearingreke
ning gestort, dan zou het zeer de vraag
zijn, of de clearing van Nederlandschen kant
nog een overschot zou laten.
Voor het trekken van eenige conclusie is het
nog te vroeg. Het is echter duidelijk, dat zelf
beperking bij den export naar Duitschland in
hooge mate wenschelijk blijft.
Dat tot dusver nog geen uitbetalingen hier
te lande plaats vonden, is aan verschillende
oorzaken te wijten.
Het Clearing-instituut, dat zich plotseling
voor een enorme uitbreiding van zijn taak zag
gesteld, was in het belang der clearing ver
plicht in de eerste plaats zijn aandacht op de
stortingen te concentreeren. Bovendien kwa
men de eerste adviezen van storting te Ber
lijn eerst een tiental dagen later binnen. Be
ginsel is, dat geen uitbetaling plaats vindt, dan
nadat de vordering is onderzocht en tot de clea
ring toegelaten. De formulieren van indiening
zijn thans aan de door de Reichsbank opgege
ven crediteuren verzonden. Verder wordt ver
wezen naar de afzonderlijke mededeeling hier
omtrent.
Met nadruk wordt voorts herinnerd aan de
verplichting om van iedere storting op de clea
ringrekening bij de Nederlandsche Bank gelijk
tijdig mededeeling te doen aan het Clearing-
instituut door middel van het formulier van
storting (formulier A). Als bekend is het nieuwe
formulier sedert enkele dagen aan de kantoren
van De Nederlandsche Bank en de groote bank
instellingen verkrijgbaar. Het tot dusver gebe
zigde model is hiermede vervallen.
Niet-inzending of onjuiste invulling van het
formulier heeft tengevolge, dat de storting niet
aan de Reichsbank kan worden geadviseerd.
Onnoodige vertraging bij de uitbetaling in
Duitschland is hiervan het gevolg.
Op het oogenblik is aldus een
totaalbedrag van niet minder dan
f 1.900.000 in vertraging.
Clearingkoers voor de omreke
ning van het guldensbedrag, het
welk op schulden in RM. uitgedrukt
moet worden gestort, is uitsluitend
de officieele koersnoteering van de
Reichsmark te Amsterdam van den
dag voorafgaande aan dien der
storting. Afwijking van dezen koers
Nogmaals wordt erop gewezen, dat wie be
talingen op onder het verdrag vallende vor
deringen op andere wijze verricht dan door
storting op de rekening van het Clearinginsti
tuut bij de Nederlandsche Bank zich aan straf
vervolging bloot stelt. Moet aan een in een
ander land dan Duitschland gevestigd persoon
of firma worden betaald, dan dient deze be
taling evenzeer over de clearing te geschieden
De persoon of firma in quaestie dient in dat
geval een adres in Duitschland op te geven,
waaraan het bedrag in RM. kan worden vol
daan.
Betalingen via den Postgirodienst wegens
vorderingen, welke onder de clearing vallen,
moeten uitsluitend geschieden door storting of
overschrijving op de op het voorblad van for
mulier A vermelde postrekening no. 2020.
Vanaf Maandag a.s. zijn bij het Clearing-
instituut, bij alle kantoren van De Nederland
sche Bank en bij de Kamers van Koophandel
en Fabrieken- exemplaren verkrijgbaar van het
formulier van indiening van vorderingen (for
mulier B). Schriftelijke aanvragen om toezen
ding dienen uitsluitend tot het Clearinginsti
tuut te 'Worden gericht.
Het formulier kan slechts worden gebezigd
voor indiening van vorderingen, welke onder
het verdrag vallen. Vorderingen, vervallen vóór
24 September 1934, komen niet voor indiening
bij het Clearinginstituut in aanmerking.
Aangezien geen uitbetaling geschiedt dan
nadat de vordering tevoren is onderzocht
en tot de clearing toegelaten, verdient het
aanbeveling vorderingen vroegtijdig in te
dienen.
Het formulier moet, nauwkeurig ingevuld en
vergezeld van een door den schuldeischer on-
derteekende copie van de factuur of rekening
en van verdere bescheiden, dienstig voor de be
oordeeling of de vordering onder de clearing
valt, aan het Clearinginstituut worden inge
zonden. Wordt de vordering aan een nader
onderzoek onderworpen, dan ontvangt de
schuldeischer binnen veertien dagen na de in
zending bericht.
Aan het formulier is een voorblad gehecht
houdende gedetailleerde aanwijzingen omtrent
de invulling.
Het geheele bureau van het Clearinginstituut
is thans gevestigd: Anna Paulownastraat 6,
's-Gravenhage, telefoon 392290, voor interlocale
gesprekken HI en H2.
Op aandrang van den Minister van Binnen-
landsche Zaken en genoopt door de voort
gaande daling van de Provinciale Belasting-
apbrengsten stellen Ged. Staten van Zuid-
Holland een nieuwe herziening van de sala
rieering van het Provinciaal Personeel voor,
overeenkomstig de door den Minister voorge
stelde salarisschalen.
De Minister die aanvankelijk invoering hier
van wenschte tegen 1 Juli j.l. heeft bewilligd
in een uitstel van behandeling tot de najaars
zitting op 20 Nov. a.s.
Bij de salarisverlaging, die in Maart van dit
jaar door de Staten is goedgekeurd, waren
overgangsbepalingen opgenomen, waardoor de
verlaging van inkomsten van in dienst zijnd
personeel werd beperkt tot 12 y, pCt.
Thans wordt voorgesteld met ingang van
1 Januari 1935 dit percentage te verhoogen tot
17y2 pCt. Met ingang van 1 Januari 1936 tot
25 pCt. en met ingang van 1 Januari 1937 tot
30 pCt. Wat de salarisschalen betreft, is er tus
schen de bestaande regeling zonder de gun
stige overgangsbepalingen en de door den
Minister gewenschte regeling geen groot ver
schil. Op de totale salarislast verschilt dit ruim
f 21.000. In overleg met den Minister is be
sloten de gevolgen van de aftrekregeling te
temperen.
Naar wij vernemen, heeft de dezer dagen ge
publiceerde benoeming van prof. dr. H. C. L. C.
Berger tot regeeringsadviseur der Veehouderij-
Centrale alleen betrekking op vraagstukken van
hygiënische strekking.
LEIDEN, Geslaagd: doet. ex. rechten, de heer
A. van Leggelo. Cand. ex. rechten, de heer J. G.
Praterman. Economisch doet. ex. indologie de
heer O. K. L. Pelzeï. Cand. ex. Indisch recht,
de heef F. R. Lettinga. Cand. ex. geschiedenis,
de heer M. J. F. Robijns.
Bevorderd tot doctor in de Geneeskunde, op
proefschrift getiteld: „Besmetting met tubercu
lose in gezin en school", de heef G. Brouwer, ge
boren te Dokkum. Geslaagd: artsexamen eerste
gedeelte, de heer H. Beeuwkes. Cand. ex. rech
ten, de heer E. Droogleever Fortuyn en de dames
B. Ch. Bouman en H. Boeteboom en de heer D.
B. Ledeboer. Doet. ex. rechten, de heeren Th. J.
Trip en S. O. van Poelje
R.K. UNIVERSITEIT. Geslaagd voor cand.-ex.
in de rechten: de heeren G. J. F. Huurman, te
Deventer en P. G. Smithuis te Nijmegen.
LEIDEN. Geslaagd mej. Ch. A. M. Bernard.
Benoemd tot Ridder in de Orde van Oranje-
Nassau mr. M. de Mos, voorzitter van het De
partement Scheveningen van de Maatschappij
tot Nut van 't Algemeen, te Scheveningen.
De heer L. P. Peereboom is benoemd tot
vice-consul der Nederlanden te Warschau, bui
ten bezwaar van 's Lands schatkist.
Bij beschikking van den Minister van Defensie
zijn de volgende plaatsingen gelast:
Met 22 October 1034: de officier van gezondheid
der 2e klasse D. O. Ganne a.b. van H. M. Evertsen.
Met 25 October 1934: de luitenant ter zee der
2e klasse A. van Miert a. b. H. M. Nautilus.
Met 26 October 1934: de luitenant ter zee der
2e klasse J. A. M. van der Brugh, a. b. H. M.
Hertog Hendrik; de luitenant ter zee der 2e klasse
L. J. Goslings a.b. wachtschip te Willemsoord;
de luitenant ter zee der 2e klasse H. L. Nagtglas
a.b. wachtschip te Willemsoord; de luitenant ter
zee der 2e klasse S. E. W. v d Woude a.b. Hertog
Hendrik. Kapitein der infanterie, gedetacheerd bij
het korps Mariniers D. P. Ravelli, aan boord van
het wachtschip te Willemsoord. Kapitein der
Mariniers W. A. J. Roelofsen bij de Marinekazerne.
Ie Luitenant der mariniers G. Wilhelmy Damsté-
e.a. H. M. Hertog Hendrik, le Luitenant der ma
riniers H. Lieftink a.b. H. M. wachtschip te Wil
lemsoord. 2e Luitenant der mariniers J. G. M.
Nass bij de afdeeling Mariniers te Rotterdam; 2e
luitenant der mariniers R. H. M. C. von Frijtag
Drabbe bij de afdeeling Mariniers te Rotterdam;
de luitenant ter zee der le klasse A. de Booy,
eervol ontheven van de betrekking van adjunct
chef van den staf der zeemacht te Willemsoord.
De luitenant ter zee le klasse F. J. E. Krips, be
last met de betrekking van adjunct-chef van
den staf der zeemacht te Willemsoord.
Met 1 Novembe rl934: de luitenant ter zee der
le klasse J. A. de Gelder bij het Departement van
Defensie.
Met 2 November 1934: de luitenant ter zee 2e
klasse J. S. Friederick, ter beschikking gesteld.
De luitenant ter zee 2e klasse B. v d Ploeg, a.b.
van H. M. wachtschip te Willemsoord. De luitenant
ter zee 2e klasse H. C. Besanon bij het torpedo-
bootatelier te Willemsoord. De luitenant ter zee
2e klasse L. J. van der Veen bij het torpedoboot-
atelier te Willemsoord. De luitenant ter zee 2e
klasse G. E. A. Daane B:lier. H. M. Hertog Hen
drik. De luitenant ter zee 2e klasse H. Webb,
marinekazerne te Amsterdam. De luitenant ter
zee 2e klasse P. Schotel H.M. wachtschip te Wil
lemsoord.
Bij K.B. zijn in vasten dienst benoemd: ir. F. W.
Honig, rijkstuinbouwconsulent te Zutphen; lr.
N. H. H. Addens, Rijkslandbouwconsulent te Wa-
geningen; ir. J. J. Janssen, adjunct-Rijkspluim-
veeteeltconsulent te Venlo; ir. G. K. Veldman, ad-
junct-Rijkslandbouwconsulent te Dfagten ir. D.
R. Mansholt, adjunct-Rijkslandbouwconsulent te
Groningen; ir. H. Adames, adjunct-Rijkspluimvee-
teeltconsulent te Meppel, allen thans tijdelijk als
zoodanig werkzaam;
is aan J. C. Ligtvoet, administrateur bij het
Departement van Onderwijs. Kunsten en Weten
schappen, met ingang van 1 Januari 1935 op
zijn verzoek eervol ontslag verleend met dankbe
tuiging voor de langdurige diensten, door hem
aan den lande bewezen.
Bij Beschikking van den Minister van Onder
wijs. Kunsten en Wetenschappen is dr. J. B. Tiel-
rooy te Zwolle, tot wederopzegging toegelaten als
privaat-docent in de faculteit der letteren en
wijsbegeerte aan de Rijksuniversiteit te Leiden
om onderwens te geven in de moderne Fransche
letterkunde.
De gewone audiëntie van den Minister van Eco
nomische Zaken zal op Donderdag 25 October
niet plaats hebben.
De gewone audiëntie van den Minister van So
ciale Zaken zal op Woensdag 24 October, niet
plaats hebben.
AMSTERDAM, 19 October 1934
Nu de Duitsche Handelsbalans zich in zeer on
gunstige richting ontwikkelt, zullen velen zich
afvragen, waar het in de toekomst met de
Duitsche Reichsmark naar toe moet, welke tot
op heden haar goudpariteit kan handhaven,
dank zij een net van deviezenvoorschriften en
deviezenrestricties. Een antwoord op deze vraag
geeft de heer Sligting in een artikel in de
„Economisch-Statistische berichten" en het is
interessant hem een oogenblik in zijn gedach-
tengang te volgen. Het uitvoer-saldo der Duit
sche handelsbanlans van RM. drie milliard in
1931 daalde tot RM. 667 millioen in 1933 en
sloeg om in een invoersaldo van RM. 300 mil
lioen in de eerste acht maanden van dit jaar.
De voornaamste oorzaak van het passief worden
der handelsbalans is de sterke opleving op de
binnenlandsche markt, welke een grooten in
voer van grondstoffen noodzakelijk maakte.
Deze verlevendiging van de binnenlandsche
markt ontstond niet op natuurlijke wijze, maar
was vrijwel uitsluitend het gevolg van bijzon
dere maatregelen, welke door de Regeering zijn
genomen, en waardoor dus zwaardere lasten
op het volk in zijn geheel werden gelegd. Dit
komt tot uitdrukking in de stijging van het
indexcijfer van de kosten van het levenson
derhoud, welke in het afgeloopen jaar steeg van
118,4 tot 122.5. Door deze zwaardere lasten
kan Duitschland op de internationale markt
slecht concurreeren, waardoor de uitvoer te
rugliep. Deze uitvoer werd verder nog ongun
stig beïnvloed door de overal toenemende han
delsbelemmeringen en door het boycot van
Duitsche goederen door bepaalde categorieën af
nemers. Om de betalingsmoeilijkheden te over
winnen zal Duitschland moeten streven naar
'n actieve handelsbalans, en heeft het de keuze
tusschen den invoer te beperken of den uitvoer
te stimuleeren. De invoer beperken zal betee-
kenen een sterke teruggang der industrieele
bedrijvigheid, met als gevolg toenemende werk
loosheid en 'n daling van den levensstandaard.
Deze deflationistische politiek is van de Regee
ring niet te verwachten, welke juist haar aan
hangers een tijd van voorspoed heeft toege
zegd. Er blijft dus over een vergrooting van
den export, maar ook dit zal men niet willen
bereiken langs den weg van verlaging der pro
ductiekosten, want lagere loonen passen niet
in het programma van het Derde Rijk. Het zal
dus moeten geschieden door middel van deva
luatie van de Reichsmark, waardoor tenminste
voorkomen wordt, dat de inflatie, welke nu
reeds merkbaar wordt, dezelfde catastrophale
afmetingen zal gaan aannemen als in de na-
oorlogsche periode.
In den koers der Young-leening zijn echter
vele kwade kansen op rente- en kapitaalsverlies
reeds verdisconteerd. Iets nieuws was
deze week de noteering van dit fonds met en
zonder kettingverklaring. Van stuken, welke
sedert 15 Juni onafgebroken in Nederlandsche
handen waren, zullen de coupons met 100 pCt.
worden betaald. Deze toezegging voor de ko
mende maanden kon het pessimisme voor de
naaste toekomst niet wegnemen en de stem
ming bleef flauw. De Nederlandsche beleg-
gingsmarkt was iets in reactie bij zeer geringen
omzet.
„Mining is gambling" en aangezien het pu
bliek dol is op een gokje, werd op het Damrak
gelegenheid gegeven tot het dobbelen in mijn-
waarden. Het was voor de beurs werkelijk een
aangename afleiding en ook zij die niet in de
gelegenheid waren om mede te spleten verdron
gen zich in den hoek van Sarakreek-Goudvel-
den en Redjang Lebong, om deze fondsen tien
tot vijftien punten te zien stijgen. Aan de Lon-
densche beurs is dit spel begonnen met aan-
deelen in een maatschappij, welke haar goud
velden naast die der Sarakreek heeft en welke
in korten tijd driehonderd procent stegen.
Vandaag sloeg de gouddorst over naar het
Damrak en hoewel er van de productie nog
geen sprake is, en de machines pas onderweg
zijn, voelt men waarschijnlijk de, goudklompen
in den vorm van hooge dividenden reeds in den
zak.
Voor de rest was er deze week niet veel te bele
ven. Kon. Olies werden eerder aangeboden en
de oorzaak hiervan zal gezocht moeten worden
in de onverkwikkelijke situatie in de Ameri-
kaansche olie-industr. De regeering heeft de pro
ductie van petroleum aan een restrictie onder
worpen, wat niet wegneemt, dat een aantal
„olie-bootleggers" kans zien per dag 100.000
borrels onwettige olie te produceeren. De Re
geering ontwerpt steeds weer nieuwe plannen
om deze productie te illimineeren, wat haar tot
op heden nog niet is gelukt. De groote benzine
concerns willen nu zelf het heft in handen ne
men en zullen den ruw-olie- en benzineprijs tot
zoo'n laag niveau trachten te drukken, dat
economische productie door de ontduikers niet
meer mogelijk is. De laatste twee weken zijn de
benzineprijzen in New-Jersey en New-York 3
tot 7 dollarcents gedaald. Deze politiek eischt
groote offers van alle belanghebbenden en dit
komt dan ook tot uiting in den koers van ver
schillende petroleumaandeelen zooals Shell
Union, Philips Petroleum, Standard Oil of
New-Jersey en Tidewaters, welke alle hun laag
ste punt bereikt hebben.
In aandeelen Philips en Margarine-Unies is
de handel gering met stemming prijshoudend.
Scheepvaartwaarden waren iets in reactie op
het bericht, dat de internationale scheepvaart
conferentie nu weer is uitgesteld tot December.
Engeland wil het probleem der staatssubsidieën
in de besprekingen betrekken, waartegen
Amerika en Japan zich verzetten.
Tabakken fluctueerden niet noemenswaardig.
De Sumatra-Tabaksinschrijving, welke eerst
op 2 November zou gehouden worden is met het
oog op de deviezenmoeilijkheden in Duitschland
twee weken uitgesteld.
In de algemeene vergadering van Harrison
en Crosfield heeft de president een beschou
wing ten beste gegeven over de situaties op de
rubbermarkt en voorspelde voor de komende
vier jaren een periode van matige prosperiteit.
Het verbruik neemt sneller toe dan men heeft
durven verwachten en bedraagt nu reeds bijna
100.000 ton meer dan in 't geheele jaar 1933.
Als de restrictie over eenige maanden tot uiting
zal komen, kan men een sterke daling der voor
raden verwachten. Amsterdam Rubbers waren
hier nauwelijks prijshoudend.
Slotkoersen
4% Nederland 1934
4% Ned. Indië 1934
S'A pet. Engeland
5Yi pet. Young
A. K. U
Ford
Philips
Unilever
Scheepv. Unie
Koninkl. Olie
Redjang Lebong
Amsterd. Rubber
H. VA.
Deli Mij
Senembah
Beth. Steel
U. S. Steel
Anaconda
Intern. Nickel
R.M
Prolongatie
12 Oct.
101%
100%
623/8
233/8
33i/e
212 V?
2151/4
721/s
32
148
152
I6OI/4
125
131
17Ve
203/4
7
151/8
7.22
1.463/g
59.35
1 pCt.
19 Oct.
101%
10014
64%
226/8
331/4
217
2151/3
72
32%
1453/g
164)4
92)4
159
1241/4
130
171/s
20Vs
b%
147/8
7.26 Vl
1.4o6/s
59.37*
1 pCt-
(Ingezonden door de Spaarne-Bank, N. V*
Amsterdam)