HOLLAND
Reprise van het cijferraadsel
m
VOOR WAT HOORT WAT
brieven
I Dré III en Bartje drie dagen bij hun ouders geweest
ZONDAG 24 NOVEMBER 1935
Prof. Steger tegen den
Staat
Het salaris van den buitengewoon
hoogleeraar
MARGARET HA SINCLAIR
KLEINE DICTATORTJES
IN DE N.S.B.
Een verklaring van ontevreden
leden
VOOR VEILIGER VERKEER
K.N.A.C. bepleit verkeersonder-
wijs aan militairen
TUBERCULOSEBESTRIJDING
,,Uiver"-enveloppen
DE HAAGSCHE POLITIE
GEREORGANISEERD
Verschenen en in elke Boekhandel verkrijgbaar:
EEN SCHITTEREND UITGEVOERD PLATENBOEK
Samengesteld door: W. P. F. van Deventer, A. F,
J. Beckers en Herman van den Eerenbeemt.
Kleurenbandstempel van Machiel Wilmink.
Dit buitengewoon verzorgde Platenboek in 4 0 royal for
maat bevat:
Dit Platenboek geeft een volledig beeld van de rijke archi
tectuur, het heerlijke landschap en het eigenaardige
volksleven van ons mooie Nederland.
De verschijning van dit boek is een daad van nationale
betekenis
PRIJS GEBONDEN IN KLEURENSTEMPELBAND slechts f 3.90
Alom verkrijgbaar m de Boekhandel
N.V. VAN MUNSTER'S UITG.-MAATSCHAPPIJ
Haarlemmerweg B 378 Amsterdam
ZEGELS EN KAARTEN VOOR
HET KIND
Contingenteeringen
Nijverheidsonderwijs en
bezuiniging
UIT DE STAATSCOURANT
Burgemeester
Onderscheiden
ONS PRIJSRAADSEL
n
De talrijke goede oplossers van
onze vorige opgave ver
dienen ongetwijfeld
een compliment
Wat waren de 36
woorden
Het nieuwe raadsel
Populaire liedjes
Een brief van de
1 schoondochter
Het jaar spoedt
ten ende |j
limn
Voor den Hoogen Raad is gepleit in een
procedure tusschen prof. Steger, buitengewoon
hoogleeraar aan de Technische Hoogeschool te
Delft, tegen den Staat der Nederlanden. De
heer Steger was van 1912 tot 1918 gewoon hoog
leeraar in de scheikundige technologie. Toen hij
die functie vervulde was hij tevens adviseur van
het Jurgens-concem. Dit had tot gevolg, dat hij
van tijd tot tijd verlof moest vragen om op reis
te kunnen gaan Om aan dit bezwaar tegemoet
te komen, werd op zijn verzoek zijn hoogleer-
aarschap omgezet in een^buitengewoon hoog-
leeraarschap in een onderdeel van het vak,
namelijk de technologie der oliën en vetten.
In 1925, toen prof. Steger eenige jaren bui
tengewoon hoogleeraar was, hield zijn advi
seurschap van het Jurgensconcern op. Nu kwam
er op 13 Februari 1930 een ministerieele be
schikking, waarin werd vastgesteld, dat met
ingang van 1 Mei 1928 de jaarwedden van
buitengewoon-hoogleeraren. voor wie dit ambt
niet als nevenbetrekking is aan te merken, is
vastgesteld op 5500 met drie tweejaarlijksche
verhoogingen van 500 tot 7000. Prof. Ste
ger heeft nu van den Staat gevorderd Jen
salaris van 7000 van 1 Mei 1928 af. De mi
nister, die een lager salaris had vastgesteld,
beriep zich op 't Bezoldigingsbesluit Burgerlijke
Rijksambtenaren 1928, waarin voor de buiten
gewoon hoogleeraren in het algemeen is be
paald een jaarwedde van ten hoogste 7000.
De Haagsche rechtbank heeft den eisch van
prof. Steger toegewezen, doch in hooger beroep
vernietigde het Haagsche Hof dit vonnis met
afwijzing van den eisch.
Voor den Hoogen Raad pleitte voor prof. Ste
ger mr. P. A. Roeper Bosch. Hij zette uiteen,
dat de omvang van het werk van prof. Steger
feitelijk steeds dezelfde is gebleven. Door de
beschikking van 13 Februari 1930 heeft de mi
nister zichzelf beperkt in zijn bevoegdheid om
elk willekeurig bedrag beneden 7000 toe te
kennen.
Voor den Staat pleitte mr. W. A. Telders, die
er op wees, dat art. 63 der Grondwet aan de
Kroon de bevoegdheid geeft, regelen omtrent
de salarieering van haar ambtenaren vast te
stellen.
De procureur-generaal zal in deze zaak op
6 December conclusie nemen.
Pater F. J. Zantvoort O..FM. schrijft ons uit
Venlo
Tien jaar geleden 24 November 1925
stierf Margaretha Sinclair, 25 jaar oud, en nau
welijks een jaar later, 29 December 1926, werd
een Schotsch Nationaal Comité samengesteld
met het ocg op een mogelijke Zaligverklaring,
waarvan het proces intusschen reeds enkele
jaren geleden werd ingeleid.
't Moet dan ook wel "n heel bijzonder leven
geweest zijn, 't leven van dat eenvoudig volks
kind, de werkmansdochter, die als Dochter van
St. Clara, als Zuster Maria Francisca van de
Vijf Wonden, uit dit leven scheidde.
Bijzonder? Ja, d.wz. bij Margaretha Sinclair
lag het bijzondere in het gewone. Voor 't groot
ste gedeelte is dat leven 'n leven geweest, het
welk met de hulp der goddelijke genade binnen
het bereik van iederen christen ligt.
Gewoon, heel gewoon was dat leven, maar
toch niet zoo gewoon, of het maakte op hen,
die haar gekend hadden, een heel bijzonderen
indruk. Nauwelijks toch was zij gestorven, of
men begon haar te vereeren en aan te roepen.
Want men was ervan overtuigd, dat aan dat
gewone in Margaretha's leven iets hoogers, iets
bovennatuurlijks ten grondslag lag. „Ik moet
God geven, wat Hem toekomt," had zij zoo dik
wijls gezegd en daarmede had zij zelf het die
pere geheim van haar oogenschijnlijk zoo heel
gewone leventje ontsloten. Margaretha zag in
alles wat het leven meebracht, een beschik
king van Boven. Voorspoed of tegenspoed, ge
zondheid of ziekte, genoegens of beslommerin
gen, 't was alles voor haar een openbaring van
Gods H. Wil en daaraan onderwierp zij zich
gaarne uit liefde tot Hem, ook al kostte het
somtijds groote offers.
Zoo is haar leven, hoe gewoon, hoe alle-
daagsch ook, iets bijzonders geweest. Zoo heeft
het de aandacht getrokken, niet slechts van
hen, die haar van nabij gekend hebben, doch
van heel de wereld mogen wij wel zeggen. Zoo
is zij de aantrekkelijke figuur geworden, net
Schotsche Trees je, wier deugden geroemd wor
den door leeken van allerlei rang en stand, door
kloosterlingen, door Priesters en Bisschoppen,
ja zelfs door het Hoogste Gezag op aarde; de
aantrekkelijke figuur, wier voorspraak in aller
lei moeilijkheden wordt ingeroepen en verkre
gen.
Moge haar voorbeeld ons leeren, haar voor
spraak ons sterken, om, vooral in deze moei
lijke tijden, ons eveneens in alles aan Gods H.
Wil te onderwerpen!
Binnen enkele weken verschijnt een geïl
lustreerd boekje, waarin eenige grepen uit Mar
garetha's leven en tal van gunsten aan haar
voorspraak toegeschreven. Verkrijgbaar aan bo
vengenoemd adres of bij mej. C. Drabbe, Laan
van N. O, I. 24, Den Haag.
Aan een verklaring, gedaan in een vergade
ring van ieden en oud-leden van de N. S. B_
kring IJmuiden, ontleenen wij:
Met name willen wij er op wijzen, dat o.i.
door de lagere leiding de organisatie geleid
wordt naar een voorbeeld, dat ons in ons land
niet aanbevelenswaardig voorkomt, vooral nu
door den zoo snellen groei der Beweging nog
niet verwacht mag worden, dat alle leden vol
doende disciplinair besef hebben.
Waar de leden bij toetreding noch in woord,
noch in geschrift voorbereid worden tot een
organisatie-leiding als zich in de N. S. B. heeft
ontwikkeld, kunnen veelvuldige en ernstige
botsingen, benevens teleurstellingen niet uit
blijven. Het volkomen eigenmachtig en dictato
riaal optreden van allerlei functionarissen in
de blijkbaar te snel gegroeide Beweging, waarin
door de verkiezingsperiode en Landdagvoor
bereidingen vermoeidheid en lusteloosheid vallén
te bespeuren, verontrust de leden, maakt ons
wrevelig en een gevoel van rechteloosheid
heeeft zich van ons meester gemeekt.
Het bestuur van de Koninklijke Nederland-
sche Automobielclub heeft zich met een adres
tot den Minister van Defensie gewend,
waarin wordt gewezen op de betrekkelijk hooge
statistische cijfers van verkeersongevallen m
ons land, welke, naar haar meening alleszins
aanleiding geven om in het algemeen belang
ernstig te overwegen, welke mogelijkheden be
staan om te bevorderen, dat de verschillende
categorieën van weggebruikers op de beste wijze
deelnemen aan het verkeer. Adressante gelooft,
dat het in het belang van een veiliger verkeer
zou zijn, indien aan de militiepüchtigen ge
durende hun eersten oefeningstijd eenig een
voudig verkeersonderwijs zou kunnen worden
gegeven, dat in hoofdzaak zou moeten be
staan uit de voornaamste verkeersregels voor
alle soorten weggebruikers.
Het hoofdcomité voor de tuberculose-bestry-
ding in Ned.-Indië heeft op 5 October 1934 een
aantal speciaal ontworpen couverten, voorzien
van ca. 2.25 aan postwaarden, welke thans
reeds uit de circulatie zijn of spoedig zullen zijn,
per vliegtiug naar Amsterdam gezonden, alwaar
ze zijn gepost per TJiver voor Melbourne. Van
deze fraaie couverten van historische en philate-
lislische waarde, die de geheele race hebben
meegevlogen, zijn nog een beperkt aantal be
schikbaar en verkrijgbaar bij de Nederlandsche
Centrale Vereeniging tot Bestrijding der Tu
berculose, Riouwstraat 7, Den Haag, voor den
prijs van 3.50 per stuk.
Ook een klein aantal speciale „Uiver"-enve-
loppen Batavia-Melbourne zijn nog te verkrij
gen voor 2.50 per stuk. Na ontvangst van het
bedrag per postwissel of per giro (no. 6031, Den
Haag), vermeerderd met 25 ct., worden de enve
loppen aangeteekend toegezonden. Een fraai
St. Nicolaas of Kerstgeschenk, waarmee een
zeer sympathiek doel wordt gesteund.
Nar wij vernemen is de reorganisatie der
Haagsche politie, onder leiding van den nieu
wen hoofdcommissaris, den heer N. G. van der
Mey voorbereid, door den burgemeester goed
gekeurd.
De reorganisatie komt op het volgende
neer. De politie wordt verdeeld in 4 dien
sten, n.l.: I. den administratieven dienst, n. den
justitieelen dienst A, III. den justitieelen dienst
B. IV den gemeentelijken dienst. Tot chef van
deze diensten worden onder den hoofdcommis
saris aangewezen: I. Commissaris P. Kramer,
II. Commissaris W. Hol, III. Commissaris H.
B. Paré, IV. Commissaris H. M. J. Rugers.
256 Reproducties, uitgevoerd in koperdiepdruk, over de
volle bladzijde, met tintelende onderschriften in de Neder
landse, Franse, Duitse, Engelse en Spaanse taal.
IEDERE NEDERLANDER, die trots is op de
schoonheid van zijn eigen land zal dit kostelijke
boek willen bezitten, hij zal het doorbladeren en
nog eens doorbladeren en het met vreugde tonen
aan familieleden, vrienden en kennissen en allen
zullen zich verheugen in de heerlijke aanblik van
deze zo fraai uitgevoerde gravures.
Voor hen, die zich zelf, hunne buitenlandse vrien
den of wel hunne familieleden in Indië met een
standaardwerk over NEDERLAND willen ver
rassen is deze prachtige uitgave ten zeerste aan
te bevelen, want dit is een boek van blijvende
waarde.
Van 4 December tot en met 9 Januari zullen
op de postkantoren wederom weldadigheidspost
zegels verkrijgbaar worden gesteld, waarvan de
netto-opbrengst boven de frankeerwaarae ten
bate komt van den Nederlandschen Bond tot
Kinderbescherming.
Evenals vorige jaren worden de zegels uit
gegeven met een frankeerwaarde van resp. l'/j,
5, 6 en 12'4 cent en een verkoopprijs van 3, 8,
10 en 16 cent.
De zegels zijn ontworpen door den kunstenaar
A. A. Henriët te Amsterdam en zijn vervaar
digd in rotogravure
Tegelijkertijd worden prentbriefkaarten uit
gegeven: een serie van vijf bloemenkaarten door
J. Voerman Jr., prijs 35 cent, voorts een Kerst
kaart in couvert door Ch. Eyck, prijs 15 cent,
een Oudejaarsavondkaart in couvert door Louis
Apol', prijs 15 cent en twee losse kaarten door
Lies van Willes en Louis Apol. prijs ieder 7 ct.
De winst, op postzegels en kaarten gemaakt,
wordt verdeeld onder de instellingen, die ver
zorgen zieke, zwakke, blinde, doove, doofstomme,
achterlijke, gebrekkige, verwaarloosde kinderen
van alle gezindten.
Omstreeks 21 December zullen de bladen een
prijsvraag kunnen plaatsen, waarvoor de op
lossingen moeten worden gefrankeerd met twee
Weldadigheidspostzegels van zes cent.
De hoofdprijs, een schilderij van Hanraót. is
beschikbaar gesteld door H. K. H. Prinses
Juliana.
De tweede prijs door de K.L.M. Verder 1200
prijzen vervaardigd door directeuren, directrices
en kinderen der inrichtingen, die in de opbrengst
deelen.
De K. R. O. wijdt wekelijks enkele minuten
aan de voornaamste punten van de actie, o.a.
op Oudejaarsavond.
Men verzoekt ons mede te deelen, dat naar
mag worden verwacht bij de verlenging der
hierna te noemen contingenteeringen per 1
December a.s. de volgende bepalingen betref
fende de autonome percentages en de perio
den zullen worden vastgesteld.
Naaigaren 25 pet. der waarde gedurende 1
jaar; Badkuipen 40 pet. gewicht gedurende 1
jaar; Closetreservoirs 20 pet. aantal stuks ge
durende 1 jaar; Damesbovenkleeding 15 pet.
waarde gedurende 1 jaar; Heerenbovenklee-
ding 30 pet. waarde gedurende 1 jaar; Rubber-
bovenkleeding 40 pet., waarde gedurende 1 jaar.
De vereeniging, die te Amersfoort een am
bachtsschool heeft, besloot, zich tot den Mi
nister te wenden inzake diens voorslag, om
uit bezuinigingsoverwegingen den 3-jarigen
cursus om te zetten in een 2-jarigen.
De Amersfoortsche vereeniging erkent, dat
zoo'n omzetting in theorie mogelijk is, maar
dan moet men aanvaarden, dat een belangrijk
deel van het onderwijs een schijnopleiding
wordt, waarvan het bedrijfsleven gauw genoeg
inzicht krijgt en waardoor dus de ambachts
school betrekkelijk spoedig in discrediet komt.
De vereeniging doet een ander plan aan de
hand, n.l. met iets beperkt aantal lesuren be
houd van een 3-jarigen cursus.
Bij K. B. is aan mr. M. P. Thomassen a
Thuesink van der Hoop van Glochteren op zijn
verzoek met ingang van 1 December eervol
ontslag verleend als burgemeester der ge
meente Doorn.
Bij K. B. is benoemd tot ridder in de Orde
van Oranje-Nassau, D. Huizinga, secretaris
der gemeente Heerenveen.
Ons eerste cijferraadsel van eenige
weken geleden is bijzonder in den
smaak gevallen en wij vermoeden,
dat onze getrouwe puzzelaars een
nieuw raadsel van dezelfde strek
king met vreugde zullen begroeten.
Deze week krijgt men n.l. een
reprise van deze interessante op
gave.
We geven gaarne toe, dat het een heele toer
was om het raadsel van Zondag j.l. goed uit te
pluizen, n.l. om 36 verschillende woorden van
dezelfde grootte en met eenzelfden staart te
vinden. Dit houdt een compliment in voor
de honderden puzzelaars, die het zaakje wat
fijn opknapten! Daar we in onze opgave de
opmerking weglieten, dat alle woorden ver
schillend moesten zijn (we beschouwden dit,
misschien wat voorbarig, als vanzelfsprekend!)
mochten we de vele oplossingen, waarin de
„adelaar" öf de „sperwer" tweemaal werd ge
geven, niet foutief rekenen. Maar wat we wel
terstond wegschoven was een zoogenaamde
„oplossing", die ons enkel de rijmspreuk en
niet de woordreeksen gaf. Het was maar een
half dozijntje, dus een buitengewoon
klein percentage, doch we hadden stellig op
nul percent gerekend. En dat er bij dit halve
dozijntje één was, die de vorige week met
een van de „riksen" ging strijken, dat hadden
we nooit kunnen denkentenzij deze „op
losser" dacht:
Geen twee keer achter elkander
Voor my een prijsje: een ander
Zij ook eens gelukkig dat stemt tevrêe
Een andermaal doe ik weer dapper mee.
De 18 woorden in de bovenhelft onzer figuur
waren:
stamper vrijster badkuur
kellner kantoor boender
pastoor klinker bankier
cadaver bestuur tamboer
adelaar luister Arabier
onweder pandoer mijnheer
En die in de benedenhelft:
drinker dossier
postkar scheper
Jodhpur sperwer
dienaar editeur
bewaker wedijver
Vrijheer spinner
monteur
r ij d s t e r
evenaar
eskader
graveur
zondaar
Alzoo vertoont zich met de derde letters de
ernstige spreuk:
Als de wijn is in den man
Is de wijsheid in de kan.
De vier gelukkigen, aan wie een prijs ten deel
viel, die per postwissel zal worden toegezonden,
zijn:
Mevr. P. C. v. d. BERG,
Kerklaan 119, Heemstede.
Mej. R. DEKKER,
Turnstraat 5, Sportpark I, Breda.
J. A. W. TER HART,
Gagelstraat 19, Almelo.
C. TEUNEN,
Passeerdergracht 19 hs., Amsterdamse.
„Voor wat hoort wat": wijl van zoo vele zijden
ons eerste Cijferraadsel zeer interessant werd
genoemd, en zeer welkom werd geheeten, komen
we eens vlug door dit tweede nummer voldoen
aan het verzoek om een spoedige reprise. Er
wachten weer vier rijksdaalders om onder de
goede oplossers te worden verloot.
Hier kan onze V. K. P., die natuurlijk „mee
doet" bij de vorming der woorden, verkregen
uit de vervanging der cijfers door letters, een
flinke sleutel heeten. Zoodat we alleen nog het
volgende willen opmerken:
1. Behalve de V. K. P. zijn er nog enkele an
dere afkortingen, en wel:
in de middelste vertikale en de middelste
horizontale rij;
in de 6e horizontale rij van boven en de Be
vertikale rij van links;
2. van het cijfer 11 rechts onder het bovenste
kruis uit loopen 2 aardrijkskundige namen naar
rechts en naar beneden en precies hetzelfde
heeft plaats van het cijfer 13 rechts onder het
linksche kruis uit.
Is de zaak nu „voor mekaar",
Dan hebben we weer een uitgewerkt „cross-
word", nietwaar?
Oplossingen tot Donderdag 12 uur aan den
heer G. M. A. Jansen, Ruysdaelstraat 60,
Utrecht.
„Als de tros wordt losgesmetenbehoort
zeker ook tot een van de populairste lied
jes, die vrij kennen. Onze teekenaar had
het vorige week in beeld gebracht. Het is
een liedje, dat bij den een vreugdevolle en
bij den ander weemoedige herinneringen
opwekt.
Als onze lezers niet raden, wat er met
bovenstaande afbeelding bedoeld wordt,
kunnen zij het in ons volgende Zondag
ochtendblad vernemen.
illlllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllll
ULVENHOUT, 19 Nov. 1935
Menier,
Rap spoeit het jaar tenende,
nou. Waant ieverans in de
kranten, achter de winkelra
men, ja, op Dré III zijnen correspondentie
ieverans loop ik teugen den baard van Sinter
klaas aan.
Ja als ge dieën ouwen kameraad zoo dik
wijls gaat teugenkomen, dan gaat 't ouwe jaar
op z'n leste beenen. Ik moet zeggen: den ouwen
Nico ziet er ook niet voordeelig uit. 'k Heb 'm
wel 'ns florisanter gekend. Tenzijz'n leste
portret, „peinture Dré m", minder goed ge
slaagd is.
Na langen tijd ontving ik dan weer "ns een
briefke van m'n baaske, uit den Ouwenbosch.
En 'n fijnzinnig diepelmaatje als ie is, gaf ie
„tusschen de regels" te kennen, dat Sinter
klaas nog bestaat.
„Tusschen de regels," ja!
Want hy schreef eerst twee regels:
JLieve Opa en Opoe,
Ik maak het goed in de Mulo. U ook?
Bartje is al goed gewent.
Toen volgde over de heele lengte van dc
kaart 'n penteekening van St. Baardmans met
zynen staf ('t kost ook wel 'nen puthaak zijn)
en dan volgde:
,,'t Weer is hier maar slecht. Nu, vrij
stellen het allentwee goed. Tot Kerst
miVeel groeten aan Opoe van Br.
Overste, Br. Directeur en De klasbr.
maar vooral van Dré III en Bartje
Saluut"
Ge ziet, lijk ik zei: „tusschen
de regels" door gaf ie 'n vin
gerwijzing
Aan den adreskant stond nog
'nen soortement van rebus, die
oeteekende:
„Wij hebben van de week concours.
Druk Opa.' Voor de cijfers op mijn rap
port. Het zal mijn benieuwen Opa.
D. III."
Mij ook, amicol
Maarzynen „klasfrère" maakt *n goeie
kans, onder ons gezegd en gezwegen! Sinter
klaas, Kerstvacantiet is alty nog de moeite
waard geweest voor den Dré, om er min of
meer rekening mee te houwen!
En toch, amico, da's nou geen „familietrots"
maar hy kan puik mee, op de Kostschool.
Ook den kleinen Bart, zyn broerke, dat hard
nekkig in de eerste klas bleef zitten hy was
er met geenen stok uit te slaan doet z'n best.
Toen ie voor den derden keer bleef zitten en
beweerd had dat het in de eerste klas zoo pel-
zierig en gemakkelyk was; dat ie had hooren
beweren dat er in de tweede klas zoo'n „onge-
makkewyke" juffrouw stond, die zóó keek
en dan zette-n-ie z'n vergeetmeniehoogskes heel
wyd open toen vond mijnen zoon 't maar
gerajen, om ook deuzen prentenboek mee 'n
„enkelreisje" naar den Ouwenbosch te sturen.
Daar hebben ze 't met 'm in de tweede klas
geprobeerd en.... den kleinen Bart heeft t
probeersel genadiglyk laten gelukken, 't Gaat
vaneigens! Schryven doet ie niet.
Zyn broer, Dré m, heeft ie aangesteld als
zynen particulieren secretaris. Die brengt Bart's
berichten trouw over, in twee woorden.
Nee 't zijn geen tiepkens-van-veul-woor-
den! En wat ik zeker nooit had kunnen den
ken: den kleinen Dré „vadert" over Bartje.
Hy doet 't dan wel op zyn manier, maar hij
doet t volgens zyn talenten zoo goed mogelyk.
Bijvoorbeeld: als 't tyd van spelen is, dan kuiert
Dré III, met z'n handen in de zakken van zyn
plusfours naar den kleinen cour waar de
mannekens van beneden de tien jaar samen zyn
en dan houdt ie 'n oogske in 't zeil.
Hij is er 'ns mee in de moeilijkheden geraakt.
Want Bartje kost éenen keer niet aan 'n auto
komen. De kleinen hebben daar groote speel
goedauto's, van wel twee meter lang. Dré III
stapte op zoo'nen racewagen af, keerde 'm on
derstboven, schudde den „chauffeur" er uit en
liet toen Bart instappen.
Toen mocht Dré III niet meer op den kleinen
cour verschijnen. Maar dan verscheen ie met
zynen kop om 't hoekske en dan dan stroom
den de auto's vanzelf leegBart rydt dus
alty in zijn „eigen merk", want hy heeft 't voor
het uitzoeken nou.
Maar ook op andere manier vadert Dré UI.
Onderlest mochten ze samen, ter gelegenheid
van Allerheiligen, Allerzielen mee den daarop-
volgenden Zondag naar huis komen. Naar Am
sterdam.
Wieske, m'n schoondochterke, schreef daar
over het volgende:
.Amsterdam, 6 November 1935
Lieve Ouders,
't Is hier in huis zoo akelig stil,
Truitje is naar school, Dré op z'n ate
lier en 't kleintje slaapt, dat ik m'n
troost ga zoeken in het schrijven van
'n brief. Ochja, jk ben 'n beetje ver
wend, ziet U, want mijn twee lekkere
schatten van jongens zijn drie dagen
thuis geweest. U hebt zeker de ansicht
wel ontvangen?
Heerlijk was dat, mijn heele nestje
weer eens compleet!
Och, U had eens moeten zien, toen
het span daar uit het station kwam
stappen! Voor het eerst hebben wij het
eens gewaagd. (Dré wilde dat zoo, maar
ik zat toch in duizend angsten) om den
kleinen Dré de reis naar Amsterdam
op eigen beenen te laten doen. (Toen
docht Trui, amico, dat ze 't geloopen
haddenZeker, het is goed, het is
fijn, z'n jongens zelfstandig te zien
worden. Maar ik wist eigenlijk nog
niet, hoe flink m'n oudste lieveling
al was. Want Moeder, U zult die onder
vinding ook hebben gehad, de kinders
worden toch zoo gquw groot, hè! Veels
te gauw, hè?! Je denkt altijd dat ze nog
„klein" zijn, ook al steken ze al boven
je schouder uit, Dréke is al net zoo
groot als ik, maar je kunt het als moe
der telkens maar niet gelooven. 't Gaat
allemaal te vlug. De kinders ontgroeien
je zoo snel. ('t Is toch 'n echt moederke,
die Wies, amico!) Maar ja, daar is nu
eenmaal niets tegen te doen. Hoe kort
lijkt het toch geleden, dat U beiden na
Dré's telegram, naar Amsterdam
kwaamt toen „Dré III" zooals vader
hem altijd noemt, weet U dat ze hem
op Kostschool ook zoo noemen? in
zijn wiegje lag.
Maar laat ik nu mijn papier niet vol
droomen!
Daar kwamen ze dan aan, mijn twee
kleine mannen. Ik dorst niet op het
perron te gaan, bang ze mis te loopen.
't Is hier tóch zoo groot, in Amsterdam!
Dréke droeg het koffertje en met zijn
andere handje hield ie Bartje vast in
de drukte. Wilt U gelooven dat die Dré
'n sigaret in z'n mond had? Ja, toen
ie me kitste, toen rook hij naar tabak!!
En net zoo rustig stapte hij met z'n
broertje tusschen al dat reizigerspu
bliek, ik had zoo wel al die menschen
opzij willen duwen om mijn schatten te
pakken. Ja, dacht ik, m'n man had ge
lijk. Dré is wezenlijk groot genoeg ge
worden om alleen te reizen. Gek, va
ders zien dat veel eerder dan moeders
hè? En toen mijn kleine baas. Klam
waren zijn handjes. Van zenuwachtig
heid. Hij kwam voor 't éérst thuis
Maar toen zei Dré: „ik zal 'n taxi roe
pen, moe." Toen heb ik met natte oogen j
gelachen, zeg. Als 'n groote kerel, met
de sigaret in de hand, wenkte hij 'n j
taxi, die prompt kwam aanrijden. Hij
stopte mij en Bartje achterin, wezenlijk
waar, en zelf ging Dré naast den
chauffeur zitten! Net zoo'n klein ga
lant echtgenootje.
Nou zijn ze weer weg. Hè! Daar wen
ik nooit aan, hoor. Nooit!
Toch moet het. Ze zijn daar toch zoo
goed op hun plaats hè, in Oudenbosch.
Ze lééren er! Dré spreekt wezenlijk al
een aardig mondje Fransch. Met Bartje
is het zonneke uit huis getrokken. Al
tijd zingen, van af dat ie wakker wordt,
tot dat ie naar bed gaat. „Lamoer toe-
zoer, toezoer lamoer," is door de radio
zijn lijflied geworden. Hè, wat was dat
akelig, als ze Zondagnamiddag weer
vertrokken.
Bartje zong het laatste-uur-thuis
geen oogenblikje meer. Hij was heele-
maal weer zoo gewend
In 't begin keek ie even vreemd rond.
En na tien minuten zei hij„moeke, wat
is het hier awwemaaw kwein. Bij ons
op school is aunves veew grooter. Wilt
U gelooven, dat ik, nu ik alles zoo op
schrijf, zoo wel naar Oudenbosch zou
willen vliegen. Al was 't alleen maar,
om ze vanavond toe te dekken in hun
bedjes!
Vanmorgen kwam er van Dré 'n brief
je. Hij schreef: „Bartje heeft in den
trein geen woord gezegd. Hij heeft stil
letjes voor zich uit zitten kijken. In
Oudenbosch zei hij ook niets. Alleen,
als we op school kwamen en wij ieder
naar onzen eigen refter gingen, zei hij
tegen mij saluu! Maar wij zijn goed
aangekomen!" Wilt U gelooven, dat die
kleine schat van 'n vent van me geen
traantje liet, als hij vertrok? Wel waren
z'n blauwe vergeetmenietjes vochtig,
maar hij draaide zich op 'n oogenblik
bruusk om en veegde met den rug van
z'n handje kwaad langs z'n oogjes. Nou
ik had er genoeg aan, hoor! En Dré ook.
En al zijn wij dan groote menschen,
wij hebben onderweg, naar huis, óók
geen woord gezegd in de tram. En thuis
heb ik toen maar eens lekker uitge
huild. Ik snak naar de Kerstvacantie!
Kom, nu moet ik toch gaan eindigen,
beste vader en moeder!
't Is kwart over vieren geworden. Nu
komt Truitje gauw thuis. En Dré zal ook
wel spoedig in de huiskamer komen,
want het wordt nu op het atelier toch
ook veels te donker! Fijn! Dan heb ik
weer wat om me heen. Nou, daaag. Veel
hartelijke groeten van Dré en vooral
van mij, met een zoen aan allebei de
kanten,
Uw liefhebbende
WIESKE
P.S. U krijgt Dré III niet de hééle va-
cantie hoor! W."
Amico, ge hadt in langen tijd niks over mijn
baaske vernomen! Hier hebt ge nou de leste in
lichtingen, eigenlijk verstrekt door zyn eigen
moeder. Beter kunt ge 't niet verlangen. En ge
ziet, hoe mijn baaske opgegroeid is! Twaalf ja
ren is ie nou.
„Niks, niks komt er van dieën ondeugd te
recht!"
Ik hoor 't mijnen zeun nog zeggen. Wat heb
ik 'm toen uitgelachen! Hum aan zyn verstand
gebracht, wat hyzelf voor 'n lievenheeren
beestje was geweest.
Neeë, ik ben nooit bang geweest voor mijnen
Dré m.
Ik ken toch zekers myne eigen zeun! En zyn
wefke? Zijn Wieske? Daar zijn geen betere te
genwoordig. O zoo! En dat hoeft niet ook.
Ik heb dat meer geschreven, amico, als ik
over mynen eigen toeteloeris schreef, uit vroe
ger dagen, zoo ongeveer, ,,'t is voor deuze goeie,
zorgzame, blomzoete brave moederkens die in
heur dappere en brave goedheid de kinderkens
aan 'n handje tot Onzenlievenheer brengen
't is voor deuze wijvekens, dat later den stoel in
den hemel gereserveerd staat, vlak bij Onsliev-
vrouwke.
't Gaat nou Sinterklaas worden. Sinterklaas,
Kerstmis, Oud en Nieuw! Ge zult er meer van
hooren! Prachtige, blommige dagen om in oeW
warme huiske al oew aan 't hart gewassen kin
ders en kleinkinders weer 's vlak by oe te heb
ben en vol te stoppen mee de gaven van den
Goeien God, die Hij gaf op mynen grond!
Hah! Den schoonsten kant van 't leven, die
kan toch maar niet belast worden met slechte
tijen, met ondraaglyke lasten, ja met geen
dwangbevelen en innaamderkoninginnekens
Want van den Grooten Koning hebben we alle
gelukgratis!
Genoeg. Nou kom ik op geheel ainder terrein,
waar nog zooveul van te zeggen valt enm n
velleke is meer dan vol. Dus ik schei er af me®
veul groeten van Trui en als alty geen haarke
minder van oewen
toet a voe
DRJÈ