1 1 I Zoekt gij betrouwbaar I Personeel? Plaats dan een „Omroeper" voor 80.000 gezinnen Jong leven in Artis. Studentenfeest te Leiden DE KERK IN OOSTENRIJK HOOPVOLLE TOEKOMST Na tien jaren WOENSDAG 6 FEBRUARI 1935 &H3TSPDAM DE SUPER OLIE NEDERLAND—HONGARIJE SLUITING ZONDAG 10 FEBR.Su** Aan de lunch op den Zesdaagsche te Brussel. Tweede van links Charlier. Naast dezen Schön ,,Dank zij het Concordaat met Rome verkeert de Katholieke Kerk in Oostenrijk in de gunstigst mogelijke omstand ighed en" - FOTOREPORTAGE WM STANDARD Essolube voorkomt lastig starten bij koude. Deze super olie behoudt, onafhankelijk van de heerschende tempera turen, het buitengewone smeervermogen dat een volmaakte smering waarborgt. Essolube AMERICAN PETROLEUM COMPANY GEBOUW PETROLEA, 's-GRAVENHAGE schoolgebied is, zoo ver hebben wij het in Oos tenrijk nog niet gebracht: voor Oostenrijk is het ideaal de volkomen confessioneele openbare school, waar heel het onderwijs doordrenkt is van de godsdienstige idee. Bij de sluiting van het Concordaat heeft de regeering zich bereid verklaard, confessioneele openbare scholen in te voeren en voorloopig heeft de regeering zich ook verplicht tot steun verlening aan de katholieke bijzondere scho len, voor zoover de staatsmiddelen toereikend zijn. Alleen in Burgenland, waar de vroegere Hon gaarsche wet nog bestaat, vindt men het ideaal bereikt. De katholieke pers is in Oostenrijk sterk op gebloeid: katholiek hoofdorgaan blijft de „Reiehspost", een der regeering wel is waar zeer goed gezind orgaan doch geen regeerings- blad; de „Reiehspost" is onafhankelijk en ge niet geen subsidie; in de verschillende pro vincies verschijnen aparte katholieke dagbladen met meer gewestelijk cachet en voorts wordt de breede massa bereikt door „Das kleine Volks- blatt", het „Wiener Kirchenblatt", enz. Onze pers kan nu vrijelijk werken en de niet- katholieke bladen zijn over het algemeen ook veel „katholisch-freundlicher" geworden. De caritas welke in Oostenrijk héél het liefdadigheidswezen en voor een belangrijk deel ook de sociale verzorgjng omvat is van zeer groot belang; door den nood is haar taak natuurlijk bijzonder actueel geworden en dank zij haar goede organisatie kan zij haar taak schitterend vervullen. Het Caritas-instituut, vroeger Caritas-Verband geheeten, beschikt over inkomsten, fondsen en subsidies, welke het in staat stellen, de katho lieke gemeenschap groote diensten te bewijzen. Het contact, dat de Caritas met alle lagen de maatschappij tot stand brengt en onder houdt, is van de hoogste waarde tot verbreiding van de katholieke gedachte. Andersdenkende groepen hebben naast het Caritas-instituut haar eigen, vrije liefdadig heidsorganisaties. Men heeft wel eens de meening uitge sproken, dat in den katholieken Oosten- rijkschen staat de belangen van andersden kenden in het gedrang zouden komen. Dat is en Mgr. maakte een sterk af wijzend gebaar absoluut onjuist: de verhou ding tusschen Kerk en staat is er uitstekend geregeld: volgens de grondwet is de Katholieke Kerk géén staatskerk is de katholieke gods dienst géén staatsgodsdienst; onze Kerk is in Oostenrijk een door den staat erkend openbaar, puDliekrechtelijk instituut, evenals ook de Evan gelische, de Augsburger Confessie, evenals ook de Helvetische Belijdenis. Andere erkende of alsnog te erkennen religies zijn samengevat in het begrip: „Reli giose Gemeinschaften". Voor de Katholieke Kerk zijn er bijzondere bepalingen vastgesteld, b.v. ten aanzien van het huwelijk; de staat erkent ook publiekrechte lijk ieder voor den priester gesloten huwelijk, zoodat een burgerlijk huwelijk niet noodig is. Anderzijds echter blijft niet alleen voor an dersdenkenden en godsdienstloozen, maar ook voor katholiek-ingeschrevenen, die zulks wen- schen, het sluiten van een burgerlijk, in plaats van een kerkelijk huwelijk mogelijk. Zoo behoeft in den katholieken staat, dien wij ons denken, ook de andersdenkende zich niet te beklagen en zullen wij niet of slechts weinig gehinderd door godsdienstige tegenstroo- mingen onze grootsche opbouw-taak kunnen vervullen. De Nederlandsche Vereeniging van Obligatie- houders heeft een adres gericht tot den minis ter van Economische Zaken, naar aanleiding van de besprekingen, welke met Hongarije ge voerd worden. De Vereeniging wijst er den minister op, dat er tenminste 20 millioen gulden aan obligatie- leeningen door Nederlanders aan Hongarije na den oorlog zijn verstrekt. Deze obligaties zijri in hoofdzaak geplaatst onder de kleine spaar ders, alsmede bij vele Roomsch-Katholieke en andere instellingen. Door het Transfermorato rium zijn deze categoriën van beleggers ten zeerste getroffen. Verschillende Hongaarsche leeningsdebiteuren en debitrices hebben in bovenbedoeld morato rium een aanleiding gezien om de door hen ver plichte rentebetalingen op de Hongaarsche Na- tionaalbank niet te doen, onder Voorgeven dat het geld toch niet getransfereerd kon worden. Voorts zijn de gelden voor rentebetaling, welke wel gestort werden, zeer moeilijk te realiseeren, in het allergunstigste geval tot koersen van ma ximaal 50 pet. der waarde, en dan nog afgezien van het feit, dat door de Hongaarsche debi teuren na 15 Februari 1933 niet meer dan 5 pet. gestort behoefde te worden. Verschillende van bovengenoemde leeningen genieten een garantie van den Hongaarschen staat. De Vereeniging verzoekt den minister met den meesten aandrang bij de komende onder handelingen het daarheen te willen leiden, dat de bedoelde rentebetalingen wederom hier in Nederland zullen plaats hebben of dat tenminste de coupons der Hongaarsche leeningen voor betaling van Hongaarsche léveringen zullen mogen worden gebruikt. IGEOPEND vam 10 v.n. - 5 m.m cm vam 8 ».m. -10 De studentenvereniging .Unites Studiosormn Lugduno Batava" viert haar eerste lustrum te Leiden. Hat hijschen van de vlag aan het sociëteitsgebouw op het Rapenburg Jong leven in Artis te Amsterdam. Javaansch hert met haar jong, dat onlangs geboren werd en zich in een uitstekende gezondheid verheugt Ter gelegenheid van de opening van het laboratorium voor .electrowarmte in de industrie", bij de Gem. Electriciteitswerken te Amsterdam, werden Dinsdag ver schillende demonstraties gegeven De betrouwbaarheidsrit voor auto's te Rottach-Egern moest wegens den sneeuwstorm worden afgebroken. Vele wagens bleven in de sneeuw steken en konden eerst in den nacht hun weg vervolgen. Twee automobilisten pogen zich bij het licht der lantaarns op de kaart te orienteeren Het was in de maand Juli van het jaar 1925. Zooeven was met een tot dit doel extra gecharterde boot van de Donau-Dampf- schiffahrtgeseHschaft een groep van vele hon derden katholieke Hollandsche pleegouders aan de Landungsstelle bij de Reichsbrücke te Wee- nen aangekomen; duizenden hoofdstedelingen waren uitgeloopen om van deze aankomst ge tuigen te zijn; hoog boven onze hoofden zag de Reichsbrücke zwart van de menschenmenig- ten. Ter begroeting van de Hollandsche gasten werd hier namens de Oostenrijksche geestelijk heid het woord gevoerd door een eerbiedwaar- digen prelaat, die gewaagde van de onzegbare dankbaarheid der Oostenrijkers jegens het gast vrije Nederland van het verre gedroomde landje, waar het zoo goed was te wonen. Wèl moeht de prelaat met ontroering in den klank van zijn stem de Nederlandsche gasten herinneren aan hun vaderlandsch geluk.... Het was in de dagen, dat de arme Katholie ken in het arme Oostenrijk tot op zekere hoogte als vogelvrij verklaarden zich de tirannie van het socialisme, om niet te zeggen van het bols jewisme, moesten laten welgevallen: sinds de roode revolutie in 1918 bestond er voor de Katholieken geen ware vrijheid meer; al had den de Austro-Marxisten zich na Juli 1920 in de staatsregeering ook niet kunnen handhaven een uiterst linksch socialisme was er hoogtij blijven vieren. Het katholicisme ook het zuiver kerkelijke werd er fel bestreden door allerlei roode machthebbers in de regeeringen van provincies en gemeenten, door de roode vakvereenigingen, door roode godloochenaars-organisaties, door roode terreurtroepen, die de straten onveilig maakten; het kind werd aan den godsdienst onttrokken, gedwongen geloofsverzaking was aan de orde van den dag, gemeentegebouwen waren de bolwerken van vrijdenkerij en athe'is- me, waarin afgevallen priesters op de bewoners, die lang niet vrij waren, zich afzijdig te hou den, werden losgelaten; de katholieke liefdadig heid werd voortdurend sterker belemmerd in haar zegenrijken arbeid: van het Katholicisme mocht niets goeds komen. Was het wonder, dat de stem van den Oos- tenrijkschen prelaat trilde van aandoening, toen hij de Hollandsche gasten geluk wenschte met hun katholiek.... geluk? Na tien jqjen.... Daar zit tegenover ons in ons redactie bureau dezelfde Oostenrijksche pre laat, die de Nederlanders indertijd aan den Donau te Weenen toesprak het is de Aarts bisschoppelijke Konsistorialrat Mgr. Dr. Jos. Von Tongelen, algemeen directeur van het grootsche en omvangrijke Oostenrijksche Cari- tasverband en met blijde oogen, die levendig twinkelen achter de heldere brilleglazen, spreekt hij er van, dat dank zij het Concordaat met Rome de Katholieke Kerk in Oostenrijk thans in de gunstigst mogelijke omstandigheden ver keert en dat de Kerk aldaar een hoopvolle toe komst tegemoet kan gaan! Mgr. Von Tongelen onderschat natuurlijk al lerminst de groote gevaren, welke de Kerk in Oostenrijk ook thans nog bedreigen door de politieke onzekerheid en de economische ellende, waaronder de nieuwe staat nog immer te lijden heeft; hopvol stemt het echter, dat het staats gezag in Oostenrijk binnen zes maanden tijds niet minder dan twee felle, hoogst gevaarlijke revoluties wist te trotseeren en dat vooral in de geesten der socialisten zich een kentering ten goede vóór geloof en godsdienst openbaart. Alvorens Mgr. enkele vragen te stellen nopens de toekomst van de Kerk in Oostenrijk, vragen wij verlof, even naar het verleden terug te keeren: Hoe was het toch mogelijk, Mgr., dat in 1918 een roode revolutie zóó bedenkelijk sla gen kon in het katholieke Oostenrijk? De voornaamste, de eigenlijke verklaring van dit zonderling schijnende feit is te zoeken in de wanhoop, waarin de oorlog de bevolking had gestort; de massa was totaal murw, uit gemergeld, willoos, en zoo schonk het in vol komen apathie maar al te grif geloof aart- de Marxisten, die alles beloofden; men had, zoo meende men, toch niets meer te verliezen! Waarom dan geen avontuur gewaagd? Boven dien was het Katholicisme al sinds jaren niet actief genoeg meer geweest bij gebrek aan gees- tesstrijd. Thans echter hebben de Katholieken, door droevige ondervinding wijs geworden, ingezien, welken strijd zij voor hun heiligste goederen te strijden hebben en het is juist de zoo sterk opgeleefde activiteit van het Katholicisme, welke het beste belooft voor de toekomst. Niets staat ons thans meer in den weg om ons met volle kracht te wijden aan de ver wezenlijking van het katholieke ideaal, de stichting en den uitbouw van den katholieken staat, waarin desniettemin ook de eerlijke over tuigingen en de begrijpelijke gevoeligheden van andersdenkenden ontzien worden. Welke zijn volgens u de voornaamste fac toren, welke den opbouw van den katholieken staat bevorderen? Alles hangt hier af van de volksopvoeding; wij zijn in Oostenrijk niet zoo naïef, te meenen dat b.v. de socialisten bekeerd zijn, omdat de staat hen als zoodanig uitschakelde; wij willen het volk opvoeden en eerlijk overtuigen. Mij dunkt, dat deze pogingen reeds veel suc ces hebben; de massale terugkeer tot de Kerk na de Februari-revolutie moge in zekere ge vallen door „conjunctuur-politiek" beïnvloed zijn (hoewel uitdrukkelijk vastgesteld moet blijven, dat duizenden en duizenden thans met vreugde tot de Kerk zijn teruggekeerd, nu zij hun nooit verloren gegane geloofsovertuiging weder konden uitleven, zonder verlies van brood winning) ook de n o g-n iet of n i e t-m eer overtuigden zijn ons welkom, omdat wij ver trouwen ook dezen voor de volle, eeuwige Waar heid te zullen winnen, dank zij de onweer staanbare kracht onzer heerlijke overtuiging. De factoren, welke den Katholieken staat moeten helpen opbouwen, zijn voornamelijk de school, de pers en de caritas, waarbij na tuurlijk de Kerk van alles in- en uitgangspunt moet blijven. Oostenrijk heet nog voor 95 pCt. katholiek, doch de treurige waarheid is, dat een zeer groot percentage nog „losjes" van de Kerk staat, deels uit onbekendheid, deels uit onverschillig heid, deels uit liberale zelfgenoegzaamheid, deels uit vijandigheid, maar heel duidelijk is een verbetering in den toestand merkbaar; juist in intellectueele kringen komt men tot de prak tijk van het Katholicisme terug en verheugend is vooral het verschijnsel, dat de priester- en ordes-roepingen zooveel talrijker worden, juist ook uit den intellectueelen enstadsarbei- dersstand. Hiermede gaat gepaard een sterke kerken- bouw-beweging; alléén alreeds in Weenen zijn sinds het einde van den oorlog zestig nieuwe bedehuizen gesticht, waaronder vier nieuwe kerken, zes nieuwe kapellen; zes kerken werden beduidend vergroot; de overige bouwsels zijn meest eenvoudige hulpkerkjes, die tater door groote kerken vervangen moeten worden. Wat de school betreft: ook na 1934 heeft Oostenrijk officieel nog de z.g. simultaan- scholen, waarin gedurende een aantal uren per week voor de verschillende gezindten apart godsdienstonderricht wordt gegeven; de toe standen zijn op dit gebied over het algemeen goed, maar zoo ver als men in Nederland op Prof. dr. A. H W. Aten, tijdens zijn lezing In het Koloniaal In stituut te Amsterdam, in ver band met de opening van het laboratorium voor toepassing van electrowarmte in de indu strie

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1935 | | pagina 4