Het financieel beleid der Regeering De zwenking bij Defensie -VS9S4 Ki ra ififiri i ZADELHOFF! HEESCHE KEEL Gouden standaard SCHERPE CRITIEK ROOKWORST GEZAGSHANDHA VING MAANDAG 22 OCTOBER 1934 Het dekkingsplan lijkt schooner dan het is Conjunctuurfonds gevraagd Critiek Verhooging van inkomsten Bezuinigingen De regeering nog te opti mistisch De financieele toestand hoogst zorgelijk" Lijfsbehoud dwingt tot ver laging van lasten Verlaging van salarissen Een wetsontwerp tot budget verlaging x ÜH3 Een fraaie foto van het Albrechtslot te Dresden De kapitaalvlucht Onderwijsbezuiniging I U houdt natuurlijk ook van I echte Geldersche Vraagt daarom Uw leverancier het merk DOETINCHEM dan eerst smult U! Jeugdwerk in het bisdom Haarlem Wijzigingen in de topleiding Het vreeselijke drama te Princenhage De dader tot tien jaar gevangenis straf veroordeeld DE HERZIENING VAN DE ZIEKTEWET De huwende arbeidster uitgesloten?. AUTO TEGEN EEN BOOM De inzittenden gewond De houding der Regeering tegen over de N.S,Ben de S.D.A.P. verschillend beoordeeld Autonomie in het gedrang Handhaving van orde en gezag Actie van vreemdelingen De autonomie der gemeenten Rusland in den Volkenbond Wel handelsoverleg Het verkeerswezen HOESTBONBOHSJ Devaluatie ontraden NIJVERHEIDSONDERWIJS Ministerieele belangstelling ROTTERDAM—WAMA Een nieuwe stoomvaartlijn LEGERVLIEGTUIG IN ZEE GEVALLEN Geen persoonlijke ongelukken werkloosheidsuitgaven op ongeveer 1300 mil- lioen blijven staan. Het financieele beleid der Regeering ontmoet te by verscheidene leden ernstige bedenking. Het ongedekte tekort op de begrooting voor 1934 is gesteld op f 30 millioen. Het aanvanke lijke tekort voor 1935 is geraamd op f 93 mil lioen. Zouden de getroffen tijdelijke voorzienin gen voor 1935 alle en geheel zijn gecontinueerd, dan zou het aanvankelijk tekort voor 1935 on geveer gelijk zijn aan het tekort dat thans vooi 1934 is becijferd. De Regeering heeft echter an dere middelen toegepast en is er daarbij in ge slaagd vryWel het geheele tekort voor 1935 te dekken. Het dekkingsplan lijkt echter schooner dan het is, in de eerste plaats wijl verschuiving van lasten naar de toekomst plaats heeft en in de tweede plaats wijl in het dekkingsplan bezuini gingen voorkomen, door den Minister van Fi nanciën als besptraringen in perspectief aange duid. Naar het oordeel der hier aan het woord zijnde leden is versterking van inkomsten wel degelijk mogelijk. Voorzoover daarna nog be sparingen noodig blijken, behooren de objecten met zorg te worden uitgezocht. De consequentie is ver te zoeken, als de Re geering eenerzij ds verhooging van lasten, welke ten bate van het Rijk zouden komen, onmogelijk verklaart, terwijl zy aan den anderen kant door allerlei maatregelen de gemeenten noodzaakt tot belastingverhooging over te gaan. Evenmin verdraagt de uitspraak, dat verhoo ging van lasten niet mogehjk is, zich met de voornemens der Regeering met betrekking tot het premieverhaal voor het gezinspensioen. Als middel ter verhooging van de inkomsten komt naar de meening dezer leden in de aller eerste plaats in aanmerking de door hen reeds meerdere malen aanbevolen heffing in eens. Daarnaast zou de successiebelasting op het vroeger peil kunnen worden teruggebracht. Als bezuinigingen, welke na de versterking van de inkomsten vóór alle andere zouden be hooren te worden aangebracht, noemden de hierbedoelde leden die, welke verkregen kun nen worden door vereenvouding van verschil lende takken van openbaren dienst. Een tweede ernstige grief, welke de hierbe doelde leden tegen het gevolgde financieele beleid hadden, was, dat de Regeering met het door haar bereikte resultaat niet tevreden blijkt, doch meent, dat de publieke uitgaven nog verder omlaag moeten. In dezen tijd moet worden volstaan met een sluitend budget onder handhaving van de verplichte aflossing deg staatsschuld. Het levenspeil moet op een zoo hoog mogelijk niveau gehandhaafd blijven. Men kan het budget, als het een groot tekort vertoont, nu eenmaal niet binnen zoo korten tijd geheel sluitend maken zonder ongelukken te veroorzaken. Tegen een noodoffer in den een of anderen vorm zouden deze leden zich niet in elk geval willen verzetten, tenzij de Regeering aantoont, dat wij werkelijk voor de onmogelijkheid staan de lasten te verhoogen. Voor het vragen van zulk een noodoffer pleit, de menige in den crisistijd ingevoerde indirecte heffing van gelijk karakter kan worden be schouwd. Zulk een heffing af te wijzen met een beroep op de wenschelijkheid van kapitaal vorming achtten de leden, hier aan het woord, onjuist. Het aantal gemeenten achtten ook een deel der genoemde leden te groot. Vele leden, die zich met de tot dusver over de financieele politiek gehouden betoogen niet konden vereenigen, vestigden er de aandacht op, dat in die betoogen te weinig met de wer- keiykheid wordt rekening gehouden. Dat de Regeering in haar beschouwing van den finan- cieelen toestand te pessimistisch is, konden deze leden allerminst toegeven. Veeleer rekent zij nog te veel met gunstig schijnende perpec- tieven. Het tekort op den gewonen dienst over de jaren 19311934 moet thans op ten minste 210 mill, worden gesteld. Op grond van deze en andere gegevens kan wel worden aangeno men, dat in de vier jaren 19311934 rond 500 mill, is ingeteerd. Ook voor 1935 is geen werke lijk sluitende begrooting ingediend. De voor zieningen toch, welke in het dekkingsplan zijn opgenomen, bestaan voor een deel in het ver schuiven van lasten naar de toekomst, voor een deel ook in bezuinigingsmaatregelen, waarvan het allerminst zeker is, dat zij reeds op de cyfers van den dienst 1935 van invloed zullen zijn. Daarbij komt nog, dat het zeer de vraag is, of de raming van sommige middelen, met name van de omzetbelasting en de invoerrechten, niet te optimistisch is. Wie zich dit alles klaar voor oogen stelt, kan toch wel niet anders doen dan den financieelen toestand des lands als hoogst zorgeiyk be schouwen. Beperking van uitgaven is noodig. Met de verschuiving van lasten naar de toe komst kan niet worden voortgegaan. En aan belastingverhooging kan onder geen voorwaarde meer worden gedacht. De nieuwe lasten, welke in verband met de crisis zyn ingevoerd, hebben den belastingdruk reeds te hoog opgevoerd. Bij de aangifte van 1 Mei 1932 was het volks inkomen gedaald tot 3600 millioen. Op het oogenblik mag men aannemen, dat het zich niet boven de 3000 millioen zal bewegen. De gezamenlijke publieke uitgaven zyn ondanks de aangebrachte bezuinigingen ten gevolge van de Die verlaging moet thans met kracht ter hand genomen worden. Dit moge offers kosten, lijfs behoud dwingt er toe. In dit verband werd nog opgemerkt, dat men niet tegelijkertyd vermindering van vaste lasten en verhooging van belasting kan wenschen, omdat de publieke heffingen een voornaam onderdeel van de vaste lasten vormen. Ook werd twijfel uitgesproken, of het staatsrechte lijk volkomen juist zou zyn aan de Regeering een belastingverzwaring op te dringen. Intusschen gaven sommige der hierbedoelde leden als hun meening te kennen, dat het van grooteren practischen zin zou hebben getuigd, indien de Regeering een schema van bezuini gingsmaatregelen tot een bepaald bedrag, b.v. 150 millioen, had opgemaakt en ter kennis van de Volksvertegenwoordiging had gebracht. Van samenvoeging van gemeenten verwacht ten dezelfde leden geen bezuiniging. De in het boven weergegeven betoog ver vatte cijfers betreffende het totale volksinko men en de daarop rustende publieke lasten, gaf anderen leden aanleiding er de aandacht op te vestigen, dat het genoemde bedrag van 1300 millioen niet als het totaal der publieke lasten mag worden beschouwd en dat nog veel minder kan worden gezegd, dat zulk een bedrag aan het volksinkomen wordt onttrokken. Een der leden wilde het terugbrengen van de staatsuitgaven naar het peil van 1913 zoo spoe dig mogelijk voltrokken zien. Naar zijn meening zou daartoe vooral op de ambtenaarssalarissen sterk behooren te worden bezuinigd. Ook van andere zijde werd op salarisverla ging aangedrongen, alsmede op het brengen van het volle bedrag der pensioenpremie ten laste van den ambtenaar. Tegen deze opvatting kwamen een groot aan tal andere leden in verzet. Gevraagd werd, welke maatregelen zullen worden getroffen ter vermindering van het spoorwegtekort. Dat alle maatregelen tot verdere verlaging van het budget, welke de goedkeuring van den wetgever behoeven, in één wetsontwerp zullen worden samengevat, achtten verscheidene leden niet zonder bedenking. Zy zagen ook niet in, wat hiervan het nut kan zyn. Naar het oordeel van verscheidene leden moest thans eindelijk worden begonnen met de vorming van een conjunctuurfonds van bijv. tenminste 100 millioen, opdat in de toekomst gemakkelijk het hoofd kunnen worden geboden aan economische mogelijkheden als die, welke wij thans medemaken. Dat van bezuiniging door versobering van den staatsdienst uit de ingediende begrooting wei nig of niets blijkt, had vele leden zeer teleur gesteld. In dit verband werd er neg de aandacht op gevestigd, dat het aantal ambtenaren geen of slechts zeer weinig inkrimping heeft ondergaan. mm gg|M»g; Wmm """g* - - V Sommige leden stelden de vraag, of de ge ruchten, dat ten gevolge van den zwaren be lastingdruk hier te lande groote kapitalen naar het buitenland worden overgebracht, op waar heid berusten. Indien werkeiyk van een kapi taalvlucht van beteekenis sprake zou zijn, zou den zij er op willen aandringen, dat de Regee ring maatregelen berame om dat euvel zooveel mogelijk te bestrijden. Van de mededeeling, dat een heffing van de gepensionneerden van bijdragen voor gezins pensioen in het voornemen ligt, hadden ver scheidene leden met groote teleurstelling kennis genomen. De heffing toch, welke thans wordt aangekondigd, is in feite niet anders dan een verlaging der pensioenen, in strijd met de rech ten, door de ambtenaren verkregen. Verscheidene leden verzochten nader te mo gen worden ingelicht omtrent de bezuiniging op de uitgaven voor het Departement van On derwijs, Kunsten en Wetenschappen. Ten vori- gen jare achtte de Regeering een nieuwe be sparing op die uitgaven noodig tot een totaal bedrag van fl5% millioen. In de Millioenennota wordt nu een berekening gegeven, welke aan nemelijk moet maken, dat de besparing, door nieuwe bezuinigingsmaatregelen te verkrijgen, thans op 10.2 millioen mag worden gesteld. Een bedrag van 5.3 millioen zou reeds zijn gevon den. De leden, hier aan het woord, achtten zuinigingen begrepen zyn, welke niet het ge- deze berekening niet juist, wijl in het genoemde bedrag van 5.3 millioen verschillende be- volg van nieuwe doch van reeds eerder getrof fen maatregelen zyn. Verscheidene leden vestigden er de aandacht op, dat van het openbare onderwys veel greo- tere offers dan van het bijzondere worden ge- eischt. Sommige dezer leden verklaarden, dat zij de onderwijspolitiek van het Kabinet niet verder zouden steunen, indien op het bijzonder on derwijs niet evenveel als op het openbaar on derwijs zou worden bezuinigd. Door andere leden werd in dit verband op gemerkt, dat het zeker geen onbescheiden eisch kan worden genoemd, dat de bezuiniging op het byzonder onderwijs beperkt blyve binnen de grenzen, welke daarvoor uit de Grondwet zyn af te leiden. Gelet dient naar voorts werd opgemerkt ook op het feit, dat het opheffen van kleine schooltjes by het openbaar onderwys vanzelf veel grooter omvang moet aannemen dan bij het byzonder onderwys, omdat by het laatste het aantal kleine schooltjes aanzienlijk gerin ger is. Zooals uit de elders in dit nummer gepubli ceerde benoemingen blykt is er weer een be langrijke verandering gekomen in de toplei ding van het katholiek Jeugdwerk in het Haarlemsche diocees, zoowel voor de jongeren onder als die boven de zestien jaar. Praeses J. Th. van Galen, de centrale leider en promotor der St. Josephs-Gezellen-Vereeni- ging, gaat thans het jeugdwerk, waar hij door z'n bezieling zoo veel tot stand heeft weten te brengen, verlaten en is benoemd tot pastoor te 's Gravenhage in de parochie van de H. Mar tha. Volgens het verlangen van Z. H. Exc. Mgr. J. D. J. Aengenent om eenheid te brengen in het jeugdwerk, zal thans de algemeene directeur van het mannelijk jeugdwerk in het diocees Haarlem worden belast met de leiding der St. Joseph-Gezellen-Vereeniging. Tot. directeur .der K. J. C. is benoemd de assistent-directeur H. van Spanje, terwijl, zoo als eerder gemeld, pater Alexander O.M.Cap, thans officieel belast is met de kernvorming in de sociale vereenigingen voor de katholieke actie Hiermede is o.i. de laatste stap gedaan in de richting der centralisatie der diverse schakee ringen op het gebied der mannelijke jeugd. Hedenochtend heeft de Bredasche Rechtbank uitspraak gedaan in de strafzaak tegen den 28-jarigen landarbeider G. O. uit Princenhage, tegen wien het O. M. 8 October j.l. een gevan genisstraf eischte van vijftien jaar. O., had in den avond van 13 Juli j.l. in de buurtschap Vughtschoot onder Princenhage zyn buurman C. de K., gehuwd en vader van twee kinderen, op onmenschelijk wreede wijze van het leven beroofd door dezen na hem vooraf door een paar schoten uit zijn revolver levensgevaarlijk gewond te hebben, met de scherpe zijde van een schop zóó op het hoofd te slaan dat K.'s schedel werd gekliefd en de dood spoedig daarop intrad. Na zijn daad bedreven te hebben, sleepte O. zijn slachtoffer naar een korenveld, waar hy het lijk in een greppel wierp. De rechtbank veroordeelde O. thans wegens doodslag tot een gevangenisstraf van tien jaar met aftrek van voorarrest. Het bestuur van den Raad! van Arbeid te Nijmegen heeft een adres gericht aan de Tweede Kamer der Staten Generaal, waarin op tweeërlei punten stelling wordt genomen tegen een der voorstellen tot wijziging der Ziektewet. Vooreerst zal de arbeidster, die gaat huwen, buiten de verplichting der Raden van Ai'oeid en bedrijfsvereeniging vallen Door de andere wyzi ging komt bij de vrijwillige verzekering te ver vallen de bepaling, dat zwangerschap en be valling met ziekte wordt gelijk gesteld. Uit een ideëel en sociaal oogpunt wordt naar de meening van adressanten door het aan vaarden van de voorgestelde wyziging het mooiste en sympathiekste deel der Ziektewet ten doode opgeschreven. Ook hebben adressanten een juridisch be zwaar tegen deze wyziging, die niet technisch, doch principieel is. Zondagmiddag reed de heer K. uit Nijmegen met zijn zoon naar Oss. Op den rijksstraatweg 's-HertogenboschGrave, onder Schayk kwam uit een zijweg met vrij groote snelheid een motorrijder aanrijden. De heer K. Sr._ wist door snel omgooien van het stuur een aanrijding te voorkomen. Hij ken echter niet verhinderen, dai de auto tegen een boom opbotste. De auto is geheel vernield. Alle inzittenden hadden verwondingen opgeloopen. De 27-jarige heer v. S. was er echter het ergste aan toe. Deze kreeg behalve huid en schaafwonden een ern stige kaakfractuur. Blijkens de algemeene beschouwingen der Tweede Kamer waren verscheidene leden ont stemd over de mededeelingen der Regeering, waaruit blijkt, dat de eerder aangekondigde voornemens tot bezuiniging op de defensie-uit gaven niet ten volle worden gehandhaafd. Men schreef die wijziging toe aan den invloed uitgeoefend door de agitatie, welke na het ver schijnen van het rapport der commissie-Iden- burg is ontstaan, en aan de actie, door de burgemeesters van eenige Limburgsche gemeen ten ingezet. Voor die agitatie en die actie is de Regeering kennelijk gezwicht. De hierbe doelde leden achtten dit een verkeerd be>id. Nederland moet aan den opnieuw losgebroken bewapeningswedstrijd niet deelnemen. De eenige besparing, welke de regeering aan kondigt, bestaat uit een drietal perspectief-be zuinigingen waarvan het zeer twijfelachtig ;s of zij wel 'inderdaad bezuinigingen zullen zijn en die in elk geval eerst op den duur effect zullen hebben. En die maatregelen gaan dan nog in militairistische richting. Deze leden verklaarden, dat zy het defen siebeleid der regeering ernstig afkeurden en dat zy zich met de voorstellen, welke op dit gebied zijn aangekondigd, niet zouden kun nen vereenigen. Verscheidene andere leden achtten het zeer verklaarbaar, dat de Regeering met betrekking tot de defensie-uitgaven van standpunt veran derd is. Zij waren van meening, dat het in de tegenwoordige zeer angstwekkende omstandig heden noodzakelijk is. dat maatregelen worden getroffen, welke het volk en inzonderheid de aan groot gevaar blootgestelde bevolking van de zuidelijke provinciën gerust kunnen stellen. Met voldoening hadden sommige leden ge constateerd, dat ook de Regeering tot de con clusie gekomen is, dat de verdeeling der vloot- uitgaven tusschen Nederland en Indië sinds geruimen tijd niet aan redelijke eischen beant woordt. Vele leden meenden der Regeering hulde te moeten brengen voor hetgeen zy gedaan heeft en doet voor de handhaving van orde en gezag. Sommige leden, die het overigens in geen en kel opzicht voor de actie van de N.S.B. wilden opnemen, meenden toch als hun meening te kennen te moeten geven, dat in het byzonder het optreden van de Regeering tegenover die organisatie niet onberispelijk is. De vraag werd gesteld of de N.S.B. niet van de lijst der verboden vereenigingen af gevoerd zou kunnen worden. Verscheidene leden gaven naar aanleiding van deze op merkingen als hun meening te kennen, dat er geenszins aanleiding bestaat de maatre gelen tegen de N.S.B. getroffen, in te trek ken of te verzachten. De regeering was huns inziens tegenover de N.S.B. toch reeds bij zonder tegemoetkomend geweest. Aangedrongen werd op intrekking van de uit' zonderingsbepalingen, getroffen tegen de S.D.A.P. en het N.V.V. In het hier door hen bestreden optreden der regeering zagen de le den hier aan het woord, een machtsmisbruik tegen de eenige groote party, die niet deel van de regeeringscombinatie uitmaakt. De regeering neemt tegenover het groote volksdeel dat rondom S.D.A.P. en N.V.V. is ge schaard, een houding aan, welke kwalijk over een te brengen is met de zinsnede van de Troon rede, waarin van de versterking van de een dracht des volks wordt gewaagd. Sommige andere leden drongen eveneens aan op terugneming van het verbod van lidmaat schap van de S.D.A.P. en het N.V.V. voor amb tenaren, ressorteerende onder het Departement van Defensie, voorzoover dat burgerlijke amb tenaren betreft. Vele andere leden konden zich met deze be schouwingen niet vereenigen en tenslotte gaven eenige leden in dit verband als hun oordeel te kennen, dat de regeering met betrekking tot de S.D.A.P. eerder een te groote lankmoedigheid dan overmatige gestrengheid zou kunnen wor den verweten. Eenige leden bepleitten in het belang van de handhaving der openbare orde een aanvulling van de wet van 1855 betreffende het recht van vereeniging en vergadering. Van andere zijde werd hiertegenover gesteld, dat niet zoozeer behoefte bestaat aan wyziging van de wet van 1855, als wel aan een strengere handhaving van die wet, gepaard met toepas sing, waar noodig, van artikel 140 van het Wet boek van Strafrecht, dat straf stelt op het deel nemen aan een verboden vereeniging. In nauw verband met deze opmerkingen werd aangedrongen op een nauwlettend toezicht der Regeering op het optreden van buitenlanders hier te lande. Gaarne zouden de leden, die de zen aandrang oefenden, worden ingelicht over de houding, welke de Regeering inneemt tegen over de door de Duitsche Regeering in ons land gevormde en geleide organisaties van Duit- schers. Ten slotte werd gepleit voor de opneming van een bepaling in het reglement van orde van de Vereenigde Vergadering der Staten-Gene- raal, welke aan den Voorzitter de bevoegdheid verleent een lid, dat zich misdraagt, uit de ver gadering te verwijderen. Geklaagd werd over de ernstige aantasting van de autonomie der lagere publiekrechtelijke lichamen, in het byzonder van de gemeenten, welke herhaaldelijk moet worden geconstateerd. Reeds de onttrekking van geldmiddelen aan de gemeenten aldus de leden, die deze klachten uitten is fnuikend voor de autonomie. Zij slaat de gemeentebesturen lam. De houding, door de Regeering aangenomen ten opzichte van de toelating van Rusland tot den Volkenbond, gaf verscheidenen leden aan leiding tot critiek. De toetreding van Rusland, dat zich bereid toonde de Volkenbondsverplich tingen te aanvaarden, kan de vredesmogelijk- heden slechts gunstig beïnvloeden. Als een opmerkelijke inconsequentie in de houding der Regeering beschouwen deze leden het, dat zij, terwiji zij haar stem tegen de op neming van Rusland in den Volkenbond deed uitbrengen, aan den anderen kant de onder handelingen begunstigt, welke door vertegen woordigers van den Nederlandschen handel en industrie met vertegenwoordigers van de Sov jet-republiek over de regeling der handelsbe trekkingen worden gevoerd. Andere leden spraken hun voldoening over het standpunt der Regeering uit. Verscheidene leden waren geenszins tevre den over de bemoeiingen van de Regeering met het verkeerswezen. Dat dit oneconomisch moet en zeis misschien chaotisch kan worden ge noemd aldus deze leden ontkent niemand. De Regeering heeft meer dan eens blijk gege ven, dat ook zelf in te zien. Coördinatie van het verkeer is door haar herhaaldelijk in uit zicht gesteld. Tot dusver is echter in die rich ting niets van beteekenis gedaan. Gevraagd werd of de regeering bereid is een onderzoek in te stellen naar de gestie van be> drijven, die oorlogsbènoodigdheden vervaardi gen of daarin handelen. Voorts werd gevraagd door verscheidene leden of voor de regeering de tijd gekomen is om ie overwegen of er geen ernstige redenen voor het verleenen van amnestie of gratie aan de ge straften in verband met de Zeven Provinciën. Van verschillende zijden werd de vraag ge> steld, of thans binnen kort de indiening kan worden verwacht van een wetsontwerp hou dende regelingen ter beteugeling van de 'cumu latie van inkomens uit overheidskassen. Eenige leden verzochten bij de voorbereiding van een wettelijke regeling op dit gebied bij zondere aandacht voor de non-activiteitstracte- menten. Zij meenden, dat deze moesten worden ingehouden, wanneer de genieters een beroep gaan uitoefenen, waarvan de uitoefening hun niet toegestaan zou zyn, als zy in actieven dienst waren. Vlug en aan genaam ver holpen met ZE HELPEN GOED - ZE SMAKEN GOED Verscheidene leden, die er bij het afdeelings- onderzoek der Rijksbegrooting de aandacht op vestigden, dat de Regeering in de Millioenen nota opnieuw verzekert, dat zij niet denkt aan het loslaten van den gouden standaard, zouden gaarne zien, dat de Regeering eens duidelijk en uitvoerig de motieven voor het door haar ingenomen standpunt zou aangeven. Er is 'n tijd geweest, dat de wenschelijkheid van 't vasthou den aan den gouden standaard 'n axioma was, hetwelk geen nader bewijs behoefde. Die tijd is voorbij. Nu 't al of niet handhaven van den gouden standaard een vraagstuk is geworden, dat een steeds grooter wordend deel van het volk bezig houdt, en nu tal van vooraanstaande economen, ook hier te lande, devaluatie aanbevelen, mag van de Regeering een uiteenzetting van haar standpunt worden verwacht. Verscheidene leden, van wie de meesten op dit oogenblik devaluatie ongewenscht achtten, vroegen naar aanleiding van deze verklaring met bezorgdheid, of de Regeeringen, bij het goudblok aangesloten, zich tegenover elkaar zul len verbinden of wellicht reeds hebben verbon den om in geen geval tot devaluatie over te gaan. Zij waren van oordeel, dat de Regeering haar vrijheid van handelen niet mag prijsgeven. De plannen met betrekking tot het goudblok hadden bij verscheidene leden ook de vrees ge wekt, dat uit de economische aansluiting bij landen als Frankrijk en Italië een politieke toe nadering zal voortvloeien. Sommige leden zagen in deze toenadering ook daarom zulk een goed perspectief, wijl, als Frankrijk, België, Italië en Nederland in het economisch te vereenigen gebied ook hun over- zeesche gebiedsdeelen zouden begrijpen, men een belangrijk economisch complex zou kunnen krij gen. Tegenover deze beschouwingen stelden eenige andere leden, dat zij van de samenwerking in het goudblok totaal geen verwachting hadden voor de economische positie van Nederland. Verscheidene leden wenschten reeds thans als hun meening te kennen te geven, dat de bezwaren tegen devaluatie overwegend zijn. Wat vóór devaluatie wordt aangevoerd komt in hoofdzaak hierop neer, dat het alleen langs dien weg zal gelukken voor sommige vaste lasten de aanpassing tot stand te brengen, welke noo dig is om het bedrijfsleven weer op een loonen- de basis te brengen. De juistheid van de op merking, dat de verlaging van lasten slechts langs dien weg zal gelukken, kan echter niet worden erkend. Meer dan eenig ander land i® Nederland op den invoer aangewezen, zoowel voor grondstoffen als voor verschillende levens middelen. Devaluatie zal hier te lande dan ook ongetwijfeld door aanzienlijke prijsverhooging worden gevolgd. De ervaring in vele andere landen lokt trouwens niet tot navolging. In En geland zijn er nog steeds meer dan 2 millioen werkloozen, d.i. by na 7 maal zooveel als hier te lande, hoewel de bevolking er niet zóóveel maal grooter is. Naar sommige leden nog opmerkten, berust het op misverstand, als gemeend wordt, dat de gouden standaard onder alle omstandigheden kan worden gehandhaafd, als er maar een slui tende begrooting is. Een sluitend budget geeft voor de handhaving van den gaven gulden niets, als niet tevens gezorgd wordt voor een behoorlijk evenwicht in onze betalingsbalans. Zaterdag 27 October zal te Breda een vergade ring worden gehouden van den Bond van Leer krachten bij het Nijverheidsonderwijs voor meis jes. Op deze vergadering zullen o.a. in bespreking worden gebracht de volgende punten: „In hoeverre heeft het nijverheidsonderwijs voor meisjes in dezen tijd een taak te vervullen? „Hoe kunnen de leeraressen bij het Nijver heidsonderwijs meehelpen om den nood in vel® gezinnen gemakkelijker te doen dragen? „Hoe kunnen zij vrouwen, die daaraan be hoefte hebben laten profiteeren van hun erva ring op het gebied van spijsbereiding, arbeidsor ganisatie, enz.? „Hoe kunnen zij meehelpen aan het paraat maken van jonge vrouwen voor haar taak in de maatschappij en voor den strijd om liet bestaan- Deze bespreking zal ongetwijfeld belangwek kend worden aangezien de minister van social0 zaken, dr. Slotemaker de Bruine den wensch te kennen heeft gegeven deze vergadering bij te wo nen en aan de besprekingen deel te nemen. 1 Zaterdagmiddag heeft de consul-generaal va° Bulgarije, de heer L. van Saher, met zijn echt- genoote in een der zalen van café-restaurant Caland een receptie gehouden ter gelegenheid van de opening van de Bulgaarsche stoom vaartlijn van Warna op Rotterdam. Op dez0 receptie was o.m. de heer Basil Ignatof. regee- ringscommissaris bij de Bulgaarsche handels- stoombootmaatschappij, aanwezig. Tot hen, di0 door hun aanwezigheid blijk van belangstelling gaven behoorden o.a. de heeren Van der Lug" E*. Schürmann en dr. H. J. D. van Lier van de Rotterdamsche Kamer van Koophandel, A' H. Sirks, de waterschout, mr. L. - nthoven» hoofdcommissaris van politie, ir. N. Th. Koo- mans, directeur van het gemeentelijke haven bedrijf, majoor Motké, de garnizoenscomman dant en dr. A. Windecker, de consul van Duitschland. Voorts waren er zeer velen u' handels- en scheepvaartkringen. SOERABAJA, 22 Oct. lAneta). Hedenmorg0® te 11 uur 15 is het legervliegtuig V 4, dat deel nam aan de manoeuvres, in zee gevallen. Pf* soonlijke ongelukken zijn niet gebeurd. vliegtuig is geheel vernield.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1934 | | pagina 14