10e Dubbelgangster I
cKdim&aal van den da§
Met twee kameraadjes op avonturenreis
The Unity ontmoet Gezellen Vier
WEINIG CONCURRENTIE
IN NOORD
a
mJmlt
ZATERDAG 16 NOVEMBER 1935
D.H.V.B.
Een interessant programma, dat
groote wijziging kan bren
gen, vraagt morgen
de aandacht
Wat is B.S.M. van plan?
D.H.V.B.-PROGRAMMA
Voor Zondag
TWEEDE KLASSE l.V.C.B.
L.V.V. en Forward
kunnen hun positie
verbeteren
Moeilijke wedstrijd voor G.V. O.
VRAGENBUS
»xw
omweg
Kath. Esperanto-bond
Over de resultaten van den laatsten Zon
dag valt lieel weinig te vertellen. Verrassen
de uitslagen vielen niet te noteeren. Alleen
het feit dat Voorwaarts in afdeeling Noord
zich wist te handhaven en de zege van St.
Martinus over Alliance waren de belang
rijkste wapenfeiten. Met dit al begint de
strijd zich scherp af te teekenen.
Zooals reeds is opgemerkt, behoudt Voor
waarts in de eerste klasse van het Noorden
onbedreigd de leiding en de club uit Noord-
Scharwoude kan morgen toezien hoe de concur
renten elkaar onderling de punten afhandig
2Ullen maken.
Oranje Wit en U.S.V. zijn vrijwel de eenig-
sten, die het Voorwaarts lastig kunnen maken
en wanneer U.S.V. niet van de gewoonte af
wijkt om thuis alles te winnen en uit alles te
Verliezen, wordt de Uitgeester club uitgescha
keld, want de strijd tegen Oranje Wit gaat in
kimmen. Ook Purmerend en V.V.O. maken mis
schien nog kans op de bovenste plaats en on
getwijfeld zullen deze ploegen er nu alles op-
Zetten niet verder achterop te raken. De ont
moeting van Purmerend tegen K.G.B. is echter
Uitgesteld, terwijl V.V.O. toch terdege rekening
Zal moeten houden met het bezoekende
h'.S.V. St. GeorgeSparta is voor de bezoe
kers. Het werk van St. George valt wel een
Weinig tegen.
In de reserve-afdeeling gaat De Meer 2 aan
ket hoofd, maar hier is volop concurrentie.
^•V.A. 2 schijnt ons met Zeevogels 2 de ern
stigste gegadigde voor de bovenste plaats, in
dien De Meer 2 er misschien afstand van wil
doen. Daarom is de ontmoeting tusschen V.V.A.
2 en Zeevogels 2 van het allergrootste belang,
Waarbij V.V.A. 2 o.i. de beste kansen heeft. Vo-
'endam 3 speelt thuis tegen Alw. Forward 2 en
kier ligt een zege voor de wijdbroeken wel in
het verschiet. Maar de ploeg uit Hoorn kan
verrassend goed voor den dag komen, dus is
°Ppassen de boodschap.
Het programma voor de eerste klasse in het
Centrum is weer uiterst belangrijk. Deze inte
ressante afdeeling heeft onze volle aandacht.
Caarom lijkt het ons aardig hier geregeld den
stand van zaken aan te geven.
Gezellen Vier
St. Martinus
Alliance
The Unity
Concordia
Vogelenzang
Z.P.C.
B.S.M.
India
R.O.D.A.
N.V.A.
9 22 9
7 16 7
21 9
7 5
10 S
6 5
15—11
11 6
8—18
6—17
5—31
Eenige zeer belangrijke wedstrijden kunnen
®d°rgen groote wijziging aanbrengen in de hui
dige situatie. Zoo is de strijd in Amsterdam tus
schen The Unity en Gezellen Vier van het aller
grootste belang, omdat het voor The Unity mis
schien wel de laatste kans is. In een zoo sterk
bezette afdeeling is élk puntje kostbaar en zou
Vhe Unity in de leiders haar meerderen moeten
erkennen, dan is zij voorloopig buiten mede-
hinging.
Maar Gezellen Vier behoeft niet op een
Walkover te rekenen. Een nederlaag voor de
Ce zeilen zou voor de spanning wel zoo aange
naam zijn en.... voor St. Martinus, dat rustig
kan toekijken. De ontmoeting AllianceCon-
c°rdia is te vergelijken met The Unity—Ge-
Zellen Vier. De verliezer in Haarlem wordt voor
lopig uitgeschakeld. Het Hillegomsche Concor-
éia weert zich kranig, maar of de bollenmen-
schen het tegen Alliance zullen bolwerken, mee-
hen we toch te moeten betwijfelen.
Ondertusschen mogen we B.S.M. na de fraaie
^cge op Vogelenzang ook niet wegcijferen en
Wanneer de Bennebroekers morgen Z.P.C. in
Amsterdam een nederlaag toebrengen, stijgt
®-Sm. eenige plaatsen op de ranglijst. En dan
hient men met B.S.M. nog terdege rekening te
houden.
Vogelenzang herstelt zich ten koste van het
arhie N.V.A. en tenslotte zullen R.O.D.A. en
kidia uitmaken wie voorloopig N.V.A. gezel
schap mag houden. Wanneer begint de club uit
bovenkerk eens uit een ander vaatje te tappen?
borgen reeds?
Ho strijd in de reserve-afdeeling is ook zeer
sPannend. De cijfers tusschen de drie bovenste
boegen luiden als volgt:
T.Y.B.B. 2 5 4 1 0 9 17—10
Lisse 2 6 4 0 2 8 1513
H3.C. 2 4 2 2 0 6 14—10
He nummers twee en drie bekampen elkaar
,horgen op het veld van Lisse en hier zal uit
gemaakt worden wie voorloopig de concurrentie
met T.Y.B.B. 2 mag aanhouden. Na 't zwakke
begin is Lisse 2 thans weer in vorm en het komt
ons voor dat de Heemsteedsche reserves hun
eerste nederlaag tegemoet gaan. T.Y.B.B. 2 kan
zich handhaven, maar zal toch moeten oppas
sen in Beverwijk tegen D.E.M. 2. De Wijkenaren
kunnen hier wel eens voor een verrassing zor
gen. Daarvan zou Onze Gezellen 2 willen pro-
fiteeren, al sde Haarlemmers althans in Castri
cum van Vitesse 2 winnen. En daaraan twij
felen we niet. Tenslotte mag men ook D.O.S. 2
niet wegcijferen. Santpoort 3 wordt voor de
zooveelste maal het slachtoffer en blijft dan
leelijk onderaan hangen.
Voor de overige wedstrijden raadplege men
het programma.
Wij vestigen er voorts nog de aandacht op,
dat van het in het officieel orgaan gepubliceer
de programma nog zijn uitgesteld de wedstrij
den: Noord: Eerste klas: Purmerend 1K.G.B.
1; Res. 2 A: Sparta 2—K.G.B. 2; Res. 3 A:
K.G.B. 3Valken 3 en in Centrum Res. 4 E:
O.I.V. 3Teylingen 4
Afdeeling Noord
ie klasse
4 Purmerend 1KGB 1
St. George 1Sparta 1
VVO 1ESV 1
Or.-Wit 1—USV 1
Reserve le klasse
A WA 2—Zeev. 2
V'dam 3Alw.
Forward 2
2e klasse
A Sew 1—EVE 1
gtormv. 1Reo 1
St. Bavo 1—W.-R. 1
AFC 1—De Valken 1
BHSV 1—Zap 1
Berdos 1Con Zelo 1
WSV 1SVW 1
G.-Zwart 1Vlos 1
Reserve 2e klasse
A Sparta 2KGB 2
De Valk. 2__Sew 2
BDSV 2—WE 2
AFC 2—WSV 2
Vitesse 3—Or.-Wit 2
GVO 2—Ado 3
Dem 3Berdos 2
3e klasse
ADVO 1—Edo 1
W.-Friez. 1—VCA 1
De Blokk. X—Zouav. 1
B Zap 2-SRC X
R.-Wit 1—Holland. 1
Meerv. 1Vios 2
Reserve 3e klasse
A EVE 2Stormv. 2
KGB 3—De Valken 3
Wit-Rood 2—
Strandvogels 2
B Berdos 3—WO 2
Zeev. 3Or.-Wit 3
CWSV 3—Purmer. 2
4e klasse
A Woudia 1St. Jan 1
Strandv. 1—WFC 1
Reserve 4e klasse
A Zouaven 2—Sew 3
Edo 2St. George 2
St. Bavo 2Sparta 3
B Con Zelo 2AFC 3
SVW 2—Zap 3
CPSCK 2WSV 4
SVA 3—Meerv. 2
SDE 2PSCK 3
Afdeeling Centrum
le klasse
A The Unity 1Gez.
Vier 1
Roda 1India 1
ZPC 1BSM 1
Alliance 1Concord. 1
NVA 1Vog.zang 1
Reserve le klasse
A Vitesse 2Onze Gez. 2
Dem 2-Tvbb 2
Lisse 2HBC 2
Dos 2Santpoort 3
2e klasse
A VDO 1—St. Louis 1
Des 1—RCM 1
Or.-Zwart 1—OIV 1
BRWD 1—SMC 1
VVSB 1KRV 1
v. Nispen 1Foreh. 1
Reserve 2e klasse
A St. Mart. 2WA 3
Vic 2Zwaluwen 2
Doss 3Wilskracht 3
B G.-Wit 2SJC 2
Leiden 2—HBC 3
Tybb 3Lisse 3
3e klasse
AODA 1—SVO 1
SVA 1—PSCK 1
Diem. 1—St. Pancr. 1
PVCA 1—SDE 1
B Majella 1Meerb. 1
Kolp. B. 1ASC 1
Reserve 3e klasse
A PVCB 2De Meer 3
Wilskr. 4—ZPC 2
B Gez. Vier 2V'dam 4
CVic 3—VDO 2
Doss 4Or.-Zwart 2
D Lisse 4Onze Gez. 3
Santp. 4Concordia 2
G.-Wit 3—Tybb 4
E SJC 3—KRV 2
Foreh. 2RWD 2
St. Hoog. 2Dos 3
4e klasse
A Nas 1—DSO 1
HBC 4DSS 3
VVF l__Tybb 5
OIV 2—v. Nispen 2
BNlcol. B. 1—ODV 1
St. Bern. 2—VCH 1
Reserve 4e klasse
A WA 5—ZPC 3
De Meer 5—NVA 2
Nea 3—VDO 3
Gez. Vier 3—DES 3
B India 4—PVCA 2
Constant. 3—Doss 5
RKAV 5—St. Mart. 4
CSt. Pancr. 2—St.
Louis 2
ZPC 4Zwaluwen 4
CC St. Mart. 5Doss S
PSCK 4The Unity 3
DVog.zang 2HBC 5
Dek 2Alliance 2
Tybb 6—G.-Wit 4
E Concordia 3v.
Nispen 3
OIV 3Teyl. 4
FTeyl. 3—Ft Hoog. 3
SJC 4—SMC 2
KRV 3—Foreh. 3
G Dos 5Majella 2
ODV 2—Unio 3
VCH 2—Trekv. 3
Afdeeling Zuid
le klasse
A RCD 1Overschie 1
Aio 1—Velo 1
St. Ignatius 1St.
Lodewijk 1
B Lenig en Snel 1
DHL 2
Alphensche B. 1
Leiden 1
Bisschopsbeker
Groep I
Celer 1GDA 1
Groep 2
Wilskr. 1—St. Mart. 1
RKAV 1—Doss 1
door Charles Garvice
65
Ze zat wat te droomen op een omgevallen
boomstam, toen ze opeens werd opgeschrikt
ti°or het gedempte geluid van paardenhoeven
°t> het dikke naaldentapijt. Het gerucht kwam
^an achter haar, en ze bleef stil zitten wach
ten, tot de ruiter voorbij zou zijn, haar hoofd
diep gebogen, dat h ar gezicht geheel
Verborgen was. Het paard naderde, en toen
2e vluchtig opkeek, zag ze, dat het Redmayne
1,1 as, die daar voorbij reed. De dikke stam van
"ten denneboom had haar verborgen en ze wilde
reeds een zucht van opluchting slaken, toen
Hedmayne de teugels inhield, om zich heen
*eek, alsof hij niet zeker meer was van den
V'eg, en haar zag.
Hij keek een oogenblik naar de zittende
8edaante, alsof hij even geschrokken was,
^tte zijn paard opnieuw aan, hield het toen
°Pnieuw staande, sprong af, sloeg de teugels
Over den arm en kwam naar haar toe. Irene
Voelde zich niet in staat, zich te bewegen;
Voerloos bleef ze zitten, terwijl haar hart zóó
heftig bonsde, dat ze nauwelijks kon adem
halen, Haar hoofd zonk nog meer voorover,
L. V. V. heeft weliswaar in West Ia
Zondag door een gelijk spel tegen
Olympia een punt moeten afstaan, maar dit
neemt niet weg, dat de club uit Laren op het
oogenblik nog verreweg de beste papieren heeft.
Morgen ontvangen de leiders Amersfoort, dat
wel niet tegen de energieke Gooische club op
gewassen zal zijn, zoodat L. V. V. morgen zijn
puntenaantal weer kan vergrooten. Voor de
zoodat er niets van haar gezichtje te zien
was. Redmayne bleef naast haar staan en nam
zijn hoed af.
„Neemt u me niet kwalijk," zei hij. „Ik
schijn verdwaald te zijn. Kunt u me ook
zeggen, hoe ik op den weg naar Londen kom?
Ik ben bang, dat ik u heb laten schrikken,"
voegde hij er bij. „Ik kwam zoo opeens op u
af. Ik hoop, dat u me excuseert."
Irene boog even het hoofd.
„Dit is niet de eerste keer, dat we elkaar
ontmoeten," zei hij, met die bijna eerbiedige
beleefdheid, waarmee hij altijd tot vrouwen
sprak, onverschillig tot welken stand ze be
hoorden. „.Herinnert u zich niet, dat u me
onlangs eens zulke mooie bloemen hebt ge
geven? Ik heb u daar, geloof ik, nauwelijks
voor bedankt. Laat me dat bij deze gelegen
heid doen: de dankbaarheid is de moeder van
roeuwe weldaden, weet u! Ik mag u nu wel
bekennen, dat ik vanmiddag hoofdzakelijk
dezen kant uitgereden ben om nog wat meer
van die bloemen te halen! Ik heb er goed ge
zorgd voor die u me gegeven hebt; maar ze
zijn nu verwelkt. Ik zal doorrijden naar de
kweekerij, als u me wilt wijzen, hoe ik gaan
moet."
„Als u weer op den grooten weg komt, moet
u links afslaan," zei ze.
Toen hij haar stem hoorde, kreeg Red
mayne een schokje; het was, of er een ril
ling door hem heen ging. Groote hemel,
maar dat was toch Irene's stem! Hij keek
naar haar als iemand die een geestver
schijning ziet. Iets in die gebogen gestalte deed
concurrenten van de leiders ziet het er niet
zoo eenvoudig uit. Fortitudo speelt n.l. thuis
tegen Saestum, den nieuwen I.V.C.B.-er uit
Zeist, die wel een lastige tegenstander zal blij
ken te zijn voor de club uit Culemborg, die in
dezen wedstrijd wel eens een punt zou kun
nen verspelen Ook in Montfoort zal het ge
ducht spannen tusschen M. S. V. en Olympia,
die elkaar weinig zullen toegeven. De thuisclub
is nog ongeslagen en zal alles in het werk stel
len om dit ook morgen te blijven, maar o.i. zal
men met een gelijk spel niet ontevreden mo
gen zijn. De reserves van V.V.Y. hebben de beste
kansen tegen H.M.S. 2, terwijl in de Utrecht-
sche derby tusschen Semper Avanti en Zwalu
wen Vooruit de kansen o.i. practisch gelijk
staan.
In West Ib kan Forward zijn fraaie positie
behouden door in Volendam de reserves van de
wijdbroeken te kloppen, wat voor de club uit
Hoorn wel geen opuitvoerbare opgave zal blijken
te zijn. The Victory ontvangt V. I. C„ dat het
in Weesp hard te verantwoorden zal krijgen
en tegen de nieuwe I. V. C. B.-ers weinig kans
heeft. Constantius zal wel het ondsrspit moe
ten delven tegen de Zwaluwen, terwijl een zege
van N. E. A. op de Wilskracht-reserves in de
lijn der verwachtingen ligt. In Amsterdam won
de club uit Ouderkerk reeds met 61. G. V. O.
zal in West Ha van A. D. O. in Heemskerk
zwaren tegenstand ondervinden en de moge
lijkheid, dat de club uit Krommenie hier een
punt verspeelt is niet uitgesloten. Geel Wit zal
wel in staat zijn om de punten te veroveren
op Santpoort 2, en V. V. E. komt weer voor een
zware taak te staan tegen Lisse, dat in Wijk
aan Zee op bezoek komt. D. S. S. won in Cas-
tricum met 31 van Vitesse, dat ook morgen
in Haarlem weinig kans op succes heeft. Tey
lingen won in Sassenheim met 52 van Blauw
Zwart, dat na het fraaie resultaat tegen A. D.
O. ook morgen in Wassenaar tegen Teylingen
wel eens voor een verrassing zou kunnen zorgen.
Vraag: Is lot serie 2602 no. 0041 v. d. Rott.
Schouwburg reeds uitgeloot.
Antw.: Neen.
Vraag: Ik heb twee ongehuwde zoons, die bij
mij inwonen. Beiden zijn aangeslagen voor de
inkomstenbelasting 1935-1936. De een voor
ƒ400 moet betalen ƒ2 en de ander voor ƒ400
moet, betalen ƒ4. Is deze aanslag juist? Hoe
veel moet een ongehuwd persoon verdienen, om
voor de inkomstenbelasting te worden aange
slagen? Ik woon in de gemeente Zijpe (N.H.)
Antw.: Wij kennen de situatie in Zijpe niet,
maar wij veronderstellen, dat de gemeente voor
de Gemsentefondsbelasting, in de derde klas is
ingedeeld. In dat geval vallen uw zoons juist
in de belasting, omdat er 300 bij hun inko
men wordt geteld. Als zij evenveel verdienen
moet ook hun belasting even hoog zijn. Als u
twijfelt aan de juistheid van den aanslag, kunt
u reclameeren.
Vraag: Ik ben aangeslagen voor het belas
tingjaar 1935-1936 over 556. Ik ben dienstbode
voor dag en nacht en ben in betrekking in de
Haarlemmermeer en verdien 3 per week. Ik
moet, nu 6 belasting betalen? Is dit niet te
hnog? 2. Is het geoorloofd met een öreghaak
te snoekhengelen?
Antw.: 1. Als uw inkomen ƒ556 is, is de aan
slag juist. De kost en inwoning, die u geniet
wordt op ƒ400 per jaar geschat; 2. Voor zoo
ver ons bekend, moogt u snoekhengelen meteen
dreghaak, mits de vischtijd open is.
Vraag: Waarmede kan men het best een
Astrakan-bontkraag (grijs) en een gladden
bontkraag (grijs), die door het dragen vuil ge
worden zijn, schoon krijgen?
Antw.: Stevig afborstelen met waschbenzine,
waardoor een handvol magnesium is gedaan. Na
het afborstelen met enkel waschbenzine goed
naspoelen en wasschen.
Vraag: Bestaat er een gesloten dansclubje
van R K. beschaafde, ontwikkelde jonf/elui in
Haarlem?
Antw.: Bijna alle dansleeraren, katholiek of
niet-katholiek, hebben danscursussen voor R.K.
Het is ons daarom niet mogelijk één adres op
te geven.
Vraag: Ik heb 2 H.A. bouwland gekocht, dat
zich uitsluitend leent voor tuinbouw. Ik heb
geen teeltbewijs voor tuinbouwgewassen. Kan
een pachter ook geen teeltbewijs voor dit voor
noemde land krijgen?
Antw.: Ja.
Vraag: Mijn dienstmeisje voor dag en naclït
heeft haar dienst verlaten zonder dezen op te
zeggen. Ben ik verplicht haar loon uit te beta
len voor de dagen die zij nog gewerkt heeft na
het uitbetalen van haar laatste loon?
Antw.: Ja, u hebt echter ook recht op scha
devergoeding wegens het verlaten van de
dienstbetrekking zonder inachtneming van
den wettelijken opzegtermijn. Haar het Joon
achterna zenden, behoeft u natuurlijk niet.
Vraag: Ik heb een wit-bont kindermantel-
tje in persilsop gewasschen, maar nu is het
hard geworden. Hoe krijg ik het bont weer
zacht en soepel? 2. Welke zijn de spelregels
voor het trocken?
Antw.: 1. Kloppen en kneden helpt mis
schien wat, maar overigens is er niet veel
aan te doen; 2. Ons niet bekend.
Vraag: Is op lot no. 4007, van de harddra-
verijvereeniging „Meppel en Omstreken" een
prijs gevallen? Wanneer heeft de trekking
plaats gehad?
Antw: Van dergelijke particuliere loterijen
houden wij geen aanteekening. Wij kunnen uw
vraag dus niet beantwoorden, maar wendt u
tot het administratie-adres, dat op de loten
staat aangegeven.
Vraag: 1. Wat moet ik met een schildpad
in den winter doen? Moet ik haar buiten laten
of in huis brengen? 2. Wanneer zij in huis
komt, wat voor voedsel moet ik haar dan ge
ven?
Antw.: 1. De schildpad slaapt gedurende
den winter, ongeveer van eind October tot
eind Februari. Sommige menschen laten haar
in den tuin, maar men moet dan voor bladeren
en mos zorgen, zoodat zij zich kan ingraven.
Beter is het, het dier 's winters in een kistje
te plaatsen, waarin gij hennepdoppen of turf-
strooisel en bladeren hebt gedaan, zoodat het
dier zich kan ingraven. U moet het kistje in
een vorstvrij vertrek plaatsen.
Vraag: Bestaan er kinderziekenhuizen waar
men opgeleid kan worden in de verpleging?
Zoo ja, waar?
Antw.: Wendt u eens tot het St. Josephs
Ziekenhuis te Heerlen.
Vraag: betreffende aandeeltjes van F. H.
te S.
Antw.: Aan dat koopbewijs hebt u niets. Dat
moet in alle geval een aandeel zijn. Wat de
aandeelen zelf betreft, de kans, dat zij ooit
uitloten is zoo .gering, dat deze practisch nihil
is. De waarde is ongeveer 2.50.
Vraag: Ik heb een perceel tuingrond op con
tract verhuurd, voor den tijd van 5 jaar, waar
van er 3 zijn verstreken. Toen ik de laatste
kwitantie presenteorde verklaarde de huurder
dat deze met 30 pet. verminderd moet worden
in verband met een wet, die reeds is aan
genomen? Is zulks inderdaad juist?
Antw.: Een dergelijke wet bestaat niet. Wel
kan een pachter voor een pacht, aangegaan
vóór 1 Januari 1932, een dergelijk verzoek in
dienen bij de commissie voor crisispachtwet-
zaken, maar dan zal deze commissie toch in
alle geval nog eerst een beslissing moeten
nemen.
Vr.: Is lot Serie 2602 no. 0041 van den Ver.
Rett. Schouwburg van 1 Maart 1886 reeds uit
geloot?
Antw.: Nog niet uitgeloot.
Vraag: Wat moet ik doen tegen houtwormen
in meubels?
Antw.: De gaatjes inspuiten met petroleum
of besmeren met kwikzalf.
Vraag: Hoeveel bedragen de kosten van een
taxi of auto van Den Bosch naar Boekei
(Huize Padua) heen en terug? Hoeveel be
draagt het wachtgeld en hoe lang duurt de
reis?
Antw.: Dat is verschillend naar gelang van
de onderneming, waarbij u uw taxi bestelt.
Stelt u zich dus met één of meer garagehou
ders in verbinding en vraag prijsopgaaf.
Vraag: Hoe is het administratie-adres van
het Kath. Tijdschrift „Bouwen"?
Antw.: Nobelstraat 13, Heerlen, Postbus 14.
Vraag: Hoeveel vliegvelden zijn er in Neder
land?
Antw.: Zeven.
Vraag: Is het Rotterdamsche schouwburglot
serie 2747 no. 21 reeds uitgeloot? Zoo ja, met
hoeveel geld?
Antw.: Nog niet uitgeloot.
Vraag: Ik rijd een half jaar motor. Moet
ik nu voor een half jaar belasting betalen?
Antw.: Het belastingjaar loopt van 1 Jan.
tot 31 December. Wordt men na 15 Januari
belastingplichtig, dan wordt dit berekend met
ingang van de loopende maand.
Max Jevole liet zich tevreden in een
hoekje van den ledigen coupé vallen
en haalde, nadat hij zich ervan over
tuigd had, dat niemand hem bespiedde, de
dikke portefeuille, die hij enkele oogenblikken
geleden op handige manier aan een heer voor
het plaatskaartenloket had ontrold, te voor
schijn. Langzaam zette de trein zich in bewe
ging en op het moment, dat de dief den in
houd van de zwartleeren tasch zou onderzoe
ken, werd de coupédeuxj opengeworpen.
Vlug liet hij de portefeuille in zijn zak ver
dwijnen en keek in het gelaat vanden be
stolene
Een huivering ging door het lichaam van
Jevole. Even flitste de gedachte door zijn hoofd,
of de man hem gezien zou hebben, toen hij
hem het voorwerp ontstal, maar toen deze
hem vriendelijk toeknikte, was hij ervan over
tuigd, dat de man geen vermoeden tegen hem
koesterde.
Hijgend nam de laatkomer plaats in den an
deren hoek en daar hij even zijn oogen sloor,
had Max de gelegenheid hem nader te bestu-
deeren.
Hij was een heertje met een onnoozel uiter
lijk, klein en ineengedrongen. Hij was het vol
ledig contrast met Jevole, die aanspraak kon
maken op een Camerafiguur. Toen hij zijn
oogen opsloeg probeerde hij dadelijk met een
pieperig stemmetje een gesprek aan te knoo-
pen.
Sapperloot, mijnheer, daar zou ik door
die beroerde geschiedenis bijna mijn trein ver-
loopen.
Bij die inleiding kreeg de zakkenroller op
nieuw een gevoel van twijfel, maar de volgen
de woorden Stelden hem weer gerust.
Ik kom van de stad, moet u weten en om
dat ik nogal veel reis, neem ik altijd buurt
verkeer, dat is goedkooper. Nu moest ik tijdens
het oponthoud op dit station een ander kaar
tje koopen. Ik doe dit bijna eiken dag, het is
dus geen bezwaar, maar toen ik aan het plaats
kaartenloket stond, miste ik een portefeuille
uit mijn zak met teekeningen. Eerst vreesde ik,
dat ik mijn portefeuille met zesduizend gul
den kwijt was, maar dat was gelukkig niet zoo.
Hij haalde een zwartleeren tasch te voor
schijn, precies gelijk aan die, welke Jevole zoo
even gerold had en controleerde den inhoud
toen vervolgde hij:
Stel u voor, mijnheer, ik zou geen raad
weten, als ik het geld kwijt was. De teekenin
gen, dat is niet zoo heel erg, daar heb ik nog
enkele copieën van. Ik meen, dat ik ze in den
coupé op de bank naast mij gelegd heb en in
de haast om een ander kaartjp te koopen, ver
geten. Toen ik ze wilde gaan halen kon ik
mijn coupé niet terugvinden. Den heelen trein
ben ik langs geweest en toen ben ik op het
nippertje hier maar ingestapt. Enfinop
het volgende station zal ik nog eens informee-
ren.
Max Jevole had met stijgende belangstelling
naar het verhaal van zijn medereiziger geluis
terd en er was niet veel verstand voor noodig,
om hem te doen begrijpen, dat hij een stom
miteit had begaan. De man had twee porte
feuilles bij zich en hij, Jevole, had de verkeer
de gerold, terwijl de tasch met zesduizend gul
den er misschien vlak by zat. Hij wilde zich
wel tegen het hoofd slaan van woede en spijt,
maar hij zou zijn naam oneer hebben aan
gedaan, hü zou Max Jevole, de handige zak
kenroller niet geweest zyn, als hü niet dadelijk
nieuwe plannen beraamd had, om alsnog in
het bezit van het geld te komen. Hü wendde
zich tot den ander.
Sjonge, sjonge, mü'nheer, dan mag u van
geluk spreken, want ik vrees dat u een porte
feuille met zooveel geld vast en zeker kwijt
was geweest. Vooral tegenwoordig, nu er zoo
veel oneeriyke menschen rondloopen. Maar die
waardelooze teekeningen zal men u wel terug
geven.
Ik hoop het, zei het mannetje met een
glimlach. Ehals ik niet onbeschaamd ben,
mag ik dan vragen, waar de reis heengaat?
Dat was het waarop Jevole gewaeht had en
zonder aarzelen antwoordde hü:
Ik ga naar de hoofdstad. Ik heb een
engagement in het Royal theater.
Ach zoo.
Ja, ik moet vanavond optreden in de
revue als goochelaar
Ziezoo, dat was er uit, nu maar wachten on
hetgeen het mannetje verder zou doen.
Hij liet .zijn motor halen, en legde Her
mann uit hoe alles werkte en welke knop
jes en handeltjes hy moest gebruiken en
daarop deed hü het eenige malen aan Her
mann voor hoe hü moest rijden. Daarop
was de beurt aan Hermann.
hem nog sterker aan Irene denken, en ja, die
handen, die waren ook de hare! Hij wist zelf
niet, hoe lang hij daar zoo stond, duizelend en
verward. Hij was niet bü machte, verder te
gaan.
„Ik moet u nogmaals excuus vragen," zei
hij ten slotte, met een stem, die zyn aandoe
ning verried. „Ik weet, dat ik niet het recht
heb, hier met u te blijven praten, maar ik
hoop, dat u me vergeven zult. Ik heb daar
juist een schok gehad ik zou willen zeggen
een pijniyken schok want iets in uw stem
herinnerde me aan iemand die ik gekend heb
die ik ken maar van wie ik kort geleden
gescheiden ben."
Hy zweeg een oogenblik, verwachtend, haar
verbaasd te zien opkijken, maar ze bewoog zich
niet en gaf geen geluid.
„Dit alles zal u heel vreemd schü'nen; u
zult ongetwyfeld denken, dat ik niet bij mün
volle verstand ben. Zoudt u me erg onbeleefd
vinden, als ik u vroeg, me uw naam te zeggen?
Wacht! Ik behoor u eerst den mijnen te noe
men. Ik heet Redmayne. De jonge dame, met
wie u zulk een oppervlakkige gelijkenis hebt,
is niet meer een oppervlakkige kennis, anders
zou ik niet zoo van streek zijn geweest; ze
is zelfs geen gewone vriendin; ze is," hü
zweeg een oogenblik „het liefste wat ik op
de wereld heb. Ik zeg u dit, opdat myn verras
sing en ontsteltenis over deze gelijkenis u min
der zullen bevreemden. Ze is het liefste, wat
ik op heel de wereld bezit, en haar geluk is
mij meer ward dan m'in leven."
De tranen sprongen Irene in de oogen;
Dien was het wel even angstig te moede,
maar weldra had hy de slag te pakken en
hy tufte op de motorfits heen en weer dat
het een lust was. Hü wilde er zelfs niet
meer afkomen, zoo beviel het hem. De of
ficier had er veel schik in.
Redmayne hoorde een gesmoord snikje.
„U schreit!" zei hy. „Toe, vergeeft u me!
Ik zie, dat ik u aan 't schrikken heb gemaakt;
ik zal dadelijk heengaan. Ik had geen recht,
u naar uw naam te vragen of zelfs met u te
blijven praten; maar ik ben een mensch, die
zich ongelukkig voelt, en dan kunnen kleinig
heden iemand soms van streek brengen. Ik
zal u niet meer vragen, me uw naam te zeg
gen."
Irene's lippen bewogen, maar het eerste
oogenblik kwam er géén geluid. Eindelük
zei ze:
„U zoudt mijn naam niet kennen."
Redmayne beefde letterlijk op zijn beenen,
toen hy dien klank weer hoorde. Hij kwam
een stap dichter naar haar toe en legde zyn
hand op haar schouder.
„Kykt u me aan, alstublieft!" zei hy bijna
gebiedend. „Ik moet uw gezicht zien."
Er was geen ruwheid in zyn stem, maar wel
radeloosheid, wanhoop bijna. Irene stond op en
keek hem aan, niet bij machte, zich te verzet
ten; hy staarde een paar seconden naar haar,
alsof hij vreesde, dat hij gek zou worden; toen
kwam er een kreet over zyn witte lippen en
hy riep haar bij den naam:
„Irene!"
Haar oogen sloten zich en het leek of ze
zou vallen; maar ze herstelde zich weer en
bleef hem staan aankyken, haar hand tegen
haar borst gedrukt.
„Myn God! Ben ik krankzinnig?" riep hij
schor. „Tr^ne je bent het! Ik weet het! Wat
beteekent die maskerade? Waarom ben ie
Toen Hermann maar steeds op de motor
heen en weer tufte, ging de boer eindelük
midden op den weg staan en noodzaakte
hem af te stappen. Hü zou waarempel maar
door gereden hebben, net zoo lang tot de
benzine op was.
hier naar toe gekomen? Nog maar kort geleden
heb ik je gezien op het bal. Waarom leid je
twee levens? Wat beteejjent dit alles toch? Ik
heb het recht, je dat te vragen. Ik ben je
voogd mün liefde voor jou Ja, ik heb het
recht, te vragen, waarom je deze zonderlinge
rol speelt!"
Irene zocht naar woorden. Elk woord dat
hy sprak, zün „mün.liefde voor jou" vervulde
haar met een zaligheid, die heel haar wezen
doorhuiverde.
„Weet u het niet?" vroeg ze.
„Ik weet niets. Je aanwezigheid hier is een
mysterie voor me totaal onverklaarbaar! Ik
vind je hier alleen, ik zag je hier laatst al
jou, Irene! in de vermomming van een
dorpsmeisje! Wat beduidt die (jpmedie?"
„Het is geen comedie," zei ze, heel zacht en
bevend. „Ik ben wat ik schün; ik bèn een
dorpsmeisje. Ik werk op de kweekerü waar u
me den vorigen keer gezien hebt."
„Je werkt daar! Maar waarom?
Waarom heb je je vrienden verlaten, je leven
van vrooiykheid en plezier? Maar dat is ook
niet mogeiyk! Ik zag je op het bal; en gister
avond was je nog op een partijtje, waar ik
toevallig ook even kwam je naam stond
op de lüst."
„Dat was ik niet," zei ze bijna onhoor-
baar.
„jy niet? Niet Lady Irene Mersia?"
„Er is een andere Lady Irene Mersia," zei ze
gedempt.
„Een andere?" vroeg Redmayne, naar zyn
voorhoofd grijpend.
Als wat?vroeg deze geïnteresseerd.
Als goochelaar, herhaalde Max.
Sapperloot, grinnikte het mannetje met
een ongeloovige uitdrukking in zijn oogen Een
eigenaardig beroep. Wilt u wel gelooven, mijn
heer, dat ik in mün leven nog nooit een ech
ten goochelaar gezien heb? Ik bedoel, zoo
iemand, die echt kan tooveren, zonder trucjes.
De ander moest lachen om de naïeveteit van
zijn reisgezel. Hy had nog nooit een gooche
laar gezien zonder trucjesha., ha. Dan
zou hy hem eens laten zien, wat echt gooche
len was.
Ik kan er niets aan doen, mijnheer, ver
volgde de ander, terwijl hij wat dichterbü
schoof, maar ik geloof er niets van. Ik geloof
niet aan spoken en ik geloof ook niet aan
tooveren. Ik zou het eerst met mijn oogen
moeten zien.
Dat spijt my werkeiyk, zei Jevole, geheel
in zijn rol. Maar toch zou ik u van uw onge
loof kunnen genezen. Ik heb koningen en mil-
lionnairs onder mijn toeschouwers gehad en
allen zün ervan overtuigd, dat tooveren inder
daad bestaat.
Is het toch waar? vroeg het heertje on
noozel, nog meer opschuivende, zoodat hü
tegenover Jevole kwam te zitten. Hoe gaat
het dan?
Hm, hm, kuchte de pseudo goochelaar,
dat is niet met woorden te zeggen. Het is een
gave, die alleen aanschouweiyk kan verklaard
worden.
Ik zou bijvoorbeeld een gulden of iets der
gelijks uit uw hand kunnen tooveren, terwijl
u er zeker van bent, dat u het voorwerp nog
vasthebt.... ofeen portefeuille uit uw
zak....
Verschrikt greep de ander naar zijn binnen
zak, waar de portefeuille met zesduizend gul
den zat, maar Jevole sprak kalm:
Maak u niet bezorgd. Ik ben geen zakken
roller en geen dief. Ik heb van schatrijke men
schen portefeuilles weggetooverd, maar altüd
eeriyk teruggegeven. Zou ik dan een armen
man als u bent, berooven?
Neen, neen.... hakkelde de ander, dat ge
loof ik ook niet. t
Maar toch kunt i
u zeggen, wat u j j
wilt, ik geloof er -*-*4//gó een
niet aan, voor- j
dat u mü hebt
overtuigd. Hij
wees naar de
plaats, waar het geld zat en vervolgde: Hier zit
een tasch met geld, haalt u het voorwerp maar
eens weg, zonder dat ik het zie.
Max Jevole keek suggestief naar buiten, alsof
hij daar iets belangwekkends zag, maar hij
gaf geen antwoord op de woorden van den
man. Onwillekeurig richtte deze ook zijn oogen
op het voorbüsnellende landschap en op de
eerste huizen der hoofdstad en van deze ge
legenheid maakte de handige zakkenroller ge
bruik, om snel een greep te doen en de porte
feuille in zün zak te doen verdwijnen.
Het was zoo snel gegaan, dat Jevole alweer
rustig naar buiten zat te kyken, alvorens het
heertje zich omwendde en vroeg:
Als u mij wilt overtuigen, dan moet u
vlug zyn, want wij zijn aanstonds in de stad.
De ander lachte beteekenisvol en ant
woordde:
Neem mü niet kwalijk, maar het is al ge-,
beurd.
Hy haalde de portefeuille met waardelooze
papieren, die hij aan het loket gerold had, te-
voorschün en hield haar omhoog.
Wel heeremüntydüriep de ander ten
hoogste verwonderd uit. Dat is grappig.
Hy voelde in zijn binnenzak en vervolgde:
U bent een genie, mijnheer. Ik geef mij ge
wonnen. En ik heb nog wel zoo goed opge
past.
Jevole glimlachte gevleid. De woorden wa
ren een compliment vopr zyn zakkenrollersta
lent. Hü gaf de portefeuille terug en op dit
oogenblik verminderde de trein zijn vaart.
Maar nu gebeurde er iets, waarop de gauw
dief niet gerekend had. Zün coupégenoot open
de de portefeuille.
Jevole stond op heete kolen. De snelheid van
den trein was nog te groot om eruit te sprin
gen. De man keek hem lachend aan.
Geld is het tellen waard, nietwaar? U
begnjptzesduizend gulden??Maar 't
is in orde
In orde?.... stamelde Jevole onbewust.
Ja't is in orde. Het geld is com
pleet. Dat verwondert u zeker? U dacht dat u
slim was en mü de portefeuille met geld
had ontnomen? Maar u vergist u. Toen ik
op het vorige station mün portefeuille rristc,
begreep ik dadelijk, dat u de dief was. U was
de eenige die in mijn nabijheid was geweest.
Toevallig had ik nog een oude portefeuille by
my. Ik deed er wat krantenpapier in en
wachtte de komende dingen af. Uw goochel-
trucje stelde mij weer in het bezit van mün
eigendom, zonder dat ik er om behoefde te
vragen.
De bandiet siste een vloek tusschen zyn tan
den. Hij slingerde de waardelooze tasch met
krantenpapier op den grond en verliet haastig
den coupé vóór de ander gelegenheid had, den
conducteur te roepen.
Doordat Mgr. Eltschker, wübisschop van
Praag, die aanvankelijk voor 't voorzitterschap
van den Kath. Intern. Esp. Bond was aange
zocht, bericht zond, dat hij wegens overdrukke
werkzaamheden deze taak niet op zich kan ne
men, is, volgens een besluit van het Intern.
Kath. Esp Congres te Rome in Augustus JX
de heer p' Heilker, de bekende Esperanto-
leeraar van den KR.O., in deze functie be
noemd.
„Ja. O, begrypt u het niet begrüpt u
het niet, mynheer Redmayne? Ik ik stond
voor de deur van de bibliotheek, dien avond,
toen myn vader u de geschiedenis van mijn
geboorte vertelde.". Hy schrok op en zijn
gezicht werd heel wit. „Ik hoorde ieder woord.
Ik begreep, dat ik geen recht had op mijn
naam, op dén titel, dien ik gedragen had.
Dienzelfden avond verliet ik het huis."
„Je verliet het huis?" vroeg hü schor.
„Ja. Zoudt u dat óók niet gedaan hebben,
als u in mün plaats was geweest? Ik verliet
het huis ik liet het verleden achter me
en den volgenden dag kwam ik hier. Ik heb
hier een onderdak, een toevlucht gevonden;
ik werk voor mijn brood, zooals het iemand
van mün afkomst past."
„Laat me laat me tyd om na te denken
één oogenblik." Hy steunde het hoofd in
de handen. „Ik begrijp het ik begrüp het."
Toen sprong hij plotseling op van den boom
stam, waarop hij zich had laten neerzakken.
„Maar die andere! Irene, weet je wel, dat er
iemand is, een indringster, die jouw plaats
inneemt, jouw naam gestolen heeft, zich uit
geeft voor Lady Irene Mersia? Groote hemel!
Het is niet te gelooven! Ik kan het maar niet
verwerken! Maar het is waar, er is een meisje,
dat zóóveel op je UJkt, dat ze je zuster zou
kunnen zijn. Ze heeft iedereen misleid ze
heeft mij neen, mü niet; ik heb me niet
laten misleiden. Er was iets in me, dat me
waarschuwde, dat zich verzette tegen dit be
drog. Maar wie kan ze zyn?"
.(Wordt vervolgd)