IN EN OM HAARLEM
Radio-uitzending en moraal
Bi
Beschouwingen van
Pater ter Haar
MARIA-STICHTING
DONDERDAG 14 FEBRUARI 1935
Uit den Gemeenteraad
MUZIEK
Leerlingen-avond Muziekschool
Toonkunst
Vioolavond J. C. Tuyn
N.V. Eerste Ned. Stalensteiger-
onderneming
Kunstkring Heemstede
Personalia
KLEURIGE SCHOONHEID IN
'T FRANS HALS-MUSEUM
Vrijwillige Burgerwacht
IEDEREN MIDDAG VAN
2-3 UUR POLIKLINIEK
DE MECHANISCHE ZEIL-
PROPELLER
Succes voor den heer Stoete
te Zandvoort
Roodvonk
TURNEN
R.K. Turnkring Haarlem
DAMMEN
Haarlemsche Damclub II en III
promoveeren naar de 1ste en
2de klasse
RIJKSVISCHAFSLAG
STAAT VAN BESOMMINGEN
MEER STILTE
JA ZEKER..:. OOK!
Suuii
iiiiiiiimiiniiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiMiimiiiiiiiiiiiiiiiiimiiiiiiiiiiiiiiiiimiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiimiiiiiiiiiiiiiiB
De burgemeester iheeft de goede gewoonte
om geheime zittingen, als die noodzake
lijk zijn, tot aan het slot der raadsver
gadering te verschuiven, een attentie, die voor
al door de Haarlemsche pers op hoogen prijs
wordt gesteld, omdat het verblijf in de pers
kamer, die langzamerhand angstwekkend veel
op een pakhuis van de openbare leeszaal gaat
gelijken, nu juist niet zeer aangenaam kan
worden genoemd. Gisteren maakte de voorzit
ter een uitzondering op den door hem immer
gevolgden goeden regel, want er waren eenige
leeningsbesluiten, welke B. en W. nog gaarne
door Gedeputeerde Staten, die ook Woensdag
middags vergaderen zagen goedgekeurd. Daar
om gingen de deuren van de raadszaal al om
twee uur voor een half uurtje dicht. Bij her
opening der openbare zitting bleken alle raads
leden buitengewoon in hun sas te wezen. Zij
hadden zoo juist een aardig voordeeltje voor
de gemeente behaald, door twee leeningen te
sluiten van elk vijfhonderdduizend gulden, te
gen 3y. pCt. en 3% pCt. rente, beide a pari. Ja,
de gemeente Haarlem heeft nog crediet! werd
ons in het oor gefluisterd. En inderdaad was
dat een merkwaardig besluit. Haarlem is, als
wij het wel hebben, de eerste gemeente, die een
leening tegen 314 pCt. sluit. Het is nog maar
enkele jaren geleden, dat de toenmalige wet
houder van financiën, buitengewoon verheugd,
naar de perstafel kwam om te vertellen, dat
hij er in geslaagd was voor de gemeente Haar
lem een leening te verkrijgen tegen de voor-
deelige rente van 6 pCt. Zeer voordeelig, zoo
voegde hij er aan toe, want de rentestandaard
wordt nog hooger en in geen jaren krijgen wij
een zoo mooie kans terug.
Hoe spoedig zijn de tijden veranderd!
De agenda zelf bevatte weinig pratensstof. Op
verzoek van de regeering stelden B. en W. een
wijziging voor van het salarieeringbesluit. De
heer Gerritsz deelde mede, dat de Minister aan
vankelijk onderscheidene bezwaren geopperd
had tegen de salarisgrenzen, die de Baad in Ju
li heeft vastgesteld. De besprekingen ten De-
partemente hebben er ten slotte toe geleid, dat
de Minister zoo goed als geheel met de ziens-
Wijze van B. en W. van Haarlem medeging.
maar ten aanzien van de bepaling, waarbij de
vermindering van het inkomen van betrokkenen
werd beperkt tot iy. pCt. van de nieuw toe
te kennen bezoldiging was hij niet te overtuigen.
De salarisvermindering moest, volgens den mi
nister, bedragen met ingang van 1 Maart
5 pCt.; met ingang van 1 September 10 pCt.;
met 1 Maart 1936, 15 pCt. en met ingang van
1 September 1936, 20 pCt. De wethouder noemde
de van den minister verkregen concessies een
mooi resultaat en de heer Kuiper gaf ook als
zijn meening te kennen, dat B. en W. uit de
bespreking met den Minister gehaald hadden
wat er in zat. Niet alzoo de heer Peper, die
de houding van B. en W. serviel vond en in na-
Volging van de sociaal-democratische fractie in
de Staten van Noordholland voorstelde, om aan
het verzoek van den Minister niet te voldoen.
Hij bleef gelukkig alleen staan.
De wijze, waarop de socialistische wethouder
Voor Sociale Zaken, de heer Gerritsz, gisteren
het standpunt der Regeering verdedigde en den
Minister in bescherming nam, verschilde heel
Wat met de houding, die de socialisten in den
Amsterdamschen gemeenteraad en in de Sta
ten van N.-Holland bij dergelijke gelegenheden
hebben aangenomen, en was ook heel wat sym
pathieker. Hier waren het alleen de communis
ten, die deden aan „poppekasterij", zooals de
heer Kuiper het betoog van den heer Peper be
titelde.
Bijzonder ingenomen waren de Raad en voor
al de wethouder met de werkverruiming, welke
de uitvoering van de werken aan de Cathrjj-
hebrug, de reorganisatie van het Verwulft en
de bouw van de brug over het Zuider Buiten
Spaarne voor de Haarlemsche werkloozen zal
medebrengen. De heer Meijers veronderstelde,
dat er eenige honderden werkloozen mede ge
holpen zouden zijn, maar de wethouder waagde
zich liever niet aan het noemen van een cij
fer. Intusschen was het niet kwaad, dat de heer
Huiper de vreugde een beetje temperde dooi
er de aandacht op te vestigen, dat al de wer
ken bij elkaar maar ruim twee ton waarde
Vertegenwoordigen en dat het gewenscht is,
dat er in Haarlem voor anderhalf millioen werk
door het zestig millioen fonds mogelijk wordt
gemaakt. De wethouder vertelde daarop, dat hij
hog weer eens een brief geschreven heeft om
aan te dringen op uitvoering van de ophooging
Van de spoorbaan aan de Westergracht, een
karweitje van een paar millioen, dat aan een
groot aantal arbeiders werk zal kunnen geven.
..Maar voordat wij daaraan kunnen beginnen,
zullen er nog wel een paar jaar verloopen".
Voegde de wethouder er weinig bemoedigend
aan toe. Het is te hopen, dat de wethouder, in
afwachting van het antwoord op zijn brief, nog
Wat andere middelen zal bestudeeren om onze
6200 werkloozen aan arbeid te helpen. Een vol
doening voor den heer Gerritsz is het, dat Haar
lem aan het zestig millioen fonds, over welks
langzame werking zelfs de heer Colijn geklaagd
heeft, de primeur van het eerste werk ontfutseld
heeft. Ditmaal komt van Haarlem de victorie.
De Haarlemsche werkloozen zullen het eerst de
heilzame werking van het Werkfonds onder
vinden.
De heer Castricum had liever een nieuwe
Gravesteenebrug gezien dan de „magere" over
het Zuider Buiten Spaarne.
De heer van Tetering vreesde, dat de Haar
lemsche middenstand nadeel zou hebben als
het doorgaand verkeer niet meer door Haar
lem, maar er langs zou worden geleid, langs
he Rustenburgerlaan. De weg van Amsterdam
haar den Haag door de Haarlemmermeer is
lh dat opzicht heel wat gevaarlijker voor Haar
lem, meende de heer Gerritsz.
Over den toestand in het Hótel-Restaurant-
Café-bedrijf zijn heel wat vriendelijke woorden
hl den Raad gezegd. De belanghebbenden kun-
hen zich in alle geval overtuigd houden, dat
hun positie thans de aandacht van de vertegen
woordigers in de publieke lichamen heeft. Al
®uu dit alleen maar tot gevolg hebben, dat zij
voor verdere verzwaring van lasten gespaard
blijven, dan zou dat al een niet te onderschat
ten voordeel zijn, want het café- en restaurant
bedrijf is immer een dankbaar object ge
weest om er nieuwe belastingen of legesveror
deningen op te probeeren. In den Haarlemschen
Raad zijn zooals gezegd gistermiddag heel wat
vriendelijke woorden over de caféhouders ge
uit, maar de gemeentefinanciën lieten niet toe,
dat hun verzoek om verlaging van de verma
kelijkheidsbelasting werd ingewilligd. De eni
ge toezegging, die de wethouder, na een warm
pleidooi van de heeren van Tetering en van
Dam deed, was, dat als er musici in dienst
worden genomen, als dus medegeholpen wordt
om de werkloosheid te verminderen, dat dan
20 pCt. reductie op de vermakelijkheidsbelas
ting zal worden toegestaan.
Het is niet veel, maar de caféhouders schij
nen de deur, die nog maar kort geleden pot
dicht voor hen scheen te zijn, door hun ram
meien toch aan het wankelen te hebben ge
bracht. Niet alleen in Haarlem, maar ook el
ders in het land.
Het is de gewoonte der muziekinstituten in
den lande ieder jaar omstreeks dezen tijd een
leerlingenuitvoering te geven, om den ouders en
belangstellenden in het muziekonderwijs eenig
idee te geven van hetgeen er alzoo op de school
wordt geleerd, en van de gemaakte vorderin
gen. En het is een goede gewoonte. Vooral wan
neer men, zoals ook de directeur van de Mij.
Tot Bevordering der Toonkunst aan de Nieuwe
Gracht, de heer A. de Vogel dit jaar weer deed,
zorgt voor voldoende variatie in het program
ma, voor verandering ook in de ensceneering,
van het optreden naar buiten der leerlingen,
in samenwerking met de lèeraressen en leeraren.
En dan begint men gewoonlijk met de heele
kleintjes, al vindt men onder die kleine snui
ters al jongedames, die er een zeer zelfstandi
gen aanslag op na houden, of een muzikalen
streek, zooals bleek bij de jongedames en -hee
ren die studeeren onder de hoede van de da
mes Bekkers en Korteweg of van de heeren
Zwaan, Althuizen en de Wilde.
Een aardig experiment nieuw naar we
meenen: was het optreden van een ensemble
van zeven strijkers met de mooie Preludio uit
Bach's derde Partita in E. gr. t.
Ze streken er allen stevig op los en de oefe
ning demonstreerde uitstekend het groote nut
van samenspel bij het vioolonderwijs. Leeraar de
Clerck had veel succes met zijn leerlingen en
evenzeer met de groote orkestklasse waarmee
hij achtereenvolgens Bach's Aria uit de Suite
in D gr. t. en het geheele Concerto Grosso no.
16, no. 5, in D gr. t. interpreteerde. Behalve het
over 't algemeen goede ensemblespel vielen ook
de mooie kleur en toonproductie op.
Tevens wordt de smaak der leerlingen zoo
doende wel in ernstige, klassieke richting be
vorderd en putten zij aan de bronnen der pu
re muziek.
Bij het hoogere piano-onderwijs traden leer
lingen op der heeren de Jong, Lürsen, Vincent,
en directeur de Nobel zelf. Men hoorde hier het
le deel eener Sonate van Grieg, de Sinfonia en
Rondo uit de Partita in C kl. t. van Bach, „Au-
daluzza" van De Falla, het Allegro uit het con
cert in A gr. t. van Mozart, en last, not least,
de bekende ballade op. 23 van Fr. Chopin in
g kl. t. Zeker hier blijkt de leiding in uitste
kende handen.
We woonden een allergrappigste les bij in
Solfège, Rhythmiek en zingen van mej. Proost
en hoorden ook oude bekerhen uit Abt's Duet-
tenbundels door een klein schuchter damesen
semble. En ten slotte kregen we nog enkele ge
vorderde en meergevorderde zangleerlingen van
mej. Broeckmann, van wie beidij laatsten de so
praan en den tenor wel 'n verdiend applaus ten
deel viel.
De organisatie van den avond was uitstekend
en er was vanzelfsprekend de noodige indul
gentie en welwillend applaus ter aanmoediging
van de velen die zich wagen op de glibberige
paden van de schoone maar o zoo moeilijke kunst
die de muziek is.
Laten we hopen, dat voor de meeste leerlin
gen de aloude spreuk „Fabricando fit faber"
niet tevergeefs werd bedacht en steeds opgeld
zal bljjven doen.
J. S.
In de kleine zaal van ons Gemeentelijk
Concertgebouw trad de bekende Haarlemsche
viool-paedagoog als solist op'. Een niet alle-
daagsch verschijnsel, vooral als de paedagoog
reeds 6 kruisje achter den rug heeft. Voor het
solistische optreden van zoo'n paedagoog moet
men dan toch wel bewondering hebben, voor
al als er bijna voortdurend een jeugdige vitali
teit uit zijn spel spreekt. En niet alleen vi
taliteit, maar ook een groote dosis muzikaliteit.
Wij zouden kunnen spreken van ras-muzikali-
teit, dit tegenover vele jongere violisten, die
maar al te dikwijls echt-schoolsch spelen.
Technisch speelt Tuyn zeer knap, al lukt al
het passagewerk, wat toonkwaliteit en zuiver
heid betreft, niet altijd even gelukkig. Over
het algemeen genomen was trouwens de toon-
r.agel eens minder mooi, soms zals wat ruig
a la Hubermann (vooral bij het aanzetten),
ietwat grof. O. i.hield Tuyn niet voldoende
rekening met de kleine ruimte en de zeer
goede acoustiek er van.
Mooien zangerigen toon hoorden we in hoofd
zaak in het slot van Corelli's „La Folia" en de
Introduction van Saint-Saëns.
De Romanze (in G-dur) van Beethoven had
evenals de Rondo Capriccioso van Saint-Saëns
iets fijner van toon en met meer dynamisch
verschil gespeeld kunnen worden.
Tuyn's spel kwam het best uit in twee
Caprice's van Papanini, in de Flesch-bewer-
king en de Polonaise de Concert (opus 4) van
Wieziawski. Bijzonder de dertiende Caprice en
de Polonaise kunnen zijn kloeken toon verdra
gen.
Als toegift kregen we nog te hooren de
mooie Melaguena van Albeniz, die pittig
rhythmisch werd voorgedragen. We misten
hier het „meno mosso"van de 12 maten voor
het recitatief. Of staat dat niet in de bewer
king voor viool en piano?
Emmy van Eden secondeerde den violist
op lofwaardige wijze. In den aanvang sloot het
samenspel niet altoos even goed. Gevolg van
te weinig repetities? Het tweede deel liet ech
ter zeer weinig te wenschen over.
Het zaaltje was goed bezet en de aanwezigen
toonden zich zeer dankbaar.
O. K.
De N.V. Eerste Ned. Stalensteiger onderne
ming „Holland" te Haarlem hield gisteren te
haren kantore te Haarlem een algemeene ver
gadering van aandeelhouders. De balans, verlies-
en winstrekening werden goedgekeurd. Besloten
werd tot kapitaalsuitbreiding over te gaan. Van
het statuaire kapitaal van f 50.000 is f 10.000
geplaatst en zal nu nog f 15.000 uitgegeven
worden.
Wegens het overlijden van Francis Koene zal
de sonaten-avond op Maandag 18 Februari ge
geven worden door Henri Merckel, viool, en
Felix de Nobel, piano, in het gebouw van den
Nederlandschen Protestantenbond, Postlaan.
Het concert, hetwelk uitsluitend voor leden toe
gankelijk is, begint om 8.30 uur 's avonds.
Het programma bevat werken van Mozart,
Claude Debussy en César Franck.
19 Februari hoopt de heer E. Oomen, bedrijfs
leider van Van der Storm's Limonadefabrieken
te Haarlem, den dag te herdenken, dat hij 25
jaar geleden bij bovengenoemde firma in dienst
trad.
- v,■<- v-x; -
v-
\v.. v ,K.
X 1 A 'Ny ^.Vv" X
Nieuwe religieuze kunst: het altaar met kruis en kandelaars van Jan Eloy en
Leo Brom in de kapel der fraters te Zei st. Er achter het onderste gedeelte der
groote muurschildering van Charles Eyck. Het altaar bestaat uit één blok
travertin-steen, het tempeltje om het tabernakel is van onyx. De tabernakel
deuren zijn versierd met acht kleine tafereelen in email-cloisonné
van Joanna Brom.
De Haarlemsche Vereeniging Kunst zij ons
doel" houdt tot 24 Februari een tentoonstelling
van schilderijen, aquarellen, teekeningen en
grafisch werk, door hare leden, in het Frans
Hals-Museum, ingang: Klein Heiligland 62rood.
De expositie is dagelijks geopend van 10 tot
4 uur en kost slechts 25 ct. entree.
In de lichte, blijde nieuwe zaal werd het werk
uitstekend gerangschikt, met overleg en smaak.
We willen beginnen „Kunst zij ons doel" van
harte geluk te wenschen met deze expositie, die
nog fraaier is dan de vorige.
In verschillende werken hebben we tot onze
vreugd een stijgende lijn kunnen constateeren.
Het gaat met vele leden steeds: excelsior!
Dit verheugende feit is een felicitatie waard
voor een vereeniging, die kunst als haar doel
beschouwd.
Een in 't oog loopend doek ter expositie is dai
van Janus Wagemaker, voorstellende een violon
cellist.
In dit werk is veel te prijzen, al zijn er dan
ook fragmenten, die door „Janus" zeker latei
zullen worden geperfectionneerd, b.v. de han
den van den speler.
Houding en stofuitdrukking zijn echter zeer
goed te noemen. De kunstenaar gaat dermate
op in zijn spel, dat zijn doen een algeheele
overgave is (prachtig uitkomend in de houding)
en het hout der violoncel, in zijn broosheid en
glans, werd uitstekend tot uitdrukking ge
bracht.
Een doek van groote schilderswaarde lijkt ons
ook: „Dame bij den vleugel" van Kees Verwey
De vleugelpiano en de japon dezer dame zijn
met fantasie en hoogheid van stijl geschilderd.
Populair kan dit werk echter allerminst ge
noemd worden, vooral ook om het tegen-tijd-
sche der kleeding, dat wat eigenaardig aandoet.
Deze schilder, die bewijst een voornaam talent
te bezitten, is wellicht wat subjectief van geest,
waardoor het begrijpen van het publiek moei
lijker wordt.
Er is van den schilder Heuff een doek: Paar-
denwed te Z'ierikzee, dat ons bijzonder aantrok
door zijn stemmigheid en schilderachtigheid.
Heuff schijn ons een verwantschap te hebben
met den adel en de picturale eigenschappen
der primitieven. Een zeer aangename, prachti
ge herinnering bewaren wij„aan dit sympathieke
werk.
Van Tine Honig is er een „Stilleven", dat een
waar juweeltje genoemd mag worden. Objecten
zijn: een aarden kan, wat peren, een sinaasap
pel, kastanjes, enkele'doosjes met dadels en een
boek. Het werk is wellicht wat literair, maar dit
element overheerscht niet het zuiver schilder
achtige, dat kostelijk en geurig van frischheid
en fijne kleuren is!
Miolée bracht een herfstlandschap, met een
subtiel licht, dat van de ziele is.
Van de bloemenschilders noemen wij Jan Vis
ser, die zijn Aronskelken van een voornamen
stijl en diepere beteekenis deed zijn. De Tulpen
van W. K. Rees zijn als „muziek" en zeer goed
van schildering.
Er is een klein, fijn werkje van Mej. Struick,
dat ook om den nieuweren vorm kan worden ge
apprecieerd.
En nu wij over dien nieuwen vorm schrijven
moet het ons even van 't hart, dat ter expo
sitie, die in haar geheel te roemen is. toch nog
eigenlijk een te veel aan het conventioneele
wordt aangetroffen. Een volgenden keer zou
men hiermee wat meer rekening kunnen hou
den.
Wie zullen we nu nog meer noemen van de
vele exposanten? O, ja, Wesseling is aanwezig
met een zeer sympathiek werk: Portret van
Mej. S. Het is niet grootsch of gedurfd b.v.,
maar in zijn bescheidenheid vol attractie. Het
gezicht werd knap geschilderd en het zwarte,
soepele kleedje is ons lief om de wijze, waarop
de schilder het weergaf. .Moeder" van Busé ls,
ook om 't onderwerp, een dierbaar doek, vol tee-
derheid in de expressie. Van Egmond bracht
knap werk, Huyser gaf zijn blanke, extatische
kunst, Koster deed de roode tulpen frisch her
leven, Wijn's Stilleven is uiterst schilderachtig
en zoo is er meer, te veel om op te noemen, dat
lof en dank verdient. Bravo, „K. Z. O. D." ga
zoo voort!
K .de H.
Met ingang van 9 Februari jJ. zijn door den
Commandant tot 2en Luitenant bevorderd de
vaandrigs W. C. Booy van Kampen en O. J.
Keyser, resp bij het Vendel Zuid en het
Transportwezen.
Marietti te Turijn verscheen van
onzen landgenoot pater dr. Franciscus
ter Haar C.s.s.R. een handboek voor
theologische studenten, getiteld: „Casus
conscientiae de praecipuis hu jus aetatis
peccandi occasionibus" en dus behandelen
de de gewetensvragen, welke zich kunnen
voordoen naar aanleiding van de naaste
gelegenheden tot zonden, die speciaal in
onze dagen het zieleleven bedreigen. Na
'n uitvoerige principieele uiteenzetting over
het begrip „gelegenheid tot zonde" en de
houding, welke de moralist hiertegenover
aanneemt, zoomede de methode volgens
welke hij die houding bepaalt, gaat de ge
leerde auteur in het meer concrete tweede
gedeelte van zijn werk een aantal practi-
sche gevallen ontleden, waarbij vooral prij
zenswaardig is de nauwkeurige psycholo
gische schets van den gewetensstaat onder
de gegeven omstandigheden. Achtereenvol
gens behandelt pater Ter Haar het moder
ne onderwijs, de lectuur, het dansen, too-
neel en bioscoop, verkeering en gemengden
omgang, concubinaat, dameskleeding, club
huizen, vriendschap en ook de radio. Het
werk, in het Latijn gesteld, moet uiteraard
worden voorbehouden aan degenen, tot wie
het zich richt, maar de behandeling van
de radio-uitzendingen en hun consequen
ties voor het zedelijk leven verdienen in
ruimen kring de aandacht, zoodat wij, dit
werk aankondigend, gaarne van de gele
genheid gebruik maken, de inzichten van
den moralist samen te vatten voorzoover
ze speciaal dit onderdeel betreffen.
In drie paragrafen behandelt pater ter
Haar dit vraagstuk. Eerst somt hij de ge
varen op van de „radiophonia", zooals het
Latijnsche woord luidt, vervolgens vraagt
hij naar den graad der zonde van wie deze
gevaren zoekt, daarna bepaalt hij de hou
ding, die biechtvaders en zielenherders moe
ten aannemen. Wij volgen zijn uiteenzet
ting op den voet, maar vatten kortheids
halve de beschouwingen samen:
1. Het onbeperkte radiogebruik is gevaarlijk
omdat dit in den boezem van het katholieke
gezin ideeën binnenvoert van allerlei slag, o.m.
toespraken van niet-katholieke godsdienstlee
raren, of van vijanden der kerk, die dwaalleer
stellingen verspreiden, en vaak de waarheden
en deugden van het christendom in het bela
chelijke trekken. Gevaarlijk is vervolgens de
uitzending van wereldsche en wulpsche muziek,
lichtzinnige liedjes, die vooral op het gemoed
van jeugdige luisteraars soms diepen indruk
maken. Hierdoor kan de radio een gelegenheid
tot zonden tegen geloof en zeden zijn. De ge
bruikelijke staatscensuur is onvoldoende om dit
euvel te voorkomen, daar deze niet in het bij
zonder waakt over de katholieke waarheid en
in haar beoordeeling van het zedelijke gehalte
gewoonlijk al te toegeeflijk (nimis indulgens)
is, in sommige landen zelfs laks.
2. Zondigen kan men in dezen zoowel direct,
d.w.z. door kwaden wil, als indirect, b.v. door
den omgang met het gevaar, door het geven
van ergernis.
Zwaar zondigt degene, die luistert naar de
toespraken van ketters of van vijanden der
Kerk met de bedoeling om, wanneer hij zelf
twijfelt aan de waarheid der Katholieke leer,
ook de leerstellingen van anderen te leeren ken
nen, teneinde deze te omhelzen, wanneer ze
hem meer aanstaan, of ook om in zijn twijfel
te volharden. Evenzeer zondigt zWaar degene,
die naar onzedelijkheden luistert en hierin een
zondig behagen schept.
Vaker echter zal het voorkomen, dat iemand
indirect zondigt door te luisteren naar radio
uitzendingen, die kwetsend zijn voor de eer
baarheid der zeden of voor het geloof en den
godsdienst.
Voor wat de goede zeden betreft, vooral de
kuischheid, kan iemand zondigen door naar de
radio te luisteren op vrijwel dezelfde wijze als
door het lezen van onzedelijke boeken en het
aanhooren van onzedelijke gesprekken. Dit ge
schiedt, wanneer iemand door het luisteren
naar obscene liedjes of naar wulpsche muziek
zich in gevaar stelt, doodelijk te zondigen, of
wanneer hij aan anderen ergernis geeft, zooals
b.v. ouders aan hunne kinderen kunnen doen
door hun toe te staan, naar gevaarlijke uit
zendingen te luisteren.
Veel gevaarlijker acht schrijver de radio-uit
zendingen, waardoor dwalingen tegen het ka
tholieke geloof en den katholieken godsdienst
worden verspreid. Hij denkt hier met name aan
de uitzendingen van Zondagspreeken etc. door
protestantsche predikanten, zoomede aan aller
lei wetenschappelijke, historische, litterarische,
paedagogische, moralistische en politieke toe
spraken van nationalisten, socialisten en an
dere ongeloovigen. Zwaar zondigt z.i. degene,
die regelmatig of dikwijls luistert naar toe
spraken van gelijke strekking als de boeken,
welke door Canon 1399 worden voorbehouden.
Wel zijn er redenen om aan te nemen, dat het
aanhooren van verkeerde teksten aanmerkelijk
minder gevaar oplevert dan het lezen. Het luis
teren naar zulke uitzendingen is niet door de
kerkelijke wet verboden, maar door de natuur
wet. In verschillende diocesen hebben de bis
schoppen dan ook reeds gewaarschuwd tegen
het onbeperkte luisteren naar uitzendingen.
Licht zondigt degene, die zich aan het boven
omschreven gevaar slechts een enkele maal
schuldig maakt.
Zwaar kan men vervolgens zondigen door het
geven der bovenomschreven ergernis, zoomede
door het verleenen van steun aan instellingen.
die regelmatig uitzendingen doen, welke in strijd
zijn met geloof of zeden. Het luisteren naar
godsdienstoefeningen van niet-katholieken is
echter niet te beschouwen als een „communica-
tio in Sacris."
3. De geestelijkheid zal goed doen door er voor
te zorgen, dat overal Katholieke of althans
eerbare instellingen van radio-uitzending be
staan; waar de staat het monopolie heeft en
dus e"n z.g. nationale omroep bestaat, zal
hij moeten toezien, dat een ernstige keuring
het slechte en ongewenschte zooveel mogelijk
voorkomt, en dat ook katholieke sprekers aan
het woord «.omen.
Waar een Katholieke radio-omroep bestaat,
moeten de geestelijken er voor zorgen, dat de
geloovigen alleen aan dezen hun naam en me
dewerking geven.
Als zij waarschuwen tegen de gelegenheden
tot zonde, zullen zij goed doen ook op het
gevaar van de radio te wijzen. Aan even-
tueele bijzondere bepalingen of voorschriften
van het Episcopaat moeten zij de hand houden.
Biechtvaders moeten hun poenitenten waar
schuwen, speciaal wanneer er gevaar voor
zware zonde aanwezig is. Zij kunnen hun poe
nitenten het luisteren naar bepaalde uitzen
dingen verbieden.
Tenslotte behandelt pater Ter Haar in
zijn betoog een geval uit de practijk, dat
deze algemeene beginselen concreet toe
past. Het spreekt van zelf, dat de beste be
strijding van het kwaad bestaat in de pro
paganda van het goede. We meenen ech
ter, nu een katholieke moralist deze bij uit
stek moderne bedreiging van geloof en ze
den uitvoerig en ex officio behandelde,
goed te doen door een schematische samen
vatting zijner inzichten te geven. Nader
belangstellenden verwijzen wij naar het
genoemde w— k. Het behandelt nog ver
schillende belangrijke moderne „casus
conscientiae" op een zéér duidelijke wijze.
De schrijver is streng probabilist.
De proeven, die de heer C. J. Stoete bij tus-
schenpoozen in het openbaar verricht ter con
troleering zijner berekeningen met zijn door
hem uitgevonden mechanischen zeilpropeller,
hebben de belangstelling getrokken van eenige
filmmaatschappijen. Die belangstelling heeft ge
leid tot het opnemen van eenige ritten, welke
door den heer Stoete met zijn contrölewagen
zijn gemaakt op den boulevard te Zandvoort.
Door Polygoon te) Haarlem en Profilti_uit Den
Haag zijn opnamen gemaakt, die a.s. vrijdag in
alle bioscopen opgenomen zullen worden in het
voorprogramma. Inmiddels is op deze uitvin
ding, hoewel de heer Stoete nog naar vervol
making ervan streeft, bereids octrooi aange
vraagd. Een buitenlandsche firma, waarvan de
directeur zich persoonlijk heeft overtuigd, dat
de uitvinding rendement zal kunnen bevatten,
heeft de toezegging gedaan, dat de heer Stoete
bij zijn verdere proefnemingen de beschikking
krijgt over de door haar in den handel zijnde
machines. Dientengevolge zullen de verdere ex
perimenten verricht worden met de Ho-machi
nes der gelijknamige fabriek te Duitschland.
Alhier zijn van 3 tot en met 5 Februari 5 ge
vallen van roodvonk geconstateerd.
Het bestuur van bovengenoemden Turnkring
heeft den euvelen moed weer eens een uitvoe
ring te geven in de zaal. Menigeen zal zich de
uitvoering nog wel herinneren, die in Februari
1930 gegeven werd ter gelegenheid van het tien
jarig bestaan van den bond. Hier hebben velen
genoten van de prestaties der verschillende ver-
eenigingen. Als men nu weet, dat het peil der
turners sterk vooruit gegaan is, dan belooft deze
avond weer heel wat.
Het programma is met zorg samengesteld.
Iedere vereeniging is reeds lang aan het werk.
Behalve de vereenigingen, die hun beste
beentje zullen voorzetten, zal de Bondskeur-
ploeg haar medewerking verlo-nen. De Bonds-
keurploeg, die op den Kerndag te Rotterdam als
tweed uit den strijd te voorschijn kwam. Er is
dien avond dus wel wat te zien.
Het medewerken der Graaltumclubs zal een
aardige afwisseling brengen.
De avond wordt besloten met een bal. U ziet,
dat voor ieder gezorgd is.
Wij wenschen den Turnkring veel succes.
In verband met de instelling eener hoofd
klasse-competitie voor het geheele land, zuilen
de Haarlemsche Damclub II, de Diemer Dam-
vereeniging I en de Damclub Jozef Blanke
naar" II (Amsterdam) zonder promotie-wedstrij
den promoveeren naar de nieuw in te lassclien
lste klasse.
Ook de beide clubkampioenen 3e klasse in het
district Noord-Holland, de Haarlemsche Dam
club III en de Damclub „Koog Zaandijk" 1
zullen, eveneens zonder het spelen van promo
tie-wedstrijden, promoveeren naar de 2de klasse.
UMUTDEN, 14 Febr. Rijksvischafslag. Tarbot
0.901.10 per kg. Griet 12.0029.00 per 50 kg.
Tong 0.601.10 per kg. Groote Schol 9.0011.50,
middel S"hol 11.50—16.00, Zetschol 14.00—20.00,
kleine Schol 6.5016.00, Bot 4.007.50, Schar
8.0011.00 per 50 kg. Rog 5.0014.00 per 20 st.
Vleet 1.25 per stuk. Pieterman en Poon 11.00
13.00, groote Schelvisch 20.0025.00, middel
Schelvisch 19.0021.00, kl. midd. Schelviscn
18.0023.00, kleine Schelvisch 9 0018.00 per 50
kg. Kabeljauw 21.0052.0. per 125 kg. Gullen
7.5014.00 per 50 kg. Leng 0.301.60 per stuk.
Heilbot 6175 cent per kg. Wijting 2A08.00
per 50 kg. Koolvis^h 0.111.50 per stuk. Makreel
14.50 per 50 kg. Versche Haring 4.60450 per
kist.
van de Donderdag aan den Rijksvischafslag
aangekomen
STOOMTRAWLERS
Bloemendaal 460 manden 3030.Zwaluw 90
manden 1460.Uiver 380 manden 3030.An-
cor 55 manden 1200.Irene 120 manden 1350.
Jenny Geza 80 manden 1550Flamingo 95
manden 1360.Mary Elisabeth 105 manden
1407.Alma 850 manden 3570.
VI. 195 1390.—.
BEUGER
LOGGERS
Sch.: 250 960.—, 69 900K.W.: 78 1090
167 700.—, 173 620,35 1320—, Sch. 132 460.—.
Nu komt er rustl Nu zijn over
bodige geluidssignalen verboden
({75.- boeteI). 'tWerd tijd: «e
toeterden er maar op losl Wie.