De kerkstrijd in Duitschland KWIEK EN VIEF FAMILIEBERICHTEN stoomen verven VERHUIZINGEN LUXOR Handelsmaatschappij „Edego HANS POTTENKIJKER «v0 ZWANENBERG'S t t t ITOONEEL, FILM EN MUZIEK AUTOBANDENAFSLAG OPKLAPBEDDEN ADVERTEER REGELMATIG HET ZAL U BATEN EN DE WERELDPERS ITALIË IN DEN DRUK Dr. v. WAVEREN NOG KORTEN TIJD MENAKA NOORD-HOLLAND „Zeg het met bloemen", 'n sympathieke raad Zeg het met „Omroepers", 't brengt altijd baat WOENSDAG 19 FEBRUARI 1936 JOHANNA BISPINCK Ook op tapijten N.V. AMSTERDAMSCHE RIJTUIGMAATSCHAPPIJ Greta Garbo ANNA KARENINA Si Dat wat je niet hebt Gebrs. Houtkooper NOORD-HOLLANDSCH DAGBLAD ZWANENBERG MAAKT WAT SMAAKT GEBR.v. DUIVENBODEN, Ged. Oude Gracht 118-119 Het petroleum-embargo AMBACHTSSCHOOL aan den Kleverparkweg te HAARLEM OPLEIDING VAN SCHEEPSMACHINISTEN OPLEIDING RADIO-TELEGRAFIST RADIO-MONTEUR EN RADIO-TECHNICUS J. H. v. BEERS PRAKTIJK HERVAT HEDEN PRACTIJK HERVAT CENTRALE TANDHEEL KUNDIGE KLINIEK DE RIA RAGO-MISSIEFILM SOUND THEATER AH55CHDUUÖURG MEISJESLYCEUM INDISCH BALLET BOEFJE HAARLEM i f Het merk dat hierneven staat Waarborgt Neerlands Fabrikaat SCHILDERWERK HOFPLEIN 6-ALKMAAR Telef. 4330 4220 VAKMAN Divendal, Anthoniestr. 3 Uw adres Daar komt HANS POTTENKIJKER, de wijd-en-zijd beroemde kok van Zwa nenberg te Oss, ons bezoeken U ziet het: hij is welgemoed op marsch en hoopt eenige dagen in ons midden te vertoeven. Hans is van. de firma, die „maakt waf smaakt" - en dat al heef waf jaartjes doet. Hij komt zich nu eens persoonlijk ervan overtuigen, dat wij allen trouw Zwanenberg's fijne vleesch- en groente-conserven en soepen gebruiken. Dat zal Hans meevallen, want óók hier ontvangen wij graag het beste voor ons geld, dus VLEESCH- EN GROENTECONSERVEN (Bijzondere correspondentie uit Berlijn) De „Angriff", het striidorgaan van dr. Goebbels, dat zich het dagblad van het Duitsche arbeidsfront noemt en dat een soort van nationaal-socialistische „arbeiderspers" wil wezen, heeft zich onlangs de moeite gege ven om gedurende zeven of acht weken alle dagen uit te knippen wat de Berlijnsche cor respondent van de „Times", de heer Norman, over den kerkstrijd in Duitschland berichtte. Het resultaat leek, van het standpunt der „Angriff" beschouwd, enorm. Deze verzameling knipsels toch vormde, ook zonder dat men er een woord commentaar aan toevoegde, een vernietigend requisitoir tegen de „hitsende" buitenlandsche pers. Reeds de koppen der dozijnen verzamelde berichten vormden een bloemlezing van de meest onzinnige tegenstrijdigheden. Maandag werden de leiders der kerkelijke oppositie zoo ongeveer vogelvrij verklaard, doch dit nam niet weg, dat minister Kerrl zich Dinsdag plots zeer tegemoetkomend tegenover hen betoonde. Woensdag was het vervolgens weer heelemaal mis en scheen een definitieve breuk tusschen Kerk en Staat onafwendbaar; doch komt tijd, komt raad: Donderdag mocht een verzoening tusschen de Belijdeniskerk en het ministerie voor Kerkelijke Aangelegenheden toch nog als mogelijk worden beschouwd. Vrijdag besloten katholieken en protestanten een eenheidsfront te vormen tegen het Derde Rijk, dat op gods dienstig terrein alle paal en perk te buiten ging, maar Zaterdag was er eensklaps de kerkenvrede in het zicht, daar er officieele onderhandelingen begonnen waren tusschen de regeering en de vertegenwoordigers der beide groote confessies, nadat tijdens voorloopige besprekingen de basis voor een uiteindelijk accoord kon worden ge legd. Enzoovoorts. Enzoovoorts. Natuurlijk mag deze samenvatting van 's heeren Norman's berichtgeving op kerkelijk gebied wel lichtelijk overdreven genoemd wor den. Maar aan den anderen kant kon de „An griff" met een overvloed van citaten bewijzen, dat haar ironie te rechtvaardigen viel. En het ligt voor de hand, dat geen verstandig mensch er aan twijfelen kan of met een dergelijk soort van persvoorlichting worden niets en niemand gediend. Vooral een blad met de standing en de reputatie van de „Times" heeft zich daarvan te onthouden. Wanneer er iets gebeurt, in Zuid- Afrika bijvoorbeeld, of thans in Noord-Oost- Afrika, dan weet een ieder, dat het Downing- street is waarvan men de stem verneemt door de belangrijkste spreektrompet van Fleetstreet. Maar in normale omstandigheden is de „Times" een fatsoenlijk blad hetwelk vertrouwen geniet en aan dit vertrouwen verplicht is de waarheid te spreken. Wij zeiden dat het resultaat der door de „Angriff" aangelegde verzameling knipsels, van nationaal-socialistisch standpunt beschouwd, enorm leek. En inderdaad moet hieraan worden toegevoegd, dat de houding van het Derde Rijk in de betreffende zeven of acht weken vrijwel even zonderling en onsamenhan gend was als de berichtgeving van den heer Norman. Er is namelijk een groote tegenstelling tusschen een minister Kerrl die maandenlang Verdraagzaamheid en vrede predikt, en een minister Kerrl die volkomen onverwacht de leiders der kerkelijke oppositie op het lijf valt met de mededeeling: „Mijne heeren, het moet nu maar eens afgeloopen zijn. U moge uw over tuiging hebben en uw meening, ik heb de macht om wetten uit te vaardigen en een geheime staatspolitie welke de wetten uitvoert." Even eens is er een groot verschil tusschen den mi nister Kerrl die in December zijn geruchtma kende vijfde verordening uitvaardigde en den minister Kerrl die sindsdien oogluikend toeliet,, dat deze vijfde verordening op alle manieren overtreden wordt. Ten slotte doet het nogal vreemd aan, dat minister Kerrl, door geen enkele aanwijsbare oorzaak gedreven, zoowel de katholieken als de protestanten tegen zich in het harnas joeg, om direct daarna bakzeil te halen en te doen wat hij kon om te komen tot de periode, zooal niet van vrede, dan toch van rust op kerkelijk gebied welke Duitschland na streeft en welke lang voor het begin der aan staande Olympiade moet aanbreken. Kortom, ook wanneer de „Angriff" in wezen gelijk had, dan had ze toch ongelijk, waar ze de verzach tende omstandigheden welke in het voordeel spraken van den heer Norman, over het hoofd zag. De wereldpers heeft nog nooit een zoo uit gebreide rubriek kerkelijk nieuws gehad als op dit oogenblik. In Rusland konden er millioenen om hun geloof vermoord, verbannen, gefolterd en vervolgd worden, zonder dat „de" pers zich daarover opwond. In Mesopotamië konden on getelde duizenden katholieke Assyriërs uitge roeid worden, zonder dat „de" pers er iets van af wist. In Mexico konden de Roodhemden net zooveel katholieken neerschieten als ze maar wilden, zonder dat „de" pers uit Mexico-City iets anders meldde dan den koers van den peso en de gemiddelde petroleum-productie. In Noord-Ierland konden de Orangisten bloedige overvallen plegen op vrome processies, zonder dat de correspondenten van „de" pers er iets van hoorden of zagen. Nauwelijks echter was twee jaren geleden in Duitschland een kerkelijk conflict uitgebroken, of „de" pers lamenteerde dagelijks lange kolommen over het leed van katholieken en protestanten. Ook bij ons te lande wijden de groote en deftige liberale kranten, waarvan nog maar enkele jaren geleden in op groote schaal verspreide en rijk gedocumenteerde brochu res werd aangetoond, dat zij voor katholieken een volkomen ongeschikt geestelijk voedsel bieden, en wier verdraagzaamheid tegenover de Katholieke Kerk in Nederland ook thans nog niet zoo heel veel verder gaat dan een formeele beleefdheid jegens eenige katho lieke ministers die met eenige liberale ministers te zamen zitten in het kabinet- Colijn, lange artikelen en zelfs vele hoofd artikelen aan, het lot van de Duitsche katholieken en protestanten. Men versta ons goed: Wij gaan niet betoogen dat er op het gebied van kerkvervolging en geloofsstrijd al zoo veel in den doofpot ging, dat ook dit er nog wel bij kan. Integendeel, het is de plicht van katholieken en protestanten aan gene zijde van de Duitsche grenzen, om hun broederen in den geloove naar vermogen bij te staan, en een geregelde publicatie van feiten beteekent een krachtig wapen in den strijd om de openbare meening welke zulk een machtige dictator is. Maar om dit krachtige wapen niet machteloos te maken, komt het er op aan, dat men den godsdienst en de politiek zoo ver uit elkander houdt, als ze, ook al raken ze elkaar hier en daar, in werkelijkheid van elkander verwijderd zijn. De wereldpers heeft dit niet gedaan. De vrij heid der Duitsche katholieken en protestanten is niet haar doel. Zij gebruikt de Katholieke Kerk in Duitschland en ook de Duitsche Evan gelische Kerk slechts als middelen om te agee- ren tegen het Derde Rijk. De huidige Kerk strijd heeft voor de wereldpers precies evenveel waarde als de brand in het Rijksdaggebouw, de concentratiekampen, de 30e Juni 1934 en Duitschlands geheime bewapening. De houding der wereldpers tegenover den Duitsehen Kerkstrijd heeft in het Derde Rijk veel kwaad bloed gezet. Het nationaal-socialisme gelooft niet, dat de redacties en de lezers van liberale en socialistische bladen, voor wie de godsdienst ten deele „privaat zaak" en ten deele een herinnering aan hun kinderjaren is, plotseling zoo begaan zijn met de Duitsche ka tholieken en protestanten. Het constateert ver warring van politiek en godsdienst, alsmede gehits tegen het Derde Rijk. De slachtoffers hiervan zijn op de eerste plaats de katholieken en protestanten die door hun ijverige verdedigers gemaakt worden van strijders voor de vrijheid hunner kerken tot een bloc van oppositie tegen het nationaal- socialisme. De huidige „Führerstaat" duldt geen oppositie van welke zijde ook, en in woord en geschrift, alsmede dikwijls met de daad, wordt er door allerlei radicale elementen de oorlog verklaard aan het kerkelijk bloc. Het gevolg is, dat men steeds verder van elkaar verwijderd raakt, dat geschillen tot conflicten groeien en dat de klove tusschen Kerk en Staat steeds breeder en moeilijker te overbruggen wordt. Aan kerkelijke zijde is men dan ook veel minder te spreken over de helpende hand welke de wereldpers den geloovigen der beide groote confessies in Duitschland schijnt toe te steken, dan men in het buitenland mis schien wel gelooft. Sinds lang heeft men opgehouden met ge regeld inlichtingen te verstrekken aan buiten landsche journalisten. Aanvankelijk gingen ver schillende geestelijken liever naar een concen tratiekamp dan dat ze hun door de geheime staatspolitie verboden en vervolgden persdienst opgaven. Thans bestaan er geen kerkelijke pers diensten meer. De plechtigste beloften van strikte geheimhouding werken even weinig uit als de gul aangeboden dollars. Het zou volkomen onjuist wezen wanneer men hieruit afleidde, dat de Kerk zoo zeer onder den druk staat van de geheime staatspolitie dat zij het verbod om met de buitenlandsche pers relaties te onderhouden, ten einde raad dan maar schoorvoetend opvolgt. Daar is geen sprake van. Maar, ten eerste, heeft de actie der wereld pers, zooals wjj boven reeds zeiden, ten gevolge gehad dat de kerkelijke oppositie tegen haar eigen wil in tot een politieke oppositie werd gebrandmerkt. Ten tweede maakte de actie der wereldpers elke poging tot toenadering steeds moeilijker. Aan den eenen kant kon de Kerk zich geen oogenblik tegemoetkomend toonen, of de pers der vijf werelddeelen wist te ver tellen, dat de strijdlust verflauwde en dat men zwichtte voor het geweld. Aan den anderen kant hoefde de Staat zich maar even te verdiepen in de eischen en verlangens der Kerk, om de heele wereldpers in koor te doen juichen, dat het nationaal-socialisme op het kerkelijk front ge slagen was en nu gunstige vredesvoorwaarden wilde bedingen. Op die manier dwong de kwestie van prestige, nu eens de Kerk, dan weer den Staat, om zich terug te trekken. Ten derde hebben de wendingen en verdraaiingen der kerkelijke berichtgeving door de groote pers zeer veel wantrouwen gezaaid en de partijen, die met elkaar tot een overeenkomst wilden en moesten komen, steeds meer van elkaar geschei den. Der principieele pers treffen in deze veel minder verwijten. Het is misschien nog nooit en in elk geval slechts bij hooge uitzondering voorgekomen, dat de vertegenwoordiger van een uitgesproken katholiek of protestantsch dagblad ter verantwoording werd geroepen, om dat hij in het conflict tusschen Kerk en Staat partij gekozen had, zooals zijn overtuiging hem dat ingaf. Op dit punt toonen degenen, die een wakend oog houden op de buitenlandsche pers, een verdraagzaamheid welke zij op poli tiek terrein zeer zeker niet aan den dag zouden leggen, Tegenover de vertegenwoordigers van niet- principieele bladen is het Derde Rijk echter veel minder tolerant. Het verwijt hun, dat zij in overgroote meer derheid ofwel niet geloovig, of wel niet matineus genoeg zijn om 's Zondags naar de kerk te gaan. Ze sturen daarom allerlei menschen, hetzij naar een pastoor, hetzij naar een dominee, alleen en uitsluitend om uit zijn preek copie te halen. Degenen die zich daarvoor beschikbaar stellen, zijn soms katholieken of protestanten die, des noods tegen den wil hunner geestelijke overheid in fanatiek vechten tegen het nationaal-socia lisme. In den regel echter zijn het menschen die alleen maar een paar marken willen ver dienen. Zij staan voor de keuze om na afloop der godsdienstoefeningen, wanneer er niets bijzonders gepreekt of medegedeeld is, de waar heid te zeggen engeen Pfennig te krijgen, dan wel de zaak maar flink op te blazen of ook rechtstreeks aan het fantaseeren te slaan, in de hoop op een flinke belooning. Het resultaat kan men zich voorstellen, ook zonder dat men de verschillende kranten leest, die alle een zeer uiteenloopend verslag brengen „van onzen eigen correspondent" over een preek, bijvoorbeeld van dominee Niemoeller. Voorts zijn er menschen, die krachtens hun beroep of door toevallige connecties nu en dan iets afweten van wat er achter de schermen gebeurt. Ook hierin ziet de journalist, die den kerkstrijd alleen maar beschouwt als een ge wild onderwerp voor niet al te zware berichten en artikelen, een geschikt object ter exploitatie. Al deze verzamelaars van het laatste nieuws op kerkelijk gebied loopen vroeg of laat tegen de lamp. Ook al zouden ze steeds de waarheid en niets dan de waarheid gemeld hebben, dan zal hun activiteit voor de buiteniandsche pers steeds als een zeer duister verleden op hen blij ven drukken, terwijl het hun in vele gevallen hun positie kost. Hebben ze overdreven of ge- fantazeerd. dan zijn ze bovendien nog straf baar ook. Degene die van hun diensten gebruik maakte, trekt zich daar misschien weinig van aan. Hij neemt een plaatsvervanger en daar mee uit. Doch intusschen bestaat er een groote kans dat hij een leven verwoest heeft, terwijl hij groote schade berokkende aan de zaak, die hij oogenschijnlijk zoo krachtig verdedigde. (Van onzen Rom. correspondent). De „sabbato fascista" is een Italiaansche uitgave van den Engelschen Zaterdag. Bij beide staat om twaalf uur het werk stil. Maar de Engelschman, hartgrondig' indivi dualist, gebruikt zijn vrijen middag om uit de officieele samenleving te verdwijnen en te doen, wat hém en hem alleen interesseert. In Italië behoort deze middag aan de Partij. Hoog en laag, klein en groot, man en vrouw trekt een zwart hemd of ander uniform aan en gaat naar een van de voorgeschreven trefpunten, om geoefend te worden in de fascistische actie en onderwezen in de fascistische leer. Militie of Avanguardia, Fascio of Dopolavoro, Jonge Fascisten, Kleine Italiaanschen, Balilla's of Zonen der Wolvin trekken met 1 trommelslag door de straten. Op rustige punten, waar het verkeer niet te veel stoort en gestoord wordt, vormen zij groepen,, maken gymnastische oefeningen, zingen liederen, luisteren naar de redevoeringen van hun officieren en schreeu wen „Alala" voor den Duce. Het veelvormige leven van de Partij vult de straten. Bij de partijlocalen in de verschillen de wijken staan dichte groepen van menschen die hun ringen komen halen of inruilen. Het is de achterhoede van het zoog. goudplebisciet, het vrijwel algemeene offer van de gouden trouwringen, dat het volk voor het vaderland heeft gebracht. Met den nasleep daarvan, het uitreiken van de ijzeren ringen en het verruilen daarvan, als zij te eng of te wijd zijn, hebben de partijbureaux nog weken lang werk. Op zulk een Zaterdagmiddag kan men het beste waarnemen, hoe de fascistische partij de bevolking met het buizennet van haar orga nisaties heeft omsponnen en het gansche pu blieke leven heeft gemonopoliseerd. Het meeste gedt dat natuurlijk van de jeugd. Wanneer de jeugdvereenigingen van een stadswijk verzame len blazen, blijken er nauwelijks nog kinderen zonder uniform meer over. En die overblijven, loopen ook nog met den marcheerenden troep mee of verdringen zich voor de deuren van het partijlokaal, nieuwsgierig en begeerig om mee te doen. De fascistische partij heeft zich zelf langzamerhand tot liet geraamte van de natie weten te maken, nadat alles, wat vroe ger die rol kon spelen, zorgvuldig was „uit gebeend." Daarom toont haar effen front ook nu, onder den zwaren druk van den oorlogstijd geen rimpel. De natie marcheert als een goed- geoefende groep op een exerceerterrein rechts of links zooals de commandant het wil. Degenen in het buitenland, die verwacht hadden, dat het fascistische systeem als een granaatappel zou uiteenbarsten, hebben de in wendige spanningen óver- en de bindende krachten van het regime onderschat. De fas cistische centrales werken met onverminderde kracht en het wijdvertakte buizennet der orga nisaties stuwt de weerstandskracht tot in de verste cellen. Men kan zich verbazen, wanneer men de goedgesmeerde machine vlot en op gewekt ziet draaien als zonder wrijving. Maar als men zich ook afvraagt, wat er zou over blijven, wanneer de centrale eens stoppen zou, staat men voor niets dan raadsels. Er is een soort van pauze gekomen na de eerste heftige reacties op oorlog en sancties Het algemeene protest tegen de sancties is cronisch geworden in plaats van acuut. Straks zullen achtduizend raadhuizen en openbare ge- beuwen gesierd worden met een gedenksteen, die het „schandelijke economische beleg" ver eeuwigt, nog vóór het historie geworden is. De scherpste uitingen van boosheid zijn weer weggeslepen; Piazza di Spagna bijv. heeft den naam van De Bono weer afgelegd en mag weer naar het sanctieland Spanje heeten. Ook de politieke verhoudingen zijn min of meer op een dood punt. Italië's protesten hebben niets gebaat; de sanctie-politiek gaat haar gang. Indien het petroleum-embargo niet wordt toe gepast, zal dat blijkbaar minder uit gebrek aan lust zijn dan wel uit twijfel aan de prac- tische doorvoerbaarheid. De accoorden in de Middellandsche Zee hebben intusschen een dreigenden muur gebouwd tegen de eventueele reactie van het getroffen land. Italië moge protesteeren, dat deze verdragen indruischen tegen het Volkenbondspact; dat zij Mussolini's uitdrukkelijke verklaringen miskennen, volgens welke Italië nimmer iets tegen zijn Europeesche buren beoogd heeft; dat zij een bedreiging; zijn tegen Italië en ook tegen Duitschland. Men legt het protest naast zich neer. Het Italiaansche persministerie heeft zooever. n.a.v. een beschouwing in de „Morning Post" waarin de verwachting geuit werd, dat Italië toepassing van «het petroleum-embargo even gelaten op zich zou nemen als de overige sanc ties, geantwoord dat deze verwachting wel eens bedrieglijk zou kunnen blijken: „Italië zal tegen een petroleum-embargo reageeren met alle middelen, die het geschikt lijken." Deze formule blijft echter vaag; want het is op zijn minst twijfelachtig, of een gewapend verzet na de door Engeland gesloten accoorden voor de Middellandsche Zee nog een „geschikt" middel zou zijn. Nochtans is het zeker, dat het petroleum-embargo in Italië een nieuwe golf van woede en protest zal wekken. Terwijl de brillante militaire successen aan het Zuidelijke Abessinische front den goeden moed. die dooi den langen stilstand ongeduldig geworden was, weer hebben gesterkt, is het politieke ver schiet nog duisterder geworden. Van vredes initiatieven is zelfs geen sprake meer. De meest geroepen bemiddelaar, Laval, is opzij gezet. Volkenbond en Italië staan onbeweeglijk tegen over elkander. In deze verstarde situatie moet Italië heil verwachten van iederen factor, die het sanctie front van buiten af zou kunnen verstoren. Op de eerste plaats is dat het gevoelige nadeel, dat de sanctie-landen zelf van den in- en uitvoerboycot ondervinden. Alle economische moeilijkheden, die zich daarbij voordoen, elk protest van geïnteresseerde kringen wordt dan ook in de Italiaansche pers begroet als een bewijs van de onhoudbaarheid der sanctie- politiek en als een teeken van groeiend in zicht. Daar in de andere landen die uiterste vastbeslotenheid ontbreekt, welke Italië, dat alles op het spel gezet heeft, kenmerkt, acht men het niet uitgesloten, dat de anderen het eerst moede zullen zijn. Belangrijker zijn misschien de politieke fac toren, die o.a. Duitschland en Japan heeten. Het is in zekeren zin tragisch te noemen, dat Italië, eenmaal in Stresa en het Pact van Vier een kampioen voor de „Europeesche samenwerking", nu een zeker belang heeft bij elk element, dat Europa kan storen. Met de meest gespannen aandacht volgt men elke be weging van het nationaal-socialistische Duitsch land, die het évenwicht aan het wankelen zou kunnen brengen. Bijna zou men het willen aan moedigen, zooals dat het geval was in som mige persbeschouwingen over de Fransch-En- gelsche militaire overeenkomsten, waarin Duitschland een schending van Locarno scheen te willen zien. En even gespannen volgt men de onrustbarende gestes van Japan en de groeiende opwinding in Egypte. Het is echter geen puur leedvermaak, evenmin als verlangen naar den „Kladderadatsch." Het is veeleer de berekening, dat de beide Westersche mogend heden ijlings de hand naar hun bondgenoot zullen uitstrekken, zoodra de situatie in Europa of in het Oosten hun te machtig wordt, en dat zij alsdan aan Mussolini gaarne Abessinië zouden laten als prijs voor zijn Europeesche medewerking; naar de Italiaansche pers her haaldelijk heeft betoogd: een billijke vergoe ding. Op die wijze zou -dus een „deus ex machina", zij het met een Duitsehen helm of een Japan- schen grijns, het drama ineens met een blij einde kunnen sluiten. Doch dit zijn eerder tpeculatles van den man op straat dan zakelijke gronden der Itali aansche politiek. Kort voor het groote avontuur begon, heeft Mussolini in September 1935 in een befaamd interview aan De Kérillis gezegd, dat hij in Europa nog „twee of drie jaren relatieve rust" verwachtte, lang genoeg om zijn koloniale onderneming uit te voeren. De feiten schijnen te toonen, dat die berekening juist was en zij geldt zoowel voor Italië als voor den Volkenbond. Eerder dan op een theatereffect rekent Italië dan ook, en niet zonder reden, op het succes van zijn wapenen, die het „fait accompli" kun nen scheppen, dat ook in het kaartspel van Genève als troef geldt. is onze „Omroeper". Eiken avond weer opnieuw spreekt hij in 80.000 gezinnen, waai hij steeds een trouw gehoor vindt. Zaken-Omroepers 50 ct. per regel. Particuliere Omroepers 20 ct. per regel. Betrekkingen (gevraagd en aangeboden) 10 ct. per regel Eenige en volstrekt algemeene kennisgeving Hiermede vervullen wij den treurigen plicht, II mede te deelen, dat onze innig geliefde Tante en oud-Tante, Mej. in den gezegenden ouderdom van bijna 80 jaar, voorzien van de H.H. Sacramenten der Stervenden, zacht en kalm is over leden. Overtuigd van Uwe deelneming, bevelen wij de dierbare overledene in Uwe gebeden aan. Uit aller naam: EDWALD VERVOORT Bloemendaal, „Sparrenheuvel" 19 Februari 1936 De H.H. Uitvaartdiensten zullen plaats hebben op Zaterdag 22 Februari in de parochiekerk van de H. Drieëenheid te Bloemendaal om 7.30, 8 uur en om lo uur de plechtige ge zongen Requiem waarna de begrafenis op het St. Adalberts- kerkhof te Bloemendaal. De Profundis Vrijdag 21 Februari 1936 van 2.304.30 op „Sparrenheuvel." Op verzoek van de overledene geen bloemen Bezoeken van rouwbeklag kunnen niet worden afgewacht AVONDCURSUS VOOR HET VOORLOOPIG DIPLOMA De inschrijving van leerlingen is opengesteld op de werkdagen des morgens van 9 tot 11 en des avonds van 7 tot 8 uur (uitgezonderd Woensdag- en Zaterdagavond). Het schoolgeld bedraagt 30.per cursusjaar. Min- en onvermogenden kunnen gedeeltelijk of geheel hiervan worden vrijgesteld. De a.s. leerlingen moeten den 16-jarigen leeftijd bereikt en voldoende De Directeur: A. L. HENGEVELD 2e Maart vangen aan de nieuwe avondcursussen. Opgave 's Maandags en Donderdags van 7 u. tot 10 u. n.m. Rijks- str.weg 101, Haarlem. Br. J.P. Coenstr. 69, IJmuiden. Vr. prospectus. Heden overleed tot onze diepe droefheid, na een ge duldig gedragen lijden, voor zien van de H.H. Sacramen ten d?r Stervenden, In den gezegenden ouderdom van bijna 80 Jaar, onze innig ge liefde Tante en oud-Tante, Mejuffrouw JOHANNA BISPINCK. AGNES TjTNDNüav VERVOORT AUG. LINDNER en kinderen Haarlem, 19 Februari 1936 Tot onze diepe droefheid overleed heden Mejuffrouw JOHANNA BISPINCK in wier dienst wij vele Jaren werkzaam mochten zijn. LOUISE KIEFT NEELTJE OUDENDIJK JACOB MARCHAND „Sparrenheuvel" Bloemendaal, 19 Februari 1936 Arts HAARLEM - KENAUPARK 26a TEL. 12644 r Spreekuren iederen werkdag 9II, 12 - Dinsdagsavonds 6.308.30. Zaterdagsmiddags geen spreekuur. (ONDER GARANTIE) PLEIN 21 TELEFOON 10338 HAARLEM 11198 zal nog vertoond worden te BLOEMENDAAL, op DONDER DAG 20 FEBR., in St. Adalberts Campagna, Dennenweg, des avonds om 8 uur. NOG SLECHTS 2 DAGEN in haar nieuwste bekroonde film: Aanv. der voorstellingen: 2.30, 7 en 9.15 uur. HEDENAVOND 8.15 LAATSTE VOORSTELLING VAN DIT SEIZOEN DONDERDAG 8.15 UUR HAARLEMS TOONEEL Zeer populaire voorstelling van het amusante blijspel Pr.: Zaal, loges en balcon 75 ct., amph. gaand. 40 ct. rechten inb. VRIJDAG 21 FEBRUARI, 8.15 u. AFSCHEIDS VOORSTELLING MET HINDOE-ORKEST. Pr. v. 0.752.00 pi. r. Bespr. dag. Verwacht Maandag a.s.: COUPONS GELDIG. 60% KORTING Geladen accu's. Laad- en Leenstation voor accu's. Prima smeerolie 14 ct. 100% zuivere American benzine 10 ct. Verkoop kantoor der HENLEY-AUTOBANDEN. Engelands oudste en beste product. Henley-autobanden betekent MEER kilometers. KINDERHUIS VEST 4345 TELEFOON 13039 CONTROLE MERK De Directeur van OPENBARE WEBKEN vraagt prijsopgaaf voor het schilderen van de brug over het Zuid er Buiten Spaarne vóór 29 Febr. a.s. - Voorwaarden verkrijgbaar a 0.50. Bureau Openbare Werken, Jacobijnestraat 24, Haarlem. CHRYSLER, kleine 6 cyl. f 450.— WILLYS, 8 cylf 650.— FORD, 2-deurs f225.— CHEVROLET bestelwagen, %-ton f325.— Alle wagens onder garantie LEIDSCHEVAART 444 Telef. 14596 I II Zoekt U een afdoende en succesvolle reclame in Nootd-Ho 11 and boven het IJ? Plaatst Uw advertentiën in het het veelgelezen Dag blad in Noord-Holland boven het IJ. Aanvragen voor adver tentietarieven richt* men aan de administratie Voor le klas werk bij den Electr. Waschmachines, zeer voor- deelig en solide. Ook voor reparatie is OPKLAPBEDDEN OMBOUWEN 2 Pers. OPKLAPBEDDEN met gezondh.netwerk 2 Pers. OMBOUWEN STALEN DIVANBEDDEN IJZEREN LEDIKANTEN t/o onze Tapijt- en Meubelz., b. d. KI. Houtstr. Tel. 17165 6.90 - 5.40 - 3.75 6.90 - 5.90 - 4.75 14.50 - 12.50 - 10.50 8.90 - 7.90 - 5.90 3.90 4.25 - 3.90 - 3.75 De „Omroepers", de gerubriceerde kleine advertenties van de Vereenigde Katholieke Pers, verschijnen in zes dagbladen DE TUD - DE NIEUWE DAG - NIEUWE HAARL. CRT. HET CENTRUM - DAGBL. v. ARNHEM - N.-HOLL. DAGBL. Regelprijs voor particulieren 20 cent Dienstbetrekkingen (gevr. en aangeb.) 10 cent Zaken-Omroepers 50 cent per regel, bij contract 40 ct en lager. Inlichtingen ten kantore van dit blad.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1936 | | pagina 9