SPORT EN WEDSTRIJDEN Het zwarte ras in Afrika De techniek van de teekenfilm De kafferkwestie MAANDAG 4 FEBRUARI 1935 V Een zeer interessant filmexperiment HOCKEY PROEFWEDSTRIJD TE AMSTERDAM A-elftal wint op het nippertje met 32 TRESLING-BEKER H.T.C.C. II—M.H.C. 1—13 DAMMEN CLUBKAMPIOENSCHAP VAN NEDERLAND Finale hoofdklasse VOETBAL V.V.E.Lisse 11 BEKERWEDSTRIJD JulianaHaarlem 51 G.S.C.Beverwijk 01 H.V.B.-uitslagen SCHAKEN CLUBKAMPIOENSCHAP VAN NEDERLAND A'damsche SchaakclubS.C. Utrecht 55 BussumV.A.S. ATHLETIEK 3 K.M.-veldloop van Bataven" ,De Kynologenclub „Kennemerland" De jonge Kampioen Richard weer fit 'elkom thuis CJpen a u tod euren voorzichtig! Eindstrijd om den meestertitel Cl* UIT DEN OMTREK ZAANDAM Twaalf teekeningen voor één beweging Op het veld van Amsterdam werd Zondag middag de aangekondigde proefwedstrijd ge speeld tusschen een A- en een B-hockey-elftal. De teams waren voor deze ontmoeting als volgt samengesteld: A-ploeg: Doel: Broese van Groenou (HD.M.) Achter: De Waal (Amsterdam) en A. Tres- ling (HDM). Midden: Stokhuysen (Amsterdam). H. de Looper (Hilversum) en Westerkamp (HDM). Voor: Uthermolen (HDM), De Geer HDM) v. d. Berg (Amsterdam). Heybroek (Amster dam) en van der Haar (HHYC). B-ploeg: Doel: J. de Looper (Hilversum). Achter: Stokmans "(Gooi) en Fresen (Gooi). Midden: van Olphen (Gooi) J. D. Tresling (HOC) en Lob (HDM). Voor: Gunning (BloemendaaliSchook (Hil versum). Schnitger (PW), Caviet (Gooi) en Kwast (Amsterdam). Met 32 wonnen de A-spelers dus op het nippertje. Wat de verrichtingen van de spelers betreft het volgende. Beide keepers wisselden goede met zwakke momenten af, zoodat zeker nog niet beslist is wie in de toekomst het Ne- derlandsche doel zal verdedigen. Wat de backs betreft winnen Frese en Stockman van het Gooi het in snelheid van de Waal en Tresling. maar de laatsten vinden we momenteel nog be ter door hun tactisch spe,. Hun opstellen is veel beter dan dat van de Gooispelers en hier door zien zij kaïis de meeste aanvallen reeds in de kiem te smoren. In de middenlinies viel vooral in de tweede helft de Looper op, terwijl in het B-team de kleine van Olphen door goed technisch werk. snel en handig snel opviel. In de voorhoedes viel Kwast niet mee. Gunning deed handige dingen op den vleugel, was snel en plaatste fraai voor. Van der Berg was de ziel van den A-aanval en voor her. is de mid- voorplaats nog zeker gereserveerd. Utermöhlen was een zeer snelle rechtsbuiten en daarbij speelde hij zeer doortastend. Van hem dreigde het meeste gevaar. De krachten der spelers ontloopen elkaar overigens niet bijzonder veei en het zal een lastige taak zijn voor de Elftalcommissie om het definitieve team. dat op Za „rdag 16 Febr. a.s. te Brussel of Antwerpen tegen België moet spelen, samen te stellen. Een onvolledig Musschenteam heeft zich met een klinkende zege op de Zuiderlingen in de kwart-finale gewerkt. Zonder het goede werk van den doelman van HTCC was het aantal goals nog hooger geweest; hij hield ettelijke schoten keurig uit zijn heiligdom- Schmeink opende de score waarna HTCC door den rechtsbinnen gelijk maakte. Brand en Menger voerden tot de rust de score tot 1—5 op. In de 2de speelhelft had HTCC weinig in te brengen en met regelmatige tusschenpoozen verdween de bal nog acht keer in het net. Sa- lomons, de Musschenkeeper, kreeg een slag bo ven zijn rechteroog. Het ongeval liep gelukkig goed af, want na in de in de nabijheid van het speelveld gelegen kliniek behandeld te zijn, nam hij zijn plaats onder de lat weer in. De wedstrijden om het clubkampioenschap van Nederland hoofdklasse zullen dezer dagen een aanvang nemen .De vereenigingen Gezellig Sa menzijn en J06ef Elankenaar, beide te A'dam, Mutua Delectatio te 's-Gravenhage, „Rotter dam" te Rotterdam, 't Utrechtsche Damgenoot- schap en de Deventer Damclub plaatsten zich in den eindstrijd, en het navolgend rooster is thans vastgesteld: 10 Februari, v.m. 11 uur: in café „Monopole", Kruiskade, Rotterdam, RotterdamMutua De lectatio: 12 Februari, n.m. 7.30 uur: Josef Blankenaar Gezellig Samenzijn, te Amsterdam, café „De Poort van Muiden"; 17 Februari, vm. 11 uur, te Amsterdam, café „Atlantic": Josef BlankenaarMutua Delecta tio; Gezellig SamenzijnRotterdam; 24 Februari, vm. 11 uur, te Den Haag, café „De Kroon", Spui: Mutua DelectatioGezellig Samenzijn; RotterdamJosef Blankenaar; 9 Februari, 4 uur n.m., te Utrecht, café „Ter minus": Utrechtsch DamgenootschapDeventer Damclub; 23 Februari, (lokaal en tijd nader vast te stellen): te Deventer: DeventerUtrechtsch Damgenootschap. De laatste ontmoetingen tusschen de afdee- lingskampioenen zijn nog nader vast te stellen. Er zal worden gespeeld onder de wedstrijdbe- palingen van den Nederlandschen Dambond, op Zondagen met een tempo van 25 zetten per uur, op andere dagen met 'n speeltempo van 45 zet ten in 1 y. uur, daarna 15 zetten per half uur. Van 'belang is de bepaling, dat bordpunten niet van invloed zullen zijn bij gelijke aankomst. 24 Februari Den Haag: Böke—Kalden, Ligt- hartKaan, LeyteJanneman. 2 Maart Den Haag: BakkerLigthart, Metz Janneman, IdzerdaBöke, SchoemakerLeyte, KaldenKaan, aanvang 4 uur n.m. 3 Maart Amsterdam, 11 uur v.m.: Kalden Leyte, KaanBöke, SchoemakerMetz, Ligt hartIdzerda. 9 Maart Rotterdam, 4 uur n.m.: Finale: Metz —Schoemaker, IdzerdaLeyte, Schoemaker— Kaan, LigthartJanneman. Op de Zaterdagen en Zondagen wordt gespeeld met een tempo van 25 zetten p. u., de overige da gen 45 zetten in anderhalf uur. Lisse wint de toss en laat V.V.E. tegen den sterken wind in aftrappen. De thuisclub onder neemt den eersten aanval en de Lisse-doelman meet dadelijk zijn talenten toonen. Dan trekt Lisse ten aanval en goed gesteund door den wind zijn zij 't meest in den aanval, doch de V.V.E.-achterhoede is er goed in en laat zich niet passeeren. Wanneer V.V.E. een snellen aan val op het Lisse-doel doet, belandt de bal bij den rechtsbuiten die een schot geeft op doel doch de doelman weet weer te redden. Direct daarna breekt de V.V.E.-linksbinnen door, doch schiet naast, ook krijgt de rechtsbinnen nog een kans doch de bal wordt weggewerkt. Na de rust is V.V.E. sterk in den aanval en krijgt de Lisse-achterhoede het zwaar te ver antwoorden, doch de doelman staat als een rots in de branding. Toch kan hij niet verhinderen dat V.V.E. de leiding neemt, als de midvoor onhoudbaar inschiet. Lisse geeft het niet op, en als bij een aanval Lisse 'n strafschop krijgt te nemen is de stand gelijk 11. Beiden strijden heftig om de leiding, doch in den stand komt geen verandering meer. Met invallers voor Iseger en van den Berg ondernamen de rood-broeken de verre reis naar Limburg, waar in Spekholzerheide tegen Ju liana een wel wat geflatteerde, maar overigens verdiende nederlaag het einde bracht aan Haarlem's deelneming aan de Bekerwedstrijden. Op het gladde terrein voelde Juliana zich beter thuis dan Haarlem en was dan ook direct ster ker. Als Huysman een vrijen bal wil wegwerken glijdt hij, komt te vallen en de rechtsbinnen heeft weinig moeite om Voogd te passeeren. 1o. Het uitstekende spel van Kammeyer en De la Mar stelt hierna de Haarlem-voorhoede in staat regelmatig aan te vallen, maar 't kor te spel en gebrek aan doortastendhe:d en schot- vaardigreid staan het maken van doelpunten in den weg. Enkele minuten voor de rust schiet Goedhart in eigen doel en met 2—0 voor Ju liana komt de rust. De tweede helft wordt in voortdurenden regen gespeeld en op het steeds gladder wordende veld gaat het spel eenigen tijd gelijk op, maar ook nu slaagt de Haarlem-voorhoede er niet in de verdediging van Juliana, waarin rechts-ach- ter en doelverdediger uitblinken te passeeren. De middenvoor van Juliana schiet den bal uit een voorzet van rechts fraai in en in snel tem po wordt Voogd nog tweemaal gepasseerd. 50. Hurkmans is inmiddels uitgevallen. Polanen gaat op den vleugel en Van Gooi neemt de mid denvoorplaats, waar hij spoedig een der weinig flinke schoten op het Juliana-doel lost', maar de bal gaat juist langs den paal. Tenslotte is het toch van Gooi die tegen scoort uit een voor zet van Polanen, waarna scheidsrechter F. Pij- nenborgh, die een goed leider bleek te zijn, het einde aankondigde. QSCBeverwijk 01 Beverwijk wint de toss en QSC trapt af. Van goed voetbal is geen sprake, want het blijkt dat het middenveld zeer drassig is en alleen de vleugelspelers gras on der hun voeten hebben. Het wordt een ge ploeter in den drassigen bodem en daar de Wij kers dat niet gewend zijn is hun plaatsen slecht, doch ook QSC maakt er weinig van en daar de Wijkers eenigszins windvoordeel hebben zijn zij meer in den aanval, binnen 10 min. veroorzaken zij een penalty die door Tee ling wel goed maar te zacht wordt ingescho ten en QSC's keeper verwerkt het zachte schot tot corner. QSC doet gevaarlijke aanvallen maar ook zij maken te veelvuldig kennis met moe der aarde en om beurten worden door beide partijen opgelegde kansen om zeep gebracht. De Wijkers schieten van te verren afstand en QSC zoekt het doel op verkeerde plaatsen, daarenboven zijn beide keepers goed op dreef zoodat van doelpunten geen sprake is en de rust ingaat met dubbel blanken stand. Na de rust gaat het harder regenen. Na de rust zijn de QSCers meer in den aan val, maar het gelukt hun niet den Wijker kee per te verschalken en daar de doorbraken van Beverwijk uiterst gevaarlijk zijn, zijn de ga pingen bij QSC tusschen achterhoede en mid denlinie te groot. De Wijkers dringen steeds meer op, waardoor de QSC'ers nog al eens in de buitenspelval loopen. De stand is nog steeds 00 en de tijd zegt ons, dat er nog 10 min. zijn te spelen. De Wijkers en QSC'ers zwoegen als paarden. De vermoeidheid spreekt ook een woordje mee en daar de bal nu in het geheel niet rolt wordt het spelen steeds moeilijker. Nu komen echter de Wijkers meer in den aan val en als ten slotte Maenhout na eenige ver- geefsche pogingen den bal op den vleugel vrij krijgt kogelt hij keihard in. Het schot verrast den keeper en de stand is 01. Afd. 1 A: RCH 3—EDO 5 RCH 4Zeemeeuwen 2 Bloemendaal 2Schoten 2 IA. Stormvolegl 3Haarlem 3 11. Afd. B: IB. Kinheim 3—IVO 2—1. EDO 3Haarlem 4 RCH 5—EDO 4 EHSKennemers S SpaamestadDWO Afd. 2 A: 2A. Spaarnevogels 1Stormvogels VI. Vogels 2—THB 2 EDO 6—VSV 4 1—2 3—1 2—4 2—2 5—0 3—1 2—1 Afd. 2 B: 2B. WH—Zeemeeuwen 3 Ripperda 2EDO 7 3—1. 4 2—4. 1—0 8—0 6—2 Afd. 2 C: Haarlem 3-r-Spaarndam Bloemendaal Vet.Heemstede DIO 2Kennemers 4 5—1 2—0 1—2 2C. Stormvogels 5- 4—3. -HFC 1 3—5. WBVSV 3 2D. VI. Vogels 2—DCO 6—2. DSK—Zand- voort 2 43. Afd. 3 A: HFC 6—Kenau 4 Kennemers 7EHS 5 0—1 5—2 3A. VSV 5—WH 2 7—2. 3C. THB 3Stormvogels 6 63. IVO 2Be verwijk 4 12. Afd- 3 B: SwastikaDroste 3 Afd. 3 C: Kenau 2Kennemers 8 Afd. 3 E: EDO 10Heemstede 3 Afd. 3 G: VOG 2Kennemers 6 3G. VSV 6—Schoten 4 4—3. Afd. 3 J: Kennemers 9Brederode 3 3J. Beverwijk 3Kenau 3 31. Afd. 3 K: Haarlem 7DIO 3 EDO 9Schoten 3 Afd. 3 L: Spaarndam 3Kinheim 5 11—1 2—5 1—3 5—4 5—0 5—2 0—10 1—5 Zondagmiddag werd in het Parkhotel te Am sterdam de competitie-wedstrijd om het club kampioenschap van Nederland gespeeld tus schen de Amsterdamsche Schaakclub en de Schaakclub Utrecht. De totale uitslag was 5—5. Gedetailleerde resultaten: Backers verl. van Spanjaard; Van Hartings- velt wint van Jhr. van Foreest; Addicks verl. van ir. Verwey de Winter; Spinhoven verl. van Wieger Kokje; Kleefstra verl. van Den Har toog; Ligthart verl. van Robjjns; Karper wint van Van der Gaag; ir. Scheffer wint van Lehr; Westermann wint van Acht; Lindeman wint van Van Wijngaarden. Het resultaat van de Zondag gespeelde ont moeting voor het clubkampioenschap tusschen Bussum en het Vereenigd Amsterdamsch Schaakgenootschap luidt: Bussum—V.A.S. FelderhofSpeyer A Van DoesburgLandau 01. MullerMulder 01. Jhr. dr. v. ForeestF. S. van Hoorn A'A- DeckerSchelfhout 10. FischerVeerkamp 01. BrandesGobitz 10. Van GroningenHoenselaar 10. BoekdrukkerPolak 01. AnsinghCortlever AA- Uitslag Bussum AA punt, V.A.S. 514 punt. Juist voordat het begon te regenen had gis termiddag op het terrein van het R. K. Sport park aan den Haagweg te Leiden de jaar- lijksche 3 K.M. -veldloop van de Leidsche R. K. athletiekvereeniging „De Bataven" plaats. Hoofdprijs voor dezen veldloop was de wissel beker, die reeds viermaal verloopen was en door Th. Stijnman en A. van Bakel elk tweemaal was gewonnen. Wijl geen dezer twee loopers thans deelnamen kwam de beker ditmaal dus in andere handen. Ongeveer veertig loopers hadden ingeschre ven. De uitslagen luiden: Cracks (A-klasse): 1 P. van Dam (De Bata ven). Nieuwelingen: 1 H. Coblenz (HollandHaar lem) in 13 min. 9 sec.; 2 v. d. Klugt (De Bata ven), in 13 min. 19 sec.; 3 C. Smit (G. V. O.— Krommenie)4 R. Knape (HollandHaarlem) 5 N. Hilhorst (D. W. S.Bussum); 6 de Winter Haarlem; 8 F. Kallenberg (De Bataven). Propaganda-klasse: 1 A. Strijk (Steeds Hooger Rijpwetering)2 L. Zuidwijk (P. F. C.—Poel dijk); 3 Th. Westgeest (S. D. S.Den Haag); 4 W. Zuidwijk (P. F. C.Poeldijk). Op Woensdag 6 Februari 1935 zal de heer Hirschfeld uit Bloemendaal een lezing houden- voor de leden en introducé's van bovengenoem de club. Deze bijeenkomst zal plaatsvinden in de tuin- zaal van Café-Restaurant Brinkmann, Groote Markt, alhier en aanvangen om 20 uur 30. Op Donderdag 14 Februari a s., eveneens te 20 uur 30, wordt een buitengewone Algemeene ver gadering gehouden. Deze vergadering wordt gehouden in Café- Restaurant Brinkmann, Groote Markt, alhier. Bovengenoemde vereeniging hield de eerste Rit Wintercompetitie over 10 K.M. De uitslag luidt: 1. J. Westbroek 6 pt.; 2- B. Schell 5 pt.; 3. A. van der Beek 4 pt.; 4. Roorda 3 pt; 5. Steij- nen 2 pt.; volgende renners allen 1 punt. Junioren 1. Schell Jr- 6 pt.; 2. Koelemij 5 pt.; 3. Pie- terse 4 pt.; 4. Bouman 3 pt.; 5. Hermans, 2 pt.; volgende allen 1 pt- Richard, de bekende Fransche werelduur recordhouder en achtervolgingsspecialist is zoo juist van zijn vacantie teruggekeerd en ver klaarde weer fit te zijn om zijn achtervolgings concurrenten te ontmoeten. Er zit echter een „maar" aan. Hij wil niet meer dan een achter volging per maand rijden, omdat hij het anders niet meer kan volhouden. Overigens wil hij de sterkste achtervolgers ontmoeten. Uitstappen; het einde van den rit. Het portier gaat open voorzichtig Ianders is het uit met de vreugde. Want het roekeloos openen van het por tier kan f 150,— boete kosten I i i i i r De eindwedstrijd om den meestertitel zal Dinsdag 5 Februari in verschillende deelen van ons land een aanvang nemen. Het programma ziet er als volgt uit: 5 Februari te Den Haag: KaldenSchoema ker; te Amsterdam: MetzBöke; IJmuiden: LigthartLeyte. 7 Februari Rotterdam: IdzerdaBakker. 9 Februari n.m. 4 uur IJmuiden: Böke Ligthart, LeyteMetz; Rotterdam: Janneman— Idzerda, KaanBakker. 10 Februari v.m. 11 uur Rotterdam: Kalden— Metz, LeyteBöke, KaanIdzerda, Schoemaker —Janneman. 12 Februari Amsterdam: MetzLigthart. 14 Februari: KaldenIdzerda, BakkerSchoe maker, te Rotterdam. 16 Februari Den Haag: BakkerLeyte, Böke— Schoemaker, KaanMetz, JannemanKalden, n.m. 5 uur. 17 Februari Amsterdam: LigthartKalden, JannemanBöke, Idzerda-Schoemaker, Leyte Kaan. 18 Februari Den Haag: BakkerKalden, Jan nemanBakker. 23 Februari: Böke—Bakker, KaanJanneman, MetzIdzerda, LiethartSchoemaker. te Rot terdam. Het zwarte ras in Afrika overtreft het blanke ver. In de Unie zijn ongeveer zeven millioen kaffers tegen slechts twee millioen blanken. Een breede, dikke neus, vreeselijk dikke en vooruitstaande lippen: kort en kroezig haar zijn de typeerende kenmerken. Het hoofd is meestal rond tot ovaal rond. Een blik op de foto's doet direct deze typeerende eigenschappen in het oog vallen. De kleur der huid varieert sterk van chocoladebruin tot bijna pikzwart; een zekere kleur is een zekeren stam eigen; een der herkenningsmiddelen kaffers lijken voor den vreemdeling allen op elkaar Zij zijn flink en forsch gebouwd en vertoonen maar zelden lichamelijke gebreken, omdat zwakke en gebrekkige kinderen op een heuvel ver van de kraal gelegd worden om daar te sterven. De vrouwen, wier ruglijn kaarsrecht is. doordat zij alles op haar hoofd dragen soms honderd pond zijn welgevormd. Een dikke vrouw is het ideaal van den kaffer. De vrouw zelf is trotsch op haar omvang en de grootste loftuiting, die men haar kan geven is door haar met „vetklomp" aan te spreken. Na den middelbaren leeftijd leeftijden zijn moeilijk te schatten, een kaffer lijkt altijd jon ger dan hij in werkelijkheid is en zij weten zelf nooit hoe oud zij zijn begint de huid slap te worden en in plooien te vallen. De oude man wordt geëerd, vooral als zijn haren en baardje grijs worden, maar de oude vrouw wordt ver acht. Zij heeft afgedaan, want zij kan geen kinderen meer voortbrengen en moet van lief dadigheid leven of van haar scherpe tong ge bruik maken en tooverheks worden. Bitter wei nig is de kaffer in den loop der jaren vooruit gegaan. De redenen zijn te talrijk om in dit kort bestek opgesomd te worden. In de steden en dorpen is de kaffer op Europeesche wijze ge kleed, doch deze kleeding legt hij, zoodra hij weer in de kraal is, af en valt in 'n minimum van tijd weer tot den staat van „rauwen" kaffer terug. Talloos zijn heden nog de gebieden in de linie, waar de kaffer in zijn „rauwen" staat leeft. Daar worden nog de oude wetten, zeden, ge bruiken en gewoonten gehandhaafd. Een lenden schortje, meestal van de huid van een of ander wild dier gemaakt, maakt de kleeding uit. Een paar koperen ringen rond de polsen en de en kels worden gewoonlijk als versierselen gedra gen. De kinderen zijn geheel naakt en dragen een kralenketting om den hals, dikwijls ook om de polsen en de enkels, om de booze geesten af te weren. Het bijgeloof en het geloof in geesten goede en kwade, doch meestal kwade geesten, die door offeranden telkens tevreden gesteld moeten worden beheerschen het leven der kaffers. Het leven van een kaffer Is een leven van angst. Het heelal is volgens hem meer bewoond door geesten dan door menschen. Zelfs in het water leven geesten. In dieren, voor al leeuwen, slangen, salamanders, kameleons, huizen de geesten zijner voorvaderen, die hem in deze gedaante bezoeken. Juist door dit sterke bijgeloof heeft de too- verdokter zoo'n groote macht en invloed onder de kafferbevolking. Hun gilde is niet groot, daar slechts de slimsten en sluwsten zich op dit winstgevende vak kunnen toeleggen. Op jeug digen leeftijd gaan zij bij een ouden rot in de leer en worden, als zij een beetje handig met hun trucjes zijn, wijd en zijd beroemde „dok ters". Voor alles worden zij geraadpleegd; voor droogte, ziekte, misoogst, sterfte onder het vee en wat dies meer zij. De één werkt uitsluitend met beenderen, de ander alleen met medicijnen. De „medicijndokter" heeft menigmaal voor het maken van zijn medicijnen de ingewanden, hart, nieren of wat dan ook, van een kind noo- öig. Zonder heel veel omslag wordt het kind afgeslacht de medicijndokter ordineert het immers! en de benoodigde deelen worden tot medicijn vermalen. Heden ten dage komt kin dermoord nog voor. Zoo'n enkelen keer lekt een geval uit één uit de vele want kaffers zijn o zoo slim! Tegenover blanken laten zij net uit wat zij kwijt willen zijn, en op verder vragen krijgt men het stereotype antwoord: „Het is onze gewoon te!" Het is juist door deze geslotenheid, dat wij ten opzichte van hunne gewoonten, zeden en mentaliteit in heel veel opzichten nog in het duister tasten en hen slechts ten deele ver staan. De os speelt een groote rol in het kafferleven. Ossen bepalen des kaffers rijkdom, den koopprijs voor een vrouw en het honorarium van een tooverdokter. Uren en uren kan men een troep kaffers voor een kraal in de zon zien liggen, terwijl zij over niets anders dan over een os of de kleur van een os praten. De mannen zijn de luiheid zelve, zij liggen in de zon wezenloos te staren, te praten of te slapen, terwijl de vrouwen op het land werken en de huishoudelijke bezigheden verrichten. Werk is beneden de waardigheid van den kraal- kaffer. Zijn mentaliteit weerspiegelt zich heel duidelijk in: „Laat ons eten, drinken en sla pen, want morgen zijn wij dod!" De grootste evenementen In des kaffers leven zijn de dood en het huwelijk. Uit zijn zegswijze: „Hij, die over den dood spreekt, is een slecht vriend" blijkt duidelijk hoe bang zij voor den dood zijn. Hun dooden begraven zij in zitten de houding, de knieën tegen de kin opgetrok ken. De kraalhoofden worden in het midden van de veekraal en de andere bewoners in de nabijheid daarvan begraven. Al de aardsche be zittingen worden met den overledene begra ven, niets mag er overblijven dat aan den doo- de herinnert en meestal wordt ook de hut ver brand. De ceremoniën na de begrafenis, de offeranden, het reinigingsproces dergenen, die den doode grafwaarts gedragen hebben, etc. zijn talrijk en wisselen bij de verschillende stammen af. Het huwelijk, dat door heel veel verhande lingen over het aantal ossen, dat als koopprijs betaald moet worden, voorafgegaan wordt, is een groot eet- en drinkgelag. De bewoners van alle omliggende kralen worden tot het feest uit- genoodigd en verschijnen daar in hun feestge waad. De vrouwen behangen zich met kraal- kettingen en friseeren het haar met klei. De mannen tooien het hoofd met vederen en om hangen zich met prachtige beestenvellen. Da gen en dagen, nacht en dag door, wordt er ge geten en gedronken. Mijlen ver hoort men het eentonig tom-tom van de danstrommel. Uren en uren achtereen houdt een en dezelfde dans aan. Deze twee evenementen en in den oogsttijd enkele biergelagen, waaraan de vrouwen ook naar hartelust deelnemen en die niets anders dan bacchanaliën zijn, vormen de eenigste af wisseling in het eentonige leven der kaffers. De kaffer is voor den blanke een mysterie, een probleem en het zal nog tientallen jaren zoo niet eeuwen duren, eer het urgente vraagstuk in de Unie de kafferkwesfc opgelost is. Het is eigenlijk jammer, dat de teekenfilm in de programma's van onze bioscopen zoo gemakkelijk verdrinken in den groo- ten hoop. Nietwaar? We openen een program ma met wereldnieuws, we gaan verder met.,., wereldnieuws, we krijgen een komisch filmpje cadeau, we gaan over tot het Nederlandsche filmjournaal, dan komt de teekenfilm aan de orde, soms, heel vaak zelfs worden we vergast op een variéténummer, bestaande uit acroba tiek, dans, zang, enz. en ten slotte verteren we de hoofdfilm. Wat is de teekenfilm in dezen grooten chaos? Een klein en nietig fragment, dat we reeds bijna vergeten zijn, als we aan het hoofdnummer toe zijn. Ik weet wel, dat het niet anders kan, dat de film te klein is om een programma te vor men en dat een teekenfilm van een uur mis schien onverteerbaar zou zijn, maar het feit blijft bestaan, dat het jammer is. Want er is wel geen mensch, die ooit de bioscoop bezoekt, of hij wordt gefrappeerd door het zien van die luchtige, soms fantastische dingen, die de teekenfilm biedt. Wie kent niet Betty Boop, Koko, Bimbo, Mickey Mouse, Felix enz. en dat heele rare wereldje, dat zich om deze helden beweegt? Ze zijn als menschen, handelen als menschen en al zien we voor onze oogen, dat ze uitzonderlijke en onwezenlijke figuren zijn, we gelooven in ze met alle kracht van onze fan tasie. Waarom? Omdat de mannen, die deze films maken, Walt Disney, Max Fleischer, Leo Schlesinger en hun collega's zelf blijkbaar even vurig in hun helden gelooven en laten optreden met een zelfbewustheid, die men vergeefs bij de menschelijke filmsterren zal zoeken. Als er inderdaad reden zou zijn om filmsterren te bewonderen, laten we dan onze bewondering voornamelijk reserveeren voor de helden van de teekenfilm, want zij verdienen het meer dan alle anderen. De makers van deze films hebben het groote voordeel, dat hun sterren nooit nukkig zijn en nooit te laat in de studio komen om de opna men te vertragen. In het begin van de teeken film, toen men met de beweging nog niet goed weg wist, herinner u slechts de schokkende fi guurtjes die over het bioscoopdoek dansten, hebben de sterretjes hun geestelijke vaders nog al eens last bezorgd, maar dit was niet hun schuld, doch de schuld van de makers zelf, die zich nog niet voldoende hadden bekwaamd in het vak, en nog zooveel moesten leeren. Maar nu? Al die menschen en dieren en spookgestalten, die de teekenfilms bevolken zweven en glijden over het doek en maken de meest fantastische geluiden en wij verbazen ons niet eens meer. We hebben geleerd de tech niek van de film in al zijn finesses als iets van zelfsprekends te aanvaarden, maar het kan goed en nuttig zijn ons een idee te vormen van de moeilijkheden, die overwonnen moeten wor den, alvorens die vlotte en schijnbaar zoo sim pele teekenfilms op het witte doek voorbij kun nen vlieden. Het groote voordeel, waarover we hierboven spraken, brengt ook zijn groote moeilijkheden mee, want al is het waar, dat de makers van de teekenfilm door niets worden belemmerd om hun fantasie de volle maat te geven, het is eveneens waar, dat zij alles wat zij maken als 't ware uit het niet moeten scheppen. En dit is geen kleinigheid. Laten we ons daarom in het kort even bezig houden met de techniek van de teekenfilm. Een enkel teekenfilmpje, dat ons hoogstens tien minuten in de bioscoop bezig houdt, vergt niet minder dan twaalf duizend teekeningen, waarvan er in de film zelf niet één als een af zonderlijke teekening is aan te wijzen. Dit komt natuurlijk, omdat die twaalfduizend teekenin gen bewegend in elkaar overgaan, zooals de beelden van een gewone speelfilm dit doen, ter wijl de overgang voor ons oog wordt afgedekt door het bekende vleugeltje, dat voor de ca mera van het projectie-apparaat draait, zooals wederom bij de gewone speelfilm geschiedt. We zeiden dus, dat ae teekenfilm bestaat uit duizenden teekeningen. Deze teekeningen wor den vervaardigd door de assistenten van Dis ney, Fleischer en de andere filmers, die allen een dozijn of meer medewerkers hebben. De voornaamste accenten van de film worden door de filmmakers zelf op het papier geworpen, waarna de assistenten, die de werkwijze van hun leider natuurlijk door en door moeten kennen, de verdere teekeningen er bij maken. Bij voorbeeld. Mickey Mouse moet een berg beklimmen. Disney maakt een teekening, die Mickey voorstelt aan den voet van den berg, met een opwaartsche beweging De assistent, die het verhaaltje van dé film kent, weet nu, dat hij alle volgende bewegingen van de muis moet bij teekenen en wel zoo, dat al zijn teeke ningen, wanneer die in een vloeiend verband met elkaar worden gebracht, de volledige be weging van de muis zonder schokken of stoo- ten in beeld brengt. Wanneer nu alle bewegin gen, waarvan dus de eerste teekening door den meester werd gemaakt, in teekeningen zijn ge bracht, zoodat zij reeds door een projectie-ap paraat als een gave film kunnen worden ver toond, wanneer zij in plaats van op papier op de filmband zouden staan, dan worden al deze teekeningen overgebracht naar een bepaalde afdeeling, die men „Inktdepartment" noemt en waar de teekeningen worden overgetrokken op celluloid. Een volgende afdeeling retoucheert hier en daar, waar het noodig is en als al deze werkzaamheden naar tevredenheid verloopen zijn, gaat men over tot het opnemen van de teekeningen door een filmcamera, in beweging dus. Zoo ontstaat het negatief, waarvan men ontelbare afdrukken, dus films kan maken. Op een andere celluloidband wordt de bege leidende muziek, eventueel het gesproken woord vastgelegd en beide filmbanden worden weer tot één band vereenigd, waarvan een nieuwe afdruk wordt genomen, zoodat beeld en geluid nu op een band zijn aangebracht. Een duister punt is wellicht nog de teekenin gen zelf. Hoe zal een teekenaar weten, of de verschillende teekeningen, die hij moet maken van één beweging, vloeiend op elkaar volgen en dus een gave beweging zonder stooten zullen teweegbrengen? Hij voorziet hierin als volgt. Na de eerste teekening gemaakt te hebben, hecht hij deze vast op z}jn teekentafel, die van glas is en waaronder een licht brandt. Hij kijkt dus door het papier heen. Een versch stuk tee kenpapier wordt op de eerste teekening gelegd en daarop wordt de tweede teekening aange bracht, die bijna gelijk is aan de eerste en die slechts 'n étappe méér naar de volledige bewe ging voorstelt. Zoo volgt de derde teekening, die weer iets verder gaat en iets meer van de beweging verraadt. De vierde, de vijfde teeke ning volgt met telkens een stukje beweging meer. Een voorbeeld van deze werkwijze vindt de belangstellende lezer afgebeeld op deze pagina, waar één beweging van Bimbo n.l. een stap niet minder dan twaalf teekeningen noodig maakte. Als dan de teekenfilm met geluid en al klaar is, is de techniek van dit wonderlijke filmding volbracht. Bij het lezen van deze uiteenzetting zal men misschien tot de teleurstellen de ontdekking komen, dat de teekenfilm eigen lijk niets anders is dan een veeleischend tech nisch procédé. Dit is inderdaad gedeeltelijk waar, maar aangezien de techniek slechts mid del is, kan de teekenfilm veel meer zijn dan een louter technisch vernuftige vinding. En inder daad is zij dat. De vele drama's, die zich in de tot dusver gemaakte teekenfilms hebben afge speeld zijn daar het bewijs van. En om een voorbeeld te noemde laatste Mickey Mouse kan gelden als een van de best geslaagde spot ternijen, die de filmgeschiedenis kent. We zien daar hoe Mickey in een beroemd filmtheater in Hollywood wordt gevierd door alle filmster ren, terwijl de voornaamste sterren hem huldi gen op het tooneel. Deze sterren zijn natuurlijk alle geteekend en geven de echte sterren weer in den vorm van prachtige caricaturen. Wal lace Beery, Mae West, Greta Garbo, de vier ge broeders Marx, Charley Chaplin en vele ande ren zien we uit hun auto stappen en onder het gejuich van het publiek de zaal in gaan. Zij ko men allen op in bewegingen, die hun op het witte doek eigen zijn en wekken een onbedaar lijk gelach bij de bioscoopbezoekers, die hier voor het eerst een oneerbiedige bespotting van hun geliefde sterren aanschouwen. Tot in het geluid toe is de ironie volgehouden, zoodat de bekende stemmen van Garbo, Beery en al die anderen, gaaf en bekend van het doek klinken. De droomerige en sloome beweging van Garbo en haar donkere ietwat heesche altstem, beide nr.1'ijk wat aangedikt rn.~i or.: 6- vat I sail Pcrpey de Zeeman, de nieuwste held van de teekenfilm koombaar komisch effect, waar de zaal om da verten ziedaar de teekenfilm als een vol maakte afbeelding van de werkelijkheid, of lie ver nog veel meer dan dat: als de verheviging van die werkelijkheid. Maar veel meer dan de werkelijkheid is het de droom, die het terrein van de teekenfilm is. De droom, de fantasie, de ongebreidelde fan- tasterij, die een man als Fleischer er toe bracht een verzameling spoken uit de graven van een kerkhof te doen oprijzen en een heele spoken- wereld aan de toeschouwers op te dringen. De droom, die Walt Disney de mogelijkheid gaf om zijn prachtige kleurteekenfilms te maken, die een sprookje als „Luilekkerland" tot onderwerp namen en ons tot onze groote verbazing plot seling duidelijk maakte, dat het ware, zuivere sprookje van eertijds op dit oogenblik wellicht nergens een zoo fijne uitbeelding kon vinden als in de film. Hierbij moeten we even opmerken, dat de makers van teekenfilms heel wat minder waar de hechten aan het gewone geluid, dan de ma kers van de speelfilms doen. In de speelfilms ontmoeten we bijna nooit menschen of dingen, die niet het geluid maken, dat we in het dage- lijksche leven van hen verwachten. Zoo is het niet in de teekenfilm. Daar worden alleen die geluiden ten beste gegeven die het effect van het détail of het geheel kunnen verhoogen en zoo ontmoeten we b.v. op het bovenbedoelde kerkhof verschrikkelijke geluiden, die ons wel licht nog meer dan de spoken zelf de stuipen op 't lijf jagen. Zoo is de teekenfilm in staat om een wereld te scheppen, die buiten alle reali teit omgaat en zich verliest in een schijnwe reld, die geen grenzen meer kent. De mogelijk heden van de teekenfilm zijn dan ook niet te taxeeren en het interessante hierbij Is, dat waarlijk niet alleen de fijnproever plezier heeft in deze prachtige films, maar dat juist het groote publiek de vermakelijke teekenfilms zoo zuiver aanvoelt. Dbg. Opbrengst collecte De collecte, welke Zon dag bij het uitgaan der H.H. Missen plaats vond ten bate van de St. Elisabethsvereeniging, heeft 306.50 opgebracht.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1935 | | pagina 14