Zoekt gij betrouwbaar j 1 Personeel? „Omroeper 80.000 gezinnen Sir John Simon op Schiphol. Een levensstrijd voor uitvoer Mtn teAtijft om: R c Plaats dan een voor IN 'T WONDERE SAKSEN L DONDERDAG 28 MAART 1935 piiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiinniniiiiiininininiiiiiiiiiniiiiiiiiiitiiiiiiininiiinmninnnimininiHinmiinniiiii siiniiiiiiiniiiiiiiuiniiuiiiiiiiiumuiiiiiiiiHiuiiiuiiimiiiiiuiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiimniiintiiiiimiiiiiB iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiniiiiiiiiiHiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiuiiis Wat minister Lenk op een studie reis door dit Duitse he gebied ons vertelde Industrieel grensland I BOEK EN BLAD Ons Ziekenhuis in het Saksische Ertsgebergte KATHOLIEKE ILLUSTRATIE 69e jaargang no. 26 FOTOREPORTAGE Saksen is een wonderschoon pittoresk land en daarenboven als industriegebied van groote beteekenis. De Saksers zijn de werk zaamste en de beste, gezelligste menschen. Het is genoeglijk onder hen te verblijven en als gastheeren zijn ze voortreffelijk. Dat ondervonden de internationale journa listen, die naar de Leipziger Messe waren ge komen en toen door den Fiihrerrat der saksi- schen Wirtschaft op 'n rondtoer door Saksen werden geleid. Een klein gezelschap uit allerlei werelddeelen en landen. Een reis, waarop we leerden waardeeren de eigenschappen van Ober- regierungsrat Grafe der Staatskanzlerei, dr. Queck, van bedoelden Fiihrerrat, majoor v. d. Panitz, e.a. Een reis waarop minister Lenk ons wilde tegemoet reizen om ons te Plauen te be groeten en met ieder persoonlijk kennis te ma ken. Saksen is een bevoorrecht land; door zijn cul tuursteden als het wonder-eigene Dresden, stad der muziek, stad der schilderkunst, stad der ar chitectonische barok van edel gehalte alsmede door zijn schilderachtig berglandschap met het Oberwiesenthal der wintersport en de süchsische Schweiz voor lente- en zomergeneugten, is het voor den vreemdeling een land van toerisme- Er valt heel wat te genieten in Saksen, zoowel voor den natuurminnaar als voor den kunstzin- nigen mensch. Een Gewandhaus-concert te Leip zig. onder Abendroth, een symphonie-concert onder den jongen dr. Böhm in de Dresdener Opera, zooals we meemaakten, zijn hoogtepunten in het Europeesche muziekleven. Een bezoek aan de Gemaldegalerie te Dresden, doet ons niet al leen Rembrandt, maar ook het voortreffelijke werk van andere Hollandsche schilders onzer glorie-eeuw kennen, zooals we die zelf niet bezitten. Dresden is een der schoonste steden van Europa niet alleen, het is een der meest eigene steden met een zeer uitgesproken eigen karakter. Wie op een der zeven bruggen over den Elbe- stroom het stadssilhouet in zich opneemt, wie nabij hotel Bellevue dien barokdroom der schoonheid van Zwingen, Hofkerk, Slot en Ge maldegalerie als een sproke ziet opdoemen, heeft een der schoonste punten van de wereld bezocht. En dan begrijpt men eerst de ziel van het al-oude Saksische porcelein, dat in dit land zulke wondere gestalten verkreeg.- Dresden is met recht de hoofdstad van een land vol natuurschoon, vol cultureel leven, vol lndustrieele kracht. Minister Lenk zelf heeft er ons van willen Onze redacteur die de Leipziger Messe bezocht werd door de Saksische regeering in staat gesteld den wor- stelwedtrijd gade te slaan die de in dustrie daar voor den export voert. vertellen en enkele cijfers daarbij gegeven. Sak sen is het industrierijkste en tevens het dichtst bevolkte land van de aarde. Het beslaat maar 3,2% rijksgebied, doch beteekent 12,8% van de industrie-arbeiders in 't rijk. Op 15000 K.M.2 wonen 5,2 millioen menschen of op 1 K.M.2 347 tegen 139 voor heel het Rijk. Het percentage der in de industrie werkende personen is 61% tegen 41,4% voor het Rijk (voor Engeland is dit cij fer 51,3V» en voor België 46,5% t) Darmede is het lot der inwoners bezegeld; welstand in tijden van hoogconjunctuur, nood in tijden van economische depressie. Saksen is niet slechts „die Werkstadt Deutschlands" maar tevens het beteekenende exportland van Europa. In bloeitijd heeft Saksen het een derde van heel den rijksuitvoer geleverd. Want overal in de wereld had het „made iri Saxony" een goeden klank en blazen niet onze jongens op de mondharmonica's die ik met zoo veel zorg in Klingenthal zag vervaardigen? .Made in Saxony". Had ik het niet zelf en kele maanden tevoren in Brazilië en Argentinië ondervonden, toen ik o.a. in de wereldstad Buenos Aires zoovele waren in de winkels zag uitgestald, die uit het Saksische industriegebied bleken te komen? Niet alleen het Meissner por celein heeft zijn historische vermaardheid, niet alleen het zorgzame borduurwerk uit Plauen o illusievolle herinnering aan de zingende leer lingen van de kantklosschool te Schneeberg! maar ook de nog immer prachtige tapijt-in dustrie, zooals we die in Oelnitz en Chemnitz vonden, eischt onze belangstelling naast de wereldfabricatie van de Odol-producten te Dres den en de Zeiss-Ikon-fabricaten in dezelfde stad- In Zwickau zorgt men voor het licht der mijnwerkers en vervaardigt men de bekende mijnlampen in de modernste vinding; in Plauen en Chemnitz maken we kennis met de wereld fabricatie van meubelstoffen in de uiteenloo- pendste dessins. In Schwarzenberg zagen we het zink tot volkomen badkuip worden en in Aue vervormden zich onder gigantischen druk der machines de melange tot vorken en lepels en sierlijke schalen. Het Wellner is in vele landen bekend. De grootste machinefabriek ter wereld is die van Schubert en Salzer te Chemnitz. Kortom: we hebben zooveel gezien en zooveel gegevens ontvangen, dat alels niet onmiddellijk is weer te geven. We willen ter gelegenertijd zoo nu en dan wel meer over het geziene in Saksen- land verhalen. Deze rondreis door Saksen heeft me in de overtuiging versterkt hoe het waarlijk geen bloot toeval is dat het „Schanfenster der Weit", de Leipziger Messe, op Saksischen bodem staat! Handwerk en fabrieksarbeid staan in heel Saksenland op groote hoogte. We hebben in den laten na-winter, die heel het land met een dikke sneeuwlaag beschilderde, de wondere schoonheid van land en steden naast de arbeidskracht der menschen bewon derd. En we hebben ook ervaren hoeveel be teekenis voor de menschelijke gezondheid b.v. een 500 meter hoog gelegen Bad-Elster bezit, dat, voortreffelijk toegerust met hotels en mo dem Kurhaus en Theater, een paradijs voor herstelzoekend'en is. Het enkele uren verder ge legen radiumbad Oberschlemer is het sterkste radiumbad der wereld en in den oogenschijn- lijk onplezierlgen modder komen jichtlijders en anderen hun gezondheid terugzoeken. Met 400 kurgasten in 1918 geopend is Oberschlemer op Amerikaansche wijze gegroeid tot een Kurort met 10.000 gasten. Het Erzgebergte is mooi en gezond. Saksen is vol schilderachtig natuurschoon, vol arbeidskracht en lndustrieele energie, vol ge zellige hulpvaardige vlijtige menschen tevens. i Het derde nummer is verschenen van het of ficieel orgaan der Vereeniging van R.K. Zieken huizen, van welke vereeniging, naar men weet, pater dr. A. J. Wessels de secretaris is. De ver eeniging, die zich ten doel stelt, den bloei van het R.K. Ziekenhuiswezen te bevorderen en te verzekeren, bezit in dit fraai uitgegeven maand schrift een kostelijk middel tot bereiking van haar gezond, en daardoor saneerend, streven. Deze derde, van wege een grondige technische verbetering der uitgave, met veel vertraging verschenen aflevering, opent met twee in me- moriams, gewijd aan dr. Hintzen en dr. Ver beek, de eerste in leven geneesheer-directeur van „Calvariënberg" te Maastricht, de andere geneesheer-directeur van het Sint Elisabeths Ziekenhuis te Amersfoort. Men herinnert zich, hoe ongelukkig dr. Verbeek om het leven kwam. We lezen in het gevoelige herdenkingswoord van de redactie: „Zijn begrafenis is een open lijke hulde geworden, zoo vond men in de Amersfoortsche dagbladen aangekondigd, dat slechts drie doctoren waren aangewezen om in spoedgevallen voor ca. 42.000 inwoners waar te nemen, daar alle huisartsen ter begrafenis naar Oss gingen, om den hoogvereerden en diep be treurden collega naar zijn laatste rustplaats te vergezellen." Van den verderen zeer belangrijken inhoud noemen wij de artikelen over de ontwikkeling van Ziekenhuis en Ziekenhuisverpleging, door dr. M., en over de vorming der Ziekenverpleeg ster, door dr. v„ die de vraag stelt, of er vol doende eenheid in haar opleiding is. Deze vraag wordt gevolgd door een andere: „Zusters, is uw oude dag verzorgd" waarop een redactioneel artikeltje het antwoord geeft: het besluit met de waarschuwing: „Voorzorg voorkomt zorg!" H. J. A. Bijlard schrijft over Ziekenhuisbouw, W. Maas over economisch stroomgebruik bij kunstlicht en ir. H. J. van der Heyden over de nieuwe R.K. Ziekenverpleging te Hilversum. Een viertal boekbesprekingen van de hand van dr. A. J. Wessels bewijst, zelfs voor den leek, hoe priesterlijke voorlichting in zoo'n or gaan onmisbaar is en hoe veilig die is toever trouwd aan den geleerden secretaris der redac tie. Het offer van mijn koning Een Liturgisch kinder-missaaltje in de nieuwe spelling Marchant, door kapelaan A. Swagemakers en Frater M. Deodaat, beiden te Eindhoven. Uitgave en druk; N.V. Drukkerij Lindner Eindhoven. Van dit in alle kringen zoo gunstig ontvangen kinder-misboekje werden in acht maanden tijds ruim 30.000 exemplaren geplaatst. De vierde druk is weer een plaatje in drie kleuren rijker geworden. Het boekje is in hoofdzaak bestemd voor de hoogste klassen der lagere scholen, en heeft ten doel het kind zooveel mogelijk in te leiden in den geest van het gemeenschapsgebed van de Katholieke Kerk. ,JDE BETREKKINGEN TVSSCHEN BANKEN EN INDUSTRIE IN ZWITSERLAND", door dr. J. C. M. van Rhee Uitg.: De Erven F. Bohn Haarlem. In de reeks publicaties van het Nederlandsch Economisch Instituut is dit reeds de derde, die zich met de betrekkingen tusschen bankwezen en nijverheid bezig houdt. Zij is zeker even be langrijk als haar voorgangsters. De schrijver betoogt in hoofdzaak en toont dat duidelijk en breedvoerig aan, dat er geen sprake is van con- tröle door de Zwitsersche banken op de indu strie, daar te lande uitgeoefend. Vooral door dat deze laatste in een periode van stabilisatie verkeert. Waar zij zich nog uitbreidt wil af en toe de invloed van een bank wel naar voren ko men, doch van langen duur is hij nooit. Een interessant werk, dat op een belangwek kende kwestie een licht werpt, waarin zij heel anders voorkomt, dan men in den regel ver- i wacht. Het klokkenspel van Meissener porcelein in den beroemden Zvnnger van Dresden Het vertrek van een Oceaanstoomer vanaf de Amsterdamsche Javakade heeft altijd veler be langstelling, en daarom is een beschrijving daar van met veel foto's ook in de K.I. op haar plaats. Maar bijzondere aandacht wijdt dit nummer zeer terecht aan de liturgie van het Heilig Lijden. Dom Canisius Monchen O.S.B. geeft van de plechtigheden aan het einde der Goede Week een duidelijke schets, en de vele, in de Abdij Sint Andries te Lophem genomen foto's maken het geheel rijk. Geleid door Jan Beerends brengen we dan 'n bezoek aan Nico Wittemans, die ons de kunst van het emailleeren onthult hierbij doet ook de kleurendruk van het blad weer uit stekend dienst. Bij aardige kieken wordt ons dan verteld, dat de eigenlijke Engelsche nationale sport het klokkenluiden is, en dan wippen we over naar Berlijn, waar de eerste groote afweer- oefening tegen aanvallen vanuit de lucht Hans Lijn inspireert tot een pacifistisch artikeltje. Vermelden we nog, dat van de keizerlijke graven in China door J. D. Thijs veel wetenswaardigs wordt medegedeeld, dan kunnen we de dames verder laten grasduinen in de vele opstellen op hé,ar terrein, waarmee de K.I. telkens gul is. Verhalen vinden we van Paul van der Waeter: „De schaduw"; van Willy van Mook: „Zirka voor de radio"; van Ted O. Sickens: „De winkel haak" en daarnaast nog verschillende kortere, Over: R. K. Kapperspatroons bijeen In uw blad van Maandag 25 dezer komt een. verslag voor van de algemeene vergadering van den RZ Kapperspatroocsbond. Volgens dit verslagje heeft de voorzitter van dien bond. de heer Henskens, medegedeeld: „de R.K. Bedlendenorganisaties verzetten ziel» tegen het prlncipieele vakonderwijs". Deze mede- deeling is in zóó volkomen tegenspraak met de waarheid, dat wij er prijs op stellen de volgende verklaring af te leggen: Als Katholieke organisatie wordt door ons voorgestaan het verschaffen van principieel vak onderwijs, echter in zoover dat mogelijk ls. Aan die mogelijkheid moet echter zeer ernstig worden getwijfeld, omdat de verhoudingen in het kap- persbedrijf daaraan nu eenmaal niet mede wer ken. Gebleken ls namelijk, dat In een twintigtal plaatsen het exploiteeren van een vakschool door de gezamenlijke patroons en bediendenorganisa ties mogelijk is: aan een eigen Katholieke vak school kan in die plaatsen niet worden gedacht, omdat daarvoor het aantal belanghebbenden te klein ls. En toch zijn in die 20 plaatsen SO» Katholieke bedienden, die grootendeels bij ®eS vraagstuk van vakonderwijs betrokken zijn. Zouden nu de belangen van die ruim 500 be dienden maar eenvoudig opzij gezet mogen wor den, of mogen zij nu maar zonder meer op de andere, niet-Katholieke organisaties worden aan gewezen? En dat alléén om eigen vakscholen slechts vier plaatsen in stand te kunnen houden? Daarbij is het van beteekenis te weten, dat die vier eigen vakscholen worden bezocht door in totaal niet meer dan 130 leerlingen, een aan tal dat nu niet direct staaft de bewering van den heer Henskens: „het ls thans reeds gebleken, dat op vier plaatsen ln ons land de R.K. vak scholen mogelijk zijn en ruimschoots recht van bestaan hebben". Omdat de situatie ln het kappersbedrijf er toe geleld heeft, dat met man en macht moer worden gestreefd naar het verschaffen van zo® perfect mogelijke vakopleiding, hebben de sa menwerkende organisaties van patoons en be dienden een voorstel uitgewerkt, hetwelk be oogt het stichten van één uniforme vakschooj in alle plaatsen, waar zulks mogelijk is. Daarbi) is aan de Katholieke organisaties voldoende zeg genschap en invloed gewaarborgd, om de prln cipieele belangen van de Katholieke leerlinge® dier scholen veilig te stellen, terwijl ook aa® Katholieke bezwaren zoo ver mogelijk ls tege" moet gekomen. Namens het hoofdbestuur van den Ned. R-®- Bond van Kappersbedienden, O. TH.ZORN. zoodat ook op dit punt het nummer vol leven e® afwisseling is. De nieuwe roman „De boeien los", van L. va® Winterfeld Platen, zet goed in; de eerste, voor treffelijke illustratie, die Herman Moerkerk bij levert, belooft ook veel voor het vervolg. De K.I. is ook deze week weer een hoogs' interessant en zeer mooi blad. Om het Maaswater BeschoU' wingen omtrent het recht van water af tappen, door M. K. N. V. Uitg. Mij. Jleerlandia Maastricht. Deze brochure is een overdruk van een dti®" tal artikelen ln de „Limburger Koerier" van hand van den Limburgschen publicist M. KemP* In Limburg wijt met de vertraging van de ei' geheele openstelling van het Julianakanaal altijd aan volkenrechtelijke verwikkelingen tus" schen België en ons land. Schr. zet in zijn Se" schriftje de punten van het geschil uiteen e bepleit een nieuwe regeling, al of niet in de vorm van een afzonderlijk verdrag, waarbij tu schen de twee landen een minnelijke schikki®» wordt getroffen. O. j* In êm stallan t« Epsom, waar vala beroemd» viervoeter» vertoeven. De kleine Clive Donoghue te goede maatje» met „LutKie" Een vleugel voor zieken en Invaliden, geëxposeerd op Het nieuwe Belgische kabinet - Zittend v.ln.r.Paul Hfjmans, Vandarvetde, Van Zealand, PouKet, de tentoonstelling .Het ideale hui»" ln Olympia Hall te Devèze, Delattre en Soudan. - Staande v.lnr.: Da Man, Van Isackar, De Schrijver. Rubbana,JSpaak, Londen Bovesse, Du Bus de Warnatfe en Max Leo Gesard Aan da lunch. Sir John Simon, Engelsch minister van Buitanlandsche Zaken, en zijn tante Mrs. Alfred Simon-Tayninge in hat restaurant op Schiphol waar de Engelsche staatsman Woensdag op doorreis van Berlijn naar Londen korten tijd vertoefde Voor de tweede expositie in het hoofdgebouw der bloemententoonstelling Flora 1935 te Heemstede, welke expositie voor de Aalsmeertche cultures werd Ingericht, zijn de werkzaamheden in vollen gang Sonja Menie, de Noorsche wereldkampioene bt het kun strijden op de schaats, te Woensdag te Amsterdam aangekomen. Sonja aan de lunch De Engelsche minister van Buitenlandsche Zaken Sir John Simon in gesprek met jhr. d.' Graeff, de Nederlandsche minister van Buitenlandsche Zaken en zijn tante Mrs. Alfred Simon Tayninga, tijdens het oponthoud op Schiphol, waar Sir Simon Woensdag op door reis van Berlijn naar Londen arriveerde Dlllllll 5 5 ëiiimi Nada opger van c tieke fusie vordei komer eing. vereer dat n een g behan wijzigi geblek Eerste heffin Toei Voerd, zooals werk de ge het st uit he sche v openbi kelijke de ja wijzige niet ii naburi enkele gingen trekke! aard r In c worder Gronir uitgeb: werder gemeei Aanl vermef met o groeit, leven concen ten va De stande „Weste vier g heen, zeer si king" i en hi: biedlgc Lohuiz woning mat ti verkee: trams, dit pr mogel; heden kwam met gi dusver genhei bijeen ten na: die v bestaai nis ve: haar Intu: annex: gezond achten groot bestuu belangt kracht: en ger onder initiati brengij gelijk eenigir zelden De zien n verschi tijd m gelijk, tot nu van w< In W kwesti< is het: wijzigi: den st 25. E slot woo wee s< ove; Zou stal: het tige Een sta£ schi sch< sprf waa puti dek bet« sleu wer dat

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1935 | | pagina 4