Bossche rechtbank behandelt weer Ossche zaken BLUE BAND Hët drama te Wildervank Het kolenvervoer per schip eên oanda TELEFUMCEN ROOFO VER VALLEN AAN DE ORDE MOORDZAAK VOOR DE RECHTBANK ALS HET WA TER DICHT IS i DONDERDAG 31 OCTOBER 1935 Verdachten legden voor de recht bank volledige bekentenissen af Straffen van tien jaar geëischt Roofoverval te Oyen Optreden der Justitie tegen de N.S.B. Maatregelen om het orgaan te laten verschijnen R.K. Universiteit Apothekers-assistent (Ingezonden Mededeeling) Wie niet horen wil... enz. Hij valt met zijn neus in de v0' 7- V Verraderlijke roofoverval van twee individuen op een zamen ouden man Geknoei met Paleisloten Tegen verdachten M. en P. resp. drie en twee jaar geëischt De Winnipegs GESCHIEDENIS CRISIS. wetgeving De heer Bückmann is met de te- boekstelling belast De Ned. Spoorwegen vreezen dan voor de voorziening van Neder land ernstige gevaren Gevolg der bezuiniging Het kolenvervoer door het Jul ianakanaal Het rangeerterrein Susteren Dood door schuld? Onderzoek niet volledig geacht Velser pontwachter in hooger beroep Doordat klep open bleef, reed auto te water OVERNEMING RADIO PROGRAMMA'S Vordering om de overneming te staken, door het Haagsche Gerechtshof niet ontvan kelijk verklaard RAMING EN OPBRENGST P.T.T. Nog steeds terugloopende cijfers Vandaag wordt de vijfde strafzitting van de Arrondissementsrechtbank te 's-Her- togenbosch gehouden, ter behandeling van de misdaden der Ossche bende. Dezen dag is de toeloop van het publiek, zoowel voor het Paleis van Justitie als in de rechtzaal, grooter dan ooit. Door den ernst der zaken, die voor zullen komen, is dit te verklaren. Het eerst wordt behandeld de zaak tegen den 23-jarigen J. P. C., den 23-jarigen opper man A. v. d. P., den 20-jarigen fa brieksarbeider P. W. de B. en den 23-ja rigen landbouwer A. J. H„ bijgenaamd de Jonge Toon de Soep. terzake van den in den nacht van 20 op 21 Februari 1934 te Uden gepleegden roofoverval in de woning van het echtpaar Bouwman. Volgens de dagvaarding hebben zij zich tot deze woning toegang verschaft door inklim ming door een gat in het dak en door een gat in een muur, terwijl zij den diefstal van 'n geld bedrag van f 1900.deden vergezeld gaan en volgen door geweld tegen den 65-jarigen land bouwer Bouwman en zijn 55-jarige echtgenoote, hierin bestaande, dat zij beiden geslagen, vast gegrepen en vastgebonden hebben. Van der P. (De Rut) die rap van tong is, legt een vlotte bekentenis af. C. had van een persoon, die hij niet kende, inlichtingen gekregen, dat er bij Bouwman iets te stelen was. Met z'n vieren zijn zij daar des nachts naar toe gegaan. Verd. zelf had eerst op de deur geklopt, doch er werd niet opengedaan. Toen heeft hij met H. in het dak een gat gemaakt en daardoor zijn zij naar binnen geklommen. De president vraagt hem dan, wie de vrouw heeft vastgegrepen. De Rut zegt, dat hij de vrouw had vastgegre pen, terwijl P. de B. zich met den man be moeide. President: „U hebt onder een plavuis in de kast het geld gevonden. Hoe wist u dat het daar lag?" De Rut antwoordt, dat hij dat wist van den verdachte H. In de woning van F. C. hadden zij het geld verdeeld. Ieder kreeg f 450. De verdachten H. en P. de B. legden eveneens een bekentenis af. C. zeide, dat wat De Rut had verteld, de vol le waarheid was. Hij had inlichtingen gekregen van den verzekeringsagent K. en daarop werd besloten, daar een inbraak te gaan plegen. De Officier van Justitie mr. Van Everdingen, na het getuigenverhoor requisitoir nemend, zei- de, dat door de bekentenissen van de verdach ten en de verklaringen van de getuigen volko men bewezen is, wat ten laste is gelegd. De ver dachten moeten dus worden veroordeeld. De moeilijkheid zit in het opleggen van de straf. De roofoverval is een van zeer ernstigen aard. ofschoon er roofovervallen zijn gepleegd, die nog ernstiger zijn. Maar van den anderen kant staan de vier verdachten zeer ongunstig bekend; zij zijn, behalve C., reeds meermalen veroordeeld. In hun voordeel pleit niet anders, dan dat zij een volledige bekentenis hebben afgelegd. In ieder geval zal hun een zware straf moeten worden opgelegd, behalve dan aan P. de B., die reeds voor doodslag tot vijftien jaar ge vangenisstraf is veroordeeld. Spr. eischte hierna tegen de verdachten v. d. P., H. en C. een gevangenisstraf van tien jaren met aftrek der preventieve hech tenis. Tegen den verdachte P. de B. eisch ic hü een gevangenisstraf van drie jaren met aftrek van het voorarrest- De verdachte v. d. P. vroeg aan den presi dent, rekening te willen houden met de an dere straffen die hem nog te wachten staan. President: „Natuurlijk zullen wij dat doen. De verdedigers, mr. Bauduin, mr. baron van Hugenpoth en mr. Bloemarts stellen hun plei dooien uit, totdat de andere zaken behandeld zullen zijn. Mr. E. Lion, die optrad voor P. de B. pleitte vrijspraak. De verdachten H. A. van der P. en A. J. H. hebben zich dan te verantwoorden terzake van den in den nacht van 15 op 16 Mei 1934 te Oyen gepleegden roofoverval in de woning van de gebroeders Verhoeven, die verdachten en hun neelgenooten hebben gepleegd, na zich toe gang tot die woning verschaft te hebben door een gesloten raam open te breken en alvoren; met een buit van ongeveer f 150 te verdwijnen, zoodanig o.a. met een stuk ijzer A. Ver hoeven hebben mishandeld, dat deze is over leden en de thans 62-jarige P. Verhoeven ver scheidene bloedende wonden bekwam. Verdachte van der P. gaf een uitvoerig relaas over de toedracht van den overval. Van o. en W. de B. zijn het eerst de woning binnengedrongen en hebben A. Verhoeven vast gebonden. ,,De Rut" had tegen hem gezegd: „Man houd je kalm, want dan gebeurt je niet". Toen grepen zij F. Verhoeven vast. Daar A. Verhoeven zich wilde verroeren, gaf Van O. hem een klap op het hoofd met een vijl, terwijl W. de B. hem tegen de borst schopte. Verdachte zelf heeft toen W. de B. naar buiten gestuurd, om op den uitkijk te gaan staan. Daarna hebben zij met hun drieën het huis doorzocht. H. voelde toen eens over het gelaat van A. Verhoeven en zei; ,,Ik geloof, dat de man dood is, want zijn gezicht is heelemaal koud." Tot hun schrik constateerden zij, dat Verhoeven inderdaad overleden was. Verdachte zei, dat het nooit in zijn bedoeling heeft gelegen een der gebroeders Verhoeven te vermoorden. Nadat wat geld ge vonden was, hebben zij haastig de woning ver laten. De president vroeg aan den verdachte H.: „Is het allemaal waar, wat Van der P. heeft ge zegd?" H. antwoordde, dat het ongeveer wel zoo was. De president: „Wie heeft de vijl gedragen?, en wie heeft daarmee geslagen?" Verdachte H.: Van O. heeft hem gedragen. Ik heb evenwel niet gezien, dat hij met de vijl geslagen heeft. Wij hebben den heer Van Geelkerken, alge meen secretaris van de N. S. B., in het hoofd kwartier te Utrecht opgezocht, teneinde hem te vragen of er maatregelen genomen worden om „Volk en Vaderland" opnieuw te doen verschijnen. „Ja zeker," antwoordde de heer Van Geel kerken ons, „alle maatregelen zullen genomen worden om het verschijnen van „Volk en Va derland" Zaterdag te verzekeren. „Meer kan ik er niet over zeggen." „In den vorm, waarin het nu verscheen? Daarvoor is tcich een rotatiepers noodig?", vroegen wy. ,,Dat zal er van af hangen." Natuurlijk is voor de drukkers door de jus titie een afschrikwekkend voorbeeld gesteld, zoodat het de vraag is of er een drukker ge vonden wordt, die het waagt „Volk en Vader land" te drukken en er niet voor vreest, dat de persen opnieuw in beslag genomen zuilen worden. De heer Van Geelkerken meende, dat dit niet het geval zou zijn, daar z.i. de maatregelen niet gingen tegen het verschijnen van het blad als zoodanig. Het ging alleen over de vier be wuste artikelen en de advertentie. De heer Van Geelkerken vroeg zich verder af, of de vervolging ook ingesteld zou worden tegen de bladen, die de advertentie hebben overgenomen. Zij hebben toch medegewerkt aan de verspreiding daarvan. Wij vernemen nog, dat zich aanvankelijk een drukker bereid had verklaard om het blad te drukken, doch zich kort daarop weer terugtrok. De keuze van een drukker te Utrecht is be perkt, omdat het orgaan gedrukt moet worden op een rotatiepers. Met een snelpers kan alleen wörden volstaan, indien het orgaan in verklein den vorm wordt uitgegeven. Den geheelen dag stond een groep menschen voor het gebouw van „Volk en Vaderland" aan de Oude Gracht te Utrecht, die het gebeuren bespraken. Wij hebben nog getracht een onderhoud te krijgen met den leider, den heer ir. A. A. Mus- sert, tenein'de diens opinie over het geval te vernemen, doch aan zijn woning werd ons me degedeeld, dat hij met vacantie afwezig is. NIJMEGEN. Candidaatsexamen Ned. taal- en letterkunde.de heer J. W. H. M. Dols te Sit- tard. AMSTERDAM. Geslaagd de dames J. M. A. ten Broeke, Haarlem; J. A. Leliveld. Amster dam en de heeren L. M. F. van der Lande, Amsterdam; J. van der Poel, Amersfoort. Als men U aanraadt tegen ongeregelde stoel gang een laxeermiddel te gebruiken, en U slaat deze raad in de wind, zult U zeker de onaan gename gevolgen daarvan ondervinden. De voor Uw gezondheid nadelige gevolgen kunnen voor komen worden door bijtijds de bekende ISTIZIN-TABLETTEN te gebruiken. ISTIZIN- TABLETTEN werken prompt, zonder schade lijke nevenwerkingen. t- V'' De rechtbank te Groningen behandelde heden de zaak tegen den 33-j. K. S. en den 27-jarigen B. B., beiden werklooze arbei ders te Wildervank, verdacht van moord op den ouden heer Jacob Kroeze te Wil dervank in den nacht van 12 op 13 Juni j.l. Men zal zich herinneren, dat omstreeks Jialf Juni van dit jaar de Groningsche Veenkoloniën werden opgeschrikt door een afschuwelijken roofmoord op den alleenwonenden heer Jacob Kroeze aan het Oosterdiep te Wildervank. Vastgebonden aan een ijzeren koevoet werd diens lijk gevonden in het kanaal voor zijn woning. Hoewel zeer moeilijk viel vast te stel len, wat uit de woning van Kroeze eigenlijk werd vermist bleek toch reeds spoedig, dat een bedrag van circa 700.was gestolen. Politie en justitie onder leiding van den of ficier van justitie, mr. A. W. baron van Im- hoff, stonden aanvankelijk voor een uiterst moeilijk probleem. Nadat verschillende huis zoekingen waren verricht werden aangehouden de reeds bovengenoemde verdachten, die aan vankelijk hardnekkig ontkenden. De bewiizen tegen hen stapelden zich echter met den dag hooger op en nadat eerst S. op 29 Augustus een volledige bekentenis had afgelegd, viel reeds den volgenden dag B. door de mand. Uit hun bekentenissen bleek, op welk een afschuwwekkende wijze de moord is gepleegd. B., die dicht bij den ouden heer Kroeze woonde, was met de plaatselijke situatie ge heel op de hoogte. In den avond van Woens dag 12 Juni ongeveer om half negen, ging B. naar Kroeze onder het voorwendsel wat poot- boontjes te komen halen. De oude man begon deze alvast te doppenOp het afgesproken uur half elf klopte S. aan de achterdeur van Kroeze. De oude man, gerustgesteld door de aanwezigheid van B., deed open. Gemaskerd, met een revolver in de hand, stond daar S. B. sprong daarna onverhoeds op den ouden Kroeze en worgde hem. Het slachtoffer werd een zakdoek in de keel gestopt en gebonden. Met een koevoet werd de brandkast geforceerd. De buit bedroeg 700.aan bankpapier. De onverlaten bonden vervolgens den koevoet aan het lijk, droegen het ontzielde lichaam naar buiten, waarna B. het in het Oosterdiep liet verdwijnen. Dat met het gevangen nemen van deze mis dadigers belangrijke arrestaties zijn verricht, moge o.m. nog blijken uit het feit, dat de twee verdachten op 21 Mei jJ. een inbraak pleegden in het gebouw van de arbeidsbemiddeling te Wildervank, waarbij 160.werd buitgemaakt. Men had reeds meer inbraken besproken, doch eerst zou B. den gemeente-veldwachter Koster neerschieten, aangezien die „te lastig" werd. Beide verdachten zijn gehuwd en hebben kinderen. Na verhoor eischte de officier van justitie tegen beide verdachten le venslange gevangenisstraf. Nadat in de strafzaak tegen den ex-direc teur en den gewezen commissaris van het Pa leis voor Volksvlijt zes zittingen zijn gewijd aan liet getuigenverhoor was vandaag het woord san den Officier van Justitie, mr. van Arkel. Wat betreft het onderzoek ter terechtzitting sprak de vertegenwoordiger van het O. M. een woord van lof tot den president mr. Briët voor zijn leiding. Dank zij deze leiding is de sfeer in de rechtszaal rustig gebleven. Ook het voor onderzoek van den rechter-commissaris mr. van Lier was prachtig; spr. brengt hulde aan den rechter-commissaris en sluit zich aan bij de waardeerende woorden in de vorige zitting door den president gericht tot den inspecteur van politie Roscher en den accountant Meyer. Uitvoerig gaat spr. de financieele manipula ties van de N. V, na, aan de hand van cijfers en jaartallen. Spr. somt verschillende feiten op, die z.i. belastend zijn voor den directeur, o.a. wijst hij op het aanschaffen van het val- sche stempeltje met de woorden „werkelijke schuld". De ex-commissaris PI. heeft de verschillende brieven geschreven om uitbetaling van de obli gaties mogelijk te maken. Deze briefjes moes ten getoond kunnen worden aan den president commissaris. In 1932 en 1933 heeft verd. P. een groot aantal van deze valsche briefjes geschreven. Op geen van die briefjes stond ooit een adres van den p f zender; er moest immers toch niet op wor- oen geantwoord. De nummers van de obligaties kon P. slechts gekregen hebben van verd. M., hij immers had het obligatieboek. In denzelf- dene tijd werden echte obligaties ingediend, af komstig van bona-fide houders; die moesten echter maanden wachten voor er eindelijk geld kwam. Een vriendin van verd. P. schreef op zijn verzoek een brief, enkele dagen later wer den deze stukken reeds uitbetaald. Er bestond op dit punt tusschen den ex-directeur en den ex- commissaris een sterke samenwerking. Het is on mogelijk, dat de commissaris dit alléén heeft gedaan; de gegevens moesten hem zijn ver schaft door den directeur. Ook de Winnipeg-obligaties zijn een sprekend bewijs voor de samenwerking tusschen M. en P. Het waren „aangebrande" obligaties, in het beek gemerkt met een P. Grif werden deze Wrnnipeg-obligaties uitbetaald, hoewel in den- zellden tijd een stuk, waar niets op aan te merken was, werd geweigerd. Betreffende de vervalsching van obligatie 4089 merkt spr. op, dat gezien het rapport van de deskundigen vast staat, dat verd. M. deze vervalsching heeft gepleegd. Voorts herinnert de Officier aan de wijze, waarop de coupons zijn geponst: de jaartallen en nummers zijn uitgeslagen. Samenwerking tusschen en kwade trouw van vernachten acht de Officier voldoende bewe zen. Zoo wijst hij er o.a. nog op, dat juffrouw oen O. op verzoek van P. een briefje schreef, waarin ze verzilvering vroeg van een aantal obligaties. Op dit briefje stond geen adres van de afzendster en verd. M. beweert, dat hij niet geantwoord heeft. Toch is er bij een huiszoe king bij juffrouw den O. een antwoord van M. gevonden. Tot de dagvaarding komende zeide spr. dat er in de balans was geknoeid, omdat verd. wilde bedekken, dat er obligaties, die reeds vroeger waren uitbetaald opnieuw werden gehonoreerd. Na nog de aandacht te hebben gevestigd op verschillende onwaarheden in de verklaringen van de verdachten, zegt de Officier, dat de rechtbank misschien niet op alle punten in de dagvaarding een veroordeeling zal geven, doch dat zij misschien daarbij zal denken aan een gezegde: „aan een boom zoo volgeladen mist men Verd. M. (de directeur) is schuldig aan het openbaar maken van een valsche balans, twee maal gepleegd en aan verduistering meermalen gepleegd. De ex-commissaris heeft zich aan medeplegen van verduistering schuldig gemaakt. Neemt de rechtbank de in de dagvaarding gestelde ver duisteringen aan, dan staat er f 100.000 ten na me van den directeur en f 11.000 ten name van den commissaris. Er is misschien veel meer geknoeid dan bij het onderzoek, dat ruim een jaar duurde, voor den dag is gekomen. Bij de strafmaat zal men het voorarrest voor den directeur niet in mindering moeten brengen: door zijn houding immers heeft het onderzoek zoo lang geduurd. Tenslotte requireerde de Officier tegen den ex-directeur drie Jaar gevangenisstraf en tegen den ex-commissaris twee jaar gevangenisstraf met aftrek van de helft van den tijd in voor arrest doorgebracht. Hierop is het woord aan den verdediger van den ex-directeur mr. Muller Massis. De Regeeringscommissaris voor den Zuivel- steun, de heer L. Bückmann, die, naar men weet op 1 December a.s'. als zoodanig zal af treden, zal o.m. worden belast met de te boek stelling van de geschiedenis der crisiswetgeving. Daar de heer Bückmann van het begin af de crisismaatregelen heeft helpen opbouwen, mag verwacht worden, dat een samenvatting zal worden verkregen, die groote waarde zal blaken te bezitten. Hoe zal 't in den winter, wanneer bij stren ge vorst de scheepvaart gestremd is en de wegen door gladheid onberijdbaar worden, staan met de voorziening van hetgeen ons land noodig heeft? Zoo ongeveer begon de heer A. G. Jagt, chef van Handelszaken der Nederlandsche Spoorwegen, zijn uiteenzetting, toen hij tij dens een persconferentie wees op de geva ren, die de kolenvoorziening van het Ne derlandsche volk dezen winter zullen bedrei gen, waarbij hy ernstige critiek uitoefende op de kanalenpolitiek der regeering. Vooral had de heer Jagt den aanleg van Juliana-kanaal en Twentekanalen op het oog. Er is in de laatste jaren door de Spoorwegen enorm bezuinigd. De exploitatiekosten welke in 1921 194 millioen gulden bedroegen, zijn in 1934 gedaald tot 104 millioen. Het personeel is over hetzelfde tijdsbestek teruggebracht van 51.000 op 35.000 man, terwijl ook wagens en locomotieven in aantal sterk zijn verminderd. Nu den laatsten tijd een geweldige verschui ving van spoorvervoer naar watervervoer plaats vindt en nog wel van goederen, welke juist in den winter niet te missen zijn, is het noodig te gen dergelijke vervoersverplaatsingen het Ne derlandsche volk te waarschuwen, aldus de heer Jagt. Het gaat hier vooral om de steeenkolenvoor- ziening van ons volk door de Limburgsche Mij nen. Van het totale kolenvervoer ad pl.m. 10 mil lioen ton worden nu reeds 3.2 millioen ton door het Julianakanaal verzonden. En wanneer de overslaggelegenheden te Stein en Born aan ge noemd kanaal zullen zijn uitgebreid zooals men voornemens is, zullen er jaarlijks ruim 6 mil lioen ton per water kunnen worden vervoerd. Zelfs in de drukste tijden, wanneer dagelijks 2400 wagens werden gesteld, hetgeen neer komt op een jaargemiddelde van 13 millioen ton, is de kolenvoorziening door de Ned. Spoorwegen steeds zonder eenige stoornis verloopen. Doch nu steeds meer vervoer naar den waterweg overgaat is het personeel, het wagenpark en het aantal lo comotieven belangrijk ingekrompen. Het valt te betwijfelen, of de N. S. in tijden van gestremde vaart wagens bij hun buren kun nen huren. Men moet n.l. niet vergeten, dat ook onze buren hun wagenpark hebben ingekrom pen en dat zij juist in tijden van gesloten vaart ook krap in hun materieel zullen zitten. Doch gesteld eens, dat zij ons aan materieel zouden kunnen helpen, dan zou men nog niet gered zijn, daar dan de dienstuitvoering zou stranden op het gebrek aan locomotieven en geschoold personeel. Wanneer er dicht water komt, zouden de ko len, welke nu via het Julianakanaal worden vervoerd, alleen over Susteren kunnen gaan, in dien de capaciteit van dat station dit zou toe laten. Daar de hoeveelheid kolen, welke Susteren dan echter zou moeten verwerken met 3.2 millioen ton zou toenemen, zijnde de hoeveelheid, welke nu via het Julianakanaal gaat, zou dit station in totaal 6.2 millioen ton moeten verwerken, dus ruim 100 pCt. meer, wat ten eenenmale uit gesloten is. V De Staatsmijnen, welke nu over hun eigen lijïi naar Stein vervoeren zullen voor dat vervoer op geen enkelen spoorwagen kunnen rekenen. Geeft men aan de plannen uitvoering om nog meer per water te gaan vervoeren, waartoe de ontworpen nieuwe overslaginrichtingen gelegen heid geven en worden die overslaginrichtingen tot hun volle capaciteit benut, zoodat in totaal ruim 6 millioen ton kan worden overgeslagen, dan zal, daar deze meerdere 3 millioen ton steenkolen voornamelijk aan Susteren worden onttrokken, zoodat er dan bijna niets meer over blijft, dit rangeerterrein terugvallen tot een der de rangs stationnetje. Het zal dan ook absoluut onmogelijk zijn bij dicht water deze 6 millioen ton, die een daggemiddelde vertegenwoordigen van 20.000 ton, te vervoeren, zoodat de kolen voorziening van het Nederlandsche volk zeer ernstig in gevaar wordt gebracht. Mocht men er aan denken dit vervoer per auto te bewerkstelligen, dan zouden hiervoor per dag noodig zijn 2000 auto's van 10 ton laadvermogen, nog daargelaten dat dit vervoer per auto niet mogelijk zou zijn, omdat de laadgelegenheden op de mijnen hiervoor niet zijn ingericht. Gesteld dat het eenige redmiddel zou zijn om buitenlandsche kolen aan te voeren en dat dit niet op het hiervoren vermelde bezwaar (gebrek aan locomotieven en personeel) zou afstuiten, dan vergete men niet, dat zulks niet in 't belang zou zijn van onze mijnwerkers, waaronder veel werkeloosheid zou ontstaan, terwijl tevens onze betalingsbalans ongunstig zou worden beïnvloed. In werkelijkheid is het vervoer niet goedkoo- per geworden, daar men niets anders gedaan heeft en doet, dan eenvoudig een deel der kos ten ten laste van het Rijk te brengen. Dat deze kosten niet gering zijn, moge blij ken uit het feit, dat alleen reeds het Juliana kanaal het Rijk aan rente, afschrijving, onder houd en bediening pl.m. 5 millioen gulden per jaar kost. Voegt men daarbij de vrachtderving, die voor de Spoorwegen uit het bestaan van dit kanaal voortvloeit en die als de afvoer per wa ter op pl.m. 6 millioen ton is gebracht op pl.m. 8 millioen gulden 's jaars mag worden geschat, dan komen wij op een bedrag van plan. 13 mil lioen gulden. Daar staat tegenover, dat voor de mijnen een voordeel aan vracht is ontstaan van pl.m. 5 millioen gulden. Trekt men dit van vorenbedoelde 13 millioen gulden af, dan blijft er nog een bedrag van 8 millioen gulden over, dat door de gemeenschap moet worden opgebracht. Het zal, wanneer tijdens een strengen winter de regelmatige kolenvoorziening van ons land in het gedrang zou komen en de Spoorwegen dus niet aan alle gestelde eischen zouden kunnen voldoen gemakkelijk zijn critiek op hen uit te oefenen, doch men vergete dan niet, zoo besloot de heer Jagt, dat dit niet hun schuld is, doch dat dit te wijten is aan de bezuinigingsmaatre gelen tot welker toepassing zij zijn gedwongen door de verplichting naar middelen te zoeken om de tekorten op te heffen, die door buiten hun macht liggende oorzaken zijn ontstaan en waaronder de hun door de nieuwe kanalen ont trokken vrachtbedragen een voorname plaats innemen. van Teletunken, als U de volmaakte weergave dezer radio-toestellen slechts éénmaal hebt gehoordI Prijzen: van f106.- tot f250.- Hedenmorgen heeft de Haarlemsche recht bank uitspraak gedaan in de zaak van den bur gemeester van Haarlem, die veertien dagen ge leden terecht stond, verdacht van het veroor zaken van dood door schuld. Het betrof de aan rijding op den Rijksweg AmsterdamHaarlem, waarbij een inwoner uit Haarlem gedood werd. De eisch luidde 5000 subs. 50 dagen hech tenis, en intrekking van het rijbewijs voor den tijd van 1 jaar. De rechtbank wees hedenmorgen de zaak terug naar den rechter-Commissaris, omdat zij het onderzoek niet volledig achtte. Zij wtenscht, dat alsnog de deskundige Dr. Hulst en andere des kundigen en getuigen gehoord worden. Het Gerechtshof te Amsterdam heeft het ern stige ongeluk behandeld, dat op 10 Augustus van het vorig jaar is gebeurd met de Velserpont, als gevolg waarvan de tweede gezagvoerend pont wachter, aan wiens onachtzaamheid dit ongeluk te wijten zou zijn geweest, zich op 24 Januari 1.1. te verantwoorden heeft gehad voor de Haar lemsche Rechtbank en deswege tot een hechte- nisstraf van twee maanden is veroordeeld. Het ongeluk is geschied toen een door den heer G. H. Heyneman uit Amsterdam bestuur de gesloten personenauto van de pont in het kanaal is gestort, doordat het vaartuig reeds vertrok, alvorens de klep waarop de auto nog gedeeltelijk stond, was opgehaald. Van de zes inzittenden wisten zich vier te redden; 'echter konden de 20-jarige dochter en een Duitsche dienstbode niet meer uit den auto loskomen, met het gevolg, dat zij jammerlijk verdronken. Op een vraag van president Mr. Jolles deelde verdachte mede, in hooger beroep te zijn geko men. omdat hij de straf te zwaar vindt, ofschoon hij toegeeft, een ernstig verzuim te hebben ge pleegd. De procureur-generaal eischte, behalve ten aanzien van de kwalificatie, bevestiging van het vonnis dezer Rechtbank. De verdediger, mr. P. Tideman, drong op vrij spraak aan. Mocht het Hof echter van meening zijn, dat pl.'s cliënt veroordeeld moet worden, dan verzoekt pl. met klem, deze voorwaardelijk te doen zijn. Arrest 13 November. Het Gerechtshof te Den Haag heeft arrest gewezen in de civiele procédure van de de vier groote radio-omroepvereenigingen contra den uitgever van de „Haagsche Telefoon Radiogids", die zonder toestemming van de radio-omroep- vereenigingen radioprogramma's in genoemden gids heeft overgenomen. In kort geding had de president der recht bank de vordering van de omroepvereenigingen tot bevel om de overneming te staken niet ont vankelijk verklaard. Het Hof heeft thans het vonnis bevestigd. De diensten der P. T. T. hebben over de maand September opgebracht: Posterijen: f 2.833.124 (f 34.936 minder dan vorig jaar en f 169.626 minder dan de be grooting). Telegrafie: f 334.704 (f 3946 minder dan vorig jaar en f 22.696 minder dan de begrooting). Telefonie: f 1.953.768 (f 98.145 minder dan vorig jaar en f 72.832 minder dan de begrooting). Postcheque- en Girodienst: f 622.485 (f 90.311 meer dan vorig jaar en f 94.585 meer dan de begrooting) Totaal f 5.704.081 (f 46.716 minder dan vorig jaar en f 140.569 minder dan de begrooting). Voor de eerste negen maanden van het jaar te zamen, bedroeg de opbrengst: Posterijen: f 25.628.794 (f 966.511 minder dan vorig jaar en f 1.189.606 minder dan de begroo ting). Telegrafie: f 2.903.652 (f 523.196 minder dan vorig jaar en f 242.548 minder dan de begroo ting.) Telefonie: f 17.212.077 (f 1.228.043 minder dan vorig jaar en f 196.183 minder dan de begroo ting). Postcheque- en Girodienst f 5.553.574 (f 545.598 meer dan vorig jaar en f 583.924 meer dan de begrooting) Totaal f 51.298.037 (f 1.972.152 minder dan vorig jaar en f 1.044.413 minder dan de begroo ting).

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1935 | | pagina 5