■Mg
m
ws*XMSm
Het betooverde slot
[T
Zoekt gij betrouwbaar
Personeel?
Plaats dan een „Omroeper
voor 80.000 gezinnen j
De terugkeer van het Nederlandsch voetbalteam
A
BwiHlHi
f Voor onze jeugdige lezers) j
•J
M'N VARKEN
DONDERDAG 12 DECEMBER 1935
W
Sill:.
aiiuiuniiiiiiiuiiiiiiiiiiiiniiiiiiiiiiiiiiiitiiiiiiiiiiiiiininiiiiiTiiniiiiiiiiiuiiiiiiiiiiiiiiiiniiiiiinnnniinmmnnni^
i I ^j|
Dr. Max Euwe feliciteert dr. A. Y. v. d. Meulen,
oud-doelverdediger van het Nederlandsch elftal,
met zijn promotie tot doctor in de geneeskunde
Nederlandsch elftal, dat te Dublin Zondag zoo schitterend van Ierland won, is Woensdag op Vaderland- aan de Gemeentelijke Universiteit te Amster-
dam
M f
A
f
HP
Generaal Santini voor zijn tent achter het Italiaansche front in Abessynië,
terwijl hij per schrijfmachine zijn orders uitdeelt
SrniinnniininnniiHnHtiininininfRuiifiiiiimmmmin fiiiitnunnunininuiiiiiiiiiiiiiiHiiiiHiniiiiinniiiiniiniiiffntiniiniiiniiiTn
Er was eens een meisje dat Marietje
heette. Haar ouders waren heel erg
arm. Op een goeden dag zei de moe
der tot het meisje: „Marietje, je bent nu
oud genoeg en kimt best je brood zelf ver
dienen. Hier heb je een pakje boterham
men en een beetje zout. Trek de wijde we
reld in en zorg dat je je geluk vindt."
Het meisje nam het brood en het zout
aan en vertrok.
Toen zij nu over eèn eenzame landstraat
liep, zag zij plotseling een grote ijzeren
sleutel liggen. Eerst wilde zij hem laten lig
gen, maar in het voorbijgaan riep een stem:
„Neem mij mee! Het is je geluk!'
Vlug bukte Marietje zich en stak de sleu
tel in haar zak. Toen zij weer een tijdje ge
lopen had, stiet zij met haar voet tegen een
dikke steen. Hij leek wel een beetje op een
wittebroodje. Achteloos gaf Marietje er een
schop tegen maar weer riep een stem:
„Neem mij mee! Het is je geluk!"
Marietje nam de steen van de grond en
stak hem bij de sleutel in haar zak.
Intussen was het middag geworden. De
zon brandde heet en Marietje kreeg honger
en dorst. Daarom ging zij naar het bos,
zocht een schaduwrijk plekje op en at het
droge brood op dat haar moeder haar mee
gegeven had. Haar honger was nu voorbij,
maar des te meer dorst had zij gekregen.
Zij nam nu de sleutel in haar hand en zei
bedroefd:
„Je zou me geluk aanbrengen en je kunt
me niet eens een paar druppeltjes water
verschaffen. Ik wil water hebben, breng mij
water!"
Terwijl zij dat riep sloeg zij driftig met
de sleutel tegen een boom en,.nee maar.
het zuiverste, mooiste water stroomde uit
de boom. Vlug hield Marietje haar mond
er onder en dronk tot zij genoeg had. Nu
wist Marietje dat zij een toversleutel bezat
en vol vreugde sprong zij op en liep verder.
Zij bereikte nu spoedig een groot meer.
Op de andere oever bemerkte zij een
prachtig en machtig slot dat tussen dicht
begroeide bomen uitstak.
„Hè, als ik toch eens aan de overkant kon
komen," riep Marietje uit.
Niet ver van haar af bemerkte zij plotse
ling een kleine kano. Die was met een zwa
re ketting aan een paal gesloten. Maar Ma
rietje had niet voor niets haar toversleutel.
Zij maakte het slot open en sprong in de
kano. Nauwelijks was zij gaan zitten of de
boot schoot als een pijl uit de boog over het
water. Van plezier wilde Marietje met haar
handen in het water plassen, maar zo iets
had zij nog nooit meegemaakt.haar han
den gingen niet onder.... het water was
één harde stenen massa.
Aan de andere oever bleef de kano lig
gen. Het meisje sprong er.uit en snelde
naar de berg waar het slot boven op lag.
Maar alles op haar weg was even eigenaar
dig. Er stonden een paar herten, die haar
nieuwskierig aankeken. Ook toen zij de die
ren naderde liepen deze niet weg; ze zag
toen dat ze van steen waren. Verderop wil
de een haas dwars over de weg lopen, maar
hij kwam niet van zijn plaats en het eek
hoorntje dat zo vlug tegen de stam van
een boom op wilde kauteren verroerde zich
niet, hoewel Marietje toch in haar handen
klapte om het te verschrikken.
Alle dieren die zij op haar weg ontmoette
waren zonder leven. Nu stond zij voor een
grote muur, die het slot omgaf. Terwijl zij
nog stond te overleggen of zij wel door de
grote poort naar binnen zou gaan of maar
liever om zou keren, hoorde zij weer die
eigenaardige stem:
„Maak open, het is je geluk!"
Zij ging dus met de toversleutel naar bin
nen en stond nu in een grote tuin. Ook hier
zag zij het zelfde eigenaardige beeld. Paar
den stonden er die door edelknapen vast
gehouden werden. Op het ene zat een jon
ge jager, met de jachthoorn aan zijn lippen,
net of hij wilde gaan blazen, maar geen
geluid werd er gehoord. De paarden zagen
er ongeduldig uit, alsof zij de grond met
hun hoeven om wilden woelen. De honden,
die aan kettingen vastgehouden waren,
stonden met open bek om te blaffen. Maar
niemand of niets verroerde zich. Alles was
van steen. Marietje ging verder het slot in.
In een lange zaal aan een rijk gedekte ta
fel zaten veel voorname heren, etend en
drinkend. Achter de hoge zetels stonden
tientallen lakeien en bedienden brachten
in gouden en zilveren schotels de fijnste
spijzen of schonken parelende wijn. Ma
rietje liep om de tafel heen en betastte zo
hier en daar eentje van de stenen figuren.
Plotseling stond zij aan het hoofd van de
tafel voor een beeldschonen jongeling. Hij
Schaduwbeelden
De hierbij afgebeelde schaduwbeelden
zien er op het eerte gezicht nog al moei
lijk uit om na te maken, vinden jullie niet?
Maar 't is toch heus niet moeilijk, hoor!
Ik hoef hier niets bij uit te leggen, want
de tekeningen zijn duidelijk genoeg om te
zien hoe je je handen moet houden.
Het komt natuurlijk het scherpste uit,
wanneer je het doet op een vlakke, liefst
witte muur en je moet er ook voor zorgen,
dat je lamp niet te ver van je handen af
staat of hangt. Wanneer jullie thuis geen
verplaatsbare lamp hebben, dan hindert
dat ook al niets. Je vraagt even aan een
broer of zus van je, of die een stuk wit
papier even wil vast houden ongeveer een
meter van de lamp in de kamer. Jijzelf nu
gaat met je handen, dus tussen lamp en
papier in, de verschillende voorbeelden la
ten zien.
Dit moet natuurlijk altijd gebeuren als 't
donker is, of wanneer de gordijnen stijf ge
sloten zijn.
had zijn beker omhooggeheven en lachend
zijn mond geopend om te drinken. Marietje
moest er echt om lachen en dacht bij zich
zelf: „In die lachende mond past precies
het kadetje van steen dat ik in mijn zak
heb." Zij pakte dat en stopte het voor de
aardigheid in de hand van de stenen pop.
„Eet maar lekker" zei zij hardop, maar nau
welijks waren die woorden uit haar mond
of het hele gezelschap begon te leven; de
bedienden liepen af en aan met de scho
tels, de borden kletterden onder de messen
en vorken van de ijverig etende ridders.
Buiten hinnikten de paarden en trapten
met de hoeven in de grond en de honden
blaften ongeduldig. Daar boven uit schalde
de hoorn van den jachtmeester dat het tijd
was om op te breken.
De jongeling zette zijn beker neer en
vroeg aan Marietje:
„Hoe kom jij hier?"
Marietje vertelde hoe zij in het slot geko
men was. Daarop zei de jongeling:
„Zo heeft dus de oude tovenaar woord
gehouden en wij hebben allemaal honderd
jaar als stenen gezeten. Jij hebt ons ver
lost. Denk je eens in, wij zaten hier zo als
jij ons daarstraks aangetroffen hebt bij
een vrolijke maaltijd; toen klopte een be
delaar aan de deur en smeekte om een ga
ve. Ik liet hem om een grapje te maken in
mijn overmoed stenen in plaats van brood
aanreiken. Maar de oude man riep woe
dend: „Vervloekt zal je zijn, jij en allen
die je toebehoren. Honderd jaar lang zul je
in steen veranderd zijn tot eindelijk een
jong meisje, goed en mooi, je zelf stenen te
eten geeft. Dan pas zul je weer levend wor
den. Dat heb jij gedaan, mijn kind en
daarvoor zal ik je rijkelijk belonen."
Marietje werd tot jonkvrouwe verheven
en toen zij oud genoeg geworden was, werd
zij de burchtvrouwe en het hele land vier
de feest. Zij haalde haar arme ouders naar
het slot en daar leefden zij nog lange jaren
tevreden en gelukkig.
PIET BROOS.
Ik heb een aardig varkentje,
Maar 't is niet so&n gewoon,
Zoo een, die in de modder wroet,
Het mijne is altijd schoon!
Z'n huid is glad en groen van kleur,
Hij heeft geen rose huid,
En als je aan m'n varken schudt,
Dan valt er soms wat uit!
Je snapt natuurlijk allemaal,
Wat of het is voor een;
M'n varken is een spaarpot en
Is heelemaal van steent
Ik gooi er trouw m'n centjes in,
Die 't varken goed bewaart,
En na een poosje heb ik 200
Al aardig wat gespaard!
En als er in z'n dikken buik
Geen enkele cent meer kan,
Dan slacht ik hem en 't varkentje
Voelt lekker niets er van!
Geen lekkere schijven ham of spek
Geeft t varltentje me hoor!
Het geeft alleen de centjes weer
En daar lcoop ik wat voort
F. W.
FOTOREPORTAGE
s iiiiiriiiiiiii' njiiii^'-**^'
i|: S
Puck van Heel ontvangt een bloemen
hulde van een kleinen voetbal-enthou
siast bij den terugkeer van het Neder
landsch elftal te Rotterdam
Het
schen bodem teruggekeerd. De aankomst met de .Batavier" te Rotterdam
u
Een felle uitslaande brand heeft een
sigarenmagazijn in de Koningstraat te
den Haag verwoest
De heer H. Th. Cox, oud-directeur der
Hollandsche Stoombootmaatschappij, is
te Amersfoort overleden
De uitreiking der Nobelprijzen door Koning Gustaaf van Zweden te Stockholm. Links: prof.
Hans Spemann ontvangt den Nobelprijs voor physiologie en medicijnen; rechts: prof. James
Chadwick ontvangt den Nobelprijs voor physica
ao.gr.ni.