Kinderkleeding
titl
1 Zoekt gij betrouwbaar i A fZ'WZ I Plaats dan een „Omroeper" jjy
Personeel? S UKC" UK I/YVIC voor 80.000 gezinnen lU<
Tn
De eerste paal voor het nieuwe Leidsche stadhuis. De Waaibrugbouw te Nijmegen. De montagebrug verwijderd.
s
DINSDAG 10 SEPTEMBER 1935
Poolhonden trekken een
slede op de Jungfrau-
joch, de plaats der in
ternationale zweefvlieg-
wedstrijden. Rechts een
der toestellen
Eenvoudige gebreide
handschoenen
De Vrouw en haar huishouding j
J v,
S
S
x
^TTrmiiiiimimriiiiirririiiiiirimfimirrirrrfiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiifiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiriiriiriiiiiiiiiiiiiiinrrrrmrrm^
Sen
Hoe verzorgen wij onze
bloemen en planten?
Ongedierte op kamer
planten
Amerikaansch model
handtasch
Slu
Se
X
Sr,
Xv
Xy
Ne:
Sr
V
Ser
Xü
Si
I X
Sa
X
X
m
^llUllllllllllllllllllllillllllllllllllllllllWIIIIHIIIIIIlllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllltllllllllllillllllllllrë
De duizend ton wegende brug, geconstrueerd voor de Dijksgracht te
Amsterdam, is Maandag op haar plaats van bestemming aangekomen
De Duitsche Rijkskanselier Adolf Hitler
in gesprek met generaal Lietzmani»
tijdens den laatsten dag der manoeu
vres op de Lüneburger heide
Vormin
eaan, 4
^lsoed
Ba«em
S> k
tijfel
°^ever
'^Rste-
te6rin&
Sen
&°er.ei!
0rri de?
Ses
Voor het nieuwe stadhuis 'van Leiden
is Maandag de eerste paal geheid,
welke nog door ongeveer 675 andere
gevolgd zal worden
De montagebrug welke dienst heeft gedaan bij den Waaibrugbouw te Nijmegen, zal naar Dordrecht
worden vervoerd, waar zij geplaatst zal worden op de pijlers van de brug welke thans in aanbouw is
De werkzaamheden voor de nieuwe Waalbrug te Nijmegen vorderen thans
voltooid, en de montagebrug (op den achtergrond)
snel. De hoofdspanning is nagenoeg
is verwijderd
Sber
Va,k za
ck
échter
^oolscl
ovei
Seven
Seni
Oolsc]
cut
de
^et fei
gel
Sen j
Ve«an;
S d
Sent
Sde:
inr
S wc
Sail
I be
st
Siei
Sch.
X h
«er 0
flater
S i
Xen
Seerir
>c
t!Sen(
•baar
Xee:
Er is gevraagd naar een breipatroon
van handschoenen voor jongens van
ongeveer 7 jaar en van pl.m. 12 jaar.
Het hieronder opgegeven aantal steken
is voldoende voor de grootere maat. Voor
kinderen van pl.m. 7 jaar rekent men voor
eiken vinger 2 st. minder, zoodat men dus
in het geheel daarvoor 10 st. minder opzet
dan voor den grooten handschoen en een
paar toertjes minder breit.
54 st. opzetten, verdeeld over 3 naalden
en eerst 5 c.M. 1 r. 1 aver, breien. Verder
breit men r. Als men weer 2% cM. heeft
dan begint de duim. Hiervoor haalt men 'n
draad door de eerste 9 st. van den toer. In
plaats daarvan zet men 12 st. bij op, zoo
dat men nu dus 57 st. heeft. Hierop breit
men nog 2 K c.M. tot aan de vingers.
Wijsvinger 9 st. breien en 'n draad wol
halen door de volgende 40 st. Dan 3 st. bij
opzetten en de laatste 8 st. van den toer
breien. Deze 20 st. verdeelt men over 3
naalden en breit ongeveer 3% c.M. (voor de
kleine maat minder). Als de vinger lang
genoeg is, in den eerstvolgenden toer, tel
kens 2 st. samenbr., den draad afbreken,
met 'n stop- of borduurnaald door alle st.
rijgen, aanhalen en aan den binnenkant
afwerken.
Middelvinger. 7 st. breien aan den voor
kant, 3 st. bij opzetten, 7 laatste st. van
den toer breien en 3 st. op het begin van
den wijsvinger. Deze 20 st. verdeelen over
3 naalden c.M. ongeveer minder breien
dan bij den wijsvinger en den top op dezelf
de manier afwerken.
Ringvinger. 6 st. breien aan den voor
kant, 2 st. bij opzetten, de 6 laatste st. van
den toer aan den achterkant breien en 3
st. op het begin van den middelvinger. De
st. worden weer verdeeld over 3 naalden, de
vinger wordt even lang als de middelvinger
en op dezelfde manier afgewerkt.
Pink. De overgebleven st. breien en op
het begin van den ringvinger nog 2 st. Over
3 naalden verdeeld wordt de pink ongeveer
c.M. korter gebreid dan de laatste vin
gers en op dezelfde wijze afgewerkt.
Duim. Men breit de 9 st. die op 'n draad
bewaard werden en 12 st. op de steken die
daarbij werden opgezet. Op deze 21 st., over
3 naalden verdeeld, breit men 3J4 C.M. en
werkt den top dan af als bij de vingers.
De tweede handschoen wordt op dezelfde
wijze gebreid, maar natuurlijk tegenover
gesteld aan den eersten.
Men laat dan niet de eerste, maar de
laatste 9 st. van den toer op 'n draad over
voor den duim. En bij het breien van den
wijsvinger bijv. breit men eerst 8 st. en na
het bij opzetten van 3 st., 9 st., inplaats van
eerst 9 en dan 8 st.
Bij het afwerken van de handschoenen
dicht men eventueel ontstane openingen
bij het begin van de vingers met 'n steekje
aan den linkerkant.
De handschoenen worden, als ze klaar
zijn, onder 'n vochtigen doek gestreken.
DORA
De Clivia is al lang uitgebloeid. Zijn
de zaaddoozen ook direct na het be
ëindigen van den bloei verwijderd?
Snijdt, als het nog niet is gebeurd, den
bloemstengel af tot boven de bladeren. La
ter kan men hem in zijn geheel er uit
trekken.
De Aronskelk heeft haar bloeitijd ook
gehad. Doet hiermee evenzoo als met de
Clivia. Beide houden niet van zonlicht- De
Aronskelk mag buiten staan. Geeft beiden
planten voorloopig rust, dus geen bemes
ting toedienen, maar wel matig water.
Kamerplanten, welke men 's zomers in
den vollen grond zet om uit te groeien,
mogen geen watergebrek hebben. De grond
moet dus grootendeels turfmolm of bosch-
grond zijn, want beide zijn vochthoudend.
Het vocht is de steun voor de vorming van
bloem- en bladknoppen, die pas het vol
gende jaar tot ontwikkeling komen.
Volwassen Cactussen vinden 's zomers in
een platten broeibak een ideale groei
plaats. Men zet ze met den pot in den grond
maar zóó, dat ze kort'bij het glas staan,
't Glas er af bij mooi weer, maar er op bij
langdurigen regen. Jonge planten en teere
soorten houdt men ook 's zomers het liefste
onder glas. Evenzoo ook bloeiende soorten.
Frambozen, die eerst in het najaar vrucht
dragen, moet men nu nog een overbemes
ting geven met patent-kali en slakkenmeel
Ook de scheuten moet men er uit houden.
Denkt om de vogels in kooien en volières.
Geeft ze herhaaldelijk frisch water en nu
en dan een versche graszode, 't Is beter
grassprietjes te laten afpikken dan afge
sneden toe te dienen, 't Voorkomt krop-
ziekten. Is er ook een stukje sepia aan
wezig? Indien er broedlustige vogels zijn,
dan legt men strootjes, touwpluis e.a. onder
het bereik der beestjes.
pilllillllllllllllllllllllilllllilllllllllillllllllllllllllllllllllllllllllllllllilllllllillllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllilililllllllllllllllllllllljll
Vóór we de nieuwe wintermode voor
ons, ouderen, inluiden, doen wij even
een greep uit de juist verschenen
modellen voor kinderkleeding. Natuurlijk,
zijn vooral de schooljurken heel eenvoudig
en makkelijk te maken, want heusch de
kinderen hebben te veel nieuws hoodig dan
dat we van elke jurk een kunststukje kun
nen maken. Even een patroontje besteld en
we zijn in een ommezientje klaar.
Fig. 423 is zeer eenvoudig van model en
bovendien kan het best uit twee jurkjes
van het vorig jaar gemaakt worden, waar
bij we dan het lichtste gedeelte als boven
stuk nemen en het donkere als rokje. Zoo
we zien, wordt in dit rokje van voren en
van achteren een dubbele plooi gelegd. Het
kraagje en biesje kunnen we zoowel van
wit piqué als van de donkere stof van de
jurk nemen. Het patroon is verkrijgbaar
in bovenwijdte 68 en 72.
Fig. 429 is een donkere schooljurk met
een schouderstuk, dat van voren tot in het
ceintuurtje doorloopt. Om den ronden hals
zien wij een klokkend jabotje en om de
mouwtjes witte manchetjes. We hebben
aan stof noodig: tweemaal de lengte van
het jurkje.
Ook voor onzen zoon kunnen wij zelf een
pakje maken, als wij tenminste niet tegen
wat moeite opzien, want zoo'n miniatuur
heerenpak is natuurlijk heel wat moeilijker
te maken. Voor het maken van den tailleur
kraag, de opgestikte zakken en de knoops
gaten wordt wel wat handigheid vereischt
Maar onze jongen zal er dan ook echt cor
rect uitzien. Zie fig. 430.
Het pakje vereischt 2 Meter stof van 140
C.M. breedte.
POLA
De kamerplanten hebben ook last van
bladluizen. Ze leven in talrijke soor
ten op bijna alle gewassen, onttrekken
hun kostbare voedingssappen, scheiden een
zoet kleverig vocht af, waardoor alle huid
mondjes verstopt geraken. De plant kan
zoodoende niet genoeg ademhalen en gaat
daardoor kwijnen.
Gelukkig zijn de bladluizen niet moeilijk
te verdelgen. In vele gevallen is het reeds
voldoende de planten gewoon door middel
van een bloemenspuit met koud water af
te spuiten.
Bij een sterk optreden van dit ongedierte
is de bestrijding gemakkelijk te volbrengen
met behulp van een oplossing, bestaande
uit een eetlepel groene zeep, een eetlepel
brandspiritus en een aftreksel van slechte
tabak, alles opgelost in één liter water. Als
men hiermee de planten heeft besproeid,
moet men ze een paar uren daarna met
schoon water naspoelen.
Niet altijd is eenmaal besproeien afdoen
de, waarom men het na veertien dagen nog
eens herhaalt. Het optreden van bladluizen
wordt in de kamer bevorderd door tochten
droge lucht en door het nalaten van een
geregelde besproeiing. Niet alle planten
heben evenveel last van bladluizen. Zoo
hebben Cineraria's, Fuchsia's, Maandrozen,
Chrysanten e. a. er gauw last van, doch bij
Pelargoniums en Begonia's vindt men ze
niet of zelden.
Schadelijker dan de bladluizen zijn de
schildluizen, omdat het insect meestal met
een hard, schildvormig pantser is bedekt.
Deze vindt men vooral aan de achterzijde
der bladeren van altijd-groene planten als:
Palmen, Clivia's, Aspisdistra's, Crotons,
Oleanders, Arancaria's, Camellia's en
Cactussen. Ze vermeerderen zich het snelst
in een warme omgeving en doen veel scha
de door het wegzuigen van voor de plant
kostbare levenssappen.
De bestrijding dezer luizen is lang niet
gemakkelijk, daar het eigenlijke diertje on
der een schildje is geborgen en daardoor
met gewoon water niet is te verwijderen.
Doch men doet beter werk op de volgende
manier: men maakt wederom een zeepsop
oplossing, men neemt een tamelijk stevig
borsteltje b.v. een afgedankte tandenbor
stel en boent hiermee alle bladen geheel af.
Hierdoor worden de schildjes losgeweekt en
weggeborsteld. Het verdient ook aanbeve
ling, na de reiniging met zeepsop, de plan
ten met schoon water af te spuiten.
Ten overvloede maak ik. er nog attent op,
dat men de geheele plant zoowel de boven-
als de onderzijde der blaren, bladstelen en
vooral de oksels en andere hoekjes heel
goed naziet, want die nare „dingen" bevin
den zich op de meest verborgen plaatsen
En blijven er maar een paar beestjes over,
dan hebben ze toch weer spoedig de heele
plant besmet. Dus scherp toekijken!
In den regel zal men een aangetaste
plant niet in één keer geheel luisvrij krij
gen, zoodat de behandeling na een paar
weken nog eens moet worden herhaald.
Wie echter zijn planten geregeld naziet, zal,
zoodra zich de eerste sporen van ongedierte
vertoonen, al tot een afdoende behandeling
overgaan.
BOTANICUS
We kunnen de tasch zelf maken. Het
houten montuur dat tevens de slui
ting vormt, wordt gemaakt van
een paar latjes beukenhout van 3 C.M.
breed, V/2 c.M. dik, lengte naar verkiezing.
De latjes worden loodrecht op elkaar ge
lijmd zooals op fig. A. Een gleufje van V/2
c.M. diepte laat u, als men er bij u thuis zelf
geen kans toe ziet, bij den houthandelaar
zagen over de geheele lengte van het bo
venste latje, zie teekening B, hetwelk
dient om den achterkant der tasch tus-
schen te bevestigen.
In het latje, dat van voren komt, zaagt
u zelf een gleufje, waar het lipje van de
sluiting doorheen komt, dat gemaakt is
van stof. 5 c.M. is voor de opening genoeg.
De scherpe voorkant, daar, waar de twéé
Van alle op deze bladzijde voorko
mende genummerde modellen,
die aan het mode-album „Winter-
weelde" ontleend zijn, kunnen bij het
Patronenkantoor „Panora". Nassau-
plein 1, Haarlem, patronen besteld
worden tegen den prijs van 50 ets-
voor complets, 35 ets. voor mantels en
japonneji, en 20 ets. voor rokken, klei
ne avondjasjes en kinderkleeding.
Voor toezending per post, ook bij be-
stellig aan de agenteen, 10 ets. extra.
latjes op elkaar komen, wordt keurig rofl^
geschuurd, eerst met grof en daarna me'
fijn schuurpapier.
Het montuur kan gebeitst worden, of
enkel in de was gezet.
De tasch zelf wordt gemaakt van stevige
stof, zooals Gabardine of tweed. De recht'
hoekige voor- en achterkant hebben opzij ëO
onder tusschengezette reepen welke naaf
boven smaller worden. De achterkant va11
de tasch wordt ongeveer l'/2 a 2 c.M. lan'
ger genomen, zoodat een stukje uitsteek1
dat met kleine spijkertjes tusschen de gleu'
wordt vastgemaakt. Het lipje sluit met eeb
drukker op de tasch.
ANEMOON
«ver
«vet
«llke;
«Ur
«aar
Xk
Vc
«Mis
tai
«ie
"«sa
«ar
te,
X
I «>e]
«U!