Dr. Jac. Thijsse zeventig jaar Italië verontwaardigd over Japan FRANKRIJKS BEZUINI GINGEN m WERKLIEDENVERBOND AARTSBISDOM HET GELE GEVAAR WEER TEN TOONEELE SPOORBRUG BIJ WEESP DINSDAG 23 JULI 1935 Een minnaar van de natuur Duitsche maatregelen Katholieke Bond opgeheven Ex-koning George van Griekenland Onderhoud met den burgemeester van Athene De toestand onzeker Oud-strijders protesteeren Vliegongelukken in Engeland Staking te Terre Haute Troepen handhaven de orde Onze marine op reis <4 mi De sociale studiedagen te Zende ren prachtiggeslaagd VAN MAANDAG 5 TOT VRIJDAG 9 AUGUSTUS: VAN WOENSDAG 14 TOT ZATERDAG 17 AUGUSTUS: Men vrage prospectus! Men melde zich aan! De tijd dringt! CENTRAAL REIS-ADRES der V.K.P. - N.Z. Voorburgwal €5-73, Amsterdam Zwart - geel - blank Credo Pugno-club OUDE OSSCHE INBRAAK OP GEHELDERD Tijdelijke pijlerversterking aange bracht Twee personen hebben na hun ar restatie bekend TARWEFRAUDE TE ELST Wegens oplichting tot een jaar gevangenisstraf veroordeeld Nieuwe spoorbrug over de Vecht Nieuwe spoorbrug HET VERKEERSONGELUK TE OEGSTGEEST In totaal vijftien gewonden T oestand gewonden be vredigend AUTOBOTSING BIJ DELFT Chauffeur door lichten van tegen ligger verblind 't Is moeilijk om het te gelooven, dat de zeven kruisjes bereikt zijn, als men den jeugdigen, opgejvekten grijsaard ontmoet en hoort spre ken, of wanneer men hem dagelijks ziet voorbij stappen, de tasch met kijker om de schouders, om „zijn tuin" in oogenschouw te gaan nemen. „Daar zoudt u mee kunnen beginnen, me vrouw: dagelijks zie ik hem voorbijgaan, op weg naar Thijsse's Hof; want u woont er vlak te genover," zoo begroette Dr. Thijsse ons, toen we hem bezochten in den tuin van zijn villa te Bïoemendaal. Bemerkend hoe gaarne Dr. Thijsse op dit on derwerp wilde doorgaan, vroegen we: „Bent u nogal tevreden over de ontwikkeling van de Stichting?" „Te klagen heb ik niet, behalve over den lagen waterstand van den vijver. Ik zou een pomp moeten hebben om het water op peil te houden. Zoo'n pomp kost vijfhonderd gulden, maar dat komt wel voor elkaar, in September wordt het tienjarig bestaan gevierd en hoop ik wel weer iets te krijgen. Thijsse's Hof is een geschenk geweest, zooals u weet, voor mijn zestigsten verjaardag." „Ondervindt u veel belangstelling van het publiek?" „De menschen moeten langzamerhand leeren van de natuur te gaan houden. Ik heb onlangs eenige werkloozen bij mij gehad uit Amster dam; zij wilden zich laten onderrichten om leiders te kunnen worden. Onder hun leiding zouden dan weer andere werkloozen kunnen rondtrekken en de planten en vogels leeren kennen. Hun komst heeft mij veel genoegen gedaan." „Kunt u merken wilden we weten of de grootere trek naar buiten, het oprichten van sportfondsbaden, het kampeeren, de liefde voor de natuur aanwakkert?" Dr. Thijsse begon te lachen: „Neen, voor het bestudeeren van de natuur is er iets anders noodig dan sport en zonnebaden! Maar ik juich deze beweging toch toe, omdat de menschen nu tenminste licht en lucht zien, de rest volgt weilater. Ik ben blij, dat er groote ter reinen voor het publiek worden opengesteld, dat de menschen profiteeren kunnen van de duinen der Amsterdamsche Waterleiding, van het natuurreservaat in het Gooi en zooveel meer." „Gedragen ze zich behoorlijk?" „Ze loopen er nog alles plat, maar dat is zoo erg niet, ze zullen het wel leerenook weer later. Als ze maar, om te beginnen, weg kun nen uit hun huizen en straten en steden. Ik heb medelijden met alle menschen, die van de natuur verstoken moeten blijven. Ik heb zelf altijd buiten gewoond, eerst in Maastricht, toen, als kleine jongen in Grave." „Iedereen zal 't u wel gevraagd hebben, maar sedert wanneer is die groote liefde voor de na tuur bij u wakker geworden?" „Tot zoover ik terug kan denken, heb ik van de natuur gehouden. Dat is nooit heelemaal juist na te gaan, want jeugdherinneringen be driegen, Maar wat wel een criterium is. ik weet heel goed, dat ik als kleine jongen in den herfst al verlangde naar de bloemen, die in het voorjaar terug zouden komen." „En je herinnert je ook, dat je in 't gras zat, dat hooger was dan jij zelf," mengde nu me vrouw Thijsse zich in het gesprek. Gezeten te gen den achtergrond van een grooten zilver- spar, zelf een zilvergrijze verschijning, had zij zich'beijverd de thee gereed te maken. „Ja, ik zat in het gras, ik moet toen nog heel klein zijn geweest, en wachtte op den gouden tor. Mijn vader was militair en groot liefhebber van tuinieren en mijn moeder had heel veel gelezen. Wij, met z'n vieren jongens, zijn altijd met mijn ouders buiten geweest. Maar toen ik later bewust werd van die liefde tot de natuur en er met anderen over ging spreken, de actie voor het behoud van natuurmonumenten be gon, toen dachten de meesten, dat ik gek was. Dat is nu 'n vijftig jaar geleden. En er is toch heel wat bereikt geworden. Limburg staat nog achter, maar Brabant en Gelderland doen veel voor natuurbescherming. Dat zijn wel onze beste provincies." Dr. Thijsse knikte tevreden. ,De Middachter Allee?" vroegen we. „Zal die behouden blijven? Er gaan immers geruch ten...." „Honderd jaar hoogstens, langer geef ik ze niet. Mlaar al zal bij het verdwijnen van de Middachter Allee „oppervlakkig" Holland in de rouw gaan, er is geen reden voor. We hebben onze maatregelen genomen. Er zullen dan an dere en misschien nog veel mooiere dreven zijn. Ik ben lid van de Staatscommissie voor advies omtrent staatsnatuurmonumenten (eigenlijk is de naam nog langer, maar dat doet er niet toe) In Drente zijn er uitgestrekte terreinen aange kocht geworden. Vroeger zouden ze gewoonweg, domweg, beboscht worden, maar nu worden er mooie natuurgezichten uitgespaard, hectaren heide met boschranden er om heen, werkelijke natuurparken gecreëerd, die maken zullen, dat eenmaal Drente onze mooiste provincie «zijn zal. De natuur wordt gemechaniseerd ik schreef nog onlangs een loflied op het prikkel draad, ja heusch daar moet u niet om la chen, en op de organisatie der natuur." Nu moesten we tóch lachen: „Organisatie en mechanisatie zijn wel paradoxen als men ze noemt met betrekking tot de natuur. En dat uit den mond van een idealist als u!" „Waarom? Zijn d£ idealisten niet de beste practici? Kent u Tartarin sur les AJpes?" „En of!" „Een van mijn lievelingsboeken," bekende Dr. Thijsse. „Welnu, hier hebt u nu de fantasie van Bompard verwezenlijkt, zooals deze Zwit serland uitlegt aan den braven Tartarin: één groote organisatie om de natuur te exploitee- ren!" Tusschen ons verrees de enorme joviale ge stalte van Daudet's held uit het zonnige Taras- con en de herinnering aan zijn dol dwaze avon turen voerde ons enkele oogenblikken weg uit de rustige, vredige sfeer der Kennemer na tuur. Niet verweg klepte een klok. „Mijn klok, Thijsse's Hof," hervatte de jubilaris het gesprek en begon te vertellen over Texel, zijn ontdek king. In '89 werd hij er benoemd als hoofd eener school en leerde er toen zelf de wonder bare flora en zeldzame vogelsoorten kennen. Een kennis, waarvan hij weer terstond zijn landgenooten deelachtig maakte. Het geschenk, dat men den zeventigjarige heeft toegedacht, kon dan ook moeilijk beter gekozen zijn: aan den ontdekker van Texel, een stuk van Texel te geven. De zoojuist geluide klok maande tot spoed, want we wilden nog zooveel weten over het pio nierswerk van Dr. Thijsse. De Verkade-albums bijvoorbeeld, of ze de jeugd veel hadden bij gebracht? „Heel, heel veel zelfs," bekende de ontwerper van het' plan. „Er is bij kinderen van 10 tot 12 jaar een haast vroegrijpe ontwikkeling en groote kennis der natuur en der namen van planten en dieren. Eerst kwam de groep der jaargetijden, toen de vogels, de verschillende streken van ons land „Daar hebben ze goed aardrijkskunde door geleerd," viel mevrouw Thijsse in. „En nu weer," ging haar man voort, „het nieuwe album: Bloemen en hun vrienden. La ter zakt die parate kennis weer, op hun zes tiende jaar zijn ze er veel van vergeten, maar er is toch in de jeugd een basis gevormd voor latere ontwikkelins? en liefde voor de natuur." Liefde voor de natuur! Dat was wel het tel kens opklinkend leitmotief in het gesprek, het leitmotief van Dr. Thijsse's leven. Dit aan houdend contact met de wonderen der Schep ping, deze eerbiedige liefde voor alles wat in de natuur groeit en leeft, dit onophoudelijk en geduldig observeeren van de planten en die ren, heeft hem gevormd tot een blijmoedigen innerlijk rustigen mensch, die hij is, gezond naar lichaam en geest. Nog even spraken we over Dr. Thijsse's boe ken en over het werk van de Multi-film en de reeds bereikte resultaten met filmopnamen van bloemen en hoe Dr. Thijsse, evenals zijn vriend Dr. Burdet hoopte, de smalfilm over natuur- onderwerpen op alle scholen te zien ingevoerd, en toen begon de zeventigjarige kostelijke her inneringen op te halen over zijn schooljaren in Grave, waar hij de lessen volgde op een Katho lieke gemeenteschool en 's avonds alle kinderen van het regiment nog eens onderricht kregen van een niet-Katholiek sergeant en hij boven dien nog een avondklas bezocht van de non netjes, omdat die zoo prachtig les gaven in het knippen. En dan waren er nog de paters, met wie hij beste maatjes was, en die hem op ha- zelnooten tracteerden, die zij in letterlijken zin, uit hun mouw schudden! Maar Thijsse's klok had reeds lang geleden aan het voorbijschrijden van den tijd her innerd en we moesten afscheid nemen van on zen levendigen gastheer. Onder het wandelen naar het hek wees Dr. Thijsse nog op allerlei schoone struiken en gewassen in zijn tuin: „Ze hebben zich voor 't meerendeel zelf ge plant," vertelde hij, „ik geef nooit iets uit voor mijn tuin, wel aan den tuinman, maar niet voor de gewassen. Daar zorgt de natuur voor! Laat ze maar rustig haar gang gaan!" De laatste opmerking was weer geheel ken schetsend voor den dankbaren natuurminnaar: de milde natuur zorgt zelf voor de verspreiding harer florakinderen. Reeds stonden we op den weg, toen deze raad ons nog werd nageroepen: „Vooral niet te veel schoffelen!" Niet schoffelen, neen, maar wel den oogst binnenhalen. Op 25 Juli, feest van Sint Jacob, beginnen de boeren met koren te oogsten, op 25 Juli mocht de zeventigjarige Jacques Thijs se met dankbaarheid en voldoening den oogst van zijn levenswerk zich zien opstapelen rond hem heen en wenschten allen hem nog vele ja ren toe om dien oogst nóg rijker en overvloe diger te maken. ELLEN RUSSE Londen door ex-koping George is ontvangen, met nieuwsgierigheid afgewacht. In sommige kringen is men zelfs van mee ning, dat minister-president ITsaldaris de controle over den toestand heeft verloren. Cotzias heeft te Londen na zijn onderhoud met den vroegeren koning verklaard, dat deze als zijn meening heeft te kennen gegeven, dat hij naar Griekenland zal terugkeeren als men hem roept, dat hij echter niet naar Athene zal vertrekken vóór de volksstemming heeft plaats gehad. BERLIJN, 23 Juli. (D.N.B.) De officieele Pruisische persdienst deelt mede: De Pruisische minister-president heeft op grond van de Verordening tot Bescherming van Volk en Staat van 28 Februari 1933 den Bond van Katholieke Frontstrijders, met inbegrip van zijn onderaf deelingen, opgeheven, omdat de vorming van confessioneele bonden slechts ge- ei gend is tot ontbinding van de volksgemeen schap te leiden en in de kringen der front strijders godsdienstige tegenstellingen aan te kweeken. LONDEN, 23 Juli. (Reuter). Ex-koning van Griekenland, George, heeft gisteren den bur gemeester van Athene, Cotzias ontvangen. Een vriend van Cotzias verklaarde aan de pers dat de besprekingen betrekking hadden op alle aspecten van den politieken toestand in Griekenland en met na>ne °P het Plebis- ciet, waarvan de koning rustig den uitslag zal afwachten. ATHENE, 23 Juli. (A. N. P.) In verband met de kwestie van den staatsvorm heerscht er een zekere spanning in de politieke ver. houdingen. Door alle partijen wordt de te rugkomst van burgemeester Cotzias, die! te PARIJS, 23 Juli. (Havas). De nationale bond van oud-strijders, waarin alle vereeni. gingen van oud-strijders en oorlogsslachtof fers zijn opgenomen, in buitengewone zitting bijeen, heeft een motie aangenomen, waarin geprotesteerd wordt tegen de maatregelen der regeering met betrekking tot de ambtenaren, gezinshoofden en oorlogsslachtoffers; de bond besloot zijn actie voort te zetten, totdat vol doening is verkregen en heef opdracht gege. ven aan de vereenigingen om terstond plaatse lijke betoogingen en vergaderingen te hou den en eventueel een nationale manifestatie te organiseeren. LONDEN, 23 Juli. (Reuter) De dag van gis teren was een ongeluksdag voor de Engelsche luchtvaart. Er hadden twee ongelukken plaats, waarbij vijf personen gedood werden. Aan de kust van Schotland viel een militair toestel omlaag, waarbij een officier en een sol daat het leven verloren. Verder stortte een passagiersvliegtuig met drie inzittenden op een zandbank in het Bristol- kanaal, tusschen Wales en Cornwall. Twee vissche'rsvaartuigen snelden toe, en vonden de lijken der slachtoffers. NEW YORK, 22 Juli. (A. N. P.) Uit Terre Haute (Indiana) wordt geteeld, dat aldaar 'Maandagochtend een algemeene Staking is geproclameerd, waardoor het geheele verkeer stil' ligt. De staking werd geproclameerd, omdat in een emaille-fabriek, waar het personeel reeds een maand in staking is, arbeiders van buiten de stad zijn te werk gesteld. De plaatselijke autoriteiten hebben den gou verneur van Indiana verzocht troepen te stu ren voor de handhaving van de orde. H. M.'s mijnenlegger „Van Meerland" onder be vel van den luitenant ter zee der eerste klasse O. R. F. Tmmink, heeft op 22 dezer de haven van Ostende verlaten. De heer Jac. P. Thijsse, die binnenkort zeventig jaar wordt, aan den arbeid in Thijsse's Hof te Bïoemendaal Op den eersten dag van de studiedagen te Zenderen gaf de voorzitter, daar de heer Schut te, de Secretaris van het R.K.W. V., niet tijdig aanwezig kon zijn, na 'n korte pauze 't woord aan PATER ARTS U.S.C., directeur van het Jeugdhuis te De Steeg, die het onderwerp in leidde: „Standsorganisatie en Sociale Zielzorg". Pater Arts wees allereerst op de nauwe ver wantschap tusschen lichaam en ziel. Vooral in de nabije toekomst zal de stands organisatie met het oog op de zielzorg een be slissende rol spelen, Daartoe is noodzakelijk dat de standsorganisatie boven alles en in alles de zorg voor de ziel principieel vooropstelt. En daarvoor is op zijn beurt weer noodig, dat de leden van de standsorganisatie, ongeacht hun kwantiteit, op de eerste plaats niet alleen „weten", maar vooral „overtuigd" zijn. De allermodernste taak van de stanudsorganisatie is daarom ontwikkeling, maar bovenal „overtui ging" te kweeken. Een in gezellig samenzijn doorgebrachte praatavond besloot den eersten studiedag. Rondreis per trein door België en Luxemburg; bezoek aan Luik, Luxemburg, Echternach, Dinant, Brussel (Wereldtentoonstelling) en Antwerpen. Ule klas 42.50 lie klas 50.— (Verhoogd met 2.50 voor administratie) Zeldzame reiscombinatie per autocar; bezoek aan Düsseldorf, Tegelen (Passie spel), Valkenburg, Brussel (Wereldtentoonstelling) en Antwerpen. PRIJS ƒ35.ƒ1.50 voor administratie. Toen Japan zijn veroveringsveldtocht in Mandsjoerije ondernam en de in het Verre Oosten belanghebbende mogendhe den tengevolge van de eigen moeilijkheden niet bij machte bleken of geen lust gevoelden krach tig paal en perk te stellen aan de Jap.ansche ex- pansiezucht, waarvan China de dupe werd, heeft Mussolini bij herhaling waarschuwend zijn luide stem verheven tegen het dreigende Gele Ge vaar. De regeering te Tokio vond dat zeer on aangenaam, want in officieele Japansche krin gen koesterde men groote bewondering voor den Duce en het fascistisch régime. Niettemin ging Mussolini voort met bij tijd en wijle het oude, door de economische crisis en de onderlinge po litieke geschillen geteisterde en verzwakte Eu ropa te wijzen op de dreigend rijzende zon, die onverstoorbaar voortging langs de keizerlijke baan en in hitte gestadig toenam. De stichting van den Japanschen vazalstaat Mandsjoekwo en de sindsdien door de Japansche diplomaten en militairen stelselmatig voortgezette pogingen om het betrekkelijk machtelooze en slechts moreel en platonisch gesteunde China tot „samenwer king" met het gehate Japan te dwingen, be vestigden de juistheid van Mussolini's visie. Hoe kwam het, dat juist Italië een zoo klaar inzicht toonde in de uiteindelijke bedoelingen van het naar een Aziatische hegemonie strevende, grond stoffen en gebiedsuitbreiding behoevende over bevolkte Japan? Was het enkel het bewustzijn, dat Italië als klassiek Europeesch cultuurland de bijzondere taak had het stormsein „Weest op uw hoede" te hijschen? Of wist Italië, dat even als Japan overbevolkt is en naar gebieds- en machtsuitbreiding verlangt, waartoe de expan- sie-drang van een krachtig en zelfbewust sterk nationalistisch volk op den duur moet leiden? Of koesterde Mussolini de vrees, dat Japan, zoe kend naar nieuwe markten en afzetgebieden voor zijn overproduceerende industrie zich ten slotte niet tot Azië zou bepalen, maar zich ook zou gaan vastzetten in Oost-Afrika, waar Italië vitale koloniale belangen heeft te verdedigen en te beschermen? De Italiaansche berichten over de concessies voor katoenaanplantingen, welke de Keizer van Abessinië aan Japanners had verleend, de ge ruchten over een groeiende sympathie en econo mische samenwerking tusschen Abessinië en Ja pan, wezen in deze richting. Mussolini rechtvaardigde aanvankelijk de mi litaire voorzorgsmaatregelen in Erythraea en Italiaansch Somali-land met te wijzen niet en kel op de verschillende bloedige grensinciden ten, waarvoor hij het achterlijk en barbaarsch gescholden Abessinië aansprakelijk stelde, maar ook op de pacifieke Japansche penetratie in het onontgonnen en rijke land van den Negus, dat- hij voor den beschavenden invloed van een Ita liaansche kolonisatie heeft gereserveerd. Op den achtergrond van de Italiaansch-Abessinische kwestie stond een tijdlang Japan in het licht van den feilen Italiaanschen schijnwerper, maar toen Japan verklaarde, dat het geen bijzondere interesse in Abessinië had en zich vooral poli tiek afzijdig wenschte te houden, richtte Mus solini het belichtingsapparaat der Italiaansche pers van Japan af. Thans echter doet het ar gument van het dreigende Gele Gevaar in Afri ka weer opgeld in Italië. De aanleiding hiertoe is het feit, dat de geruststellende verklaringen, welke de Japansche gezant te Rome namens zijn regeering meende te mogen en te moeten afleggen, door Tokio zijn gedésavoueerd. De gezant blijft echter beweren, dat hij de opinie van de Japansche regeering zuiver heeft weer gegeven, maar de Japansche minister van Bui- tenlandsche Zaken Hirota, verklaart, dat de gezant geen enkele officieele opdracht had om te spreken gelijk hij gedaan heeft. D it is voor de Italiaansche pers het sein geworden voor een hernieuwden feilen aanval op Japan, dat het zooveel „be schaafdere" China onder de militaire laars tracht te loopen, dat niet alleen het gele ras, maar ook het zwarte onder zijn hegemonie zou willen brengen om tenslotte den strijd aan te binden met het blanke. Het maakt een wonder lijken indruk in de Italiaansche „Messagero" te lezen, hoe Italië Japan gebrek aan eerbied voor den Volkenbond meent te mogen verwijten en hoe China, dat inderdaad een veel oudere eigen beschaving heeft dan het snel Westersch ont wikkelde Japan, maar treffende overeenkomsten vertoont met het achterlijk gebleven en niet sterk centraal geregeerde Abessinië, voor de leus in bescherming wordt genomen. In Italië zinspeelt men erop, dat er een ondergrondsch verband moet bestaan tusschen de anti-Itali- aansche zwenking van Japan en de wijziging in de houding van de Engelsche regeering, wel ke thans weer besloten heeft de Volkenbonds principes streng en stipt te handhaven. Is En geland niet vroeger de openlijke bondgenoot van Japan geweest? De Abessinische kwestie groeit met den dag als een rollende sneeuwbal, welke eenmaal een lawine geworden onberekenbare schade kan aanrichten. Bewogen de besprekingen van den eersten dag zich veelal in de sfeer der theorie, de heer Schutte, maar vooral de heer Jos. Veldman hebben Zondag de lijnen uitgestippeld, langs welke het arbeidersapostolaat zich in de Credo- Fugnoclubs zal ontwikkelen. De groote massa der katholieken, aldus de heer SCHUTTE, kwam na den oorlog in onze organisaties, gelokt door de materieele voor- deele, die de bond toen kon bieden. Vooral deze massa bleef veelal afzijdig van alle activiteit en niet weinigen mangelde het aan eenig begrip omtrent de idealen onzer organisaties. Contact met deze leden bestond niet. Aan het bezoeken van vergaderingen dacht men een voudig niet. De eenige aanraking met de orga nisatie bestond in het betalen der contributie en het ontvangen van bij voorkeur ongelezen gelaten lectuur. Geestelijk contact ontbrak evenzeer. Het herwinnen der massa voor de organisa ties, wat herwinnen voor Christus tevens is, moeten de arbeiders zelf ter hand nemen. Paus Pius XI vraagt, dat arbeiders door hun aposto laat arbeiders voor God moeten winnen. En de Paus vraagt dat „nu", op 'n oogenblik, dat de velden wit staan van den oogst. Laten wij consequente dragers zijn van de liefde, zooals ieder communist de drager is van den haat. In de laatste instructie heeft de heer JOS. VELDMAN uitvoerig uiteengezet op welke wijze de op te richten Credo-Pugno-clubs moeten werken. Een leekenapostel, lid van de C.-P. club, moet in welke omstandigheden hij ook geplaatst wordt, toonen, dat hij daar staat als volwaardig katholiek. Daarvoor is noodig degelijke vor ming, grondige kennis van de doelstellingen der organisaties en onverwoestbaar geloof daarin. Wie zelf iet overtuigd is, kan moeilijk overtui ging overdragen op anderen. De leden der Credo-Pugnoclubs moeten godsdienstige verdie ping en apostolaatsgeest paren aan sociaal in zicht, bekwaamheid en activiteit. Hoofddoel bij al dit werk is het voldoen aan den wensch van Z.H. den Paus Pius XI, die zegt: „dat er uitgelezen hulptroepen gevormd moeten worden, die met hun standgenooten zelve en dezer mentaliteit en strevingen ver trouwd zijn." De allereerste en naaste apostelen van de arbeiders moeten de arbeiders zelf zijn. De instructies werden gevolgd door vrucht dragende besprekingen. De voorzitter kon bij het resumeeren van den eindindruk dan ook gewagen van prachtig geslaagde studiedagen en de dank die naar vele zijden kwistig werd uitgedeeld was ruimschoots verdiend. De gastheer, Pater Dusch, directeur van het retraitenhuis, sprak het slotwoord, waarin hij aanspoorde tot ijverig deelnemen aan retraites. Speciaal brak hij een lans voor de retraite- spaarclubs De gemeente-politie van Oss heeft in den afgeloopen nacht gearresteerd P. v. G. en T. v G., die er van verdacht worden met Dotje van B. een inbraak te hebben gepleegd in den nacht van 15 October 1933 bij den landbouwer Timmermans, op Ussen te Oss. Na een langdurig verhoor bekenden zij aan inspecteur Kempen, aan deze inbraak te hebben deelgenomen. Van B. had reeds de vorige week bekend, tegelijk met zijn bekentenis inzake de brandstichting in Augustus 1926. Zij zijn dien nacht bij Timmermans door een openstaand raampje binnen gedrongen, hadden alle laden en kasten geforceerd en tenslotte een bedrag van ƒ400.—, welk bedrag onder de bedstede van Timmermans werd gevonden, ontvreemd. De gearresteerden zullen ter beschikking van den Officier van Justitie worden gesteld. Heden heeft de Arnhemsche Rechtbank uit spraak gedaan in de zaak tegen den 31-jari- gen bakker te Eist, die door frauduleuze invul ling van werkstaten van de Meelcentrale deze centrale voor ƒ1000 benadeelde. De rechtbank veroordeelde hem wegens op lichting tot een jaar gevangenisstraf met aftrek van de preventieve hechtenis. De eisch was an derhalf jaar. Sinds geruimen tijd duiken hier en daar geruchten op over den minder betrouwba ren toestand, waarin de spoorbrug over de Vecht bij Weesp zou verkeeren. Teneinde zekerheid te bekomen omtrent de gegrondheid der loopende geruchten, hebben wij ons tot de directie der Nederlandsche Spoorwegen gewend, die ons omtrent den toe stand, waarin de spoorbrug bij Weesp zich bevindt, volledig heeft ingelicht. Wat de bovenbouw dus de eigenlijke brug betreft, verkeert deze nog in goeden staat. De toestand van het metselwerk van den Oostelijken pijler boven welken de over gang van de draaibrug naar de Oostelijke vaste brug plaats vindt, laat echter te wen- schen. In verband daarmede werd de spoor brug gedurende eenige dagen langzaam be reden, doch nadat een grondige inspectie had plaats gevonden en eenige voorloopige voor zieningen waren getroffen, is deze snelheids beperking weer opgeheven. Vervolgens heeft de directie overwogen, den vorenbedoelden pijler voor zoover noodig te vernieuwen. Aangezien echtar de kosten daarvan, door de noodzakelijkheid om ook het onder water gelegen metselwerk te vernieuwen, zeer hoog zouden worden, heeft de direc tie er de voorkeur aan gegeven, een tijde lijke pijlervar sterking te doen uitvoeren. Te eerder werd hiertoe overgegaan, om dat het voornemen bestaat, een geheel nieuwe spoorbrug ten Noorden van de be staande brug te bouwen. De tijdelijke pijlerversterking, waarover de directie hiervoren sprak, kwam inmiddels ge reed, waarmede aldus werd ons verzekerd de veiligheid van het verkeer voldoende ge waarborgd is. „Waar bovendien" aldus merkte de directie verder op „zoowel het brugpersoneel als onze met het onderhoud belaste technici hunne aandacht geregeld op dez9 aangelegenheid gevestigd houden, ach ten wij de kans op ongelukken volkomen bui tengesloten, en niet de minste reden tot on gerustheid aanwezig." Wat de te bouwen nieuwe spoorbrug over de Vecht betreft vernemen wij nog, dat het in de bedoeling ligt, deze aldus aan te bren gen, dat de scherpe bocht, welke de spoor baan thans tusschen de voormalige halte Ke- verdijk en de, nog in gebruik zijnde spoor brug over de Vecht maakt, grootendeels af gesneden zou kunnen worden. Dat bij den aan leg van de baan tusschen de stations Weesp en Bussum niet de voorkeur werd gegeven aan een verbinding in meer rechte lijn, hield naar ons door een insider werd medege deeld verband met defensie-belangen, be zien in de verdedigingsmiddelen uit den tijd, toen de spoorlijn van Amsterdam naar Hil versum werd aangelegd. Inmiddels hebben zich in het defensiewezen zoovele wijzigingen voltrokken, dat het hand haven van de bestaande scherpe bochten in de spoorbaan, bij den bouw van een nieuwe spoorbrug over de Vecht, niet meer noodza kelijk wordt geacht. Ook het station Weesp zal wanneer de nieuwe spoorbrug (welke iets meer in de richting Muiden komt te lig gen) gebouwd wordt belangrijke wijzigingen ondergaan, hetgeen de talrijke reizigers, die daar regelmatig in- en uitstappen, zeker^ met voldoening zullen vernemen. 0.a. zal aisdan de lastige omweg, welken de reiaigeafc zich thans moeten getroosten, om zich van het eerste naar het tweede perron te begeven, ko men te vervallen. Naar later is gebleken, werden vijftien per sonen bij de botsing te Oegstgeest gewond. De namen van de overige gewonden zijn: Mevrouw Hennekamp—Van Reeuwijk uit Amsterdam, die licht gewond werd, en de heeren A. Espinosa en J. Groeneveld, beiden uit Amsterdam, eveneens slechte licht gewond. Van de veertien in het Academisch Zieken huis te Leiden opgenomen gewonden, mochten acht het ziekenhuis weer verlaten. De toestand van de slachtoffers van het auto ongeluk te Oegstgeest was hedenmorgen, naar ons bij informatie aan het Academisch Zieken huis bleek, bevredigend. Ook de twee ernstigst gewonden, de heeren Rijks en Deurloo maakten het naar omstandig heden redelijk wel. Zij zijn vannacht tot be wustzijn gekomen. De beide dames mevrouw Brouwer-Boer en mevrouw Lobenstein, zijn goed vooruitgaande. De ernstig gewonden zijn inzittenden van de Chevrolet, die op de andere auto's inreed. Deze wagen was door den thans overleden heer Mathlener van een kennis geleend. De heer M. kon zelf niet rijden, zoodat de wagen bestuurd werd door den heer Rijks. Deze kon nog nie„ worden gehoord. De veronderstelling wordt geuit, dat hij is afgeleid door een vliegtuig, dat boven de plaats des onheils loopings maakte. Men acht het ook mogelijk, dat een band van den auto is ge sprongen. Hedennacht is omstreeks een uur een auto op den nieuwen rijksweg nabij Delft op een on- verlichten vrachtwagen gereden, die langs den weg stond. De chauffeur was door de lichten van een tegenligger verblind, en ontdekte te laat, dat de vrachtwagen daar stond. Bij de botsing liep een der inzittenden van de auto, de 32-jarige de Haan uit Delft een schedelbreuk op, hij werd in hopeloozen toestand naar het ziekenhuis te 's-Gravenhage vervoerd. De beide andere inzittenden kwamen met den schrik vrij. De auto werd geheel vernield.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1935 | | pagina 5