Een geheim rapport der N.S.B.
IBIS SHAG
M.
Dobbelmann
lekker... man!
VAN ZEELAND ZEGEVIERT
UW NIEUWE HOED 'N
Het licht dat terug
kwam
HUISVESTINGSPLAN VOOR
DEN LEIDER
NOG EEN AUTO TE WATER
DE GOUDEN STANDAARD
GEHANDHAAFD
Kerkelijk Leven
MAANDAG 1 APRIL 1935
Historische Binnenhof gebouwen te
Den Haag en het Rijksmuseum
te Amsterdam aangewezen
Bescheiden karakter
der Kroon
Den Haag
Amsterdam
De bestuurder verdronken
Zijn stiefvader gestoken
„Als hij gestoken is, zal ik het wel
gedaan hebben"
BEZUINIGINGEN BIJ DE
SPOORWEGEN
Een jaar de macht
De f 20.000 op 1044
EEN BOTSING NA DE MATCH
Drie slachtoffers naar 't ziekenhuis
BRAND OP DE „TABIAN'
Tabaksbroei de oorzaak
KLAAS VAN URK OVERLEDEN
Bekend schipper van de N.Z.H.
Reddings Mij.
TARWE-SMOKKELARIJ
Zware straffen geëischt in het
Land van Kleef
MALARIA-DAG
Nieuwe afdeeling voor Gezond
heidstechniek
BIJZONDERE LEERSTOEL
TE UTRECHT
63-JARIGE MAN DOOD
GEREDEN
Reeks oude diefstallen
opgehelderd
„Alles wel"
Lastige kranten- en buff et jongens
102-jarige overleden
Korps politietroepen
Een honderdjarige
Wreede teleurstelling van een
blindgeborene, die plots
zien kon
Een tragisch geval
AFSCHEID VAN SCHIPPER
Hoogeerw. Pater
A. Broeken
Moet ernstige operatie ondergaan
BENOEMINGEN
In het bisdom Haarlem
WÜ hebben inzage gehad van een rapport
eener N. S. B.-commissie, uit leden van
den Algemeenen Raad samengesteld,
welk rapport zich bezighoudt met het „Huisves
tingsplan".
Aanvankelijk hebben wij dit rapport terzijde
gelegd. Maar in een werkpauze dit rapport eens
doorbladerende, steeg direct onze belangstelling
tot het uiterste, want het rapport bleek voor
etellen te bevatten ,die aan den Leider wer
den voorgelegd, voorstellen der huisvesting van
den Leider zelf en der staven van zijn weer-
baarheidsafdeelingeri direct na het in bezit ne
men der staatsmacht.
In het rapport wordt er op gewezen, dat men
natuurlijk op alle eventualiteiten dient voorbe
reid te zijn, temeer,'daar men kan verwachten,
dat, nu de N. S. B.-steen eenmaal aan het rol
len is, ook in Nederland eenzelfde soort lawine
achtig snelle ontwikkeling zal intreden als by de
zusterpartij in Duitschland het geval is ge
weest. Dit overw'egende is het van het grootste
belang, dat de kwestie der huisvesting van den
Leider en zijn lijfwacht tevoren reeds in haar
geheel wordt geregeld.
Het rapport, dat zeer lijvig is, doet uitgebrei
de voorstellen voor die huisvesting in alle hoofd
steden der provincies. In een kort bestek kan
daarop niet worden ingegaan. Het meest inte
resseeren natuurlijk de plannen omtrent Den
Haag en Amsterdam.
In voorbereidende conferenties met den
Leider werd ampel de kwestie onder het oog
gezien, of na het in bezit nemen der staats
macht, 's-Gravenhage of Amsterdam de hoofd
stad des Rijks zal worden.. Besloten werd deze
kwestie hangende te houden. De meerder
heid der Commissie was vóór Amsterdam, maar
met het oog op de enorme kosten, die het stich
ten van nieuwe .departementale gebouwen in
de hoofdstad zou medebrengen, werd het besluit
genomen, om, althans voorloopig, Den Haag als
regeeringsstad te handhaven. Den Leider Werd
met eerbied in overweging gegeven, om op het
geëerbiedigde voetspoor van zijn doorluchtig
voorbeeld, Adolf Hitler, die zijn woonstede
steeds verlegt tusschen Berlijn en München.
ook zijn woonstede beurtelings te kiezen óf te
Den Haag öf in Amsterdam.
In aansluiting met dit voorloopig besluit, werd
de kwestie der huisvesting van den Leider on
der het oog gezien. Samenhangend met de plan
nen der commissie, moest vooreerst aan den
Leider de vraag worden voorgelegd, of het in
zijn bedoeling lag, na het inbezitne^ien der
macht, evenals in Duitschland en Italië, een
schijnparlement in het leven te houden. Na de
zekerheid te hebben verkregen, dat hij dit voor
Nederland onnoodig achtte (aangezien in ge
noemde landen de schijnparlementen toch zul
len worden opgeheven met verloop van tijd),
kon de commissie direct haar plannen ontvou
wen. De parlementsgebouwen op het Binnenhof
komen dus leeg te staan. De Ridderzaal is dus
niet meer noodig voor opening der Staten-
Generaal door de Kroon. Zij wordt receptiezaal
voor den Leider. De gebouwen der Eerste Ka
mer en de daarbij aansluitende ministeriën
voor Waterstaat en Binnenlandsche Zaken (die
verplaatst worden), alle met prachtig uitzicht
op den Hofvijver (een nieuwe passende uaam
wordt gezocht) worden ingericht als paleis voor
den Leider. De gebouwen aan den overkant,
thans in gebruik van de TWeede Kamer, worden
ingericht tot kazerne der lijfwacht en der
Weerafdeelingen. Het front naar het Prinsenhof
wordt ingericht voor representatieve doelein
den. Het Buitenhof biedt ruimte voor huldigen
de menigten en fakkeloptochten. Boven den
ingangspoort van het Binnenhof aan de zijde
van het Buitenhof wordt een huldigingsbalkon
voor den Leider aangebracht. Het prachtige
carré van het Binnenhof is geschikt voor pa
rade der lijfstandaarden. Het Binnenhof is
ook daarom gekozen, omdat het de veiligste
verblijfplaats is en het gemakkelijkst is te ver
dedigen. Naar den vijver kunnen een paar
kanonneerbooten worden overgebracht. Het
strategische voordeel van het Binnenhof (met
zijn als het ware drie achterdeurtjes, poort
Buitenhof, poort bij het Mauritshuis en poort
bij het Spuisteegje) springt direct in het oog.
De Algemeene Raad zal worden ondergebracht
in de te onteigenen „Nieuwe Literaire Sociëteit"
(De Witte). Deze sociëteit wordt opgeheven,
zijnde een broedplaats van parlementariërs en
ministers.
Eenige leden der commissie meenden, dat
door de pralende huisvesting van den Leider de
Kroon eenigermate in verdrukking zou komen.
Namens den Leider werd er op gewezen, dat de
Kroon, na de machtsaanvaarding van den Lei
der, zich meer en meer in de eenzaamheid van
het Loo zal terugtrekken. Na deze mededeeling
namens den Leider verklaarde zich de geheele
commissie vóór de boven aangegeven plannen.
Méér hoofdbrekens voor huisvesting van den
VOOR DE PIJP
ROOKT IBIS EN GÉÉN ANDERE SHAG
Leider kostte Amsterdam. Het plan om het
oude Raadhuis op den Dam voor den Leider in
te richten, werd direct verworpen. Ten eerste
werd de bewoonbare ruimte in het paleis voor
den Leider en zijn staven te klein geacht en
ten tw'eede was men van oordeel, dat de aan
te wijzen N. S. B.-opperburgemeester van Am
sterdam noodzakelijk in het oude Raadhuis
moet resideeren. Direct daarmede in verband
staat de kwestie van een eventueel nieuw Ko
ninklijk paleis in de hoofdstad. Eenige com
missieleden meenden, dat, in verband met
's Leiders mededeeling over het zich terugtrek
ken van de Kroon naar het Loo, deze kwestie
geen kwestie meer was en vonden een nieuw
Koninklijk verblijf derhalve overbodig. Andere
leden waren van meening, dat men zekere his
torische gevoeligheden moest ontzien. Na am
pele beraadslaging kwam de commissie tot het
besluit, om het Prinsenhof (dat leeg komt te
staan tengevolge der opheffing van den Ge
meenteraad) ter beschikking te stellen aan de
Kroon. Men twijfelde er niet aan, of de Kroon
zou grif op dit voorstel ingaan, gezien haar
voorliefde voor verblijfplaatsen met weinig op
vallend, bescheiden karakter.
Nu bleef echter de groote vraag, waar de
I ider waardig was te huisvesten. Men zag af
van het geopperde plan, om een grootsch nieuw
paleis voor hem te bouwen, omdat in de bin
nenstad er geen ruimte voor is en de buiten
wijken niet in aanmerking komen, te ver af
zijnde voor huldigingen en optochten. Een der
commissieleden kwam op een allergelukkigste
gedachte, welke de geheele commissie staande
voets met groot enthousiasme overnam. Dit lid
wees er op, dat het Rijksmuseum eigenlijk van
meet af ongeschikt was voor schilderijen wegens
het gemis aan licht. Hij herinnerde aan de cri-
tiek, vjjftig jaren geleden op het gebouwde ge
oefend. Vooral, qua museum, lijkt het wel een
katholieke kathedraal. Dit karakter kan het
gemakkelijk verliezen door eenige, weinig kost
bare verbouwingen. Zoo ongeschikt het gebouw
is voor museum, zoo geschikt kan het worden
als paleis voor den Leider. Het gebouw staat
geheel vrij, zoodat het uitstekend bewaakt kan
worden en waar het den Leider betreft moet
het eerste beginsel blijven „safety first". Maar
vooral is dit gebouw' zoo geëigend voor paleis
van den Leider wegens het front van den achter
gevel. Daar strekken zich uit het weidsche
Museumplein en het IJsclubterrein. Deze ter
reinen zijn bijzonder geschikt voor de meest
grootsche huldebetuigingen en fakkeloptochten
en massademonstraties. Er is zelfs plaats ge
noeg, om er een kolossale hall op te bouwen,
een soort nationaal-socialistischen tempel (wij
dingshuis), zooals ook Adolf Hitler in Neuren
berg voor zich laat oprichten. Het ligt in de be
doeling de zoogenaamde „puist" van het Mu
seum in te richten als loggia, vanwaaruit de
Leider de betuigingen van liefde en trouw zijns
volks in ontvangst kan nemen. Dit terrein moet
dét worden, w'at voor Berlijn de „Lustgarten" is.
De commissieleden waren overtuigd, in den geest
van den Leider te handelen door zooveel mo
gelijk alles op Duitschen voet in te richten. Het
in gebruik nemen van het Rijksmuseum als
Leiderspaleis kan ook als voorwendsel van
werkverruiming worden gebruikt. Er zal name
lijk een nieuw museum gebouwd moeten wor
den. Die bouw zal echter „ad calendas Graecas"
Worden verschoven. Eenige bekende doeken der
oude Hollanders zouden weer in het Trippen
huis kunnen worden geëxposeerd, omdat de
thans daar resideerende Koninklijke Academie
der Wetenschappen toch, als zijnde liberalis
tisch, zal worden opgeheven.
Tot zoover het rapport.
Wij zouden nog duizend en één ding kunnen
citeeren uit het rapport. Plaatsruimte laat het
niet toe. Memoreeren we alleen, dat de prach
tige oude patriciërshuizen in de bocht der
Heerengracht, thans hoofdzakelijk in handen
van niet-Arische bankiers en handelslui, zullen
worden onteigend voor de verschillende staven
en lijf stand aarden en dat van die beroemde
bocht af de N. Spiegelstraat tot het Rijksmu
seum, dan paleis, zal worden verbreed tot een
„via triomphalis", waardig voor het optrekken
der lijfwacht des Leiders. En tenslotte memo
reeren 'wij nog, dat het Malieveld in Den Haag
particulier vliegveld voor den Leider zal worden,
terwijl in Amsterdam zujk een particulier vlieg
veld is geprojecteerd op de open vlakte tus
schen de Stadionkade en het kerkhof te Buiten-
veldert.
Voor belangstellenden ligt het origineele rap
port op onze bureaux ter inzage.
De nieuwe luchtverbinding RomeMilaanLonden zal worden onder
houden met Savoia Marchetti-toe stellen, die een snelheid van
318 KM. per uur Je unnen ontwikkelen
Hedenmorgen omsreeks half acht is te Appel
scha een personenauto, bestuurd door den heer
Agelo uit Kortezwaag, op onverklaarbare wijze
in de Compagnievaart gereden. Behalve de be
stuurder waren in den auto gezeten de heer
Wapstra, hoofd der school te Kortezwaag en
diens echtgenoote. Door het kordaat optreden
van den heer J. Dorprichter, chauffeur te Oos-
terwolde, die toevallig passeerde, mocht het ge
lukken den heer en mevrouw Wapstra te red
den. Hoewel dr. Lojenga, geassisteerd door de
Reddingsbrigade, nog pl.m. anderhalf uur
kunstmatige admehaling toepaste, mocht het
niet gelukken de levensgeesten van den heer
Argelo op te wekken.
Waarschijnlijk is de heer Argelo onwel ge
worden, aangezien het anders onverklaarbaar
is, dat de auto op den rechten breeden weg zoo
pardoes te water kon geraken.
Zaterdagavond omstreeks half twaalf is het in
de Karrenstraat te 's Bosch tot een ernstige
vechtpartij gekomen tusschen den 42-jarigen P.
Kooien en zijn 30-jarigen stiefzoon L. v. E.
Het boterde reeds lang niet tusschen de twee
en toen zij elkaar Zaterdagavond in een café
aan de Karrenstraat ontmoetten, kregen zij ru
zie. Van E. werd buiten gezet, maar wachtte
daar zijn stiefvader op. Hij stak hem met een
mes in buik en borst. Kooien zeeg ineen en werd
door de politie naar het Groot Ziekengasthuis
gebracht. Zijn toestand bleek levensgevaarlijk.
De politie kon hem een kort verhoor afne
men, waarin de man verklaarde, dat zijn stief
zoon hem gestoken had.
v. E. werd daarop gearresteerd en hij verklaar
de: „Als mijn stiefvader gestoken is, zal ik het
wel gedaan hebben." Hij is ter beschikking van
den Commissaris van politie ingesloten.
De toestand van het slachtoffer was Zondag
morgen veel verbeterd. Het onmiddellijk levens
gevaar kon geweken worden geacht.
Oorzaak van de twist is minnenijd.
Om ook bij den dienst van weg en werken tot
bezuiniging te komen, zullen, behalve de sa
menvoeging van de beide diensten (Weg en
Werken met Nieuwe Werken) onder één hoofd
n.l. hoofdingenieur Ch. H. J. Driessen, ingaan
de 1 April de eerste en zevende afdeeling onder
één hoofd, den afdeelingschef F. J. Arnoldt, sa
mengevoegd worden, terwijl ingaande 1 Mei a.s.
de derde en zesde afdeeling bijeen gevoegd zul-
ien worden onder den chef van het Seinwezen,
Ir. G. J. de Vos van Nederveen Cappel.
De jonge katholieke Belgische premier
Van Zeeland heeft in den Senaat het
pleit voor zijn gedurfde monetaire en
economische politiek gewonnen met een zóó
sterke meerderheid, dat hij zich vast genoeg
in het zadel voelt zitten om zijn voorgenomen
rit uit de crisis voort te zetten. Het heet, dat
de koning na de stemming in de Kamer, waar
de regeeringsverklaring uitsluitend door de so
cialisten vrijwel unaniem werd goedgekeurd,
maar waar zoowel de katholieken als de libe
ralen van een ernstige verdeeldheid blijk gaven,
zijn prestige in de weegschaal heeft gelegd ten
gunste van het nieuwe kabinet en den nieuwen
koers, welken het wil inslaan. Mede daaraan
zou het te danken zijn, dat Van Zeeland zulk
een succes in den Senaat behaalde. Indien dit
juist is, zou koning Leopold II de traditie van
zijn vader hebben voortgezet. Immers koning
Albert heeft onder moeilijke omstandigheden
door zijn persoonlijk prestige bij herhaling drang
uitgeoefend in een bepaalde richting. Dat de
omstandigheden van België op het oogenblik
uitermate moeilijk zijn daarvan zijn de nieu
we premier en zijn mede-ministers ten volle
overtuigd. De thans afficieel geworden deva
luatie van den Belgischen franc draagt geheel
het karakter van een noodsprong, welke onver
mijdelijk geworden was om althans te probeeren
aan de dreigende economische catastrophe te
ontkomen. Op hoop van zegen heeft Van Zee
land het roer omgegooid, dat door de vorige
regeeringen onwrikbaar was vastgezet. Hij
meent, dat het handhaven van den ouden defla-
tie-koers uiteindelijk naar den ondergang zou
hebben gevoerd, en hij hoopt, dat zijn devalua
tie-politiek, waarvan hij de risico's allerminst
onderschat, uiteindelijk zal blijken uit te komen
op het bereiken van vasten grond onder de
voeten.
Van twee kwaden heeft hij het zijns inziens
geringste gekozen. Dat hij de devaluatie prin
cipieel als een kwaad beschouwt, valt duidelijk
op te maken uit de wijze, waarop hij zijn voor.
stellen in het parlement heeft verdedigd. Er
is geen andere uitweg meer, en daarom volg
mij, zoo ongeveer was zijn redeneering. België
zal hem thans volgen. Hij beschikt over vol
machten voor één jaar.
Een inflationist is Van 2eeland aller
minst. Hij houdt vast aan het beginsel
van den gouden standaard. Daarom
heeft hij onmiddellijk de met 28 pet. in goud-
waarde verminderde Belga weer vastgekoppeld
aan het goud, dat nog altijd de meest stabiele
waardemeter is gebleken.
Hij zal alle mogelijke maatregelen treffen om
te voorkomen, dat de devaluatie in een inflatie
ontaardt en dat de saneerende werking van
de devaluatie door speculatie, prijsopdrijvingen
enz. weer zou worden te niet gedaan. Erg ge
makkelijk zal hem dit niet vallen, want het
Belgische volk, dat uit ervaring weet, wat
waardevermindering van de munt in de prac-
tijk beteekent, heeft onmiddellijk gereageerd
op de koersverandering en zijn toevlucht ge
zocht in roerende en onroerende goederen en
de neringdoenden hebben op slag hun prijzen
verhoogd. Het blijft vooralsnog een open vraag,
of de doortastende premier, die onder de hui
dige omstandigheden alleen nog maar heil ziet
in een „Planwirtschaft" iè, Ia Roosevelt, in
zijn opzet al dan niet zal slagen. Zijn experi
ment zal ook voor ons land in hooge mate be
langwekkend en leerrijk zijn. In politiek op
zicht is het buitengewoon merkwaardig, dat in
België thans juist door de medewerking en
steun der socialisten een financieel en econo
misch regime gaat heerschen met tot op zekere
hoogte dictatoriale bevoegdheden, terwijl in
andere landen in het bijzonder de socialisten
beschouwd worden als het meest onbruikbare
element voor het vestigen van een sterke, ge
zaghebbende regeering.
WETTIG GEDEPONEERD
De prijs van f 20.000 in de tweede klasse der
Staatsloterij, is gevallen op nummer 1044.
Zondagavond heeft tengevolge van menig
vuldige factoren, waarbij de drukte na de match
Nederland—België en een stilstaande auto de
hoofdrol speelden, op den straatweg tusschen
Halfweg en Haarlem een gecompliceerde aanrij
ding plaats gehad.
Om tien uur 's avonds stond ongeveer 100 me
ter voorbij de Liedebrug aan den kant van den
weg met den kop in de richting Halfweg een
auto, waaraan men bezig was eenige reparaties
te verrichten, doch waarvan het roode achter
licht brandde. In den wagen zaten de 38-jarige
heer Van Z. uit Amsterdam met zijn vrouw en
twee kinderen, terwijl de chauffeur juist om den
wagen heen liep om weer in te stappen.
Juist op dit oogenblik kwam uit de richting
Haarlem een two-seater den wagen achterop
rijden. Deze two-seater werd bestuurd door den
35-jarigen heer O. uit Utrecht, die zijn vrouw
naast zich 'had. De heer O. schijnt het achter
licht niet gezien te hebben en reed pardoes op
den wagen in, die een eind werd voortgeduwd,
half het rijwielpad op. Tengevolge van den
schok werd de chauffeur van den eersten auto
tegen den grond geslingerd en aan het gezicht
gewond.
De heer O. had behalve eenige schaafwonden
ook een pols gebroken, terwijl mevrouw O. ten
gevolge van de botsing eveneens wonden aan het
gelaat kreeg.
De ongevallendienst in Haarlem werd ge
waarschuwd en verleende de eerste nulp, waar
na de drie slachtoffers per ziekenauto "an Ma-
thöt naar de Mariastichting te Haarlem werden
overgebracht.
Daar de aanrijdende two-seater dwars over
den weg stond en in de nabijheid daarvan da
andere auto, die voor een deel in het zand was
weggezakt, onstond er een ongelooflijke ver
keerschaos. Zoo goed en zoo kwaad als het ging,
heeft de politie v. Haarlemmerliede en Halfweg
eenige orde trachten te scheppen, daarin bijge
staan door chauffeurs van wachtende wagens.
Het duurde nog geruimen tijd voor een en ander
was opgeruimd en het verkeer weer normaal
kon passeeren.
De Raad voor de Scheepvaart heeft uit
spraak gedaan inzake den brand in een partij
tabak aan boord van het motorschip „Tabian"
gedurende de reis.
De Raad is van oordeel dat deze brand is
veroorzaakt door broeien, ontstaan in de in
onderruim II geladen krossok-tabak.
Hulpmaatregelen hebben niet meer mogen
baten en ten slotte is men over moeten gaan
tot het onder water zetten.
De Raad spreekt de hoop uit, dat ook uit dit
geval weer de noodige leering mogen worden
getrokken, opdat eindelijk de eenig juiste me
thode worden gevolgd: afsluiten van het ruim,
poging tot verstikking van broeien of brand en
vooral niet openen van een luik om naar den
broeihaard te zoeken.
Zondag is op 66-jarigen leeftijd overleden
Klaas van Urk, de oud-schipper van de motor
reddingsboot „Brandaris" van de Noord-Zuid-
Hollandsche Reddings-Maatschappij.
Klaas van Urk was een bekwaam en moedig
schipper, die heeft meegeholpen aan het redden
van 289 schipbreukelingen. Hij maakte 113 red
dingstochten van de „Brandaris" mee en was
een van onze zeer beroemde redders.
Van 1911 tot en met 1920 maakte hij deel uit
van de bemanning van de „Brandaris I", die in
1921 met man en muis is vergaan. In 1923 werd
Klaas van Urk benoemd tot schipper van de
nieuw-gebouwde reddingsboot „Brandaris II",
welke functie hij tot 1930 bekleedde.
Het was al geruimen tijd bekend, dat in het
land van Kleef door handelaren en door grens
bewoners misbruik gemaakt werd van den in-
en uitvoer van granen, waarop uitvoerpremies
werden geschonken.
Uit onderzoek van Duitsche douane en politie
is gebleken, dat een consortium handelaren
gebruik maakte van een transito-handel in de
haven te Kleef om groote hoeveelheden tarwe,
die uit Duitschland z.g. naar Nederland ver
zonden zouden worden, te onttrekken aan de
contróle der grensbeambten. Het moet gebeurd
zijn, dat graan uit Nederlandsch grensgebied,
in z.g. grensboerderijen geteeld, van Holland
naar Duitschand werd gevoerd en omgekeerd
weer geëxporteerd werd. Het mes sneed zoo
doende aan twee kanten; men ontdook belas
ting en inde uitvoerpremies. Hoe lang dit com
plot gewerkt heeft, kon niet vastgesteld wor
den, maar zeker is, dat er goede zaken ge
daan zijn en de tarwe werd vervoerd tot in
het Roergebied toe. Ten slotte is men achter
de fraudes gekomen en werden kooplieden, die
voor dezen z.g. tarwehandel vijf auto's in ge
bruik hadden en geregeld losten aan de Kleef-
sche haven, en landbouwers uit het grensgebied
gearresteerd. Oe kooplieden, die uiterst slechte
tijden doorgemaakt hadden, vielen weldra door
de mand en bekenden. Eenige grenshandela-
ren en grensboeren, w. o. B., H., G. en V. hiel
den hun onschuld vol. Deze „Schieberei in het
groot werd dezer dagen behandeld voor de
Rechtbank te Kleef. De Dfficier van Justitie
hield een scherp requisitoir tegen de verdach
ten en eischte gevangenisstraffen van één tot
drie jaar en groote geldboeten.
Naar wij vernemen is een gevangenisstraf ge-
eischt voor alle verdachten tot een totaal van
40 jaar en ongeveer 40 millioen Mark boete.
Te 's-Gravenhage is de eerste vergadering
van de nieuw gestichte afdeeling voor Gezond
heidstechniek van het Koninklijk Instituut van
Ingenieurs gehouden.
Het Bestuur werd als volgt samengesteld:
Voorzitter W. F. J. M. Krul, secretaris ir. A.
A. Meijers, commissarissen Dr. ir. W. F. de
Bruijne, ir. H. van Kaa, ir. H. H. Kessener,
ir. H. W. de Kruijff, ir. C. A. E. van Leeuwen,
prof. dr. J. J. van Loghem, J. van Oldenborgh,
Dr. J. Smit, prof. ir. A. J. Ter Linden, ir. N.
.G Winkel.
Prof. dr. N. H. Swellengrebel, hoogleeraar te
Amsterdam en rapporteur der Malaria-commis
sie uit den Gezondheidsraad, hield een voor
dracht over Malaria in Westelijk Nederland in
verband met he.t zoutgehalte der polderwate
ren, waarna mevr. dr. N. L. WibautIsebree
Moens, biologe te Amsterdam, een inleiding
hield over de vraag „Blijft het polderland in
Noord-Holland brak?"
Tenslotte werd een kort overzicht van de
verwachtingen ten aanzien van het toekomstig
zoutgehalte van den Haarlemmermeerpolder
door ir. J. G. Bijl, van Delfland door ir. A.
C. Kolff en van den Wieringermeerpolder door
ir. J. P. Mazure gegeven, waarnd een geani
meerd debat volgde.
Aan het Genootschap voor Volkshygiëne is
door den minister van Onderwijs, Kunsten en
Wetenschappen vergunning verleend om aan
de Rijksuniversiteit te Utrecht een bijzondere
leerstoel in het vak der hedyphagetica op te
richten.
In den nacht van Zaterdag op Zondag is op
den Deumschen dijk te Helmond de 63-jarige
J. v. Berlo, woonachtig te Helmond, door een
personenauto, bestuurd door den heer E. D. K.
uit Deurne, overreden en op slag gedood.
Van B. is eenigszins doof en heeft den auto
niet bemerkt.
Zijn stoffelijk ovenschot is naar het St. An-
toniusziekenhuis overgebracht.
Vermoedelijk treft den bestuurder geen
schuld.
In den loop van 1934 werd ten nadeele van
den heer H. te Maastricht een bedrag van plm,
ƒ400.ontvreemd. Tevens werden diverse goe
deren vermist.
Door toevallige omstandigheden kwamen deze
diefstallen eerst in den loop dezer week ter
kennis van de politie, die aanstonds hieromtrent
een onderzoek instelde.
Als medeplichtige aan deze diefstallen werd
daarop gearresteerd de Duitsche dienstbode P.
B„ terwijl daarna bleek dat de dader van deze
diefstallen, M., reeds voor andere feiten gedeti
neerd was in het Huis van Bewaring te Maas
tricht.
Bij verder verhoor van M. bleek dat deze ook
schuldig was aan den diefstal met braak in de
woning van W. te Sittard gepleegd en waar als-
toen 700.ontvreemd werden.
Het verdere onderzoek van dezen diefstal
werd in handen gesteld van de Kon. Mare-
chaussée te Sittard.
Een uitgebreid onderzoek leverde nog het re
sultaat op dat diverse goederen afkomstig van
den diefstal konden worden inbeslag genomen.
De commandant van de K XVHI seinde 30
Maart: Ware plaats 32 gr. 12 min. Z., 10 gr.
52 min. O., geen bijzonders, alles wel.
Deze jongens schijnen het den reizigers nog
als eens lastig te maken door onnoodig ge
schreeuw en opdringerig aanbieden van hun
waren. Ook gebeurt het dat zij op de ruiten
van de rijtuigen tikken om de aandacht van
het publiek te trekken.
De directie der Ned. spoorwegen heeft daarom
het toezicht hebbend personeel aangemaand, ter
voorkoming van klachten en met het oog op de
goede orde tegen dusdanig optreden ernstig te
waken en ten aanzien van hen, die zich mis
dragen, maatregelen te nemen.
De oudste inwoner van Oude Tonge en van
Goeree en Overflakkee. de heer J. de Koning,
die op 24 Februari jJ. 102 jaar werd, is in den
In een legerorder wordt ter uitvoering van het
te dier zake bepaalde in het K. B. van 21 Maart
jJ. medegedeeld, dat de inspecteur der Ko
ninklijke Marechaussee met ingang van heden
eervol is ontheven van zijn bemoeienissen met
het Korps politietroepen en de commandant
van het Korps Politietroepen van heden af
rechstreeks ressorteert onder den minister van
Defensie.
Onder veel belangstelling heeft de heer G.
Jochems te Maasniel Zaterdag zijn honderdsten
verjaardag gevierd.
Een jonge jongen, ergens in Wales, was
blind geboren. Hij kreeg het onderricht der
blinden. Zijn vingertoppen die de oogen
zijn van den blinde, betastten de knoppen
van het braille-schrift, gleden langs de om-
melijnen van wassen figuren, streelden de
stoffen welke hem den indruk moesten ge
ven welken een ziende ondergaat wanneer
hij kleuren ziet. En intusschen leefde de
jonge Brit in een groote verwachting. Eens
toch zou eindelijk de dag komen dat men
hem opereeren kon, dat men de sluiers
weg zou nemen die hem dompelden in een
nacht zonder dageraad en misschien, mis
schien zou hij dan kunnen zien wat thans
zijn verbeelding als in den mist van een
sprookje om hem heen schiep.
De verbeide dag kwam. Hij werd overgebracht
naar Londen. Ergens in een kliniek sneed een
vaardig lancet de vliezen voor zijn pupillen
weg. En hij kon zien!
Doch de stralende gouden zon waarvan hij
gedroomd had en waarvan hij soms de warmte
had gevoeld, was er niet. De fiere, moedige
mannen en de fee-mooie, blij offervaardige
vrouwen waarvan hij, tastende over de knop
pen van het braille-schrift, gtelezen had, wa
ren er niet. De wereld die hij zich als een
lachende lusttuin had ingeprent, was een ru
moerig grootestadstation vol krioelende, haas
tige, onverschillige menschen.
„Mijn indrukken, nadat ik voor het eerst
van mijn leven had kunnen zien?" vertelde hij
aan een journalist. „Ik ben vreeselijk ge
schrokken! Ik dacht dat alle menschen mooi
waren en goed en vriendélijk en gulhartig.
En daar ontdekte ik dat er maar heel weinig
mooie menschen zijn. De gezichten die ik tot
nu toe gezien heb, waren bijna allemaal lee-
lijk, triest, zuur en dikwijls ook gerimpeld! Ik
vind een gerimpeld gezicht afschuwelijk en
had nooit beseft dat zoo iets mogelijk was."
Wat den jongen droomer uit het land van
Wales vooral wreed teleurstelde, dat was het
uiterlijk der vrouwen. „Ik weet niet precies
hoe ik mij een vrouw voorstelde. Het is vreemd,
maar vanaf het oogenblik dat ik weer zien
kon, vervaagden en veTdwenen al de geestes
beelden waarmee ik vroeger zoo vertrouwd was.
Ik had mij de vrouw echter gedacht als iets
oneindig liefelijks, zachts en bovenal geheim
zinnigs. Een vrouw, dat was voor mij iets als
donkerblauw fluweel met duizend stralende
lichtjes." Het is ongetwijfeld niet zeer vleiend
voor de verpleegsters der kliniek waar de
blinde geopereerd werd, doch hij heeft zijn op
vattingen over de vrouwen grondig gewijzigd
en vindt ze nu oppervlakkig, gevoelloos en on
beduidend.
De teleurstelling welke de verpleegsters hun
patiënt bereidden, had intusschen ook nog een
zeer tragischen kant. De jonge man die zijn
leven lang door zijn moeder werd verpleegd,
kon plots de gedachte niet van zich afzetten
dat zij die hij zoo lief had, misschien ook zou
zijn als de anderen. Hij wilde daarom het beeld
van zijn moeder in zijn geest bewaren dat in
de jaren zijner blindheid zijn verbeelding van
haar had gevormd. Hij heeft nog steeds ge
weigerd zijn moeder te zien....
Het eenige wat dezen beklagenswaardigen
gevoelsmensch een groote voldoening schonk,
was de wondere verscheidenheid en kleuren
pracht der bloemen. „Ik had ze mij voorge
steld als groote en kleine kelken in verschillen
de kleuren op lange, harde stengels, precies
als de wasfiguren welke men mij vroeger in
de handen drukte."
De te Hollum (Ameland) gestationneerde
reddingsboot der Noord- en Zuid-Hollandsche
Reddingsmaatschappij heeft Zaterdag een
oefentocht gemaakt, waarbij het commando
voor de laatste maal berustte bij schipper H. D.
Visser, aan wien met ingang yan I April eervoi
ontslag als zoodanig is verleend. De functie
werd daarna overgedragen aan den nieuwbe-
noemden schipper B. Ney.
De scheidende schipper werd te zijnen huize
gehuldigd, waarbij de voorzitter van het plaat
selijk bestuur, J. B. W. Bolomey en de voorzitter
van het hoofdbestuur Tegelberg, woorden van
waardeering en dank voor de diensten aan de
Maatschappij bewezen, uitspraken, terwijl hem
als stoffelijk blijk van waardeering 'n leunstoel
met inscriptie werd aangeboden.
Schipper Visser heeft ruim 100 menschen-
levens gered en heeft 38 jaar deel uitgemaakt
van de bemanning der reddingsboot.
De hoogeerw. pater A. Broeken, Provinciaal
der Missionarissen van het H. Hart, is opge
nomen in het Ziekenhuis te Tilburg om een
enstige operatie te ondergaan.
Gedurende zijn ziekte wordt zijn functie
waargenomen door den z.eerw. pater W. Wou
denberg, Overste van het Missiehuis te Tilburg.
Z.H. Exc. de Bisschop van Haarlem heeft be
noemd:
tot pastoor te 'sGravenhage (H.H. Mart. v.
Gore.) den weleerw. heer P. van der Burg;
tot pastoor te Egmond a. d. Hoef den wel
eerw. heer R. Nieveen van Dijkum, thans kape
laan te Leiden (O.L.Vr. Hemelv. en H, Joseph);
tot kapelaan te 'sGravenhage (H.H. Engelb.)
den weleerw. heer H. Remmer;
tot kapelaan te Rotterdam (H. Familie) den
weleerw. heer M. van der Togt;
tot kapelaan te Waddinxveen den weleerw.
heer J. de Wit;
tot kapelaan te 'sGravenhage (H. Jeroen)
den weleerw. heer P. van Vliet;
tot kapelaan te Wervershoef den weleerw.
heer P. J. Roessen, thans kapelaan te Schagen.