Het verkeersfonds voor 1936
ieve actie
positieve actie
EEN INTERESSANTE, MAAR NIET
GEMAKKELIJKE PUZZLE
VERMINDERING TEKORT
SPOORWEGEN
DE REPRISE VAN HET
CIJFERRAADSEL
MOET U OOK BEZUINIGEN?
x x
"BRABANTSCHE BRIEVEN
Sinterklaas stond plotselings midden in ons dorpske j
ZONDAG 1 DECEMBER 1935
s Lands financiën laten niet toe
meer geld voor de wegen uit
te trekken
Beveiliging onbewaakte
overwegen
Spoorweg-electrificatie
Onbewaakte overwegen
Toezicht op de K.L.M.
De postvluchten op Indië
Speciale autowegen
ONS PRIJSRAADSEL
Ter afwisseling laten wij thans
eenige puzzles van een geheel
ander genre volgen
Spreekwoord gezocht!
x X
X X
X X
x X
x X
X X
X X
X X
X X
X X
x X
x X
x X
X X
Populaire liedjes
Verschenen als
M 'n zonnestraal
Hoe z'n geheim
wier opgeheven 1
minimum
't Kleine kluuüaaaaejie spalkte £n oogstens
Aan de Memorie van Antwoord aan de
Tweede Kamer over de begrooting van het
Verkeersfonds voor 1936, wordt het volgende
ontleend
De dringende noodzakelijkheid van zoo spoe
dig mogelijke beperking van het spoorwegtekort
wordt door de regeering erkend. Intusschen
acht de minister van Waterstaat het niet ge
raden een zoodanig rechtstreeksch verband te
leggen tusschen het spoorwegtekort en tal van
andere rijksuitgaven, dat daardoor de verwach
ting kan worden gewekt, alsof vermindering
van dit tekort zal leiden tot verruiming van
uitgaven voor andere doeleinden.
Beperking van de uitgaven kan niet dan met
omzichtigheid geschieden en daarmede mag niet
zoo ver gegaan worden, dat, indien te eeniger
tijd het vervoer mocht opleven, dan een on
voldoend verkeersapparaat ter beschikking zou
staan.
Naast de maatregelen tot belangrijke ver
mindering van de exploitatie-uitgaven moeten
intusschen, teneinde het groeiende spoor
wegtekort te stuiten, maatregelen van meer
ingrijpenden aard worden beraamd, welke
slechts de regeering behoudens de noodige
medewerking van den wetgever kan nemen.
Te dien einde werd een commissie aange
wezen, samengesteld uit eenige hoofdambte
naren van verschillende departementen en
een lid der directie, aan welke commissie is
opgedragen die maatregelen op korten ter
mijn voor te bereiden.
Bestaat eenerzijds geen reden om zich van
de resultaten van den arbeid dezer commissie
niet veel voor te stellen, anderzijds spreekt het
vanzelf, ook afgezien van den veelomvattenden
aard van het vraagstuk, dat merkbare finan-
cieele resultaten daarvan ten aanzien van het
loopende boekjaar niet meer verwacht kunnen
worden. Deze commissie houdt zich in de eerste
plaats bezig met het vraagstuk der kapitaal-
lasten, welke het meerendeel van het tekort
weergeven.
De minister zal zoodra mogelijk in samen
werking met zijn ambtgenoot van Financiën
afgeronde voorstellen aan de Staten-Gene-
raal voorleggen.
Verdere beperking van onrendabele lijnen,
voor zooverre de lasten onevenredig hoog
zijn in verband met de verkeersbelangen,
wordt overwogen.
Intusschen wijst de minister er met nadruk
op. dat het tekort slechts ten deele door sanee
ring kan worden opgeheven en dat het spoor
wegvervoer, evenals andere takken van vervoer,
slechts dan rendabel kan worden, indien op
leving van het vervoer mocht intreden.
Het spreekt vanzelf, dat, zoolang wegens
den toestand van 's lands financiën slechts
met groote moeite evenwicht kan worden
verkregen en het verkeer in zijn geheel een
zoo belangrijk tekort vertoont, het niet
mogelijk moet worden geacht voor de wegen
meer geld uit te trekken dan waartoe de
wet verplicht.
Afschaffing van de scheepvaartrechten zonder
meer is niet mogelijk, omdat deze inkomsten
niet kunnen worden gemist voor de instand
houding van de kanalen. Intusschen is het
vraagstuk der scheepvaartrechten in het alge
meen nog in onderzoek.
Het ligt in de bedoeling de brug over den
Hollandschen IJssel bij Krimpen aan den IJssel
op te nemen in het plan voor den versnelden
bruggenbouw.
Invoering van electrische tractie op het baan
vak AmsterdamAmersfoort zal eerst goed
mogelijk worden na voltooiing van de werken
Amsterdam-Oost, richting Amersfoort. Invoe
ring van electrische tractie op andere lijnen is
in studie.
Behalve op de Hjnen AmsterdamAalsmeer
Uithoorn is het reizigersverkeer zoo gering
terwijl van verandering van tractie geen ver
meerdering van vervoer mag worden verwacht
dat geen uitzicht kan worden gegeven op
handhaving van het personenverkeer op de
overige lijnen in de Haarlemmermeer.
Het aantal ongevallen op onbewaakte over
wegen bedroeg in 193486, waarvan 22 op over
wegen, welke nimmer afgesloten zijn geweest.
Het aantal dooden bedroeg 30; het aantal on
gevallen op bewaakte overwegen bedroeg, af
gezien van aanrijding van afsluitboomen, 19,
waarvan 4 met doodelijken afloop.
Tot 1 Nov. jl. bedroeg over 1935 het aantal
ongevallen op onbewaakte overwegen 72, waar
van 27 met doodelijken afloop, op bewaakte
overwegen 7, waarbij 1 doode viel.
Het aantal aanrijdingen van afsluitboomen
beliep in 1934 251; van 1 Jan. tot 1 Oct. 1935
was dit 201.
Er zal een proef worden genomen met de
beveiliging van onbewaakte overwegen door
middel van een systeem, dat geacht mag
worden technisch aan de hoogste eischen te
voldoen.
Wat betreft de samenvoeging der tramwegen
in Noordbrabant, wordt overwogen, op welke
wijze de vaste lasten der maatschappij zijn te
verminderen.
Met betrekking tot de kanalen in Zuidooste
lijk Groningen kan de Minister mededeelen,
dat naar 't zich laat aanzien de moeilijkheden,
die de scheepvaart van de onvoldoende afme
tingen en onvoldoende voeding van die kanalen
ondervindt, een oplossing hebben gevonden.
De Minister heeft voor eenigen tijd opdracht
gegeven door het lekken van het Juliana-
kanaal veroorzaakte schaden door een deskun
dige te doen opnemen en vergoedingen overeen
komstig de schattingen op billijkheidsgronden
aan de betrokkenen aan te bieden.
Toegegeven kan niet worden, dat in het al
gemeen door den Rijkswaterstaat traag wordt
gewerkt. In het Noorden van ons land zullen
binn enzeer korten tijd belangrijke werken in
uitvoering komen.
in de eerste helft van 1936 een aanvang kunnen
worden gemaakt.
De ontworpen rondweg bezuiden om Amers
foort, welke eindigt bij Hoevelaken, maakt deel
uit van weg no. 23. De plannen voor dezen
rondweg zijn in groote trekken gereed.
De aanleg van weg no. 12 's Gravenhage—
Driebergen is de Minister voornemens thans
met gelden van het Werkfonds 1934 met den
meest mogelijken spoed te doen voltooien.
Het tracé van den weg AmsterdamBodegra
venRotterdam (weg no. 3) is in de nabij
heid van Nieuwkoop nog niet vastgesteld.
De Hoeksterpoortbrug te Leeuwarden maakt
deel uit van de traverse door deze gemeente.
Verbetering van die brug moet derhalve met
uitvoering van andere wegen gepaard gaan.
Over de plannen is thans overeenstemming be
reikt en van Rijkswege is een bijdrage toege
zegd. Met de uitvoering kan spoedig worden
aangevangen. De gelden zullen door het Werk
fonds worden beschikbaar gesteld.
Van Rijkswege wordt toezicht op de
K.L.M. uitgeoefend overeenkomstig de
wettelijke voorschriften en voorts op grond
van het tusschen het Rijk en de K.L.M.
gesloten subsidiecontract. De vraag, of het
toezicht ter wille van de veiligheid ver
scherping behoeft, zal in overweging be
ll ooren te komen na ontvangst van het
rapport der Commissie-Kooien.
Naar het oordeel van den Rijksstudiedienst
kan niet gezegd worden, dat de K.L.M. onver
antwoordelijk heeft gehandeld met aanschaffing
van een serie vliegtuigen van het type Douglas
D. C. 2, nadat eenige wijzigingen aan dat type
waren aangebracht.
De belangen van de Ned. vliegtuigindustrie
zijn thans in het bijzonder bij de Regeering in
overweging, waarbij ook op samenwerking van
de verschillende diensten wordt gelet.
De „Nachtegaal" op de thuisreis is te Bagdad
en de „Kwak" op de uitreis te Rome geland.
De „Oeverzwaluw" op de uitreis is te Bushir
aangekomen.
De „Perkoetoet" van de K.L.M. is Zaterdag
morgen van Batavia vertrokken met medene
ming van 114 K.G. post, 63 K.G. aan goederen
en 4 K.G. paketpost. Voor dezen tocht was een
passagier voor het traject BataviaAmster
dam, en waren acht voor tusschentrajecten ge
boekt.
De aanleg van speciale autowegen, waaron
der moeten worden verstaan wegen met af
zonderlijke banen voor autoverkeer, waarop
elk ander verkeer wordt geweerd, wordt daar
ter hand genomen, waar het snelverkeer daar
aan behoefte heeft en het langzame verkeer op
andere wijze voldoende wordt gediend. Ook de
nieuw te maken weg, die de bruggen te Am-
hem en Nijmegen zal verbinden, zal als speciale
autoweg worden aangelegd. Het gewone verkeer
zal gebruik kunnen maken van den bestaanden
weg tusschen die steden.
De Minister kan niet als algemeene regel de
voorkeur aan klinkerwegen als uitgangspunt
kiezen, doch wel toezeggen, mede met het oog
op de belangen van de Nederlandsche baksteen
industrie, dat bij aanleg van wegen steeds zorg
vuldig zal worden onderzocht, in hoeverre het
gebruik van klinkers aanbeveling verdient.
De primaire wegen moeten voor snelverkeer
geschikt zijn en daarbij de noodige veiligheid
aan dat verkeer bieden.
De Minister is gaarne bereid een regeling te
bevorderen, krachtens welke voor verbetering
van de daarvoor in aanmerking komende ter
tiaire wegen steun uit het Verkeersfonds zal
worden verleend.
Zoodra de terreinen, welke voor verlegging
van weg no. 29 bij Hoevelaken noodig zijn, Rijks
eigendom zijn geworden, hetgeen binnenkort
het geval zal zijn, zal deze verlegging worden
uitgevoerd. Waarschijnlijk zal met deze werken
als menschen van vleesch en bloed houden we
toch de behoefte aan het verzet der zinnen, dat door
verschillende amusementen geboden wordt."
D. A. LINNENBANK O.P. in „Moderne Amusements
problemen".
daarom niet alleen
bestrijding van ongepast amusement
maar óók, ja zelfs méér
bevordering, instandhouding
van gepast amusement.
Moge daarom goed worden
verstaan in deze tijden beter dan ooit! onze uitnoodiging
om zich te abonneeren op „HET AMUSANTE WEEKBLAD"
populair 't Amusantje gedoopt dat men zonder eenige bezorgd
heid op de huiskamertafel kan laten liggen. Pater F. Hendrichs
S.J. schreef in „De Tijd": „Het Amusante Weekblad is een uit
stekende concurrent van de zedelooze of met de goede zeden
geen genoegzaam rekening houdende grappenmakers, die in
allerlei talen de kiosken van het klassieke land der vrijheid
bezoedelen." Wij laten hier verder eenige aanhalingen volgen
uit brieven van lezers: „Er wordt hier thuis altijd gevochten wie
't Amusantje 't eerst mag hebben; de verhalen worden ver
slonden." „Mijn neef, student in de rechten, die hier logeert,
kan den ingebonden jaargang van 't Amusantje niet neerleggen en
zit er halve dagen van te genieten." „Ik heb 'n tijdje een ander
blad gelezen, doch keer tot Uw Amusantje terug, daar dit 't toch,
vooral door zijn verhalen, ver-uit wint." „Wij moeten bezuinigen,
maar 't Amusantje houden we aan; dat willen we niet missen!"
Een abonnement op 't Amusantje
voor nog geen dubbeltje in de
week beteekent een belangrijke
besparing op het budget Uwer
ontspanningskosten. 't Amusantje
immers zal u ongetwijfeld meer
vreugde, meer echte, verfrisschende
gezonde ontspanning geven dan
veelal een- dure uitgaansavond of
ander kostbaar plezier. Meer
dan eenig ander blad bezorgt 't
Amusantje U een goed humeur,
wat vooral in dezen tijd met geen
goud te betalen is. Meer dan
ooit stellen ook wij vooral in dezen tijd Uw abonnement op
prijs. Daarom dat U hiernevens afgebeeld vindt een bijzonder
aardig, modem uitgevoerd bureauklokje, dat eenieder ten
geschenke ontvangt, die zich thans abonneert, of, reeds abonné
zijnde een nieuwen abonné aan ons opgeeft!Doet het
dadelijk. De nummers tot 1 Januari a.s., waaronder Kerst
nummer, ontvangt U gratis.
voor een gratis
soliede en fraai
bureauklokje, in
te zenden aan
Het Amusante Weekblad te Bilthoven, Postr. 70186.
Ondergeteekende wenscht zich te abonneeren op ,,'t Amu
santje" franco per post a 2.50 per halfjaar en tevens ten
geschenke te ontvangen een fraai bureauklokje.
Naam: Adres:
V.
De reprise van het met zoo veel
bijval ontvangen cij ferraadsel is op
nieuw een succes geworden maar
toch heeft deze nieuwe puzzle ver
schillenden van onze lezers heel wat
moeilijkheden bezorgd. Naar veler
getuigenis vond men het raadsel
buitengewoon interessant, maar
ook verre van gemakkelijk. Natuur
lijk is voor degenen, die de juiste
oplossing weten te vinden de vol
doening grooter als het werk meer
moeite vereischt heeft, maar de
boog kan niet altijd even strak ge
spannen blijven en daarom geven
wij deze week een raadsel van een
geheel ander genre.
Voor onze lezers, die met de oplossing van
het cijferraadsel moeilijkheden ondervonden,
vestigen wij er de aandacht op, dat als
men bijv. had bedacht, dat daar links boven
geen ander woord dan vee kan komen, zoodat
e 2, en dat we daar linksbeneden een
paar woorden 16 2 2 en 6 2 2 elkaar zien krui
sen, terwijl die 2 daar ook weer staat in een
woord 12 6 1, waar dus begin- en slotletter
dezelfde zijn.... enz. enz. men al aardig
op weg was geweest. Deze opmerkingen inzake
het zelf vinden van een paar sleuteltjes kun
nen nu voor een volgende maal benut worden.
Een volgende maal? „Nog vele malen"
verzochten meerdere inzenders, en „heelemaal
zonder sleutel" vroegen er een paar, doch
dat „zal niet gaan" blijkens bovenstaande
mededeeling. Voorloopig zullen we eerst nog
eenige andere genres oudere en ook nieu
were presenteeren.
De prijswinnaars van deze week, aan wie
een postwissel van 2.50 wordt toegezonden,
zijn:
A. L. W. Meyer, Achillesstraat 117 m, Am
sterdam-Zuid.
C. M. Servaas, Lauwerecht 41, Utrecht.
E. Hoes, Veenbergplein 33, Haarlem-Noord.
L.. B. Martens, JKlingelbeek 35, Arnhem.
Als nieuwe puzzle, onder de goede oplossers
waarvan weer vier rijksdaalders worden ver
loot, geven wij een invul-raadseL
Het is zooals uit de figuur wel duidelijk
blijkt om een 15-tal woorden van 6 letters
elk te doen. Voor die 6 letters op elke rij
zijn twee stippen, twee kruisjes en weer twee
stippen aangegeven. De invulling der juiste
woorden zal nu verkregen zijn, wanneer de
tweetallen letters op de plaats der kruisjes
van boven naar beneden een bekend spreek
woord te lezen geven.
De 15 woorden hebben de volgende be-
teekenissen (boven te beginnen):
1 schade; 2 roofdier; 3 rijgsnoer, veter; 4
middagdutje; 5 het geschapene; 6 prachtig,
netjes; 7 klank, toon; 8 huidige toestand in
het handelsleven; 9 muziekinstrument; 10
Europeesche republiek; 11 hachelijke toestand;
12 een die weigert den arbeid voort te zetten;
13 lichaamsdeel van dieren; 14 groei, vermeer
dering; 15 plaats in Overijsel.
Oplossingen kunnen tot as. Donderdag 12
uur worden gezonden aan den heer G. M. A.
Jansen, Ruysdaelstraat 60, Utrecht.
„Adieu wij moetenbehoort zeker ook
tot een van de populairste liedjes, die wij
kennen. Onze teekenaar had het vorige
week in beeld gebracht.
Als onze lezers niet raden, wat er met
bovenstaande afbeelding bedoeld wordt,
kunnen zij het in ons volgende Zondag-
ochtendblad vernemen.
illlHllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllll
ULVENHOUT, 26 Nov. 1935
Menier,
Als ik in deuzen tijd zoo
S avonds 'ns op mijnen erf kom,
dan spookt daar zoodanig Ti
mysterieus Niks rond, dat ik, onwillekeurig, in
de donkerste hoekskes tuur en niks zie dan "n
massief zwart. Dat ik m'n ooren spits en niks
hoor dan 't gesuizel van den nacht.
En toch....!
Gluiperig schieten schaduws over den bojem.
Schampen zwarte „dingen" langs 't stalleke
„Loert" 't stalraamke als 'n groen kattenoog
door den heimelijken duister.
Dan leeft daar 'n rustelooze rust, of de stilte
op sokken gaat.
Machtig, lijk 'nen Vorst van den Nacht, rijst
te midden van dat schaduwengespook den sta-
tigen notenlèèr.
'n Zuiver filigrein glanst op zijnen ruwen bast;
wagit in zijnen leegen kroon.
Den manesikkel hjkt te hangen aan "nen zui
veren tak; deuzen boomreus is den Koning
van den Nacht. En even is 't of "t maar 'n
genadig toeval is, dat ie met zijnen zwaren
voet op mijnen erf staat; hij is niet mijnen
notenlèèr ik ben van hèm, zóó is de hou
ding van deuzen heerscher over den nachte
lijken erf!
Inktkleurige flarden vegen langs den hemel.
Hier en daar knipt 'n sterre-oog nogal een
zaam in den verren, den eindeloozen wolken
hemel.
Alleen om de maanmoot gloort het zulverig
manedons, dat als witten wol in den noten
kruin haakt.
Maar dan weer, dan sleuren de zwarte flar
den langs t maantje en t smetlooae dons
wordt met inkt overspoeld.
Dan verdrink ik in den don
ker.
Zak ik weg in dat zwarte Niks
en m'n oogen „pakken" naar
den sterken notenlèèr, die,
zwarter nou dan den zwarten
nacht, in stille wijsheid te pein
zen staat, onberoerd voor alle nachtelijk
mysterie.
Tot daarboven dieën schaduwflard vergaat
en den notenlèèr, in zuiveren cier weer zacht
jes opdringt uit den nacht, of ie inwendig licht
naar buiten stralen gaat.
Ja, ze zijn schoon, deuze herfstnachten.
Ze zijn altij voller van geheimnis die Sinter
klaasnachten....; als de maan schijnt door de
boomen!
Zondagmiddag stond Sinterklaas plotselings
midden in ons dorpke. Op den hoek van den
Fielp zijnen winkel. 'tWas sjuust 'n prenteke!
"n Kleurig, 'n fèlkleurig prenteke. Want den
middag was duister, triest bekaans zooals die
laat-Novemberdagen kunnen zijn. En daar
stond ie dan ineenen! Het gloeide zijnen vuri-
gen tabberd in den grijzen dag; rein lichtte al
't wit op, van zijn kanten onderkleed; als zon
zóó blonk 't goud van zijnen staf. 't Was 'nen
kolossalen, 'nen vorstelijken Sinterklaas, als ie
daar zoo stond en met zijn wit-bekleede hand
over den duifwitten baard streek.
Hij kost net zoo goed uit de maan zijn ge
vallen als uit den grond gerezen, zoo onver
wacht en plots stond daar deuze kleurige fi
guur uit kinderdroomen. 'n Piepjong Ulven-
houtsche, met uit zijn neuske twee pinnen van
inspanning om zijnen tol te laten staan, zag,
als ie even opkeek van zijn zenuwachtig spel,
daar den geheimzinnigen goeien Man staan,
waarvoor ie al heel de week liedekens leerde op
school, bij de nonnekens.
open, dee z'n tong naar buiten om z'n neus af
te vegen, maar meteen stond 't jong stijf. Met
open mond, z'n tongske buiten, z'n zweepke
dwaas omhoog, bleef ie zoo staan als 'n klon
terke gestolden angst.
Dan liep ie rap weg. Hij brak den nek over
zijn eigen, kromme beentjes, die op 'n moment,
op onbegrijpelijke manier, in den knoop ge
raakten. Zijnen tol had ie vergeten op te rapen.
Zijn zweepke weggesmeten.
Ja, amico, wij groote menschen, wij kunnen
lachen om zoo'n klein kulleke, dat heel de
week te zingen zit om Sinterklaas en als ie
den Sint dan ziet, van schrik-en-beven op den
loop gaatwij lachen daarmee èn we
zijn sjuust eender.
Want ik ken genoeg „groote" menschen, die
er van overtuigd zijn ooit den hemel binnen
te zullen komen, om in 'n eeuwige zaligheid
daar te verblijven, maar.... die bij 'n gevat
kouwke of hardheid-in-den-buik met schrik
naar den dokter loopen, bang als ze zijn van
èl te rap de „eeuwige gelukzaligheid deelachtig
te worden," lijk ze tóch vast vertrouwen....!
Afijn!
'k Heb dat al dikwijls gezegd: daar is niet
zoo heel veul verschil tusschen kleine en
groote.... kinders! Of.... zoudt gij alle pa's
geren den kost geven, die noü al blij zijn met
de stoommachien, die huilie zoontje straks van
Sinterklaas krijgt?
Genoeg. Laat ik niet afdwalen van mijn ver
telsel van deze week, want ik heb veul nieuws!
Als Sinterklaas daar dan als 'n zonnestraal
verschenen was, op den Fielp zijn hoekske, dan
dan leek het, of heel Ulvenhout 'n geheim
zinnige, draadlooze boodschap had ontvangen
door den schoorsteen.
Want de kinders liepen te hoop en bleerden:
„Sindereklaas! SindereklaaésSinderekla—
èasü!"
En de Harmonie kwam afgezet, met den Thee
voorop. En de rijvereeniging kwam daar aan-
gekletterd te peerd, met 'n roffelend lawijt van
de ijzeren hoeven op den keiweg. En de Com
missie van Ontvangst stond ineenen gereed,
met den hoogen hoed in de hand, buigende voor
deuze bisschoppelijke sprookfiguur.
't Heele dorp was op de been. Zelfs ons pas-
toorke zag ik lachend toekijken uit zijn groote
raam, waar Mie de gordijn op zij dee.
Sjuust nog lag 't dorp gestold in de stilte
van 'nen Novemberschen Zondagmiddag. Tellen
later was alles op de been met muziek en peer-
denvolk. met de jubelende kindsheid, met men
schen, die 'k in langen tijd niet gezien had,
zelfs. De dorpelingen keken malkaar wat on
wennig aan. Onwennig stonden de oogen, die
uit den huiselijken, warmen duister kwamen,
op den kouwen steenweg. Maar toch was 't pla-
zierig! Sommigen gingen efkens rap terug, 'n
pet halen, 'n omslagdoekske, 'n jaske, 'nen das
omdoen, om dan weer verom te komen, ge
reed, bereid om mee te doen aan deus onver
wachte feestelijkheid van 'nen Sinterklaasop
tocht met muziek en peerdenvolk.
Voor heel het dorp was deuzen entree van
den Sint 'n verrassing! Alleen de medewerken'
den waren kort tevoren op de hoogte gesteld,
de muziek en zoo.
De Commissie van Ontvangst, ja die wist
alles, want we hadden er 'n paar vergaderingen
voor noodig gehad. Niet alleen voor deuzen
optocht zooiets is in Ulvenhout met 'n kwar
tier tot in kleinigheden geregeld. Maar met
den middelstand, de arme donders, de arme
kinderkens dat moest goed en solied „ge-
hurgeliseerd" worden, zei den Fielp, die deuzen
keer echter de vergaderingen niet presideerde.
Dat was gebeurd door den mulder. Vanzelf
sprekend 'nen kameraad van den Fielp, daar
den Fielp als bakker met den mulder veul te
maken heeft.
Eén ding was geheim voor iedereen gebleven!
Wie zou Sinterklaas zijn?
Den eerste die z'n eigen aanmeldde, was
Bultje de Bie, den feestcommissie-secretaris
voor den Jaan zijn Afscheid.
Toen er gezwegen wierd en 's luidruchtig ge
dronken, meldde Kul Gommers, dieën dwerg,
die lest de feestelijke voorbereidingen voor den
Jaan z'n afscheid in de war gekonkeld had, z'n
eigen aan.
En toen den Blaauwe geroepen had: „den
Kul op 'n hobbelpèèrd," toen was den mulder
de vergadering geen baas meer; waar bij kwam,
dat 't vraagstuk om de Sinterklaasrol „ter ta
fel" was gekomen buiten 't bestuur om. En d.g.
vraagstukken zijn bij ons altij 't levendigst"
om zoo te zeggen.
Den mulder zat er mee! Hij keek 's naar den
Fielp, die gewend is onder zulke vergaderingen
huis te houwen.
„Kek 's," kwekte den Fielp, „as juilie alle
gaar oew smoelen 's wilt houwen....!"
Alles luisterde.
„Kek 's. Gin „krakelingen" «n gin „dwergen"
op den witten schimmel!
Dat was 'n steek boven water voor den
Bult en den Kul.
„Sindereklaas mot recht van lijf en lejen
zijn. Da's haltij zoo gewiest! Wa je noemt:
'nen knappen mensch. Die er zijn mag! Boven-
datte; 'nen goeien ruiter! En niewaar, mul
der zooheenen ebben wij hop 't hoog!"
Den mulder knikte.
„Wie, wie?" werd geroepen.
„Da's 'n ge-eim!" donderde den bakker.
„Sindereklaas mot z'n woordje kunnen doen,
in 't kort: 't mot zijn (en toen telde-n-ie op
z'n vingers) ten eerste: 'nen schoonen mensch,
flink gebouwd; ten tweede: 'nen statigen rui
ter; ten derde: 'nen man van woorden, van
beschaving! Zijn er lief-ebbers?"
Alles zweeg.
„Volgende punt, mul veurzitter."
En daar stond Sinterklaas nou! Met één
hand streek ie over zijnen prachtigen baard,
met de andere hand hield ie den staf, die in
'nen kolossalen, gouwen krul boven den mijter
uitkwam. 'tWas 'nen vorst van 'nen Sinter
klaas. Daar hadden er drie uit gekund.
Sinterklaas bedankte de commissie voor dit
schitterende welkom. Hij bedankte de ruiterij
voor deuzen statigen opkomst. Hij bedankte
de Harmonie Constantia voor de geweldige
wijze, waarop ze de maan door de boomen had
laten schijnen. En hij drukte den Thee, den
directeur, hartelijk de hand.
Waarop den Thee vroeg of ie wat vragen
mocht aan Sinterklaas.
„Zekers," zei Sinterklaas: „zekers!" En hij
keek den Thee aan, van onder de kolessale
witte wenkbrauwen (voldoende watten om 'n
blinde darmoperatie te stulpen), hij keek den
Thee aan, of ie zeggen wou: „Maak 't niet te
gek, aanders vreet ik oe op."
„Kek 's, Sindereklaas, ons hermonie lopt op
'r tandvleesch." (De twee pakken watten fron
sten omhoog). „Wij snakken naar nieuwe spul
len! Toon van Hooydonk, den smid, hee zijnen
hoorn al op elf plotsen gesoldeerd.... Den
Driek van 't postkantoor d'n klep van zijn
klarinet staat wagenwijd open."
„Dalijk sluiten," zei Sinterklaas.
„Kan nie, ze is heelegaar lam. Wij kunnen
gin partijen meer speulen, waarin den Driek
mee die klep van zijnen klarinet mot werken."
Toen toen wier 't geheim van Sinterklaas
opgeheven.
„Thee," sprak Sinterklaas: „ik zal hover die
joieuw» hinstrumentdinsen hinterpeheeren bij
den Raa.... den Hassiepan! We zullen zien
van den zomer h festival te hurgeliseeren,
waaruit veur Constantia nieuwe werktuigen
solied, degelijk spul, gebrajen kan worren! Den
zegen, zeg-d-oew vrouw gedag!"
Sinterklaas boog.
„Bedaankt, Fiel.... eh Sindereklaas," zoo
boog den Thee.
Toen klom Sinterklaas naar den top van den
„witten schimmel" en daarboven, daar vond ie,
dat ie nou wat zeggen moest tot hét Volk. Iets
kort-en-krachtigs. Dus bulderde-n-ie: „Hulven-
out mot hekselsior!" Den Fielp zijnen strijd
kreet op enthousiaste oogenblikken, lijk ge
weet! Meteen excerceerde-n-ie mee zijnen staf,
of ie den snert omroerde!
Daar is van alles ondernomen, hier. Onder
leiding van ons Pastoorke, wien 't wel en wee
van al z'n parochianen zoo ter harte gaat (maar
speciaal arme en weeskinderen hebben zijn
goeie hart!), onder zijn leiding dan, hebben we
de allereerste vergadering gehouwen. Daar zijn
de plannen gesmeed, die nou in uitvoering zijn.
Iedereen profiteert. Den kooper, den middel
stander, den man en de vrouw, de armen, de
behoeftige en ouderlooze kinderkens ieder
een!
Er is hier 'n algemeen bonnenstelsel inge
voerd, as ge dat hoorde, ge zou staan kijken
van 't vernuft, waarmee den Fielp en meneer
Pastoor dat verzonnen!
Ge krijgt zelfs voor 'n pinteke bier 'n bon,
deuze dagen. De kunst is nou, om veul bonnen
te kunnen toonen op 't end.
En ik beloof oe 't mansvolk heeft Zondag,
tijdens en na dieën Sinterklaasoptocht in den
sprint gestaan in de „Gouwen Koei", om den
bonnenwedstrijd te winnen....!
't Is voor 'n goei doel en dan wel dan
smaakt 'n borreltje en zoo dubbel zoo goed,
want Trui kan er dan weinig teugenin brengen.
Daar is ook 'nen soortement van „schoonheids
wedstrijd voor mannen" aan den gang.
Afijn, volgende week de rest!
Maar ditte staat al voor 75 pCt. vast; van
den zomer festival!
Want den Fielp vertelde me dat „da-d-hiedee
maar nie huit zijn brein wil trekken."
Zoo komt ge van 't een in 't ander!
Maar nou is 't mooi geweest. Dus: veul groe
ten van Trui en als altij, geen haarke minder
van oewen
toet a voe
DRÊ.