WEE GESTOLEN AFGODSBEELDJES HET GROOTE KOOKBOEK INSTELLING VAN EEN ENERGIERAAD AUTO IN HET WATER GEREDEN BON DINSDAG 10 DECEMBER 1935 Commissie van Advies door minister van Lidth de Jeude geïnstalleerd Antwoord voorzitter MR. FRANS ERENS t Zijn plechtige uitvaart en begrafenis DEENSCHE KLACHT Economische verhoudingen zouden tot caricatuur gemaakt zijn B. DIJCKHOFF Hooge Pauselijke onderscheiding DE SALARISVERLAGING TE DEN HAAG door FR. L. PACKARD Prof. Brom hoogleeraar te Amsterdam? Vermoedelijk opvolger van wijlen prof. Prinsen J. A. SNOECK HENKEMANS 'Oud-Kamerlid neemt afscheid van de C.H.U. SPECIALE AUTOWEGEN Inleiding over urgentie, nut en voordeelen TUBERCULOSEBESTRIJDING Nieuwe subsidieregeling REGELING ARBEIDSTIJD IN TEXTIELFABRIEKEN Nationaal Herstel en Mr. Westerman Geschilpunten o.m. ten aanzien van critiek op het regeerings- beleid en van N.S.B. Vier inplaats van vijf procent? BALLET SCHOOP Afscheidstournée vóór Amerika AANDEELEN VERDUISTERD Verdachte voorwaardelijk veroordeeld Wielrijder aangereden EEN EXTRA-SCHOTEL VOOR DE FEESTDAGEN 350 PAGINA'S De chauffeur verdronken HET KLEED UIT DE VILLA Van ƒ600 voor 12.50 F. 36 VOORLOOPIG NIET NAAR INDIË Op eigen kracht vlot gekomen Toen de vloed het hoogste punt bereikt had, raakte de Diana" los VOORDEELIGE SCHIPBREUK UIT DE STAATSCOURANT Onderscheiding Luitenant-kolonel-intendant Scheepvaartinspectie Kadaster Registratie Belastingen Onderwijs De minister van Waterstaat, jhr. ir. O. C. A. Van Lidth de Jeude, heeft* Maandagmiddag in de Statenzaal van zijn departement geïnstal leerd de commissie, welke de regeering zal heb ben te adviseeren omtrent de instelling van een Energieraad en omtrent de samenstelling, de taak en de bevoegdheden van zoodanigen Raad. Aan 's ministers rede is het volgende ont leend: Het zal wel als een onbestreden stelling worden aanvaard, dat de opwekking en de verdeeling van energie als bron van maat schappelijke welvaart, als hefboom voor de ontwikkeling van onze industrie moeten wor den beschouwd. Een regeling van onderlinge verhoudingen is daarbij noodzakelijk, teneinde een zoo veel mogelijk harmonische ontwikkeling van energiebronnen te bevorderen. Erkend moet worden, dat op het gebied der electrische energie van de wettelijke voorzienin gen nog weinig is tot stand gekomen. En toch heeft deze energie reeds lang de aandacht der overheid getrokken. In 1933 werd de Electriciteitsraad ingesteld, aan welk college een Electriciteitsbureau werd toegevoegd en die den minister van Waterstaat voorlicht omtrent aangelegenheden betreffende de electriciteitsvoorziening. Het is mijn bedoeling, dat de Electriciteits raad in zijn tegenwoordige samenstelling en met zijn tegenwoordige taak wordt in stand gehouden. Mede in verband met den arbeid van uwe commissie zal te zijner tijd zijn na te gaan, of een nadere organisatie dan wel reor ganisatie van diensten in overweging zal zijn te nemen. In den laatsten tijd worden steeds luider de stemmen, die pleiten voor de instelling van een Energieraad. In dit verband vestig ik de aandacht op de bewoordingen, waarin de u verstrekte opdracht is vervat. In de eerste plaats werd uwe commissie uit- genoodigd advies uit te brengen, neergelegd in een van een toelichting voorzien voorstel, om trent de instelling van een Energieraad, het geen een eenigszins wijdere strekking heeft dan een onderzoek naar de wenschelijkheid inzake Instelling van zoodanigen raad, welke wen schelijkheid alzoo werd vooropgesteld, al kan de commissie in haar advies van het tegendeel doen blijken. In de tweede plaats wordt uwe commissie uitgenoodigd zich uit te spreken omtrent de samenstelling, taak en bevoegdheden van den Energieraad. Het stellen van deze vraag geeft tevens het antwoord, waarom niet aanstonds tot de instelling zelve van den raad werd over gegaan. Het behoeft immers geen nader betoog, dat eerst de inwendige verdeeling van een ge bouw dient vast te staan, voordat de gevel kan worden ontworpen. Daarom werd deze vorm ge kozen, die den waarborg schept, dat een wel doordachte voorbereiding zal plaats hebben, al vorens het lichaam geschapen wordt, hetwelk zulk een gewichtige taak zal hebben te ver vullen. Welke ook de moeilijkheden zullen zijn, ik heb het volste vertrouwen, dat u deze zult weten te overwinnen. Ik behoef u er nauwelijks op te wijzen, dat de grootst mogelijke spoed zal zijn te betrachten, hetgeen u misschien aan leiding zou kunnen geven, omtrent sommige onderdeden uw meening kenbaar te maken, alvorens over het vraagstuk in zijn geheel te rapporteeren, waarmede ik zeer wel zou kunnen instemmen. Mr. dr. A. B. G. M. van Rijckevorsel, com missaris der Koningin in Noord-Brabant, be antwoordde als voorzitter der commissie de rede van minister Van Lidth de Jeude. Na woorden van dank namens de commissie voor het in haar gestelde vertrouwen, zeide spr.: Ongetwijfeld is het voor Nederland in zijn Veranderde omstandigheden van bijzonder be lang, zijn energie-voorziening zoo economisch mogelijk in te richten. Het is duidelijk, dat betrouwbare goedkoope drijfkracht een belang rijke factor is in het noodig herstel van het Nederlandsch concurrentievermogen. Een juist gebruik van het bestaande en ook uit natio naal oogpunt juiste investatie van nieuwe kapi talen zullen moeten worden nagestreefd door zoo goed mogelijk georganiseerd overleg, terwijl de regeering het laatste woord zal moeten hebben. En er is geen reden, deze ordening te beperken tot verschillende vormen van energievoorziening op zich zelf zij is ook wenschelijk voor de verhouding van sommige van deze vormen on derling dat heeft de ervaring wel geleerd. Het is dan ook volkomen begrijpelijk, dat de regeering twee jaren na de instelling van den Electriciteitsraad de mogelijkheid van een Energieraad overweegt. Onze commissie ziet zich inderdaad geplaatst voor problemen als: tot welke vormen van energievoorziening de regeling zich moet uit strekken; welke samenstelling, taak en bevoegd heden de Energieraad moet hebben; welke wet telijke bepalingen noodzakelijk zijn. En wij zul len daarbij het doel in het oog moeten houden: coördinatie, maar geenerlei verstarring. Neder land moet volkomen open blijven staan voor iedere ontwikkeling der techniek. Ik denk, dat wij allen welovertuigd zijn van de moeilijkheid, de juiste oplossingen aan de hand te doen. En toch vraagt uwe Exo. terecht den grootst mogelijken spoed. Het tempo van het leven, méér nog het tempo der techniek is zóó snel geworden, dat wij niet te lang mogen studeeren! Maandagmorgen heeft de plechtige uitvaart en begrafenis van den j.l. Donderdag te Houthem (L.) overleden schrijver mr. Frans Erens plaats gehad. Onder groote belangstelling vertrok om half tien de lijkstoet van het sterfhuis, om zich naar de St. Gerlachskerk te begeven. Onder de Lauden droeg een broer van den overledene, deken H. Erens van Gulpen, een stille H. Mis op; de plechtige H. Requiemmis werd opgedragen door pastoor S. Ribbergh uit Houthem. Om 12 uur bereikte de stoet het kerkhof te Schaesberg, waar de teraardebestelling ge schiedde; pastoor Geraerdts verrichtte de ab- soute. Onder de aanwezigen waren o.m. de schrijver Emile Erens, een broer van den overledene, burgemeester Hens uit Valkenburg, dr. Cals mr. Michiels van Kessenich, burgemeester van Beek, de heer Beckers, burgemeester van Ubagh over Worms, mr. Lemners, burgemeester van Schaesberg, en oud-pastoor Schatten van Schaesberg. „Boersen", het officieele orgaan van de Ka mer van Koophandel van Kopenhagen, klaagt er in een hoofdartikel d.d. 7 dezer over, dat de economische verhoudingen in Denemarken ir» de Nederlandsche pers tot een caricatuur ge maakt worden. Hierbij doelt dit officieele or gaan op een artikel o.a. in „De Telegraaf". „Boersen" acht het betreffende artikel zeer nadeelig voor Denemarken, daar het in Ne derland opvattingen zou kunnen doen ont staan, als zou het economisch leven in Dene marken door en door slecht zijn. Niet alleen in geschrift, maar ook metterdaad gaven Ne derlandsche firma's en banken blijk van wan trouwen tegen Denemarken, wat een totaal ge brek aan kennis van het Deensche economisch leven beteekent. Het economisch leven in Denemarken is aldus het genoemde orgaan even gezond als in Nederland, terwijl de Deensche banken even eens solide zijn. Denemarken zal in de toekomst, zooals dit thans en in het verleden het geval was, zijn buitenlandsche betalingsverplichtingen stipt nakomen. Het hoofdartikel besluit: In Nederland zou men er zeker geen prijs op stellen tot voorwerp van een behandeling gemaakt te worden al§ aan Denemarken in het Nederlandsche dagblad ten deel viel en men zou zich er zeker niet stil zwijgend bij neerleggen, wanneer het econo misch leven van Nederland in een tijd van bin- nenlandschen politieken strijd in het buitenland in het discrediet zou worden gebracht. Z. H. de Paus heeft den heer B. Dijckhoff, oprichter der N. V. Kledingmagazijnen Dijck hoff en Zoon, te Den Haag, bevorderd tot com mandeur in de Orde van den H. Gregorius I den Grooten. De onderscheidingsteekenen zijn den heer B. Dijckhoff te zijnen huize overhandigd door den Hoog Eerwaarden Heer Mgr. Th. M. P. Bek kers. 53 De deur ging dicht een sleutel werd om gedraaid in het slot. Een tijdje stond Bob Kingsley bewegingloos. Toen bukte hij zich werktuiglijk en zette den omgevallen stoel recht. Hij ging zitten en met de ellebogen op de knieën en de kin in de han den, staarde hij ijzig vóór zich uit. De reis naar Luala duurde vier dagen. In vier dagen kon er iets gebeuren. Dat was alles. Een andere kans was er niet. HOOFDSTUK XX De drie gevangenen Door de hitte hing er een nevel op het water. Er was geen wind die was er den heelen dag niet geweest. En hier in het vooronder van Java Dick's drijvende hel was er geen beschut ting. Bob Kingsley maakte zijn uitgedroogde lippen nat met de punt van zijn tong. De zon scheen meedoogenloos op hen neer. Het was lang gele- Sedert eenigen tijd bestaat in academische kringen de op goede gronden gevestigde ver wachting, dat in de plaats van wijlen prof. dr. J. Prinsen als hoogleeraar in de Nederlandsche taal en letterkunde aan de Amsterdamsche Universiteit benoemd zal worden prof. dr. Ge rard Brom uit Nijmegen. Aanvankelijk achtten wij den tijd voor deze publicatie nog niet gekomen, nu echter een der Amsterdamsche bladen dit bericht meedeelt, meenen ook wij het niet aan onze lezers te mogen onthouden. De heer J. R. Snoeck Henkemans, oüd-Twee- de Kamerlid voor de Chr. Historische Unie, zal 18 December te Apeldoorn in de jaarvergade ring van de Kamerkringvereeniging Arnhem van de Chr. Historische Unie officieele afscheid ne men. De heer Snoeck Henkemans werd in 1916 onder het districtenstelsel voor het district Apeldoorn van de Chr. Historische Unie afge vaardigde in de Tweede Kamer. De algemeene vergadering der Nederlandsche Vereeniging voor Speciale Autowegen (Nevas) zal worden gehouden Maandag 23 December a.s. te twee uur in het gebouw van het Koninklijk Instituut van Ingenieurs, Prinsessegracht 23 te 's-Gravenhage. In behandeling komt dan o. m. het onder werp: „Urgentie, nut en voordeelen van spe ciale autowegen, mede in verband met de aan sluitingen naar het buitenland." Inleider hier van is de secretaris der vereeniging. De minister van Sociale Zaken heeft een nieuwe regeling vastgesteld voor de verstrek king van Rijkssubsidie voor tuberculosebestrij ding. De nieuwe regeling treedt 1 Januari in werking; de vroegere ter zake getroffen rege lingen zijn met ingang van genoemden datum ingetrokken. De Minister van Sociale Zaken heeft onder be paalde voorwaarden beschikt op een verzoek van de Vereeniging van Tilburgsche Fabrikanten van Wollen Stoffen en van den Nederlandschen R. K. Textielarbeidersbond „St. Lambertus", bei de gevestigd te Tilburg, daartoe strekkende, dat in de textielfabrieken van werkgevers, aange sloten bij eerstgenoemde vereeniging, arbeid mag worden verricht in afwijking van het be paalde in artikel 24 der Arbeidswet 1919. De vergunning is verleend voor het tijdvak van 1 Januari tot en met 31 December 1936, doch geldt niet voor gehuwde vrouwen. Indië, Australië en Zuid-Afrika met een reeks belangrijke nieuwe krachten vergroot. Het Ballet Schoop zal op de afscheidsavon den ook nieuwe nummers geven. De voorstellingen zijn bepaald op 11 en 13 December in den Stadsschouwburg te Amster dam, 12 en 15 December in den Grooten Schouwburg te Rotterdam en 10 Dcc. in de Stadsdoelen te Delft (Kunst aan het Volk). In een persgesprek 'met het Tweede Kamer lid Westerman, naar aanleiding van de verkla ring van het hoofdbestuur van het Verbond voor Nationaal Herstel, verklaarde deze na drukkelijk, dat bij de gerezen moeilijkheden uit sluitend zakelijke geschilpunten zich voordoen. Er is geen sprake van persoonlijk antagonisme. De geschilpunten zijn o.m. tot uiting geko men in het standpunt van den heer Wester man ten aanzien van het zonden van troepen naar de Saar, voorts bij de behandeling der sanctiewet en ook bij de verdediging van de N.S.B. in verband met de door de regeering uitgevaardigde maatregelen tegen deze organi satie. Men was van oordeel, aldus de heer Westerman, dat ik meer het typische standpunt van Nat. Herstel had moeten verdedigen en den nadruk had moeten leggen op de verschil len tusschen N.S.B. en Nat. Herstel en de ex cessen van de N.S.B. krachtiger had moeten veroordeelen. Deze houding is mij zeer moeilijk gevallen, omdat ik een andere visie op de N.S.B. heb dan het hoofdbestuur. Voor mij vloeien die excessen grootendeels voort uit de behandeling, die men deze bewe ging van regeeringswege heeft laten ondergaan. Ik zie de fouten van de N.S.B. zeer wel in en zie ook de gevaren van het leidersbeginsel, maar ik geloof, dat dit in hoofdzaak groeifouten zijn. Ik geloof niet aan een overwinning der na tionale gedachte, als het niet zal gelukken, alle nationaal denkenden in een nauwgesloten ver band te vereenigen. In de kringen van het Ver bond gaf men aan een langzamer tempo de voorkeur. En men kon zich op den duur zoo min met den aard als met den vorm van mijn critiek op het regeeringsbeleid vereenigen. Wat zijn toekomstige positie in de Kamer be treft, wees de heer Westerman erop, dat deze in feite niet veel zal veranderen, aangezien zijn denkbeelden, ook al mogen deze in formeelen zin niet meer als representatief voor het Ver bond van Nat. Herstel worden aangemerkt, in de praktijk toch met de opvattingen van een zeer groot aantal landgenooten overeenstem men. Naar wij vernemen is bij het G. O. te Den Haag een nieuw voorstel van B. en W. dier ge meente aanhangig gemaakt, om de voorgesteide loonsverlaging voor het gemeente-personeel van 5 op 4 pCt. terug te brengen. De vertegenwoordigers der organisaties in 't G. O. hebben zich op het standpunt gesteld, eerst hun organisaties te willen raadplegen, alvorens hierover nader te beraadslagen. den, dat ze hem wat water gebracht hadden. Maar dat was slechts lichamelijke ontbering het was de kwelling van den geest, die niet te verdragen was. Daarginds was land in het zicht. Bob Kings ley staarde er naar zooals hij er zoowat den heelen dag naar had gekeken. Het kon tien mijl weg zijn of twintig. Door den nevel kon men zich leelijk vergissen. Maar wat de af stand ook was, het was niet dichterbij en niet verder af dan dien morgen. Ch'en-su had half schertsend, half dreigend gezegd, dat net Luala was het Noordeinde van Luala waar de kreek lag. Het was nu wellicht al met hen afgeloopen geweest, als ze niet al deze men stil hadden ge legen, omdat er geen wind was. Bob Kingsley liet het hoofd in de gekruiste armen zinken op de verschansing. Het was in derdaad Luala. Niettegenstaande den slakken gang en de andere slechte kwaliteiten van deze oude schuit, die Java Dick de hemel weet waar vandaan had gehaald, hadden ze vanmorgen in Luala moeten aankomen. Het was nu vier dagen geleden en vannacht zou de vijfde nacht zijn, sedert hij er by Java Dick ingeloopen was. Een uur nadat ze hem in die kamer gelaten hadd'en, waren ze terug gekomen en hadden ze hem in een auto gegooid. Ze hadden mijlen gereden, maar lang vóór het aanbreken van den dag was hij aanboord van dezen schoener gebracht en de schoener was in zee gestoken. Sedert had hij zich geen zes voet verwijderd van de plaats, waar hij nu stond, want het ééne eind van een kabel was Dinsdagochtend zal het Ballet Schoop te Am sterdam arriveeren voor enkele afscheidsavon den voor het vertrek op 17 December naar Ame- Trudi Schoop heeft haar gezelschap voor de groote reis naar Amerika, Japan, Nederlandsch Het Haagsch Gerechtshof heeft arrest ge wezen in de zaak tegen den gewezen directeur der N. V. „Concordia" te 's Gravenhage, mr. L. P. D„ die door de Haagsche rechtbank is vrijgesproken van de hem ten laste gelegde verduistering van aandeelen, toebehoorende aan die instelling. De advocaat-generaal had gerequireerd tot vernietiging van dit vonnis met veroordeeling van den verdachte tot zes maanden gevange nisstraf. Het O. M. bij de rechtbank had één jaar geëischt. Het Hof vernietigde het vrijsprekend von nis en veroordeelde verdachte thans tot zes maanden gevangenisstraf, voorwaardelijk, met 3 jaar proeftijd. De 72-jarige wielrijder J. v. d. Laan, wonende te Friesche Brug bij Noordwolde, is Maandag middag op den Eesveenscheweg te Steenwijk aangereden door een auto, welke bestuurd werd door dr. B. De wielrijder, die waarschijnlijk boven op den auto is komen te vallen, moest met een schedelbreuk en een hersenschudding in hope- loozen toestand naar zijn woning worden ver voerd. Den autobestuurder treft geen schuld. Tegen inlevering van deze advertentie kunnen de lezers van de Ver. Kath. Pers bekomen samengesteld door J. VAN SOEN, meester-kok te Brussel. In dit uit gebreide Kookboek vindt men, behalve de gewone recepten, ook nog de FRANSCHE en andere. Een extra verzameling van uitgezochte lekker nijen, waarvan men de recepten haast nooit te pakken krijgt. Zoo vindt men 70 soorten soep, een kolossale verzameling groenten, een keur van sauzen (40soorten). Een groote variatie tot bereiding van rund-, kalfs-, Schapen- en varkensvleesch, wild, zee- en riviervisch, gevogelte, ge pluimd wild en eieren. Ook voor het maken van gebak, confituren, rijst, melk en meel, zouten van vleesch en spek. Inleggen en drogen van groenten en vruchten. Het confijten. Het bereiden van vele dranksoor ten. Bovendien een handleiding voor versiering, inrichting, verlichting der tafel, behandeling der flesschen, enz. Afgehaald voor de lezers slechts L25. Franco na postwissel of op Giro 124280 1.45. Bij den NEDERLANDSCHEN VERZENDBOEKHANDEL, Gasthuismolensteeg 12, in 't verlengde van de Paleisstraat, Amsteroiam-C. vastgemaakt aan een oogbout in een stang van de verschansing en het andere einde was aan een koord om zijn middel bevestigd. Over dag, wanneer men voortdurend naar hem keek, liet men zijn handen vrij; bij het vallen van den avond werden ze altijd stevig vastgebon den. Vier dagen en vier nachten! Een ware hel! Soms scheen het hem toe, dat zijn geest bre ken zou onder de spanning, want hij had zich zelf meer dan eens hardop onzin hooren uitslaan Hij whs er niet eens zeker van, dat hij op dit oogenblik goed zijn verstand had dat wat hij om zich heen zag, werkelijkheid was. Hoe kon het werkelijkheid zijn? De gemeenheid ervan kon niet door mtenschelijke wezens uitgedacht en uitgevoerd worden zelfs niet door met opium versufte Chineezen of een Java Dick in delirium! Vier dagen en vier nachten lang, op ongere gelde tijden, maar heel dikwijls, hadden Min- dar Singh's kreten en gillen door heel het vaartuig geklonken. De man werd vastgebon den op het dek bij den hoofdmast. Hij ver hinderde den doorgang niet ze trapten op hem. En die wilde, kon hem slaan, als hij voorbij hem kwam en niemand liet het na, En met regelmatige tusschenpoozen -ïeschen ze hem op en sloegen hem, tot het dek onder zijn voeten rood was van bloed. De man zag er vreeselijk uit. Werktuiglijk, ofschoon zijn hoofd begraven was in zijn ar men, sloot Bob Kingsley de oogen, als om een afschuwelijk gezicht buiten te sluiten. Dien morgen hadden ze den ellendige het dek langs Bij dii s-hik-snertweer -hik- móet je wel -hik- een ver-hik-koudheid oploopen -hik- Maandagmiddag om kwart voor vijf is van het havenhoofd te Middelharnis een auto te water gereden. De chauffeur, die vermoedelijk de eenige inzittende was, is daarbij om het leven gekomen. Het havenhoofd, dat op 2 K.M. afstand van Middelharnis ligt, is de eerste aanlegplaats van het eiland voor de booten, die op Rotter dam en Hellevoetsluis varen. Ten behoeve van de passagiers is een parkeerterrein bij het ha venhoofd aanwezig. Dit parkeerterrein is aan drie zijden door het water begrensd en is des avonds niet verlicht. Omstreeks een half uur voor de aankomst van de stoomboot Rotterdam-Middelharnis, toen nog niemand in de omgeving van het ha venhoofd aanwezig was, is de auto, vermoede lijk bij het keeren, te water geraakt. De auto is bij de sluis van de kade gereden. Een schipperszoon verklaarde omstreeks kwart voor vijf uit de roef van zijn schip, dat in de nabijheid lag gemeerd, aan dek te zijn gekomen en toen achter zich een luid gegil te hebben gehoord. Hij zag iemand te water lig gen die dadelijk wegzonk. Op zijn alarm is men dadelijk begonnen te dreggen en zijn de auto riteiten gewaarschuwd. Tegen zeven uur kon de auto door een kraanwagen worden gelicht. De auto was ledig, zoodat kan worden aange nomen dat de drenkeling, dien de schipperszoon heeft gezien, de eenige inzittende van den wa gen was. Zijn lijk is even later opgehaald. Het was de 19-jarige P. Potters uit Ouddorp-Haven. Omtrent de oorzaak van het ongeluk tast men in het duister, aangezien niemand er ge tuige van is geweest. Voor de Amsterdamsche rechtbank heeft zich te verantwoorden gehad de Hilversumsche bloe- menkoopman K. J. van H., die op 16 September jJ. een vloerkleed ter waarde van 600.— zou hebben gestolen uit een villa aan het Suzanna- park, aldaar. De jeugdige verdachte had „samengewerkt" met zijn broer. Zij hadden het dure kleed voor het luttel bedrag van 12.50 verkocht. Hij had 5.van de opbrengst gekregen. Het O.M. requireerde zeven maanden gevan genisstraf, waarvan drie voorwaardelijk met een proeftijd van drie jaar. Vervolgens stond de broer, een „koopman" te recht. Hem was diefstal van het vloerkleed en bovendien van eenige meubelen ten laste gelegd. Hij is al eerder veroordeeld tot een tucht- schoolstraf; verd. is toen voorwaardelijk in vrij heid gesteld, doch de proeftijd is nog niet om. Wegens diefstal vorderde het O.M. tegen verd. die zeer ongunstig bekend staat een gevangenis straf van een jaar en drie maanden. Vonnis 23 December. De speciale vlucht van de F. 36 naar Indië, aanvankelijk vastgesteld voor Januari, gaat niet door. Het toestel is nog steeds in de werk plaatsen van de K. L. M. in revisie. gesleept en hem aan zijn, Bob Kingsley's voe ten geworpen. „Kwaad heb ik u gedaan, sahib," had Mindar Singh gefluisterd, „ma^r laat de sahib er mij goedheid voor bewijzen. Steek uw handen uit, sahib, en sluit ze om mijn keel en wees zoo barmhartig mij te dooden, want ik kan de kwelling, die ik verduur, niet langer verdra gen." Hij had den man zoo goed als hij kon ge troost; had hem zijn pannetje water gegeven, dat toen half vol was het was alles, wat hij geven kon en na eten poosje had Mindar Singh vol wroeging in korte zinnen bekend, hoe hij gelogen had op de Alita, toen hij vertelde, wat er had plaats geheid in den nacht, dat Hsi Yan Kalawa bezocht. Tot waar Mindar Singh het lijk van Hsi Yan de gang in gesleept had, was het verhaal waar. Maar hij had het lijk van Hsi Yan niet op het rustbed teruggelegd, vóór hij zeker wist, dat de jonk weg was gevaren; daarna had hij zich schuil gehouden in de geheime gang. Alles, wat hij met het lijk van Hsi Yan gedaan had, was gebeurd met het doel, een alibi voor zichzelf te hebben, want hij had verwacht, dat zijn mees ter zou terugkomen, ten hij was van plan, Kings ley neer te slaan vóór deze hem, Mindar Singh herkende, en dan zelf de beeldjes te stelen. En als het noodig geweest was, als Tom Kingsley hem herkend had, zou Mindar Singh hem ook gedood hebben. Hsi Yan's lijk was er om de daders aan te wijzen, en wat zijn eigen ver dwijning betreft, men zou wel denken, dat de bemanning van de jonk hem had meegevoerd, De Finsche houtboot „Diana" welke Maandag morgen onder Castricum door den mist was gestrand, is des middags op eigen kracht bij hoog water vlot gekomen. Gelijk men weet had de kapitein van de „Diana" hulp van sleepbooten geweigerd, daar hij meende bij vloed wel op eigen kracht vlot te kunnen komen. Of dit hem gelukken zou was een vraag, waarover veel twijfel bestond, daar de „Diana" zeker een paar meter omhoog was geloopen op een gevaarlijke zandbank. Men meende dan ook, dat hulp van sleep booten noodzakelijk zou zijn. De sleepbooten „Utrecht", „Hector" en „Nes tor", evenals de sleepboot van de z.g. visch- ploeg te IJmuiden, bleven dan ook angstvallig in de nabijheid van het gestrande schip. Het was vanaf het strand gezien, alsof een groep gieren rondom haar prooi lag te wach ten om er op het gunstige oogenblik op te kun nen aan vallen. Evenwel, de kapitein van „Diana" kreeg ge lijk! De machines werkten reeds geruimen tijd op volle kracht, daar het water zijn hoogste punt had bereikt. De stroom en de landwind hielpen nog een handje. Hoewel de achtersteven van de „Diana" da nig in beweging was, leek het er aanvankelijk op. dat het loskomen niet gemakkelijk zou gaan. Maar precies zeven minuten over twee, toen de vloed bijna het hoogtepunt bereikt had, schoof de „Diana" plotseling met den staart van de bank af: ze was vrij. Het wenden van den steven was daarna het werk van een oogenblik en om kwart over twee stoomde de boot, hoewel zwaar slagzij makend, op naar IJmuiden. De sleepbooten keerden hierna naar hun diverse standplaatsen terug. SEMARANG, 9 Dec. (Aneta) Zaterdag nacht is drie mijl ten Noorden van de reede van Semarang een visschersprauw omgeslagen. De drie opvarenden dreven zeven uur rond, totdat zij langszij van de „Marnix van St. Aldegonde" kwamen, die de schipbreukelingen oppikte. Een collecte aan boord van de „Mamix" gehouden ten bate van de slachtoffers bracht 17.— op. Later werd de prauw door de waterpolitie gebor gen, waarna bleek dat vrijwel niets verloren was gegaan, zoodat de schipbreuk voor de Inland- sche visschers nog een voordeeligen kant bleek te hebben. Maar Tom Kingsley was niet teruggekeerd en drie dagen lang had Mindar Singh zich ver borgen gehouden in de gang, alleen 's avonds wegsluipend voor wat voedsel en water. Den kende, dat Tom Kingsley gevangen genomen was en meegevoerd op de jonk, was Mindar Singh heimelijk naar Singapore gegaan. Daar was hij op den duur de bemanning van de jonk op het spoor gekomten, en daar had hij gehoord, hoe het lijk van Tom Kingsley was gevonden in een open boot op zee. Bob Kingsley knikte plotseling bij zichzelf. Hij had Mindar Singh's meening daarover ge vraagd. De theorie van Mindar Singh was heel eenvoudig, en als men de bewering beschouwde van den inlandschen bediende uit Crowley's brief was het ongetwijfeld de goede. Tom Kingsley had bemerkt, dat het huis omsingeld was, en dat de inboorlingen zich verspreid hadden, na dat hij door de geheime gang ontsnapte. Daar hij gewond was ten niet ver kon loopen, was de eenige manier om hulp te krijgen, per boot naar de stad te gaan. Dat was hij ook van plan geweest, maar zijn wond was erger ge worden. Hij had het bewustzijn verloren en in plaats van de stad te bereiken, had de boot hem naar zee gevoerd. Weer knikte Bob Kingsley. Zoo moest het wel geweest zijn, ofschoon het altijd maar een ver onderstelling zou blijven. Wat de rest van Mindar Singh's verhaal be trof, het dooden van Hsun Chi en het stelen van het eerste beeldje, dat hoefde hij niet te herhalen, want Java Dick ten Chen-su hadden hem die bekentenis al afgeperst. Daarna, met Bij K.B. is benoemd tot Officier in de Orde van Oranje-Nassau: Jhr. J. Beelaerts van Blok land te Oosterbeek. Benoemd tot ridder in de Orde van Oranje- Nassau P. Guillaume, directeur van de Muziek school te Roermond. Toegekend de zilveren eeremedaille der Oran je-Nassau Orde aan J. van Rijt, watermolenaar bij den Grooten Polder, gemeente Zoeterwoude, wonende aldaar. Bij K.B. is verleend de titulaire rang van luitenant-kolonel-intendant der mariniers aan den gepensionneerden kapitein-kwartiermeester der mariniers E. A van Wely. Met 1 Januari benoemd tot adjunct-expert bij de scheepvaartinspectie J. Bloem, leeraar aan de Binnenvaartschool te Amsterdam. Aan A. N. Hamelberg, ingenieur-verificateur van het kadaster te Arnhem, is op verz. met 1 Maart eervol ontslag uit 's Rijks dienst ver leend, 'onder dankbetuiging. Benoemd tot bewaarder van de hypotheken, het kadaster en de scheepsbewijzen: te Leiden M. W. F. Beijerinck, ontvanger der reg. en dom. te Delft; te Nijmegen C. J. Kluvers, landmeter van het kadaster te Delft. Benoemd tot ontvanger der reg. en dom. te Weert J. T. ter Marsch, surnumerair der reg. en dom. ten kantore der reg. no. 2 en dom. te Arnhem; te Oldeberkóop J. Smallenbroek, surnumerair der reg. en dom. ten kantore te Assen. Benoemd tot adj. accountant der directe bel.: A. F. Maat te Tilburg; J. van der Brugge te 'S-Gravenhage, le bureau; J. Lijcklama Nye- holt te Groningen; D. Jager te Amsterdam, le bureau; W. B. Borris te Rotterdam, le bureau; A. L. Brox te Rotterdam, le bureau; C. D. Os- sewaarde te Eindhoven, allen thans tijd. Benoemd tot adj. accountant der dir. belas tingen te Groningen Y. J. Groenhout, rijks klerk der dir. bel., inv. en acc. aan het bureau van den accountantsdienst der dir. bel. aid., met 1 Jan. Mr. H. R. de Zaaijer te Arnhem, secr. van de Commissie van advies voor den dienst der belastingen is tevens benoemd tot pl.verv. lid van die Commissie. Ir. P. M. Heertjes te Delft is tot wederop- zeggens toegelaten als privaat-docent in de afdeeling der scheikundige technologie aan de Technische Hoogeschool te Delft, om onderwijs te geven in de chemische technologie der kleur stoffen. Met 16 Dec. benoemd tot lid van de commissie van toezicht op de Rijkstuinbouwwinterschool te Naaldwijk M. Prins te Honselersdijk. één van de beeldjes in zijn bezit, en verne mende, dat hij, Bob Kingsley, het andere bij Java Dick had laten zien, was Mindar Singh naar de Alita gekomen en had zich voorge daan als de trouwe dienaar. Verder had Min dar Singh nog verteld, dat hij eenige mannen van zijn eigen ras in vertrouwen had genomen die zelf een boot hadden en bereid waren, on middellijk naar den schat toe te varen. Min dar Singh had den sleutel tot het geheimschrift verklaard, omdat hij hoopte, daardoor zoo n vertrouwen in te boezemen, dat de uitwerking van het geheimschrift onmiddellijk in zijn te genwoordigheid gedaan zou wordten, en hem aldus zou vrijwaren tegen mislukking en ge vaar voor zichzelf, waar hij kans op liep, als hij deed wat voor de hand lag: de beeldjes ste len. Hij had tenslotte toch tot dat laatste zijn toevlucht moeten nemen en was er in geslaagd de beeldjes te bemachtigen, maar met deze in zijn bezit was hij in de handen van Chen-su gevallen, fen bevond zich nu in dezen ellendigen toestand. Al een uur lang had hij Mindar Singh niet meer hooren schreeuwen. Nu kreunde hij plot seling. Zijn lijden was bijna geëindigd. Maar Vema? Ze was even ver naar achter op den schoener als hij naar voren; maar hij wist, dat ze, ofschoon ze niet verder mocht dan het achterruim, niet vastgebonden of geboeid was, en binnen zekere grenzen vrijheid had om op en neer telobpen. Een enkelen keer had hij haar zelfs gezien. .(Wordt vervolgd)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1935 | | pagina 3