Het amok te Larantoeka ILady letchford? Spoorwegongeluk Nederlander zoek V ova-publicatie De Kunst in nood VAN ZOOVEEL VOOR ZOOVEEL t WIE WORDT WOENSDAG 22 JANUARI 1936 Locomotief door te krachtig rem men uit de rails geloopen Vrachtauto vernield Een verleidelijk prijzensysteem, dat buiten den uitv er kooptijd verboden is Niet van reis naar Düsseldorf teruggekeerd Man verongelukt Twintig meter naar beneden gevallen DE VLEESCHVERSTREKKING AAN WERKLOOZEN Geen verdere afslachting van vee? TOEKENNING ZIEKENGELD Practische aanwijzingen Een vreemd verhaal De autobotsing bij Oudeschoot Goudvoorraad Ned. Bank TARWERICHTPRIJS TE HOOG? De Landbouworganisaties tegen verlaging VARKENS ZULLEN WORDEN GETATOUEERD In verband met bezwaren tegen de oormerken De hoofdredacteur van „Volk en .Vaderland" moet terecht staan wegens schending der Auteurswet Ontslag van rechts vervolging? Pleidooi DE SIGARENINDUSTRIE Bond van kleinfabrikanten opgericht Audiëntie Prinses Juliana heeft in een radio toespraak aangedrongen op hulpverleening Nadere bijzonderheden over de schietpartij, waarbij een kapitein en een sergeant majoor gedood werden BUILENPEST Kindje overleden UIT DE STAATSCOURANT Rechterlijke macht Onderscheiding Onderwijs Gezondheidsraad Belastingen SPECIAAL VOQR U DAMES ia d« rubriek WAT DE TONG STREELT (p.g. 4) DOOR CHARLES GARVICE Crnsidagavond omstreeks half zes heeft op den spoorweg tusschen Sluiskil en Ter- neuzcn een spoorwegongeval plaats gehad, dat nog vry goed is afgeloopen. De machinist van den trein zag plotseling op den onbewaakten overweg een auto. Hij remde krachtig, met het gevolg dat de locomotief uit de rails schoot. De buffers van den kolenwagen drongen door den eersten personenwagen heen, waarin zich eenige scholieren bevonden. Deze bekwamen evenwel geen letsel. De machinist en de stoker hebben zich be zeerd bij het krachtig remmen. Nader vernemen wij, dat het ongeluk plaats vond dichtbij het station te Terneuzen, on geveer bij de Staalfabrieken. Het was de trein, welke te 17.40 uur uit Ter- neuzen was vertrokken en naar Gent ging. Voorts is gebleken, dat de trein pas tot stilstand kwam, nadat de locomotief den auto, een vrachtauto van de firma Over- beek Leunes uit Terneuzen, had aangere den. De auto, die vernield is, stond reeds op den weg toen de trein in de verte naderde. De chauffeur van den auto was n.l. niet op de hoogte met den weg en wilde plotseling een andere route nemen, waarom hij den auto trachtte te keeren. Evenwel is de weg ter plaatse zoodanig, dat de auto geen ruimte had te draaien en genoodzaakt was op den spoorweg te blijven staan. Toen de chauffeur uit den wagen was gestapt en den trein zag naderen, gaf hij den machi nist een wenk, dat deze zou stoppen. Hoe wel laatstgenoemde krachtig remde, kon hij niet verhinderen dat de auto in puin werd gereden. Het ligt in de bedoeling heden de locomotief Weer in de rails te zetten. Intusschen zal het verkeer normaal doorgang vinden, doch de passagiers zullen in andere treinen moeten overstappen. Overtredingen tegen de wet op uitverkoopen komen nog steeds voor. Hetzij door onbekend heid met den juisten uitleg van genoemde wet, hetzij door de vindingrijkheid van bepaalde za- kenmenschen, die er wel raad op weten, in ieder geval Dinsdagmorgen stond voor den Utrecht- schen kantonrechter een manufacturenhande- laar terecht, die zich naar de meening van een pclitieagent aan overtreding had schuldig ge maakt. Hem werd ten laste gelegd buiten den wette lijk bepaalden uitverkooptijd de artikelen in zijn etalage met kaartjes te hebben behangen, waarop twee prijzen stonden waarvan er eentje v/as doorgestreept. Hetgeen wil zeggen van zoo veel voor zooveel. Zoo denkt het koopkrachtige publiek er toch over. Verd. kon zich echter niet met de meening van zijn cliënteele vereenigen. Tenmniste voor het kantongerecht niet. Als een kat in het nauw zit.... dan is een zakenman zelfs geen zaken man meer! Verd. verklaarde zijn prijskaartjes aldus: „Bij een ander betaal je zooveel, bij mij maar zoo veel." De interne zakenaangelegenheden van verd. dat hij heele partijen tegelijk kocht interesseer den den kantonrechter minder. Het publiek krijgt den indruk, dat er een uit verkoop of iets dergelijks wordt gehouden. Verd. haalde nieuwe argumenten in zijn plei dooi aan en vertelde, dat hij juist bezig was de kaartjes te veranderen. De agent had tien mi nuten later moeten komen! Kantonrechter tegen den eersten getuige, den Ik heb een tand uit m'n kunstgebit ge broken op die biefstuk! Roep den patroon! Die is weg. Een tand laten repareeren in z'n kunstgebit. agent van politie: „Was verd. bezig de prijsjes te veranderen?" Get.: „Zeker, edelachtbare, hü haalde zelfs de geheele etalage leeg." De Ambtenaar van het O. M. vond dit een omslachtige methode en hechtte derhalve niet veel waarde aan verdachte's beweringen. Verd.: „Bovendien, mijnheer de kantonrechter, zijn er wel meer zakenmenschen, die voor het zelfde bekeurd moesten worden als ik." Kantonrechter: „Die komen ook aan de beurt; we houden hier minstens een half jaar uitver koop en opruiming!" Tenslotte kwam er nog een tweede getuige naar voren, wiens verklaringen ongeveer eens luidend waren met die van zijn geüniformeerden voorganger. De ambtenaar van het O. M. eischte een straf van f 8 subs. 4 d. De kantonrechter wees er op, dat hoewel er rlbg geen vaste lijn is, die het geoorloofde en ongeoorloofde aangeeft rond de wet op uitver koopen, verd. wel degelijk in overtreding is ge weest. Het vonnis luidde 5 subs, twee dagen hech tenis. Zaterdag is de heer M. uit Eefde, handels reiziger van beroep, die vaak in West-Duitsch- land vertoefde, met den heer K. uit Apeldoorn in een auto naar Duitschland vertrokken. Tot heden is de heer M. niet uit Duitschland teruggekeerd en zijn verwanten meenen, dat hem iets ernstigs is overkomen. De heer K. heeft den heer M. Zaterdag het laatst gezien. Hij is hem in Düsseldorf kwijtgeraakt en heeft nog den geheelen nacht naar den heer M. ge zocht, evenwel zonder resultaat. Een stadge noot van den heer M. is naar Düsseldorf ver trokken, teneinde daar een nader onderzoek in te stellen. De politie van Eefde is van het geval in kennis gesteld. Dinsdagmorgen heeft een fa milielid van M. per telefoon den Nederland- schen consul te Düsseldorf mededeeling van de vermissing gedaan en hem verzocht een on derzoek te willen instellen. Dinsdagmiddag ongeveer 4 uur is op het ter rein der Bataafsche Petroleum Maatschappij aan de Vondelingenplaat bij Pernis de 32-jari- ge werkman J. Verhoef uit Rotterdam, in dienst van de firma De Vries en Robbé te Gorinchem, van een 20 meter hoog ketelhuis gevallen. De man was op slag dood. De voorraad vleesch*Tn blik, waaruit de ver strekking plaats vindt aan de werkloozen, slinkt zienderoogen. In Maart of April zal deze voor raad geheel uitgeput zijn. Naar Het Volk verneemt, is het niet waar schijnlijk, dat dan tot een nieuwe afslachting van vee zal worden overgegaan. Minister Dec kers zou hiertoe slechts in uiterste noodzaak, als landbouwbelangen daartoe dringen, over gaan Verdere afslachting, uitsluitend om de verstrekking van vleesch aan werkloozen te kunnen voortzetten, ligt niet in het voornemen. Men zoekt ten departemente van Sociale Zaken dan ook reeds naar een geschikte ver vanging van de vleeschverstrekking. Men heeft enkele andere producten op het oog. Een dezer producten zou kunnen dienen ter vervanging van het vleesch. De moeilijkheden, waartoe de toepassing van artikel 6 der herziene Ziektewet, speciaal de toepassing van het bepaalde in het 3e lid daar van, in de praktijk aanleiding geeft, zijn oor zaak geweest, dat het Bestuur van de Fede ratie van Bedrijfsvereenigingen voor Zieken geldverzekering en het Bestuur van de Vereeni- ging van Raden van Arbeid 'n commissie hebben benoemd, die een advies over deze aangelegen heid zal uitbrengen. Het Dagelijksch Bestuur van genoemde Fede ratie, aldus schrijft zij aan de aangesloten ver- eenigingen, acht het gewenscht, in afwachting van het gereedkomen van het rapport vast eenige practische aanwijzingen aan de Besturen te geven. De hieronder volgende voorloopige aanwijzin gen zijn opgesteld naar aanleiding van geval len, die zich in de praktijk hebben voorgedaan bij Bedrijfsvereenigingen, waarvan de admini stratie door de Federatie wordt gevoerd. Aan genomen mag worden, dat gevallen van den zelfden aard zich ook bij andere Bedrijfsver eenigingen zullen voordoen. De bedoeling van de wijziging van de be paling omtrent de dagloonberekening bij de technische herziening van de Ziektewet was niet om den verzekerden in het algemeen aan spraak te geven op een ziekengeld, berekend naar. een lager dagloon dan waarop zij recht zouden hebben gehad krachtens de Ziektewet, zooals die vóór de technische herziening luidde. De bedoeling van de wijziging was uitsluitend om het dagloon, waarnaar het ziekengeld wordt berekend, minder afhankelijk te maken van toevallige omstandigheden en om beter te be reiken, dat het ziekengeld zou zijn, wat het moet zijn, n.l. een vergoeding van de loon schade, die de betrokkene door zijn ziekte lijdt. Niet juist is het om altijd uit te gaan van hetgeen de betrokken arbeider zelf in de 13 weken, die aan den aanvang van zijn ziekte voorafgingen, heeft verdiend. Men dient reke ning te houden met hetgeen in dat tijdvak ver diend is door gelijksoortige arbeiders en bij de beantwoording van de vraag, wie als gelijk soortig moeten worden beschouwd dient niet een te eng standpunt te worden ingenomen. Zooals reeds gemeld botste bij Oudeschoot een auto tegen een andere. De inzittenden van den aanrijdenden wagen lieten hun voertuig in den steek en reden met den vrachtauto, die zij hadden aangereden, terug naar Meppel. Op ver zoek van de politie van Wolvega werden zij daar ter plaatse aangehouden en aan een ver hoor onderworpen. De politie van Wolvega had namelijk alle reden te veronderstellen, dat de auto, die be schadigd en verlaten aan den weg bij Oude schoot werd aangetroffen, gestolen was. Er zat een los nummerbord op, waarvan sommige let ters nog nat waren, terwijl aan de achterzijde van dit bord een ander nummer stond geschil derd dan aan de voorzijde. Te Meppel werd het drietal verhoord. Het bleken te zijn de 22-jarige J. J. D„ de 26-jarige J. de J. en de 25-jarige H.H.. allen uit Hilver sum. Zij waren volgens hun zeggen na de aan rijding naar Meppel meegereden om familie van H. H. te kunnen opzoeken. Van het geheimzinnige nummerbord ga ven zij den volgenden uitleg: van een ken nis te Hilversum hadden zij met diens toe stemming den auto geleend. Er waren echter geen papieren voorhanden. De kennis had gezegd, dat zij daarvoor zelf maar moes ten zorgen. Dat laatste deden zij door van een anderen wagen de papieren te stelen en het nummerbord van den geleenden wagen daarmede in overeenstemming te brengen. De politie te Meppel heeft omtrent deze le zing te Hilversum inlichtingen ingewonnen. Blijkens den jongsten weekstaat nam de goud voorraad van de Nederlandsche Bank in de afgeloopen berichtperiode met 1514 millioen toe. De drie centrale landbouworganisaties hebben, in samenwerking met de drie centrale land arbeidersorganisaties, bij den minister van Landbouw en Visschery een audiëntie aange vraagd om den minister in kennis te stellen met het standpunt der zes organisaties, die eensgezind van oordeel zijn, dat de verlaging van den richtprijs voor tarwe niet gemotiveerd is. Zij willen den minister verzoeken deze ver laging alsnog ongedaan te maken. Krachtens de Vleeschkeuringswet en de uit voeringsbepalingen moeten de gemeentelijke vleeschkeuringsdiensten, na de keuring van levende varkens, tot nu toe 'n oormerk aanbren gen bij de voor de consumptie geschikt bevonden en voor slachting toegelaten dieren. Tegen dit aanbrengen van oormerken aan het levende slachtdier bleken bezwaren van verschillenden aard te bestaan. In verband hier mede is, naar de Telegraaf verneemt, na ter zake genomen proeven besloten, de oormerken te vervangen door tatoueerstempels, gelijk ook andere slachtdieren reeds gestempeld worden. De nieuwe maatregel ten aanzien van varkens zal binnen eenigen tfjd'worden ingevoerd. Dinsdagmorgen heeft, zooals reeds beknopt gemeld, de Utrechtsche Rechtbank in openbare zitting behandeld de strafzaak tegen den hoofd redacteur van „Volk en Vaderland" mr. v. L. tegen wien een vervolging was ingesteld we gens schending van de Auteurswet. Het betrof hier een publicatie in genoemd blad van een vertrouwelijk schrijven van het R.K. Werkliedenverbond aan de vakbonden, aangesloten bij het reservefonds dezer organi satie. Hierin werd o.m. medegedeeld, dat de verbouwingsonkosten van de „Lumax" de be grooting voor een groot bedrag te boven waren gegaan, met het gevolg dat het reservefonds borg zou moeten blijven voor een leening. De Rechtbank was als volgt samengesteld President: Mr. v. d. Meulen; rechters: Mr. Dorhout-Mees; Officier van Justitie: Mr. Camphuys. Verd. was, evenmin als zijn verdediger pp tijd ter plaatse, zoodat de zaak buiten zijn tegen woordigheid behandeld werd. De voorzitter van het Werkliedenverbond, da heer de Bruijn werd als getuige gehoord. Deze deelde de Rechtbank o.m. mede, dat het bewuste schrijven door den verbondssecre- taris was opgesteld. Het droeg een strikt ver trouwelijk karakter. Spr. heeft de Vovaredac- tie geen verlof gegeven dezen brief te publi- ceeren. De verbondssecretaris, de heer Schutte, werd dan gehoord. Deze legde ongeveer een gelijk luidende verklaring af. Dan nam de Officier van Justitie requisitoi. en vroeg ontslag van rechtsvervolging om re den, dat hier z.i. van schending der auteurswet niet gesproken kan worden. Onder het requisitoir kwamen de verd. en mr. v. Vessem binnen. Op verzoek van den verdediger werd de zaak daarop opnieuw behandeld. Verd. zeide, geen oogenblik te hebben geloofd dat zijn handelwijze hem in een botsing met de Auteurswet zou brengen. Nog niet zoo lang geleden is een particulier schrijven van hem aan een dame buiten zijn goedvinden gepubliceerd. Hij heeft er echter niet aan gedacht, daartegen een vervolging te doen instellen. Mr. v. Vessem ving daarop zijn pleidooi aan. Spr. zeide, dat het aantal politieke circu laires, in den loop der tijden gepubliceerd, zeer groot is en dat daarbij herhaaldelijk opzien barende berichten zijn gelanceerd. Nooit heeft de Regeering toen echter ingegrepen. Spr. ge loofde, dat de Regeering de politiek m de Rechtszaal wil brengen en waarschuwde daar tegen. Komende tot de dagvaarding, merkte mr. v. Vessem op, dat steeds de uitgever voordeel heeft bij eventueele schending der Auteurswet. Daarom moet bij achtervolging deswege, ook de uitgever verantwoordelijk worden gesteld. Spr. meent daarom, dat het ten laste ge legde feit niet door zijn cliënt bedreven is, ook niet, omdat hier van opzet geen sprake is ge weest. Verder is het nog de vraag, of dit geschrift wel valt onder het betreffende wetsartikel. Volgens zijn opinie toch, kan hier niet worden gesproken van werken en publicaties op het gebied van letteren, wetenschap en kunst. Deze publicatie is naar de overtuiging van den verdediger geschied, om de werklieden at tent te maken op hun belangen. Hieruit zou dan volgen, dat, indien hier tot overtreding van de Auteurswet zou worden ge concludeerd, verd. nog niet zou kunnen wor den veroordeeld in verband met art. 41, Wet boek van Strafrecht. Spr. drong aan op vrijspraak, subs, ontslag van rechtsvervolging. Uitspraak 4 Febr. as. In "een Maandagavond te Tilburg gehouden vergadering is opgericht de Bond van Klein fabrikanten in de Sigarenindustrie. Het voor naamste doel, dat de bond zich stelt, is het bestrijden van de steeds verder gaande mecha nisatie in deze bedrijven. Getracht zal worden ook in andere plaaten van N.-Brabant, Noord en Zuid-Holland afdeelingen te stichten. In het voorloopig bestuur hebben zitting ge nomen de heeren M. v. d. Hout, voorzitter, H. Ackermans. secretaris en I. Aarts, penning meester. Het secretariaat is gevestigd: Bosscheweg 67, Tilburg. De eerstvolgende audiëntie van den minister van Financiën zal op Maandag 27 Januari as. plaats hebben. Mammiedenkt u, dat hij ook iederen morgen z'n ooren moet wasschen? Dinsdagavond heeft H. K. H. Prin ses Juliana in het Koninklijk Paleis te Den Haag voor de microfoon over de hulpverleening aan nood lijdende Nederlandsche Beeldende Kunstenaars gesproken. Hoewel zwaar getroffen door het groote verlies, dat het Brttsehe Rijk heeft geleden, voelde H.K.H. zich toch gedwongen te spreken. Nog steeds blijft Nadefland gehukt gaan, aldus ongeveer ging de Prinses verder, onder de tijdsomstandigheden, en wie dan kan hel pen, weet niet altijd welke wegen er open zijn om den nood van een bepaalde groep te ver lichten. Het zijn de kunstenaars, die schoonheid in ons leven brengen, doch noodgedwongen zijn hun kunst-uitingen een luxe geworden. Ons land dankt zijn roem voor een groot deel aan zijn schilderkunst en het zou een ondraaglijke gedachte zijn wanneer onze kunstenaars hun ondergang tegemoet moesten zien. Daarom helpe wie kan. Het comité „Kunst in Nood" heeft reeds de aandacht op dezen toestand gevestigd en al veel gedaan voor de noodlijdende kunstenaars. Het deed dit door werken van Nederlandsche schilders aan te koopsn en daarvan exposities te houden. Thans moeten deze werken echter verspreid worden en het comité tracht dit te doen door middel van een loterij. Hiermede bereikt het comité tevens, dat°aan allen ge lijke kansen worden geboden. Met de uit deze loterij verkregen gelden, kan het werk weer worden voortgezet. H.M. de Koningin heeft op verzoek van het comité twee schilderwerken beschikbaar ge steld, die in grooten getale gereproduceerd zijn en thans verkrijgbaar worden gesteld voor een ieder, die f 1.10 op giro No. 84726 ten name van Van Hoboken's bank te Den Haag stort. Hij ontvangt dan bovendien een lot van deze loterij. H.K.H. eindigde met een ernstig beroep om dit werk te steunen en een- of meermalen f 1.10 op bovengenoemd giro-mummer te storten. Heden overleed tot onze diepe droefheid na een kortstondige ongesteldheid, onverwacht, voorzien van de Genademid delen der H. Kerk. onze innig geliefde Man, Vader. Behuwd- en Grootvader, de Weledele Heer JOHANNES JASPERS in leven Kerkmeester der Parochie O. L. Vr. Koningin des Vredes, in den ouderdom van 63 jaar. Amsterdam, 21 Januari 1936. Noorder Amstellaan 147. J. H. JASPERS—BAKKER J. H. JASPERS C. A. JASPERSKLEIJN en kind A. C. J. JASPERS G. P. M. JASPERS—JANSEN en kinderen A. M. J. JASPERS en verlooide. Frofundis Vrijdag 24 Januari 35 uur. De Uitvaartdiensten zullen ge houden worden in de Paro chiekerk O. L. Vr. Koningin des Vredes Zaterdag, 25 Jan., om 7 en 7% uur en om 9 V2 uur de plechtige gezongen H. Requiemmis. waarna om streeks 11 uur de begrafenis zal plaats vinden op de R.K. Begraafplaats Buitenveldert. BATAVIA, 21 Jan. (Aneta). Naar Aneta ver neemt zijn thans bij het Departement van Oor log de bijzonderheden bekend geworden omtrent het amok te Larantoeka (Oost-Flores), waarbij de kapitein der infanterie H. J. M. Koster en de sergeant-majoor van Zandbergen werden gedood. De Maleische fuselier Amat werd op Nieuw jaarsdag op heeterdaad betrapt bij het stelen van geld van een korporaal en is daardoor blijk baar „maloe" geworden. De man wist zich op 5 Januari in den namiddag meester te maken van een karabijn uit het wachtlokaal van het kampement van het te Larantoeka liggende detachement, met welk wapen hij eenige scho ten gelost heeft op den fuselier Planton, die op wacht zat, echter zonder dezen te treffen. Door het geluid van het schot gealarmeerd, kwamen de kapitein Koster en luitenant Vos toesnellen, gewapend met een pistool en gevolgd door den controleur. De amokmaker nam toen de houding aan alsof hij geen kwaad wilde, maar loste niettemin plotseling op korten af stand eenige schoten, waarvan er één den kapi tein Koster trof. De controleur en de luitenant Vos en eenige anderen slaagden er in, hoewel zij door Amat werden beschoten, den kapitein Koster naar de ziekenzaal te brengen, waar hij een uur later overleed. Sergeant-majoor van Zandbergen vuurde op den amokmaker, die een beweging maakte alsof hy viel. Van Zandbergen dacht hem te hebben geraakt, doch dit bleek onjuist te zyn, waarna Amat tweemaal schoot en daarbij den onder officier doodelijk verwondde. De amokmaker is vervolgens gevlucht doch werd 's morgens vroeg, op 6 Januari, bü een poging om het kampement binnen te dringen, door de wachthoudende militairen doodge schoten. De familie van wijlen kapitein Koster wil het stoffelijk overschot naar Bandoeng doen vervoeren om het hjk daar ter aarde te be stellen. MAGELANG, 21 Jan. (Aneta.) Heden is het kindje van den Euroneeschen brigadier Smet aan builenpest overleden. Benoemd zijn tot rechter in de rechtbank te Arnhem: a. Mr. J. F. van Beeck Calkoen, tnans rechter in de rechtbank te Leeuwarden; b. Mr. F. M. Pleyte, thans rechter in de rechtbank te Assen. Benoemd tot rechter in de rechtbank te 's-Gravenhage Jhr. Mr. P. G. M. van Leeuwen, thans rechter in de rechtbank te 's-Hertogen- bosch. Benoemd tot officier in de Orde van Oranje- Nassau Dr. M. Euwe te Amsterdam. Aan J. A. Heberle is op verz. eervol ontslag verleend als leeraar aan de R. H. B. S. te Roermond. Te rekenen van 1 Januari 1936 is in vasten dienst benoemd tot conservator bij de psychia trie aan de Rijksuniversiteit te Utrecht Dr. H. O. Rümke, thans tijd. Te rekenen van 1 dezer benoemd tot voor zitter van den Gezondheidsraad Dr. N. M. Josephus Jitta te 's-Gravenhage. De ontvanger der directe belastingen enz. A. J. Sonnevijlle is verplaatst van de inspectie der inv. en acc. te Rotterdam naar de inspectie der bel. te Waalwijk. De ontvanger der dir. belastingen enz. W. A. van Sikkelerus is verplaatst van het kantoor der inv. en acc. te Vlissingen naar Amsterdam en werkzaam gesteld aan het kantoor der dir. bel. aldaar; de ontvanger der dir. bel. enz. J. Seckei is verplaatst van het kantoor Zwartsluis naai- het kantoor Ommen. 40 „En zit je hier zoo heelemaal alleen? Dat is toch al te erg! Ik vrees, dat je me den onhebbe- lijksten gastheer vindt, dien je ooit ergens hebt meegemaakt." „Zeg toch niet zulken onzin," verweet ze. „Tus schen ons zijn toch immers geen excuses noo- dig!" Heron kwam dichter naar het vuur en staar de peinzend in de vlammten. „Is moeder al naar bed? Waar is Vane?" „In de rookkamer natuurlijk. Hij heeft zich hier een uur lang dood zitten vervelen en gaapte zoo demiswekkend, dat ik hem weggestuurd heb. Ja, Lady Letchfoj'd is naar bed gegaan." „En jij bent opgebleven om op me te wach ten?" vroeg hü, haar half-berouwvol, half-dank- baar aanziend. „Ja; ik heb een boodschap voor je van Lady Letchford." „Eten boodschap? Een hernieuwde oorlogsver klaring, vermoed ik? Ze heeft je natuurlijk ver teld van de scène die ze op huize Gresham heeft gemaakt?" „J-Ja, ze vertelde me, dat er onaangenaam heden geweest waren," murmelde Rose, neerkij kend op haar kleine satynen schoentjes. „Het spyt me zoo, het spijt me zoo echt, dat ze ge gaan is." „Mij ook," zei hy grimmig. Ze keek hem vol sympathie aan. „En mijn boodschap is, dat ik je moest vertellen, dat het haar óók spijt." „Wat!" „Ja, ze heeft er erge spyt van," herhaalde Rose. „Ze deed het onder ingeving van het oogenblik, en in de meening dat jullie jullie beiden eigeniyk niet goed wist wat je deed „Aangezien we ook nog maar kinderen zün," zei hy met een glimlach. „Maar het geeft me werkelijk een onbehaaglijk gevoel, dat mijn moe der ongelijk zou bekend hebben. Ze moet ziek zyn." „Ze is erg van streek. Het is een groote teleur stelling voor haar geweest. Je kunt 't toch niet kwaiyk nemen, dat zy dat wy allemaal al- tüd groote dingen van je verwacht hadden „Groote dingen!" zei hij ongeduldig. „Dat zyn van die fantastische ideeën, waarvan niemand eig'enlijk zelf goed weet, wat hij eronder ver staat! Groote dingen! Wat ter wereld verwach ten jullie dan van me? Dat ik zou trouwen met een prinses of met een koningin van Spanje?" Ze keek met een week, onderworpen glimlachje naar hem op. „Wees niet boos op me Heron!" „Boos op jou! Neen, dan zou ik al heel on dankbaar moeten zün. Ik weet maar al te goed, aan wie ik die veranderde stemming van myn moeder te danken heb! Jij hebt haar natuurlyk tot andere gedachten gebracht. Jy hebt getracht de zaak weer voor me in orde te brengen, terwyl ik je in mijn zelfzucht zoo schandelyk verwaar loosd heb! Heusch, Rase, ik schaam me over mezelf. Vergeef 't me maar." In zyn ernst had hy zijn hand op haar arm gelegd. „Hemel, wat ben je koud," zei hy verschrikt. „Kom gauw bij het vuur zitten." Hy trok haar stoel met vriende- ïyke bezorgdheid dichter bij den haard. Het mooie meisje lachte zacht voor zich heen en stak haar witte handen uit naar den koeste renden gloed, die haar gezichtje en haar gouden haren warm tintte. „Ja, ik heb 't werkelijk nogal koud." „Koud als ys!" zei hy, en legde zyn hand nog maals op haar arm. Maar die was nu niet koud meer; zyn aanraking had het bloed heftig door haar adeiten doen stroomen en de zachte blanke huid leek te branden onder zyn vingers. „Maak je maar niet bezorgd over my," zei ze lachend. „Vertel me liever eens wat over May." Ze hield met een nauw merkbare aarzeling haar adem in by het noemen van den naam; maar het viel hem niet op. „Je bent nu formeel met haar verloofd, veronderstel ik?" „Hè? Ja. Ja, in optima forma. Mynheer Dal ton had geen bezwaren, integendeel, hy voelde zich geroepen om zich buitengewoon edelmoedig te toonten en den welwillenden schoonvader te spelen kort en goed, hy bood aan, me op onzen trouwdag veertigduizend pond cadeau te doen, maar ik bracht hem natuurlijk aan zün verstand, dat zooiets onmogelyk was." „Heb je het afgeslagen?" „Natuurlyk. Ik zei hem dat, als hy het soms op May wilde vastzetten, voor haar eigen per- soonlyk gebruik, ik eveneens eenzelfde bedrag op haar zou vastzetten; maar dat ik er niet aan dfenken kon, die veertigduizend pond als een bruidschat aan te nemen." „Heb je aangeboden, veertigduizend pond op haar vast te zetten?" zei Rose langzaam. Ze perste haar lippen opeen; een brandende jaloezie verteerde haar. Tachtigduizend pond, dat meisje zonder naam, zonder afkomst, waar niemand ooit van gehoord had, terwyi zy zy, de beroemde Londensche schoonheid, eenvoudig over het hoofd werd gezien! „Het is eten heele som." „Och," zei hy luchtig, „de bezitting kan het dragen; en we moeten ons niet latten overtroe ven door den vader. EM myn moeder heeft dus haar houding gewyzigd? Ik kon me ook al niet begrypen waarom ze zich er zóó fel tegen kantte." „Ach, zie je, ze wist zoo weinig van haar ze weet eigenlijk nog niets. Natuurlyk heeft ze jou alles over haar vroeger leven verteld?" „N-nee," zei hy, „niet dat ik weet." „Niet?" met een zwak glimlachje van verras sing. „Hé! Meisjes zijn gewoonlyk zoo uitbundig mededeelzaam onder zulke omstandigheden. Ik zou verwacht hebben, dat ze je alles verteld had en je niets verborgen had." „Verborgen?" herhaalde hy. „Wat ter wereld zou ze te verbergen kunnen hebben?" „Te verbergen? O, niets natuurlyk!" ant woordde ze met een zacht lachje. „Ofschoon ik van meening ben, dat geen meisje een en twintig jaar wordt, zonder dat ze toch wel 't een of ander te verbergten heeft; en zy heeft zoo'n af wisselend leven geleid." Heron duwde geirriteerd met den pook tegen een houtblok, dat een driftige vonkenregen uit zond. „Natuurlijk," ging de zachte, welluidende stem voort, „natuurlyk Lady Letchford is maar al te zeer geneigd om wantrouwig te zyn, en wil nu maar met alle geweld, hoewel ik haar heb uit gelachen om het idee, dat May nogal 'n flirt zou zyn. Ik heb haar voorgehouden, dat ze haar toch maar tweemaal gezien had, en dat men een meisje niet dadelijk moet beoordeelen naar haar gedrag op 'n bal. Er doen natuurlijk altijd praatjes de ronde over menschen, die nog niet lang ergens wonen; maar het zou belachelijk zün, daaraan te willen gelooven." „Praatjes?" vroeg hij, de wenkbrauwen fron send en haar woorden slechts langzaam verwer kend. Hij herinnerde zich plotseling de geschie denis met het medaillon en May's verwarring, toen hij haar er over gesproken had. „Ja, bespottelyk hè? Maar ik ben overtuigd, dat Lady Letchford nu al haar verdenkingen en vooroordeelen wel zal laten varen. We moe ten ze maar zoo vlug mogelük uit de wereld zien te helpten terwille van jou." „Op mijn woord," zei hij, met een onbehaag- lyk lachje. „Ik geloof, dat ik niet beter kan doen dan May vragen een kort verslag van haar le ven te willen schrijven tot vandaag toe, zoodat myn moeder het kan lezen en zich gerust stel len!" „Ik zou er maar niet aan beginnen! De on schuldigste flirtation met een muziekmeester, en wat al niet meer, zoudten in jouw oogen de zwaarste zonden zyn en je buiten jezelf bren gen van jaloezie! Laat het verleden rusten, He ron, en neem May zooals ze is. En ik ben van meening, dat ze mooi en intelligent genoeg is, om iemand over haar verleden te doen heenstap pen. Ik vind het verbazend sympathiek van haar, dat ze zoo dapper voet by stuk heeft ge houden. Een meisje met minder pit dan zy zou bij zoo'n aanval dadelyk den moed hebben op gegeven." „Je hebt gelijk, zei hy warm; „ze heeft het hard te verduren gehad, het arme kind!" Een jaloersche, boosaardige trek misvormde het mooie gezicht, dat zich een oogenblik van hem afwendde. „Trek het je maar niet aan," zei ze, „ze krygt immers haar belooning." „Door met mij te trouwen, bedoel je?" vroeg hij lachend. „Door meesteres van den Èikhof te worden." .(wordt vervolgd.)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1936 | | pagina 3