Y Plaats dan een „Omroeper voor 80.000 gezinnen Zoekt gij betrouwbaar Personeel? nabij Schiphol. DE KERSTROZEN Voor onze jeugdige lezers J DE VONDELING DONDERDAG 19 DECEMBER 1935 Kerstspar of Kerstden Kerstboomversiering Ook de Chineezen vieren Kerstfeest Een oude legende, naverteld door C. DAMEN Vele eeuwen geleden woonde in een streek, heel ver hier vandaan, een oude schaapherder, Zebedeus, met zijn zoon Stephanus en nog een anderen herder, genaamd Abisaih. Abisaih had geen broers of zusters. Zijn moeder was gestorven, toen hij nog heel klein was en zijn vader was van hem weg gegaan niemand heeft ooit geweten waarheen. Als kleine jongen was Abisaih al bij Ze bedeus in dienst gekomen en deze had hem lief gekregen om zijn vlijt en eerlijk heid en had hem altijd behandeld als zijn eigen zoon. Het gebeurde op zekeren dag, dat Zebe deus, Stephanus en Abisaih na zonsonder gang met de kudde naar het dorp terug keerden. Opeens hoorden zij in de stilte van den avond een zacht klagend geluid. Zij stonden een oogenblik stil om te luisteren. Het geluid hield aan en. scheen te komen uit de richting van de berghelling, waar een plek was begroeid met kreupelhout. Nieuwsgierig slopen zij naderbij, bogen de takken wat opzij en vonden op een hoop gedroogde bladeren een klein kindje. Het was een lief meisje met donkere krulletjes en 'n paar helderbruine kijkers. De her ders beurden het op, bedekten het met hun mantels, want het rilde van de kou en vervolgden hun weg met de kudde scha pen. De oude herder keek met tranen in de oogen naar het lieve kleine wezentje en besloot iri stilte het bij zich te houden, als er niemand naar vroeg. Nooit werd er navraag naar het kleine meisje gedaan; het groeide dus op tus- schen de drie ruwe mannen en haar lach en vroolijke stemmetje brachten licht en vreugde in hun armoedige woning. De herders hadden hun vondeling Myma genoemd. Ze lieten haar spelen met de kleine lammetjes en toen ze wat grooter werd, mocht ze al eens met de schapen naar de weide. Op zekeren keer brachten Zebedeus en zijn vrienden den nacht door aan den voet van een berg, ver van het dorp, temidden van hun slapende kudde. Ook de kleine Myma was er bij. Ze had dien dag veel ge- loopen omdat ze hout had gezocht om 'n vuurtje te stoken, want de nachten waren al koud. Van droge bladeren hadden ze 'n soort bed gemaakt en ze lagen nu dicht tegen de wollige schapen aan, die hen met hun dikke vacht verwarmden. Het was tl hel dere vriesnacht en de sterren stonden te schitteren aan den hemel en maakten het zoo licht, dat de herders maar niet konden inslapen. Er hing iets wonderbaars in de lucht, iets, dat de mannen stil en ontroerd maakte. De aarde, bedekt met een dunne laag sneeuw, scheen te wachten te wachten.... Eindelijk spraken de herders met elkaar over dit vreemde, deze geheimzinnige stemming, die als een waas over alle din gen hing. Zij fluisterden nog met elkaar, toen een helder licht aan den hemel ver scheen. Was het een ster, die verschoot of ging er een wonder gebeuren? 't Groote wonder gebeurde. Uit den krans van licht kwam een engel te voorschijn, die met luider stem hun de boodschap ver kondigde van de komst van den grooten Koning Jezus in den armen stak van Beth lehem. De herders waren opgestaan, had den hun hoeden in de hand genomen en stonden nog ontroerd en verwonderd in de hoogte te staren, toen de engel al weer verdwenen was. Zebedeus was de eerste, die begon te spreken: „Wat zullen wij aan den kleinen Jezus brengen?" „Goud of geld hebben wij niet," ant woordde Abisaih, maar laten wij uit onze rugzakken het beste kiezen en laten we 't mooiste en jongste en zachtste lam mee nemen!" Ze stookten het vuur nog eens op, dekten Myma toe en gingen blij op weg. Myma was wakker geworden door de stem van den engel en had dus de blijde boodschap gehoord. Wat zou zij graag dien lieven kleinen Jezus zien en aanbidden! Maar de herders hadden haar niet mee willen nemen. Het was een lange, moeilijke weg, dien zij niet zou kunen loopen en dra gen konden zij haar niet, daar ze al waren belast met hun goede gaven en Abisaih het lam op zijn schouders droeg. Dus lag de kleine Myma daar in een warme de ken gehuld en dacht er over, hoe ze toch ook bij Jezus zou kunnen komen en hem iets aanbieden. Maar zij had immers niets, dat mooi genoeg was voor het Goddelijk MjUIlUllllilllUIUllUIUIIIIIIIIIIIIIIIIIItllllllllllillllllllllllllllHIIIIUIUIUIIÜIUUIIIIIUIIIUIIilllllllUlllllllllliiilllUIIUIUilllllllllllllllllllIJjJ iiinimiiiiiniiniiiiniiniiiiiiiiniiiiiiiiiiiiuiiiiiiiHiiiuiniiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiinniiiiiiiimniiiniiiniiiiiïïi Kind. Doch zij kon den slaap niet meer vatten en eindelijk stond zij op, trok het armoedige schouderdoekje nog dichter om zich heen en volgde de drie herders. Deze liepen vlug voort in de richting, die de stralende ster hun aanwees. Myma kon hun schaduwen goed onderscheiden: voorop ging Abisaih met het lam op zijn schouders, dan volgde Stephanus met een grooten zak wol en daarachter kwam de oude Zebedeus, leunende op z'n staf en aan zijn arm een mand met boter en kaas. Toen de mannen Bethlehem bereikten, vonden ze een groote menigte voor de stal, die beschenen werd door de stralen van de ster. Door de reten van het bouwvallige deurtje scheen een zwak licht. Terwijl ze stonden te wachten op hun beurt om bin nen te gaan, zei Zebedeus: „Het is wel weinig, wat wij meedragen en eigenlijk veel te gering om aan een koning te geven." „Neen, vader," antwoordde Stephanus, ,,'t kindje Jezus in zijn oneindige goedheid zal ook onze kleine gave op prijs stellen." „Het zou pas schande zijn, als wij zon der iets gekomen waren," voegde Abisaih er aan toe. Myma was nu zoo dicht bij de herders dat ze de woorden van Abisaih gehoord had. De herders traden binnen, doch Myma bleef buiten staan. Zij had immers niets om aan te bieden. Hoe zou zij voor het Goddelijk Kind en zijn Heilige Moeder durven verschijnen? Ze liep schoorvoetend om den stal heen en viel huilend op haar knieën neer. Haar heete tranen vielen op de sneeuw en groeven er diepe kuiltjes in. Myrna bleef er aandachtig naar kijken daar was het een wonder of droomde ze? Uit al de plekjes, waar de tranen ge vallen waren, groeide een klein plantje, 't Werd al grooter en grooter er kwamen kleine blaadjes aan en witte knopjes. De knoppen gingen open en de witte blaadjes ontvouwden zich als blanke sterren. Myr na was een en al verwondering. Ze huilde nu niet meer, maar een glimlach verhel derde haar gezichtje, want de mooie witte bloemen zou ze het Jezuskind kunnen aan bieden. Voorzichtig plukte zij ze af en vormde ze tot een krans, dien ze op haar uitgespreide handjes naar den stal droeg. Toen ze op den drempel trad, zag ze daar Maria zitten naast het kribbetje, waarin het kleine Kindje sliep. Maria zong zacht een wiegeliedje en Jozef stond als in aan bidding over zijn staf geleund. Myrna durfde haast niet ademhalen, uit vrees de heilige stilte te verbreken. In haar groote verlegenheid had ze vergeten het deurtje te sluiten en nu kwam een koude wind naar binnen. Maria legde haar arm be schermend om de kribbe, keek op en zag de kleine Myrna met haar krans van ro zen. Met een lieven glimlach wenkte ze haar naderbij en wees haar de bloemen naar Jezus te brengen. Daar legde Myrna den krans van Kerstrozen, de vrucht van haar tranen, op de voeten van de kleine Jezus, vouwde de handjes en aanbad Hem met al de vurigheid van haar kleine hartje. Nu het weer de tijd is, dat velen een kleineren of grooteren Kerstboom in hun kamer hebben opgesteld, is het misschien niet ondienstig, om eens de vraag te stel len, of onze Kerstboom een Spar is, dan wel een Den. Velen zullen hierover nooit gedacht hebben. Onze Kerstboom is een spar en heet Picea excelsa; hij bezit horizontaal uitge spreide takken en aan weerszijden korte naalden. De den is ingeschreven als Pinus sylvestris, waarvan de bladeren naalden in paren bij elkaar zitten, terwijl de ke gels duidelijk gesteeld dadelijk na den We knippen dit eekhoorntje van stevig papier en vergulden hem. Het gestreepte gedeelte vouwen we langs de stippellijn om en plakken het daarmee op een kurk, die in den kaarsenhouder past. Heel aardig staat het als je er hier en daar een. in den Kerstboom plaatst. bloeitijd naar beneden buigen. Staan de bladeren bij onzen Kerstboom op zichzelf, bij de Den komen zij in bundeltjes voor, zoodat men zich niet behoeft te vergissen. In zijn leerboek over plantkunde trekt dr. H. Bos van Wageningen ook een scher pe grens tusschen dennen en sparren, en zegt o.m.: Ter voorkoming van verwarring diene, dat in het Duitsch de grove Den den naam „Kufu" of „Fohie" draagt, de Larix „Larche" heet, de gewone spar „Fichte" of Rothtanne", de zilverspar „Wüstanne", „Edeltanne", Silbertanne" ook „Schwarstanne" of ook kortweg „Tanne". De overeenkomst van dit laatste woord, dat op Den gelijkt, veroorzaakt niet zelden ver gissingen. Bij de meeste oude volken staan de ge vierde hoogtijden in betrekking tot de Na tuur. Zoo ook in China. Ze worden aange kondigd door den stand van de Zon en de Maan. Het Joelfeest, of het Midwinterfeest was het hoogste feest bij de Germanen, hetgeen viel in de 2e helft der 12e maand. Ook wordt dit feest genoemd de geheimzin nige Nacht, Noel, Gipferathe Nacht, Nuit- brillante, het feest der Lichten. In China is dit beginsel het geboorte feest der Zon, en het begin van het astro nomische jaar. Dit Chineesche Zonnefeest ook genoemd het feest der Lichten of der Lantaarns, is toegewijd aan de jonge herborene Zon, het pasgeboren Kind, TSE. Gedurende de Nieuwjaarsdagen wordt het gevierd en het bereikt zijn glanspunt in den nacht van den 15den der eerste maand van het bur gerlijk jaar. Een poesekind, miauw, miauw, Zat op een stoep te spinnen; Dat zag een lief klein menschenkind, En sprak: ,,poes, kom toch binnen! Ik geef je melk, ik geef je brood, Miauw, miauw, zei 't poesje; Het kindje mocht het kleine ding Toen houden van z'n Moesje. Het poesje vond het eerst wel leuk, En liet maar met zich spelen; Maar 't altijd in-de-handen zijn, Ging op het laatst vervelen. En op een dag zei het kordaat: 'k Wil niet meer in de handen"; Je bent wel lief, klein menschje maar, Ik leg me niet aan banden. Ik ga weer weg, miauw, miauw, Ik dank je voor het eten; Denk niet, dat ik ondankbaar ben, Nooit zal ik je vergeten. 22 cM Ni het weer spoedig Nieuwjaar wordt, moeten we gaan denken aan een nieuwen wandkalender. Je kunt er zelf een maken en zoo goedkoop 'n nieu wen kalender voor 1936 krijgen. Het schild is van karton. Zoogenaamd etalagekarton, dat in de boekwinkels wordt verkocht, is wel geschikt. Het is verkrijg baar in vele heldere kleuren. Je knipt dus een rechthoekig stuk van 2230 c.M. Een mooie prentbriefkaart wordt bovenaan geplakt, zóó, dat de rand karton aan den bovenkant zoowel als aan de zijkanten van de briefkaart even breed is. Je kunt de briefkaart ook eerst op een ander stuk pa pier plakken, dat donkerder of lichter dan het karton gekleurd is. Dan knip je zoo veel hiervan af, dat er een lijstje om de briefkaart overblijft. Dan plak je lijstje en briefkaart op het karton. De rand van het schild kan versierd worden met koord- zijde, zooals de teekening laat zien. Je kunt, als je niet goed naaien kunt, ook rondjes en vierkantjes er langs plakken. Nu komt het voornaamste van den kalen der, het blok. Dat koop je in den boek winkel of haalt het van een anderen ka lender, dien je niet mooi vind, af. Dit blok wordt netjes in 't midden en niet scheef, op het schild geplakt. Nu nog een koortje bo venaan er doorheen gehaald en je kunt hem alvast ophangen. FOTOREPORTAGE De bekende zwemster mej. M. Vierdag, oud-Europeesch kampioene en Ned. vertegenwoordigster in de estafetteploeg op de Olympische Spelen te Los Angeles, trad Woensdag te Amsterdam in het huwelijk met den heer P. Smit, lid der zwemvereeniging .Het IJ" De Nederlandsche ruiters, die deelnamen aan het internationaal concours hippique te New York, zijn Woensdag met hun viervoeters per s.s. .Spaarndam" te Rotterdam teruggekeerd De overbrenging van het eere-zwaard aan den besten leerling der Engelsche koninklijke militaire school te Sandhurst geschiedde deze week door veldmaarschalk sir Montgomery Massingberd Het militair vliegtuig dat Woensdag bij Schiphol in botsing kwam met een lestoestel, kwam in de Ringvaart terecht De piloot wist zich zwemmende te redden. De machine wordt geborgen Sir Cunlifte Lister en Lord Irwin arri» veeren in Downingstreet te Londen ter bijwoning der speciale kabinets zitting over de Engelsch Fransche vredesvoorstellen Een ernstig vliegtuigongeval had Woensdag bij Schiphol plaats doordat een militair vliegtuig en een lestoestel in botsing kwamen, waarbij het lestoestel neerstortte, in brand vloog en de leerling-vlieger H. Metz werd gedood. De wrakstukken der verongelukte machine. Inzet: het slachtoffer

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1935 | | pagina 4