Maakt recht den
weg
Het ei van Columbus in liet Abessinisch conflict?
HO ARE EN LAVAL 2 Hè, hè, dat staat!
DE NEGUS: Jawel, maar 9t is kapot!
BELANGRIJKE EXPORT
Kerkelijk leven
ZONDAG 15 DECEMBER 1935
LEEKENPREEKEN
J eugdwerkloosheid
Minister vraagt hulp der werk
gevers voor zijn plan
KLEINE VISCHACTEN
Vrijspraak in principieele kwestie
ONDERSCHEIDING WIJLEN
LT.-GEN. VAN OORDT
Invordering van de
belasting
Scherper toepassing van de
voorschriften
MR. A. W. D. DE VRIES
Neemt afscheid van den
Raad van State
WERELD-J AMBOREE-1937
Kapitein Breunese legt zijn
functie neer
Gevaar van aardappelziekten
FRANKEERING GEDRUKTE
STUKKEN
Belangrijke verhooging van de
korting
GOEDKOOPE VONDEL
CONFLICT BIJ PURFINA
TE ROTTERDAM
RANGEERDER OVERREDEN
EN GEDOOD
Postvluchten
Opcenten op enkele
belastingen
Verscheidene Eerste Kamerleden
kunnen hun stem niet geven
aan het wetsontwerp
100 stuks Nederlandsch stamboek-
vee naar Engeland
De gezonken „Blanka"
Ook de achtersteven thans gelicht
HUIZEN VERZAKT IN LEIDEN
Commissie zal een onderzoek
instellen
DRIEVOUDIGE MOORD TE
BATAVIA
Rechtszaak voortgezet
OUDEJAARSGROET AAN DE
AMBULANCE
CADEAUZENDINGEN NAAR
DUITSCHLAND
PLEBAAN WESTERWOUDT
Soeur Marie Dionysia t
In de kostbaarste van alle boeken, in de
gewijde geschriften van het oude en nieuwe
verbond, komt naast den Christus één zeer
bijzondere figuur voor, die met geen andere
vergeleken kan worden. Het is Joannes, die
kortweg de Dooper genoemd wordt.
Alles is bijzonder aan dezen man. Zijn ge
boorte is ongewoon: naar menschelijke bere
kening verwachtten zijn ouders geen kinderen
meer; zijn moeder was boven de jaren der
Vruchtbaarheid. Toch wordt zijn geboorte aan
zijn vader Zacharias voorspeld, die niet gelooft
en met stomheid geslagen wordt. Zijn naam,
Joannes, komt in heel zijn familie niet voor;
tegen den zin van bloedverwanten en geburen
eischt zijn moeder, dat hij zóó zal heeten en
schrijft zijn vader op een wasbord: Joannes zal
zijn naam zijn! En nauwelijks heeft de oude
priester dien naam opgeschreven, of zijn tong
wordt ontbonden en hij heft den beroemden
zang aan, die alle priesters der Katholieke
Kerk thans nog in den vroegen ochtend bid
den, het Benedictus, dat een zegening en een
profetie tevens Werd.
En als dit wonderkind, dat reeds in der.
schoot zijner moeder den komenden Messias
mocht ontmoeten, is opgegroeid, trekt hij een
haren kleed aan, gaat de woestijn in en voedt
zich met sprinkhanen. Deze daad was veel on
gewoner en heldhaftiger, dan zij op het eerste
oog lijkt. Het was veel meer dan enkel een
leven van boetvaardigheid aanvaarden. Sinds
Elias had men geschroomd evenals deze groote
profeet in een haren boetekleed te verschijnen.
Want velen hadden het beproefd, maar zij ble
ken valsche profeten te zijn. Vandaar kreeg de
verschijning in zulk een boetekleed den schijn
van een pseudo-Elias, van een leugenaar en
bedrieger. Toen de valsche profeten waren uit
gestorven en er ook geen echte meer opston
den, bleef het haren boetekleed in den volks
mond voortleven als het teeken van den val-
schen profeet.
Daar verschijnt Joannes, Zacharias' zoon, in
een kemelharen omhulsel en verheft zijn stem:
doet boetvaardigheid, want het Rijk der heme
len is nabij! Een andere Zacharias had eens
gezegd: „Wanneer iemand nog zal profeteeren,
zullen zijn vader en moeder tot hem zeggen:
gij zult niet leven, want gij hebt leugen gespro
ken in den naam des Heeren. Dan zullen de
profeten zich schamen, een ieder over zijn aan
gezicht, wanneer hij zal profeteeren; en zij
zullen zich niet met een mantel van haar be
dekken om te liegen."
De Joden kenden de Schrift en herinnerden
Zich deze woorden. Niettemin trad Joannes in
het openbaar op in een kleedij, die het ge
vaar meebracht bespot en gehoond te worden.
Hij deed meer. Hij waagde het aan den rand
der woestijn met een machtige stem een roep
uit te stooten, die de aandacht trok en nieuws
gierigen deed toestroomen, een roep die den
Joden bekend was uit de heilige boeken en die
visioenen opriep uit den tijd toen hun vaderen
tot de afgoden waren gegaan en gezondigd
hadden. In die zWarte tijden stond er dan al
tijd een Godsgezant op en riep het volk toe:
doet boetvaardigheid! En de afgedwaalden
scheurden hun kleederen, strooiden asch op
hun hoofd, richtten brandoffers op en verzoen
den zich met Jehova.
Welk een ontroering moet de boeteprediker
Joannes verwekt hebben in een tijd, dat de
godsdienst der vaderen volgens de officieele
voorschriften in den tempel onderhouden werd!
Er stonden geen afgodsbeelden in Israël; inte
gendeel, men wenschte geen contact met den
overweldiger, den Romein, die als vijand werd
beschouwd. En toch leek de roep om boetvaar
digheid niet ongerijmd. Want, zoo al niet de
goden van het oude Rome onder de joden
heerschten, de wuftheid den heidenen had Is
raël aangeraakt. Herodes was niet enkel een
paskwil van een koning, omdat zijn macht af
hankelijk was van den wil van den Romein-
schen landvoogd, hij was zedelijk een minder
waardige, een ergernis voor het nog geloovige
volk. En de priesters: zij voerden de voorschrif
ten der Wet wel naar den vorm uit, maar het
waren letterknechten. Hun leven whs niet in
overeenstemming met hun leer; de vrome Jo
den, die in den Messias het heil van Israël ver
wachtten, vonden in deze Schriftgeleerden geen
steun voor him geloof en geen anker voor hun
vertrouwen.
Zoo kwam het dat de roep van Joannes toch
bij iederen goedwillende weerklank kon vinden:
reden tot boetedoening was er te over, immers,
de afgoderij stak in de afwijking van den
geest der wet, in het verzaken aan den zin,
dien David geleerd had, om n.m. met een oot
moedig en vermorzeld hart voor Jehova te ver
schijnen. De Pharizeërs, de voorgangers van het
uitverkoren volk, waren trotsch en zelfgenoeg
zaam. Zij stelden zich aan als de geestelijke be
windvoerders van 't volk Gods. Jahve kon hen
niet missen; zij waren het, die den waren gods
dienst in stand hielden, daarom kwam hun de
hulde van het volk toe en moesten zij een vrij
brief hebben om te leven zooals zij Wilden.
Het eenvoudige volk, dat in zijn diepste we
zen altijd zuiver voelt, begreep, dat deze hou
ding godslasterlijk was en bovendien: waar
bleef de verwachting van den komenden Ver
losser door alle profeten voorspeld?
Zóó kreeg Joannes, ondanks zijn haren kleed,
gehoor en volgelingen, toen hij opriep tot boete
en vermaande, dat het Rijk Gods nabij was;
toen hij Herodes Antipas openlijk als echtbre
ker brandmerkte en den Pharizeërs toeriep:
„Adderengebroed, wie heeft u geleerd de ko
mende wraak te ontvluchten?" En een ande
ren keer, onmiskenbaar duidelijk hun hoog
moed geeselde met deze woorden: „Reeds ligt
de bijl aan den wortel der boomen. Iedere boom
die geen goede vruchten draagt, zal worden
omgehouwen en in het vuur geworpen."
Joannes deed meer: hij predikte naast boet
vaardigheid een leer, die den Joden heel
vreemd was geworden en toch het hart der
goedwillenden aansprak, hij riep op tot naas
tenliefde. „Is dit niet veeleer het vasten, dat
ik verkies, zegt de Heer God? Breek den hon
gerige uw brood en breng in uW huis behoef-
tigen en dakloozen; als gij een naakte ziet,
kleedt hem en versmaadt niet uw eigen vleesch.
Dan zal uw licht doorbreken als de morgen!"
Of wel: „wie twee paar kleeren heeft, moet
deelen met hem, die er geen heeft; en wie te
eten heeft, moet hetzelfde doen."
In de prediking van Joannes den Dooper
klinken reeds zuiver christelijke klanken. Hij is
de voorbereider, de wegarbeider van Christus
en het Christendom geweest. Daarom roept de
Kerk telkenjare in den Advent deze machtige
figuur weer voor onze verbeelding op. Hij moet
ook ons den weg naar Christus, naar den stal
van Bethlehem wijzen.
Drie kenmerkende teekenen vinden wij in
den voorlooper van den Verlosser: zijn boet
vaardigheid, zijn vermaning tot naastenliefde
en zijn onverschrokken opkomen vóór de waar
heid en tegen den leugen. Zij vormen tezamen
den waren en fieren christen. Door echte boet
vaardigheid, niet naar het uiterlijk, maar, zoo
als Joannes predikte, naar den geest, erkent
de mensch zijn afhankelijkheid van zijn Schep
per, treedt hij in de juiste verhouding tot zijn
God en stelt hij zich open voor het ontvangen
van een stroom van Goddelijke genade. In een
aldus gelouterde ziel zal de liefde vanzelf op
bloeien, de liefde tot God, welke de liefde tot
den naaste insluit. Die naastenliefde moet zich
zóó daadwerkelijk uiten, dat wij de armen en
behoeftigen naar geest en lichaam helpen, ais
waren zij ons eigen vleesch, zooals Joannes het
uitdrukt. Immers zij zijn evenals wij ledematen
van Christus.
Op de derde plaats en dit geldt zeer bij
zonder voor onzen tijd moeten wij van der.
wegbereider Joannes het onverschrokken chris
tendom leeren. De Dooper was zachtmoedig'
tegenover de zondaars; de tollenaars vermaan
de hij tot eerlijkheid; de ruwe krijgsknechten
trachtte hij tot zachtere zeden te brengen.
Maar tegenover de huichelaars, tegenover de
hoogmoedigen, die zich onrechtmatig openbare
eer toeëigenden; die de zwakken onderdrukten
en God tergden, was hij onbarmhartig. Hij gee
selde het kwaad, noemde zonde zonde en wist
op dit punt van geen compromis.
Ziedaar een kostbare les voor onzen tijd: wij
moeten vrede met ons zelf, vrede met alle goed
willenden, vrede vooral met onzen Schepper
ziert te bereiken, maar niet door zwakheid, niet
door de oogen te sluiten voor het kwaad, maar
door de juiste maat tusschen liefde en recht
vaardigheid.
LIBRA
Gelijk bekend, heeft de Minister van Sociale
Zaken eenigen tijd geleden overleg gepleegd met
Gedeputeerde Staten der Provincies inzake een
plan tot opneming van jeugdige werkloozen in
het bedrijfsleven.
Reeds hebben verschillende Colleges van Ge
deputeerde Staten een rondschrijven aan de
gemeentebesturen laten uitgaan.
In aansluiting daarop heeft de Minister zich
thans per brief tot ongeveer zestig organisaties
van werkgevers en werknemers gericht met het
verzoek, bij de uitvoering van het plan, dat in
den brief meer uitvoerig wordt toegelicht, zoo
veel mogelijk medewerking te verleenen.
Het plan beoogt jonge werkloozen werkzaam
heden te doen verrichten, welke in de verschil
lende bedrijven onder de huidige omstandighe
den niet worden uitgevoerd, doch waren de
tijden beter, anders zeker ter hand zouden
worden genomen.
Het wordt de taak van de op te richten
plaatselijke comité's dergelijke werkzaamheden
op te sporen, plannen tot uitvoering te ont
werpen en deze den Minister ter goedkeuring
voor te leggen. Het ligt nu voor de hand, dat
daarbij de medewerking zoowel van werkge
vers- als van werknemerszijde niet zal kunnen
worden gemist.
A. T. G., secretaris van het Nederlandsch
Hengelaars Verbond, heeft een beslissing van
den Haagschen kantonrechter uitgelokt over de
vraag, of volgens de nieuwe Visscherijwet voor
het visschen, hetzij met één peur, hetzij met
één hengel geaasd met visch of met één sleep-
hengel, volstaan kan worden met één akte
tegen betaling van f 1.of dat voor ieder Lu
het betreffende artikel genoemd vlschtuig een
akte vereischt is en derhalve f 3.zou moeten
worden betaald.
Verdachte was van meening, dat blijkens de
redactie van het artikel inderdaad met één
vischakte kan worden volstaan.
De inspecteur der Visscherijen, de heer A.
B. Brouwer als deskundige, bestreed de op
vatting van verdachte. Hij zeide, dat het in
derdaad de bedoeling van den wetgever is, dat
voor elk der in genoemd artikel vermelde visch-
tuigen een akte noodig is. Hij gaf evenwel toe,
dat de redactie van het artikel voor tweeërlei
uitleg vatbaar is.
De ambtenaar van het O. M., mr. Lange-
meijer, achtte den uitleg van den getuige-des-
kundige het meest overtuigend, hoewel de re
dactie niet erg gelukkig is gekozen. Spr. vor
derde een boete van f0.50.
De kantonrechter, mr. dr. Fontein, heeft ver
dachte vrijgesproken.
De Fransche gezant, baron de Vitrolles, heeft
Zaterdagochtend, vergezeld van den militairen
attaché der Fransche - legatie, luitenant-kolo
nel Lespinasse-Fonsegrive en den persattaché,
den heer H. Asselin, een bezoek gebracht aan
de woning van wijlen luitenant-generaal Van
Oordt, en op de baar neergelegd de onderschei-
dingteekenen van Commandeur in het Legioen
van Eer.
Deze onderscheiding was den ontslapene door
de Fransche Regeering toegekend, in verband
met zijn werkzaamheden en verdiensten voor
verschillende vereenigingen, welke ten doel
hebben de betrekkingen tusschen Frankrijk en
Nederland te versterken. De onderscheidings
teekenen waren reeds eenige dagen geleden op
de Fransche legatie ontvangen, doch tengevolge
van de ziekte van generaal van Oordt kon de
overhandiging niet eerder plaats hebben.
Naar Het Volk verneemt, zijn maatregelen
genomen om tot een versnelde invordering
van alle directe belastingen te geraken. Per
circulaire is den ambtenaren, die met de uit
voering van de belastingvoorschriften zijn be
last, aangezegd, dat zij deze voorschriften
scherper moeten toepassen in dezen zin, dat
spoediger aanmaningen moeten worden ver
zonden en dat binnen korter termijn dan tot
dusverre gebruikelijk was, tot vervolging moet
worden overgegaan.
Tot nu toe werd bij voorbeeld eerst na ver
strijking van den derden betalingstermijn, zon
der dat betaling was gevolgd, tot vervolging
overgegaan. In de toekomst zal de vervolging
reeds na het verstrijken van den tweeden ter
mijn worden ingesteld.
Bij K. B. is met ingang van 1 Januari 1936
aan mr. A. D. W. de Vries, op zijn verzoek eer
vol ontslag verleend als lid van den Raad van
State, met dankbetuiging voor de langdurige
diensten, door hem in die betrekking bewezen,
met benoeming tevens tot Commandeur in de
Orde van Oranje-Nassau.
De kapitein-adjudant J. N. Breunese, orga
nisator der Internationale Vierdaagsche af-
standsmarschen van den Nederlandschen Bond
voor Lichamelijke Opvoeding die door de regee
ring ter beschikking was gesteld van de Ne-
derlandsche Padvindersvereeniging voor de
organisatie van de Wereldjamboree 1937, zich
niet kunnende vereenigen met de inzichten
op organisatorisch gebied der Ned. Padvinders
vereeniging, heeft zijn werkzaamheden afge
broken en heeft zijn militaire functie, kapi
tein-adjudant van den commandant der le di
visie te 's-Gravenhage weder hervat.
Teneinde de gevaren, welke voor cultuur en
handel verbonden zijn aan den verbouw van
voor aardappelwratziekte vatbare aardappe
len zooveel doenlijk te voorkomen, is bij
Koninklijk Besluit van 30 October met in
gang van 1 Januari 1936 de verbouw van aard
appelen, onder welke benaming ook bekend,
behoorende tot de rassen Bravo, de Wet en
Kampioen, verboden.
In verband hiermede heeft de Minister van
Binnenlandsche Zaken een rondschrijven ge
zonden aan de Burgemeesters der onderscheide
gemeenten, waarin de Minister verzoekt dit
verbod op doeltreffende wijze ter kennis van
belanghebbenden te brengen.
Op het tarief der abonnement of door mid
del van een frankeermachine gefrankeerde, ge
adresseerde gedrukte stukken en monsters, welke
ter plaatse van terpostbezorging moet worden
besteld, werd tot dusver een korting van 30 pCt.
verleend. Deze korting is met ingang van 16
dezer verhoogd tot 50 pCt.
Is Vondel wel lectuur voor ons volk? De vraag
is vaak en in verschillende vormen gesteld.
Velen hebben gemeend, dat de werken van
Vondel voor ons volk te moeilijk, althans te
weinig toegankelijk zouden zijn. In alle landen
bestaan van de grootste schrijvers goedkoope
populaire uitgaven en ze hebben succes. Waar
om zou ons publiek achterblijven in waardee
ring van den Nederlandschen dichter bij uit
stek: speciaal voor het katholieke publiek is de
nieuwe, goedkoope Vondel-uitgave, welke in dit
blad wordt geannonceerd, een uitstekend mid
del tot kennismaking met de rijke poëzie, de
mannelijke vroomheid en het beginselvaste ge
loof van den dichter, die ook voor den heden-
daagschen mensch zooveel te zeggen heeft.
Daar de spelling in dit boek gemoderniseerd is
en oude uitdrukkingen op eenvoudige wijze ver
klaard worden, levert de taal geen bezwaar op.
Blijkens een mededeeling van den Ned. Bond
van Chr. Transportarbeiders is een conflict ont
staan over de aanbieding ter teekening van een
individueel arbeidscontract, door de Directie
der „Purfina" tp Rotterdam aan de arbeiders
voorgesteld. Het personeel heeft in verband
hiermee een ultimatum gezonden aan de direc
tie, dat Zaterdag is afgeloopen. Indien de direc
tie haar voornemen niet wijzigt, zal het werk
Maandag niet worden hervat.
Zaterdagmiddag is de 50-jarige rangeerder R.
op het Stationsemplacement te Oldenzaal bij
het rangeeren overreden en gedood. De man
laat een groot gezin achter.
De „Lijster" is op de thuisreis te Singapore
aangekomen.
De Kwak is van het vliegveld Tjililitan ver
trokken.
De „Kwak" op de thuisreis, is te Singapore
geland.
i
Blijkens het voorloopig verslag van de com
missie van rapporteurs der Eerste Kamer over
het ontwerp van wet tot heffing van opcenten
op enkele belastingen ter versterking van de
middelen tot dekking van de uitgaven des Rijks
juichten eenige leden toe, dat als gevolg van
het overleg tusschen den Minister van Finan
ciën en de Tweede Kamer in de aanvankelijke
wetsvoordracht zoodanige verbeteringen zijn
gebracht, dat het ontwerp in zijn huidigen vorm
alleszins aannemelijk mag worden genoemd.
Verscheidene leden hadden niettemin
zoodanige bezwaren tegen het ontwerp,
zooals het de Eerste Kamer heeft bereikt,
dat zij hun stem daaraan niet konden ge
ven.
Ettelijke leden hadden in de eerste plaats
bezwaar tegen belastingverhooging in het
algemeen. H.i. beteekende dit wetsontwerp
een veroordeeling, ja zelfs een falen van de
tot dusverre door de Regeering gevoerde
fiscale politiek, in haar ontoereikendheid en
onvastheid.
Deze politiek immers was gericht op voeging
van den economischen toestand ten onzent
naar de gewijzigde economische wereldstruc
tuur, en wel door met name de kosten van het
levensonderhoud te verlagen. Belastingverhoo
ging nu kan slechts een daaraan tegengesteld
effect teweegbrengen, deswege de leden, hier
aan het woord, een voorstel daartoe in hooge
mate inconsequent achtten. Bovendien vestig
den zij de aandacht op het ook in de Tweede
Kamer in herinnering gebrachte feit, dat de
Regeering tot voor eenige maanden bij her
haling placht te verklaren, dat verhooging
van de belastingen in strijd met 's Lands wel
zijn was en dat de grens van de draagkracht
allengs was bereikt.
Enkelen hunner bepleitten de invoering
van een belasting op de bruto-winsten van
de naamlooze vennootschappen, te heffen
dus bij de bron.
Sommigen bepleitten versterking van de
middelen door verhooging van de invoerrech
ten, een denkbeeld, dat van andere zijde be
strijding vond.
Weder andere leden verklaarden, een ver
hooging van de belasting van de groote in
komens nog wel mogelijk te achten.
Verscheiden leden verklaarden zich in geene
deele te kunnen vereenigen met het voorstel
tot het heffen van tijdelijke opcenten op de
successie-belasting. Zij waren, od grond van
dit onderdeel van het wetsontwerp, niet gene
gen, him stem er aan te geven.
Sommige leden betreurden het vervallen van
het voorstel tot verlaging van den accijns op
gedistilleerd en bier voornamelijk, omdat dit
practisch beteekent handhaving van een te
zwaren last op een deel van de bevolking. Zij
drongen er op aan, dat de Minister zijn stand
punt te dezer zake alsnog zou herzien.
In het Rijksquarantainestation te Hoek van
Holland zijn Zaterdag ondergebracht 100 eer
ste klasse stamboekrunderen.
Deze dieren zijn bestemd om, na het onder
gaan van een drieweeksche quarantaine, te
worden verscheept naar Engeland.
Door samenwerking van de Engelsche en
Nederlandsche veterinaire autoriteiten schijnt
de mogelijkheid te zijn geschapen aan het ver
zoek van het betreffende Engelsche stamboek
te voldoen en voor aanvulling en bloedverver-
sching dezen belangrijken aankoop in Neder
land te mogen doen.
Sinds 1913 is geen Nederlandsch vee naar
Engeland geëxporteerd.
Vrijdagnacht, na nog eenige uren arbeid, is
men er in geslaagd den achtersteven van den
in de Scheveningsche haven gezonken zand
zuiger „De Blanka" boven water te brengen.
Het gezonken schip werd vervolgens naar
een der hoeken van de buitenhaven gebracht
en daar op een sleephelling geplaatst.
Vervolgens is men begonnen met het lich
ten van de zuigbuis. Deze is reeds met een
strop vastgemaakt en men hoopte in den loop
van den dag ook deze boven water te krijgen.
Bij het opruimen van de overblijfselen van
het oude Leidsche stadhuis zijn twee aan het
terrein grenzende huizen verzakt. Hiervoor moe
ten deze huizen gedeeltelijk worden afgebroken.
De eigenaars stellen hiervoor verantwoordelijk
de aannemers of de gemeente Leiden. De ge
meente Leiden geeft de schuld aan de aanne
mers, die echter beweren niet aansprakelijk te
zijn wegens het bestek.
Indien zonder meer aan het bevel der bouw-
politie om de woningen gedeeltelijk af te bre
ken zou worden voldaan, zou daarna de toe
stand niet meer zichtbaar zijn om de verant
woordelijkheid vast te stellen. Daarom heeft
de gemeente Leiden in kort geding aan den
President der Haagsche Rechtbank verzocht,
een commissie van deskundigen te benoemen
ten einde een en ander vast te stellen. De ge
meente verwacht, dat partijen zich bij het
oordeel der commissie zullen neerleggen.
De kwestie is Zaterdagmiddag in kort geding
behandeld.
De President "wees den eisch toe en benoemde
tot deskundigen de architecten J. W. v. d.
Weele te 's-Gravenhage, W. Verschoor te Rijs
wijk. benevens ir. G. Jonkheid, directeur der
Bataafsche Aanneming Maatschappij te 's-Gra
venhage.
BATAVIA, 14 Dec. (Aneta). De Raad van
Justitie zette hedenmorgen het verhoor van
getuigen in de affaire-H. den drievoudigen
moord op Goenoeng Saharie voort.
De publieke belangstelling was nog grooter
dan op den eersten dag; velen moesten zich
met een staanplaats tevreden stellen.
O.a. werd als getuige gehoord mr. Bouma,
die destijds bij de plannen tot echtscheiding
tusschen H. en zijn echtgenoote als raadsman
fungeerde. Deze verklaarde dat de vermoorde
echtgenoote zich had beklaagd dat H. haar her
haaldelijk sloeg.
Beklaagde, die in heftig snikken was uitge
barsten, kon deze verklaring niet weerleggen.
Het verhoor van den getuige-psychiater had
met gesloten deuren plaats.
Minister dr. J. R. Slotemaker de Bruine zal
in de Oudejaarsrede, welke Z. Exc. op 31 De
cember voor den Phohizender zal uitspreken,
ook enkele woorden in het bijzonder richten
tot de leden der Nederlandsche Roode Kruis-
Ambulance in Abessinië.
De ambulance is voorzien van een Philips-
ontvangtoestel en zal, daar de uitzendingen van
den Phohi tegenwoordig in Afrika in het alge
meen goed te hooren zijn, zeker naar de stem
uit het vaderland kunnen luisteren.
Het Crisis-Zuivelbureau maakt er op attent,
dat de uitvoer van boter zonder Rijksmerk is
verboden. In verband hiermede is het nood
zakelijk, dat slechts boter met Rijksmerk wordt
verzonden, aangezien anders uitvoer door het
Nederlandsch douanekantoor moet worden ge
weigerd. Belanghebbenden zullen dus goed doen
zich te dien aanzien overeenkomstig deze
mededeeling van het Zuivelbureau met den
leverancier der boter te verstaan.
De Hoogeerwaarde heer plebaan Wester-
woudt, die een dag of tien op .Dennenheuvel"
ip Bloemendaal heeft doorgebracht, is Zater
dagmorgen voor volledig herstel vertrokken naar
Engelenberg nabij Lüzem in Zwitserland. In
verband met de voorbereidingen voor de con
secratie van den nieuwen bisschop zal zijn ver
blijf aldaar korter duren dan aanvankelijk be
doeld was. Waarschijnlijk zal Z. H. Eerw. bin
nen een week of drie in Haarlem terugkeeren.
In den leeftijd van 69 jaren is overleden.
Soeur Marie Dionysia.
Zij kwam in 1894 in Indië en was gedurende
de eerste acht jaren werkzaam aan het Klein-
klooster te Weltevreden: daarna werd zij naar
Soerabaja overgeplaatst.