Generaal van Heutsz-monument De Koningin eert den doode 1 Nationale verloting kan handen werk geven veel Zijne Exc. Min.-president Colijn huldigt zijn vroegeren chef als groot legeraan voerder AMSTERDAMMER GROOTSCH OPGEZET PLAN ZATERDAG 15 JUNI 1935 Koninklijke galastoet Aantrekkelijk voor het publiek Kerkelijk leven De hoofdstad prijst zich gelukkig haar burger blijvend te kunnen vieren „Kleurenpracht" Op het Olympiaplein Luit.-gen. Swart spreekt Minister Colijn's rede Tien millioen gulden zouden aan werkverruiming ten goede komen Geen contanten Daarmee kan gewerkt worden Onthulling en défilé Overdracht Dank van den burgemeester Vertrek KONINKLIJKE NEDERLANDSCHE EDELMETAAL BEDRIJVEN JUBILEUMSTENTOONSTELLING 1835-1935 DEN HAAG - PULCHRI STUDIO H.H. WIJDINGEN Bisdom Roermond In het Bisdom Haarlem HET WEER BLIJFT ONGESTADIG Maar toch kans op opklaring DR. Aw DRUBBEL M.S.C. Geen audiëntie Kurhaus-concerten Hedenmiddag is door H. M. de Konin gin in bijzijn van H. K. H. Prinses Ju liana te Amsterdam het grootsche mo nument op het Olmpiaplein ter eere van generaal Joannes Benedictus van Heutsz onthuld als symbool der twee eenheid van Nederland en de gebieden over zee. De oud-medewerker van den pacificator van Atjeh en herschepper der cultureele zoowel als staatkundige ontwikkeling van Ned. Oost-Indië, die van Heutsz was, de tegenwoordige mi nisterpresident Colijn heeft daarbij een rede gehouden waarin hij de blijvende waarde der persoonlijkheid van Van Heutsz schetste. Het kleine Indische le ger hernieuwde deze naar den geest, zoodat ons nominaal gezag in heel Ned. Indië kon worden een effectief gezag. Deze nieuwe richting heeft hij als land voogd, als gouverneur-generaal gevolgd. Terwijl zijn beteekenis voor het Indische leger ver uitgaat boven die van een ge woon legeraanvoerder, staat hij in nog meerdere mate boven anderen uit in zijn ambt als landvoogd over Aziatisch Nederland. Een eerewacht van de Koloniale Re serve stond met een dertigtal ridders der Militaire Willemsorde, die onder van Heutsz hadden gediend, ter weerszijden van het Koninklijke paviljoen. De aan wezigheid der ministers en zoovele mili taire en civiele hoogwaardigheidsbeklee- ders schonk bijzondere praal aan de plechtigheid. Het monument zelf dat 93.60 M. lang en 24.90 M. hoog is, symboliseert in zijn horizontale lengtewerking met bogen en reliefs uit het Indische leven de een heid van het Nederlandsch Gezag, ver zinnebeeld in het midden door een vrou wenfiguur met wetsrol, geflankeerd door leeuwen. Aan de voorzijde is de bron zen reliefbuste van Van Heutsz aange bracht. Architect en beeldhouwer zijn ir. G. Friedhoff en F. J. van Hall. Was 7 Juni 1927 de overbrenging van het Stoffelijk overschot van het Paleis aan den Dam haar den grafkelder op de Nieuwe Oosterbe- Sraafplaats tot een machtig militair eerbetoon geworden zooals Amsterdam slechts zelden in hen loop der eeuwen gekend had, de onthul- ling van het monument is de blijvende monu- hientale vastlegging van v. Heutsz' beteekenis v°or ons volk. Ruim tweeduizend genoodigden hebben de onthulling bijgewoond. In 1927 stelde M. het paleis beschikbaar voor een laatste eer aan het uit Clarens overgebrachte stoffe- hjke overschot. Thans wilde de Landsvrouwe persoonlijk de nagedachtenis eeren mede door ®en kranslegging voor het monument evenals Ra haar Prinses Juliana en talrijke deputaties heden. Des morgens te circa elf uur was H. M. te "hïsterdam per auto via de Weesperzijde aan gekomen en had met Prinses Juliana, die iets ter uit Friesland terugkeerde, op het paleis aah den Dam de lunch gebruikt. Bij het uitrijden des middags werden echter tet de auto's gebruikt, maar de a la daumont ^Pannen vorstelijke galakoets met de er paarden en twee berijders. Deze majesta- iike stoet lokte veel bekijks. De politie had 'gebreide maatregelen genomen. Bet eerste bezoek gold de tentoonstelling co ^hrenpiacht" in het Vondelpark waar het j e „Practisch Werken" door jonge werk ster een rhododendr°n- en azalea-tentoon- W t had d0en hirichten. De voorzitter van Voo ndelpart: mr- Chr. P. van Eeghen en de Wmtter van het comité hr- M. de Hartogh aa en h-. J. A. Josephus Jitta ter ontvangst ^nwezig welke laatste als voorzitter van het ion!»3°nstellingscomité de hooge bezoeksters dgeieidde. Het bezoek duurde een twintigtal nuten. dames mevr. Van Eeghen—Hel weg' mevr. Josephus Jittar—Vleck en de hee- c" ,E- G- Volkersz, van het tentoonstellings- en J. Jongsma, leider der jongelui, wer- jh nog voorgesteld. Tijdens het bezoek werd Publiek, op verlangen van H. M., niet ge- *Wr<LjEnkele Pahen waren alleen vrij gehou- De zeventig jongens waren aan den arbeid. ^^fet een omrit bereikten Koningin en Prinses V;j, e uur bet Olympiaplein. Tegenover den ^acht welke voor het monument is aangelegd **1- h het 1yceum door architect Baanders «en °°gte van he Valeriusplein gebouwd) was Pa P.avili°en ingericht voor de Koninklijke Sernüi6 mett ter weersziJhen plaatsen voor de banrI0ctighen. Het geheele plein was in ver hoor ,met de £r°°te officieele belangstelling j/ he politie afgesloten. v'ar VC famllieleden van generaal v. Heutsz aanwezig ministers, Kamer-, Staten- en "^sleden, burgemeesters van enkele gemeen ten en vele andere autoriteiten. De vorstelijke personen werden verwelkomd door het uitvoe rend comité der in 1924 ingestelde commissie tot huldiging van de nagedachtenis van gene raal Van Heutsz. Twee personen, de eere-voor- zitter Prins Hendrik en de voorzitter Z. Exc. Idenburg waren door den dood aan de commis sie ontvallen. Deze commissie bestaat uit luit.- generaal H. N. A. Swart, voorzitter, C. G. Vat- lier Kraane, secretaris, W. C. Bonebakker, pen ningmeester, F. M. L. baron van Geen, J. B. van der Houwen van Oordt, dr. J. G. Konings bergen, mr. dr. M. S. Koster, mr. W. Suermondt en Th. J. Veltman. De Koninklijke Standaard werd aan den vlaggestok geheschen en de Kon. Mannenzang- vereeniging „Apollo" onder leiding van Fred. J. Roeske hief „Wilt heden nu treden" aan, ge volgd door de hymne van Jac. Denijs, op mu ziek gezet door P. A. Zwijssig, ter nagedach tenis van gen. v. Heutsz. De voorzitter, luitenant-generaal H. N. A. Swart, hield alsdan een rede waarin hij schet ste hoe deze hulde tot stand kwam voor den op 11 Juli 1924 te Montreux overleden generaal Van Heutsz. Bij de begrafenis te Clarens was de heer Vattier Kraane aanwezig en deze sprak het vertrouwen uit, dat het stoffelijk overschot in eigen land zou rusten en geëerd worden. Zoo is ook geschied. 20 Aug. 1924 werd een commissie opgericht en 7 Juni 1927 is het stof felijk overschot geplaatst in den grafkelder, welke gedekt is met het monument van Ingen- bous. Er waren voldoende gelden nog over voor een ander groot monument, dat heden nu wordt onthuld. Door de jury werd opdracht gegeven aan vier architecten die hun beeldhouwers kon den kiezen. Zoo is dit monument tot stand ge komen. Het wil niet zijn een persoonsverheerlijking, maar een hulde aan zijn levenswerk. Rondom de vrouwenfiguur welke het Nederlandsch ge zag symboliseert vormen reliefs uit den Indi- sthen Archipel een „gordel van smaragd, welke zich om den Evenaar slingert." Aan de achterzijde van het voetstuk staat: Zijn scherpe blik Zijn helder verstand Zijn krachtige wil Bevestigde het gezag en Bevorderde de welvaart In Nederlandsch Indië. Na Z. Exc. luit-generaal Swart nam de mi nister-president Z. Exc. dr. H. Colijn het woord tot het uitspreken der herdenkingsrede. Als Piutarchus zich zet voor de levensbeschrijving van Alexander en Caesar schrijft hij dat hij geen omstandig verhaal wil geven, maar veeleer de beteekenis van personen en arbeid wil be naderen. Zoo ook hier. Spr. wilde de aandacht vragen voor le v. Heutsz' beteekenis voor ons Indisch leger en 2e op den beslissenden invloed door hem uitgeoefend op den toenmaligen gang der cultureele ontwikkeling der Indische vol ken en de daarmede verband houdende staat kundige evolutie. We kunnen hem niet schilderen als een veld heer met klinkende veldslagen, maar wie uiting wil geven aan de waarde als koloniaal soldaat, aan zijn beteekenis voor het Indische leger, kan niet beter doen dan zulk een gedachte aldus te formuleeren: hij vooral is het geweest, die het gevoel van militair onvermogen, dat de Regee ring eenigen tijd beklemde, heeft doen verdwij nen. Lang had men de kracht van het Indische le ger en de beteekenis van zijn actief kunnen onderschat en te lang had men daardoor ver zuimd te doen wat, naar het bestel dér Godde lijke Voorzienigheid, tot Neerlands roeping in Azië behoorde. Het was vooral om die reden, dat men jegens de gewesten buiten Java en Ma- doera op enkele uitzonderingen na een politiek van onthouding tot leidend beginsel aan vaard had. Het is op dit punt nu, dat omtrent het tijd stip der eeuwentelling de figuur van van Heutsz als soldaat een beslissende historische beteekenis erlangt. Hij is het die in enkele jaren toonen zal, dat de gekoesterde vrees volkomen ongegrond was. Met een troepenmacht, rriet be duidend sterker in getal dan die, welke noodig was geweest om een gebied van 1 vierkante G.M. vast te houden, wordt geheel Atjeh tot onder werping gebracht en daarmee proefondervinde lijk aangetoond, dat de gangbare opvattingen over wat kon en wat geacht werd niet te kunnen onjuist waren. En welk magisch middel werd nu aangewend om zoo gansch ongedachte resultaten te berei ken? Het waren toch dezelfde manschappen als tevoren, dezelfde officieren en onderofficieren als voorheen. Ook de bewapening verschilde nauwelijks van die van de voorafgegane kwart eeuw. Geen ander middel werd gebezigd dan wat van Alexander, van Hannibal en Caesar af tot op dezen dag toe, de waarde van een leger bepaalt: het aankweeken van een geest van initiatief, van durf en van moed om verantwoordelijkheid te dragen. Dat alles moet men zien als de vrucht van door van Heutsz gewekte vernieuwde militaire waarde „Créateurs de Valeurs". Wanneer men den blik langs wijder horizon laat gaan, moet men erkennen, dat hij in nog meerdere mate boven anderen uitstak in zijn ambt als Landvoogd over Aziatisch Nederland. Toen gedurende het eerste kwart der 19de eeuw het Nederlandsche Staatsgezag over Indië her steld werd, strekte buiten Java, de Molukken en de Minahassa het effectieve gezag der re geering op Sumatra zich slechts uit over de stad Padang met onmiddellijke omgeving en over onze nederzetting te Palembang. Op Borneo had den we 3 kustplaatsen bezet en op Celebes een vestiging te Makassar. Ons gezag in deze gebie den reikte niet veel verder dan de dracht van een geweerkogel, en dat was in die dagen niet heel ver. Gedurende den loop der 19de eeuw kwam in dien toestand wel eenige verbetering, maar bij het optreden van van Heutsz als Gou verneur-Generaal was het meeste toch nog te doen overig gebleven. Vooral als men niet al leen let op de breedte der te volbrengen taak, maar ook op de diepte, op de intensiteit onzer bestuursinwerking, op de omzetting van een no- minalen of halfnominalen in een effectieven in vloed van het Nederlandsch gezag. In de 17de en 18e eeuw was het gezag nomi naal omdat niet bestuursvoering, maar koopman schap doel was. Gedurende de 19de eeuw ver anderde dit ten goede. Maar 't was in het kro ningsjaar 1898 dat een nieuwe uiting zegevierde in beginsel. Toen n.I. onder verantwoordelijk heid van van Heutsz als gouverneur van Atjeh, van Van Wyck als landvoogd en van Cremer als verantwoordelijk minister, besloten werd de on derwerping van geheel Atjeh na te streven; die nieuwe richting werd voor het overige deel van den Archipel aanvaard vanaf het oogenblik, dat de Kroon, op voordracht van Minister Iden burg, den generaal van Heutsz tot Gouverneur- Generaal benoemde. Uitsluitend nominaal gezag kon ons blootstel len aan verwikkelingen, waarvan de draagwijdte nauwelijks te bepalen viel. Reeds daarom ver dient de nieuwe gedragslijn te worden beschouwd als van primordiale beteekenis. Maar niet alleen daarom. De groote verschei denheid in den Indischen Archipel van volken Aan boord van de torpedobootjagers „Kortenaer" en „Van Ghent" werd Vrijdag te Amsterdam een tea aangeboden aan de deelnemers van het internationaal concours hippique. De aankomst van den minister van Defensie mr. dr. L. N. Deckers, die de bemanning inspecteerde en talen, welke die van Europa soms overtreffen, is oorzaak, dat voorheen slechts van een bloot uitwendige eenheid van Indië kan gewaagd wor den. Een innerlijke eenheid kan slechts lang zaam groeien op de basis van een op alle dee- len gelijkelijk inwerkenden invloed van bestuur, politie, rechtspraak, onderwijs, enz. Met dit al les staan we voor een ontzettend werk van de allereerste orde. Dat heeft van Heutsz gedaan. Spr. ging om tijdswille voorbij menigen trek van scherp inzicht. Slechts wees hij op de door v. H. ingeleide ontwikkeling van het eenvoudige volksonderwijs, welks grondslag men ontijdig prijs gaf en welks grondbeginsel men na een kwarteeuw weer opnieuw zal hebben te aan vaarden. Spr. herdacht de talloos velen die, als spreker, met v. Heutsz mochten samenwer ken. Het verblijdt ons allen, dat H. M. de groep van onvervaarde mannen heeft willen eeren door den voorzitter van het hoofdbestuur van den Kon Bond van Ridders der Militaire Willemsorde beneden den rang van officier een koninklijke onderscheiding toe te kennen. Zich richtend tot Kpningin en Prinses be sloot minister Colijn: Als we in van Heutsz zien den voltooier van het werk door J.Pzn. Coen drie eeuwen Ite voren aangevangen; als we onzen blik laten gaan over de grenzen van het Rijk in Europa, als we de twee-eenheid Nederland— Nederlandsch-Indië zien, zooals dit verzin nebeeld is in de beide pylonen van dit monument met de kronende zon, als we in het werk van Van Heutsz ook onderken- nep. het volbrengen van Neerlands roeping in Oost en West, dan zegt de onthulling van dit gedenkteeken, door Uwe Majesteit persoonlijk, nog iets meer. Dan is die han deling ook een symbool voor de toekomst; dan roept Uwe Majesteit ook zonder eenig gesproken woord, ons daardoor toe: bewaar dit pand van „grooter Nederland" U door onze voorgeslachten toevertrouwd! En dan antwoorden wij, die van de ont hulling van dit gedenkteeken getuige zijn, dan antwoordt de geheele Koninklijke Weermacht hier en in Indië, dan antwoordt ook het overgroote deel van Uw volk: dit pand is ons heilig; wij zullen getrouw zijn in de bewaring ervan; met Godes hulpe getrouw tot in den dood! De Minister van Sociale Zaken heeft, naar wij vernemen, een plan in studie, waarmee door middel van een grootsch opgezette natio nale verloting jongere werklooze arbeiders en intellectueelen aan werkobjecten zouden te helpen zijn. De opzet der loterij is verder zóó, dat de geheele opbrengst dus ook kosten en prijzen ge heel aan werkverruiming ten goede zoude komen. De verloting zou bestaan uit een millioen loten van f 10 per stuk. Op het eerste gezicht lijkt de kans op vol ledig succes met een dergelijk grootsch opge zette loterij misschien niet groot. Dat echter de verkoop van dit aantal loten in Nederland, in de overzeesche gewesten en wellicht ook nog voor een belangrijk deel in het buiten land, mogelijk moet worden geacht, blijkt wel uit onderstaande gegevens: Jaarlijks koopt het publiek: Staatsloterij 63.000 loten, opbrengst f4.536000 „De Unie" 126.000 loten, opbrengst f 9.072.000 „De Toekomst" 63.000 loten, opbrengst f 4.536 000 „Het Hoefijzer" 63.000 loten, opbrengst f 4.536 000 „De Witte stad" 126.000 loten, opbrengst i 9.072.000 Minister Slotemaker de Bruine, die het plan voor de Nationale Verloting in studie heeft Haagsche Verz. Soc. 126.000 loten, opbrengst f 9.072 000 Sweepstake volgens taxatie f 10.000.000. Totale raming: f50.824.000, waarbij dan nog komt een niet te benaderen aantal buiten- landsche premie- en andere loten, die hier te lande worden geïmporteerd. Daarbij komt, dat de geheele opzet van deze loterij zeer aantrekkelijk is. De prijs van een lot is f 10 en de betaling kan desgewenscht geschieden in vier termijnen, te voldoen tel kens acht dagen voor een trekking. Want er zijn in totaal vijf trekkingen gedurende vijf tien maanden. Men krijgt dus op één lot vijf maal een kans en het is zelfs mogelijk vüt maal een prijs te winnen, want al wint men bij een der trekkingen, men blijft toch in de geheele serie meedingen. De hoofdprijzen bestaan bij de twee eerste trekkingen uit f 50 000, bij de derde uit f 75.000, bij de vierde uit f 100.000, bij de vijfde uit f 250.000. Bij de eerste trekking zullen er 516 prijzen van een totaal bedrag van f 226.000, bij de tweede 529 prijzen van totaal f 311.000, bij de derde 530 prijzen van totaal f 386.000, bij de vierde 785 prijzen van totaal f369.000 en eindelijk bij de laatste en hoofdtrekking 4378 prijzen be schikbaar zijn met een waarde van f2.959.000, Hierbij zijn behalve de hoofdprijs van f 250.000 een prijs van f 100-000, twee prijzen van f75.000, drie prijzen van f50.000, vier prijzen van f25.000 enz. Teneinde het doel van deze loterij zoo veel mogelijk te benaderen, zullen de prijzen niet in contanten, doch in den vorm van nog te bouwen huizen, desgewenscht in de woonplaats van den winnaar, of voor zoo ver het de kleinere prijzen betreft, in den vorm van nog te maken meubelen, ge- bruiks- en kunstvoorwerpen, booten enz. worden uitgekeerd, een en ander te regelen met de prijswinnaars. De uit te voeren bouwwerken worden in het openbaar aanbesteed, op voorwaarde echter, dat aan de uitvoering der werken slechts Ne derlanders en zoo mogelijk 50 pCt. (jeugdige) werkloozen deelnemen. Daar ook de kleinere prijzen zooveel mogelijk in gebruiks- of kunst voorwerpen zooals meubelen, schilderijen enz. (in overleg met de prijswinnaars) zullen wor den uitgekeerd, kunnen vele beeldhouwers, kunstschilders, bouwvakarbeiders, meubel makers, drukkQ-s, kantoorbedienden enz. hierin een dagtaak vinden, deels door de distributie der loten en de administratie van het geheel, deels door de uitvoering der voor de hoofd- en kleinere prijzen uit te voeren werkobjecten. Voor de laatste categorie zal ook zooveel moge lijk de détailhandel worden ingeschakeld. De inkomsten der verloting, bestaande uit de opbrengst der verkochte loten, zullen wor den gestort bij de Nederlandsche Bank te Am sterdam. De financiering der als prijzen uit te voeren werkobjecten zal geschieden uit dit tegoed bij de Nederlandsche Bank. Het netto provenu, dat voor elke volledige verloting kan worden geschat op drie en half millioen, komt ter beschikking van het Departement van Sociale Zaken, wederom ter verruiming van de fondsen voor het uitvoeren van werkobjecten door .(jongere) werkloozen. Terwijl allen zich van hun zetels verhieven schreed H. M. na de rede van minister Colijn naar voren en drukte op een knop, waardoor automatisch het reusachtige doek dat de mid denpartij van het monument bedekte, moest neervallen. „Apollo" zong alsdan plechtig de eerste strofe van het Wilhelmus. H. M. was de eerste die voor den vijver aan den voet van 't monument een krans neerlegde, op Haar volgden Prinses Juliana, de Regeering, de familie van Heutsz, de Koloniale Reserve, de Kon. Ned. Marine en het Nederl. Leger. Het Amsterdamsche Politie-Muziekgezelschap onder leiding van P. Aafjes, dat alreeds vóór de komst der Kon. Familie een concert gege ven had, begeleidde vervolgens met marsch- muziek het défilé der deputaties van de ver schillende militaire en andere vereenigingen, waarvan verscheidene een krans legden. Vóór iedere kranslegging brachten de vaandeldra gers hun groet aan de Koningin. We merkten onder de deputaties ook een op van de Alge- meene R. K. Officierenvereeniging. Na het défilé droeg luit.-gen. Swart het mo nument aan de stad over. Hij herinnerde in een toespraak tot burgemeester dr. W. de Vlugt er aan, dat Van Heutsz, ambteloos burger ge worden, als toegenegen burger in Amsterdam heeft gewoond. Voor Amsterdam had hij een zwak. Vele jaren heeft hij in de hoofdstad ge woond en alleen zijn gezondheidstoestand maak te het noodzakelijk dat hij naar Zwitserland ging. Hier in Amsterdam moest dus zijn mo nument verrijzen. Hier kan de Jeugd bij zijn monument de beteekenis der Indiën leeren verstaan onder leiding van haar onderwijzers. Moge het ongeschonden voor het nageslacht worden bewaard. Burgemeester dr. W. de Vlugt dankte H. M. voor haar aanwezigheid en prees Amsterdam gelukkig, dat binnen zijn muren dit monument is verrezen, dat de herinnering levendig houdt aan den man, wiens geschiedenis ten nauwste is saamgeweven met een van de belangrijkste episoden uit de historie van Ned. Oost-Indië. Blonk van Heutsz als beleidvol aanvoerder uit, zijn grootste werk is een werk des vredes ge weest. Zooals het monumentale van een bouw werk eerst op een afstand blijkt, zoo zal ook de grootte van v. Heutsz' arbeid eerst ten volle bewonderd kunnen worden na verloop van tijd. Zal de toekomst eerst recht doen aan het mo nument, dat v. Heutsz zich met Gods hulp in Indië schiep, het tegenwoordige geslacht eert reeds den man met breeden blik en geniale intuïtie, die een nieuwe periode in Indië in luidde. Het monument waarvoor we nu staan zal tot generaties blijven spreken van zijn werk. Het zal voor allen een spoorslag zijn. Het zal in Amsterdam staan als een uiting van bewondering en bezieling. Het stemt tot verheugen, dat dit gedenktee ken in dezen tijd, waarin zoo vele destructieve krachten trachten, haar heilloozen invloed uit te oefenen, tot stand kon worden gebracht. Want dit bewijst dat ons volk gelukkig nog het gioote weet te eeren. Zooals ik reeds opmerkte, prijst Amsterdam zich gelukkig, dat dit monument binnen zijn muren is opgericht. Het spreekt er zijn groote waardeering over uit, dat de Commissie tot huldiging van de nagedachtenis van generaal Joannes Benedictus van Heutsz dit gedenk teeken aan de gemeente Amsterdam overdraagt. Het gemeentebestuur aanvaardt dit monument gaarne en spreekt de verzekering uit, dat het met die zorgvuldigheid en piëteit zal worden onderhouden, welke het Nederlandsche volk aan de nagedachtenis van den grooten Nederlan der Van Heutsz verschuldigd is. Na afloop der plechtigheid vertrokken de Koningin en Prinses naar 't Loo. De galastoet zou tot de Hartveldtsche brug rijden, waar in auto's zou worden overgestapt. VAN KEMPEN, BEGEER VOS noodigt vrienden en belangstellenden uit tot een bezoek aan de INZENDINGEN OP DE PRIJSVRAGEN VOOR: GESCHILDERD DAMESPORTRET GEDENKPENNING ZILVERWERK SIERADEN 15—22 JUNI, 10 v.m.5 n.m. ZONDAG 2—5 njn. In de kerk van het Groot Seminarie te Roer mond heeft 2. H. Exc. Mgr. dr. G. Lem- mens, heden, Zaterdag de H. Wijding van het Subdiakonaat toegediend aan de volgende Eerw. heeren: Edmundus Beel, Roermond; Emestus van de Bergh, Weert; Gulielmus Coenen, Venlo; Josephus Custers, Heerlerheide; Victor Debets, Wylré; Henricus Gerrits, Vierlingsbeek; Alphon- sus Geurts, Maashees; Augustinus Geurts, Geijsteren; Petrus Geurts, Horst; Johannes Gilissen, Roermond; Gerardus van Helden, Maasniel; Joannes Hendrikx, Heythuysen; Eduardus Hoenen, Oirsbeek; Josephus Jacobs, Weiten; Henricus Janssen, Venlo; Josephus Keulen, Maastricht; Mathias Kuepers, Neder- weert; Julius Nabben, Sevenum; Hubertus Naus, Maasbree; Henricus Opveld, Roermond; Matthaeus Partouns, Breust-Eijsden; Petrus Peters, Ubach over Worms; Joannes Pisters; Valkenburg; Hubertus Roumen, Roermond; Wilhelmus Schulpen. Roermond; Eu genius Senden, Wijnandsrade; Theodoras Thijssen, Gennep; Joannes Tindemans, Weert; Hubertus Voncken, Wylré, allen van het Groot Semi narie; en verder aan de Eerw. fraters: Vincentius Tobben, Heer; Stanislaus van Melis, Zeeland, Hieronymus Lucoff, Oresch- Bulgarije; Marcellus Rietmeyer, Den Haag; Gabriël Sillekens, Baexem, van de paters Passionisten te Mook, en verder aan de Eerw. fraters: Joseph Elith, Breda; Bemardus Morak, Rot terdam; Alphonsus Coppelman, Eindhoven; Godefridus Eusenberg, Groningen; Bernardus Witbroek, Eindhoven; Amoldus de Laet, Amers foort; Emanuel Gueaux, Den Haag; Albertus Fenstra, Amsterdam, allen van de congregatie der Paters Redemptoristen te Wittem. Z. H. Exc. de Bisschop van Haarlem heeft heden, Zaterdag 15 Juni, in de Kathedrale Kerk „St. Bavo" te Haarlem de volgende H.H. Wijdingen toegediend: De Wijding van het H. Priesterschap aan de weleerw. heeren: A. Groen, C. A. M. Snelders, beiden van het Seminarie Warmond. Vervolgens de Wijding van het Subdiaconaat aan de eerw. heeren: G. A. Beek, J. J. Betjes, A. F. J. L. van der Boog, J. Breedveld, F. St. P. van Buchem; F. A. van der Burg, A. W. A. Danckaarts, Th. G. Drost, H. A. W. van Egmond, B. A. Emmelkamp, C. J. Graaf, Fr. Grent, H. L. Groeneveld, H. J. Heesterbeek, J. A. M. ten Hengel, J. J. Hetem, G. J. Hoogervorst, G. Jongkind, H. J. Kooyman, W. J. F. de Lange, J. G. Louter, P. J. M. Mat- thijsen, W. J. J. J. M. van Niekerk, J de Nijs, G van der Poel, J. J. M. A. M. van Rek, A. A. A. Rikkers, H. J. A. Roosen, Th. J. M. Ruiter, A. A. M. Sanders, J. A. M. Schmidt, C. Set, S. M. M. Steur, N. Tromp, W. G. Vet, M. J- Wenners, A. A. M. Wentholt, C. P. de Wit, M. J. M. Wuyster. Allen van het Seminarie Warmond. Ofschoon de depressie in het Westen minder diep werd en de hooge drukking zich vanuit t Zuidwesten uitbreidt, blijft voorloopig het ka rakter van het weer nog ongestadig. Een diepe secundaire uit Zuid-Frankrijk naar de Oost zee getrokken, heeft langs haar ban overal zware onweersregens gebracht. Te Vlissingen zelfs 29 m.M. In het Kanaal ligt een volgende minder diepe secundaire. In Oost-Duitschland en Polen is de temperatuur ver boven normaal en blijft het weer zonnig, in Frankrijk is merk bare afkoeling ingetreden en valt hier en daar nog regen; ook de Britsche eilanden hebben regenachtig weer bij normale temperatuur; in Scandinavië is het koel en buiig in het Noor den, regenachtig in het Zuidwesten en vrij warm in Zuid-Zweden. Indien de hooge drukking uit het Zuidwesten zich verder in Noordoostelijke richting uit breidt, is eenige opklaring te wachten. De weleerw. Pater A. Drabbel M.S.C. be haalde Donderdag 13 Juni in het Institutum Biblicum te Rome cum laude den Doctorsgraad in de Bijbelwetenschap op proefschrift „Les Livres Sapientiaux d'Israel dans leurs sourses piéexiliques". Pater Drabbel is de eerste Ne derlander die aan het Bijbelinstituut het doc toraat behaalt. Z. H. Exc. Mgr. dr. G. Lemmens. bisschop van Roermond, zal Dinsdag en Vrijdag as. geen audiëntie verleenen. Zondagmiddag a.s. is de zangeres Atie Brede- rodeBettink soliste op het concert, dat onder leiding van Ignaz Neumark in de Schevening- sche Kurzaal gegeven wordt. Zondagavond diri geert Carl Schuricht en is Willem Andriessen solist. Het eerste Kurhaus-volksconcert vindt Maan dag as. plaats. Dan is Fernando Zepparoni (viool) solist en heeft Ignaz Neumark de lei ding.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1935 | | pagina 5