SPORT EN WEDSTRIJDEN
Het zwarte ras in Afrika
De techniek van de teekenfilm
De kafferkwestie
MAANDAG 4 FEBRUARI 1935
V
Een zeer interessant
filmexperiment
HOCKEY
PROEFWEDSTRIJD TE
AMSTERDAM
A-elftal wint op het nippertje
met 32
TRESLING-BEKER
H.T.C.C. II—M.H.C. 1—13
DAMMEN
CLUBKAMPIOENSCHAP VAN
NEDERLAND
Finale hoofdklasse
VOETBAL
V.V.E.Lisse 11
BEKERWEDSTRIJD
JulianaHaarlem 51
G.S.C.Beverwijk 01
H.V.B.-uitslagen
SCHAKEN
CLUBKAMPIOENSCHAP VAN
NEDERLAND
A'damsche SchaakclubS.C.
Utrecht 55
BussumV.A.S.
ATHLETIEK
3 K.M.-veldloop van
Bataven"
,De
Kynologenclub „Kennemerland"
De jonge Kampioen
Richard weer fit
'elkom thuis
CJpen
a u tod
euren voorzichtig!
Eindstrijd om den meestertitel
Cl*
UIT DEN OMTREK
ZAANDAM
Twaalf teekeningen voor één beweging
Op het veld van Amsterdam werd Zondag
middag de aangekondigde proefwedstrijd ge
speeld tusschen een A- en een B-hockey-elftal.
De teams waren voor deze ontmoeting als
volgt samengesteld:
A-ploeg:
Doel: Broese van Groenou (HD.M.)
Achter: De Waal (Amsterdam) en A. Tres-
ling (HDM).
Midden: Stokhuysen (Amsterdam). H. de
Looper (Hilversum) en Westerkamp (HDM).
Voor: Uthermolen (HDM), De Geer HDM)
v. d. Berg (Amsterdam). Heybroek (Amster
dam) en van der Haar (HHYC).
B-ploeg:
Doel: J. de Looper (Hilversum).
Achter: Stokmans "(Gooi) en Fresen (Gooi).
Midden: van Olphen (Gooi) J. D. Tresling
(HOC) en Lob (HDM).
Voor: Gunning (BloemendaaliSchook (Hil
versum). Schnitger (PW), Caviet (Gooi) en
Kwast (Amsterdam).
Met 32 wonnen de A-spelers dus op het
nippertje. Wat de verrichtingen van de spelers
betreft het volgende. Beide keepers wisselden
goede met zwakke momenten af, zoodat zeker
nog niet beslist is wie in de toekomst het Ne-
derlandsche doel zal verdedigen. Wat de backs
betreft winnen Frese en Stockman van het
Gooi het in snelheid van de Waal en Tresling.
maar de laatsten vinden we momenteel nog be
ter door hun tactisch spe,. Hun opstellen is
veel beter dan dat van de Gooispelers en hier
door zien zij kaïis de meeste aanvallen reeds
in de kiem te smoren. In de middenlinies viel
vooral in de tweede helft de Looper op, terwijl
in het B-team de kleine van Olphen door goed
technisch werk. snel en handig snel opviel. In
de voorhoedes viel Kwast niet mee. Gunning
deed handige dingen op den vleugel, was snel
en plaatste fraai voor. Van der Berg was de
ziel van den A-aanval en voor her. is de mid-
voorplaats nog zeker gereserveerd.
Utermöhlen was een zeer snelle rechtsbuiten
en daarbij speelde hij zeer doortastend. Van
hem dreigde het meeste gevaar.
De krachten der spelers ontloopen elkaar
overigens niet bijzonder veei en het zal een
lastige taak zijn voor de Elftalcommissie om
het definitieve team. dat op Za „rdag 16 Febr.
a.s. te Brussel of Antwerpen tegen België moet
spelen, samen te stellen.
Een onvolledig Musschenteam heeft zich met
een klinkende zege op de Zuiderlingen in de
kwart-finale gewerkt. Zonder het goede werk
van den doelman van HTCC was het aantal
goals nog hooger geweest; hij hield ettelijke
schoten keurig uit zijn heiligdom-
Schmeink opende de score waarna HTCC
door den rechtsbinnen gelijk maakte. Brand en
Menger voerden tot de rust de score tot 1—5
op. In de 2de speelhelft had HTCC weinig in
te brengen en met regelmatige tusschenpoozen
verdween de bal nog acht keer in het net. Sa-
lomons, de Musschenkeeper, kreeg een slag bo
ven zijn rechteroog. Het ongeval liep gelukkig
goed af, want na in de in de nabijheid van het
speelveld gelegen kliniek behandeld te zijn,
nam hij zijn plaats onder de lat weer in.
De wedstrijden om het clubkampioenschap van
Nederland hoofdklasse zullen dezer dagen een
aanvang nemen .De vereenigingen Gezellig Sa
menzijn en J06ef Elankenaar, beide te A'dam,
Mutua Delectatio te 's-Gravenhage, „Rotter
dam" te Rotterdam, 't Utrechtsche Damgenoot-
schap en de Deventer Damclub plaatsten zich in
den eindstrijd, en het navolgend rooster is thans
vastgesteld:
10 Februari, v.m. 11 uur: in café „Monopole",
Kruiskade, Rotterdam, RotterdamMutua De
lectatio:
12 Februari, n.m. 7.30 uur: Josef Blankenaar
Gezellig Samenzijn, te Amsterdam, café „De
Poort van Muiden";
17 Februari, vm. 11 uur, te Amsterdam, café
„Atlantic": Josef BlankenaarMutua Delecta
tio; Gezellig SamenzijnRotterdam;
24 Februari, vm. 11 uur, te Den Haag, café
„De Kroon", Spui: Mutua DelectatioGezellig
Samenzijn; RotterdamJosef Blankenaar;
9 Februari, 4 uur n.m., te Utrecht, café „Ter
minus": Utrechtsch DamgenootschapDeventer
Damclub;
23 Februari, (lokaal en tijd nader vast te
stellen): te Deventer: DeventerUtrechtsch
Damgenootschap.
De laatste ontmoetingen tusschen de afdee-
lingskampioenen zijn nog nader vast te stellen.
Er zal worden gespeeld onder de wedstrijdbe-
palingen van den Nederlandschen Dambond, op
Zondagen met een tempo van 25 zetten per uur,
op andere dagen met 'n speeltempo van 45 zet
ten in 1 y. uur, daarna 15 zetten per half uur.
Van 'belang is de bepaling, dat bordpunten niet
van invloed zullen zijn bij gelijke aankomst.
24 Februari Den Haag: Böke—Kalden, Ligt-
hartKaan, LeyteJanneman.
2 Maart Den Haag: BakkerLigthart, Metz
Janneman, IdzerdaBöke, SchoemakerLeyte,
KaldenKaan, aanvang 4 uur n.m.
3 Maart Amsterdam, 11 uur v.m.: Kalden
Leyte, KaanBöke, SchoemakerMetz, Ligt
hartIdzerda.
9 Maart Rotterdam, 4 uur n.m.: Finale: Metz
—Schoemaker, IdzerdaLeyte, Schoemaker—
Kaan, LigthartJanneman.
Op de Zaterdagen en Zondagen wordt gespeeld
met een tempo van 25 zetten p. u., de overige da
gen 45 zetten in anderhalf uur.
Lisse wint de toss en laat V.V.E. tegen den
sterken wind in aftrappen. De thuisclub onder
neemt den eersten aanval en de Lisse-doelman
meet dadelijk zijn talenten toonen. Dan trekt
Lisse ten aanval en goed gesteund door den
wind zijn zij 't meest in den aanval, doch de
V.V.E.-achterhoede is er goed in en laat zich
niet passeeren. Wanneer V.V.E. een snellen aan
val op het Lisse-doel doet, belandt de bal bij
den rechtsbuiten die een schot geeft op doel
doch de doelman weet weer te redden. Direct
daarna breekt de V.V.E.-linksbinnen door, doch
schiet naast, ook krijgt de rechtsbinnen nog
een kans doch de bal wordt weggewerkt.
Na de rust is V.V.E. sterk in den aanval en
krijgt de Lisse-achterhoede het zwaar te ver
antwoorden, doch de doelman staat als een rots
in de branding. Toch kan hij niet verhinderen
dat V.V.E. de leiding neemt, als de midvoor
onhoudbaar inschiet. Lisse geeft het niet op,
en als bij een aanval Lisse 'n strafschop krijgt
te nemen is de stand gelijk 11. Beiden strijden
heftig om de leiding, doch in den stand komt
geen verandering meer.
Met invallers voor Iseger en van den Berg
ondernamen de rood-broeken de verre reis naar
Limburg, waar in Spekholzerheide tegen Ju
liana een wel wat geflatteerde, maar overigens
verdiende nederlaag het einde bracht aan
Haarlem's deelneming aan de Bekerwedstrijden.
Op het gladde terrein voelde Juliana zich beter
thuis dan Haarlem en was dan ook direct ster
ker. Als Huysman een vrijen bal wil wegwerken
glijdt hij, komt te vallen en de rechtsbinnen
heeft weinig moeite om Voogd te passeeren.
1o. Het uitstekende spel van Kammeyer en
De la Mar stelt hierna de Haarlem-voorhoede
in staat regelmatig aan te vallen, maar 't kor
te spel en gebrek aan doortastendhe:d en schot-
vaardigreid staan het maken van doelpunten in
den weg. Enkele minuten voor de rust schiet
Goedhart in eigen doel en met 2—0 voor Ju
liana komt de rust.
De tweede helft wordt in voortdurenden regen
gespeeld en op het steeds gladder wordende
veld gaat het spel eenigen tijd gelijk op, maar
ook nu slaagt de Haarlem-voorhoede er niet in
de verdediging van Juliana, waarin rechts-ach-
ter en doelverdediger uitblinken te passeeren.
De middenvoor van Juliana schiet den bal uit
een voorzet van rechts fraai in en in snel tem
po wordt Voogd nog tweemaal gepasseerd. 50.
Hurkmans is inmiddels uitgevallen. Polanen
gaat op den vleugel en Van Gooi neemt de mid
denvoorplaats, waar hij spoedig een der weinig
flinke schoten op het Juliana-doel lost', maar
de bal gaat juist langs den paal. Tenslotte is
het toch van Gooi die tegen scoort uit een voor
zet van Polanen, waarna scheidsrechter F. Pij-
nenborgh, die een goed leider bleek te zijn, het
einde aankondigde.
QSCBeverwijk 01 Beverwijk wint de
toss en QSC trapt af. Van goed voetbal is geen
sprake, want het blijkt dat het middenveld zeer
drassig is en alleen de vleugelspelers gras on
der hun voeten hebben. Het wordt een ge
ploeter in den drassigen bodem en daar de Wij
kers dat niet gewend zijn is hun plaatsen
slecht, doch ook QSC maakt er weinig van
en daar de Wijkers eenigszins windvoordeel
hebben zijn zij meer in den aanval, binnen 10
min. veroorzaken zij een penalty die door Tee
ling wel goed maar te zacht wordt ingescho
ten en QSC's keeper verwerkt het zachte schot
tot corner. QSC doet gevaarlijke aanvallen maar
ook zij maken te veelvuldig kennis met moe
der aarde en om beurten worden door beide
partijen opgelegde kansen om zeep gebracht.
De Wijkers schieten van te verren afstand en
QSC zoekt het doel op verkeerde plaatsen,
daarenboven zijn beide keepers goed op dreef
zoodat van doelpunten geen sprake is en de
rust ingaat met dubbel blanken stand.
Na de rust gaat het harder regenen.
Na de rust zijn de QSCers meer in den aan
val, maar het gelukt hun niet den Wijker kee
per te verschalken en daar de doorbraken van
Beverwijk uiterst gevaarlijk zijn, zijn de ga
pingen bij QSC tusschen achterhoede en mid
denlinie te groot. De Wijkers dringen steeds
meer op, waardoor de QSC'ers nog al eens in
de buitenspelval loopen. De stand is nog steeds
00 en de tijd zegt ons, dat er nog 10 min.
zijn te spelen. De Wijkers en QSC'ers zwoegen
als paarden. De vermoeidheid spreekt ook een
woordje mee en daar de bal nu in het geheel
niet rolt wordt het spelen steeds moeilijker.
Nu komen echter de Wijkers meer in den aan
val en als ten slotte Maenhout na eenige ver-
geefsche pogingen den bal op den vleugel vrij
krijgt kogelt hij keihard in. Het schot verrast
den keeper en de stand is 01.
Afd. 1 A:
RCH 3—EDO 5
RCH 4Zeemeeuwen 2
Bloemendaal 2Schoten 2
IA. Stormvolegl 3Haarlem 3 11.
Afd. B:
IB. Kinheim 3—IVO 2—1.
EDO 3Haarlem 4
RCH 5—EDO 4
EHSKennemers S
SpaamestadDWO
Afd. 2 A:
2A. Spaarnevogels 1Stormvogels
VI. Vogels 2—THB 2
EDO 6—VSV 4
1—2
3—1
2—4
2—2
5—0
3—1
2—1
Afd. 2 B:
2B. WH—Zeemeeuwen 3
Ripperda 2EDO 7
3—1.
4 2—4.
1—0
8—0
6—2
Afd. 2 C:
Haarlem 3-r-Spaarndam
Bloemendaal Vet.Heemstede
DIO 2Kennemers 4
5—1
2—0
1—2
2C. Stormvogels 5-
4—3.
-HFC 1 3—5. WBVSV 3
2D. VI. Vogels 2—DCO 6—2. DSK—Zand-
voort 2 43.
Afd. 3 A:
HFC 6—Kenau 4
Kennemers 7EHS 5
0—1
5—2
3A. VSV 5—WH 2 7—2.
3C. THB 3Stormvogels 6 63. IVO 2Be
verwijk 4 12.
Afd- 3 B:
SwastikaDroste 3
Afd. 3 C:
Kenau 2Kennemers 8
Afd. 3 E:
EDO 10Heemstede 3
Afd. 3 G:
VOG 2Kennemers 6
3G. VSV 6—Schoten 4 4—3.
Afd. 3 J:
Kennemers 9Brederode 3
3J. Beverwijk 3Kenau 3 31.
Afd. 3 K:
Haarlem 7DIO 3
EDO 9Schoten 3
Afd. 3 L:
Spaarndam 3Kinheim 5
11—1
2—5
1—3
5—4
5—0
5—2
0—10
1—5
Zondagmiddag werd in het Parkhotel te Am
sterdam de competitie-wedstrijd om het club
kampioenschap van Nederland gespeeld tus
schen de Amsterdamsche Schaakclub en de
Schaakclub Utrecht. De totale uitslag was 5—5.
Gedetailleerde resultaten:
Backers verl. van Spanjaard; Van Hartings-
velt wint van Jhr. van Foreest; Addicks verl.
van ir. Verwey de Winter; Spinhoven verl. van
Wieger Kokje; Kleefstra verl. van Den Har
toog; Ligthart verl. van Robjjns; Karper wint
van Van der Gaag; ir. Scheffer wint van Lehr;
Westermann wint van Acht; Lindeman wint
van Van Wijngaarden.
Het resultaat van de Zondag gespeelde ont
moeting voor het clubkampioenschap tusschen
Bussum en het Vereenigd Amsterdamsch
Schaakgenootschap luidt:
Bussum—V.A.S.
FelderhofSpeyer A
Van DoesburgLandau 01.
MullerMulder 01.
Jhr. dr. v. ForeestF. S. van Hoorn A'A-
DeckerSchelfhout 10.
FischerVeerkamp 01.
BrandesGobitz 10.
Van GroningenHoenselaar 10.
BoekdrukkerPolak 01.
AnsinghCortlever AA-
Uitslag Bussum AA punt, V.A.S. 514 punt.
Juist voordat het begon te regenen had gis
termiddag op het terrein van het R. K. Sport
park aan den Haagweg te Leiden de jaar-
lijksche 3 K.M. -veldloop van de Leidsche R. K.
athletiekvereeniging „De Bataven" plaats.
Hoofdprijs voor dezen veldloop was de wissel
beker, die reeds viermaal verloopen was en door
Th. Stijnman en A. van Bakel elk tweemaal was
gewonnen. Wijl geen dezer twee loopers thans
deelnamen kwam de beker ditmaal dus in
andere handen.
Ongeveer veertig loopers hadden ingeschre
ven.
De uitslagen luiden:
Cracks (A-klasse): 1 P. van Dam (De Bata
ven).
Nieuwelingen: 1 H. Coblenz (HollandHaar
lem) in 13 min. 9 sec.; 2 v. d. Klugt (De Bata
ven), in 13 min. 19 sec.; 3 C. Smit (G. V. O.—
Krommenie)4 R. Knape (HollandHaarlem)
5 N. Hilhorst (D. W. S.Bussum); 6 de Winter
Haarlem; 8 F. Kallenberg (De Bataven).
Propaganda-klasse: 1 A. Strijk (Steeds Hooger
Rijpwetering)2 L. Zuidwijk (P. F. C.—Poel
dijk); 3 Th. Westgeest (S. D. S.Den Haag);
4 W. Zuidwijk (P. F. C.Poeldijk).
Op Woensdag 6 Februari 1935 zal de heer
Hirschfeld uit Bloemendaal een lezing houden-
voor de leden en introducé's van bovengenoem
de club.
Deze bijeenkomst zal plaatsvinden in de tuin-
zaal van Café-Restaurant Brinkmann, Groote
Markt, alhier en aanvangen om 20 uur 30.
Op Donderdag 14 Februari a s., eveneens te 20
uur 30, wordt een buitengewone Algemeene ver
gadering gehouden.
Deze vergadering wordt gehouden in Café-
Restaurant Brinkmann, Groote Markt, alhier.
Bovengenoemde vereeniging hield de eerste
Rit Wintercompetitie over 10 K.M.
De uitslag luidt:
1. J. Westbroek 6 pt.; 2- B. Schell 5 pt.; 3.
A. van der Beek 4 pt.; 4. Roorda 3 pt; 5. Steij-
nen 2 pt.; volgende renners allen 1 punt.
Junioren
1. Schell Jr- 6 pt.; 2. Koelemij 5 pt.; 3. Pie-
terse 4 pt.; 4. Bouman 3 pt.; 5. Hermans, 2 pt.;
volgende allen 1 pt-
Richard, de bekende Fransche werelduur
recordhouder en achtervolgingsspecialist is zoo
juist van zijn vacantie teruggekeerd en ver
klaarde weer fit te zijn om zijn achtervolgings
concurrenten te ontmoeten. Er zit echter een
„maar" aan. Hij wil niet meer dan een achter
volging per maand rijden, omdat hij het anders
niet meer kan volhouden. Overigens wil hij de
sterkste achtervolgers ontmoeten.
Uitstappen; het einde van den
rit. Het portier gaat open
voorzichtig Ianders is het
uit met de vreugde. Want het
roekeloos openen van het por
tier kan f 150,— boete kosten I
i
i i i
r
De eindwedstrijd om den meestertitel zal
Dinsdag 5 Februari in verschillende deelen van
ons land een aanvang nemen. Het programma
ziet er als volgt uit:
5 Februari te Den Haag: KaldenSchoema
ker; te Amsterdam: MetzBöke; IJmuiden:
LigthartLeyte.
7 Februari Rotterdam: IdzerdaBakker.
9 Februari n.m. 4 uur IJmuiden: Böke
Ligthart, LeyteMetz; Rotterdam: Janneman—
Idzerda, KaanBakker.
10 Februari v.m. 11 uur Rotterdam: Kalden—
Metz, LeyteBöke, KaanIdzerda, Schoemaker
—Janneman.
12 Februari Amsterdam: MetzLigthart.
14 Februari: KaldenIdzerda, BakkerSchoe
maker, te Rotterdam.
16 Februari Den Haag: BakkerLeyte, Böke—
Schoemaker, KaanMetz, JannemanKalden,
n.m. 5 uur.
17 Februari Amsterdam: LigthartKalden,
JannemanBöke, Idzerda-Schoemaker, Leyte
Kaan.
18 Februari Den Haag: BakkerKalden, Jan
nemanBakker.
23 Februari: Böke—Bakker, KaanJanneman,
MetzIdzerda, LiethartSchoemaker. te Rot
terdam.
Het zwarte ras in Afrika overtreft het
blanke ver. In de Unie zijn ongeveer
zeven millioen kaffers tegen slechts
twee millioen blanken. Een breede, dikke neus,
vreeselijk dikke en vooruitstaande lippen: kort
en kroezig haar zijn de typeerende kenmerken.
Het hoofd is meestal rond tot ovaal rond. Een
blik op de foto's doet direct deze typeerende
eigenschappen in het oog vallen. De kleur der
huid varieert sterk van chocoladebruin tot bijna
pikzwart; een zekere kleur is een zekeren stam
eigen; een der herkenningsmiddelen kaffers
lijken voor den vreemdeling allen op elkaar
Zij zijn flink en forsch gebouwd en vertoonen
maar zelden lichamelijke gebreken, omdat
zwakke en gebrekkige kinderen op een heuvel
ver van de kraal gelegd worden om daar te
sterven. De vrouwen, wier ruglijn kaarsrecht
is. doordat zij alles op haar hoofd dragen
soms honderd pond zijn welgevormd. Een
dikke vrouw is het ideaal van den kaffer. De
vrouw zelf is trotsch op haar omvang en de
grootste loftuiting, die men haar kan geven is
door haar met „vetklomp" aan te spreken.
Na den middelbaren leeftijd leeftijden zijn
moeilijk te schatten, een kaffer lijkt altijd jon
ger dan hij in werkelijkheid is en zij weten zelf
nooit hoe oud zij zijn begint de huid slap te
worden en in plooien te vallen. De oude man
wordt geëerd, vooral als zijn haren en baardje
grijs worden, maar de oude vrouw wordt ver
acht. Zij heeft afgedaan, want zij kan geen
kinderen meer voortbrengen en moet van lief
dadigheid leven of van haar scherpe tong ge
bruik maken en tooverheks worden. Bitter wei
nig is de kaffer in den loop der jaren vooruit
gegaan. De redenen zijn te talrijk om in dit
kort bestek opgesomd te worden. In de steden en
dorpen is de kaffer op Europeesche wijze ge
kleed, doch deze kleeding legt hij, zoodra hij weer
in de kraal is, af en valt in 'n minimum van tijd
weer tot den staat van „rauwen" kaffer terug.
Talloos zijn heden nog de gebieden in de linie,
waar de kaffer in zijn „rauwen" staat leeft.
Daar worden nog de oude wetten, zeden, ge
bruiken en gewoonten gehandhaafd. Een lenden
schortje, meestal van de huid van een of ander
wild dier gemaakt, maakt de kleeding uit. Een
paar koperen ringen rond de polsen en de en
kels worden gewoonlijk als versierselen gedra
gen. De kinderen zijn geheel naakt en dragen
een kralenketting om den hals, dikwijls ook om
de polsen en de enkels, om de booze geesten af
te weren.
Het bijgeloof en het geloof in geesten
goede en kwade, doch meestal kwade
geesten, die door offeranden telkens tevreden
gesteld moeten worden beheerschen het leven
der kaffers. Het leven van een kaffer Is een
leven van angst. Het heelal is volgens hem meer
bewoond door geesten dan door menschen.
Zelfs in het water leven geesten. In dieren, voor
al leeuwen, slangen, salamanders, kameleons,
huizen de geesten zijner voorvaderen, die hem
in deze gedaante bezoeken.
Juist door dit sterke bijgeloof heeft de too-
verdokter zoo'n groote macht en invloed onder
de kafferbevolking. Hun gilde is niet groot, daar
slechts de slimsten en sluwsten zich op dit
winstgevende vak kunnen toeleggen. Op jeug
digen leeftijd gaan zij bij een ouden rot in de
leer en worden, als zij een beetje handig met
hun trucjes zijn, wijd en zijd beroemde „dok
ters". Voor alles worden zij geraadpleegd; voor
droogte, ziekte, misoogst, sterfte onder het vee
en wat dies meer zij. De één werkt uitsluitend
met beenderen, de ander alleen met medicijnen.
De „medicijndokter" heeft menigmaal voor het
maken van zijn medicijnen de ingewanden,
hart, nieren of wat dan ook, van een kind noo-
öig. Zonder heel veel omslag wordt het kind
afgeslacht de medicijndokter ordineert het
immers! en de benoodigde deelen worden tot
medicijn vermalen. Heden ten dage komt kin
dermoord nog voor. Zoo'n enkelen keer lekt een
geval uit één uit de vele want kaffers
zijn o zoo slim!
Tegenover blanken laten zij net uit wat zij
kwijt willen zijn, en op verder vragen krijgt men
het stereotype antwoord: „Het is onze gewoon
te!" Het is juist door deze geslotenheid, dat wij
ten opzichte van hunne gewoonten, zeden en
mentaliteit in heel veel opzichten nog in het
duister tasten en hen slechts ten deele ver
staan.
De os speelt een groote rol in het kafferleven.
Ossen bepalen des kaffers rijkdom, den koopprijs
voor een vrouw en het honorarium van een
tooverdokter. Uren en uren kan men een troep
kaffers voor een kraal in de zon zien liggen,
terwijl zij over niets anders dan over een os
of de kleur van een os praten.
De mannen zijn de luiheid zelve, zij liggen
in de zon wezenloos te staren, te praten of te
slapen, terwijl de vrouwen op het land werken
en de huishoudelijke bezigheden verrichten.
Werk is beneden de waardigheid van den kraal-
kaffer. Zijn mentaliteit weerspiegelt zich heel
duidelijk in: „Laat ons eten, drinken en sla
pen, want morgen zijn wij dod!"
De grootste evenementen In des kaffers leven
zijn de dood en het huwelijk. Uit zijn zegswijze:
„Hij, die over den dood spreekt, is een slecht
vriend" blijkt duidelijk hoe bang zij voor den
dood zijn. Hun dooden begraven zij in zitten
de houding, de knieën tegen de kin opgetrok
ken. De kraalhoofden worden in het midden
van de veekraal en de andere bewoners in de
nabijheid daarvan begraven. Al de aardsche be
zittingen worden met den overledene begra
ven, niets mag er overblijven dat aan den doo-
de herinnert en meestal wordt ook de hut ver
brand. De ceremoniën na de begrafenis, de
offeranden, het reinigingsproces dergenen, die
den doode grafwaarts gedragen hebben, etc.
zijn talrijk en wisselen bij de verschillende
stammen af.
Het huwelijk, dat door heel veel verhande
lingen over het aantal ossen, dat als koopprijs
betaald moet worden, voorafgegaan wordt, is
een groot eet- en drinkgelag. De bewoners van
alle omliggende kralen worden tot het feest uit-
genoodigd en verschijnen daar in hun feestge
waad. De vrouwen behangen zich met kraal-
kettingen en friseeren het haar met klei. De
mannen tooien het hoofd met vederen en om
hangen zich met prachtige beestenvellen. Da
gen en dagen, nacht en dag door, wordt er ge
geten en gedronken. Mijlen ver hoort men het
eentonig tom-tom van de danstrommel. Uren
en uren achtereen houdt een en dezelfde dans
aan.
Deze twee evenementen en in den oogsttijd
enkele biergelagen, waaraan de vrouwen ook
naar hartelust deelnemen en die niets anders
dan bacchanaliën zijn, vormen de eenigste af
wisseling in het eentonige leven der kaffers.
De kaffer is voor den blanke een mysterie,
een probleem en het zal nog tientallen
jaren zoo niet eeuwen duren, eer het urgente
vraagstuk in de Unie de kafferkwesfc
opgelost is.
Het is eigenlijk jammer, dat de teekenfilm
in de programma's van onze bioscopen
zoo gemakkelijk verdrinken in den groo-
ten hoop. Nietwaar? We openen een program
ma met wereldnieuws, we gaan verder met.,.,
wereldnieuws, we krijgen een komisch filmpje
cadeau, we gaan over tot het Nederlandsche
filmjournaal, dan komt de teekenfilm aan de
orde, soms, heel vaak zelfs worden we vergast
op een variéténummer, bestaande uit acroba
tiek, dans, zang, enz. en ten slotte verteren we
de hoofdfilm.
Wat is de teekenfilm in dezen grooten chaos?
Een klein en nietig fragment, dat we reeds bijna
vergeten zijn, als we aan het hoofdnummer toe
zijn. Ik weet wel, dat het niet anders kan, dat
de film te klein is om een programma te vor
men en dat een teekenfilm van een uur mis
schien onverteerbaar zou zijn, maar het feit
blijft bestaan, dat het jammer is. Want er is
wel geen mensch, die ooit de bioscoop bezoekt,
of hij wordt gefrappeerd door het zien
van die luchtige, soms fantastische dingen, die
de teekenfilm biedt. Wie kent niet Betty Boop,
Koko, Bimbo, Mickey Mouse, Felix enz. en dat
heele rare wereldje, dat zich om deze helden
beweegt? Ze zijn als menschen, handelen als
menschen en al zien we voor onze oogen, dat
ze uitzonderlijke en onwezenlijke figuren zijn,
we gelooven in ze met alle kracht van onze fan
tasie. Waarom? Omdat de mannen, die deze
films maken, Walt Disney, Max Fleischer, Leo
Schlesinger en hun collega's zelf blijkbaar even
vurig in hun helden gelooven en laten optreden
met een zelfbewustheid, die men vergeefs bij
de menschelijke filmsterren zal zoeken. Als er
inderdaad reden zou zijn om filmsterren te
bewonderen, laten we dan onze bewondering
voornamelijk reserveeren voor de helden van
de teekenfilm, want zij verdienen het meer dan
alle anderen.
De makers van deze films hebben het groote
voordeel, dat hun sterren nooit nukkig zijn en
nooit te laat in de studio komen om de opna
men te vertragen. In het begin van de teeken
film, toen men met de beweging nog niet goed
weg wist, herinner u slechts de schokkende fi
guurtjes die over het bioscoopdoek dansten,
hebben de sterretjes hun geestelijke vaders nog
al eens last bezorgd, maar dit was niet hun
schuld, doch de schuld van de makers zelf, die
zich nog niet voldoende hadden bekwaamd in
het vak, en nog zooveel moesten leeren.
Maar nu? Al die menschen en dieren en
spookgestalten, die de teekenfilms bevolken
zweven en glijden over het doek en maken de
meest fantastische geluiden en wij verbazen
ons niet eens meer. We hebben geleerd de tech
niek van de film in al zijn finesses als iets van
zelfsprekends te aanvaarden, maar het kan
goed en nuttig zijn ons een idee te vormen van
de moeilijkheden, die overwonnen moeten wor
den, alvorens die vlotte en schijnbaar zoo sim
pele teekenfilms op het witte doek voorbij kun
nen vlieden.
Het groote voordeel, waarover we hierboven
spraken, brengt ook zijn groote moeilijkheden
mee, want al is het waar, dat de makers van de
teekenfilm door niets worden belemmerd om
hun fantasie de volle maat te geven, het is
eveneens waar, dat zij alles wat zij maken als 't
ware uit het niet moeten scheppen. En dit is
geen kleinigheid.
Laten we ons daarom in het kort even bezig
houden met de techniek van de teekenfilm.
Een enkel teekenfilmpje, dat ons hoogstens
tien minuten in de bioscoop bezig houdt, vergt
niet minder dan twaalf duizend teekeningen,
waarvan er in de film zelf niet één als een af
zonderlijke teekening is aan te wijzen. Dit komt
natuurlijk, omdat die twaalfduizend teekenin
gen bewegend in elkaar overgaan, zooals de
beelden van een gewone speelfilm dit doen, ter
wijl de overgang voor ons oog wordt afgedekt
door het bekende vleugeltje, dat voor de ca
mera van het projectie-apparaat draait, zooals
wederom bij de gewone speelfilm geschiedt.
We zeiden dus, dat ae teekenfilm bestaat uit
duizenden teekeningen. Deze teekeningen wor
den vervaardigd door de assistenten van Dis
ney, Fleischer en de andere filmers, die allen
een dozijn of meer medewerkers hebben. De
voornaamste accenten van de film worden door
de filmmakers zelf op het papier geworpen,
waarna de assistenten, die de werkwijze van
hun leider natuurlijk door en door moeten
kennen, de verdere teekeningen er bij maken.
Bij voorbeeld. Mickey Mouse moet een berg
beklimmen. Disney maakt een teekening, die
Mickey voorstelt aan den voet van den berg,
met een opwaartsche beweging De assistent,
die het verhaaltje van dé film kent, weet nu,
dat hij alle volgende bewegingen van de muis
moet bij teekenen en wel zoo, dat al zijn teeke
ningen, wanneer die in een vloeiend verband
met elkaar worden gebracht, de volledige be
weging van de muis zonder schokken of stoo-
ten in beeld brengt. Wanneer nu alle bewegin
gen, waarvan dus de eerste teekening door den
meester werd gemaakt, in teekeningen zijn ge
bracht, zoodat zij reeds door een projectie-ap
paraat als een gave film kunnen worden ver
toond, wanneer zij in plaats van op papier op
de filmband zouden staan, dan worden al deze
teekeningen overgebracht naar een bepaalde
afdeeling, die men „Inktdepartment" noemt en
waar de teekeningen worden overgetrokken op
celluloid. Een volgende afdeeling retoucheert
hier en daar, waar het noodig is en als al deze
werkzaamheden naar tevredenheid verloopen
zijn, gaat men over tot het opnemen van de
teekeningen door een filmcamera, in beweging
dus. Zoo ontstaat het negatief, waarvan men
ontelbare afdrukken, dus films kan maken.
Op een andere celluloidband wordt de bege
leidende muziek, eventueel het gesproken woord
vastgelegd en beide filmbanden worden weer
tot één band vereenigd, waarvan een nieuwe
afdruk wordt genomen, zoodat beeld en geluid
nu op een band zijn aangebracht.
Een duister punt is wellicht nog de teekenin
gen zelf. Hoe zal een teekenaar weten, of de
verschillende teekeningen, die hij moet maken
van één beweging, vloeiend op elkaar volgen en
dus een gave beweging zonder stooten zullen
teweegbrengen? Hij voorziet hierin als volgt.
Na de eerste teekening gemaakt te hebben,
hecht hij deze vast op z}jn teekentafel, die van
glas is en waaronder een licht brandt. Hij kijkt
dus door het papier heen. Een versch stuk tee
kenpapier wordt op de eerste teekening gelegd
en daarop wordt de tweede teekening aange
bracht, die bijna gelijk is aan de eerste en die
slechts 'n étappe méér naar de volledige bewe
ging voorstelt. Zoo volgt de derde teekening,
die weer iets verder gaat en iets meer van de
beweging verraadt. De vierde, de vijfde teeke
ning volgt met telkens een stukje beweging
meer.
Een voorbeeld van deze werkwijze vindt de
belangstellende lezer afgebeeld op deze pagina,
waar één beweging van Bimbo n.l. een stap
niet minder dan twaalf teekeningen noodig
maakte. Als dan de teekenfilm met geluid en al
klaar is, is de techniek van dit wonderlijke
filmding volbracht.
Bij het lezen van deze uiteenzetting
zal men misschien tot de teleurstellen
de ontdekking komen, dat de teekenfilm eigen
lijk niets anders is dan een veeleischend tech
nisch procédé. Dit is inderdaad gedeeltelijk
waar, maar aangezien de techniek slechts mid
del is, kan de teekenfilm veel meer zijn dan een
louter technisch vernuftige vinding. En inder
daad is zij dat. De vele drama's, die zich in de
tot dusver gemaakte teekenfilms hebben afge
speeld zijn daar het bewijs van. En om een
voorbeeld te noemde laatste Mickey Mouse
kan gelden als een van de best geslaagde spot
ternijen, die de filmgeschiedenis kent. We zien
daar hoe Mickey in een beroemd filmtheater
in Hollywood wordt gevierd door alle filmster
ren, terwijl de voornaamste sterren hem huldi
gen op het tooneel. Deze sterren zijn natuurlijk
alle geteekend en geven de echte sterren weer
in den vorm van prachtige caricaturen. Wal
lace Beery, Mae West, Greta Garbo, de vier ge
broeders Marx, Charley Chaplin en vele ande
ren zien we uit hun auto stappen en onder het
gejuich van het publiek de zaal in gaan. Zij ko
men allen op in bewegingen, die hun op het
witte doek eigen zijn en wekken een onbedaar
lijk gelach bij de bioscoopbezoekers, die hier
voor het eerst een oneerbiedige bespotting van
hun geliefde sterren aanschouwen. Tot in het
geluid toe is de ironie volgehouden, zoodat de
bekende stemmen van Garbo, Beery en al die
anderen, gaaf en bekend van het doek klinken.
De droomerige en sloome beweging van Garbo
en haar donkere ietwat heesche altstem, beide
nr.1'ijk wat aangedikt rn.~i or.: 6-
vat I
sail
Pcrpey de Zeeman, de nieuwste held van
de teekenfilm
koombaar komisch effect, waar de zaal om da
verten ziedaar de teekenfilm als een vol
maakte afbeelding van de werkelijkheid, of lie
ver nog veel meer dan dat: als de verheviging
van die werkelijkheid.
Maar veel meer dan de werkelijkheid is het
de droom, die het terrein van de teekenfilm is.
De droom, de fantasie, de ongebreidelde fan-
tasterij, die een man als Fleischer er toe bracht
een verzameling spoken uit de graven van een
kerkhof te doen oprijzen en een heele spoken-
wereld aan de toeschouwers op te dringen. De
droom, die Walt Disney de mogelijkheid gaf om
zijn prachtige kleurteekenfilms te maken, die
een sprookje als „Luilekkerland" tot onderwerp
namen en ons tot onze groote verbazing plot
seling duidelijk maakte, dat het ware, zuivere
sprookje van eertijds op dit oogenblik wellicht
nergens een zoo fijne uitbeelding kon vinden
als in de film.
Hierbij moeten we even opmerken, dat de
makers van teekenfilms heel wat minder waar
de hechten aan het gewone geluid, dan de ma
kers van de speelfilms doen. In de speelfilms
ontmoeten we bijna nooit menschen of dingen,
die niet het geluid maken, dat we in het dage-
lijksche leven van hen verwachten. Zoo is het
niet in de teekenfilm. Daar worden alleen die
geluiden ten beste gegeven die het effect van
het détail of het geheel kunnen verhoogen en
zoo ontmoeten we b.v. op het bovenbedoelde
kerkhof verschrikkelijke geluiden, die ons wel
licht nog meer dan de spoken zelf de stuipen
op 't lijf jagen. Zoo is de teekenfilm in staat om
een wereld te scheppen, die buiten alle reali
teit omgaat en zich verliest in een schijnwe
reld, die geen grenzen meer kent. De mogelijk
heden van de teekenfilm zijn dan ook niet te
taxeeren en het interessante hierbij Is, dat
waarlijk niet alleen de fijnproever plezier heeft
in deze prachtige films, maar dat juist het
groote publiek de vermakelijke teekenfilms zoo
zuiver aanvoelt.
Dbg.
Opbrengst collecte De collecte, welke Zon
dag bij het uitgaan der H.H. Missen plaats
vond ten bate van de St. Elisabethsvereeniging,
heeft 306.50 opgebracht.