Regeering en Tweede Kamer DE ROODE NEVEL JOHN-LOVING AANPASSING OVER DE GEHEELE LIJN „DE ROMAN VAN JOHN LOVING DOOR EUG.O' NEILLj VAN Affiche van Matthieu Wilgman voor het tooneelspel „De roman van John Loving" van Eug. O'Neill. De „Panderjager" Comité Snelpost NederlandIndië reeds geruimen tijd opgeheven DONDERDAG 1 NOVEMBER 1934 Gouden standaard Bezuinigingen Herclassificatie Onderwijsbezuiniging Defensie Revolutionnaire volks vertegenwoordigers Autonomie gemeentenl Rusland in den Volkenbond W apenfabricage Op behoud en uitbreiding van be staande bedrijven zal aller eerst de aandacht geves tigd moeten zijn Ordening maatschappij Handelspolitiek ARTI ET INDUSTRIAE Jubileumtentoonstelling te Den Haag Werkloosheid blijft stijgen De toestand op 13 October De beweringen van de veeweiders Bedoelde personen geen adviseurs van de Veehouderij-Centrale DRAMA TE ROTTERDAM De moord op den Chineeschen shipping-master NEDERLANDSCHE GRAFIEK IN DEN VREEMDE CRISIS-RUNDVEEBESLUIT Aankomst van K.L.M.-passagiers te Londen UIT DE STAATSCOURANT Goedkooper telefoneeren met België Febriek gesloten wegens onzindelijkheid 1 EEN VERHAAL UIT DEN SLAVENOORLOC WAT GESCHIEDT ER TE KONNERSREUTH Geen verzwaring van lasten W erkloozensteun Bekeeringstendenzen Academische examens Een nieuw stuk van O'Neill Zaterdagavond in den Stadsschouwburg te Amsterdam Na het droevig einde van den „Panderjager" te Allahabad is door velen de vraag gesteld, of dit vliegtuig te zijner tijd door een ander van hetzelfde type zal worden vervangen. In dit verband mag eraan herinnerd worden dat de in December van het vorig jaar door de thans verongelukte machine naar Nederlandsch- Indië ondernomen vlucht onder den naam „Postjager" was georganiseerd door het Co mité Snelpost NederlandIndië, dat met deze vlucht had willen aantoonen, dat een speciaal voor postvervoer ingerichte machine den afstand AmsterdamBatavia in 3'/2 dag zou kunnen overbruggen. Men weet dat ook op deze vlucht de „Postjager" met ernstige pech te kampen heeft gehad, waardoor hij aan de van hem verwachte prestatie niet heeft kunnen voldoen. Aan een herhaling van het experiment „Ginder, honderd meter terug, denk ik daar loopt een oud geitenpad naar beneden naar de kreek. Maar daar kon niemand langs komen, of u moet ze gezien hebben." „Dus jij denkt dat ze daar nog zitten?" „Absoluut, als ze geen vleugels hebben, dan kunnen ze d'r nergens anders uit." De luitenant kwam naar voren en greep den teugel vast. Ik kon hem duidelijk zien, nu de maan op zijn gezicht scheen. „Dan hebben we ze," verzekerde hij, vol ver trouwen, „jij kent den weg, niet, Kelly?" „Reken maar, ik heb er ooit zes weken verbor gen gezeten. Ze noemen 't de Duivelsvallei en da's een goeie naam ook." „Goed, ik heb drie menschen hier, die met je mee kunnen gaan. Dat is genoeg. Ik zal hier blij ven, dus als de vent hierlangs komt, zal ik 'm wel snappen. Jones, en jullie anderen ook, kom eens hier. Kelly, daar zit honderd dollars voor je aan." „Zoo, maar da's waard ook, want daar zal iemand van ons aan moeten gelooven. Ik zal maar een van de soldaten voorop laten gaan," zei hij, en hij kwam met merkbaren tegenzin van zijn paard, „je schijnt nogal verlegen om dien vent, luit." „Dat ben ik," antwoordde deze grimmig, dood of levend." Drie andere gedaanten voegden zich bij hen; ze waren te voet, maar ik zag de kara bijnen die ze droegen en het glimmen van hun uniformknoopen in het maanlicht. Raymond sprak snel, maar zoo zachtjes dat ik de woorden niet kon verstaan. Hij vertelde natuurlijk, wat ze doen moesten. Kelly gromde er Iets tusschen naar de kerk. De groep boomen waar ik Nichols en Noreen zou treffen, stond links. Het bleef stil en donker en de bosschen van het ravijn staken ver genoeg boven den rand uit om mijn dichter- bijkomen te verbergen. Overtuigd dat er geen soldaten in de buurt waren, liep ik snel maar toch voorzichtig den kant van het ravijn langs vlak bij die rijboomen. En dat was maar goed ook, want plotseling zwenkte de ruiter om en reed recht op mij aan. Ik kroop onmiddellijk in de struiken, mijn revolver in de hand en wachtte zoo af. Eens hield hij stil en riep iets, dan reed hij stapvoets verder langs den bosch- rand. Het was geen militair, maar verder kon ik niet gissen, wie hij was, ofschoon ik vermoedde dat het iemand van de bende van Cowan moest zijn. Hij hield een karabijn gereed om te schie ten, zat voorover in zijn zadel en keek scherp om'zich heen. Een paar meter vóór me hield hij plotseling zijn paard in en riep weer; „Bent u daar, luit?" Tusschen de boomen dook eensklaps een zwij gende, vormlooze gestalte op. „Ja, wie ben je?" „Kelly Dean zei me dat u hier was, die ver vloekte kerel is 'm gesmeerd en de meid ook." „Hoe weet je dat?" „We hebben alle dooien bekeken, de gevange nen en de gewonden ondervraagd en eiken cen timeter in de kerk afgezocht; maar ze zijn er niet meer, luit. „Vervloekt, waar kunnen ze dan naar toe zijn! Ze waren er toch eerst wel. Hij in elk geval, want ik heb zijn stem herken d. Heb je met een van de gevangenen gesproken?." „D'r zijn er niet veel overgebleven. De luit van de rebellen zal er nog wel doorkomen, maar hij is zoo gewond, dat hij niets kan zeggen. Trou wens, Fox wou me geen kans geven om bij 'm in de buurt te komen. Toen heb ik 't aan een sol daat gevraagd en die zei dat Wyatt en de meid er allebei waren, hij had ze nog samen gezien voor zij aanvielen, maar ik mag vervloekt zijn, als ze d'r nou nog zijn." Raymond mompelde iets, waarschijnlijk een onderdrukten vloek en barstte dan loss: „Ja, maar man! Ze zijn toch van vleesch en bloed. Als ze er geen van baden meer zijn, dan moe ten ze een uitweg gevonden hebben. We hadden de kerk van alle kanten onder bewaking, er zou geen muis door hebben gekund bij dat maanlicht daar heb ik persoonlijk voor gezorgd." „Aan den Oostkant stonden toch geen wacht posten." „Omdat er geen ruimte was om er neer te zet ten. De muren van de kerk loopen tot aan het ravijn; Cowan zei dat er daar geen noodig wa ren." „Nou," hield de ander, half kwaad, vol, „dat dacht ik ook, net zoo goed als Anse, maai- ik denk dat we daar toch verkeerd aan deden. Ze zijn er in elk geval tusschen uit en ergens anders hadden ze geen kans. Da's toch duidelijk, niet? Ik weet niet wat daar is, want ik ben nooit zoo ver langs dat ravijn gegaan, maar als ze in dat ravijn zijn gekomen, dan zijn ze d'r nou nog, want daar is geen weg naar toe behalve daar ginds." „Wat voor weg? Waar?;' door en ze stapten alle vijf langs me, de luite nant voorop. Kelly kwam zoo vlak langs de plaats waar ik lag dat ik hem met mijn hand had kunnen aanraken. Ik durfde haast geen adem te halen, terwijl ze langs den steilen kant hepen, tot ze stil hielden waar ik op den weg gekomen was. Daar bleven ze een oogenblik staan praten; dan werden hun gestalten vager en alleen Raymond en het paard waren nog te onderscheiden. Ik wist toen, dat de overigen in het ravijn waren afgedaald en dat ze dat tever geefs zouden afzoeken, want het spoor, dat ik misschien achter gelaten had bi) het naar boven klimmen, kon in die duisternis toch nooit gezien worden. Ik wachtte nog ongeveer tien minuten, zonder me te bewegen, tot de kerels ver genoeg weg zouden zijn om niets meer te hooren. Eerst hoorde ik hen nog struikelen en schuiven over het stelle rotsachtige pad, maar die geluiden werden al zwakker en zwakker en hielden einde lijk heelemaal op. De luitenant leidde zijn paard een paar meter terug en bond den teugel toen stevig aan een boomtak vast, om daarna weer in de schaduw van een boschje te gaan zitten, waar hij het pad in het oog kon houden. Van mijn ligplaats uit kon ik hem niet meer zien. Ik dacht er niet aan om verder te gaan en hem daar de wacht te laten houden. Niet alleen voelde ik er erg veel voor om hem te straffen voor zijn verraad en zijn schurkenstreken, maar ik wilde ook het paard meenemen. De kans was te mooi om er geen gebruik van te maken. De vlakte voor ons was verlaten, want de cavaleristen waT ren verdwenen. De gloed van de fakkels was niet te zien en de kerk stond nog slechts als een Een gevecht op leven en dood Met het denkbeeld om het werkloosheidssub- sidiefonds te voeden door een heffing ineens ten beloope van lpCt. van de vermogens en door een verhooging der successiebelasting kan de regeering zich niet vereenigen. Ook kan de regeering niet medegaan met het denkbeeld om ten bate van het fonds de omzetbelasting te verhoogen. Van een dergelijke verhooging zou het bedrijfsleven mede zeer schadelijke gevolgen ondervinden. Dezelfde bezwaren, die in dezen tijd pleiten tegen een heffing ineens, verzetten zich even zeer tegen een verhooging der successiebelas ting. De regeering is zich niet bewust, dat het vasthouden aan den gouden standaard door haar is beschouwd als een axioma, hetwelk geen nader bewijs behoefde. Zij heeft integendeel bij verschillende gelegenheden haar standpunt ten dezen uitvoerig gemotiveerd. Niet over het hoofd mag worden gezien, vooral niet in een land met een zoo belangrijke geld- en kapitaalmarkt als Nederland, we!k een bijkans onherstelbaren schok 't groote ver trouwen, dat het geldwezen ten onzent terecht geniet, zoowel door devaluatie als door het los laten van den gouden standaard zou krijgen. De betalingsbalans is een der grootste zor genkinderen van de regeering, hetgeen het best blijkt uit de vrijwel permanente onderhande lingen over handels-, clearing- en transferver dragen, die uiteindelijk alle het doel hebben de betalingsbalans in evenwicht te houden. Het goudblok is ontstaan uit een afspraak tusschen de circulatiebanken dezer landen en berust daarop nog steeds. De overtuiging van de noodzakelijkheid van economische samenwerking .tusschen de volken, heeft de Regeering er toe geleid, geen gelegen heid voor internationaal overleg te laten voor bijgaan. De Regeering moet blijven bij haar over tuiging, dat verhooging van de reeds zoo zwaar drukkende belastingen zonder gevaar voor in eenstorting niet mogelijk is. Zij is zich volkomen bewust, dat zij om die verhooging te voorkomen, genoodzaakt is over te gaan tot bezuinigings maatregelen die schade toebrengen aan ge wichtige volksbelangen. Zij is er echter niet minder van overtuigd, dat het achterwege laten van deze bezuinigingsmaatregelen tot nog ern stiger schade zou leiden. Bij het aanbrengen van besparingen tracht zij de groote belangen van volkswelvaart, volksgezondheid en volksontwikkeling zooveel mogelijk te ontzien. Ten onrechte wordt aangenomen, dat de Regering de indiening van een wetsontwerp overweegt, waarbij een bijdrage voor gezins pensioen ad 514 pCt. door de gepensionneerden zou worden gestort over hun laatsten pen sioensgrondslag tot een maximum van ƒ3000. Dit is niet het geval. Overwogen wordt voor de gepensionneerden die bijdrage -te berekenen over hun pensioen en voorts het percentage op minder dan 5!4 pCt. te stellen. Het denkbeeld om er van af te zien jaarlijks een sluitende begrooting op te stellen en in plaats daarvan 's Rijks financiën over een tijd perk van 10 of 15 jaren als een geheel te be schouwen kan de Regeering niet overnemen. Een gezond financieel beleid behoort gegrond vest te zijn op het beginsel, dat zoo eenigszins mogelijk inkomsten en uitgaven van ieder jaar met elkander in overeenstemming zijn. De onderhandelingen over het opheffen van bijzondere scholen zijn nog gaande. De regee ring acht het voorbarig hierbij te spreken van gebrek aan medewerking tot bezuiniging. In tegendeel blijft zij vertrouwen, dat de eigen aardige moeilijkheden daaraan verbonden, zul len worden overwonnen. Omtrent een eerste ontwerp van een alge- meene wet tot regeling van de grondslagen van de organisatie van het onderwijs is op 11 April 1934 advies van den Onderwijsraad gevraagd. Zoodra dit advies zal zijn ontvangen, zal over wogen worden, wat te dezen opzichte verder kan geschieden. Intusschen is de financieele toestand zoodanig verscherpt, dat het ontwerp in ieder geval nader moet worden onderzocht in verband met het algemeene plan tot verla ging van de rijksuitgaven. Welke de houding der bij het ontstaan van een Europeesch conflict aan het roer zijnde regieering ook moge zijn, deze moet daarbij kunnen steunen op een weermacht, welke ver hindert, dat een vreemde mogendheid ons ge bied beschouwt als een zonder eenige kwade kans te kiezen terrein van doortocht of ope ratie. Kan zij dit niet, dan doet Nederland bij voorbaat van alle aanspraak afstand, om als onafhankelijke en neutrale natie te worden beschouwd. Voor de aangegeven doeleinden blijft de re- ge'ering de thans voorziene oorlogsweermacht kwantitatief voldoende achten. Zij is echter van oordeel, dat elke inkrimping van betee- kenis het leger ongeschikt zou maken om bui ten de vesting Holland op te treden en der halve ongeschikt om aan de aangegeven doel stelling te voldoen. Ook een reorganisatie, welke, zonder uiteindelijk tot een verzwakking te leiden, een overgangstoestand zou scheppen van mindere paraatheid, zou de Regeering bij den huldigen intemationaal-politieken toestand niet verantwoord achten. Ten opzichte van de actie in de Zuidelijke provinciën stelt zij er prijs op te verklaren, dat het vraagstuk van de preventieve bewapening in zijn geheel moet worden beschouwd. Een ontwerp-capitulantenwet heeft het De partement van Defensie verlaten en zal zeer binnenkort een punt van bespreking uitmaken in den Ministerraad. Opgemerkt wordt, dat de Ministers van Jus titie en van Binnenlandsche Zaken een ont werp van wet houdend verbod van een deel neming aan particuliere milities voorbereiden. Met betrekking tot de N.S.B. zijn op de tijd stippen, dat het belang van de weermacht zulks noodzakelijk deed zijn, de ter zake vereischte maatregelen genomen. Het toezicht op het optreden van vreemde lingen hier te lande heeft de voortdurende en volle aandacht der Régeering: het eischt dage lijks haar zorgen. De Regeering is met vele leden van oor deel, dat zonder wijziging van de Grondwet een bevredigende oplossing van het vraag stuk der zoogenaamde revolutionnaire volks vertegenwoordigers niet is te bereiken. Zij overweegt, of en in hoeverre het noodig of gewenscht is, een herziening van de Grond wet op bepaalde onderdeelen voor te be reiden. Ook de Regeering is zich bewust van het groote belang der locale autonomie en van de juistheid van het standpunt, dat een ingrijpen in het bestuur der lagere organen zooveel mo gelijk vermeden moet worden. Dat de Regeering tot een dergelijk ingrijpen niettemin eenige malen is overgegaan, was voor haar bittere noodzaak. t Het voor en tegen van een toelating van Rus land tot den Volkenbond uitsluitend bezien in een oogpunt van de belangen van dat instituut, tegenover elkaar afwegende, meende het Ka binet, gegeven de onzekere conclusie waartoe die onderlinge waardeering leidde, bij de te nemen beslissing een ruime plaats te moeten laten aan overwegingen ontleend aan de stem ming der openbare meening hier te lande en aan de verwachtingen van de groote meerder heid van het Nederlandsche volk ten aanzien van de door onze delegatie aan te nemen hou ding. Bij de beoordeeling hiervan kwam het Kabinet tot de slotsom, dat voorstemmen in zeer breeden kring tot ontstemming en erger nis aanleiding zou geven en dat onthouding van stemmen den indruk zou hebben gewekt van gebrek aan moed van overtuiging en daarom hier te lande geen bevrediging zou hebben ge schonken. In verband hiermede werd besloten de delegatie opdracht te geven zich bij de te houden stemming tegen de toelating van Rus land tot den Volkenbond te verklaren. Zoolang nog niet bij internationale overeen komst het algemeen verbod van particuliere wapenfabricage is tot stand gekomen, acht de Regeering het niet verantwoord mede te werken tot het eenzijdig voor Nederland in het leven roepen van een dergelijk verbod. Een wetsontwerp houdende yegeling tot ver dere beperking van de cumulatie van inkomsten uit overheidskassen is in voorbereiding. De Regeering acht het afschaffen van den standplaatsaftrek reeds om financieele redenen niet mogelijk. Vrijdag 2 November is de officieele dag der viering van het vijftigjarig bestaan der Nedei- landsche Vereeniging Arti et Industriae. Arti viert haar halve eeuw getijde in de Kon. Kunstzalen Kleykamp te Den Haag met een Jubileum-tentoonstelling Kunst en Nijverheid, die op den avond van dien dag te 8 uur, ge opend zal worden door den eere-vooizitter mr. H. P. Marchant, Minister van Onderwijs, Kun sten en Wetenschappen. Al de zalen van den huize Kleykamp zijn voor de tentoonstelling in gébruik genomen, de groote benedenzaal voor de inzendingen van meubelen en architectuur, waarbij ook is ingelijfd de vliegtechniek, meer in 't bijzonder de inwendige bouw en meubileering van de moderne vliegmachines. Op de eerste verdie ping wederom meubelen en binnenhuiskunst, op de tweede en derde étages schilderijen, gra fiek en reclamekunst. donkere massa in het maanlicht. Ik kon niet tot den weg kijken, maar uit de geluiden die ik hoorde, maakte ik op dat de troepen hun bivak opsloegen of toebereidselen maakten voor den afmarsch. Overtuigd dat de weg vrij was, kroop ik naar voren en stond dan stilletjes op. Om bij Raymond te komen, moest ik langs het paard, en het dier zou waarschijnlijk schrikken, als ik op handen en voeten aan kwam kruipen. Ik ver trouwde er op, dat de luitenant al zijn aandacht zou besteden aan het pad en dat hij van achter geen aanval zou verwachten, dus liep ik recht door en legde mijn hand op den neus van het paard. Het beest besnuffelde me nieuwsgierig, maar maakte geen geluid en toen ik over zijn rug keek, kon ik den luitenant vaag onderschei den, een paar passen daarachter. Hij stond rechtop met zijn rug naar me toe, absoluut be wegingloos, al zijn aandacht gericht op den weg vóór hem. Ik güig geluidloos stap voor stap ver der, ik was vlak bij hem, vóór hij mijn aanwezig heid voelde; hij keerde zich met een ruk om en keek in een goedgerichte revolver. „Nu zien we elkaar opnieuw," zei ik koel, „en dezen keer schijn ik de troeven in handen te hebben." „Ja, en ik dacht „Ik weet wat je dacht, want ik was nog geen drie meter van jullie vandaan toen je met Kelly aan 't praten was. Hands up, Raymond. Ja ze ker, omhoog ermee, en probeer me niet voor den gek te houden, want ik heb aan 'n voorwendsel al genoeg om je neer te lui allen." .(Wordt vervolgd); Hieraan wordt het volgende ontleend: Harerzijds zal de Regeering alles in het werk 8tellen, wat in haar vermogen is, om het be drijfsleven te stimuleereen en hetgeen getoond heeft levenskracht te bezitten, in stand te hou den. De Regeering is van meening, dat de aan passing over de geheele lijn zal dienen te geschieden. Niet alleen op het terrein van de loonen, doch ook op dat van de vaste lasten zal aanpassing moeten plaats hebben. Een ingrijpende algemeene steunverlaging op landbouwgebied ligt niet direct in het voor nemen der Regeering. Rechts van me zag ik de omtrekken van de kerk, de vensters verlicht, en toortsen die op en neer bewogen en gestalten beschenen, al was het te ver om het geluid van stemmen te kunnen hooren. De achterdeur stond echter wijd open en er Stond een groote groep mannen bij. Recht tegen over me draafde een troep ruiters naar het Noorden en een enkel ruiter galoppeerde van hen De Regeering heeft een verder gaande alge meene verlaging van de salarissen van het Rijkspersoneel overwogen, doch zij is aanvan kelijk van oordeel, dat in verband met de reeds plaats gehad hebbende verlaging, aan een nieu we verlaging over de geheele lijn voor het oogenblik ernstige bezwaren kleven. Daarom overweegt de Regeering of niet een wijziging in de classificatie der gemeenten in dier voege, dat meer nog dan tot dusverre re kening wordt gehouden met den plaatselijken loonstandaard, de yoorkeur verdient. Een voorstel tot naasting van verliesgevende spoorlijnen is eerlang te verwachten. Blijkt inmiddels een tijdelijke noodvoorziening dringend, dan zal de Regeering daartoe over gaan, waarbij van den arbeid der Commissie- Kooien kan worden partij getrokken. De directeur van den Rijksdienst der Werk loosheidsverzekering en Arbeidsbemiddeling deelt mede, dat in de week 8 tot en met 13 Oc tober het aantel leden van ingevolge het Werk loosheidsbesluit 1917 gesubsidieerde vereenigin- gen bedroeg 570.000, waarvan 82.600 landarbei ders. In de maanden Mei tot en met November worden geen gegevens ontvangen aangaande de werkloosheid van de vereenigingen van landar beiders. De werkloosheid onder de overige 487.400 ver zekerden bedroeg in genoemde week 26.2 pCt. tegen 21.6 pCt. in de week 24 tot en met 29 September. In de overeenkomstige verslagweek van het rige jaar bedroeg de werkloosheid 24.3 pCt. Bij 1065 organen der openbare arbeidsbemid- iling stonden op 13 October 1934 in totaal 5.106 werkzoekenden ingeschreven, waaronder 6.157 mannen. Hiervan waren werkloos 313.926 rsonen, waaronder 300.008 mannen. Op 29 iptember 1934 bedroeg het totaal aantal inge- evenen bij een ongeveer gelijk aantal orga- [n 333.090. Hiervan waren werkloos 309.430 •sonen, waaronder 295.788 mannen. [et aantal ingeschreven werkzoekenden is sëclert 29 September 1934 gestegen met 2016, het aantal werkloozen met 4496. In vergelijking met het overeenkomstige tijdstip van het vorig jaar wijst het aantal bij de organen der open bare arbeidsbemiddeling ingeschreven werkzoe kenden een stijging aan van rond 19000 per sonen. De Nederlandsche Vereeniging van veewei ders en -mesters heeft aan den Minister van Economische Zaken, op diens verzoek, een na dere uiteenzetting gegeven van haar bewering, dat verschillende adviseurs van de Nederland sche Veehouderij Centrale reeds maanden lang speculeeren op te nemen Regeeringsmaatrege- len en jong vee opkochten. Bedoelde nadere uiteenzetting, welke dezer dagen werd gepubliceerd, heeft, naar wij ver nemen, den Minister aanleiding gegeven den Regeeringscommissaris voor den Akkerbouw en de Veehouderij een opdracht te verleenen om in samenwerking met den directeur van den Centralen Crisis-Controledienst naar deze aan gelegenheid met spoed een onderzoek in te stellen en daaromtrent aan den Minister te rapporteeren. Aanstonds kan echter reeds worden opge merkt, dat de aanvankelijke mededeeling van de Vereeniging van veeweiders en -mesters, dat adviseurs van de Nederlandsche Veehouderij Centrale bij deze aangelegenheid betrokken zouden zijn, niet juist is, daar de in het bericht bedoelde personen in het geheel geen adviseurs der Nederlandsche Veehouderij Centrale zijn. De Chineesche dader van het drama te Rot terdam, waarbij de shipping-master van den Rotterdamschen Lloyd Chan Yuit Chin werd gedood, zal 6 November voor de Rotterdam- sche Rechtbank terecht moeten staan wegens doodslag, subs, moord. wordt naar wij bij informatie vernamen niet meer gedacht, aangezien het Comité Snelpost NederlandIndië, waarvan de heer A. F. Bronsing, een der directeuren van de Stoomvaart Mij. „Nederland", voorzitter was, reeds geruimen tijd geleden is opge heven. Voor de deelneming van het vliegtuig aan de race LondenMelbourne was een nieuw comité gevormd, onder leiding van ir. J. E. F. de Kok, directeur der Bataafsche Pe troleum Maatschappij te Den Haag, in welk comité ook enkele leden van het vroegere Snelpost Comité zitting hadden. Bepaalde redenen om opdracht te geven tot den bouw van een nieuwen „Pander jager" zijn er met dit al dus niet. Op verzoek van de regeering der republiek Tsjecho-Slowakije is door drukkerij Lumax te Utrecht een collectie toegepaste grafiek aan het Museum voor Kunstnijverheid te Praag af gestaan. Deze collectie wordt vooraf geëxpo seerd op de tentoonstelling van Nederlandsche Grafiek" te Praag. Specimen van het werk dezer drukkerij- zijn ook opgenomen in het dezer dagen in Engeland en in ons land verschenen standaardwerk Boek kunst en Grafiek, van Jan Poortenaar. Op grond van de wijziging van het Crisis- Rundveebesluit wordt aan eigenaren van markt- stallen, eventueel met bijbehoorende terreinen, die deze stallen en terreinen, door den Minister aangewezen wenschen te zien, in hun eigen be lang in overweging gegeven dezen wensch ten spoedigste schriftelijk aan het bestuur der Ne derlandsche Veehouderijcentrale, le van den Boschstraat no. 1, 's Gravenhage, kenbaar te maken. Hierbij dient dan tevens opgegeven te worden: De gemeente, waarin de marktstal en het bij behoorende terrein gelegen zijn; de geheele ka dastrale omschrijving van den stal en ook van het bijbehoorende terrein, en ae oppervlakte van het bij den stal behoorende terrein. De bussen, waarmee de passagiers der K L M. van Croydon naar Londen worden gebracht en. die tot nog toe hun eindpunt hadden bij het Victoria Station vóór het Victoria Hotel, zullen met ingang van 1 December rijden naar Hors ferry House aain Horsferry Road. Benoemd tot notaris te Vianen mr. W. H. J. Cambier van Nooten, candidaat-notaris al daar en tot notaris te Maasland C. F. Petit dit de la Roche, candidaat-notaris aldaar. Bij K. B. is aan W. Plunnix, directeur der N.V Centrale Suikermaatschappij te Amster dam, wonende te Bloemendaal, verlof verleend tot het aannemen van de vreemde eereteexe- nen van Commandeur der Orde van de Kroon van Italië en van Ridder der Orde van den Witten Leeuw van Tsjecho-Slowakije. Benoemd in de provincie Noord-Holland: tot dijkgraaf van het waterschap de Engewormer, G. Battem te Wormer; tot heemraad van den polder Oostzaan, A. Verhoef te Oostzaan; in de provincie Zeeland: met 2 Dec. tot dijk graaf van den Kleine-Molenpolder, P. F. Voet te Hontenisse; tot gezworene van het water schap de Vereenigde-polders-van-Ossenisse, Th. de Waal te Ossenisse; met 1 Nov. tot lid van het bestuur der water- keering van het calamiteuze waterschap Scherpenisse, C. van Dalen te Scherpenisse en J. Rüstenbil Hzn. te Scherpenisse. Onze correspondent te Brussel bericht: Van 1 November af is de prijs van de tele foongesprekken van drie minuten tusschen België en Nederland verminderd tot franc 16.80, inplaats van franc 21. SOERABAJA, 31 October (Aneta) De Strootjesfabriek Nitesemito is wegens verregaan de vervuiling door het binnenlandsch bestuur gesloten. J9h. De Regeering kan niet erkennen, dat, wat zij tot dusver heeft gedaan voor de verlaging van de huishuren, onvoldoende zou zijn. In ver schillende gemeenten zijn de huren van de Woningwetwoningen reeds verlaagd; thans in 206 gemeenten voor 22.994 woningen met een huurverlaging in totaal van ƒ624.200.70. Een voorstel tot weder-instelling van huur- commièsies is van de Regeering niet te ver- Wachten. Wat de industrie betreft streeft de Regeering eveneens naar aanpassing. Zij is overtuigd van de groote beteekenis van de industrie voor de Nederlandsche werkgelegenheid. In de eerste plaats en. vóór het in het leven roepen van nieuwe industrieën zal op behoud en uit breiding van bestaande bedrijven de aandacht gevestigd moeten zijn. De Regeering is niet bereid een centrale in- dustriebank op te richten. Ook de Regeering is zich er van bewust, dat de onbeperkte economische vrijheid in de hui dige Omstandigheden niet meer de grondslag kan zijn, waarop de economische politiek van de Regeering zich baseeren moet. Aan de door verschillende factoren, waarop hier niet nader kan worden ingegaan, in het leven geroepen onbeteugelde en moordende concurrentie op de nationale en op de wereldmarkt, dient een brei del te worden aangelegd. Voor zoover in de en cycliek „Quadragesimo Anno" de gedachte is neergelegd, dat de Staat tal van bemoeiingen zal moeten overdragen aan uit het vrije maat schappelijke leven opgekomen groepeeringen, istaat de Regeering in beginsel sympathiek daar tegenover. Evenwel zal in het oog moeten wor den gehouden, dat in deze richting slechts ge leidelijk kan worden gewerkt, naarmate de Organisatie van het bedrijfsleven vordert. Naar de mogelijkheid van de verstrekking van eenige goedkoope levensmiddelen (ook groenten) wordt een ernstig onderzoek inge steld. De Minister van Sociale Zaken heeft een andere regeling voor de steunverleening aan diegenen, die spaargelden en huizen bezitten, In overweging. Verdubbeling van den kindertoeslag voor kin deren van 12 jaar en ouder moet reeds hierom onmogelijk worden geacht, omdat de beschik bare geldmiddelen een verhooging van uitgaven, die van zoodanigen maatregel het gevolg zou zijn, niet toelaten. Zaterdagavond zal de Amsterdamsche Too- neelvereeniging onder leiding' van Albert van Dalsum en A. Defresne de première geven van „De roman van John Loving" van den onlangs tot het katholicisme bekeerden Amerikaanschen auteur O'Neill. De regie is in handen van Van Dalsum. Op welk oogenblik van zijn bekeeringsproces O'Neill zijn stuk heeft geschreven, is ons niet bekend, doch de bekeeringstendenzen zijn hier het geheele stuk door sterk voelbaar. De hoofd figuur is de zoeker naar het Opperwezen en tracht voortdurend, na een afdwaling van het geloof zijner jeugd, klaarheid te brengen in zijn gedachten, om zoo eerlijk mogelijk tegen over het leven en de eeuwigheid te staan, tot hij aan het einde in de plotselinge genezing van zijn vrouw een manifestatie van God ziet en zich aan het Opperwezen overgeeft. Als vijftien-jarig kind uit een vroom en har monisch gezin heeft hij zijn ouders verloren, die beiden in een griepepidemie gebleven zijn. Tevergeefs heeft hij om genezing voor zijn ouders gebeden. Dit is een zóó sterke slag voor zijn geestelijk leven, dat hij zijn vroomheid verliest en een tweede ik opstaat, dat zich in allerlei theorieën verliest. De spotter, de ont kenner ontwaakt in hem en hij is achtereen volgens atheïst, socialist, communist, twijfe laar. Bij dit alles blijft voornamelijk de twijfel, het geweten in hem werken, zoodat hij zich nooit gedachteii Verschenen is de Memorie van Antwoord op het Voorloopig Ver slag der Tweede Kamer (algemeene beschouwingen) inzake Hoofdstuk 1 der Rijksbegrooting voor 1935. De regeering is voornemens voort te gaan op den Ingeslagen weg door rekening houdende met de voortdurend wisselende economische ver houdingen, telkenmale die handelspolitieke maatregelen te nemen, die zij noodig acht ter bescherming van het Nederlandsche economi sche leven. Met betrekking tot de moeilijkheden, welke voor het bedrijfsleven zijn ontstaan door een grooten achterstand in de betalingen van Duit- sche zijde, zijn bij de regeering maatregelen in overweging. Van een tragen gang van zaken met het zoo genaamde 60-millioen-plan is geen sprake. Zoo weinig wordt de uitvoering der Werk fondsplannen vertraagd, dat er tot dusver geen voorstel van het fondsbestuur is geweest, of de regèering heeft daaromtrent op korten ter mijn beslist, waarbij nog geen enkele afwij zende beslissing is gevallen. Eens hoorde ik een paar geweerschoten, maar ze klonken ver af, en ik ploe terde dus weer verder door de inktzwarte duis ternis, tastend, terwijl iedere pas me iets onver wachts zou kunnen brengen. Honderd meter, twee honderd en het pad boog naar rechts en begon dan naar boven te klimmen, zig-zag tus schen de boomen door. Langzaam en voorzichtig stak ik mijn hoofd boven den heuvelrug uit, en de maan die juist achter een wolk uitkroop gaf me gelegenheid, het vlakke plateau te overzien. HOOFDSTUK XXX een füffian van zijn eigen ie' \waarvan hij het schema aan zijn vrouw ver telt. Maar ook de vriendin vertelt haar de zelfde feiten en de vrouw ziet plotseling m volkomen helderheid den toestand. In den ro man, dien John Loving ontwierp, wordt ver ondersteld, dat zijn vrouw zal sterven en be zeten door deze gedachte, besluit de vrouw, die aan een lichte griep lijdt, haar ziekte te ver ergeren. Zij gaat in kil weer de straat op, wordt zwaar ziek en ligt langen tijd bewus teloos. De dokter verklaart, dat de vrouw sterven zal omdat haar de wil tot leven ont breekt en John Loving begint in te zien, dat hij den dood van zijn vrouw op zijn geweten heeft. Hij denkt aan zelfmoord, schrikt voer deze oplossing, die geen oplossing is, terug en bidt tot God, dat Hij Zijn bestaan zal mani festeeren. Boven op den sky-skraper, waar hij met zichzelf vecht, stort hij zijn gebed en op dat oogenblik geschiedt, wat niemand meer verwachtte: de vrouw richt zich op uit haar bewusteloosheid. Beider gedachten gaan tot elkaar en een volledige verzoening volgt. John Loving, die God terugvond, knielt voor hei' kruisbeeld neer.... Aldus in korte trekken de inhoud van O'Neill's nieuwe tooneelspel, dat door de Am sterdamsche Tooneelvereeniging met een wij ziging aan het slot zal worden opgevoerd. De leiders van het ensemble hebben namelijk ge meend de laatste en definitieve daad van John Loving achterwege te moeten laten, niet om de waarde hiervan te ontkennen, doch uit de overweging, dat de gevoelens van de meerder heid van het publiek en van de leiders zelf de verbeelding van deze daad minder verhef fend zouden kunnen maken. Liever dan een eigen slot te bedenken, zou den wij den schrijver in zijn volle waarde heb ben willen zien, al kan het ons begrijpelijk voorkomen, dat de regie minder moedig een geloofsbetuiging aandurft dan de overtuigde auteur zelf dit deed. De tendenz van het stuk blijft inmiddels dezelfde en de strijd om de diepste levenswaarheid, die O'Neill hier uit beeldt, is ongemeen interessant en kan voor ernstige menschen de verbeelding beteekenen van een belangrijk stuk menschelijk leven. Amsterdam, bevorderd tot arts de heeren: D. J. de Villiers Jr. (Koffiefontijn Zuid-Afrika) P. J. L. Hopmans (Klundert) en J. J. C. P. A. Roevers (Breda). Geslaagd voor het eerste ge deelte artsexamen de heer J. H. Bekker (Am sterdam). Indien U over dit actuele onder werp op de hoogte wilt blijven, koopt dan bij Uw Boekhandelaar het KRUISMYSTERIE VAN KONNERSREUTH 1.25 Uitgevers. Mij. Gcbrs. van Aelst, Maastricht

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1934 | | pagina 3