Propaganda in Rusland Het conflict met Abessinië JAPANS POLITIEK IN CHINA Of Het nieuws van heden EENZIJDIG EN STERK Lagerhuisdebatten UIT VATICAANSTAD BRITSCHE KABINET BERAADSLAAGT UITLA TINGEN VAN EEN KOLONEL Beck's bezoek aan Berlijn DE BAROMETER VEREENIGDE KATHOLIEKE PERS BUREAUX VOOR REDACTIE EN ADMINISTRATIE: NASSAULAAN 51 -TELEFOON 13866 ABONNEMENTEN: Voor Haarlem en Agentschappen per week 25 cent; per kwartaal f 3.25; per post, per kwartaal f3.58 bij vooruitbetaling DAGBLAD UITGEGEVEN DOOR DE N.V. DRUKKERIJ DE SPAARNESTAD, HAARLEM - TELEFOON 13866 DONDERDAG 4 JULI 1935 Ochtendblad EEN EN ZESTIGSTE JAARGANG No. 19418 Zoowel heden als verleden wordt als propaganda-materiaal aangewend Welsprekende kleinig heden Het WeeriiiiiiiiiHiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiini| Regeering kant zich scherp tegen een door Lloyd George verspreid gerucht Staatscontrole op de Belgische Banken Het zal zijn definitieve gedragslijn eerst na overleg met Frankrijk vaststellen Italiaansche vlootraad bijeengeroepen Men streeft naar den val van Tsjang Ken Tsjek. Nanking zoekt tijd te winnen Revanche-gedachte in China Ondertusschen gaat China voort met de mo- Tsjang Kai Tsjek De Negus van Abessinië Gayda over den Volkenbond Interview met den Negus Vacantie De Poolsche minister confereert met Hitier De Habsburgsche ont eigeningswetten Opheffing zeer spoedig te verwachten? Uit het Derde Rijk Algemeen vergaderverbod tot 30 September Het Hauptmenn-proces Talrijke gratie-verzoeken NIEUWE HAARLEMSCHE COURANT Advertentieprijzen: Per lossen regel 50 ct., Ingez. mededeelingen 50 cent; idem op pag. één 55 cent per regel. Bij contract sterk verlaagde prijzen. Voor de kleine annonces „Omroepers" zie de rubriek (Bijzondere correspondentie) In onze vorige beschouwing hadden wij meer malen gelegenheid te wijzen op de vele kleine belevenissen, die alle min of meer neerkwa men op het signaleeren van een uitvoerig en uiterst ingenieus propaganda-systeem der Sovjets, een systeem dat vrij wat minder luid ruchtig is dan dat van 't Derde Rijk en dat vermoedelijk daarom meer resultaten zal kun nen afwerpen. Het huidige Rusland komt er rond vooruit, dat b.v. de kunstfeesten, die om beurten in Moskou en Leningrad worden ge houden, bedoeld zijn als manifestaties der hui dige artistieke potenties om den vreemdelingen een indruk te geven van de prestaties, waartoe öe Sovjet in staat is. Men kan zich door deze manifestaties laten epateeren, zoodat men aan öe leege kanten ervan voorbij gaat. Men kan echter ook overgaan tot een ontleding dezer verschijnselen en dan constateeren, dat het hooge niveau, waarop de vormen van tooneel, opera, ballet enz. staan, geen overwinning der huidige ideologie is, doch reeds tijdens 't vroe ger regiem aanwezig was. De Russen zijn steeds groote kunstenaars geweest in diverse artistieke uitingen. Daarom hebben wij er reeds op gewe zen, dat 't nieuwe kunstleven goeddeels faalt daar, waar 't er om ging specifiek communisti sche kunst af te leveren. Men heeft deze om standigheid wel eens willen verdedigen door de leuze: „wij maken geen kunst, wij zijn propa gandisten voor een idee", doch deze radicale kreet zal moeilijk aanspraak kunnen maken op 'n rede lijk succes bij hen, die de communistische le vensbeschouwing niet aanhangen en zich niet door een bijna perfecte uiterlijkheid laten be- invloeden. Zoo kan men dan ook rustig de tal rijke en imposante gebouwen bewonderen, die in de laatste jaren in het hart van Moskou uit den grond reaen en die getuigen van een archi tectonisch meesterschap, dat om aandacht Vraagt. Hieruit smeedt de propagandist argu menten, welke echter slechts de niet-critische geesten kunnen beïnvloeden en die zijn er na tuurlijk vele. Het spreekt inmiddels vanzelf, dat anderen zich niet zoo gemakkelijk laten mee- sleepen als b.v. de groote groepen eenvoudige bezoekers, die uit de omliggende dorpen naar de groote steden komep en onder de veilige hoede der gidsen musea, en andere gebouwen in oogen- Schouw nemen, en woord voor woord aannemen wat hun geleiders als hun meening te kennen geven. Zoo is er een opvallend verschil waar te nemen in de tendenzen die de gidsen in hun explicaties leggen, wanneer zij de luxu euze buiten-paleizen Peterhof en Detskoje Sselo aan het publiek toonen. Beide werden aoor Pe ter den Grooten gebouwd, die echter een bijzon dere voorliefde had voor Peterhof, dat aan de kust van de Finsche Golf op een vijftigtal kilo meter van Leningrad is gelegen. Men blijkt nog heden ten dage verheugd te zijn over dit bezit, dat men niet ten onrechte het Versailles van Leningrad noemt. De enorme luxe van dit ge weldige paleis, dat door een imposant en lijn recht kanaal direct verbonden is met de zee die slechts enkele honderden meters van den lusthof verwijderd is, was steeds een bitter con trast met de armoede van het Russische volk, doch de huidige mentaliteit neemt daar geen aanstoot aan. Het is immers niet zoozeer de luxe van dit gigantische slot en van het leven dat tsaren en adel eeuwen lang hier hebben ge leid, waarop men den nadruk legt, maar het is Peter's naam, die met Peterhof, meer dan mei Welk ander paleis ook, verbonden is èn Peter Was een vijand der rijke Bojaren en een vriend des volks. Evenals de bolsjewieken voor en na de revolutie in de leer gingen bij de West-Euro- fieanen en de Amerikanen, evenzoo ging Peter in Zaandam schepen bouwen. Men wijst dan ook met voldoening op het paleisje „Mon Plai- sir" (annex aan het groote paleis) waar Peter eenige Hollandsche vertrekken en een Holland- sche keuken had ingericht en waar hij zijn Prettigste uren doorbracht hetzij binnenshuis, hetzij op het ruime terras, in de schaduw van berken, die welig tieren op enkele meters af stand van de zee. Men is Peter den Grooten nog altijd dankbaar voor zijn illuster voorbeeld en beschermt zijn stad door de sterke vesting Kronstad, die we vanaf het terras van „Mon Plaisir" in een verren nevel zien liggen in Oos- Ook te Barcelona wisten Fagioli en Carac- ciola in hun Mercedes-wagens de over winning te behalen teljjke richting aan de zuidelijke kust van de Finsche Golf.... Maar ook Detskoje Sselo (Dorp der Kinde ren), vroeger Zarskoje Sselo (Dorp der Tsaren) genaamd, werd door Peter den Grooten gebouwd, althans begonnen, maar daar bleef het bij. Hij kwam er nooit en liet het in handen van zijn vrouw en zijn dochter, die er hun pleziertjes pleegden. En na hen werd Zarskoje Sselo door alle latere vorsten en vorstinnen boven Peterhof uitverkoren. Vooral de laatste Tsaar, Nicolaas II en zijn gemalin Alexandra vertoefden bijna het geheele jaar op hun buitenpaleis, dat ongeveer 50 kilometer Zuid-west van St. Petersburg lag. De weg er heen voert aan het einde door een klein armoedig dorp, dat bij aankomst van den hofstoet natuurlijk te hoop liep. In lompen ge kleed stonden de dorpsbewoners den stoet en hun aller heer en meester aan te gapen en zie: „deze armoede en ellende gaven den Tsaar en zijn gevolg een hoogst aangenaam gevoel van superioriteit; door deze tegenstelling werd de glans van de aankomst op het paleis aanzienlijk verhoogd" enz. Aldus luidt de explicatie der gid sen en terwijl de eene toerist Oost-Indisch doof blijft, knikt de andere begrijpend en geloovend. In deze stemming worden de zalen van het pa leis bezocht en naarmate we de vertrekken van den laatsten Romanof en zijn gezin naderen, wordt de uitleg pijnlijker. Het familieleven van dezen niet al te schranderen heerscher wordt in détails behandeld, en de tientallen ikonen, die boven Alexandra's bed hangen, demonstreeren „onweerlegbaar" hoe biigeloovig zij was. Wel spreekt uit de kleine vertrekken, die Nicolaas en Alexandra bewoonden en die zij stoffeerden met ontelbare familieportretten en kleine schilder stukken, een onvorstelijke vrees voor grootheid en ruimte, een angstgevoel, dat deze twee bur gerlijke monarchen de laatste jaren van hun leven bezeten heeft, alsof zij zich zelfs in hun eigen paleis niet veilig voelden. De geschiedenis heeft reeds uitgemaakt, dat Nicolaas klein en eenzelvig tegenover de groote gebeurtenissen van zijn tijd stond, maar juist deze wetenschap maakt een bezoek aan hun familievertrekken bijzonder pijnlijk. De paleizen die men thans aan de bezoekers toont, zijn, het spreekt van zelf, uitstekend propaganda-materiaal. Juist door deze vertooning wordt de' nadruk gelegd op de vroegere luxe voor enkelen, terwijl de mil- lioenen in armoede leefden.... Ik wil u nog een ander voorbeeld geven, dat. hoe miniem ook, een merkwaardig symp toom is van de propaganda-woede in het hui dige Rusland. In het museum van de Ermitage, grenzend aan het Winterpaleis hangen enkele schilderijen van den Vlaamschen schilder An thony van Dijck. Het schilderij stelt voor 'n En- gelsch edelman. De linkerhand van het portret is mislukt. Een verschijnsel, dat meer voorkomt, zonder dat men er diepzinnige beschouwingen aan vastknoopt. Hier echter heeft men schok kende verklaringen voor die hand bij de hand! En het verhaal luidt als volgt: van Dijck was naar Engeland gereisd op verzoek van den Engelschen Koning Karei I (er is méér dan één Karei I!), Voor wiens kapitalistische voorstellen hij bezweek. De vroeger zoo nauwkeurige en gewetensvolle van Dijck werd thans een snelle jager naar geld en zoo heeft hij in zijn haast en alleen gevoelig voor geld zijn kunst in den steek gelaten en nota bene een hand verknoeid. Men ziet het: tot zulke rampen leidt de invloed van het kapitalisme Wanneer we nu met een snelle beweging overstappen naar het Russisch museum en ons plaatsen voor het „meesterwerk" van de Rus sische schilderes Riangina, voorstellende een man, twee vrouwen en een kind, dan kunnen we, na geluisterd te hebben naar den vrien delijken gids, Onze conclusies trekken. De voor stelling typisch communistisch bezield komt hierop neer: een nog jonge man kijkt om een half geopende deur. Achter hem (in de ka mer) staat een jonge vrouw in négligé. Voor hem in de gang staat een oudere vrouw met een kind. De moeder, zijn eerste vrouw, snauwt 1 VERWACHTING: Matige, Westelijke tot H Zuidwestelijken wind, zwaar bewolkt tot betrokken, later opklarend, waarschijnlijk eenige regen, weinig verandering in tem- EE jË peratuur. Ëj Verdere vooruitzichten: Weinig verande- EE H ring. j§ illlllllllllllllllllllllllllllilllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllHlllllKIIII^ hem toe, dat hij voor haar en het kind te zor gen heeft, maar hij, die inmiddels een ver licht man geworden is, wil niets meer met haar noch het kind te maken hebben en„de domme vrouw begrijpt er niets van", zoo ver zucht medelijdend de gids, die er natuurlijk alles van begrijpt. Voorwaar: van Dijck kan in een bepaald opzicht de leerling van Riangina genoemd worden LONDEN, 3 Juli. (Reuter.) In antwoord op een vraag in het Lagerhuis of Engeland bereid was de bepalingen van het Verdrag van Ver sailles, opgelegd aan Duitschland, als basis te nemen voor eventueele vlootbepalingen, ant woordde de Britsche minister van buitenland- sche zaken Sir Samuel Hoare, dat dit onmoge lijk was. De minister van Marine Eyres Monsell ont kende in het Lagerhuis het door Lloyd George verspreide gerucht, dat de Engelsche vloot- delegatie het Duitsche aanbod om de duikboo- ten af te schaffen, van de hand had gewezen. De minister wees er op, dat dergelijke geruch ten het prestige van Engeland in het buiten land zeer veel afbreuk deden. Z. Exc. Dr. David Alvestégui, de nieuwe am bassadeur van Bolivia bij den H. Stoel heeft aan den Paus zijn geloofsbrieven overhandigd. De Ritencongregatie heeft in haar zitting van 2 Juli verhandeld over de heroïsche deugd beoefening van den Dienaar Gods Bernardo Ma ria Clausi, priester van de orde van S. Fran- ciscus a Paola. De Paus heeft Woensdagmorgen aartshertogin Agnes van Habsburg in audiëntie ontvangen. Onze Brusselsche correspondent seint ons d.d. 3 Juli: Zaterdag a.s. zal hier het volmachtsbesluit betreffende de staatscontrole op de banken in de Staatscourant worden gepubliceerd. Het zal dan o.m. aan bestuurders van bank instellingen voortaan verboden zijn nog te ze telen in raden van beheer van industrie-on dernemingen. Een foto van het gezelschap van Amsterdamsche leden van den Katholieken Officierenbond (A.R.K.O.), dat Dinsdagavond een excursie maakte naar Schiphol LONDEN, 3 Juli (Reuter). Het Britsche kabinet heeft zijn beraad slagingen gewijd aan een onderzoek van het Abessinische probleem. Het zal zijn gedragslijn echter eerst de finitief vaststellen na overleg te hebben gepleegd met de Fransche regeering. In officieele kringen wordt ontkend, dat economische sancties overwogen zijn zooals door enkele ochtendbladen was gemeld. Naar nader wordt gemeld, staat de Britsche regeering reeds voortdurend in verbinding met de Fransche regeering in zake de Ethiopische kwestie. Afgezien van deze gedachtenwisseling is Engeland niet voornemens verdere stappen te doen of zich in verbinding te stellen met de andere leden van den Volkenbond. Verder is de Britsche regeering langs diplo- matieken weg in contact met de Fransche en Duitsche regeering in zake de vlootkwesties, vooral ten aanzien van de procedure welke ge volgd moet worden bij de uitwisseling van de (Van een bijzonderen correspondent) NANKING Juni 1935 De Japansche legerkliek is den laatsten tijd vooral zeer gebeten op maarschalk Tsjang Kai Tsjek. De chef van den staf van het Japansche Kwantoengleger, kolonel Takashi Sakai, verklaarde dezer dagen ronduit aan de Shanghai Manichi, dat Japan heele- maal niet van plan was, zijn militaire actie in Noord-China te beperken, doch er integendeel bovendien nog naar streefde, het aftreden van maarschalk Tsjang Kai Tsjek te bewerken. Onder voorwendsel de unificatie van China te scheppen, aldus deze Japansche autoriteit, versterkt Tsjang Kai Tsjek steeds meer de mi litaire macht van China, terwijl hij tegelijker tijd voortdurend Japan tegenwerkt, vooral in Noord-China. Het zijn niet meer de communis ten, die het bestaan van China bedreigen, doch de generalissimus te Nanking. Tot zoover de kolonel, die daarmede zeer dui delijk onthult, dat de Japansche legerautoritei- ten zich ongerust beginnen te maken over de successen van de Centrale Regeering in de bin- nenlandsche politiek. Niet alleen heeft Nanking het communisme in bijna alle streken van het land volkomen of nagenoeg volkomen onder den duim gekre gen, doch bovendien heeft Tsjang Kai Tsjek provincies, die al tientallen jaren haar eigen gang gingen, onder het centrale gezag terugge bracht. derniseering van zijn defensie-apparaat. Voor- loopig wordt ten opzichte van Japan een zoo voorzichtig mogelijke politiek gevoerd, terwijl nog altijd de onvermijdelijke concessies wor den gedaan, alles om tijd te winnen. Intusschen ziet Tokio zeer goed in, dat eens de dag komt, dat China ook technisch paraat zal zijn, om tegenstand te bieden. Dit hoopt Japan alsnog te kunnen verijdelen, door Tsang Kai Tsjek, voor het zoo ver komt ten val te brengen. Daar om worden thans in Kanton en Kwangsi aan den maarschalk vijandige stroomingen met Ja- pansch geld gefinancierd. Of deze po litiek zal slagen, lijkt zeer twijfelachtig, aan gezien Tsjang in het Zuiden aan populariteit zal winnen, al naar mate hij voor Japan hin derlijk wordt, aangezien Nippon in de Zuidelij ke provincies nog meer gehaat is dan in Noord en Centraal-China. Hoe de wederzijdsche verhouding tusschen Tsjang Kai Tsjek en de Japansche autoriteiten is, laat zich opmaken uit volgende episode. Vice-admiraal Gengo Hyakutahe, bevelhebber van de zooveelste Japansche vloot in de Chi- neesche wateren, had aan Tsjang Kai Tsjek iets mede te deelen en verzocht om een audiën tie. Tsjang Kai Tsjek vertoefde te Tsjengtoe, de hoofdstad van de provincie Szetsjoean. Aan- gezien Tsjengtoe niet in het reisplan van den vice-admiraal lag, meende deze, dat de maar schalk maar naar hem moest komen. Deze ar rogantie werd natuurlijk in het hoofdkwartier van Tsjang Kai Tsjek genegeerd en de vice- admiraal heeft tenslotte een vliegtuig moeten charteren, om zijn opwachting bij den genera lissimus te maken. De activiteit van generaal Tsjang houdt zich vooral ook bezig met de organisatie van de Chi- neesche luchtmacht en de luchtafweer. De zer dagen is te Nanking een militaire lucht vaart-tentoonstelling geopend, die al reeds in de eerste week tienduizenden bezoekers heeft getrokken. De voornaamste bioscopen vertoonen luchtvaartfilms. Propagandisten en instruc teurs geven op de hoeken van de straten en op de pleinen populaire causerieën over lucht afweer. Vliegtuigen werpen strooibiljetten over de stad, om de burgers tot een bezoek aan de tentoonstelling op te wekken. Die tentoonstel ling heeft bewezen, dat de Chineesche aviatiek de laatste drie jaren enorme vorderingen ge maakt heeft, vermoedelijk veel grootere vorde ringen dan tot de Japansche openbare meening is doorgedrongen. Hun eeuwige tendentieuze propaganda, dat China geen staat is, geen or ganisatie heeft en meerdere dergelijke voor stellingen, heeft ook op hen zelf een negatief effect. Het leidt er toe, dat zij China veel te veel gaan onderschatten. Eenmaal komt de tijd, dat hun daarvoor de rekening wordt gepresenteerd. De revanchege dachte wordt onder de Chineezen steeds leven diger. Een ervaren politicus verzekerde mij, dat het tegenwoordige Japan niet tezamen met China kan bestaan. De vooruitstrevende Chineesche republikeinsche regeeringsvorm kan niet samen gaan met de feodale Japansche keizersvergo- ding. Eens komt de dag, dat de Chineesche re geeringsvorm zich ook in Japan zal baanbre- ken. Dat zal den val beteekenen van het mika- dodom en het daarop steunende militairisme. Dit begrijpt de Japansche generale staf zeer goed. Daarom wil de militaire kliek China tij dig ondergeschikt maken aan het mikadodom. Zij vreezen vooral de voleindiging van de uni ficatie en pacificatie van China, omdat zij zeer goed inzien, dat alsdan de geheele Chi neesche legermacht, die een geweldige getal sterkte kan bereiken, naar het Noorden zal worden overgebracht. Achter alle militaire bravour verschuilt zich in Japan onmiskenbaar een zekere vrees voor China. Daarom is het in Japan ook taboe, om over de oude Chineesche civilisatie te spreken, alleen omdat men zijn oogen wil sluiten voor het feit, dat de Japansche cultuur maar een goedkoope copy van de Chineesche beschaving is. Om die zelfde reden heeft Japan ook gewei gerd, om zijn Chineesche kunstwerken aan de Londensche tentoonstelling voor Oost-Aziati sche kunst in bruikleen te geven. vloot-programma's tusschen de drie mogend heden. De hoofdcommissie van de Italiaansche ad miraliteit is door Mussolini in zijn kwaliteit van leider van de Italiaansche regeering en mi nister van Marine tot een buitengewone zit ting bijeengeroepen, ter bespreking van marine vraagstukken. De zitting is reeds begonnen. Deze onverwachte convocatie is zonder twij fel toe te schrijven aan de Duitsch-Britsche vloot-overeenkomst en het jongste bezoek van Eden aan Rome. Men vermoedt, dat op deze conferentie ook de vraagstukken inzake een koloniale expedi tie besproken zullen worden. In verband met de verklaringen van Eden met betrekking tot een interventie van den Volkenbond in het Italiaansch-Abessinische conflict, vraagt Gayda zich in de „Giornale d'Italia" af, waarom men met zooveel ijver de Volkenbondsmachinerie in gang wil zetten te gen het goede recht van Italië en niet tegen de Abessinische wildheid. Voordat men de eventueele inbreuken op verdragen veroordeelt, die naar men beweert gepleegd zouden worden door een eventueele actie van Italië, zou men goed doen de te voren reeds gepleegde inbreu ken op verdragen, welke door Abessinië ge pleegd zijn, te veroordeelen. Bij dit probleem staan het prestige, de oprechtheid en zelfs de eerlijkheid van den Volkenbond op het spel. Het is niet toelaatbaar voor het prestige van den Volkenbond, dat een land zijn fundamen- teele verplichtingen schendt in dat, wat het heiligst is in de betrekkingen tusschen de vol keren, en bovendien nog het privilege opeischt van bescherming van den Volkenbond tegen een land, dat steeds zijn verplichtingen is na gekomen. De vertegenwoordiger van het Deutsche Nachrichten Bureau te Addis Abeba heeft een onderhoud gehad met den Negus van Abessi nië, die hem verklaarde, dat hij in ieder geval zich zou onderwerpen aan een scheidsrechter lijke uitspraak. Men verwacht hier, dat van Italiaansche zijde een gelijkluidende verklaring wordt af gelegd, hetgeen het bewaren van den vrede zou garandeeren. De afwijzende houding van Mussolini tegen over het Britsche voorstel is te Addis Abeba met verbazing ontvangen. De Abessinische minister van Oorlog heeft verklaard, dat het bericht van de „Matin", volgens hetwelk de sterkte der Abessinische troepen 140.000 man zou bedragen, onjuist is. De huidige legersterkte bedraagt volgens den minister 350.000 man. In geval Abessinië ge dwongen zou zijn te mobiliseeren, dan kan het binnen 15 tot 30 dagen ongeveer 900.000 man onder de wapenen roepen. De Abessinische strijdkrachten die zoowel met moderne als oudere wapenen zijn uitgerust, hebben echter een moderne opleiding ontvangen. Britsche kabinet beraadslaagt over het Abes- sinisch probleem; Mussolini roept den Italiaan- schen vlootraad bijeen; interview met keizer Se lassie en den Abessinischen minister van Oorlog. De Poolsche minister van Buitenlandsche Za ken heeft Woensdagmiddag gedurende twee uur met Hitier geconfereerd. Opheffing Habsburgsche onteigeningswetten? Rede van minister Oud over regeering en mid denstand. Jaarvergadering van den R. K. Bouwvakarbei dersbond te Utrecht. Onderscheiding voor het P.T.T.-bedrijf op de Brusselsche Wereldtentoonstelling. New-Yorksche beurs: Kalme handel met bijna onveranderde koersen. Vacantie is voor allen die in deze tijden den zegen van den arbeid, het geluk van het werken-kunnen mogen waardeeren, een verademing. Och neen, niet om niets te doen. Misschien werken we in onze vacantie harder dan anders De een slaat z'n vingers blauw met een te weinig gehanteerden hamer, een ander verft thuis naarstig met verf en kwast al wat er voor in aanmerking komt. Een derde heeft nog nooit zóó gesjouwd als in de da gen dat hij „bepakt en gezakt" met koffers en karbiezen op reis gaat. Doch hoe ook: we zijn uit ons gewo ne doen. We kunnen doen wat we willen of beter misschien gezegd: we kunnen nalaten wat we niet willen. Vacantie is voor de meesten een gees telijke verkwikking. Laten we daarom zooveel als mogelijk is van de vacantie genieten. BERLIJN 3 Juli (A. N. P.) De Poolsche mi nister van buitenlandsche zaken, Beek, heeft heden een onderhoud gehad met rijkskanselier Hitier. Het onderhoud duurde twee uur. Om 1 uur des middags bood de Duitsche minister van buitenlandsche zaken, Von Neurath, ter eere van den Poolschen minister van buitenlandsche zaken een déjeuner aan. WEENEN, 3 Juli. Naar van welingelichte zijde wordt medegedeeld aan het christelijk- sociale „Neuigkeitsweltblatt" zijn de ruim een jaar durende onderhandelingen inzake de ver mogensproblemen van het Huis Habsburg tot een zekere oplossing gekomen, zoodat thans de opheffing van de bekende Habsburgsche ont eigeningswetten binnen zeer korten tijd ver wacht zou kunnen worden. BERLIJN 3 Juli. (D. N. B.) De Rijksminister van binnenlandsche zaken, Frick, heeft in over leg met den rijksminister voor propaganda, Goebbels, een algemeen verbod van vergaderin gen uitgevaardigd voor den tijd van 1 Juli tot 30 September. NEW JERSEY, 3 Juli. (A. N. P.) De gouver neur van New Jersey heeft tal van verzoeken ontvangen, waarin gratie wordt gevraagd voor Hauptmann, die beschuldigd wordt van de ont voering en den dood van den kleinen Lindbergh. Stand op Donderdag 1 uur v.m»: 765 .Vorige stand: 767.6

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1935 | | pagina 1