Het verhaal van den spiegel
Md wiftaal van den dag
PER'VLIEGMACHINE DE WERELD ROND
bedenkt het telkens weer..
Dokuit zijwegen komt verkeer.
NEIL
LYNDON
ONTSNAPT
DINSDAG 11 DECEMBER 1934
JAPANSCH SPROOKJE
Van een moeder en een dochter,
die beiden even eenvoudig
opgroeiden
Haar laatste verzoek
Brandblussching uit
vliegtuigen
Watergebrek in Zagreb
Polens president en de
wetenschap
Oliebron in den tuin van
een armenhuis
Geen rouge en geen
baard
Wispelturige rivier
Belastingheffing op
advertenties
Het hoogst gelegen dorp
in Europa
Chineesche Himalaya-
beklimmers
Kinderen in Amerika
en Australië
Behandeling van zaden
met Röntgen-stralen
Een encyclopedie over
de H. Eucharistie
China ageert tegen de
moderne mode
Menschelijk kameleon
AANGIFTE MOET, OP STRAFFE VAN VERLIES VAN ALLE RECHTEN, GESCHIEDEN UITERLIJK DRIE MAAL VIER EN TWINTIG UUR NA HET ONGEVAL
DOOR
VICTOR
BRIDGES
Lang, heel lang geleden, leefden m een
Klein, stil plaatsje een jonge man en zijn
vrouw. Ze hadden één kind, een dochter
tje. De namen weet ik niet meer, want die
zijn al lang vergeten, maar het dorp, waar ze
woonden, heette Matsuyama, in de provincie
Echigo.
Nu gebeurde het op zekeren dag, toen het
kind nog heel klein was, dat de vader voor
zaken op reis moest naar een groote stad, de
hoofdplaats van Japan. Het was te ver voor
de moeder en het dochtertje en daarom ging
hij alleen, nadat hij beloofd had veel mooie
dingen mee te brengen.
De jonge vrouw was nog nooit verder van
huis geweest dan het dichtstbijgelegen dorp;
ze maakte zich ongerust bij de gedachte aan ae
lange reis van haar man. Maar tegi Uikerty'd
was ze toch ook wel een klein beetje
trotsch, omdat hij de eerste was uit oe heele
omgeving, die naar de groote stad ging. waar
de Koning woonde met zijn hof en waar zooveel
moois en ook zooveel zeldzaams te ziec was.
Eindelijk kwam de tijd. dat haar man zou
terugkeeren. Ze trok haar kindje de be-.ce kiee-
ren aan en zelt' kleedde ze zich ook zoo mooi
mogelijk. Groot was de blijdschap van net kind,
bij het zién van al het mooie speeigied, aat
de vader had meegebracht. De man had veel te
vertellen van al het moois en al het vreemde,
dat hij op reis en in de stad gezien had.
„Ik heb wat aardigs voor je meegeoracht",
zei hü tegen zijn vrouw, „men noemt bet een
spiegel. Kijk eens, en zeg me dan, wat je
ziet."
Hij gaf haar een platte, witte houten doos, en
toen ze die openmaakte, vond ze er °en rond
stuk metaal in. De eene kant leek wel van zil
ver en was versierd met vogels en prachtige
bloemen, de andere zijde glinsterde als het
beste kristal. De jonge moeder keek er vol be
wondering naar en zag een lachend, gelukkig
gezicht met stralende oogen.
„Wat zie je nu?" vroeg haar man.
,Ik zie een aardige vrouw die mij aankijkt
en haar lippen beweegt alsof ze spreekt en ze
is in 't blauw gekleed net als ik!"
„Och, domme vrouw, 't is je eigen gezicht,
dat je ziet. Dat ronde stuk metaal wordt een
spiegel genoemd, en in de stad heeft iedereen
er zoo een, hoewel ik er hier uren in den om
trek nooit een gezien heb."
De vrouw was verrukt over het geschenk van
haar man en ze kon er de eerste dagen maar
niet genoeg in kijken. Maar ten slotte vond zij
het voorwerp toch veel te kostbaar om er da
gelijks gebruik van te maken en ze sloot het
dus weg bij al haar andere schatten.
Jaren verliepen en een man en een vrouw
leefden in ongestoord geluk. Hun doen Ier was
de vreugde van hun leven, ze leek spiekend
op haar moeder, en ze was zóó hulpvaardig,
dat iedereen veel van haar hield. En daarbij
was ze héél schoon.
De moeder dacht aan haar eigen -oorbij-
gaande ijdelheid en hield den spiegel zorgvul
dig achter slot. Ze sprak er nooit over en de
vader dacht er niet meer aan. Zoo groeide het
meisje even eenvoudig op als haar moeder.
Doch na jaren gebeurde er een ongeluk. De
oude moeder werd ziek, en wat men ook deed,
hoe men haar ook verzorgde, haar toestand
werd erger en op 't laatst was er geen hoop
meer: zij moest sterven.
De arme vrouw was zeer bezorgd over het lot
van haar kind, toen ze wist dat ze spoedig
zou heengaan. Ze riep het meisje bij z;ch en
sprak: „Lieve kind, je weet, dat ik trg ziek
ben; ik zal niet lang meer leven, en aan moet
In den afgeloopen zomer zijn in de Sovjet-Unie
proeven genomen met het blusschen van veld
en steppenbranden met behulp van vliegtuigen
en chemische middelen.
De hierbij gevolgde methode bestond uit het
vormen van een brandvrije zone rondom het
brandende gebied op een afstand van honderd
a tweehonderd meter hiervan, door uit een
vliegtuig brandwerende chemicaliën te werpen.
Van de chemicaliën bleken het rookende
zwavelzuur „Oleum" en een aertig procents
bijtende soda-oplossing het meest doeltreffend.
Het vuur breidde zich, zoodra het de door
de chemicaliën bereikte brandvrije zone had
bereikt, niet verder uit.
Voor het uitwerpen van de chemicaliën van
uit het vliegtuig, werd gebruik gemaakt van
een speciaal verstuivingsapparaat, dat de ver-
eischte chemicaliën binnen een zekere tijds
ruimte uitwerpt, en een brandvrije zone van
een bepaalde breedte doet ontstaan. Dit ver
stuivingsapparaat wordt in den vliegtuigromp
op de plaats van de middelste cabine Inge
bouwd. De hoogte, waarop het vliegtuig ope
reert, varieert van acht tot tien meter.
ik jou en vader alleen laten. Beloof me. dat je
als ik er niet meer zijn zal, lederen morgen
in den spiegel zult kijken. Dan zul je mi) zien
en je zult weten, dat ik nog altijd ever je
waak.'*
Het kind beloofde het en kreeg den spiegel.
De moeder werd rustiger dan ze geweest
was; na eenige uren stierf zij.
Nooit vergat het meisje het laatste verzoek
van haar moeder; lederen morgen en ook lede
ren avond keek zU lang en ernstig in den
spiegel. Dan zag zij het vriendeiyk-Jachend
evenbeeld van haar moeder, niet bleek en ziek,
maar jong en mooi, zooals ze jaren geleden
geweest was.
Eiken avond vertelde zij van "de zorgen, die
ze had. en vroolijk ging ze 's morgens aan haar
werk, als ze een blik had geworpen op dat
lieve gezicht.
Zoo ging het dag na dag.
De vader, die haar geregeld 's morgens en
's avonds in den spiegel zag kijken en haar dan
hoorde spreken, vroeg haar eindelijk, wat dat
te beteekenen had.
„Vader", zoo sprak ze, „ik kijk eiken dag in
den spiegel, om moeder te zien en met haar te
spreken." Toen vertelde ze, wat haar moeder
haar op haar sterfbed gevraagd had.
De vader kreeg tranen in de oogen, maar
hij durfde het kind niet zeggen, dat net beeld
haar eigen lief en vriendelijk gezicht was, dat
met den dag meer op dat van haar moeder
begon te lijken....
De stad Zagreb maakt aanspraak op een
zonderling record: het hoogste waterverbruik
per hoofd der bevolking in Europa. Buiten het
water, dat direct doet- de gemeente wordt
verbruikt, is het dagelijksch verbruik 220 liter
per persoon. Tengevolge van dit enorme ver
bruik van water, waarvan, naar men zegt, een
groot gedeelte wordt verspild, is de watertoe
voer der stad niet toereikend. Er wordt thans
naar middelen gezocht, om in dezen toestand
verbetering te brengen. Als mogelijke oplossing
overweegt men controle en hoogere tarieven.
De Poolsche pers wijdt uitvoerige artikelen
aan den dertigsten verjaardag van de weten
schappelijke werkzaamheden van den Presi
dent der Poolsche Republiek, professor Ignace
Moscicki, wiens uitvindingen, speciaal op het
gebied der nitraten, van wereldbeteekenis zijn
Twee arbeiders uit de petroleumboor-
industrie, die zich drie jaar geleden
in een armenhuis te Marietta (Ohio)
hadden laten opnemen, omdat zij geen
werk konden vinden, hebben in den tuin van
het armenhuis olie aangeboord. Nadat zij den
directeur van de inlichting gewezen hadden op
de mogelijkheid, dat zich onder den tuin olie
bevond, verklaarde deze zich bereid tot finar.-
cieelen steun. Zij leenden een boorinstallatie
en de kolen noodig voor het stoken van den
ketel, haalden zij uit een ouden steenkolen-
ader, die zij in den tuin hadden ontdekt. Drie
weken lang van 's morgens vier uur tot het
invallen van de duisternis, boorden zij daarop,
en reeds begonnen zij de hoop op te geven, toen
op zekeren dag een oliestraal uit het boorgat
omhoogspoot.
De beide mannen, die respectievelijk 61 en 69
jaar oud zijn, ontvingen daarop verschillende
gunstige aanbiedingen, doch deze hebben zij
van de hand gewezen, daar zij de exploitatie
van de bron wilden overlaten aan het armen
huis, dat hen indertijd zoo liefderijk heeft
opgenomen.
Het Ministerie van Onderwijs in Turkije
heeft onderwijzeressen verboden om rouge en
poeder te gebruiken, aangezien het dit een
slecht voorbeeld voor jonge kinderen vindt.
Onderwijzers mogen echter geen baard meer
dragen en moeten correct, doch eenvoudig ge
kleed gaan.
Sommige onderwijzers zijn hier zeer veront
waardigd over, doch het ministerie heeft ver
klaard hen te zullen ontslaan als ze zich er
niet aan houden.
De rivier de Arda, die de grens vormt tus-
schen Turkije en Griekenland heeft tot inter
nationale verwikkelingen aanleiding gegeven
De rivier is namelijk bezig van bedding te ver
anderen en dit is een zeer lastige kwestie voor
de grensbewoners. Op een bepaald moment
kunnen dezen zich midden in de rivier op een
eiland bevinden en eenigen tijd later aan de
andere zijde daarvan. Ze weten dan niet of ze
in Turkije of Griekenland wonen. Een
Grieksch-Turksche commissie van geologen zal
het probleem bestudeeren.
De gemeenteraad van Brusey ln Moravië heeft
een ingenieuze manier uitgevonden om geld
binnen te krijgen. Men is n.l. voornemens be
lasting te heffen van alle advertenties in dit
district, welke in een vreemde taal gesteld zijn.
Daar de meeste advertenties worden afge
drukt in het Duitsch of Poolsch, niettegen
staande de bevolking Tsjechisch ls, hoopt de
gemeenteraad hieruit een aanzienlijk bedrag te
halen.
Het hoogste dorp van Europa heet St. Veran
en is gelegen in de Hoog-Alpen nabij de
Fransch-Italiaansche grens. Het begint op een
hoogte van 1990 meter en kronkelt zich tot
2042 meter de hoogte in. Wel zijn er berghut
ten die hooger gelegen zijn, maar geen neder
zetting zooals St. Veran, dat 450 inwoners, een
burgemeester, een pastoor, een gemeenteraad
en een school heeft. Hier boven ligt acht maan
den van het jaar sneeuw en de lucht is zoo ijl.
dat normaal pasgeborenen ze heelemaal niet
in kunnen ademen. De tegenwoordige families
wonen echter reeds zoo lang op deze hoogte,
dat hun gestel er langzamerhand aan gewend
geraakt is. In het afgeloopen jaar werden in
dit Alpendorp niet minder dan 31 kindei cn
geboren.
Vier jeugdige Chineesche onderzoekers,
voorzien van een introductiebrief van de Lan-
chen Lama aan de autoriteiten van Tibet, zijn
thans onderwqg om den Mount Everest te
beklimmen.
ZU rekenen er op zes maanden te zullen
wegblijven en verwachten meer succes te heb
ben dan de jongste twee Engelsche expedities.
De onderzoekers zijn tevens voornemens de
zeden en gewoonten te bestudeeren van de
volken der Chineesche grensprovincies.
Met de bedoeling de goede verstandhouding
tusschen Amerlkaansche en Australische kinde
ren te bevorderen zullen driemaal per week on
der leiding van een dame uit Sydney (Austra
lië) speciale radio-uitzendingen via het station
KOLte Seattle worden gehouden.
Het wisselen van brieven tusschen de kinderen
der zoo ver van elkaar verwijderd liggende we-
relddeelen wil men bevorderen door via de ra
dio de namen en adressen uit te wisselen van
kinderen die met hun ver-verwijderde „pen
vrienden" in correspondentie willen treden. Het
radiostation te Sydney zal tot dit doel eveneens
speciale programma's organiseeren.
Naar het Tass-agentschap meldt, neemt men
op het oogenblik in het Dnj.propetr-wsk-
gebied (Oekraïne) proeven met het behande
len van zaden met Röntgen-stralen.
De op deze wijze behandelde zaden, die men
in den herfst heeft uitgezaaid, leveren, voor
zoover men thans reeds heeft kunnen vaststel
len, planten met een verhoogde levenskracht
en van grooteren wasdom.
Ook behandeling met ultra-korte golven
heeft goede resultaten opgeleverd. Katoen
vruchten, verkregen uit bestraalde zaden,
sprongen 27 dagen vroeger open, dan die van
niet behandelde zaden.
Bij tomaten werd de bps*raling der zaden
den eersten oogst met elf dagen bespoedigd,
augurken zijn acht a twaalf dagen eerder rijp
dan anders.
Ook de groente-opbrengst wordt door bestra
ling der zaden aanzienlijk vergroot.
De proeven met ultra-korte golven worden
thans belangrijk uitgebreid. In de tot dit doel
speciaal opgerichte laboratoria zal zaadgoed
voor een oppervlakte van meer dan 100 H A.
bestraald worden.
Na de eerste woorden heerschte er reeds
een ademlooze stilte in het lokaal. Roer
loos zaten de studenten te luisteren naar
hetgeen prof. Van Ieten hun daar vertelde.
Ten volle drong nu tot hen door dat daar voor
hen een genie aan het woord was.
„Reeds velen hebben gezocht naar den steen
der Wijzen," vervolgde de geleerde, na even
genoten te hebben van den aanblik van die
doodstil luisterende studenten, „maar niemand
heeft hem tot nog toe gevonden. De oude al
chimisten hadden geen succes en evenmin de
hedendaagsche geleerden, die door middel van
electriciieit het overtollige atoom trachten te
verbrijzelen, waardoor lood in goud zou ver
anderen.
Ik ben er echter in geslaagd een natuur
kracht, duizend- en duizendmaail sterker dan
electriciteit, aan banden te leggen. Hier in dit
tubetje, gemaakt van een bijzonder soort me
taal, is een kleine hoeveelheid van de sterkste
natuurkracht, die er bestaat, opgesloten. Een
materie, waarvan de oorsprong en uitwerking
mij alleen bekend zijn. Door middel van deze
kracht ben ik in staat de atomen te ontleden
in electronen, sterker nog, de electronen in
nog kleinere deeltjes onder te verdeelen. Deze
natuurkracht stelt mij in staat het allergroot
ste te verrichten, iets wat niemand van u ooit
gedroomd zal hebben. Het ls mU namelijk gelukt
door middel van deze kracht een lichaam of
voorwerp in deeltjes, kleiner dan electronen te
verdeelen, met dien verstande echter, dat het
lichaam of voorwerp voor het oog volkomen in
tact blijft. Doordat het echter in onnoemelijk
kleine deeltjes is verdeeld, kan het door de
dichtst mogelijke stoffen heendringen, zonder
eenig spoor achter te laten. Zoo Is de moge
lijkheid geschapen, dat een mensch dwars door
een muur heen zal kunnen loopen."
Geestdriftig, vol gloed, had prof. Van Ieten
gesproken. Van de oorpsronkelijke bedeesdheid
van den man was niets overgebleven. Hij was
veranderd in een domineerende persoonlijkheid,
wien de geest van den uitvinder en ontdekker
uit de oogen straalde.
Met ergernis zag hij hoe sommige zijner leer
lingen elkaar aanstootten en ongeloovig glim
lachten. Meende h(j werkelijk dat zij het fa
beltje zouden slikken, dat hij hun zoo juist
had opgediend? Toch waren er enkelen, die
zwegen; het waren zij, die het geniale brein
van hun leeraar kenden.
Met een driftig gebaar griste de professor
het buisje van de tafel. Hij zou die ongeloovi-
gen het bewijs leveren, dat zijn woorden niet
IJdel waren.
Voor de oogen van de verbaasde studenten
haalde hij uit een klein houten doosje een witte
muis te voorschijn. Het tubetje, twee centi
meter lang, met aan ieder uiteinde 'n schroefje,
werd met twee stukjes dun koperdraad aan de
pootjes van het beestje bevestigd. Het diertje
bleef trillend op tafel zitten. Toen de professor
het echter een licht tikje gaf, trippelde het
langzaam over de tafel.
Vol verbazing hadden de leerlingen toegeke
ken. Wat was de professor toch van plan?
„Rechter voor- en linkerachterpoot van het
beestje," verklaarde deze, als had hij de ge
dachten der studenten gelezen, „heb ik ver
bonden met de uiteinden, de polen, van hef
buisje. De natuurkracht stroomt nu door net
lichaam en ontleedt het in de kleinst bestaan
bare deeltjes. Nu zal ik u aantoonen, dat het
heusch geen sprookje is, hetgeen ik u verteld
heb. Ik zal namelijk het diertje dwars door een
dikke houten plank heen laten loopen."
De daad bij het woord voegende, plaatste
hij een plank van ongeveer drie centimeter
dikte vlak voor het muisje. Het beestje wilde
ijlings omkeeren, maar de geleerde greep het
vast en duwde het zachtjes tegen de plank.
En ziet, voor de oogen der van verbazing stok
stijf zittende studenten ging het wild klauwen
de diertje dwars door de plank heen, zoooat op
een gegeven oogenblik de kop van het beestje
aan den eenen kant en de staart en een ge
deelte van de romp aan den anderen kant te
zien waren.
1
JOl
We zwaaiden als razenden met onze licht-
doeken. Steeds nader kwam het schip. Zou he:
ons opmerken? Thans konden we de lichten
onderscheiden. Goddank, men scheen ons aan
boord te hebben opgemerkt. Het schip wijzigde
zijn koers en kwam op ons af. Door de tame
lijk hooge zee kon het schip niet langszij ko
men, waarop men ons eenige reddinggordel3
toewierp. 'tWas tijd. Het toestel dreigde or ter
ons weg te zinken. Vlug sprongen we in 't water.
Intusschen had men van het schip een
sloep gestreken en deze bemand. Weldra waren
we veilig en wel aan boord van het schip, dat
een vrachtschip bleek te zijn. Gelukkig had de
kapitein juist bijtijds een kabel om den staart
van ons vliegtuig weten te krijgen, zoodat dit
niet verloren was. We dankten den kapitein
hartelijk voor zijn redding. Deze deelde daarop
mede dat hij ons naar Honoloeloe terug zou
brengen en tevens ons toestel op sleeptouw zou
nemen.
Bij aankomst te Honoloeloe werden we har
telijk door de autoriteiten ontvangen, waarbij
men ons met het nazien der motoren van hei
vliegtuig zooveel mogelijk behulpzaam was.
Binnen weinige dagen v'as de machine weer
geheel startklaar, zoodat we weldra onzen tocht
konden voortzetten.
Het verdere verloop van den tocht was erg
voorspoedig en weldra vlogen we boven de
Japansche eilandengroep, waarna we koers
zetten naar Yokohama, waar we veilig land
den. Ook hier was men ons erg ter wille en zelfs
wilde men de noodige feestelijkheden op touw
zetten om onzen kranigen tocht te vieren. We
wezen dit echter van de hand en begaven ons
ten spoedigste naar een der hotels teneinde
ons wat op te knappen en te rusten.
Niemand bleef nu nog op zijn plaats zitten.
Allen verdrongen zij zich om de tafel, waarop
liet experiment plaats vond. Ademloos keken
zij toe hoe het diertje voor een tweeden keer
dwars door de ongeschonden plank heen ging.
„Had ik het buisje anders verbonden, met de
beide voorpootjes, dan zou het diertje op zijn
achterpootjes moeten loopen, daar het anders
met zijn voorpootjes en vervolgens heelemaal in
de tafel, waar het
op loopt, ZOU
wegzakken, licht- i
te de professor I /m
toe, „maar nu zal (jtCTHG
ik overgaan tot
een grooter ex-
periment. Ik zal
zelf met behulp van een grootere tube, dwars
door de deur heengaan."
Voorzichtig bracht hij een soortgelijke tube,
alleen van grooter formaat, te voorschijn en liep
langzaam, de uiteinden in beide handen klem-
wend, op de deur toe. De stilte was beangsti
gend. Sprakeloos zagen de studenten hoe hun
leeraar, centimeter voor centimeter, dwars door
de deur heenging. Sommigen knepen zich in
hun arm, daar zij dachten dat zij droomden,
maar toen zij zagen hoe even later de profes
sor geheel achter de deur stond en daarna op
de gewone manier binnentrad, drong het tot
hun door dat het ongeloofelijke was geschied.
Rustig stond professor van Ieten op heil po
dium. Hoe weinig hy ook om bewondering gaf,
toch voelde hij zich trotsch onder de blikken
van vereering, waarmede de leerlingen hun
grooten meester aanstaarden.
Met een licht trillende stem kondigde hij aan
dat hy andermaal het experiment zou volbren
gen, maar dit keer hardloopend. Door de eene
pool van de buis iets te verstellen, zou de kracht
sterker worden, hetgeen hem ln staat zou stel
len hardloopend door den muur heen te gaan.
Met de buis in zyn handen stelde de profes
sor zich aan het einde van het lokaal op, zette
zich af en liep, nog even een triomfanteiyken
blik werpend op de angstig toekijkende studen
ten, met een flinke vaart recht op den tegen-
overgestelden muur in.
Langzaam werden de sterretjes voor zUn
oogen minder en flauw klonk van uit de verte
de stem zyner vrouw tot hem door:
„Wat mankeert je, man? Waarom loop je
met je hoofd tegen den muur op. Heb je ge
droomd?
F. Br.
In de reeks „Handboeken voor den Katholiek
van de daad" verscheen dezer dagen te Parys
een groote encyclopaedie over de H. Eucharistie.
Het lijvige boekwerk bevat een schat van
historisch, dogmatisch en praktisch materiaal,
waarin alles is samengevat, wat in den loop
der eeuwen in alle landen en in alle talen der
wereld over de Eucharistie is geschreven. Acht
en twintig personen hebben werken van 400
verschillende schrijvers, waaronder ook oude
geschriften en incunabelen bestudeerd. Het
boek bestaat uit zeven groote hoofdstukken,
die over de volgende onderwerpen handelen:
„De instelling van de H. Eucharistie", „De
geschiedenis van het dogma", „De katholieke
leer", „Eucharistische vroomheid", „Kanoniek
recht en Liturgie", „Apologie" en ten slotte
„Litteratuur en kunst in dienst van de PI. Eu
charistie".
De „Osservatore Romano" die dit werk re
censeert, spreekt den wensch uit, dat de ver
breiding van dit boek een verdere bespreking
van het onderwerp zeer zou vergemakkelijken,
zoodat het werkeiyk zou kunnen worden tot
een Encyclopaedie van het H. Sacrament des
Altaars.
Met buitengewone snelheid grypt in China
de beweging om zich heen, die zich keert tegen
de uitingen der moderne Westersche mode.
Thans heeft het gemeentebestuur van Peiping
weer bepalingen afgekondigd in zake de klee
ding der vrouwen.
O.a. mogen zij niet op straat verschynen in
pyama en sandalen, of in shorts. Mouwen moe
ten tot aan den elleboog reiken, rokken tot over
de knieën en de kleeding mag niet te streng
getailleerd zyn.
Naaisters en kleermakers, die kleeding ma
ken voor hun vrouweiyke cliënteele, waarby met
deze bepalingen geen rekening wordt gehouden,
krijgen zware boetes.
In het gemeenteiyk ziekenhuis te Kansas City
bevindt zich een vrouw, wier huidkleur dage-
ïyks verandert. Van blauw vla purper tot bruin
heeft haar huid alle kleuren van den regenboog.
De doctoren zy'n van oordeel, dat zy aan een
byzonderen vorm van huidziekte ïydt, die de
medici dermatitis chimica noemen.
A 11 dit blad zijn Ingevolge de verzekeringsvoorwaarden tegen f Ofifï/l by levenslange geheele ongeschiktheid t ut werken door f 7C/1 by een ongeval met f OCfl bij verlies van een hand f 1 9C 3lJ verlies van een f Cfi by een breuk van f Afi bij verlies van 'n
jfl.ll" Hls O Tl TlC S ongevallen verzekerd voor een der volgende ultkeerlngen f «Jl/l/l/»" verlies van belde armen, beide beenen of beide oogen f f doodelijken afloop een voet of een oog# luim of wijsvinger f 1/- been of arm# Ti#»" anderen vinger
61
Nu ik evenwel gewaarschuwd was, voelde
ik, dat het een buitengewoon listige agent
moest zijn, dfe er in slagen zou mij te arres
teeren. Overdag, zoolang ik 6oed kon uitky-
ken. was iets als een overrompeling onmoge-
ïyk en na dezen nacht besloot Ik op de Betty"
te gaan slapen. Het eenige bezwaar was, dat
ik de luxe van een boo' sman zou moeten af
schaffen. Hoe nuttig hy ook mocht zyn om
brieven naar Ti'bury te brengen, het zou toch
beslist belemmerend werken als hy aan boord
was, als ik vlug op de boot zou moeten komen,
indien een paar agenten me op de ielen
zaten.
Om zes uur was er nog steeds geen spoor
van een bezoeker te zien, ik besloot lus naar
de Betty" te wandelen en Gow te vertellen,
dat hy weer eenige dagen vacantie kreeg.
Hiermee zou ik ongeveer ln een ïalf uur klaar
zijn en voor het geval, dat McMurtrfe mocht
komen, terwyi ik weg was, kon Ik een briefje
op de deur bevestigen om hem te berichten,
dat ik om zeven uur terug zou zyn,
Dat deed ik dan ook en na nog eens goed
rondgekeken te hebben of alles veilig was, ging
ik naar de kreek.
Ik vond Gow zooals gewooniyk, rustig
zittend; hoofd en schouders staken net boven
den voorsteven uit, een lange pyp in zyn mond.
Met de correctheid van een trouwen dienaar,
stak hy zyn pyp dadeiyk weg, toen hy mUn
geroep hoorde, en haastte zich om de 'ol te
krygen.
„Ik kom niet aan boord," zei Ik, „ik kom
Je alleen maar vertellen, dat ,1e weer voor
een paar dagen aan wal kunt gaan. We zul
len de boot niet gebruiken voor Zaterdag of
Zondag."
Hy bedankte me en tikte aan zyn bet (ik
kon zien, dat hy er over begon te denken, dat
het een heel gemakkeiyk baantje was. dat hy
zoo toevallig te pakken had gekregen) en
daarna voegde hy er. met een gezicht alsof uy
een nare tyd'ng overbracht, by:
„Wist u, mynheer dat we heelemaal geen
petroleum meer hebben?"
Ik wist het niet en in deze oUzondere om
standigheden was ik biy, dat hy het vertelde.
„Kun je ze my bezorgen gauw?" --roeg ik.
Hy knikte.
„Ik zal morgenochtend een paar kan halen,
mynheer, en ze aan boord brengen."
„Verder nog nieuws?" vroeg lk.
„Ja, mynheer, ik zag vanmiddag 1fe be
ruchte boot, hy ging weer precies ven snel
als toen ze my overvaren hebben. Hebt u al
gelegenheid gehad iets omtrent die zaak te
doen, mijnheer?"
„Ik ben er al mee bezfg, Gow," zei lk, „Ik
heb een vriend, die mij er mee helpt en onder
ons gezegd, geloof lk, dat we wel vergoeding
zullen krijgen."
Met dit antwoord scheen hij tevreden te
zyn.
„Ik zal dadeiyk naar boord gaan om mijn
pakje te krygen, mynheer," zei hij „Ik denk,
dat ik beter doe, de jol op de bank vast te
leggen, dan hfer. Als iemand uit Tilbury langs
mocht komen zullen ze hem niet zien tusschen
het hooge gras."
Het was een goed overdacht voorstel maar
met het oog er op, dat ik misschien snel aan
boord moest komen, kon lk dergeiyk onnoodig
oponthoud nfet wagen.
„Doe dat vanavond maar niet, Gow.'1 zet fk.
„Sleep haar maar net boven de hoogwate lijn.
't Is best mogeiyk. dat ik hier haar morgen ln
den ochtend gebruik."
Nadat ik deze voorzorgsmaatregelen voer
myn moge'yke vlucht genomen had, keerde
ik langs den gewonen weg, langs den rivier
kant naar de hut terug. Ik nam de voorzorg
myn hoed af te nemen en voorzichtig over
den dyk te kyken, maar ik had me deze
moeite best kunnen besparen. Het grasveld was
even verlaten als altyd en toen ik by de hut
kwam vond ik myn briefje nog steeds op de
deur geprikt en geen enkel spoor van iemand,
die me een bezoek had gebracht tydens mijn
afwezigheid.
Ik bleef vcor de rest van den avond in
denzelfden staat van absolute afzondering.
Het was niet moeilijk de wacht te houden,
want toen de zon onder was kwam de maan
prachtig helder op, het veld en de weg naar
Tilbury haast even helder verlichtend als
overdag. Ik had een konijn op een afstand
van vjjftig meter kunnen ontdekken, laat staan
een dikken en opvarenden detective van
Scotland Yard.
Om ongeveer één uur ging lk een paar uur
slapen. Ik voelde dat, als Sonja dadeiyk naar
de politie zou zyn gegaan, ze nu roods gehan
deld zouden hebben, terwy'l als ze aov eens een
nachtje zou slapen over haar mogeiyke wraak,
er voor my geen reden bestond, niet hetzelfde
te gaan doen. De verwachting, dat McMurtrie
zou komen, had ik opgegeven tot den volgenden
morgen.
Ik werd om half vier wakker en ging weer
op wacht zitten in de koele schemering van
den aanbrekenden dag. Ik zag de zon opkomen
boven de rivier en langzaam hooger stügen
aan den lichtblauwen hemel, iie weer een
prachtigen dag beloofde. Er was nauwelijks een
vleugje wind en alles was heeriyk rustig en
vreedzaam.
Om acht uur, juist toen ik van plan was
wat klaar te maken voor mjjn ontbijt, zag lk
een klein zwart stipje naderby komen, langs
den Tilbury-weg, wat spoedig myn trouwe
Charles bleek te zyn.
Hy sloeg af naar het grasveld en kwam
op de hut toe, waar lk op hem stond te
wachten.
,Twee telegrammen en een brief voor u,
mynheer," zei hy ze te voorschijn halende. „Ze
kwamen vanmorgen, mijnheer."
Met een air van onverschilligheid, die ik
absoluut niet voelde, nam ik ze van hem aan.
De brief was geschreven door McMurtrie,
maar dien legde ik een oogenblik ter zyde, om
de telegrammen eerst te bekijken. De eerste
was van Joyce.
„Sprak L. gisterenavond. Hy zal vandaag
ingrijpen. Gaat aecoord met myn voorstel om
trent de „Betty", indien noodzakeiyk - J."
Ik stopte het in myn zak en maakte het
andere open.
„Een agent kwam gisteravond en vroeg naar
Hy sprak juffrouw O."
Een oogenblik bekeek lk deze geheimzinnige
boodschap in stomme verbazing. Toen schoot
my plotseling myn laatste instructie aan Gertie
Uggins te binnen.
Dus Sonja was werkeiyk naar de DOlitie ge
gaan of had er tenminste voor gezorgd, dat
deze een waarschuwing kreeg, wat hetzelfde doel
had.
Hun bezoek aan Edith Terrace was waar-
schyniyk daaraan te wyten, dat ze beide adres
sen had opgegeven om de waarheid te kunnen
vaststellen. In ieder geval was het uitgelekt
en met een nieuw en onprettig gevoel van op
gewondenheid vouwde ik Gertie's telegram op
en maakte McMurtrie's brief open.
„Beste mynheer Nicholsen,
Ik ben uitgeweest voor zaken en heb nu
eerst uw brief ontvangen. Anders zou ik van
middag naar u toegekomen zyn. Veroorloof my
u in de eerste plaats van harte geluk te wen-
schen met uw succes, hetwelk ik persooniyk
nooit in twyfel heb getrokken.
Ik ben op het oogenblik niet meer in hotel
Russell, maar logeer by eenige vrienden in
Sheppey. Ik zal morgen vroeg de rivier opko
men in hun jacht, want ik geloof, dat er vlak
by de hut een kleine kreek is, waar we hem
kunnen vastleggen.
Kunt u er voor zorgen wat van het poeder
gereed te hebben en als het mogelUk is zou ik
graag willen, dat u een demonstratie er mee
hield, want ik neem een vriend mee, dfe zeer
geïnteresseerd is by onze zaak en die er meer
geld in zou willen steken, als hy overtuigd is
van het succes van uw uitvinding.
U kunt ons met hoog water verwachten tus
schen half tien en tien uur.
Uw oprechte "riend,
McMurtrie."
Toen ik de handteekening zag. kwam Mc
Murtrie's glimlachend maskergezicht me plot
seling voor den geest en al mUn vroegere ge
voelens van wantrouwen en weerzfn voelde ik
weer ln mij opkomen. Hy was dus by de
bungalow en zou in minder dan een uur hier
zyn.... hy en de geheimzinnige vriend, die
reeds „zeer geïnteresseerd was by enze zaak."
Ik glimlachte grimmig by dezen zin. Het was
zoo typisch van den dokter, hoewel hy toen
hy het schreef niet kon weten, dat fk begreep
hoe hjj het bedoelde.
(Wordt vervolgd)