JUSTUS VAN MAURIK
De f ilmbrand te
Hilversum
Toen de scheidsmuur viel
INA BOUDIER-BAKKER
ZESTIG JAAR
MECHANISATIE SIGAREN-
INDUSTRIE
ÏO MEESTERWERKEN
f7.50
SIGARENMAKERS NIET IN
STAKING
DINSDAG 16 APRIL 1935
Tegen pater B. 500 gulden boete
en twee maanden voorwaar
delijk geëischt
Het toestel gevaarlijk?
Het pleidooi
Hartelijke toespraken en vele ge
schenken vielen haar ten deel
Verkeer scommissie
Prof. mr. F. de Vries voorzitter
Brievenmalen voor H. Ms. K XVIII
Uitschakeling van de machines
zal niet tot prijsstijging
leiden"
Pro en contra
Voor beperking der
mechanisatie
Tegen beperking der
mechanisatie
MAATREGELEN TOT STEUN-
VERLEENING
Als eenmaal het N.C.C.
opgeheven is
DIEFSTAL BIJ DE MARINE
Ontslagen marine-schepeling te
Vlissingen gearresteerd
TENTOONSTELLING TE
BOSKOOP
Per Dieseltrein erheen
ÏO DELEN JUSTUS VAN MAURIK
Arbitrage-voorstel van den Rijks
bemiddelaar door de meeste
bonden aanvaard
Conflict bij tabaks
fabriek
Ontslag aan ongeveer 700 arbei
ders te Maastricht
UIT DE STAATSCOURANT
Koloniën
Consulaire dienst
Ond er scheid ingen
door ISABEL C CLARKE
Gistermiddag laat heeft de Officier van Jus
titie, mr. van Dullemen, requisitoir genomen in
de strafzaak tegen pater B. en broeder D. die
voor de Amsterdamsche rechtbank terecht
stonden wegens door schuld veroorzaken van
den filmbrand te Hilversum op 24 Sept. j.l.
De Officier van Justitie begon met de ver
klaring dat het geen aangename taak is, in
deze zaak requisitoir te nemen, drukte zijn.
deernis uit met de slachtoffers en hun familie
en bracht hulde aan de redders. Bij de bespre,
king van de feiten merkte hij o.a. op dat de
plaats van het toestel in de zaal hoogst onoor
deelkundig was genomen, en dat het vastmaken
van het toestel met een synchroon-kabel aan
de tafel waarop de gramofoonplaten gedraaid
werden in strijd was geschied met de kennis
geving die de pater van de Hilversumsche po
litie ontvangen had. Voorts waren er te veel
kinderen in de zaal toegelaten, en was de voor
geschreven emmer water afwezig. Wel was er
een kraan met waschbak in de nabijheid maar
deze was niet toereikend om een brand te blus-
schen nog op hetzelfde oogenblik dat hij ont
stond. Ebt alles noemde de Officier ernstige
fouten, en aan de hand van het rapport van
den heer Gordijn meende hij dat de schuld
van verdachten bewezen was. De onnadenkend
heid der verdachten blijkt ook uit het feit, dat
broeder D. ofschoon hij reeds twaalf.dagen als
assistent van pater D. werkzaam was, van de
zen nimmer instructies had ontvangen over
Wat hij moest doen in geval van brand. Uit
de verklaringen van twee getuigen die beiden
beweren dat de vergunning een aantal voor
waarden bevatte, leidt spr. af dat pater B. de
vergunning in het geheel niet gelezen heef.;,
en ook gelooft hij dat niet alle afgewerkte
films in de doozen waren opgeborgen.
Rekening houdend met het moreele
leed dat beide verdachten reeds had
den ondergaan, eischte spr. tenslotte
tegen pater B. een geldboete van
f 5 00, tegen broeder D. een van
f 100, beiden eventueel te vervan
gen door één maand hechtenis, als
mede tegen beiden twee maanden
voorwaardelijke hechtenis met een
proeftijd van drie jaar, alsmede
ontzegging van de bevoegdheid om
dergelijke filmvertooningen te ge
ven.
Mr. Houben stelde zich in zijn pleidooi op
het standpunt dat indien de brandweer aan
eèn vergunning voorwaarden verbindt, de ver-
tooners der film geheel gedekt zijn, indien zij
zich daaraan houden. Het verdere risico is dan
voor de overheid, die met de plaatselijke toe
standen op de hoogte is, en voor toezicht op
de voorstelling moet zorgen. Spr. schilderde
voorts de manier, waarop de tent over het
toestel was opgesteld, een tent die uit z.g. „Ica-
doeken" bestond, welke niet méér brandbaar
zijn dan vele kleeden die men over schoor,
steenen en dergelijke hangt. Het gebruik van
brandbare film is zeer algemeen: in Nederland
is geen andere te krijgen en spr. deelt mede,
dat pater B. na het gebeurde zijn films in het
buitenland van onbrandbaar materiaal laat
maken. De pater had in de verzekeringen van
de fabrikanten van het filmtoestel, in zijn er
varing en in proeven die hij zelf genomen had.
alleszins voldoende motieven om de toestellen
als gevaarloos aan te merken.
E>e plaats van het toestel achtte mr. Houben
de beste die mogelijk was en dat de opstelling
achter het buffet niet zoo slecht was blijkt
Wel uit het feit dat de meeste kinderen de zaal
zonder letsel hebben kunnen verlaten. Dat de
toestellen dicht bij de trap naar het balcon
waren opgesteld staat voorts in geen verband
met het overlijden van beide meisjes, die niet
op het balcon zaten.
De advocaat vestigde er voorts de aandacht
op dat verdachten in een omgeving kwamen
die hun geheel onbekend was. Buitengewoon
tragisch was het dat broeder D. tijdens den
fJIjT-
w»r
wil'
„Ja neem hem maar het eerst
mee.hij houdt toch niet van kaar-
tcnl"
,(The Humorist, Londen)
brand rondliep met den sleutel van de nood-
deur in zijn zak, doch dit zelf niet wist. Nie
mand had hem medegedeeld dat er een nood-
deur was. Ook van de bouwvergunning en het
maximum-aantal toelaatbare plaatsen wist men
niets af.
Tegen broeder D. die geheel handelde als
ondergeschikte van pater B. kon men volgens
mr. Houben in het geheel geen straf eischen.
Doch ook pater B. voor alles wat gebeurd is,
aansprakelijk te stellen, achtte spr. geheel on
gemotiveerd daar deze slechts als operateur
optrad en de voorbereiding van de filmvoor.
stelling, die van zooveel invloed op het treu
rige verloop van den brand is geweest, geheel
buiten hem om was gegaan.
Ben geldboete achtte spr. tegenover deze
verdachten, die door hun klooster-regel tot
volstrekte armoede gehouden zijn, al een zeer
zonderlinge straf. De boete zou geheel door
anderelf betaald moeten worden. Aan het slot
van zijn pleidooi vestigde hij nog eens de
aandacht op het moedig en beleidvol optreden
van pater B. na het uitbreken van den brand
en vroeg hij voor beide cliënten vrijspraak.
De uitspraak is bepaald op 29 April.
Namens hei huldigingscomité sprak Maandag
middag in de groote, gezellige receptie-zaal van
het hotel E>es Pays Bas te Utrecht, dr. p. c.
Bcutens, mevrouw Ina Boudier-Bakker toe. Zelf
een dichter zijnde, wilde spr. hier niet gaan
spreken over het oeuvre van de groote schrijf
ster, doch in prachtige bewoordingen schetste
spr. het groote talent van de 60-jarige, die met
haar vele boeken duizenden in den lande iets
gegeven heeft, dat zich niet in woorden laat
vatten.
Den geheimen hartewensch van haar, die de
stad Amsterdam zoo lief heeft, kennende over
handigde dr. P. C. Boutens mevrouw Boudier-
Bakker een prachtig doek van Breiner, den
schilder die ook de stad Amsterdam een groote
liefde toedroeg.
Daarna werd het woord gevoerd door dr.
Bierens de Haan, voorzitter van de Ned. P.E.N.-
club.
Onze tijd, aldus ving spr. aan, vraagt naar
een epos. Het epos van vroeger was de beschrij
ving van de daden der oude helden; ons epos
ligt dichter bij. Wij gaan het niet zoeken in de
grijze oudheid, doch pakken de naaste om
geving.
En als U zoo ongeveer vervolgde spr.
door uw „spiegeltje" in „de straat" kijkt, laat
u al die voorbijgangers zoo maar niet zonder
meer passeeren. U neemt hen op in uw werk
en geeft hen aan de menschheid, zooals u hen
zag. Zoo is dat gegaan met al uw kinderen,
vrouwen en mannen; lief en leed, niets werd
vergeten.
Dan sprak dr. Bierens de Haan over den
drang om te scheppen, dien iedere kunstenaar in
zich heeft.
Waarom wordt door den kunstenaar een
tweede wereld in de eerste geplaatst, zoo vroeg
spr. zich af.
Het antwoord was het woord, dat vele groo-
ten gesproken hebben: omdat ik de scheppende
kracht in mij heb; omdat ik niet anders heb
gekund. Door de kunst wordt de wereld geleid
naar een betere wereld, die gesublimeerd is.
In de tweede wereld leven dezelfde menschen
als in de eerste, doch zij zijn gesublimeerder.
Het was vooral de groote liefde voor den me-
demensch, die de geheime drijfveer was om
steeds maar weer nieuwe kunstwerken te schep
pen, zooals nu gebeurde.
Na dr. Bierens de Haan sprak mevrouw Top
van Rhijn-Naeff, schrijfster van meisjesboeken
en groote vriendin van mevrouw Ina Boudier-
Bakker. Het waren dan ook persoonlijke her
inneringen die mevrouw Naeff memoreerde.
Nooit had spreekster den moed gehad in het
publiek te getuigen van het groote talent van
de jubilaresse, want zoo zeide zij dat zou
geklonken hebben als roemde ik mijn eigen
familie, daarmede getuigde spreekster van de
groote verwantschap met mevrouw Boudier-
Bakker. Doch nu wilde zij die getuigenis wel
afleggen, hetgeen zij dan ook in ontroerende
bewoordingen deed.
Zeer ontroerd was ook de Rotterdamsche
schrijver Herman Robbers, die mevrouw Bou
dier-Bakker in prachtige bewoordingen hul
digde.
Hadden hier geest- en vakgenooten gespro
ken, namens het lezend publiek wilde prof. dr.
de Josseling de Jong spreken. Een kunstenaar
werkt niet voor zich zelf, doch voor zijn (hier
voor haar) volk. Woorden zijn hier schaarsch,
daarom besloot spreker met den talrijken aanwe
zigen te verzoeken een spontaan en dankbaar
applaus te doen hooren voor Ina Boudier-
Bakker. Aan het applaus dat volgde kwam
haast geen einde.
Geroerd dankte mevrouw Ina Boudier-Bakker
allereerst dr. P. C. Boutens, dan de volgende
spreekster en sprekers en allen die haar deze
prachtige hulde bereid hadden.
„En dan, wat zal ik eigenlijk nog zeggen, zoo
vervolgde de jubilaresse met haar lieve stem,
gevoel is zoo bestorven aan woorden. Ik weet
wat u allen voelt, en u weet wat ik gevoel, en
dat is voldoende."
Daarna nam de receptie een aanvang. Tal
loos velen kwamen de jubilaresse gelukwenschen
Van de ontelbare bezoekers noemen wij slechts
mr. dr. A. N. L. Bosch Ridder van Rosenthal,
Commissaris der Koningin in de Provincie
„Helaas kan ik je vandaag niets leenen, beste
kerel... ik heb gisteren juist een ouden kame
raad op de beenen geholpen!
Utrecht, met echtgenoote; dr. P. C. Boutens;
Anthonie Donker; Top van Rhijn-Naeff; dr.
P. H. Ritter Jr.; Marie C. van Zeggelen; H. G.
van Anrooy-de Kempenaer; Annie Salomons;
Kitty de Josseling de Jong; prof. dr. A. de
Josseling de Jong; M. G. Muller-Lulofs; Senaat
van U.S.R., Bestuur U.V.S.V.; prof. G. A. v. d.
Bergh-Eysinga; Herman Robbers; dr. J. D.
Bierens de Haan; Adriaan v. d. Horst; Joh.
Koning; dr. W. A. Frans Bastiaanse; dr. J. M.
Kooy; Martine D'Hont; mr. Adrian, secr. Utr.
Kunstkring; jonkvr. dr. C. H. de Jonge, conser
vatrice van het Utr. Centraal Museum; mr. dr.
M. D. Rademaeker-Schorer; mr. M. H. de Boer,
wethouder van Utrecht; majoor W. v. d. Hout
van het regiment Genietroepen.
De toevloed van prachtige geschenken, bloem
stukken en schriftelijke felicitaties was over
stelpend.
Bij K. B. zjjn in de Centrale Commissie van
advies en bijstand voor het Verkeersfonds be
noemd: tot lid en voorzitter prof. mr. F. de
Vries te Rotterdam; tot lid en plaatsvervan
gend voorzitter: dr. ir. J. A. Ringers, directeur-
generaal van den Rijkswaterstaat; tot leden:
mr. H. van Manen te. Zeist, ir. A. Groothoff te
Amersfoort, P. A. Arriëns, directeur van de
Hollandsche Stoomboot Mij. te Hilversum; prof.
ir. H. van Breen te 's Gravenhage; W. B. K.
Verster, directeur van de N.V. Reederij Van der
Schuyt te Rotterdam; ir. H. W. Sebbelee, di
recteur van de N.V. Geldersche Tramweg Mij.
te Doetinchem; J. P. F. van Dooren, industrieel
te Tilburg; ir. Tl» M. B. van Marle, inspecteur-
generaal der Spoor- en Tramwegen; ir. G. J.
van den Broek, hoofdingenieur-directeur van
den Rijkswaterstaat en de directie Wegenver
betering; mr. dr. A. van Doorninck, thesaurier-
generaal van het Departement van Financiën;
ir. M. H. Damme, directeur-generaal der P.T.T.;
tot secretaris ir. J. Zijderlaan, Rijksinspecteur
der Spoor- en Tramwegen.
Aan de opvarenden van Hr. Ms. onderzeeboot
K XVIII zal een brievenmaal worden verzon
den naar Mauritius op 24 April a.s. met den
trein van 11.20 van Rotterdam.
Luchtpostcorrespondentie voor deze bestem
ming kan nog worden verzonden op I Mei a.s.
met den luchtdiensi naar Parijs (vertrek van
Postkantoor Rotterdam te 7.35): Het luchtrecht
bedraagt 40 cent per 5 gram; de corresponden
tie moet voorzien zijn van een luchtpost-etiket
en van het opschrift „per Engelschen lucht-
dienst".
Op initiatief van de Vakgroep Tabak en Si
garen van de Ned. R. K. Vereeniging van Han
delsreizigers en Handelsagenten „St. Christof-
fel" werd Maandagmiddag in het Jaarbeurs
restaurant te Utrecht een vergadering gehou
den ter behandeling van het voor en tegen van
tien machinalen arbeid in de sigaren-industrie.
Na een inleidend woord van den voorzitter,
den heer C. G. Bekkering, die voorlezing deed
van een telegram van den Eersten Ned. Bond
van klein-fabrikanten in de sigaren-industrie,
waarin deze zich tegen verdere mechanisatie
uitsprak, was het woord aan het lid van de
Tweede Kamer den heer H. van der Putt, den
eersten spreker, die een pleidooi hield voor be
perking van mechanisatie.
De heer van der Putt behandelde eerst het
vraagstuk der mechanisatie in het algemeen,'
Er is geen enkele vinding, aldus spr., of we
moeten, behalve het technisch voordeel ook de
sociale zijde ervan zien.
Chesterton zegt, dat we eens moeten ophou
den als machines over machines te denken.
E>e machine heeft het bedrijf gebracht in
handen van groot-ondernemers, die ten koste
van klein-ondernemers en middenstanders het
massa-product op de markt hebben gebracht.
Machines kunnen ook weer arbeid geven, voor
onderhoud, enz., maar het zijn slechts enkele
artikelen spr. noemt radio en gloeilampen
vaarvoor dit geldt.
Andere artikelen zijn er, die schade brengen
en de feiten hebben de compensatieleer ge
logenstraft.
Mechaniseering van het landbouwbedrijf zou
ten goede kunnen komen aan de machine-in
dustrie, maar dan alleen onder voorwaarde, dat
de landbouw-machines in ons land even goed
koop worden gemaakt als in het buitenland.
Mechanisatie brengt ook rationalisatie met
zich mee, productie-vermeerdering bij minder
behoeften.
Internationale regeling van de mechanisatie
is voorloopig niet te bereiken.
Tenslotte had spr. het over de mechanisatie
van de sigarenindustrie, welke voor een groot
deel een eind heeft gemaakt aan den arbeid,
die zij bijna een eeuw lang heeft gegeven. De
mechanisatie hier is niet meer van export af
hankelijk. De arbeidskrachten worden tot een
derde beperkt en dat deel bestaat dan nog voor
namelijk uit jeugdige vrouwelijke krachten.
Uitschakeling van de machines zal niet tot
prijsstijging leiden.
Spr. eindigde op geestige wijze zijn rede, die
thans het karakter cboeg van een requisitoir en
waarbij spr. als officier van justitie tegen be-
kiaagde de machine een opsluiting eischte
van vijf jaar zonder aftrek van voorarrest.
De meer practische zijde van het vraagstuk
werd besproken door den heer W. van der
Hoeven, secretaris van den Ned. Sigarenma
kers- en Tabaksbewerkersbond.
De noodlottige uitwerking van de mechani
satie heeft zich vooral de laatste vier jaren
doen gelden. Aan de hand van eenige cijfers
bestrijdt spr. de opvatting, dat bij de mecha
nisatie de werkloosheid verminderd is.
De heer J. H. van Lonkhuyzen, voorzitter van
de Kamer van Koophandel voor de Geldersche
Vallei, sprak zich uit tegen beperking van me
chanisatie, waarbij hij tot de volgende con
clusies kwam:
De belemmering van het machinale, bedrijf
zal:
lo. een duurdere sigaar opleveren, waarmede
het publiek, dus de gemeenschap, niet ge
baat is;
2o. de werkgelegenheid verminderen, aange
zien men bij een prijsstijging der sigaren nog
meer tot sigaret of pijp zal overgaan,-
3o. het zoogenaamde randbedrijf ten goede
komen, omdat dit dan nog meer gelegenheid
zal hebben zijn goedkoope sigaren te plaatsen;
4o. sabotage van de sociale wetten ten ge
volge hebben, die in de meeste gevallen bij
het randbedrijf niet worden nagekomen met
alle funeste gevolgen daarvan voor volksge
zondheid en hygiëne;
5o. achterstelling geven van de Hollandsche
sigaar op de wereldmarkt.
Dezer dagen is het dagelijksch bestuur van
het Nationaal Crisiscomité in tegenwoordigheid
van minister Slotemaker de Bruine bijeen ge
weest. Onderwerp van bespreking was de vraag,
welke maatregelen zullen moeten worden
genomen, als in 1936 het Nationaal Crisis
comité zijn arbeid zal staken.
Zooals men weet, hout het N. C. C. zich
voornamelijk bezig met de verstrekking van
A-steun (hulp aan kleine middenstanders e. d.)
en van B-steun (hulp in natura aan onder
steunde werkloozen), Men kwam. aldus hel
„Volk", tot de voorloopige conclusie, dat de
B-steun zou kunnen worden overgenomen door
de organen van normale steunverleening. De
verstrekking' van den A-steun zou wellicht
kunnen worden overgenomen door de Vereeni
ging voor de Armenzorg en Weldadigheid.
Dit laatste denkbeeld zal nog nader onder
onder de oogen worden gezien.
De politie te Vlissingen is, volgens de „Tele
graaf", een belangrijken diefstal, gepleegd ten
nadeele van de marine, op het spoor gekomen.
Als verdacht daarvan is aangehouden een ont
slagen marine-schepeling, die voordien aan
boord van een te Vlissingen liggend marine
schip het toezicht had over verschillende goe
deren.
In den kelder van een café aan den Nieu-
wendfjk, alsmede in een woning, werd een
groote partij levensmiddelen en verf in beslag
genomen. De caféhouder De V. moet geheel te
goeder trouw geweest zijn.
Naar wij vernemen zal met ingang van heden
de tijdelijke Diesel-electrische dienst tusschen
Gouda, Boskoop en Alphen, gezien het drukke
bezoek aan de Boskoopsche bloemententoon
stelling, ook des avonds worden ingesteld.
Zoolang deze tentoonstelling duurt, zal op
werkdagen van 12.44 uur af, op Zon- en feest
dagen van 11.44 uur af, tot afloopdienst Bos
koop per Dieseltrein bereikbaar zijn.
G. J. GRAAUW, BOEKHANDEL, AMSTERDAM-C., KEIZERSGRACHT 168
van dezen vermaarden Hollandsen schrijver, gebonden
in keurige linnen banden, thans voor
Betaalbaar in maandelijkse termijnen van 1.of meer.
Geen uitgave heeft een zo reusachtig succes gehad als de VOLKS
EDITIE der werken van JUSTUS VAN MAURIK.
Titels der delen:
1. UIT HET VOLK
2. KRATES
3. MET Z'N ACHTEN
4. BURGERLUIDJES
5 VERSPREIDE NOVELLEN
5. VAN ALLERLEI SLAG
7. OUDE KENNISSEN
8. STILLE MENSEN
9. OP REIS EN THUIS
10. UIT EEN PEN
Ieder koper ontvangt bovendien als premie GEHEEL GRATIS 2 Kunst-reproducties
van den beroemden Hollandsen Meesterschilder REMBRANDT: 1. DE NACHTWACHT,
2. DE STAALMEESTERS, uitgevoerd in 8 kleurendruk; schilderij grootte 78x54 c.M.;
plaatgrootte 48x38 c.M.; verpakt in stevig cartonnen koker.
Franco toezending van het bovenstaande geschiedt onmiddellijk na ontvangst van
onderst, bestelbiljet. Alle boeken zijn ook afzonderlijk verkrijgbaar a 0.80 per exemplaar.
K.P. BESTELBILJET
Ondergetekende wenst franco te ontvangen van Boekhandel G. J. GRAAUW, Keizers
gracht 168, Amsterdam-C., Telefoon 44505, Postrekening 48605, Gemeente-Giro G 2021;
gebonden in linnen banden, met als premie: 1. De Nachtwacht en 2. De Staalmeesters, voor
de prijs van 7.50, betaalbaar in maandelijkse termijnen van 1.of meer naar verkiezing.
Naam: Woonplaats:
De gezamenlijke besturenconferentie van de
beide patroonsorganisaties hebben het arbitra-
gevoorstel van den Rijksbemiddelaar prof. P.
J. M. Aalberse, bij het dreigend conflict in de
sigarenindustrie aanvaard.
De R. K. Tabaksbewerkersbond en de Chr.
Sigarenmakers- en Tabaksbewerkersbond heb
ben het voorstel eveneens aanvaard, terwijl de
Ned. Sigarenmakers- en Tabaksbewerkersbond
en de Federatie van Sigarenmakers het voorstel
hebben verworpen.
De vier partijen, die het arbitrage-voorstel
hebben aanvaard, komen hedenmiddag te twee
uur op het Departement van Sociale Zaken te
Den Haag onder leiding van prof. Aalberse bij
een om de acte van compromis op te stellen,
welke acte voor de aanvaardende partijen ju
ridisch bindend is.
In verband met dezen gang van zaken zullen
op 23 April, den dag, waarop de staking resp. de
uitsluiting zou beginnen, geen maatregelen wor
den genomen en zal de arbeid tegen de oude
voorwaarden worden hervat.
De directie van de N.V. Philips Tabaksindu
strie te Maastricht heeft, naar de „Tel." meldt,
aan alle arbeiders en arbeidsters met den ge-
bruikelijken opzeggingstermijn van acht dagen
ontslag aangezegd. De stopzetting van de fa
briek zal ingaan op 23 April a.s.
Bij dit conflict zijn 6 a 700 arbeiders en ar
beidsters betrokken. Het conflict is een gevolg
van het feit, dat de werknemersorganisaties
niet ingaan op het voorstel der fabrikanten
om een geringe loonsverlaging te aanvaarden.
Bovendien hebben deze organisaties bepaalde
eischen gesteld in verband met de mechanisatie
in de sigarenindustrie, waaraan de fabrikanten
zeggen niet te kunnen voldoen, zoowel in hun
eigen belang als in dat van de arbeiders en der
consumenten.
Met I Mei 1935 is aan den gep. dirigeerend
Officier van Gezondheid le klasse, van het
Kon. Ned. Indisch Leger, Dr. W. L. Schoorel,
eervol ontslag verleend als lid van den Genees
kundigen Raad bij het Departement van Ko-
koloniën;
voor den tijd van ten hoogste 5 jaren be
noemd tot lid resp. plaatsverv. lid van voor
noemden Raad de gep. dirigeerend Officier van
Gezondheid 2e klasse van het Kon. Ned. In
disch leger J. A. van Dijk, thans plaatsverv.
lid van den Raad en Dr. W. C. Aalsmeer, ge
wezen medisch leeraar van de Ned.-Indische
Artsenschool te Soerabaja.
Landmacht
Bij K. B. is de titulaire rang van generaal-
majoor verleend aan den gepensionneerden
kolonel der infanterie J. W. van Alphen.
Bij K. b. is op zijn verzoek eervol ontslag
uit den militairen dienst verleend aan den
reserve-eerste-luitenant voor speciale diensten
G. H. Post Cleveringa van het Vrijwillig lana-
tormkorps motordienst.
Bij K. B. is op zijn verzoek eervol ontslag
uit den militairen dienst verleend aan den re
serve-eerste-luitenant L. Westerdijk van het
regiment jagers, en is hij benoemd tot reserve-
eerste luitenant voor speciale diensten bij het
dienstvak der intendance.
Aan den heer J. C. de Hoog is op verzoek
eervol ontslag verleend als vice-consul der Ne
derlanden te Palermo.
Gedelegeerde
Benoemd tot gedelegeerde van de Nederland-
sche Regeering bij het tiende internationaal
congres voor de geschiedenis der geneeskunde,
dat van 23 tot 29 September 1935 te Madrid
zal worden gehouden. Dr. M. A. van Andel,
arts te Gorinchem.
Toegekend de aan de Orde van Oranje-
Nassau verbonden eere-medaille in zilver aan:
C. Leeggangers, wonende te Raamsdonk, af-
deelingschef bij de N.V. Papierfabriek Maas
mond te Dussen.
Benoemd tot Ridder in de Orde van den
Nederlandschen Leeuw, de heer S. W. Zeverijn,
lid van de firma Tiedeman en van Kerchem
te Batavia.
34
„Mag ik.... mag ikalstublieft.... Ange
la spreken?" zei hij, toen hij door haar glimlach
een beetje gerustgesteld was.
Lady Weste zei onbewogen:
„Zij komt dadelijk. Ik zal iemand sturen om te
leggen, dat je er bent."
Dan bleef het een poosje stil. Lady Weste was
zelfs op haar beste dagen geen praatgraag
iemand en nu wist zij op geen stukken na, wat
ze moest zeggen tegen dien „jongen van Harri-
man." Hij zag er zoo meer dan miserabel uit, dat
zij er zich over verwonderde, dat hij den moed
nog gehad had om te komen. Het hinderde haar
een beetje, dat Viola Harriman haar nog niet
was komen opzoeken, niettegenstaande zij met
haar dochter had kennis gemaakt.
Ja, hij leek erg op zijn moeder. Zij herinnerde
zich nu, dat hij en Angela elkaar nog eens ont
moet nódden op een avondje van majoor Chase-
more in Londen. Angela had er expres heel wei
nig over verteld aan haar moeder, misschien
schaamde zij zich een beetje over dat voorval.
Angela haastte zich niet. Zij had vreeselijk
het land, dat Cymbeline naar Valleylands geko
men was. Zü had zich volkomen veilig gevoeld
tegen iederen aanval en..,, daar had je hem.
Haar eerste opwelling was te weigeren om be
neden te komen, zij wilde hem laten voelen,
dat hij heelemaal niet had mogen komen. Maar
bij nader inzien begreep zij, dat er dan later een
uitleg zou moeten volgen en dat kon wel eens
leiden tct onthullingen.
Het was idioot, een jongen van zeventien, die
zich verbeeldde verliefd te zijn.
Zij kwam de kamer binnen met een kleur op
haar wangen en een gevaarlijke flikkering in
haar oogen. Zij was erg boos en liet het blijken,
zonder een woord te spreken stak zij hem haar
hand toe.
Zij was veranderd sinds het voorjaar. Nog
droeg zij het haar in een eenvoudigen wrong
laag in haar hals, maar nu was het zorgvuldig
gegolfd en leek veel blonder en zachter. In 1913
droeg niemand lange rokkenbehalve volwassen
dames en de jurk van Angela was Kort en
nauw. Haar simpele blouse was laag uitge
sneden aan den hals. Zij was gekleed met een
verfijnden eenvoud en zag er veel ouder en
minder ongekunsteld uit dan op den avond
van het bal van oom Dick.
Lang keek Cymbeline haar aan en ten laatste
zei hij:
„Ik ben je komen opzoeken. Ik wou je wat
vertellen."
Als hij aan een samenkomst van hen tweeën
had gedacht, had hij zich altijd voorgesteld, dat
zij samen zouden zijn, nooit had hij op de te
genwoordigheid van Lady Weste gcreksnd.
„Ik stond verbaasd, toen ik hoorde, dat je
hier was," zei Angela.
„Alles is heelemaal anders." zei Cymbeline. „Ik
ben geslaagd voor de militaire Academie en
daar ga ik over een paar weken heen. Ik heb
de fabriek er aan gegeven. Mijn grootvader is er
vreeselijk boos over en we gaan allemaal uit
Pagdon weg. Hij is een grootpacifisthij
vindt het leger onzin. Hij wil zelfs mijn vader
niet langer in de firma hebben."
„Ik kan me niet voorstellen waarom je mij
dit allemaal komt vertellen," zei Angela koud
en brutaal.
Nou, kijk eens hier," riep hij iut. „Zie je niet
hoe het alles verandert? Hoe het de toekomst
heelemaal anders maakt? Voor jóu en voor
mij
Lady Weste slaakte een gesmoorden uitroep.
Zij keek van Cymbeline naar haar dochter in
groote verbazing.
„Mijnheer Harriman, wat bedoelt u in 's he
melsnaam? Hoe kan uw toekomst die van mijn
dochter beïnvloeden?"
Zij kon alleen maar hopen en vertrouwen, dat
Angela dien avond van Dick Chasemore's bal
voorzichtig was geweest en haar duenna me
vrouw Trustcott niet te schande had gemaakt.
Maar de jongeman stond al recht op, zijn
donker gezicht heet en verontwaardigd.
„Zij heeft gezegd, dat de fabriek een obstakel
was, dat zij geen Harriman van de fabriek wilde
trouwen. Daarom wilde ik in het leger. Mijn
ouders waren er van het begin af aan op tegen,
maar nu wenschen zij het zelf ook, anders had
ik nooit zoo egoïstisch kunnen zijn om het door
te zetten, gezien wat een verschil het voor hen
maakt. Wij zullen niet rijk zijn.... we zullen
het zelfs betrekkelijk arm hebben., en in een
klein huisje wonen, ergens buiten."
Hij hield buiten adem op.
„Het kan mij niet schelen wat er met je ge
beurd," riep Angela uit en stampte met haar
voet van kwaadheid, „het kan me niets schelen
of je in de fabriek gaat of in het legerniets
en niets.
Moeder, ik heb hem al gezegd, dat ik er niet
aan dacht, mij met hem te verloven, dat het
idioot was van een jongen van zeventien om
over trouwen te praten."
„Ik ben nu bijna achttien," viel hij hard in.
„Je bent nog maar een jongen."
„Beste kinderen," begon Lady Weste hulpe
loos.
Zij voelde zich als iemand die geroepen is om
in de kinderkamer een kibbelpartijtje uit te
maken. Toch meende deze jongen het vreeselijk
ernstig. Wat bezielde zijn ouders om hem een
zoo groote levensvraag zelf te laten oplossen?
Een beslissing nog wel, die niet alleen zijn, maar
ook hun leven ernstig beïnvloedde? Hij kon toch
zeker weten, dat er geen Harriman welkom was
op Valleylands, of hij nu in de fabriek werkte
of in het leger diende.
Zijn naam alleen veroordeelde hem al in het
oog van Sir Roger. Niet, dat zij heelemaal on
sympathiek tegenover hem stond maar zij kon
zich de boosheid van haar dochter volkomen be
grijpen, die het ellendig vond om de heele ver
antwoordelijkheid van de zaak op haar schou
ders gelegd te krijgenHet was dwaas en be
lachelijk en niet erg eerlijk. Zelfs al was Angela
onverstandig geweest, dan moest zij toch om
haar jeugd en onervarenheid verontschuldigd
worden.
„Wij zijn wel twee uur verloofd geweest," zei
Cymbeline met bliksemende oogen.
Zelfs Lady Weste moest toegeven, dat hij er
prachtig uitzag, een jongen om ieder meisje het
hoofd op hol te maken.
„Toen heeft zij het verbroken. Het was mijn
leeftijdmijn godsdienstmijn toekomst
in de fabriek. Maar daar heeft zij absoluut niet
aan gedacht, toen we in het begin zoo gelukkig
waren, nietwaar, Angela?"
Hij wendde zich tot haar, alsof hij haar de
waarheid wilde ontrukken.
Zij sprong woedend op hem toe.
„Geen woord meer. Het is gewoonweg ploerte
rig om me zoo bloot te geven. Ik weet wel, dat
ik me als een kleine gek heb aangesteld, maar
gelukkig heb ik bijna dadelijk weer mijn ver
stand terug gevonden. Heb ik je toen al niet ge
zegd hoe dwaas het was? Nu is het allemaal
voorbij en afgedaan en ik wil je nooit, nooit meer
terugzien. Ga maar rechtuit naar de Towers en
maak het weer goed met mijnheer Harriman,
laat hem dien muur nog maar een beetje hoo-
ger optrekken."
Zij was ontzettend opgewonden en sprak met
een radheid die verried hoe zij al haar zelfbe-
heersching verloren had.
Lady Weste legde haar hand op de schokkende
schouders van haar dochter. Het was een storm
in een glas water, maar voor de beide partijen
was het hooge ernst. Zij zag den stommen gesla
gen blik in de oogen van den jongen, terwijl hij
daar bewegingloos te luisteren stond. Het liefst
zou zij naar hem toegegaan zijn en haar armen
om zijn hals geslagen en hem gekust hebben
en gezegd, dat hij het zich niet zoo erg moest
aantrekkenHij was toch, alles samen ge
nomen, nog maar een kind in jaren.
„Het was natuurlijk dom en kinderachtig van
jullie om van liefde entrouwen te praten,"
zei zfj op haar trage, rustige manier.
„Jullie zijn veel te jong. Het spijt me erg, mijn
heer Hamman, als mijn dochter u hoop gege
ven heeft." Zü keek Angela aan.
„Mijn meisje zit nog in de schoolbanken, ik
zou er niet over denken, haar dit jaar of het vol
gend, de wereld in te sturen. En ik vind het jam
mer, dat u daarom oneenigheid heeft gekregen
met uw grootvader, dat is voor uw vader een
broodkwestie. U bent nu nog jong, later zult u
er misschien erge spijt van hebben."
De jongen keek van de een naar de ander,
alsof hij maar nauwelijks begreep wat er voor
viel. Hij voelde een dikke prop in zijn keel. Het
was waar wat zij zeiden, maar wat kon het hem
allemaal schelen, als het hem toch geen stap
dichter bij Angela bracht? Met een wanhoops
gebaar keerde hij zich tot het meisje.
„Angela," zei hij smeekend.
Zij antwoordde niet, maar haar voet trom
melde boos op den vloer.
Waarom ging hij niet weg? Waarom wilde hij
nu een scène maken?
„Angela!" zei Cymbeline nog eens.
Zij deed een stap naar de deur toe.
„Ga niet weg, ga zóó niet weg!" smeekte hij.
Haar lippen waren vast besloten.
Wordt vervolgd.