(Kdveb&aal den Met twee kameraadjes op avontiarenreis Stanley Hausner f De beteekenis van het huis fi Cshll&-VjêprU-êPrêS DINSDAG 28 MEI 1935 n°ewel meer waaghals dan piloot, Was hij een bekwaam vlieger, die meermalen onder scheiden werd week alleen op zee Aristocraten in de wildernis Uitzaai van rijst per vliegmachine Vreemdsoortig wezen Door tijger doodelijk gewond Auto-gyro-vliegtuigen voor de posterijen Vele kernachtige Hollandsche uit drukkingen over het huis drei gen in vergetelheid te geraken Een interessante reeks mm De Niagara-watervallen Merkwaardige figuur overleden keken I De Schoolbevolking Korte berichten DOOR BERTHA RUCK b De dood van Maarschalk Pilsoedski heeft, indirect, nog den dood van een ander ver- h dienstelijk man veroorzaakt. Stanley j. u^her, de vermaarde Poolsche Oceaanvlieger, °m het leven gekomen. Hausner, die tijdens 1 rouwdienst, in verband met het overlijden b Maarschalk Pilsoedski met zijn toestel „Jo- f Pilsoedski" was opgestegen, maakte een kcht van eenige uren boven de stad Detroit tevens boven de kerk, waar de plechtigheid 1 vond. Bij het nemen van een bocht e hij te laag, waardoor hij met het vlieg- <01 tegen het dak van een huis botste. Onmid- ijk daarop vloog het vliegtuig in brand en enkele oogenblikken was het toestel nog Jchts een wrak, waaruit men met groote moei- l ^et geheel verkoolde lijk van den vlieger kon "alen. hausner was een Pool van geboorte. Hij zag et levenslicht te Sanok, doch liet zich in Ame- naturaliseeren. Hij vloog reeds meer dan ertien jaren en beschikte dus over genoeg er- vartag, hetgeen men trouwens meermalen heeft linen bemerken. *h Amerika koos hij het gevaarlijk beroep van legend filmoperateur. Hij werkte voor een 'eine bioscoop in de 42e Straat te New York. jjj Juni 1932 steeg Stanley Hausner op voor jl vlucht over den Oceaan, met Warschau als JUniddeliyk doel. Dagenlang zat geheel Ame- iJ8- in spanning, daar men van 3 tot 12 Juni T^n teeken van leven meer had gehoord van ^1 vliegenier. Totdat het draadloos bericht -*am, dat een Engelsche tankboot, de „Circe ell" van de shell Cy., het op den Oceaan ruivend toestel van Hausner plus zijn piloot opgepikt. Een geheele Week heeft Hausner IJl op de zee rondgezworven. Hij was dan ook °lkomen uitgeput, het toestel, dat zware schade Jd geleden, moest in den nacht dat Hausner ??°r de „Circe Shell" werd opgepikt, achter lijven, daar men wegens de duisternis en den J®rken stroom het gevaarte onmogelijk aan r°°rd kon brengen. In de acht dagen, dat Haus- toen op het water heeft rondgedobberd, Jeef hij ongeveer 2000 K.M. af. Begrijpelijker- jjze heerschte er in geheel Amerika en ook in "tropa groote blijdschap om den behouden te- flSkeer van den populairen vlieger. De nach- 1. welke Hausner geheel alleen en zonder °®dsei op den Oceaan heeft doorgebracht, had ji hem diep geschokt. „Al word ik honderd J®®* oud," zoo vertelde Hausner eens aan een rjsman, „dan nog zal ik altijd aan die vree slijke nachten moeten denken." Stanley Hausner was wellicht meer waaghals *J1 piloot, maar zijn vrienden stelden immer Jl groot vertrouwen in hem. Zij hebben er ln 32 ook voor gezorgd, dat het benoodigde geld °or de Oceaanreis bijeengebracht werd. Doch ®at hij zich tevens meermalen als een bekwaam 'leger heeft doen kennen, bleek wel uit de iflerscheidingen, wélke Hausner in den loop *Üler vliegersjaren mocht ontvangen. Zoo ®1tving hij b.v. van de Poolsche kolonie in Jlerika het Poolsche Kruis van Verdienste, jjwijl de gouverneur van Florida hem een zil- ^ren beker ten geschenke gaf. Stanley Hausner had juist enkele weken ge- Jien een plan gemaakt voor een nieuwen tocht v®r den Oceaan, van Amerika uit naar Polen. politie heeft het mysterieuze wezen thans kun nen vangen. Het bleek een man te zijn, die opgaf Karl Richter te heeten, en oorspronkelijk een Beicrsch ingenieur bleek te zijn. Tijdens den oorlog trok hij naar Hongarije, waar hij zich in de bergen terugtrok. Tweehonderd jaar geleden, zoo vertelde hij aan een priester, geraakte het kasteel van zijn familie in brand en dreigde geheel uit te bran den. Als door een wonder werd het kasteel echter door een plotselingen hevigen regen gespaard en zijn voorouders zwoeren daarop, dat het jongste mannelijke lid van de familie bij het bereiken van den 24-jarigen leeftijd tien jaren lang een kluizenaarsleven zou moeten leiden. Hij heeft dezen eed vervuld en zelfs langer dan tien jaar in de heuvels als een kluizenaar geleefd. Desondanks schijnt hij echter geen lust te gevoelen in de samenleving terug te keeren. ^oor het uitzaaien van rijst maakt men op let oogenblik in Rusland gebruik van vlieg den. rt 12e methode is bij wijze van proef in enkele r®e'en der Sowjet Unie toegepast, en daar hier- dte succes bereikt werd, is men er toe overge- Jan op grooter schaal van vliegtuigen gebruik Haken, o.a. in de Oekraine. wijze van zaaien biedt het groote voor- .-ci, dat het kan geschieden in de eerste lente den, wanneer de grond nog doorweekt is en (le gewone werktuigen niet kunnen worden ge- I ov. n "hikt. Een gezelschap dat onlangs een wandeling Jfakte door de nabij Boedapest gelegen bos uien van Solymar, verklaarde bij zijn terug eist een vreemdsoortig wezen te hebben ont- *?®t, half mensch, half dier. gezicht van deze vreemdsoortige ver- Jiijning, die gekleed was in lompen, zag er jjd en lijkachtig uit, en toen men het zonder de wezen aanriep, klom dit met de behendig- ejü van een eekhoorn in een boom om ver- °'gens in een rotshol te verdwijnen. expeditie, bestaande uit dorpelingen en Dr. H. W. Haas, hoogleeraar in de geologie aan de North Western University te Chicago, heeft medegedeeld, dat hij- tijdens een zijner exploratietochten in het gebied van de Ama zone midden in de wildernis een kolonie heeft ontdekt, van de afstammelingen van aristocra tische families, uit de zuidelijke staten, die daar tijdens den burgeroorlog heen getrokken zijn. De kolonie is genaamd Santerin, en gelegen aan de oevers van de Tapa Jos, een zijrivier van cie Amazone, op duizend kilometer afstand van den Oceaankust. Een van de 300 kolonisten, een vrouw, ver telde aan dr. Haas, dat een aantal families uit de zuidelijke staten, ontevreden over het feit, dat hun slaven als een gevolg van den oorlog waren vrijgelaten, naar het dal van de Ama zone trokken, waar de slavernij nog was toege staan, en waar zij een nieuw leven hoopten te beginnen. De verwachtingen van deze plantagebezitters werden echter niet vervuld. Het vochtige kli maat was niet geschikt voor de katoenteelt, en voor andere producten was er geen markt. Velen der jongeren keerden dan ook teleurge steld naar de Vereenigde Staten terug. De ove rigen schiepen zich een karig bestaan met de teelt van cacao en vruchten. Tijdens een tijgerjacht werd een te Meerut gedetacheerd Engelsch dragonder-officier door een tijger aangevallen en zoodanig aan den arm gewond, dat hij naar het hospitaal te Itarsi moest worden overgebracht. Tengevolge van de door de verwonding opgeloopen bloedvergifti ging is het slachtoffer echter korten tijd later overleden. Te Philadelphia is het nieuwe hoofdpostkan toor ingewijd door den Postmaster-general der Vereenigde Staten James Farley. Het nieuwe hoofdpostkantoor heeft een plat dak, vanwaar auto-gyro-vliegtuigen de post oppikken of waarop deze vliegtuigen de mail deponeerer:. Farley voorspelde dat binnen tien jaar het ge bruik van auto-gyro-toestellen bij de posterijen algemeen zou zijn en dat de groote hoofdpost kantoren deze vliegtuigen zelfs gelegenheid zou den bieden op hun platte daken te landen. Mijn huis is mijn kasteel, zegt de Engelsch- man, daanrns aangevend hoezeer hij aan zijn haard is gehecht en hoe ongaarne hij daar ge stoord wordt. Ook voor den Hollander is zijn huis het mid delpunt van zijn leven. Hoe keurig verzorgt hij het, hoe zindelijk laat hij het boenen, schrob ben, witten en verven! Hij voelt er niet voor om in de café's te leven, gelijk de Franschman of de Belg. Wat niet wegneemt dat er heel wat kernachtige Hollandsche uitdrukkingen, in be trekking staande met het huis, in vergetelheid dreigen te geraken. W. de Groot vertelt daarvan in het huisor gaan van Bredero's Bouwbedrijf. ,,Tk geloof niet, zegt hij, dat het opkomende geslacht nog de uitdrukking kent: „Het huis bij de schuur hou den". Ten minste, niet algemeen, en dit is zeer jammer, want de uitdrukking houdt de kern achtige oud-Nederlandsche wijsheid in, dat het verwerpelijk is, buitensporige dingen te doen. Ook de zegswijs': „Het huis hoort bij de kerk" om aan te geven, dat een bepaald iets onaf scheidelijk aan een ander is verbonden, is bij den, tot voor kort, nog bijna algemeen on-ker- kelijken openbaren toon, nog alleen in oude volksalmanakken te vinden. Iemand, die „huis noch kluis" heeft is schip per of zwerver. In dit laatste geval is een hooi berg, een politie-brits, een „zeiltje", of bij voort durende landlooperij, Veenhuizens slaapbarak het einde van iederen dag. De uitdrukking: „een huis vol", voor „heel veel", is zeer oud. Zij komt voor in een bepaling van een eeuwenoud Utrechtsch „placaetboec". Het is een politie-verordening, die een grootere negatieve dan positieve strekking had. Zij had tot doel: „omme te weren de arme luyden, die alhier stervende, dikw'ijls een huys vol kinderen komen na te laten". Voor deze arme weezen had een onbarmhartige maatschappij „huis noch kluis". Is men over iemands doen en laten in de wolken, dan kon men hem „boven de huizen prijzen". „Het gaat over de huizen heen", be- teekende: het overschrijdt verre de perken. Wanneer men „over de huizen" was, verkeerde men in een staat van opperste vreugde, welke wel eens gelijk werd geacht aan die, welke men bereikt na het geBruik van zekere geestrijke dranken. Het solidariteitsgevoel, de familie-zin kwam tot uiting in het oude spreekwoord: „Het is beter t'huis te eten gruys, als coren in eens an ders huis". Maar hiermee zijn wij dan het huis binnen gegaan. Misschien een „eigen huis", dat dan geen „kruis" mag zijn, zooals een ander spreek woord waarschuwt. Een „huisje van houd-aan" was in vroeger tijden een gastvrij huis, waarvan „de drempel" vaak „plat werd geloopen". Die er veel kw'am „was er weldra als kind aan huis". In dat ge val had de overdrijving van de gastvrijheid het nadeel, dat de gastheer niet altijd „baas was in eigen huis". Waren de al te veelvuldig komen de gasten eindelijk weg, dan mocht hij verzuch ten „het huis weer alleen te hebben". „Je kunt moeders huisje niet bewaren", werd gezegd tegen kinderen, die er niet in slaagden een appel of een peer zóó te schillen, dat de schil niet afbrak, of wanneer zij met de oogen knipperden, als men de hand daarvoor snel heen en weer bewoog. „Het huis bewaren" beteekende, op het huis passen, thuis blijven. Daar vandaan het oude spreekwoord, dat aan sommige moderne, z.g. geëmancipeerde vrouwen wel hard in de ooren moet klinken: „Gebroken beenen en eerbare vrouwen moeten het huis bewaren". Herhaaldelijk komen bij de Niagara-waterval len groote rotsblokken naar beneden, waardoor slechts ternauwernood ernstige rampen worden vermeden en van tijd tot tijd ook ongelukken gebeuren. Het beeld van de wereldberoemde vallen heeft zich dan ook in de laatste jaren aanzienlijk gewijzigd. De commissie voor het park wezen die het toe zicht op de Niagaravallen heeft, is dan ook van meening dat de huidige toestand zoodanige ge varen oplevert, dat met kunstmiddelen moet worden ingegrepen. Groote stukken rots zullen moeten worden opgeblazen en verschillende stroomversnellingen zullen moeten verdwijnen. De kans bestaat dat bij volledige uitvoering van het plan de Niagara-watervallen als zoodanig geheel zullen moeten verdwijnen en slechts een onbeduidende waterval, zooals er vele zijn, van de wereldberoemde Niagara-watervallen zal overblijven. Bloedvergiftiging heeft den dood tengevolge gehad van een merkwaardige figuur, Shembe, die zichzelf profeet noemde', en wiens religieuze seete onder de inboorlingen 30.000 leden telde. Shembe, in zijn wijd afhangend kleed, was een oer schilderachtigste figuren in het inheemsche leven in de omgeving van Durban. Hij had zijn hoofdkwartier in een dorpje nabij Inanda ge vestigd, en land gekocht, waar zijn volgelingen zich konden vestigen. Hij predikte het christendom in een vorm, die geheel uit zijn brein was voortgekomen, en die zeer rijk was aan ritueel. Shembe was oorspronkelijk schaapherder. On derwijs heeft hij niet genoten, doch hij bezat de gave van het woord. Hij beweerde de kracht te bezitten om zieken te genezen, en er doen verschillende verhalen de ronde, van wonder baarlijke genezingen, die hij zou hebben tot stand gebracht. Ze waren hun leven lang compagnons ge weest en huisgenootenze hoorden bij el kaar als Robert en Bertram, als Barnum en Baily, maar toen de leesvereeniging gesticht was, liep het mis. zoowel in de kantoren van den fouragehandel beneden als in de woon ruimten daar boven. De stichters van de lees vereeniging hadden besloten, dat de twaalf aan zienlijksten van het stadje voor het lidmaat schap zouden worden aangezocht, en nu was, waarschijnlijk toevallig, zonder opzet, Joe Bar- ttaby niet en Rudge w 1 gevraagd. Wel zei Bamaby, dat 't hem niets kon schelen, maar de vrouw van Rudge begon airs aan te nemen tegen z ij n vrouw ende langzaam groeien de verbittering plantte zich op de mannen over. Het duurde niet lang of Barnaby noemde de leesvereeniging een troep idioten, een belee- diging waarin Rudge niet berustte.... Van het een kwam het ander. Ten slotte spraken de compagnons niet meer met elkaar, en wat ze elkander over hun zaken moesten zeggen, ging via hun boekhouder. De verhouding werd zóó gespannen, dat een uitbarsting niet kon uitblijven. De zaak werd gesp.litst, het groote huis door een tusschen- muur en een nieuwe trap in tweeën verdeeld en er was weer vrede. Maar niet in de harten. Die bleven, aan weerszijden van den tusschen- muur, vijandig tegen elkaar kloppen. Maar om één ding hadden de heeren bij de regeling hunner zaken niet gedacht; om 't le vensgeluk van Charles Rudge en Gitta Bar naby. Gitta logeerde by een tante in de zelfde stad, waar Charles een zaak in heerenconfec- tie was begonnen. Ze wisten vooruit, dat hun ouders tegen hun huwelijksplannen, 'geleidelijk ontstaan, geen bezwaar zouden maken. Ze wa ren daarom overeengekomen, dat, als Gitta weer naar huis ging, Charles mee zou gaan. Ze kwamen samen in Lownits aan en liepen gearmd naar huis. Daar aangekomen, bleven ze met een ruk staan. Wat zagen ze? Twee fir ma-platen, twee zaken, twee smalle huisdeuren, die nog naar de verf rooken Onwillekeurig gleed Gitta's arm uit dien van Charles, ze keken elkaar aan, zij bloosdeen ging toen door de ééne deur; wat kon hij an ders doen dan door de andere gaan? Aan den eenen kant van den tusschenmuur werd toen veel gepraat en geschreid. Gitta ging eindelijk naar bed en de dokter moest komen. Aan den anderen kant echter hield Charles moedig stand tegenover het verhaal van z'n ouders. Hij zei dat hij 't heele geval belachelijk vond en dat hij en Gitta er niets mee te maken hadden. Hij ging alvast niet naar z'n zaak terug. Hier blij ven? O, neen, hij kende geen huis met zoo'n tusschenmuur; hij zou wel zoo lang in een hotel logeeren. Vlieg liep ze op de mannen toe, die ver baasd opkeken. In rad Chineesch legde Wietje uit wat er gebeurd was en de man nen begrepen haar onmiddellijk. Toen de mannen begrepen wat er gaande was, ken de hun verontwaardiging geen grenzen. Vlug volgden zij Wietje naar de plaats waar Pietje met den matroos aan 't vech ten was. Pietje had bij zijn gevecht met den ma troos het onderspit moeten delven. De man had hem overmeesterd en hem juist ge boeid, toen de Chineesche stokers, gevolgd door Wietje, binnenkwamen. In een oogen blik hadden de woedende landgenooten van Wietje den bandiet overmand en geboeid met dezelfde touwen waarmede hij Piet had gebonden. Doordat de stokers hun vuren echter in den steek hadden gelaten, begon het schip langzamer te varen. De kapitein op de com mandobrug had dit bemerkt en riep zijn lsten stuurman. Hij vroeg dezen om eens naar de stokers te kijken, want hij begreep niets van dit plotselinge vaart verminderen van het schip. De stuurman snelde naar be neden en kwam de stokers tegen, die juist met den gebonden matroos en Piet en Wiet op weg waren naar den kapitein. Het waren de moeders, die het eerst begrepen dat hun kinderen elkander hartelijk liefhadden en dat hun geluk niet aan zoo'n armzalig ge twist mocht opgeofferd worden. Ze legden hun trots tegenover elkaar af en besloten ieder af zonderlijk een aanval te wagen op hart en hoofd van hun echtgenoot. Het resultaat was, dat drie dagen later Charles weer naar huis kwam; dat Barnaby en Rudge een bespreking hadden bij den notaris, die als onpartijdige derde tot be-" middelaar gekozen was en dat Gitta aan den anderen kant van den tusschenmuur een kijkje ging nemen. De besprekingen tusschen Gitta en Charles liepen als van een leien dakje; tusschen de bei de vaders hadden ze weinig resultaat. Ze stelden elkander de onmogelijkste voorwaarden en kwamen knorrig thuis met de boodschap, dat 't niet ging. Maar de vrouwen vonden het dwaas, zaken en liefde door elkaar te halen en gingen opnieuw tot den aanval over. Ze redeneerden niet meer, maar pruilden en mopperden of zwe gen halve dagen, totdat de heeren Barnaby en Rudge zakelijk het feit van de liefde hunner kinderen vaststelden; ze moesten dan hun eigen weg maar gaan. Ieder zou z'n kind wat mee geven. Voor de verdere regeling moesten hun vrouwen maar zorgen. De moeders keken echter naar den tusschenmuur, waarvan de kalk nog niet goed droog was. Vier weken later zou het bruiloft zjjn. Ze werd gevierd met pracht en praal. Er werd in 't hotel geluncht. De vaders zaten een be hoorlijk eind van elkaar en toen ze het woord voerden bleek, dat elk van beiden z'n eigen fa milie met één persoon vermeerderd achtte, zon der zich bewust te zijn, dat die persoon er op eigen gelegenheid nog andere familie op na hield. De hotelhouder presenteerde eiken vader een rekening voor de helft van het schriftelijk over eengekomen bedrag, de jong gehuwden gingen op reis en elk der ouderparen ging door het eigen deurtje het eigen halve huis binnen. Dagen, weken, maanden verliepen rustig. Nu het voornaamste doel bereikt was, hadden de dames Bamaby en Rudge het niet noodig ge vonden den omgang te hervatten; Joe Barnaby en Pol Rudge ontweken elkaar stelselmatig. Over de jongelui werd niet veel gepraat aan weers zijden van het muurtje, totdat.... de moeder van Gitta telegrafisch verzocht werd naar de stad te komen, omdat een jeugdige Rudge z'n intrede in de wereld gedaan had. Een maand of acht later kondigde het jonge echtpaar z'n bezoek bij de ouders aan. Moei lijkheden ontstonden echter hieruit niet, want Gitta had geschreven, dat zij met haar kleu ter bij d'r moeder zou logeeren. Charles bleef maar een paar uurtjes en zou later vrouw en kind wel komen halen. Het kind zou dikwijls bij zijn ouders op visite komen. En zoo geschiedde het, dat er in Joe Bama- by's helft een wieg kwam te staan, waarnaast de gebaarde grootvader zeer dikwijls met aan dacht naar het kinderkopje zat te kijken. Als de kleine dan uit z'n middagslaapje ontwaak te, begon te lachen en aan den baard van z'n grootvader plukte, kon de oude man z'n pret niet op. Een paar dagen daarna werd het kind bij de Rudge's verkouden. Niezend kwam het in den huize Bamaby en direct liet de givtvader aan dien kant van den tusschenmuur, den dok ter halen. Het kind moest naar bed en in een deken gewikkeld, werd het weer deur-uit deur-in gedragen, gevolgd door de bezorgde grootouders Rudge, die geen rust hadden, als ze den kleine niet hadden zien toestoppen. De en bang, de groot- moeders fluister- i muur 1 den tegen elkaar en Gitta zat te huilen en schold bij tusschenpoozen op dien ellendigen tusschenmuur. Aan weerszijden van de wieg zat een groot vader tot het avond werd. Als het kind niesde, voer beiden een schok door de leden. Ze lieten zich geen van beiden overhalen, de wacht bij de wieg aan anderen over te laten. Als ze naar bed gingen, zeiden ze, zouden ze toch geen oog kunnen dicht doen. De vrouwen fluisterden. Het kind sliep wel is waar rustig, maar scheen het zeer warm te hebben. Den volgenden morgen, toen Pol Rudge en Joe Bamaby zich met angstig vertrokken ge zichten over de wieg bgen, deed de kleine z'n groote, stralende kijkers open, keek vroolijk naar omhoog en greep met de eene mollige hand den langen baard van grootvader Bamaby en met de andere den grooten neus van grootvader Rudge, en probeerde, helder kraaiend, zich aan die twee ongewone steunpunten omhoog te trek ken. De twee vijandelijke hoofden kwamen hoe langer hoe dichter bij elkander; ze wilden zich losrukken, maar bedachten zich. De kleuter zou het niet aardig vinden. Ze deden beiden hun oogen maar dicht, om elkaar niet aan te zien. Toen de dokter kwam en zei, dat het kind 's middags wel op mocht, keek grootvader Bar naby grootvader Rudge aan met een heel kal- men blik. Rudge ging weg met een eigenaardig lachje. Een paar uren later dreunden zware moker slagen door het dubbelhuis. Dat deed een werk man met een witten kiel, die den eersten steen van den tusschenmuur los sloeg. En nog vóór de dag ten einde was, lag de tusschenmuur in stukken en brokken verspreid op den grond. Volgens te München gepubliceerde cijfers telt Duitschland 7.600.000 leerlingen van scholen, terwijl het aantal onderwijzers 190.000 be draagt, waardoor het aantal leerlingen per klasse gemiddeld 40 bedraagt. Engeland heeft van alle landen in Europa relatief het grootste aantal onderwijzers, name lijk 170.000. Het aantal schoolkinderen bedraagt 5.000.000, zoodat het gemiddelde aantal leerlingen per klasse 29.4 bedraagt. Frankrijk telt 4.000.000 leerlingen en 132.000 onderwijzers, of op 30.3 leerlingen een onder wijzer. De Vereenigde Staten met 21 millioen school kinderen vormen het land met de grootste schoolbevolking ter wereld. Begin Juni zal een aanvang worden gemaakt met den aanleg van de tweede lijn van den ondergrondschen spoorweg te Moskou; 35.000 personen zullen bij deze werkzaamheden em plooi vinden. Koning George van Engeland heeft aan de Canadeesche bisschoppen den zilveren jubileum- penning toegekend. Deze penning werd eveneens uitgereikt aan Mgr. Andrew Cassulo, Pauselijk Nuntius in Canada en aan talrijke priesters en klooster zusters, die zich in dienst der lijdende mensch- heid hebben gesteld, en zich door buitengewone verdiensten hebben onderscheiden. Veertig Sovjet-ambtenaren zijn veroordeeld tot gevangenisstraffen van 3 maanden tot 10 jaar, wegens corruptie en machtsmisbruik. Een ambtenaar die verantwoordelijk is gesteld voor het veerpont-ongeluk, waarbij 28 kinderen ver dronken, kreeg 5 jaar gevangenisstraf. Een drietal Grieksche orthodoxe bisschoppen verzet zich tegen de invoering van den Grego- riaanschen kalender in Griekenland. Zij wen- schen handhaving van de Juliaansche tijdre kening, waarin zij worden gesteund door een groot aantal geloovigen. De aarts-bisschop en de H. Synode nemen evenwel den Gregoriaan- schen kalender aan en hebben de regeering verzocht de campagne tegen dezen maatregel te verbieden. Al 1? A NI NIET 'Q op dit blad zijn ingevolge de verzekerlngsvoorwaarden tegen U bij levenslange geheele ongeschiktheid tot werken door 17 jrt bij een ongeval met U OCA ft I 'I ongevallen verzekerd voor een der volgende uitkeeringen I UU«" verlies van beide armen, beide beenen of beide oogen I WV»1" doodelijken afloop x «üv«a AANGIFTE MOET, OP STRAFFE VAN VERLIES VAN ALLE RECHTENGESCHIEDEN UITERLIJK DRIE MAAL VIER EN TWINTIG UUR NA HET ONGEVAL bij verlies van een ham» een voet of een oog den scherpen toon van een collega, van c e Ze werkelijk hield, schoten Ottilia's blauwe Sen vol tranen. Mabel, die naar het mid- ïei*st« tafeltje ging, merkte die tranen op en „Werkelijk, als men iemand gestooten heeft, 1 kan men toch wel zijn excuus maken?" j,,. dit verwijt braken de reeds lang gespan- c 1 zenuwen van Gwenna los en ze riep heel ~®!eefd, met venijnige stem: toch je mond.'' flj iaar het volgend oogenblik, nadat ze aan J kleine uitbarsting van toorn had toegegeven. Jouwde het haar en verlangde ze. om weer tvry^6 maatjes te worden met de andere Puten. Deze echter wilden er niet van hooren t verontwaardigd draaiden ze haar den '*ug jjJ' begonnen met opzet tegen elkaar te a1n en negeerden Gwenna opzettelijk. - ""at is een buitengewoon lange brief, dien je (•pJj geschreven hebt, Ottilia!" zei Mabel. ri\; X'l ze een handje hielp, om een half dozijn lie velletjes postpapier op te rapen, die met fijn en scherp handschrift in het Duitsch Sahreven waren. die voor den geliefden broer bestemd?" "ttilia knikte toestemmend met haar blond hoofd, terwijl zij den brief met den aanhef: „Geliebter Karl" in de grijs-linnen enveloppe stak. „Goede hemel. Me dunkt dat hij een echte Duitsche spion is, die broer van je," zei Mabel schertsend. „Je moet onze staatsgehei men niet weggeven, hoor! We zouden de auto riteiten hier krijgen, om hun neus overal m te steken. Het zou vreeselijk zijn, zoo Engeland met Duitschland in oorlog kwam en je dan tot onze vijanden behoorde!" Ze sprak erover alsof het even fantastisch was, als Gwenna's droomvlucht van den vorigen nacht. De Duitsche typiste antwoordde in den zelfden trant: „Als het tot oorlog zou komen, dan zou ik het regiment van Karlchen doen beloven om je huis in Clapham te sparen; maar aan oorlog denkt hij niet eens. Hij stelt groot belang in bouwwerken, omdat vader architect is van beroep. Ook wil hij graag kaarten hebben van de Theems en dergelijke dingen meer Hij heeft mij gevraagd, wekelijks een lange be schrijving te sturen.... Gaan we vandaag uit lunchen?" Zonder eenige aandacht te schenken aan Gwenna gingen de twee meisjes weg in de rich ting van Whitehall. Het Welsche meisje lieten ze alleen achter in de verlaten kantoren. Gwennna had geen trek in een lunch. Zij dronk een glas lauw water uit de leidingwaterkraan van de kleedkamer en at eenige aardbeien, die ze in haar tasch had meegebracht. Daarna ging ze zonder hoed in haar grauw linnen costuum uit één stuk naar de werf, om een luchtje te scheppen. De werf was verlaten en de zon was heet. Gwenna slenterde voort over den met houtkrullen bezaaiden grond, waar rondom haar voeten de talrijke Londensche duiven statig stapten en kirden en elkaar lief koosden. Boven haar verhief zich als een toren het reusachtige, ijzeren kantwerk, op twee ontzaglijke, metalen pennen gespannen. Het leek een patroon, dat met pen en zwarten inkt op het blauwe uitspansel was geteekend, als een ontwerp van een architect. Het zien van die hoogte deed haar weer denken aan vliegen. „Ik geloof niet, dat ik mij ooit zoo hoog bevinden zal, met de blauwe lucht beneden en om me heen, zooals ik altijd zoo vurig ge- wenscht heb," peinsde het meisje, droefgees tig naar boven starend. „Ik geloof, dat mijn droomvlucht van gisterennacht de eenige vlieg tocht van mijn leven zal zijn!" En wederom overmeesterde haar dat onweer staanbaar verlangen, dat zuiver verlangen, om zich te verheffen, los van de wet, die de kin deren der menschen gekluisterd houdt aan de aarde, aan de stof, waaruit zij voortkwamen en waartoe ze allen zullen wederkeeren. Maar wat vermocht ze, om dit intense ver langen te bevredigen? Slechts één ding: zij kon klimmen. Aan stonds zette zij dit idee om in een daad en ondernam den roekeloozen tocht naar dat ijzeien kantwerk; ze klom zooals de matrozen over de touwladders van een hoogen mast naar boven klauterden. Hooger wilde zij stijgen, naar het uiterst punt van de torenspits, om van het Londensche panorama te genieten, zooals ze dat den nacht tevoren in haar droomgezicht bewonderd had. Zij begon haar waaghalzerij, niet in de open lucht, maar aan de binnenzijde van het steigerwerk, dat een mengeling was van dwarsliggende en rechtop staande balken en planken vloeren. Het scheen Gwenna toe, alsof ze onder de houten pier te Aberdovery stond en omhoog keek. Zij beklom ladders, ging door luiken, stak platformen over, waar weer andere ladders gereed stonden, om haar nog hooger op te voeren, totdat zij het laatste luik bereikte en eindelijk vanuit het benauwde halfduister weer in zonneschijn en versche lucht kwam. Zij stond nu boven op het platform van het solied gebouwde onderstel, dat de machine schraagde. Straks zou ze ook het ijzeren netwerk beklimmen, ze gevoelde er zich toe in staat; ze had nooit hoogtevrees noch duizelingen gekend. Haar voeten, stevig in bruine schoentjes gesnoerd, waren zoo zeker van hun stap, als de hoeven van de kleine schaapjes, die zoo veilig en vast tegen de steile wanden klauterden van de bergen in haar geboorteland. Zij kon klimmen als de beste onder de mannen, maar ze wilde even rusten en bij de leuning staande, die het platform omgaf, genoot ze van de frissche bries rondom haar. De vogels van de stad, duiven en spreeuwen vlogen in snelle vlucht ver beneden de hoogte, waarop zij zich bevond. Geheel Londen lag vóór haar als een schilderij, juist zooals zij het in haar droomen aanschouwd had en met het zelfde bewustzijn van veiligheid keek ze erop neer. Daar in de verre diepte, tusschen de wouden van schoorsteenen, glinsterde de heirbaan van de Theems, blauw-grijs de lucht weerspiege lend en te voorschijn tredend uit die heer lijke, groene oorden, waar ook de wilgen groei den op het grasveld, dat het tooneel geweest was van het gemaskerd bal. Verder stuwde zij haar wateren voort naar Londen, dat haar hel derheid bezoedelde, haar belaadde met zijn schepen, en haar overschaduwde met zijn brug gen, doch haar loop niet vermocht te stuiten. En trotsch en krachtig vervolgde de stroom zijn weg naar Greenwich en naar de dokken met hun reuzenstoomers, om zich dan in de Noord zee te werpen. Recht beneden haar in de ontzaglijke diepte, zag zij opeens de miniatuur kantoortjes, het microscopische werfje, waar ze haar klimtocht was begonnen, alsmede de mannetjes, die weer aan den arbeid togenDe heele plaats scheen niet grooter dan een kippenloop vol gevo gelte. Het geluid der stemmen was duidelijker verstaanbaar dan ze van die poppetjes ver wacht had. Zij staarde en mijmerde aan den rand van dierf planken vloer bij de reeling. Ze voelde zich zoo ver verwijderd van de wereld, en voelde geen lust, daarheen ooit terug te keeren. „Ik ben hard van plan, mijn betrekking aan het kantoor op te geven en ergens anders een geheel anderen werkkring te zoeken," dacht ze opstandig en dit besluit alleen stemde haar reeds opgeruimder. Een last scheen van haar afgegleden en opwaarts steigerde de fantasie van de jeugd. Vergeten waren, in deze oogen-, blikken, alle verlangens en teleurstellingen van de laatste weken, de verbittering van dezen ochtend waarop zij met de andere meisjes ge kibbeld had. Zij was nu boven alle aarosche zorgen verheven Dan, plotseling, kreeg ze een schok zóó hevig, als die welke haar uit haar droom zoo ruw had opgeschrikt. Want eensklaps, zonder eenige waarschuwing, werd haar gemijmer gestoord door het geluid van een bekende stem. En als uit net niet opgedoken, achter haar, zei iemand met een diepen zachten lach: „Mijn machine? ja! Zeer attent van uPaul Dampier's stem! De kleine Gwenna, geheel in haar gedachten verslonden en met den rug gekeerd naar het valluik, had niets vernomen van het geluid van vijf paar voeten, die denzelfden weg awamen. dien zy beklommen had. Overrompeld door den plotselingen schrik, toen ze te midden van haar droomen de stem van haar geliefde hoorde, juist hier, waar zij het t minst ver wacht had, hier tusschen hemel en aarde, deed zij een misstap en verloor haar evenwicht. Haar voet gleed uit. Zij viel. Half lag ze nog op het platform uitgestrekt, haar voet en enkel staken reeds over de duizelingwekkende diepte, zooals de arm van de kraan. Zij klemde zich krampachtig aan de dunne metalen reeling vast. Zoo hing zij voor 'n martelend oogen blik in doodsangst. Maar nauwelijks was haar angstkreet wegestorven, of de figuur van een forschen man flitste bliksemsnel over de plan ken van het valluik. (Wordt vervolgd)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1935 | | pagina 9