(Kdveb&aal den
Met twee kameraadjes op avontiarenreis
Stanley Hausner f
De beteekenis van
het huis
fi
Cshll&-VjêprU-êPrêS
DINSDAG 28 MEI 1935
n°ewel meer waaghals dan piloot,
Was hij een bekwaam vlieger,
die meermalen onder
scheiden werd
week alleen op
zee
Aristocraten in de
wildernis
Uitzaai van rijst per
vliegmachine
Vreemdsoortig wezen
Door tijger doodelijk
gewond
Auto-gyro-vliegtuigen
voor de posterijen
Vele kernachtige Hollandsche uit
drukkingen over het huis drei
gen in vergetelheid
te geraken
Een interessante reeks
mm
De Niagara-watervallen
Merkwaardige figuur
overleden
keken I De
Schoolbevolking
Korte berichten
DOOR BERTHA RUCK
b
De dood van Maarschalk Pilsoedski heeft,
indirect, nog den dood van een ander ver-
h dienstelijk man veroorzaakt. Stanley
j. u^her, de vermaarde Poolsche Oceaanvlieger,
°m het leven gekomen. Hausner, die tijdens
1 rouwdienst, in verband met het overlijden
b Maarschalk Pilsoedski met zijn toestel „Jo-
f Pilsoedski" was opgestegen, maakte een
kcht van eenige uren boven de stad Detroit
tevens boven de kerk, waar de plechtigheid
1 vond. Bij het nemen van een bocht
e hij te laag, waardoor hij met het vlieg-
<01
tegen het dak van een huis botste. Onmid-
ijk daarop vloog het vliegtuig in brand en
enkele oogenblikken was het toestel nog
Jchts een wrak, waaruit men met groote moei-
l ^et geheel verkoolde lijk van den vlieger kon
"alen.
hausner was een Pool van geboorte. Hij zag
et levenslicht te Sanok, doch liet zich in Ame-
naturaliseeren. Hij vloog reeds meer dan
ertien jaren en beschikte dus over genoeg er-
vartag, hetgeen men trouwens meermalen heeft
linen bemerken.
*h Amerika koos hij het gevaarlijk beroep van
legend filmoperateur. Hij werkte voor een
'eine bioscoop in de 42e Straat te New York.
jjj Juni 1932 steeg Stanley Hausner op voor
jl vlucht over den Oceaan, met Warschau als
JUniddeliyk doel. Dagenlang zat geheel Ame-
iJ8- in spanning, daar men van 3 tot 12 Juni
T^n teeken van leven meer had gehoord van
^1 vliegenier. Totdat het draadloos bericht
-*am, dat een Engelsche tankboot, de „Circe
ell" van de shell Cy., het op den Oceaan
ruivend toestel van Hausner plus zijn piloot
opgepikt. Een geheele Week heeft Hausner
IJl op de zee rondgezworven. Hij was dan ook
°lkomen uitgeput, het toestel, dat zware schade
Jd geleden, moest in den nacht dat Hausner
??°r de „Circe Shell" werd opgepikt, achter
lijven, daar men wegens de duisternis en den
J®rken stroom het gevaarte onmogelijk aan
r°°rd kon brengen. In de acht dagen, dat Haus-
toen op het water heeft rondgedobberd,
Jeef hij ongeveer 2000 K.M. af. Begrijpelijker-
jjze heerschte er in geheel Amerika en ook in
"tropa groote blijdschap om den behouden te-
flSkeer van den populairen vlieger. De nach-
1. welke Hausner geheel alleen en zonder
°®dsei op den Oceaan heeft doorgebracht, had
ji hem diep geschokt. „Al word ik honderd
J®®* oud," zoo vertelde Hausner eens aan een
rjsman, „dan nog zal ik altijd aan die vree
slijke nachten moeten denken."
Stanley Hausner was wellicht meer waaghals
*J1 piloot, maar zijn vrienden stelden immer
Jl groot vertrouwen in hem. Zij hebben er ln
32 ook voor gezorgd, dat het benoodigde geld
°or de Oceaanreis bijeengebracht werd. Doch
®at hij zich tevens meermalen als een bekwaam
'leger heeft doen kennen, bleek wel uit de
iflerscheidingen, wélke Hausner in den loop
*Üler vliegersjaren mocht ontvangen. Zoo
®1tving hij b.v. van de Poolsche kolonie in
Jlerika het Poolsche Kruis van Verdienste,
jjwijl de gouverneur van Florida hem een zil-
^ren beker ten geschenke gaf.
Stanley Hausner had juist enkele weken ge-
Jien een plan gemaakt voor een nieuwen tocht
v®r den Oceaan, van Amerika uit naar Polen.
politie heeft het mysterieuze wezen thans kun
nen vangen.
Het bleek een man te zijn, die opgaf Karl
Richter te heeten, en oorspronkelijk een Beicrsch
ingenieur bleek te zijn. Tijdens den oorlog trok
hij naar Hongarije, waar hij zich in de bergen
terugtrok.
Tweehonderd jaar geleden, zoo vertelde hij
aan een priester, geraakte het kasteel van zijn
familie in brand en dreigde geheel uit te bran
den.
Als door een wonder werd het kasteel echter
door een plotselingen hevigen regen gespaard
en zijn voorouders zwoeren daarop, dat het
jongste mannelijke lid van de familie bij het
bereiken van den 24-jarigen leeftijd tien jaren
lang een kluizenaarsleven zou moeten leiden.
Hij heeft dezen eed vervuld en zelfs langer
dan tien jaar in de heuvels als een kluizenaar
geleefd.
Desondanks schijnt hij echter geen lust te
gevoelen in de samenleving terug te keeren.
^oor het uitzaaien van rijst maakt men op
let oogenblik in Rusland gebruik van vlieg
den.
rt 12e methode is bij wijze van proef in enkele
r®e'en der Sowjet Unie toegepast, en daar hier-
dte succes bereikt werd, is men er toe overge-
Jan op grooter schaal van vliegtuigen gebruik
Haken, o.a. in de Oekraine.
wijze van zaaien biedt het groote voor-
.-ci, dat het kan geschieden in de eerste lente
den, wanneer de grond nog doorweekt is en
(le
gewone werktuigen niet kunnen worden ge-
I ov. n
"hikt.
Een gezelschap dat onlangs een wandeling
Jfakte door de nabij Boedapest gelegen bos
uien van Solymar, verklaarde bij zijn terug
eist een vreemdsoortig wezen te hebben ont-
*?®t, half mensch, half dier.
gezicht van deze vreemdsoortige ver-
Jiijning, die gekleed was in lompen, zag er
jjd en lijkachtig uit, en toen men het zonder
de wezen aanriep, klom dit met de behendig-
ejü van een eekhoorn in een boom om ver-
°'gens in een rotshol te verdwijnen.
expeditie, bestaande uit dorpelingen en
Dr. H. W. Haas, hoogleeraar in de geologie
aan de North Western University te Chicago,
heeft medegedeeld, dat hij- tijdens een zijner
exploratietochten in het gebied van de Ama
zone midden in de wildernis een kolonie heeft
ontdekt, van de afstammelingen van aristocra
tische families, uit de zuidelijke staten, die daar
tijdens den burgeroorlog heen getrokken zijn.
De kolonie is genaamd Santerin, en gelegen
aan de oevers van de Tapa Jos, een zijrivier van
cie Amazone, op duizend kilometer afstand van
den Oceaankust.
Een van de 300 kolonisten, een vrouw, ver
telde aan dr. Haas, dat een aantal families uit
de zuidelijke staten, ontevreden over het feit,
dat hun slaven als een gevolg van den oorlog
waren vrijgelaten, naar het dal van de Ama
zone trokken, waar de slavernij nog was toege
staan, en waar zij een nieuw leven hoopten te
beginnen.
De verwachtingen van deze plantagebezitters
werden echter niet vervuld. Het vochtige kli
maat was niet geschikt voor de katoenteelt, en
voor andere producten was er geen markt.
Velen der jongeren keerden dan ook teleurge
steld naar de Vereenigde Staten terug. De ove
rigen schiepen zich een karig bestaan met de
teelt van cacao en vruchten.
Tijdens een tijgerjacht werd een te Meerut
gedetacheerd Engelsch dragonder-officier door
een tijger aangevallen en zoodanig aan den arm
gewond, dat hij naar het hospitaal te Itarsi
moest worden overgebracht. Tengevolge van de
door de verwonding opgeloopen bloedvergifti
ging is het slachtoffer echter korten tijd later
overleden.
Te Philadelphia is het nieuwe hoofdpostkan
toor ingewijd door den Postmaster-general der
Vereenigde Staten James Farley. Het nieuwe
hoofdpostkantoor heeft een plat dak, vanwaar
auto-gyro-vliegtuigen de post oppikken of
waarop deze vliegtuigen de mail deponeerer:.
Farley voorspelde dat binnen tien jaar het ge
bruik van auto-gyro-toestellen bij de posterijen
algemeen zou zijn en dat de groote hoofdpost
kantoren deze vliegtuigen zelfs gelegenheid zou
den bieden op hun platte daken te landen.
Mijn huis is mijn kasteel, zegt de Engelsch-
man, daanrns aangevend hoezeer hij aan zijn
haard is gehecht en hoe ongaarne hij daar ge
stoord wordt.
Ook voor den Hollander is zijn huis het mid
delpunt van zijn leven. Hoe keurig verzorgt hij
het, hoe zindelijk laat hij het boenen, schrob
ben, witten en verven! Hij voelt er niet voor
om in de café's te leven, gelijk de Franschman
of de Belg. Wat niet wegneemt dat er heel wat
kernachtige Hollandsche uitdrukkingen, in be
trekking staande met het huis, in vergetelheid
dreigen te geraken.
W. de Groot vertelt daarvan in het huisor
gaan van Bredero's Bouwbedrijf. ,,Tk geloof niet,
zegt hij, dat het opkomende geslacht nog de
uitdrukking kent: „Het huis bij de schuur hou
den". Ten minste, niet algemeen, en dit is zeer
jammer, want de uitdrukking houdt de kern
achtige oud-Nederlandsche wijsheid in, dat het
verwerpelijk is, buitensporige dingen te doen.
Ook de zegswijs': „Het huis hoort bij de kerk"
om aan te geven, dat een bepaald iets onaf
scheidelijk aan een ander is verbonden, is bij
den, tot voor kort, nog bijna algemeen on-ker-
kelijken openbaren toon, nog alleen in oude
volksalmanakken te vinden.
Iemand, die „huis noch kluis" heeft is schip
per of zwerver. In dit laatste geval is een hooi
berg, een politie-brits, een „zeiltje", of bij voort
durende landlooperij, Veenhuizens slaapbarak
het einde van iederen dag.
De uitdrukking: „een huis vol", voor „heel
veel", is zeer oud. Zij komt voor in een bepaling
van een eeuwenoud Utrechtsch „placaetboec".
Het is een politie-verordening, die een grootere
negatieve dan positieve strekking had. Zij had
tot doel: „omme te weren de arme luyden, die
alhier stervende, dikw'ijls een huys vol kinderen
komen na te laten". Voor deze arme weezen
had een onbarmhartige maatschappij „huis noch
kluis".
Is men over iemands doen en laten in de
wolken, dan kon men hem „boven de huizen
prijzen". „Het gaat over de huizen heen", be-
teekende: het overschrijdt verre de perken.
Wanneer men „over de huizen" was, verkeerde
men in een staat van opperste vreugde, welke
wel eens gelijk werd geacht aan die, welke men
bereikt na het geBruik van zekere geestrijke
dranken.
Het solidariteitsgevoel, de familie-zin kwam
tot uiting in het oude spreekwoord: „Het is
beter t'huis te eten gruys, als coren in eens an
ders huis".
Maar hiermee zijn wij dan het huis binnen
gegaan. Misschien een „eigen huis", dat dan
geen „kruis" mag zijn, zooals een ander spreek
woord waarschuwt.
Een „huisje van houd-aan" was in vroeger
tijden een gastvrij huis, waarvan „de drempel"
vaak „plat werd geloopen". Die er veel kw'am
„was er weldra als kind aan huis". In dat ge
val had de overdrijving van de gastvrijheid het
nadeel, dat de gastheer niet altijd „baas was
in eigen huis". Waren de al te veelvuldig komen
de gasten eindelijk weg, dan mocht hij verzuch
ten „het huis weer alleen te hebben".
„Je kunt moeders huisje niet bewaren", werd
gezegd tegen kinderen, die er niet in slaagden
een appel of een peer zóó te schillen, dat de
schil niet afbrak, of wanneer zij met de oogen
knipperden, als men de hand daarvoor snel
heen en weer bewoog.
„Het huis bewaren" beteekende, op het huis
passen, thuis blijven. Daar vandaan het oude
spreekwoord, dat aan sommige moderne, z.g.
geëmancipeerde vrouwen wel hard in de ooren
moet klinken: „Gebroken beenen en eerbare
vrouwen moeten het huis bewaren".
Herhaaldelijk komen bij de Niagara-waterval
len groote rotsblokken naar beneden, waardoor
slechts ternauwernood ernstige rampen worden
vermeden en van tijd tot tijd ook ongelukken
gebeuren. Het beeld van de wereldberoemde
vallen heeft zich dan ook in de laatste jaren
aanzienlijk gewijzigd.
De commissie voor het park wezen die het toe
zicht op de Niagaravallen heeft, is dan ook van
meening dat de huidige toestand zoodanige ge
varen oplevert, dat met kunstmiddelen moet
worden ingegrepen. Groote stukken rots zullen
moeten worden opgeblazen en verschillende
stroomversnellingen zullen moeten verdwijnen.
De kans bestaat dat bij volledige uitvoering van
het plan de Niagara-watervallen als zoodanig
geheel zullen moeten verdwijnen en slechts een
onbeduidende waterval, zooals er vele zijn, van
de wereldberoemde Niagara-watervallen zal
overblijven.
Bloedvergiftiging heeft den dood tengevolge
gehad van een merkwaardige figuur, Shembe,
die zichzelf profeet noemde', en wiens religieuze
seete onder de inboorlingen 30.000 leden telde.
Shembe, in zijn wijd afhangend kleed, was een
oer schilderachtigste figuren in het inheemsche
leven in de omgeving van Durban. Hij had zijn
hoofdkwartier in een dorpje nabij Inanda ge
vestigd, en land gekocht, waar zijn volgelingen
zich konden vestigen.
Hij predikte het christendom in een vorm,
die geheel uit zijn brein was voortgekomen, en
die zeer rijk was aan ritueel.
Shembe was oorspronkelijk schaapherder. On
derwijs heeft hij niet genoten, doch hij bezat
de gave van het woord. Hij beweerde de kracht
te bezitten om zieken te genezen, en er doen
verschillende verhalen de ronde, van wonder
baarlijke genezingen, die hij zou hebben tot
stand gebracht.
Ze waren hun leven lang compagnons ge
weest en huisgenootenze hoorden bij el
kaar als Robert en Bertram, als Barnum
en Baily, maar toen de leesvereeniging gesticht
was, liep het mis. zoowel in de kantoren van
den fouragehandel beneden als in de woon
ruimten daar boven. De stichters van de lees
vereeniging hadden besloten, dat de twaalf aan
zienlijksten van het stadje voor het lidmaat
schap zouden worden aangezocht, en nu was,
waarschijnlijk toevallig, zonder opzet, Joe Bar-
ttaby niet en Rudge w 1 gevraagd. Wel zei
Bamaby, dat 't hem niets kon schelen, maar
de vrouw van Rudge begon airs aan te nemen
tegen z ij n vrouw ende langzaam groeien
de verbittering plantte zich op de mannen over.
Het duurde niet lang of Barnaby noemde de
leesvereeniging een troep idioten, een belee-
diging waarin Rudge niet berustte.... Van het
een kwam het ander. Ten slotte spraken de
compagnons niet meer met elkaar, en wat ze
elkander over hun zaken moesten zeggen, ging
via hun boekhouder.
De verhouding werd zóó gespannen, dat een
uitbarsting niet kon uitblijven. De zaak werd
gesp.litst, het groote huis door een tusschen-
muur en een nieuwe trap in tweeën verdeeld
en er was weer vrede. Maar niet in de harten.
Die bleven, aan weerszijden van den tusschen-
muur, vijandig tegen elkaar kloppen.
Maar om één ding hadden de heeren bij de
regeling hunner zaken niet gedacht; om 't le
vensgeluk van Charles Rudge en Gitta Bar
naby. Gitta logeerde by een tante in de zelfde
stad, waar Charles een zaak in heerenconfec-
tie was begonnen. Ze wisten vooruit, dat hun
ouders tegen hun huwelijksplannen, 'geleidelijk
ontstaan, geen bezwaar zouden maken. Ze wa
ren daarom overeengekomen, dat, als Gitta
weer naar huis ging, Charles mee zou gaan.
Ze kwamen samen in Lownits aan en liepen
gearmd naar huis. Daar aangekomen, bleven ze
met een ruk staan. Wat zagen ze? Twee fir
ma-platen, twee zaken, twee smalle huisdeuren,
die nog naar de verf rooken
Onwillekeurig gleed Gitta's arm uit dien van
Charles, ze keken elkaar aan, zij bloosdeen
ging toen door de ééne deur; wat kon hij an
ders doen dan door de andere gaan? Aan den
eenen kant van den tusschenmuur werd toen
veel gepraat en geschreid. Gitta ging eindelijk
naar bed en de dokter moest komen. Aan den
anderen kant echter hield Charles moedig stand
tegenover het verhaal van z'n ouders. Hij zei
dat hij 't heele geval belachelijk vond en dat
hij en Gitta er niets mee te maken hadden. Hij
ging alvast niet naar z'n zaak terug. Hier blij
ven? O, neen, hij kende geen huis met zoo'n
tusschenmuur; hij zou wel zoo lang in een hotel
logeeren.
Vlieg liep ze op de mannen toe, die ver
baasd opkeken. In rad Chineesch legde
Wietje uit wat er gebeurd was en de man
nen begrepen haar onmiddellijk. Toen de
mannen begrepen wat er gaande was, ken
de hun verontwaardiging geen grenzen.
Vlug volgden zij Wietje naar de plaats
waar Pietje met den matroos aan 't vech
ten was.
Pietje had bij zijn gevecht met den ma
troos het onderspit moeten delven. De man
had hem overmeesterd en hem juist ge
boeid, toen de Chineesche stokers, gevolgd
door Wietje, binnenkwamen. In een oogen
blik hadden de woedende landgenooten van
Wietje den bandiet overmand en geboeid
met dezelfde touwen waarmede hij Piet had
gebonden.
Doordat de stokers hun vuren echter in
den steek hadden gelaten, begon het schip
langzamer te varen. De kapitein op de com
mandobrug had dit bemerkt en riep zijn
lsten stuurman. Hij vroeg dezen om eens
naar de stokers te kijken, want hij begreep
niets van dit plotselinge vaart verminderen
van het schip. De stuurman snelde naar be
neden en kwam de stokers tegen, die juist
met den gebonden matroos en Piet en Wiet
op weg waren naar den kapitein.
Het waren de moeders, die het eerst begrepen
dat hun kinderen elkander hartelijk liefhadden
en dat hun geluk niet aan zoo'n armzalig ge
twist mocht opgeofferd worden. Ze legden hun
trots tegenover elkaar af en besloten ieder af
zonderlijk een aanval te wagen op hart en hoofd
van hun echtgenoot. Het resultaat was, dat drie
dagen later Charles weer naar huis kwam; dat
Barnaby en Rudge een bespreking hadden bij
den notaris, die als onpartijdige derde tot be-"
middelaar gekozen was en dat Gitta aan den
anderen kant van den tusschenmuur een kijkje
ging nemen.
De besprekingen tusschen Gitta en Charles
liepen als van een leien dakje; tusschen de bei
de vaders hadden ze weinig resultaat. Ze stelden
elkander de onmogelijkste voorwaarden en
kwamen knorrig thuis met de boodschap, dat
't niet ging. Maar de vrouwen vonden het dwaas,
zaken en liefde door elkaar te halen en gingen
opnieuw tot den aanval over. Ze redeneerden
niet meer, maar pruilden en mopperden of zwe
gen halve dagen, totdat de heeren Barnaby en
Rudge zakelijk het feit van de liefde hunner
kinderen vaststelden; ze moesten dan hun eigen
weg maar gaan. Ieder zou z'n kind wat mee
geven. Voor de verdere regeling moesten hun
vrouwen maar zorgen. De moeders keken echter
naar den tusschenmuur, waarvan de kalk nog
niet goed droog was. Vier weken later zou het
bruiloft zjjn.
Ze werd gevierd met pracht en praal. Er werd
in 't hotel geluncht. De vaders zaten een be
hoorlijk eind van elkaar en toen ze het woord
voerden bleek, dat elk van beiden z'n eigen fa
milie met één persoon vermeerderd achtte, zon
der zich bewust te zijn, dat die persoon er op
eigen gelegenheid nog andere familie op na
hield.
De hotelhouder presenteerde eiken vader een
rekening voor de helft van het schriftelijk over
eengekomen bedrag, de jong gehuwden gingen
op reis en elk der ouderparen ging door het
eigen deurtje het eigen halve huis binnen.
Dagen, weken, maanden verliepen rustig. Nu
het voornaamste doel bereikt was, hadden de
dames Bamaby en Rudge het niet noodig ge
vonden den omgang te hervatten; Joe Barnaby
en Pol Rudge ontweken elkaar stelselmatig. Over
de jongelui werd niet veel gepraat aan weers
zijden van het muurtje, totdat.... de moeder
van Gitta telegrafisch verzocht werd naar de
stad te komen, omdat een jeugdige Rudge z'n
intrede in de wereld gedaan had.
Een maand of acht later kondigde het jonge
echtpaar z'n bezoek bij de ouders aan. Moei
lijkheden ontstonden echter hieruit niet, want
Gitta had geschreven, dat zij met haar kleu
ter bij d'r moeder zou logeeren. Charles bleef
maar een paar uurtjes en zou later vrouw en
kind wel komen halen. Het kind zou dikwijls
bij zijn ouders op visite komen.
En zoo geschiedde het, dat er in Joe Bama-
by's helft een wieg kwam te staan, waarnaast
de gebaarde grootvader zeer dikwijls met aan
dacht naar het kinderkopje zat te kijken. Als
de kleine dan uit z'n middagslaapje ontwaak
te, begon te lachen en aan den baard van z'n
grootvader plukte, kon de oude man z'n pret
niet op.
Een paar dagen daarna werd het kind bij
de Rudge's verkouden. Niezend kwam het in
den huize Bamaby en direct liet de givtvader
aan dien kant van den tusschenmuur, den dok
ter halen. Het kind moest naar bed en in een
deken gewikkeld, werd het weer deur-uit deur-in
gedragen, gevolgd door de bezorgde grootouders
Rudge, die geen rust hadden, als ze den kleine
niet hadden zien
toestoppen. De
en bang, de groot-
moeders fluister- i muur 1
den tegen elkaar
en Gitta zat te
huilen en schold bij tusschenpoozen op dien
ellendigen tusschenmuur.
Aan weerszijden van de wieg zat een groot
vader tot het avond werd. Als het kind niesde,
voer beiden een schok door de leden. Ze lieten
zich geen van beiden overhalen, de wacht bij de
wieg aan anderen over te laten. Als ze naar
bed gingen, zeiden ze, zouden ze toch geen oog
kunnen dicht doen. De vrouwen fluisterden. Het
kind sliep wel is waar rustig, maar scheen het
zeer warm te hebben.
Den volgenden morgen, toen Pol Rudge en
Joe Bamaby zich met angstig vertrokken ge
zichten over de wieg bgen, deed de kleine z'n
groote, stralende kijkers open, keek vroolijk naar
omhoog en greep met de eene mollige hand den
langen baard van grootvader Bamaby en met
de andere den grooten neus van grootvader
Rudge, en probeerde, helder kraaiend, zich aan
die twee ongewone steunpunten omhoog te trek
ken. De twee vijandelijke hoofden kwamen hoe
langer hoe dichter bij elkander; ze wilden zich
losrukken, maar bedachten zich. De kleuter zou
het niet aardig vinden. Ze deden beiden hun
oogen maar dicht, om elkaar niet aan te zien.
Toen de dokter kwam en zei, dat het kind
's middags wel op mocht, keek grootvader Bar
naby grootvader Rudge aan met een heel kal-
men blik. Rudge ging weg met een eigenaardig
lachje.
Een paar uren later dreunden zware moker
slagen door het dubbelhuis. Dat deed een werk
man met een witten kiel, die den eersten steen
van den tusschenmuur los sloeg. En nog vóór
de dag ten einde was, lag de tusschenmuur in
stukken en brokken verspreid op den grond.
Volgens te München gepubliceerde cijfers
telt Duitschland 7.600.000 leerlingen van scholen,
terwijl het aantal onderwijzers 190.000 be
draagt, waardoor het aantal leerlingen per
klasse gemiddeld 40 bedraagt.
Engeland heeft van alle landen in Europa
relatief het grootste aantal onderwijzers, name
lijk 170.000.
Het aantal schoolkinderen bedraagt 5.000.000,
zoodat het gemiddelde aantal leerlingen per
klasse 29.4 bedraagt.
Frankrijk telt 4.000.000 leerlingen en 132.000
onderwijzers, of op 30.3 leerlingen een onder
wijzer.
De Vereenigde Staten met 21 millioen school
kinderen vormen het land met de grootste
schoolbevolking ter wereld.
Begin Juni zal een aanvang worden gemaakt
met den aanleg van de tweede lijn van den
ondergrondschen spoorweg te Moskou; 35.000
personen zullen bij deze werkzaamheden em
plooi vinden.
Koning George van Engeland heeft aan de
Canadeesche bisschoppen den zilveren jubileum-
penning toegekend.
Deze penning werd eveneens uitgereikt aan
Mgr. Andrew Cassulo, Pauselijk Nuntius in
Canada en aan talrijke priesters en klooster
zusters, die zich in dienst der lijdende mensch-
heid hebben gesteld, en zich door buitengewone
verdiensten hebben onderscheiden.
Veertig Sovjet-ambtenaren zijn veroordeeld
tot gevangenisstraffen van 3 maanden tot 10
jaar, wegens corruptie en machtsmisbruik. Een
ambtenaar die verantwoordelijk is gesteld voor
het veerpont-ongeluk, waarbij 28 kinderen ver
dronken, kreeg 5 jaar gevangenisstraf.
Een drietal Grieksche orthodoxe bisschoppen
verzet zich tegen de invoering van den Grego-
riaanschen kalender in Griekenland. Zij wen-
schen handhaving van de Juliaansche tijdre
kening, waarin zij worden gesteund door een
groot aantal geloovigen. De aarts-bisschop en
de H. Synode nemen evenwel den Gregoriaan-
schen kalender aan en hebben de regeering
verzocht de campagne tegen dezen maatregel
te verbieden.
Al 1? A NI NIET 'Q op dit blad zijn ingevolge de verzekerlngsvoorwaarden tegen U bij levenslange geheele ongeschiktheid tot werken door 17 jrt bij een ongeval met U OCA
ft I 'I ongevallen verzekerd voor een der volgende uitkeeringen I UU«" verlies van beide armen, beide beenen of beide oogen I WV»1" doodelijken afloop x «üv«a
AANGIFTE MOET, OP STRAFFE VAN VERLIES VAN ALLE RECHTENGESCHIEDEN UITERLIJK DRIE MAAL VIER EN TWINTIG UUR NA HET ONGEVAL
bij verlies van een ham»
een voet of een oog
den scherpen toon van een collega, van
c e Ze werkelijk hield, schoten Ottilia's blauwe
Sen vol tranen. Mabel, die naar het mid-
ïei*st« tafeltje ging, merkte die tranen op en
„Werkelijk, als men iemand gestooten heeft,
1 kan men toch wel zijn excuus maken?"
j,,. dit verwijt braken de reeds lang gespan-
c 1 zenuwen van Gwenna los en ze riep heel
~®!eefd, met venijnige stem:
toch je mond.''
flj iaar het volgend oogenblik, nadat ze aan
J kleine uitbarsting van toorn had toegegeven.
Jouwde het haar en verlangde ze. om weer
tvry^6 maatjes te worden met de andere
Puten. Deze echter wilden er niet van hooren
t verontwaardigd draaiden ze haar den '*ug
jjJ' begonnen met opzet tegen elkaar te
a1n en negeerden Gwenna opzettelijk.
- ""at is een buitengewoon lange brief, dien je
(•pJj geschreven hebt, Ottilia!" zei Mabel.
ri\; X'l ze een handje hielp, om een half dozijn
lie velletjes postpapier op te rapen, die met
fijn en scherp handschrift in het Duitsch
Sahreven waren.
die voor den geliefden broer bestemd?"
"ttilia knikte toestemmend met haar blond
hoofd, terwijl zij den brief met den aanhef:
„Geliebter Karl" in de grijs-linnen enveloppe
stak.
„Goede hemel. Me dunkt dat hij een echte
Duitsche spion is, die broer van je," zei
Mabel schertsend. „Je moet onze staatsgehei
men niet weggeven, hoor! We zouden de auto
riteiten hier krijgen, om hun neus overal m te
steken. Het zou vreeselijk zijn, zoo Engeland
met Duitschland in oorlog kwam en je dan tot
onze vijanden behoorde!"
Ze sprak erover alsof het even fantastisch
was, als Gwenna's droomvlucht van den vorigen
nacht. De Duitsche typiste antwoordde in den
zelfden trant:
„Als het tot oorlog zou komen, dan zou ik
het regiment van Karlchen doen beloven om
je huis in Clapham te sparen; maar aan oorlog
denkt hij niet eens. Hij stelt groot belang in
bouwwerken, omdat vader architect is van
beroep. Ook wil hij graag kaarten hebben van
de Theems en dergelijke dingen meer Hij
heeft mij gevraagd, wekelijks een lange be
schrijving te sturen.... Gaan we vandaag uit
lunchen?"
Zonder eenige aandacht te schenken aan
Gwenna gingen de twee meisjes weg in de rich
ting van Whitehall. Het Welsche meisje lieten
ze alleen achter in de verlaten kantoren.
Gwennna had geen trek in een lunch. Zij dronk
een glas lauw water uit de leidingwaterkraan
van de kleedkamer en at eenige aardbeien, die
ze in haar tasch had meegebracht. Daarna
ging ze zonder hoed in haar grauw linnen
costuum uit één stuk naar de werf, om een
luchtje te scheppen. De werf was verlaten en
de zon was heet. Gwenna slenterde voort over
den met houtkrullen bezaaiden grond, waar
rondom haar voeten de talrijke Londensche
duiven statig stapten en kirden en elkaar lief
koosden. Boven haar verhief zich als een toren
het reusachtige, ijzeren kantwerk, op twee
ontzaglijke, metalen pennen gespannen. Het
leek een patroon, dat met pen en zwarten inkt
op het blauwe uitspansel was geteekend, als
een ontwerp van een architect. Het zien van
die hoogte deed haar weer denken aan vliegen.
„Ik geloof niet, dat ik mij ooit zoo hoog
bevinden zal, met de blauwe lucht beneden en
om me heen, zooals ik altijd zoo vurig ge-
wenscht heb," peinsde het meisje, droefgees
tig naar boven starend. „Ik geloof, dat mijn
droomvlucht van gisterennacht de eenige vlieg
tocht van mijn leven zal zijn!"
En wederom overmeesterde haar dat onweer
staanbaar verlangen, dat zuiver verlangen, om
zich te verheffen, los van de wet, die de kin
deren der menschen gekluisterd houdt aan de
aarde, aan de stof, waaruit zij voortkwamen
en waartoe ze allen zullen wederkeeren.
Maar wat vermocht ze, om dit intense ver
langen te bevredigen?
Slechts één ding: zij kon klimmen. Aan
stonds zette zij dit idee om in een daad en
ondernam den roekeloozen tocht naar dat ijzeien
kantwerk; ze klom zooals de matrozen over de
touwladders van een hoogen mast naar boven
klauterden. Hooger wilde zij stijgen, naar het
uiterst punt van de torenspits, om van het
Londensche panorama te genieten, zooals ze
dat den nacht tevoren in haar droomgezicht
bewonderd had. Zij begon haar waaghalzerij,
niet in de open lucht, maar aan de binnenzijde
van het steigerwerk, dat een mengeling was
van dwarsliggende en rechtop staande balken
en planken vloeren. Het scheen Gwenna toe,
alsof ze onder de houten pier te Aberdovery
stond en omhoog keek. Zij beklom ladders,
ging door luiken, stak platformen over, waar
weer andere ladders gereed stonden, om haar
nog hooger op te voeren, totdat zij het laatste
luik bereikte en eindelijk vanuit het benauwde
halfduister weer in zonneschijn en versche
lucht kwam. Zij stond nu boven op het platform
van het solied gebouwde onderstel, dat de
machine schraagde. Straks zou ze ook het
ijzeren netwerk beklimmen, ze gevoelde er zich
toe in staat; ze had nooit hoogtevrees noch
duizelingen gekend. Haar voeten, stevig in
bruine schoentjes gesnoerd, waren zoo zeker
van hun stap, als de hoeven van de kleine
schaapjes, die zoo veilig en vast tegen de
steile wanden klauterden van de bergen in
haar geboorteland. Zij kon klimmen als de
beste onder de mannen, maar ze wilde even
rusten en bij de leuning staande, die het
platform omgaf, genoot ze van de frissche bries
rondom haar.
De vogels van de stad, duiven en spreeuwen
vlogen in snelle vlucht ver beneden de hoogte,
waarop zij zich bevond. Geheel Londen lag
vóór haar als een schilderij, juist zooals zij het
in haar droomen aanschouwd had en met het
zelfde bewustzijn van veiligheid keek ze erop
neer.
Daar in de verre diepte, tusschen de wouden
van schoorsteenen, glinsterde de heirbaan van
de Theems, blauw-grijs de lucht weerspiege
lend en te voorschijn tredend uit die heer
lijke, groene oorden, waar ook de wilgen groei
den op het grasveld, dat het tooneel geweest
was van het gemaskerd bal. Verder stuwde zij
haar wateren voort naar Londen, dat haar hel
derheid bezoedelde, haar belaadde met zijn
schepen, en haar overschaduwde met zijn brug
gen, doch haar loop niet vermocht te stuiten. En
trotsch en krachtig vervolgde de stroom zijn
weg naar Greenwich en naar de dokken met
hun reuzenstoomers, om zich dan in de Noord
zee te werpen.
Recht beneden haar in de ontzaglijke diepte,
zag zij opeens de miniatuur kantoortjes, het
microscopische werfje, waar ze haar klimtocht
was begonnen, alsmede de mannetjes, die weer
aan den arbeid togenDe heele plaats scheen
niet grooter dan een kippenloop vol gevo
gelte. Het geluid der stemmen was duidelijker
verstaanbaar dan ze van die poppetjes ver
wacht had.
Zij staarde en mijmerde aan den rand van
dierf planken vloer bij de reeling. Ze voelde
zich zoo ver verwijderd van de wereld, en
voelde geen lust, daarheen ooit terug te keeren.
„Ik ben hard van plan, mijn betrekking aan
het kantoor op te geven en ergens anders een
geheel anderen werkkring te zoeken," dacht
ze opstandig en dit besluit alleen stemde haar
reeds opgeruimder. Een last scheen van haar
afgegleden en opwaarts steigerde de fantasie
van de jeugd. Vergeten waren, in deze oogen-,
blikken, alle verlangens en teleurstellingen van
de laatste weken, de verbittering van dezen
ochtend waarop zij met de andere meisjes ge
kibbeld had. Zij was nu boven alle aarosche
zorgen verheven
Dan, plotseling, kreeg ze een schok zóó hevig,
als die welke haar uit haar droom zoo ruw
had opgeschrikt.
Want eensklaps, zonder eenige waarschuwing,
werd haar gemijmer gestoord door het geluid
van een bekende stem. En als uit net niet
opgedoken, achter haar, zei iemand met een
diepen zachten lach: „Mijn machine? ja!
Zeer attent van uPaul Dampier's stem!
De kleine Gwenna, geheel in haar gedachten
verslonden en met den rug gekeerd naar het
valluik, had niets vernomen van het geluid van
vijf paar voeten, die denzelfden weg awamen.
dien zy beklommen had. Overrompeld door den
plotselingen schrik, toen ze te midden van
haar droomen de stem van haar geliefde
hoorde, juist hier, waar zij het t minst ver
wacht had, hier tusschen hemel en aarde, deed
zij een misstap en verloor haar evenwicht.
Haar voet gleed uit. Zij viel. Half lag ze nog
op het platform uitgestrekt, haar voet en enkel
staken reeds over de duizelingwekkende diepte,
zooals de arm van de kraan. Zij klemde zich
krampachtig aan de dunne metalen reeling
vast. Zoo hing zij voor 'n martelend oogen
blik in doodsangst. Maar nauwelijks was haar
angstkreet wegestorven, of de figuur van een
forschen man flitste bliksemsnel over de plan
ken van het valluik.
(Wordt vervolgd)