Maatschappelijke vernieuwing
c.,
mummm&m
ttn
m
Medische kroniek
REGEERING EN
FRACTIE
li
JfaisïffeiMWfö
Sinterklaas„En tevreden, beste vrind?
Aalberse
Oeh, 9t is
goede Sint"
f
IplIL
itlil!Iém
ZONDAG 2 DECEMBER 1934
IDEEËN
den -T r met de« éénen,
CS 'eider brengt, is de haat
LOONREGELING land-
ARBEIDERS
1-& s-v: M
mm
De spoorwegloonen
Minister keurt de plannen der
directie goed
Onjuiste berichtgeving?
Sperrmarken-misère
PATER F. BAZELMANS CssR. f
Een Amsterdamsch geval zwaar
gestraft
regeling invoer van
GLOEILAMPEN
Nederland - Japan
„De conferentie verdwijnt, maar
alle problemen blijven bestaan"
Student vermist
Loonsverlaging niet
aangenomen
Dreigend conflict bij de lijm- en
gelatinefabriek te Delft
Suikerziekte
VIERDUIZEND GULDEN
VERDUISTERD
Clearing-Instituut
Wijziging in de leiding
Geen audiëntie
Nadat wij eenige weken geleden onder
meer op de plichten naast de rechten
van het privaat bezit hadden gewezen en
meer in het bijzonder op den strengen plicht
Van hen, die overvloed aan geld en goederen
hebben, om ruimschoots en met royale hand
aan de behoeftigen uit te deelen, heeft de re
dactie van dit blad het lofwaardige initiatief
genomen tot een onderzoek naar een al of niet
bestaande ondervoeding van een deel der bevol
king van ons land. Het zou toch ten hemel
schreiend zijn en op een ernstig plichtsverzuim
van overheid en gemeenschap wijzen, wanneer
in een land, waar de eerste levensmiddelen in
®en niet te verorberen overvloed aanwezig zijn
aUeen door een fout van het distributiestelsel,
door duizenden onschuldig honger werd geleden.
De enquête heeft reeds veel licht gebracht en
hrenige gezaghebbende stem een onrustbarend
Eeluid laten hooien. Bijzonder indrukwekkend
was de uitspraak van den Amsterdamschen pas
toor, die zoo goed aan onze bovenbedoelde uit
eenzetting aansloot. Nooit, zoo ongeveer schreef
de herder van de groote volksparochie in de
hoofdstad, nooit hadden wij gedacht,
dat onze moraal-theologische seminarie-
lessen over den plicht van aalmoezen te
geven, over de verplichting om mee te
deelen aan de behoeftigen, practische waarde
zouden krijgen. Maar in onzen tijd is het met
die plichten bittere ernst geworden!
t Is te hopen, dat al deze stemmen tot ons
christenvolk doordringen. Wanneer ieder, die
hog heeft en over heeft, zijn plicht doet, dan
an er heel veel leed worden verzacht en voor
komen!
Dat echter op die al lang in onbruik ge-
aande verplichtingen der christelijke charitas
111 Ciezen 'Üd een beroep moet worden gedaan
cm onze volksgenooten om vooral de opgroeiende
Jeugd voor honger en ondervoeding te bewaren,
dst op een ernstige fout in onze samenleving.
U zijn er niet mee af met te zeggen: er is een
economische crisis, waarvan de oorzaken inter
na ionaal zijn. Zoolang de wereldhandel niet
er eteit zal vooral een land als het onze sterk
*e lijden hebben! Deze theorie van u i t z i e-
e n is heidensch, althans niet christelijk,
u willen wij er niet van worden verdacht
e centrale overheid te beschuldigen een hei-
öensche opvatting in haar beleid te huldigen.
oorzichtig en behoedzaam is zeker veel gedaan
°m ons economisch leven aan veranderde om
standigheden aan te passen. En voor die om
zichtigheid werd als verklaring gegeven, dat
hmgelijk binnen afzienbaren tijd de gezindheid
van andere volken weer zal omslaan en wij
dan gereed moeten zijn, om de oude handels
betrekkingen, bronnen van groote welvaart, op
hieuw aan te knoopen.
Hoe verklaarbaar intusschen ook deze weife
lende houding der overheid is, zij houdt niet
temin een groote inconsequentie in. Van de
hoogste plaats af immers werd voortdurend
eiklaard, dat de crisis, welke wij doormaken en
WC e vooral op de niet kapitaalkrachtigen, dat
fs het overgroote deel der bevolking zwaar
«w, hruwuaujg z, w aai
ru dat deze crisis niet van conjunctureelen
maar van structueelen aard is. Dat wil zeggen:
at de heerschende malaise niet een voorbij
gaand en periodiek terugkeerend verschijnsel
maar de aanwijzing van een totale verande
ring in onze samenleving. Welnu, waar deze
overtuiging bestaat, mag de overheid ook niet
«til blijven zitten, doch dient zij aan die zich
m de maatschappy voltrekkende veranderingen
ten minste leiding te geven.
Deze waarheid wordt bewust en meestal on
bewust in heel de wereld al sinds lang gevoeld
cn was in verschalende landen reeds oorzaak
van bloedige of onbloedige revoluties. Ook hier
te lande gevoelt de groote menigte, dat wij in
de branding van een overgangstijd staan en zij
vraagt om nieuwe vormen van maatschappelijk
en staatkundig leven. Zoo ooit, dan heeft de
overheid in zulk een tijd plicht van leiding te
geven aan het zoekende en tastende volk.
Om ons tot het eigen land te bepalen: drie
stroomingen zijn het vooral, welke zich als de
es e voordoen. De een zegt, dat het echec van
t kapitalisme, schuld van de heerschende cri
sis, nu toch wel zonneklaar bewezen heeft, dat
wij het heel alleen van het staatssocialisme te
verwachten hebban. Alleen de democratie in
haar uiteiste consequentie met het geven van
e Productie-middelen in de handen van de ge
meenschap, zal uitkomst kunnen brengen.
Daarnaast beweert de nieuwste richting, dat
de emocratie de dood is van de volksrechten.
Wen moet het heil van de natie
boven alles
!n„t f g Van hefc mdividu onder
duikt maken aan de gemeenschap, zóó, dat
11661 ,k v Z Z al6n Staat °P^t en er
zijn Selu vmdt. Dit is alleen mo&aijk wan
neer de opperste leiding in de hand komt van
één sterken man, symbool van staat en volk.
Een derde strooming eischt een organischen
opbouw van de samenleving met het gezin als
basis voor den staat en het beroep als grond-
siag der maatschappsiijke ordening. Alle drie
deze stroondnsen zijn, ieder op haar wijze, re
acties tegeh den dood verklaarden liberalen
staat.
zullen voor heden onze aandacht schen
ken aan de tweede, de nieuwste strooming: den
to alen staat. er die beweren, dat daar
het nieuwe redmiddel hgt Voor de kwaien van
d<hen en °nder hen bevinden zich men-
het"011 federen,SÏ 60 ieder geloof. Zoo-
Jnl ?Chter alW t leÖere opkomende be-
*Ïeere eegaaD' Z°° m.en ook hier con-
!de!s dat het V°° melijk afkeer van het
In Ïh*6lke t0t Wt karakt ^er dat
^doende Van aard en eeft Van dat nieuwe
V\tfat ^kenschap ge61ft*
Itsidel"611. eek katholieken, tot de nleuwe
defustendpPolitieke Par 'Jen eq het op deze
'Nds mP Parlementaire stelsel, waarbij
<plustl dat kortheidshalve aaildu.dt d£
Geneert regeert. Onder dit stelsel
de hep> verder, de democratie verWorden
fS bH h R'r'haPPiJ van de massa. Im-
de ^Semeen kiesrec t Ujteinde-
^eren^derheid de afgevaardi^ in de
colleges aan» le afgevaardigden
kijken hun kiezers naar de oogen en die kie
zers behooren voor het grootste deel tot de
kortzichtige, onontwikkelde massa. Bij den to
talen staat vervallen de politieke partijen; er
is slechts één partij, die tegelijk regeeringspartii
is. Wie daartoe niet behoort heeft niets te
vertellen. Een oppositie is niet duldbaar; zij zou
in strijd zijn met de grondslagen van den
staat. Door het vervallen van partijen bereikt
men tegelijk een eensgezind parlement; immers
alle leden daarvan behooren tot een en dezelf
de partij. Door het vervallen der politieke par
tijen komt men verder vanzelf tot de gelijk
schakeling van alle andere organisaties (socia
le en economische), van de pers en van de pri
vate personen, zoodat er tenslotte één staat en
één volk onder één leider is. Dit geeft de
grootst denkbare kracht naar binnen en naar
buiten. Dat door deze oplossing tegelijk de ver
dwijning van alle marxisme wordt verkregen is
zeker niet het minst aantrekkelijke van de
nieuwe strooming. Aldus de geldende opvatting
over het fascisme.
Nog afgescheiden van de vele teleurstellingen,
welke deze nieuwe of liever opnieuw ten leven
gewekte staatsidee elders reeds in de practijk
getoond heeft, mag het ons niet ontgaan, dat
zeer velen om negatieve motieven tot het nieu
we ideaal gevoerd worden; dat juist zij, die
steeds het dichtst bij de liberale gedachte ston
den, nu de vurigste apostelen van den totalen
staat blijken.
Men ziet de economische malaise en w'ijt het
voortwoekeren van de crisis goeddeels aan de
slapheid van een overheid, wier handen door
democratische ^tellingen zijn gebonden.
Wanneer er maar geen parlement en geen ge
meenteraden, geen Volksvertegenwoordigers en
geen algemeen kiesrecht was, dan was er kans
dat één alles bevelend en alles regelende „ster
ke man" ons uit de misère trok. Aldus is de
verwachting. Zij, die zóó redeneeren, zijn goed
deels dezelfden, die tegen sociale verzekering,
sociale maatregelen m het algemeen, sociale
ordening door zeggenschap van vakgenooten in
hetzelfde bedrijf, gekant zijn en in het verleden
daarvan steeds afkeerig waren. Werd de nieuwe
orde dan ook ingevoerd, dan zouden juist zij
het meest bedrogen uitkomen. Immers, de to
tale staat maakt heel het volk één, niet alleen
politiek, maar ook sociaal en economisch, om nu
van godsdienstig maar te zwijgen. Vandaar dat
dan ook in Duitschland b.v. de nieuwe partij
nationaal-socialistisch heet. Van het oude
socialisme verschilt ze alleen hierin, dat ze den
klassestrijd verwerpt; jn theorie mogen er geen
tegenstellingen meer tusschen kapitaal en ar
beid zijn. Dat wil echter niet zeggen, dat daar
mee nu aan de werkgevers de vrije hand wordt
gegeven. Integendeel! Er komt een gedwongen
bedrijfsorganisatie. De productie is geen parti
culiere werkdadigheid meer, maar een nationa
le werkzaamheid. Allen, die aan het productie
proces deelnemen, zijn m vakgroepen vereenigd,
wterknemers en werkgeVers gelijkelijk, en langs
trapsgewijze verkiezingen ontmoeten de verte
genwoordigers der verschillende bedrijven el
kaar in den corporatieven Baad. De regeering
geeft directieven op elk gebied; zoo noodig
stelt zij de prijzen vast. Er is geen twijfel meer
op geen enkel gebied, dus ook niet op dat van
handel en industrie.
Wij vreezen, dat zeer velen, die zich thans
gouden bergen drootnen van den „totalen
staat" omdat naar hun meening bij dit stelsel
van den sterken leider en het wegvallen van
politieke voormannen van verschillende pluima
ge, een economische uitkomst zal komen, wij
vreezen, dat juist zij bedrogen uit zouden ko
men. „Uitkomst" üumers beteekent in hun
oogen gelegenheid om weer als van ouds winst
te maken, de handen vrij te hebben, hun on
dernemingen uit te bouwen of hun handelsre
laties uit te breiden. ,De totale staat" geeft
daartoe minder dan welk staatkundig stelsel
gelegenheid. Hij slorpt aue krachten op en
streeft naar eenvormigheid. Zijn hoogste ideaal
is juist: niemand meer voor zichzelf; allen
werken voor de g'emeehschap, voor heel het
volk, meer in het bijzonder voor de grootheid
van den staat.
Wat dit beduidt ondervond dezer dagen nog
een bankier te Leipzig, die, in den waan eigen
zaken op eigen manier te mogen doen, een op
tocht van een vijftienhonderd koppige dreigen
de menigte langs zijn huis zag trekken met
trommels en hoorns, die hem een „vijand van
het volk" scholden. De eenige bescherming,
welke de overheid daartegen verleent, is, dat
men in „verzekerde bewaring" wordt gesteld!
Het is goed ook deze schaduwzijden van den
totalen staat te overwegen, alvorens men er
propaganda voor maakt.
LIBRA.
Het Tweede Kamerlid, de heer J. Schouten,
heeft een scheidsrechterlijke beslissing ge
geven inzake het arbeidsgeschil tusschen de
landbouwwerkgevers, aangesloten bij de land
bouwcrisisorganisaties voor Noord-Brabant en
wonende of hun landbouwbedrijf uitoefenende
in den Biesbosch eenerzij ds, en de land
arbeidersbonden anderzijds
De arbiter heeft een 'beslissing gegeven,
welke in hofdzaak neerkomt op de volgende
punten.
Het minimumloon voor volwaardige arbeiders
zal 23 cent bedragen-
In den winter zal het minimumloon f 12 per
week zijn.
Paardenknechts (Ploegers) zullen f 1 meer
verdienen.
Het minimumloon voor volwaardige arbei
ders voor bijzondere werkzaamheden zal
25 y2 cent per uur bedragen.
Deze beslissing zal gelden van 19 Nov. 1934
tot 1 Mei 1935.
fj&k* a\<.
99
99
De loonregeling bij de Nederlandsche Spoor
wegen zooals deze door de directie was ontwor
pen nadathet overleg tusschen directie en
personeelraad' was vastgeloopen, daar de Cen
trale Bond en de B. A. N. S. niet tot mede
werking bereid waren is, naar de „N. R. Ct."
meedeelt, thans door den minister van Wa
terstaat goedgekeurd.
Vooral de aanvangsloonen der klerken gaan
zeer naar beneden. Ook de commiezen behoo
ren tot degenen die het meest door de loons
verlaging getroffen worden.
In aansluiting op de mededeelingen van de
B. A. N. S. en den centralen bond, dat de mi
nister hun de verzekering had gegeven dat in
1935 en 1936 niet verder aan de salarissen zou
worden getornd, hebben de drie groote bonden,
naar we vernemen, de verzekering ontvangen,
dat deze berichten onjuist zijn en de minister
niet bereid was de begeerde garantie te ver-
leenen.
Te Nijmegen is op 68-jarigen leeftijd overle
den de Zeereerwaarden Pater F. Bazelmans
C.ss.R., oud-missionaris in Suriname.
Voor de Kleefsche rechtbank heeft terecht
gestaan juffrouw J. H. uit Amsterdam, die 'n
reisonderneming exploiteert en door de Duit-
sehe douane er van beschuldigd werd in Juni,
Augustus en vooral in September 1.1. een groot
bedrag aan spermarken naar Holland te heb
ben uitgevoerd. In October werd zij aangehou
den aan de Geldersch-Duitsche grens, toen zij
weder 300 mark over de grens wilde brengen.
Beklaagde verklaarde onschuldig te zijn en
hoopte op vrije voeten gesteld te worden. Bij
eerste vonnis werd zij veroordeeld tot een
geldboete van 1600 mark of tachtig dagen hech
tenis, 500 mark waarde-terugstorting en drie
maanden gevangenisstraf.
De Kleefsche Rechtbank bevestigde Vrijdag
het vonnis.
Zes weken voorarrest werd van de straf af
getrokken.
Ingediend is een wetsontwerp tot regeling van
den invoer van gloeilampen.
Aan de Memorie van Toelichting wordt het
volgende ontleend;
De contingenteering van den invoer van me
taaldraadlampen, waarvan de termijn op 1 No
vember afliep, werd bij K.B. voor den duur van
6 maanden verlengd.
Een onderzoek, ingesteld naar de resultaten
van deze contingenteering in het afgeloopen
tijdvak toonde aan, dat de maatregelen groo-
tendeels aan de verwachtingen beantwoordden.
Na overleg met den Minister zijn door de be
langrijkste producenten van gloeilampen hier te
lande voor verschillende soorten lampen de
prijzen verlaagd. Deze verlaging is aan te mer
ken als een gevolg van het beginsel, dat de Mi
nister bij iedere contingenteering nauwgezet
waakt tegen prijsverstarring. Door het percen
tage van den toegestanen invoer op 50 te stel
len, is de mogelijkheid geopend ook deze con-
tingeneering aan handelspolitieke doeleinden
dienstbaar te maken.
BATAVIA, 1 Dec. (Aneta). De gang van za
ken betreffende de Nederiandsch-Japansche
handelsconferentie vormt voor dit weekeinde
het onderwerp van bespreking in de Indische
dagbladpers.
Hierbij wijst „De Locomotief" nog eens op den
ingespannen arbeid, welke de Nederlandsche
delegatie gedurende dag en nacht verrichtte.
Het blad constateert dan: „de conferentie
verdwijnt, maar alle problemen blijven be
staan".
Te Enkhuizen maakt men zich ongerust over
het lot van den 23-jarigen A. B., student in de
geologie aan de Universiteit te Amsterdam, te
Enkhuizen woonachtig, die sedert Donderdag
avond vermist wordt. Hij heeft dien avond te
ruim tien uur zijn verloofde naar huis gebracht
en is sedert dien niet in de ouderlijke woning
teruggekeerd. Vrijdagmiddag mstreeks vier uur
meent men hem waargenomen te hebben op
den Zeedijk nabij Hoorn. Alle nasporingen van
de politie zijn tot nu toe echter vergeefsch.
De besturen der katholieke, christelijke en
moderne fabrieksarbeidersbonden hebben de
door de directie van de Lijm- en Gelatinefa
briek te Delft aangekondigde nieuwe loonsver
laging van tien pet. waarvan vijf pet. zou
ingaan 9 December en vijf pet. in Maart 1935
onaannemelijk verklaard.
Mocht de directie aan haar eisch blijven vast
houden, dan zullen de arbeiders Zaterdag 8
December den arbeid neerleggen.
PALEMBANG, 1 Dec. (Aneta) De Euro-
peesche controleur van de hout-retributie
heffing, bekende een bedrag van circa f 4000
te hebben verduisterd, door middel van achter
houding van passen en van retrlbutiegelden van
den houtafvoer.
De verduistering werd ontdekt door derf op
perhoutvester.
De schadepost komt hoofdzakelijk voor re
kening van de margas (dorpsgroepen).
Naar wij vernemen, is er eenige wijziging ge
bracht in de leiding van het Ned. Clearing-
Instituut.
Aan het hoofd van het Instituut zal staan een
directie. Hierin zijn benoemd prof. mr. G. W.
J. Bruins, die als president-directeur zal op
treden, en de heer J. A. Deknatel, oud-lid van
de factorij der Ned. Handelmaatschappij te
Batavia.
De Raad van Beheer wordt voorts vervangen
door een Raad van Toezicht, waarvan voorzit
ter is dr. H. M. Hirschfeld, directeur-generaal
van Handel en Nijverheid, en onder-voorzitters
zijn mr. L. A. Ries, administrateur aan het
Departement van Financiën, en dr. F. E. Post-
huma, voorzitter van het Comité ter bevorde
ring van het normaal handelsverkeer.
Voorts hebben in den Raad van Toezicht
zitting de heeren ir. S. L. Louwes, regeerings-
commissaris voor den akkerbouw en de vee
houderij, prof. J. v. Gelderen, Ned.-Indisch
hoofd-ambtenaar, ter beschikking van den Mi
nister van Koloniën; H. v. Ebbenhorst Teng-
bergen, inspecteur der directe belastingen enz.,
mr. C. J. M. Schaepman, referendaris aan het
Departement van Buitenlandsche Zaken, G. H.
Crone, voorzitter van de Kamer van Koophan
del te Amsterdam, W. A. Sngelbrecht, voor
zitter van den Kamer van Koophandel te
Rotterdam, Ch. J. I. M. Weiter, voorzitter
van den Ondememersraad voor Ned.-Indië, en
prof. mr. A. M. de Jong, adjunct-secretaris van
De Ned. Bank.
Tijdens zijn afwezigheid zal prof. J. v. Gel
deren vervangen worden door dr. F. L. Rutgers,
werkzaam aan het Departement van Koloniën.
De gewone audiëntie van den Minister van
Sociale Zaken zal op Woensdag 5 December
niet plaats hebben.
De gewone audiëntie van den Minister van
Economische Zaken zal op Donderdag 6 Decem
ber niet plaats hebben.
In het tooneelstuk „Mannen in het wit" ver
werft de hoofdpersoon, een jong chirurg, zich
grooten roem door een jongetje, dat op on
deskundige wijze met insuline is ingespoten, te
redden, door hem een flinke hoeveelheid glucose
te geven. Inderdaad, wanneer het insuline op
onjuiste wijze wordt toegepast, heeft het een
ineenstorting tengevolge en .is dan ook zeer ge
vaarlijk. In de vorige kroniek heb ik uiteengezet,
dat de suikerziekte bestaat in een onvermogen
van het lichaam om de suiker te verbranden.
Bij den normalen mensch kan de suiker natuur
lijk wel verbrand worden en dit geschiedt nret
behulp van een stof die door het pancreas of
alvleeschklier wordt afgescheiden en die insuline
genoemd wordt. Dit insuline nu bewerkt dan,
dat de suiker in het bloed en in de weefsels snel
verbrand wordt. Een zeker gehalre aan suiker
echter is noodzakelijk voor het welbevinden en
het arbeidsvermogen. Het noodzakelijke gehalte
bedraagt ongeveer 1 gram per liter bloed. Wan
neer nu het jongetje uit het tooneelstuk 's mor
gens vroeg nog niets gebruikt heeft, en hij wordt
dan met insuline ingespoten, dan wordt de
weinige aanwezige suiker in het bloed snel ver
brand; het suikergehalte of zooals men dat
noemt de suikerspiegel daalt; de patiënt
wordt bleek, wankelt, voelt zich de kracht ont
zinken, en zakt ineen. De behandeling bestaat
uit den aard der zaak in de snelle toediening
van een flinke hoeveelheid glucose. De suiker-
spiegel stijgt dan weer, en de patiënt wordt in
zijn welbevinden hersteld.
Wat is de mensch toch een breekbaar wezen.
Bij den gezonde is een evenwicht, dat door dui
zenden factoren te samen wordt opgebouwd die
tegen elkaar uitgebalanceerd zijn. Zoo ook met
den suikerspiegel. Noodzakelijk zijn in het bloed
van een volwassene, wanneer wij aannemen dat
hij ongeveer 5 Liter bloed heeft, 5 gram suiker.
En daalt het geheele gehalte enkele grammen
slechts, dan stort de mensch ineen.
Door de nauwkeurige kennis van de schei
kunde der menschelijke weefsels is men hoe lan
ger hoe meer tot het inzicht gekomen, dat de
levensprocessen veel ingewikkelder zijn dan men
vroeger dacht. Het is in dit verband wel goed om
op te merken, dat juist de intensiever studie van
de natuurwetenschappen, op den mensch toege
past, grooten afbreuk heeft gedaan aan het ma
terialisme. Juist doordat men de ontzaglijke in
gewikkeldheid van het leven beter heeft leeren
kennen, is het denkbeeld, dat het leven door
geen andere krachten dan die van de doode na
tuur wordt bestuurd, achteruitgedrongen.
De winst voor de geneeskunde door de beoefe
ning der menschelijke chemie is geweldig groot
ggweest. De geheele moderne kennis van de sui
kerziekte is aan de scheikunde te danken. Door
de scheikundige onderzoekingen is men er toe
geraakt, op zeer nauwkeurige wijze te leeren
kennen, wat er hetzij bij een gezond persoon,
hetzij bij een suikerzieke, met de verschillende
voedingsstoffen geschiedt. Zoo is het nu bekend,
hoe de z.g. zuurvergiftiging bij de suikerziekte
ontstaat. In normale omstandigheden wordt de
suiker verbrand tot koolzuur en water. Maar bij
een suikerzieke wordt onder bepaalde omstandig
heden de suiker slechts gedeeltelijk verbrand en
wel tot zuurlichamen d,ie aceton, diaceetzuur en
oxyboterzuur heeten.
De eenvoudigste en onschuldigste vorm van
suikerziekte, dien wij de vorige maal behandeld
hebben, en dien men de suikerziekte van dikke
bedaagde menschen zou kunnen noemen, bestaat
in een storing van de suikerstofwisseling.
Een veel ernstiger vorm is die, waarin boven
dien nog de vetvertering gestoord is. Dit is ook
buitengewoon gevaarlijk, omdat daarbij de zoo
juist genoemde zuurvergiftiging kan optreden.
Door de verkeerde vertering van het vet ontstaan
dan de zooeven genoemde zure stoffen, die
dan in de urine te vinden te zijn. Deze toestand
is daarom gevaarlijk, omdat deze vaak leidt tot
het z.g. coma, dat is een toestand van versuf
fing, bewusteloosheid, storing van de ademha
ling: dit coma leidt tot den dood. Zoo is dus
ook de overvloedige toediening van vet bij ern
stige suikerziekte gevaarlijk. In de ernstige ge
vallen is niet alleen de suiker- en de vet-stofwis-
seling gestoord, maar dan is ook de eiwitverte
ring in verkeerde banen geraakt. Het eiwit wordt
dan te veel en te snel verteerd; en daar het ei
wit de eigenlijke bouwstof van het lichaam is, is
het begrijpelijk, dat het verval van het lichaams
eiwit een algeheele achteruitgang van het
lichaam met zich brengt, dat de patiënt snel ver
valt, vermagert en zeer zwak wordt. Wanneer de
suikerziekte ernstig is,' wordt n.l. het lichaams
eiwit omgezet tot suiker, en niet alleen het li
chaamseiwit, maar ook het eiwit uit de voeding.
Men kan het dpn beleven, dat de patiënt in het
geheel geen suiker tot zich neemt, en toch sui
ker in de urine heeft. De toediening van eiwit
is voor deze patiënten niet goed, omdat het in
suiker omgezet wordt; de toediening van een
behoorlijke hoeveelheid vet is gevaarlijk, omdat
daaruit zuurvergiftiging kan ontstaan, en de
toediening van suiker is ook slecht. Zoo dacht
de beroemde Amerikaansche onderzoeker Allen
er over en hij liet dan ook zijn patiënten op de
verschrikkelijkste wijze honger lijden. Een kor
ten tijd kwam dat in de mode, maar al heel
spoedig kwam daarop de reactie. Speciaal de
Fransche dokters vonden dat deze methode tegen
het gezonde verstand inging. De patiënt heeft
dan geen suiker meer in de urine, geen zuurver
giftiging, maar hij wordt zoo zwak en honge
rig, dat dit leven geen leven meer is.
Het is nog slechts enkele jaren geleden, dat
het insuline is uitgevonden. Nu is men de ziekte
in zekeren zin meester geworden. De patiënt is
in staat eiken dag een voldoende hoeveelheid
suiker tot zich te nemen en dit ook goed te ver
teren, dank zij de dagelijksche inspuiting met
insuline. Daardoor verdwijnen dan ook de drei
gende verschijnselen van zuurvergiftiging en ei-
witverlies. Het insuline is vooral ten goede ge
komen aan jongere lijders aan suikerziekte. In
't algemeen kan men zeggen, dat, hoe eerder
de suikerziekte optreedt, des te gevaarlijker zij
is. En al is bij jonge menschen soms een vrij
milde vorm van suikerziekte aanwezig, toch be
staat dan altijd het gevaar, dat de ziekte snel
verergert. Het nadeel, dat deze behandelings
methode met zich brengt, is dat men er steeds
mee door moet gaan. Anderszij ds is een onder-
huidsche inspuiting voor iemand, die er aan ge
wend is, niet erger dan een speldeprik. De oude
re menschen, die aan een milderen vorm van
suikerziekte lijden, kunnen het in den regel zon
der insuline stellen.
In het begin zijn er nog grootere verwachtin
gen van deze behandeling gekoesterd. De ontdek
kers meenden, dat onder den invloed van de
inspuitingen het organisme werd gespaard, en
dat het pancreas zijn normale functie zou her
nemen, m.a.w. dat het lichaam zelf weer de
noodzakelijke hoeveelheid insuline zou gaan
voortbrengen. Dan behoefde men de behande
ling niet langer voort te zetten en de suikerziekte
zou letterlijk verdwenen zijn. Deze schoone ver
wachting is echter geen waarheid geworden.
Weliswaar kan men somtijds na eenigen tijd
van insulinebehandeling een geringere hoeveel
heid inspuiten; maar een volslagen genezing is
zoo goed als nooit of in 't geheel niet voorge
komen.
Wat er echter wel mee bereikt is, herstel van
kracht en arbeidslust bij suikerzieken, is reeds
een voldoende en overvloedige belooning voor^het
ingespannen en langdurige onderzoek vaiT de
ontdekkers, de Canadeezen Banting en Best,
TH. H. SCHLICHTING