NATIONALE DISCUSSIE
mmm
mm
safe
w'mmm
Medische kroniek
Kerkelijk Leven
BUZIAU DE ONWEERSTAANBARE
wmmm
Boziau s
lach me dood!3
ge heden doen kent,
morgen uit
dat niet tot
ZONDAG 27 JANUARI 1935
Wêm
mmê.
MS 1 I M
u
De „Uiver"-mail
Rijksbegrooting 1935
De sluisbouw nabij
Wijk bij Duurstede
Wind, sneeuw en hagel
Spiritisme
IDEEËN
MGR. W. PANIS M.S.C.
Op bezoek bij het Kath. Indisch
bureau
Pastoorsbenoeming te Oudenbosch
MËMÈm
mm
ft
r -i '2 vr e
Waarschuwing tegen lage prac-
tijken van postdieven
Woensdag 6 Febr. algemeene be
schouwingen in de Eerste Kamer
Vragen van den soc.-democraat
Van den Tempel
PROFDR. J. A. VERAART
Lijstaanvoerder voor de Kath.-
Dem. Partij
DIOCESAAN MISSIECOMITé
R. K. STAATSPARTIJ
Gestadige groei van het aantal
leden
REGEERING EN LIBERALEN
Eendrachtig met andere partijen
de handen ineen slaan
Verstrekking van certificaten
Wij moeten beginnen met het verbeteren
van een drukfout in ons vorig artikel,
de drukfout van één letter, waardoor
tneer opschudding is verwekt dan door het fou
tief zetten van tien woorden. Als een der doel
einden van het verbond van Dietsche nationaal-
solidaristen noemden wij de vereeniging van
Noord- en Zuid-Nederland tot één saamhoorig-
heid, genaamd Dietschland. De zetter maakte
er „Duitschland" van, een dwaasheid in het ge-
heele verband. Elk scherpzinnig lezer heeft dat
dan ook begrepen. Niet echter eenige aanhan
gers van het Verdinaso, die, in plaats van dank
baar te zijn voor de uitvoerige uiteenzetting,
Welke wij objectief van hun doel en streven
gaven, ons in de taal van een achterbuurt met
Zoodanige schimpscheuten en hoon overlaadden,
dat, afgescheiden van alles, dit alleen reeds tot
de verzuchting voert: de Heer behoede ons voor
Zulke „leiders!" En dat meent dan de „Dietsche
cultuur" te zullen brengen!
Alvorens wij nu verder een vergelijking tus
schen den „volksstaat" en den corporatieven
staat eenerzijds en den „partijenstaat" ander
zijds trekken, moeten wij nog twee dwalingen
Weerleggen. Ten eerste: het ontaarden van den
beginselstrijd in een belangen- en personenstrijd
te den „partijenstaat" is niet een noodzakelijk
gevolg van den democratischen regeeringsvorm.
Tal van landen en Engeland zelfs gedurende
eenige eeuwen, hebben bewezen, dat een Rarle-
hientair staatsbestuur, waarbij de regeering
steunt op een of meer partijen in de volksver
tegenwoordiging een zegen kan zijn voor een
land. Maar zooals in alle menschenwerk en in
alle bestuursvormen schuilen ook in het parle
mentarisme gevaren, even goed en zeker niet
grootere dan in den autocratischen regeerings
vorm van den absoluten monarch en van den
alleen verantwoordelijken Leider. Ieder volk
beeft de regeering die het waard is, is een oud
cn wijs woord. Wanneer bij een volk de groote
Rplitieke beginselen vervagen en het stembiljet
Wordt misbruikt voor persoonlijke en groepsbe
langen, dan ligt het in de historische lijn, dat de
Volksinvloed door de regeering te niet wordt ge
daan en een krachtig centraal bestuur de lei
ding neemt. Deze waarheid kan aan het volk
hooit duidelijk genoeg worden voorgehouden.
Een tweede dwaling is de bewering, dat par
lementaire democratie zou beteekenen regeeren
haar den volkswil, dus het toegeven aan de be
ginselen der Fransche revolutie, het sanctionee-
ren van de volkssouvereiniteit. De verwarring
van begrippen, welke uit deze bewering spreekt.
Is hieruit ontstaan, dat de voorloopers der Fran
sche revolutie, met <J. J. Rousseau aan het hoofd,
8.11e gezag, ook het staatsgezag, in laatste in
stantie tot het volk terugvoerden, dus den vólks-
Wil als het hoogste gezag erkenden. Eeuwen
ouder echter dan Rousseau was de leer van St.
Thomas over de democratie. Op die leer grondde
later Paus Leo XIII zijn uitspraken over de de
mocratie als geoorloofden staatsvorm tegenover
de andersluidende opvattingen der Fransche mo
narchisten van die dagen.
Al kan men dus toegeven, dat de Fransche
revolutie den stoot heeft gegeven aan de in
voering van het parlementaire stelsel in vele
Nuropeesche landen, daarom zijn de valsche be
ginselen omtrent het gezag daarmee nog niet
overgenomen. De bestuursvorm bepaalt niet het
gezagsbeginsel. Zelfs bij ver gaanden volksin
vloed op de regeering behoeft het gezag niet
bet minst schade te lijden; integendeel. Wan-
heer kinderen volwassen worden blijft het ou
derlijk gezag in een gezin in wezen onveranderd.
Alleen de vorm der verhouding wijzigt zich; men
behandelt een zesjarige anders dan een twintig
jarige.
De volksstaat of totale staat nu, welken wij
hier en daar over de grenzen zien groeien en
Waarvoor overal ter Wereld thans propaganda
Wordt gemaakt, dankt zijn opkomst aan de re
actie tegen de fouten van den zoogenaamden
Partijenstaat, welke een product van het libera
lisme genoemd wordt. Men kan eenerzijds weinig
Voor het moderne, fascistische streven voelen en
tech anderzijds open oog hebben voor de grove
teuten, waarin de politieke democratie vervallen
1®. Het is niet moeilijk aan de hand van de
Voorbereiding, het verloop en den uitslag eener
Sroote, algemeene Kamerverkiezing een lach
wekkend caricatuur te teekenen van wat dan ge-
hoemd wordt de volksinvloed. Wat komt daar
van in de practijk terecht? In theorie is er al
gemeen kiesrecht, voor mannen en vrouwen. Een
leder kan dus voor zijn deel bepalen, welke per
tenen de volksvertegenwoordiging, dus het col
lege van wettenmakers zullen vormen. Maar hoe
Sering is die invloed in de practijk! Welk een
lange weg ligt er tusschen de plaatselijke kies-
Vereenigingen en de lijst, zooals deze uiteinde
lijk door het centrale bestuur der partij wordt
Vastgesteld! Het wordt toch feitelijk door de
•.partijbonzen" uitgemaakt wie er in 't parlement
tellen komen. Vandaar dat het overgroote deei
<Ier kiezers aan de voorbereiding van de stem
lijsten geen deel neemt, doch slechts uit sleur
cn plicht op den officieelen verkiezingsdag zijn
stem op den candidaat van zijn partij uitbrengt,
liet volk in zijn geheel staat dus feitelijk los van
Sjjn zoogenaamde vertegenwoordigers. In het
Parlement ziet men voorts een weinig verhef-
tend spel van politieke partijen drijven. Heel
vaak wordt de vergaderzaal van de volksver
tegenwoordiging met een theater of een arena
Vergeleken. Er moeten er zijn die winnen en die
verliezen. Een elk heeft zijn rol. De partijbon
ten kiezen zooveel mogelijk de beste praters, de
teeest slagvaardige debaters uit. En heel de ac-
tee binnen den ring is gericht op het behalen
ten een zoo groot mogelijk succes voor de party
^'e onder politiek verstaat het verzorgen van
bet algemeen belang, dat is het belang van den
8teat, die kan op den duur met zulk regeeren
haar partijbelang geen genoegen nemen. Mee-
htegsverschillengoed! Maar uiteindelijk
teoet regeeren en wetten maken zijn het dienen
ten het landsbelang. En wat komt daarvan te-
techt, wanneer iedere volksvertegenwoordiger zijn
ftezers naar de oogen moet zien en bij iedere
teslissing allereerst zich moet afvragen, wat de
^Paalde groepsbelangen vergen van den kring,
daaruit hij zijn stemmen moet halen?....
Ziedaar de meer en meer gangbare meening
van hen, die het parlementarisme van den
slechtsten kant bekijken en uitkomst verhopen
van den totalen staat.
De kerngedachte van de totale-staats-idee is
deze: het volk is door 't partijwezen versplinterd,
Het moet weer opgevoed worden tot een natio
nale eenheid, zóó dat de idee van de staats-
eenheid uitgroeit tot het gemeenschapsgevoel
van een groot, harmonisch gezin. Daarvoor is een
sterke, centraie leiding noodig, die alle afwijken
de meeningen op politiek, nationaal en sociaal
gebied onderdrukt en gelijkschakelt tot één na
tionale opvatting. Daarom moet voornamelijk de
opvoeding van de jeugd in handen komen van
de vertegenwoordigers der centrale regeering, op
dat het opgroeiend geslacht inderdaad na tien
of twintig jaar één natie, één volk zal vertoo-
nen!
De nuchtere beschouwer zal in deze beelden
een felle caricatuur tegenover een wazige uto
pie ontdekken. Eenerzijds zijn de hier en daar
inderdaad voorkomende fouten van de politieke
democratie overdreven aangedikt. Het moge zijn
dat de vaststelling der kiezerslijsten door een
betrekkelijk klein getal burgers geschiedt, voor
een groot deel komt dit uit de zeer gezonde
overweging voort, dat de geschiktheid van be
paalde personen gemakkelijker door een klein
college dan door de massa is te beoordeelen en
dat de doorsnee kiezer wel zijn stem voor een
partij kan bepalen, waarvan hij de leidende be
ginselen kent, maar moeilijker de waarde van
den persoon van den afgevaardigde kan afwe
gen. Voorts is ieder individueel gewoon het
landsbelang naar eigen inzicht en beginsel en
heel vaak naar eigen persoonlijk belang af te
meten. Geen wonder dus, dat een politieke par
tij, vertegenwoordigende een groote groep der be
volking, dat landsbelang eveneens naar eigen
politieke beginselen ziet. Heel vaak zal dan ook
het partijbelang met het landsbelang samen
vallen en zal, bij meeningsverschillen tusschen
andersdenkende groepen, uit de wrijving het
beste voortkomen. Zoo worden groote spanningen
in het volk zelf vaak vermeden.
Zeker, er kleven aan het stelsel groote ge
varen. Wanneer in een parlement een scherpe
scheidingslijn loopt van twee groepen van par
tijen, die in getalsterkte weinig verschillen en
er worden voortdurend belangrijke besluiten
met de befaamde meerderheid van „de helft
plus één" genomen, of wel het jagen naar kie
zersgunst drijft groote groepen er toe, tegen
elkander op te bieden en onverantwoordelijke
uitgaven te doen, dan kan het parlementarisme
inderdaad staatsgevaarlijk worden.
Maar zijn de gevaren van den „totalen staat"
minder groot? Wie garandeert, dat de ééne lei
der het landsbelang altijd juist ziet? Wie kan
bewijzen, dat een uiterlijk gelijkgeschakelde
massa ook innerlijk eensgezind is? En, wanneer
de leider zich vergist, is zijn besluit onherroe
pelijk; hij is niet, zooals de regeering in een
democratischen staat, ter verantwoording te
roepen. Bovendien, hoeveel aantrekkelijks er
ook schuilt in de bewering, dat in den Volks
staat de beste krachten van de natie worden
samengetrokken op één einddoel, n.l. het heil
van de gemeenschap, het onderbrengen van alle
geestelijke en stoffelijke Waarden, van de poli
tiek zoowel als van de maatschappelijke func
ties, van de kunst en de wetenschap, ja zelfs
de opvoeding der jeugd en den godsdienst in
de machtssfeer van den staat bergt zulke ont
zaglijke gevaren in zich, dat er de mogelijke
excessen van den democratischen staatsvorm
gering bij lijken. Daarom is, wie de practijk
van den „totalen staat" in uiterste consequen
tie ziet, geneigd te zeggen: ze is alleen aan
vaardbaar, wanneer de bevordering van het
algemeen welzijn op geen andere wijze meer te
bereiken is.
Deze overweging houdt voor de democratisch
geregeerde landen intusschen de ernstige ver
maning in, om in het partijwezen alles te ver
mijden, w'at het volk onnoodig versplintert en
de volksgenooten van elkander verwijdert. En
evenzeer voor de parlementaire actie de waar
schuwing om zuiver partijbelang, om groeps-
en personenbelang met kracht naar den ach
tergrond te dringen en den politieken strijd
zoo deze noodig is te heffen op wat de leider
der Engelsche regeering onlangs noemde: het
plan der nationale discussie.
LIBRA
Zaterdagmorgen heeft Z. H. Exc. Mgr. Wal
ter Panis M.S.CApostolisch Vicaris van Ce
lebes, een bezoek gebracht aan het Katholiek
Indisch Bureau, aan de Schenkkade te 'sGra-
venhage.
Mgr. Panis was vergezeld van Pater H.
Geurtjens M.S.C., oud-missionaris van Nederl.
Nieuw-Guinea. Z. H. Exc. werd ontvangen door
den directeur van het K. I. B., den heer
P. J. A. Schnebbelie, met wien Mgr. zich ge-
ruimen tijd onderhield.
Naar wij vernemen is als opvolger van den
Zeereerw. heer J. de Wit, die zijn emeritaat in
de Abdij van Bornhem (B) gaat nemen, be
noemd tot pastoor der Basiliek-parochie de
Zeereerw. heer Jos. Dirckx, die sedert 1904
reeds kapelaan was van deze parochie.
Als opvolger van den Hoogw. heer H. Inde-
weg, den nieuw benoemden Prelaat van Born
hem, is tot kapelaan te Oudenbosch benoemd
de Weleerw. heer Jansen, die thans kapelaan
is te Oud-Gastel, welke parochie eveneens
door de Norbertijnen uit Bornhem wordt be
diend.
v-u t •vasx/s
W/V-
a
BaaSas
J -'A'"
8Sfi8»g;K'. M
J9
>99
99
99
De commissaris van politie der afdeeling B
te 's-Gravenhage maakt het volgende bekend:
Gebleken is, dat eenige poststukken, welke
deel uitmaakten van de mail, vervoerd door
het verongelukte K.L.M.-vliegtuig „Uiver", in
handen zijn geraakt van onbevoegden. Vermoe
delijk heeft iemand zich noemende Philip W.
Ireland, thans verblijvende te Londen, die om
streeks het tijdstip van de ramp te Rutbah
Wells vertoefde, op de plaats van het ongeluk
die poststukken verzameld en niet overgegeven
aan de bevoegde instanties ter verzending aan
de rechthebbenden.
Vast is komen te staan, dat hij thans tracht die
poststukken hier te lande te verkoopen.
Eventueele koopers worden echter gewaar
schuwd, dat deze door hen van Ireland te be
trekken poststukken waarschijnlijk van misdrijf
afkomstig zijn.
Tevens verzoekt voornoemde commissaris van
politie in gevallen verband houdende met deze
mededeeling, hiervan ten spoedigste in kennis
te worden gesteld.
De Eerste Kamer is ter openbare vergadering
bijeengeroepen op Dinsdag 5 Februari as. des
avonds te half negen, ter behandeling van de
wetsontwerpen: Regeling van den invoer van
veekoeken en van de Nieuwe Regeling van de
Surséance van betaling, de gelegenheid tot ae-
coord openende.
Voorts zal de Eerste Kamer in de vergadering
van Woensdag 6 Februari te elf uur o.m. een
aanvang maken met de algemeene beschou
wingen over de Rijksbegrooting voor 1935.
Het Kamerlid Van den Tempel heeft aan
den minister van Waterstaat gevraagd, of
de minister wil mededeelen, welke overwegin
gen de regeering hebben geleid by haar besluit
om niet over te gaan tot de gunning van het
bestek der nieuw te bouwen sluis bij Wijk by
Duurstede, behoorende tot de in voorbereiding
zijnde nieuwe scheepvaartverbinding Amsterdam
Boven Rijn en of deze overwegingen verband
houden met voornemens om dezen sluisbouw,
althans voorloopig, geen voortgang te doen
hebben.
Verder wordt gevraagd, of thans ook de uit
voering van de overige werken op het baanvak
JutphaasWijk by Duin-stede zal worden op
geschort en dientengevolge het tot stand
komen van de nieuwe hoofdverbinding met den
Boven Rijn zal worden vertraagd.
Zoo redenen van technischen aard tot dezen
gang van zaken hebben geleid, zou vrager met
het oog op het groote belang van economisch-
verantwoorde werkverruiming willen weten, of
er krachtig naar zal worden gestreefd, dezen
sluisbouw en de overige werken zoo spoedig
mogelijk voortgang te doen hebben.
De depressiekern heeft zich Oostwaarts bewo
gen en bevindt zich thans boven de bothnische
Golf. De depressie-invloed drong tot diep in
Centraal- en Zuid-Europa door. Over Zuid-
Frankrijk en Zwitserland verdween de vorst.
Gisteren stormde het over West-Europa, thans
is over ons land en Duitschland de wind wat af
genomen, doch over Frankrijk waait het nog
flink uit het Westen tot Noord-Westen.
Over de Britsche Eilanden en Zuid-Noor-
wegen, waar de barometer sterk stijgt, stormt
het hier en daar uit het Noorden.
De ruimende wind bracht sterke afkoeling,
vooral in onze omgeving. Over Scandinavië
werd de vorst weer strenger, terwijl over IJs
land, waar zich thans een hooge drukgebied
bevindt, eveneens de temperatuur daalde.
Vrijwel overal viel neerslag, in ons land had
Vlissingen met 11 mM. de grootste hoeveel
heid.
Ten onzent moet op wind uit Noordelijke
richtingen met verdere afkoeling en sneeuw
en hagelbuitjes overdag gerekend worden.
Donderdagavond vergaderde de afd. Den Haag
van de Katholieke Democratische Party. Op de
groslyst voor de Provinciale Staten werden ge
plaatst prof. dr. J. A. Veraart, dr. ir. E. Beek
man, mr. A. Peters, F. E. Evers en C. D. Wisse
ling.
Naar wij vernemen is prof. Veraart bereid
gevonden als lijstaanvoerder op te treden en
in de Staten zitting te nemen.
Tot leden van het Diocesaan Missiecomité in
het Aartsbisdom Utrecht zijn benoemd: E. Hol
(pastoor Terborg), J. Schoemaker (pastoor
Overdinkel), A. Mulder (pastoor Langeveen).
G. Pelgröm (pastoor Roodhuis), W. Boelens
(pastoor Terwolde), J. Kroon (kapelaan Ab
coude), F. Koning (kapelaan Montfoort).
Werd vorige week gemeld, dat het ledental
van de R. K. Staatspartij, Afdeeling Heerlen, in
één maand met 1000 nieuwe leden vermeer
derde, ook in andere Afdeelingen is een groote
toename van het ledental waar te nemen. Zoo
leverde een goed georganiseerde huisbezoek-
actie in de Afdeeling Oldenzaal 364 nieuwe le
den op, terwyl in de Afdeeling Sittard het
ledental van 853 tot 1563 steeg.
Op een te Alphen aan den Rijn gehouden
vergadering van de plaatselijke afdeeling van
de Liberale Staatsparty „De Vrijheidsbond" en
den Bond van Jonge Liberalen, heeft mr. W-
C. Wendelaar, voorzitter van den Vrijheids
bond, by een beschouwing over de politieke
situatie van dit oogenblik o.m. de vraag ter
sprake gebracht, of het gewenscht is, dat de
liberalen van het kabinet deel blijven uitmaken.
De situatie eischt, zoo zeide de heer Wen
delaar, dat wy met de andere partijen de
handen ineen slaan en door eendrachtig
achter de regeering te staan trachten „to
make the best of it".
Ook in den Vrijheidsbond zyn er op het oogen
blik velen, die zich met de maatregelen der re
geering niet kunnen vereenigen en meer dan
eens is dan ook de vraag geopperd of het niet
beter was, dat de liberalen uit het kabinet tra
den. De consequentie daarvan zou echter zyn,
dat de liberale invloed in het ministerie verlo
ren zou gaan en dat men in de opposite zou
worden gedreven in gezelschap van sociaal-de
mocraten en communisten. Een dergelijke posi
tie is in dezen tyd allerminst gewenscht. Wy
moeten, aldus spr., ongetwijfeld een steun voor
de regeering blijven met volledige handhaving
van ons recht van critiek. En van dit laatste
zal, wanneer dat moet, een ruim gebruik wor
den gemaakt.
Van officieele zijde wordt belanghebbenden
in herinnering gebracht, dat certificaten door
het Crisis-Uitvoer-Bureau alléén op schrifte
lijke aanvrage worden verstrekt.
Modellen voor deze aanvragen worden gratis
ter beschikking gesteld door het Crisis-Uitvoer-
Bureau, Mauritskade 55, te 's Gravenhage.
Aan telefonische aanvragen kan niet meer
worden voldaan.
H
Er worden over het spiritisme verschillende
denkbeelden gekoesterd. Ten eerste zyn
daar de spiritisten, die zeggen, dat deze
verschijnselen door de geesten der afgestorve
nen worden veroorzaakt. Vraagt men hun, hoe 'n
geest stoffelijke werkingen kan teweegbrengen,
dan antwoorden zij, althans velen vari hen, dat
de geest een astraal lichaam heeft; ook de
levende mensch heeft volgens hen een astraal
lichaam, dat bij den dood niet sterft. Deze
theorie van het astrale lichaam komt mij per
soonlijk zoo dwaas voor, dat ik er nu althans
geen woord aan wijden wil. Daarom is echter
de theorie, dat de afgestorvenen zulke ver
schijnselen zouden veroorzaken, nog niet weg
geredeneerd.
Wat de katholieken hierover leeren, is be
kend. De katholieken, die over deze zaken ge
schreven hebben, zyn met alle onbevooroor
deelde lieden van meening, dat er in het spi
ritisme enorm veel bedrog is. Maar zij beweren
niet a priori dat alles bedrog is; indien er wer
kelijkheid bij is, d. w. z. indien er dingen ge
beuren, die de krachten van den mensch te
boven gaan, en uit de geestenwereld voortko
men, dan schrijven de katholieken dit toe aan
inwerking van den duivel. Velen kennen onge
twijfeld den interessanten roman van Mgr. Ro
bert Hugh Benson over het lot van een spiri-
tiste, die te ver ging in deze kunst (The Necro
mancers). Het is ook bekend, dat sommige
personen door te diep in het spiritisme binnen
te dringen, krankzinnig geworden zijn; ande
ren hebben alle teekenen van bezetenheid ver
toond.
Zeker is, dat iemand die serieus tracht met
de afgestorvenen in aanraking te komen, een
gevaarlijke onderneming begint. Hij wordt
daarvoor zelfs vaak door de ingewijden ge
waarschuwd. Persoonlijk heb ik wel eens ge
merkt, dat iemand die niet zonder ernst tracht
te met een doode in aanraking te komen, daar
van toch wel eenige moeilijk te definieeren
kenmerken droeg. Althans ik ried, dat de per
soon aan spiritisme deed. Op mijn aanraden
zag deze persoon er toen van af. Na ongeveer
een half jaar vroeg ik haar, bijna zonder te
weten waarom, of zij nog naar een séance
gegaan was. Den avond te voren was zy er
voor de eerste maal weer heengegaan!
Maar verreweg de meeste spiritisten nemen
het in dezen zin niet zoo serieus op. Wel zyn
zy overtuigd en meenen zij zelfs daarmee een
goed werk te doen. Voor velen is het ook een
interessante bezigheid.
Een ander denkbeeld over het wezen van het
spiritisme is dat van de materialisten, en van
min of meer materialistische en ook van
sceptische menschen. Zy beschouwen doodeen
voudig alles als bedrog. In die meening worden
zy gesterkt door de wetenschap, dat zelfs de
beroemdste mediums wel eens ontmaskerd zyn,
en dat er dan ook verschillende trucs nu al
gemeen bekend zyn. Prof. van Rijnberk, die een
ernstige studie van de spiritistische verschijnse
len heeft gemaakt, noemt enkele van deze
trucs op.
De spiritistische séance wordt meestal ge
houden in een half of driekwart donkere ka
mer, aan een langwerpige tafel; aan het hoofd
zit het medium. Achter het medium zijn twee
gordynen. Achter deze gordijnen bevindt zich
dan een afgescheiden ruimte, die het magisch
kabinet heet. Daar bevinden ^ich b.v. een ta
feltje, een tambourijn, die vaak met een phos-
phoresceerende stof bestreken is en dus in don
ker licht geeft, en andere voorwerpen.
Ter rechter en ter linker zijde van het me
dium zit een persoon, die haar controleert. De
linker buurman houdt zijn rechterhand onder
's mediums linker hand,, zijn rechtervoet op
!s mediums linkervoet. De rechterbuurman an
dersom. Alle aanwezigen houden elkaar zoo
met handen en voeten vast. Daardoor ontstaat
de z.g. magische cirkel. Nu begin het wachten.
Het medium steunt, wringt en kronkelt zich,
men hoort wat kraken, deze of gene slaakt een
uitroep, en na een half uur of langer is ieder
een in spanning of men moet er al heel lang
aan gewend zijn. Plotseling ziet men de lich
tende tambourijn tusschen de gordynen te
voorschijn komen, boven het hoofd van het
medium en hoort men de tambourijn ram
melen. Dit heeft het medium met een hand
gedaan, terwyl haar huurlieden meenen, ieder
een hand vast te hebben. Het medium heeft
haar twee handen voorzichtig naar elkaar toe
gebracht. Dan liggen er vier handen op elkaar,
de bovenste en onderste van de controleurs, de
middelste twee van het medium. Nu trekt zy
haar rechterhand weg. De rechter buurman
merkt wel iets, maar merkt ook dat zyn hand
op een hand van het medium ligt en bemerkt
dus het bedrog niet. De rechterhand van hef
medium schiet tusschen de gordijnen en achter
haar en verwekt een bovennatuurlijk ver
schijnsel.
Het medium kan door een truc ook het ta
feltje met alle vier pooten tegelijk van den
grond oplichten. Zy begint aan de tafel te du
wen en te trekken. Omzittenden nemen deze
beweging gemakkelijk onbewust over. Er gaat
een poot de hoogte in. Zy weet nu snel de
punt van haar rechtervoet onder den poot te
brengen, drukt tegelijkertijd zoo krachtig mo
gelijk met haar rechterhand op de tafel boven
den poot, licht den linkervoet op, en wanneer
zy sterk genoeg is, gaat de geheele tafel de
hoogte in.
Zoo zyn er nog vele andere trucs, die men
elders kan nalezen; maar ik wilde slechts zeg
gen, dat de twijfelaars reden genoeg hebben
voor hun twijfel.
Een derde denkbeeld omtrent het wezen van
het spiritisme is dat van de psychologen, zoo
als b.v. Pierre Janet. Met hun uitgangspunt
kan men het eens zyn. Professor Grasset
schryft, dat hy altijd een groot voorstander
geweest is van de scheiding der wetenschap
pen. Laat de theologen uitmaken, of er bo
vennatuurlijke dingen in het spel zyn, maar
Iaat de man van de wetenschap trachten te
achterhalen, hoe de psychologische feiten kun
nen worden verklaard. Hoewel dit uitgangs
punt ook weer tot discussie aanleiding kan
geven, zit er een groote waarheid in; en wel
deze dat hy niet van uit zijn psychologisch we
tenschappelijk standpunt als een recht opeischt,
als eenige deskundige gehoord te worden. Hy
laat de theologie op haar eigen gebied meester.
Maar met behulp van psychologische onder
zoekingen is het wel mogelijk om verschillende
feiten, die bij de spiritistische séances voor den
dag komen, beter te begrijpen; en vooral over
de rol van het onbewuste, zooals dat genoemd
wordt.
Daarop wil ik iets nader ingaan, want het
blijkt hoe langer zoo meer, dat deze psycho
logische onderzoekingen ook voor het practi-
sche leven de paedagogiek van belang zijn. Im
mers men leert daaruit de natuur van de ziel
beter kennen; vóór alles leert men beter ken
nen het centrum, de kern van de ziel, d. w. z.
den zetel van de bewuste en doelbewuste han
deling. Juist door de studie der ziekelijke af
wijkingen, die immers voor een goed deel daar
in bestaan, dat ons leven gevuld wordt met
half bewuste, en met helder doelbewuste han
delingen, leert men inzien, wat het doel moet
zijn van de paedagogiek in den ruimsten zm
van het woord, de opvoeding van den mensch
tot een volkomen bewust en doelbewust mensch,
om kort te zeggen, tot een inner'ijk vrijen
mensch, een koning. Iemand, die zonder door
zijn onbewuste neigingen meegesleept te worden,
weet wat hij wil, bewust leeft, is eerst vol
komen den naam van mensch waardig. En
daarom moet men elke wetenschap, die ons
de wegen tot dat doel duidelijker toont, van
harte begroeten. TH. H. SCHLICHTING