Hi LID IN DES GELOOFS
12
BOEKENNUMMER
De H. Joannes de Deo
In geen enkelen tijd verschenen in
ons vaderland zoo veel, en zoo
goede heiligenlevens als in de
laatste tien jaren, en wat het meest
verheugt, is wel, dat deze heiligenle
vens niet eens allemaal van katholie
ke herkomst zijn, maar dat ook an
dersdenkenden zich interesseeren
voor de helden des geloofs. Geeft hun
belangstelling soms aanleiding tot
misverstanden, zooals ongetwijfeld
het geval was voor den Duitschen
schrijver Ludwig Marcuse, die bij Em.
Querido te Amsterdam een allerzon
derlingst boek deed verschijnen over
den heiligen Ignatius van Loyola, den
stichter der Compagnie van Jesus,
wiens organisatietalent deze schrijver
ten zeerste bewondert, ofschoon hij
het in dienst gesteld acht van een af
keurenswaardig sociaal conservatis
me; het gebeurt toch ook, dat anders
denkende schrijvers met fijn gevoel de
katholieke devotie weten te benade
ren en zoo ziet men bijvoorbeeld de
bekende Protestantsche romancière
Wilma een goede, ofschoon niet feil-
looze verhandeling wijden aan de ver
eering van de Moeder Gods. Dit is
tóch zeker een verblijdend teeken des
tijds.
Terwijl in eigen kring de geschrif
ten van de heiligen en mystieken tal
rijker lezers vinden dan voorheen,
ontwikkelt de katholieke hagiografie
zich tot een zelfstandig genre, dat in
schrijvers als Emile Erens en Pater
M. Molenaar M.S.C. eminente letter
kundige vertegenwoordigers heeft. Wel
zijn op dit gebied de vertalingen nog
altijd talrijker dan het oorspronkelij
ke werk, maar er is toch een voor
uitgang waar te nemen, die voor de
naaste toekomst een opbloei van de
ze bij uitstek Katholieke litteratuur
in het vooruitzicht stelt.
Wij noemden den heiligen Ignatius
en zijn nieuwsten Duitschen levens
beschrijver. Maar kent het katholie
ke Nederlandsche publiek wel vol
doende het boek van den Engelschen
dichter Francis Thompson, aan Sint
Ignatius gewijd? De levensfeiten van
den grooten heilige worden er met
pakkende beknoptheid en diep ziel
kundig begrip in weergegeven en
voor dengene, die dezen meest om
streden Katholiek der moderne ge
schiedenis-beschouwing niet kent,
biedt dit poëtische en toch zoo feite
lij k-historische werk een inleiding
tot de kennis van zijn leven en ka
rakter, misschien alleen overtroffen
door de Duitsche schets van pater
Huonder. Dat de groote, nieuwe
Fransche biografie van pater Dudon
ons de historische omgeving van den
Stichter der Jesuïeten-orde nader
voor den geest haalt, maakt de ge-
De H. Thomas Morus
voelige levensbeschrijving van
Thompson nog geenszins tot een ver
ouderd boek. Sint Ignatius is immers
een zoo rijke persoonlijkheid, dat
men best verschillende visies op zijn
karakter naast elkander verdraagt,
wanneer ze getrouw blijven^ aan de
geschiedkundige werkelijkheid. In
zijn Ignatius-boek is de groote lyri
sche dichter een voorlooper van de
moderne waardeering van deze zeer
bijzondere, militante, en voor onzen
tijd geëigende heiligen-figuur. De
Nederlandsche vertaling van pater
H. Kooyman S.J. verscheen dit jaar in
herdruk bij H. J. Dieben te Wasse
naar, verlucht met 40 illustraties.
Dezelfde uitgeefster, die vele uit
gaven betreffende de Sociëteit van
Jezus verzorgt, deed ook een beknop
te levensschets verschijnen van den
Amsterdamschen Jesuïet Jan Philip
Roothaan (1785—1853), den een-en-
Triomf van St. Thomas (houtsnede
uit 1516)
twintigsten Generaal der Orde. Toen
deze dienaar Gods op het sterfbed
lag, zei Paus Pius IX: „Wij gaan een
heilige verliezen, en dat is voor on
zen tijd een onherstelbaar verlies."
Naast de groote Italiaansche biogra
fie van Pater Pirri, aan Roothaan
gewijd, munt dit frissche werkje van
den Nederlandschen geschiedschrij
ver der Jesuïetenorde uit door een
voud van taal en oorspronkelijkheid
van behandeling der stof. De auteur
vond te zijnen dienste een aantal
oude verslagen en honderden brie
ven, berustend, deels bij de familie
Roothaan, deels in de archieven van
de Sociëteit te Rome, te Den Haag
en elders. Een overzichtelijk kaartje,
dat de vele reizen van den dienaar
Gods in beeld brengt, werd aan deze
uitgave toegevoegd.
Uit het werk van den in 1929 za
lig verklaarden Jesuïet, Claudius de
la Colombière, bezorgde pater Jac.
Zey een bloemlezing. Ze werd even
eens bij Dieben te Wassenaar uitge
geven en kan vooral onzen priesters
van nut zijn bij de meditatie, en bij
de voorbereiding van hun preeken.
De heilige van het jaar 1935 is wel
Thomas Morus, wiens werkje over „De
Vier Uitersten" in keurige verzorging
uitgegeven werd door Foreholte te
Voorhout.
Eenvoud en rechtstreekschheid zijn
de karakteristieken van dit merk
waardig boek. Het werd geschreven in
de dagen, dat More op het toppunt
stond van zijn aardsch geluk. Het is
een meditatie, zoo beredeneerd en
zorgvuldig gesteld, als slechts een
rechter en jurist er een schrijven kan.
j HEILIGENLEVENS
VAN HET JAAR 1935
Dit brillante boekje van een waar
lijk groot man vraagt aandachtige le
zers! Zij kunnen er slechts beter van
worden bij de herinnering, dat de
man, die in den bloei van zijn leven
mediteerde, voor den inhoud van zijn
meditaties stand hield door alle be
proevingen heen tot den dood.
Men herinnert zich de fijne karak
terschets van St. Thomas Morus door
Joseph Clayton, waarvan Piet Kasteel
een Nederlandsche vertaling bezorg
de bij de N. V. Fidelitas te Amster
dam.
Een heilig
boekhandelaar
Te weinig bekend is in ons vader
land de figuur van den heiligen Joan
nes de Deo, wiens orde van de Barm
hartige Broeders toch ook hier, voor
de ziekenverpleging, zoo talrijke ver
diensten oogstte. Deze heilige was van
geboorte een Portugees. Hij zag het
levenslicht in het jaar 1459 te
Montemayor el Nuovo in het bisdom
Evora. Als knaap van acht jaar ont
vluchtte hij het ouderlijk huis, hij
werd toevertrouwd aan een boer, in
wiens dienst hij het vee hoedde. Zoo
zeer bevredigde hij zijn meester, dat
deze hem zijn dochter ten huwelijk
bood, maar Joannes weigerde dit aan
bod, trad in dienst bij het leger, werd
zelfs ter dood veroordeeld door den
vijand, doch herwon de vrijheid, vocht
tegen de Turken, vestigde zich te
Granada als boekhandelaar, werd we
gens zijn opzienbarende openbare boe
tedoeningen in een krankzinnigenge
sticht opgesloten, verdroeg beleediging
en hoon, richtte een hospitaal in, be
ijverde zich voor de zedelijke verbete
ring van zwakken en gevallenen, en
stichtte de orde van de barmhartige
broeders. Deze romantische levensloop,
waarin de al te menschelijke noot niet
ontbreekt, stelt aan den hagiograaf
zeer hooge eischen en het kan ons
alleen spijten dat de levensbeschrijver
fr. Luciano del Posa hieraan slechts
matig weet te voldoen. Men mist in
zijn boek te zeer het epische talent.
Toch is het een interessant en leer
rijk heiligenleven, door Dr. H. Smits
in vloeiend Nederlandsch vertaald. De
vele illustraties kunnen onze bewon
dering niet wekken. Men wordt echter
geheel in beslag genomen door de
merkwaardige figuur van den weinig
bekenden heilige en dit doet ons de
gebreken van het werk voor lief ne
men, al zagen wij liever een karak
teristieker beeld van den boekhande
laar, die een heilige werd.
Grooter bewondering voelen wij dan
ook voor het boek, dat bij dezelfde
uitgeefster Foreholte verscheen over
de poverella van Trastevere, Sinte
Francesca Romana, die leefde van
1385 tot 1440 en zich te midden der
zedenverwildering van het toenmali
ge Rome gedroeg als een heldin van
hoogen zedelijken moed. Terecht
schrijft de prospectus over dit werk
van J. C. W. van de Wiel pr.:
De hooge leekenfiguur van St.
Francesca Romana is meer actueel
dan ooit. Geboren en opgegroeid in
de groote, woelige wereldstad, als
meisje, als echtgenoote en als moeder
levend in een tijd vol gisting en span
ning, temidden van een algemeene
moreele en economische ontreddering
heeft St. Francesca Romana iets te
zeggen tot het meisje, de vrouw en de
moeder van onzen tijd. Eeuwen voor
Pius' oproep aan de katholieke lee-
ken heeft zij haar taak begrepen en
volbracht. Haar rijke talenten van
verstand en hart heeft zij in dienst
gesteld van Christus en de lijdende
menschheid. De gestalte van St. Fran
cesca Romana is ons dierbaar, omdat
wij in haar de vleeschgeworden wer
kelijkheid zien van de idealen, naar
welker verwezenlijking het katholieke
meisje, de katholieke echtgenoote en
moeder van heden met zooveel geest
drift en élan streven.
Pater M. Molenaar M. S. C. vertaal
de voor het Nederlandsche Boekhuis
te Tilburg de levensschets van Don
Bosco, nagelaten door den bekenden
Franschen letterkundige Joris Karl
Huysmans. Dit boekje is een ontdek
king. Men leert er den schrijver en
den beschrevene beter uit kennen.
Paul Brand kondigt een nieuwe
druk aan van „De Heilige Pelgrim",
het leven van St. Benoit Labre, be
schreven door Emile Erens. En Ellen
Russe vertaalde den Savonarola van
Piero Misciatelli voor de N. V. Fideli
tas te Amsterdam. Welke plaats komt
aan Savonarola toe onder de katho
lieke geloofshelden? Het is nog niet
definitief vastgesteld. Maar het oor
deel wordt met de jaren gunstiger en
er is zelfs verscheidene malen ge
sproken over de mogelijkheid van een
heiligverklaring.
Van de andere merkwaardige hei
ligenlevens, die in 1935 in Nederland
het licht zagen noemen wij nog: St.
Thomas van Aquine door G. K. Ches
terton, vertaald door H. Reynen, en
het merkwaardige proefschrift van
Dr. B. H. M. Vlekke over den eer
sten Nederlandschen bisschop, Sint
Servatius. De hagiografie heeft, blij
kens deze vele en verschillende uitga
ven, geen slecht jaar gehad. Het ver
heugt, dat het heiligenleven klaar
blijkelijk zijn reputatie van ongenie-
telijkheid verliest en dat een steeds
grooter publiek begint te grijpen
naar solide boeken over de helden
des geloofs.
St. Ignatius
miiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiii mui minimin minui
•uumuuuuuuuuuuuuuuuuuuuuuuuuuuuut immuun