EEN SPAANSCHE VROUW ALS LICHT DER WETENSCHAP Men bekijft ons: Oliva Sabuco De film „Begeerte" WOENSDAG 25 MAART 1936 GROOTE MOGELIJKHEDEN Carlo Cavelli" Geboorte en huwelijk in Duitschland Zwart als de Nacht! Snelle beroemdheid Het boek zelf UIT DEN OMTREK DE ZUIVELPROPAGANDA Districts-cominissie voor Kennemerland HAARLEMMERMEER HILLEGOM VOGELENZANG Lubitsch en Borzage samen Rudolf Forster in een spannende film' VELSEN Na de eerste vloedgolf sterk dalende cijfers in het Derde Rijk DAMMEN HAARLEMSCHE DAMCLUB L Balk promoveert naar de hoofdklasse Competitie derde klasse V-V- RIJKSVISCHAFSLAG STAAT VAN BESOMMINGEN Speciale correspondentie In het jaar 1587 verscheen te Madrid een omvangrijk werk, geheeten Nieuwe Wijsbe geerte. Naar de gewoonte van dien tijd droeg het boek een langen ondertitel, welke vermeldde dat dit werk een oorspronkelijke beschouwing over de natuurlijke gesteldheid des menschen gaf. De inzichten waartoe de auteur was gekomen reikten verder zoo zeide de titel van het boek dan die van de wijs- geeren der klassieke oudheid. Het practiscb resultaat daarvan was dat de auteur in staat was afdoende raadgevingen en middelen te verschaffen voor het stoffelijk en geestelijk welzijn. Er was in die jaren in Spanje geen gebrek aan oorspronkelijke denkers en onderzoekers. De wijsgeerige studies hadden een groote hoog te bereikt, en zij hadden tot propaedeutiek voor allerlei wetenschappelijk onderzoek gediend. Ook de natuurphilosophie had tot verrassende resultaten geleid en de medische studies had den daarvan profijt getrokken. Er waren merk waardige ontdekkingen gedaan, waarover felle debatten werden gevoerd en tal van vlugschrif ten werden geschreven, en er was een leven dige belangstelling van de zijde van het pu bliek. Het feit dat een volk van ongeveer acht millioen zielen aan zijn vele universiteiten te zamen meer dan twintig duizend studenten telde (drie maal zooveel dus als tegenwoordig in Nederland, dat onder zijn overbevolkte uni versiteiten begint te zuchten), kan de alge- meene intellectueele belangstelling zijdelings belichten. Het verschijnen van deze „Nieuwe Wijsbe geerte" zou evenwel niet zulk een treffende gebeurtenis op de drukke boekenmarkt zijn geworden, als het werk niet van de hand van een vrouw afkomstig was geweest. Oliva Sa buco stond er op het titelblad. En dit trok de aandacht. Binnen een jaar was de eerste op laag uitverkocht. Met de gebruikelijke deemoedige plechtig heid schreef de auteur als voorbericht voor het boek een opdracht aan den koning. Hij vraagt daarin bijzondere belangstelling en bescher ming voor het werk omdat „er slechts weinig boeken van de hand van een vrouw verschij nen, en dit de eerste bijdrage tot de wijsbe geerte is van een vrouw." Het geschrift bleek verder menig nieuw gezichtspunt te bevatten, het beheerschte de vragen volgens den stand der wetenschappen van dien tijd, en het was zeer onderhoudend in de, toen zoo geliefde, samenspraken geschreven. Het boek ging van hand tot hand, de tweede druk ging even vlug als de eerste, en de belangstelling bleef leven dig. Veertig jaren na de verschijning van den eersten druk kwam er in Portugal (Braga) een editie voor de Portugeesche lezers, en het boek is in trek gebleven. De volgende eeuwen kwa men er nieuwe drukken in het licht, de laat ste volledige editie is van het jaar 1888, en mij bereikt nu een keurig verzorgde bloem lezing uit de afzonderlijke colloquia van eenige maanden geleden. De naam van Oliva Sabuco is aanstonds be roemd geworden en zij is het spreekwoordelijk geworden voorbeeld voor de begaafdheid der Spaansche vrouw en den hoogen stand der we tenschappen in het zestiende-eeuwsche Spanje geworden „waar zelfs vrouwen hoogleeraren in de. wijsbegeerte waren De auteur vertelt niets omtrent zichzelf, dus de verbeelding kreeg vrij spel. Zeer uiteenloo- pende gissingen zijn omtrent haar gemaakt, en een goed deel van de onjuiste meeningen gingen uit van haar naam. De opdracht aan Philips den Tweeden was onderteekend Oliva de Nantes Sabuco Barrera. De naam de Nan tes deed aan Fransche afstamming denken, en op dit voor de hand liggend vermoeden bouw den allerlei lieden een uitgewerkte genealogie. Anderen verkeken zich in den naam Barrera. den naam van een beroemd medicus, lijfarts des konings, en hielden de schrijfster voor de dochter van den grooten man. Weinigen dach ten aan een bescheiden apotheker Sabuco in de provincie. Een merkwaardig bedrog Ten allen tijde zijn er van die uiterst sluwe vogels die zich niet laten bedotten, door welk lokmiddel ook, en zoo zijn er van het ver schijnen van dit geruchtmakende boek af knappe koppen geweest die geweigerd hebben te gelooven dat dit boek door een vrouw zou geschreven zijn. De aard, de opzet, de stijl, de degelijke en oorspronkelijke kennis van het werk deden, in een tijd waarin de vrouw zel den tot wetenschappelijk onderzoek kwam, ver scheidene vakmenschen ernstig twijfeien aan het auteurschap van Oliva. Het heeft echter drie en een halve eeuw geduurd eer die twij fel zekerheid is geworden, en deze zekerheid heeft ons voor een nieuw raadsel geplaatst. Sinds in het jaar 1903 Marco Hidalgo onwe- dersprekeljjk heeft aangetoond dat niet Oliva maar haar vader de auteur van het veelgele zen werk is, heeft men naar de redenen van het bedrog gezocht, en daarvoor onderschei dene motieven opgegeven. Het onderzoek naar Oliva's (familie werd zeer bemoeilijkt door de groote vrijheid die er destijds bestond in bet voeren van den naam. Als een voorbeeld noem ik de familie van de heilige Theresia. Haar vader heette Alfonso SAnchez de Capeda, maar geen van haar broe ders heeft dien naam gelijkelijk gevoerd. De Spanjaarden droegen naar verkiezing, hetzij den naam van hun vader of (en) dien van hun moeder, of dien van een hunner groot ouders of verre verwanten. Oliva Sabuco heeft van haar jeugd af de familienamen van haar peter en meter gedragen, de Nantes en de Barrera. Nu is echter komen vast te staan det Oliva de dochter is van Miguel Sabuco Alvarez, eon apotheker uit Alcaraz (provincie Albacete). Deze apotheker, een heel begaafd man, had zijn boek uitgegeven onder den naam van zijn dochter Oliva (het vijfde van zijn negen kin deren), volgens zijn bewering om deze dochter beroemd te maken, doch in werkelijkheid om den verkoop van het boek te bevorderen en zich met de opbrengst te verrijken. Miguel Sabuco was dus, wat men in sommige handels kringen noemt, een handig baasje met een fijnen neus voor doeltreffende reclame. Een zonderling heerschap De boeken werden vlug verkocht, en de op eenvolgende drukken bleven ongewijzigd ver melden dat de auteur Oliva Sabuco was. Nie mand wist van den apotheker diep uit de pro vincie die het geld iA het laatje kreeg. Dat hem dit geld niet zou ontgaan was hem een dagelijksche zorg. De eerste druk van het boek was nog niet verschenen, en reeds liet hij ten overstaan van een notaris en eenige getuigen by gezegelde acte vaststellen dat hy, Miguel. en niet Oliva, zyn dochter, de schryver van de „Nieuwe Wijsbegeerte" was. Het heele stadje wist daar al spoedig by geruchte van, en de verschillende notariëele stukken die nu uit de plaatselijke archieven zijn opgedolven, spreken in hun vormelijke, verstarde taal nog van de hevige twisten die in de familie Sa buco zyn ontstaan naar aanleiding van de verdeeling der baten van het grif verkochte boek. Oliva en haar vader schijnen als water en vuur tegenover elkaar te hebben gestaan, en Alonso, de oudste zoon van Miguel, werd in deze twisten betrokken. Alonso kreeg name lijk de opdracht voor de uitgave en verkoop van het werk in Portugal te zorgen, een op dracht die, zoover wij weten, pas jaren later tot een goed -einde is gekomen, en vader Mi guel zocht zich door allerlei contracten tegen zyn zoon te beveiligen. De oude Sabuco schijnt een heftig, opvliegend heer te zyn geweest, en een echte duitendief. Hij schijnt in het kleine plaatsje Alcaraz het telt thans nog geen vijfduizend inwoners een goed bestaan te hebben gehad, en hij had uitnemende relaties in de provincie en zelfs in andere streken van Spanje. Men kan zich verbazen over de vele tegenstrydige eigenschappen in hem, liefde voor de wetenschap, systematische ijver en hel derheid van oordeel, en daartegenover, schraap zucht, bedriegiyke reclame-makery ter wille van gewin, argwaan, kleinzieligheid, en op vliegendheid. Terwijl echter de naam van zyn dochter in geheel Spanje en Europa beroemd werd, deed hij geen poging om dien roem waarop hy recht had voor zich op te eischen in het openbaar. Hij ging door met over de toonbank pillen en drankjes te verkoopen het gemeentebestuur diende hij flinke „apo thekersrekeningen" in voor medicijnen ver strekt aan de armen en hij bepaalde zich er toe een waakzaam oog op zijn zoon en dochter te houden, en hen aan notariëele ban den te leggen. De ontdekking De roman is nu uit, maar drie en een halve eeuw lang is het geheim bewaard gebleven. De looze vermoedens zyn pas bevestigd door Marco Hidalgo, die de gissingen van vroegere ge schiedschrijvers volgend eindelijk in de archie ven de oplossing vond. Zooals gewoonlijk is echter de juiste toedracht van de zaak nog romantischer dan de legende, en met al deze in het licht gegeven notariëele acten en ar chiefstukken in handen, kunnen wij de hui selijke omstandigheden van een merkwaardig Spaansch gezin uit de zestiende eeuw samen stellen. Tevoren kan men er zich over ver baasd hebben dat een jonge vrouw zulk een geleerd en veelzijdig werk als de „Nieuwe Wijsbegeerte" kon schrüven, nu vragen wy ons af waarom een vrouw van 25 jaar, die reeds zeven jaar gehuwd was, zich tot zulk een comedie van kwaden smaak heeft kunnen lee- nen en zich bij koninklijke decreten als auteur van eens andermans werk heeft kunnen laten aanwijzen. Ik hoorde eens een notaris zeggen dat zijn beroep een kwaden kyk op de menschen geeft: men ziet hen meestal terwille van „het aard- sche slijk" argwanend en vijandig tegenover elkander staan. Deze acten die wij betreffen de de Sabuco's in handen hebben gekregen, spreken van jarenlangen strijd en achterdocht om de opbrengsten van een boekdat heil zame raadgevingen bevatte voor de gezond heid van lichaam en ziel des menschen. De jongste uitgave van het boek, een keu rige bloemlezing met voortreffelijke inleiding van Torner, geeft een Juisten indruk van den aard van dit zooveel besproken werk. Het is een stel van beschouwende samenspraken over de kennis van zichzelf (de zielkunde), de sa menstelling van de wereld (de cosmographie) het bestuur van de wereld (de politiek en oeconomie), de verzorging van ziel en karak ter (de paedagogie) en de verzorging van het lichaam (de geneeskunde). Het geheel is een mengeling van buitengewoon scherpe en oor- spronkeiyke opmerkingen en, ons grappig aan doende, kinderlijke opvattingen. Sommige der verkondigde theorieën hebben den stoot tot vruchtbaar onderzoek gegeven (bijv. die van de aan de hersenen onttrokken voedende sub stanties welke in het lichaam circuleeren). In de zeventiende en achttiende eeuw hebben die beschouwingen zeer de aandacht getrokken van Engelsche onderzoekers vooral Glisson, Willis, Wharton, Charleton, e.a. volgens Tor ner en het psychologische en paedagogische gedeelte is in de negentiende eeuw weer ac tueel geworden. Het betreft voomameiyk de wederzydsche inwerking van lichaam en ziel, waaraan Sabuco zeer verdienstelijke gevolg trekkingen voor het bestuur van ons wezen ont leent. Leest men nu uit geschiedkundige belang stelling bijvoorbeeld dit boek door, en weet men het boven vermelde van den schryver, dan verbaast men zich een keer te meer over de tweeslachtigheid van onze natuur. Deze man maakt treffend rake opmerkingen over het bestuur van ons bestaan en ons leven, hij geeft blijk van ongewoon groote begaafdheid en oorspronkeiykheid, hy laakt met scherpe woor den het procedeeren en de haarkloveryen der wetteiyke bepalingenen hij leeft jaren lang in onmin met zyn heele familie ter wille van een handje vol geld, waarvoor hij notarissen, gezegelde paperassen en spitsvondig opgestel de overeenkomsten noodig heeft.... 0 Zooals bekend, is door 't Crisis-Zuivelbureau een krachtige propaganda ter hand genomen voor een grooter buitenlandsch verbruik van onze zuivelproducten. De Noord-Hollandsche Kern, welke gezeteld is te Alkmaar, heeft voor de gemeenten Velsen, Beverwyk, Wijk aan Zee en Duin en Heemskerk een propaganda-commissie benoemd. Eere-voorzitters dezer commissie zyn Mr. M. M. Kwint, burgemeester van Velsen, Mr. H. J. J. Scholtens, burgemeester van Beverwijk en W. M. J. A. Vreugde, burgemeester van Heems kerk. Tot voorzitter is benoemd de heer W. P. Maris te Driehuis en tot leden: mevr. Moens te Beverwyk, Dr. L. S. Limborgh Meyer te Velsen, Ing. H. A. B Bunnemeijer te Beverwyk, I. S. Hagen te Velsen, J. Zwanenburg te lJmuiden, J. Bisschop te Beverwyk, H. H. Meyer te Vel sen, J. Goedhart te Velsen, L. J. Henneman te Beverwyk, I. Sliggers te LJmuiden, M. Need te Driehuis, C. Joor te Wyk aan Zee en Duin. Als secretaris der commissie fungeert de heer W. Chr. Suwerink, chef der afdeeling Onderwys, ter Gemeente-Secretarie van Velsen. De commissie is inmiddels reeds met hare werkzaamheden begonnen en door haar initia tief zyn reeds verschillende lezingen met de monstraties gehouden voor de afdeelingen van verschillende vrouwenbonden, welke uitmun tend geslaagd zyn. Verschillende plannen voor een grootere pro paganda naar buiten zyn in een vergevorderd stadium van voorbereiding en op een binnen kort te houden persconferentie zullen nierover nadere inlichtingen worden verstrekt. Deze plannen omvatten: filmavonden, lezin gen, demonstraties, oprichting van melkkics- ken, bevordering gebruik van melk voor school- voeding etc. Inlichtingen betreffende de werkwijze der commissie etc. zyn voor belanghebbenden en andere betrokkenen steeds te verkrijgen by den secretaris der commissie ten Stadhuize te Vel sen, 40-jarig jubileum Donderdag 26 Maart zal het 40 jaren geleden zyn dat de thans 76- jarige heer Jacob Splinter, wonende aan den Sloterweg naby Hoofddorp, door den gemeen teraad van Haarlemmermeer werd benoemd tot lid van het burgeriyk armbestuur dezer ge meente. De spoorbrug by Oude-Wetering De spoor lijn HoofddorpLeiden is vanaf 1 Januari 1936 stopgezet; daardoor is de brug over de ringvaart naby Oude-Wetering voor het spoorwegverkeer buiten gebruik gekomen. De directie van de N.V. Krachtvoederfabriek „Muskator" te Oude-Wetering, die een van de grootste belanghebbenden is, heeft de medewer king van het gemeentebestuur van Alkemade en diverse omwonende ingezetenen ingeroepen, als gevolg waarvan de directie van de Neder- landsche Spoorwegen te Utrecht zich bereid heeft verklaard om de spoorbrug over de Ring vaart beschikbaar te stellen voor een betere verkeersverbinding tusschen het dorp Oude- Wetering en de Haarlemmermeer, mits de kos ten van bediening en onderhoud door anderen zullen worden gedragen. Om nu via deze spoorbrug deze nieuwe ver binding tot stand te brengen, zal het noodig zijn, dat aan de zijde van Oude-Wetering een bestaande weg belangrijk wordt verbreed en verbeterd, waarvan de kosten door bovenge noemde gemeente zullen worden gedragen. Bovendien zal noodig zyn wegens loon voor twee brugwachters voor dag- en nachtdienst ad 20.per week per persoon, 2080.wegens kosten van verlichting met inbegrip van smeer olie 120.en voor het maken van een ander brugdek 300.totaal 2500. Door de directie van bovengenoemde fabriek en andere belanghebbenden is per jaar een som ad 1500.toegezegd, zoodat nog een bedrag ad 1000.moet worden gevonden. De raad van de gemeente rAlkemade heeft in zijn laatstgehouden vergadering besloten gedu rende twee jaren de exploitatie van deze brug voor het groote algemeene rijverkeer voor eigen rekening te willen nemen, indien de gemeente Haarlemmermeer en het bestuur van den Haar lemmermeerpolder bereid zullen zyn alsdan ieder een derde gedeelte van de nog ontbreken de 1000.by te dragen. Het komt B. en W. van deze gemeente voor, dat het bij deze zaak betrokken gemeentebelang deze uitgave volkomen rechtvaardigt, temeer omdat d'e gemeente Haarlemmermeer met den veerman J. P. A. de Jong te Oude-Wetering een contract heeft loopen, waarbij hy zich verbindt om tegen betaling van 150.— per jaar alle schoolgaande kinderen in deze gemeente wo nende, vrye overvaart te verleenen. B. en W. stellen dan ook den Raad voor aan het totstandkomen van deze zaak mee te werken. Mariene Dietrich in „Begeerte" van Lubitsch en Borzage Een geraffineerde. Voor zeer korten tyd vestigde zich hier, Pontstraat 41, zekere G. Hij woonde daar met een dame. Deze menschen hebben het huis van meubels laten voorzien, boodschappen gehaald, twee manufacturiers goederen laten leveren, een gasfornuis opge daan enz., alles op diverse manieren zonder betalen. Dezen morgen was de deur open en mynheer en mevrouw waren verdwenen! De Meubelleverancier heeft zijn meubels wegge haald, de sanitairleverancier het door hem ver kochte. De politie stelt een onderzoek in. Ons Burgerlijk Armbestuur. Het wordt noodzakelyk geacht, dat het Burgerlijk Armbe stuur zijn uitgaven gaat verminderen. Het is bekend, dat het gemeentebestuur voor 1936 aan het B.A. f51.000 heeft toegestaan. Het aantal ondersteunden is gestegen tot 220 gevallen, waaronder 60 eigen werkers, kleine zelfstandige luitjes dus. Dit aantal is het dubbele van vroe ger, terwijl de begrooting voor 1936 op dien zelfstandigen steun niet was ingesteld. Het B.A. zag zijn uitgaven daardoor dermate toenemen, dat het meende zoo niet te mogen voortgaan. Het college achtte dit niet verantwoord en meende evenmin op eigen gezag' ingrijpende maatregelen te mogen nemen. Want zoo voort gaande, zouden de f 51.000 met f 20.000 werden overschreden. Overleg met B. en W. moest dus gepleegd worden. Dit is geschied. Het dag. be stuur der g<emeente oordeelt het onmogelijk de bedoelde f 20.000 als aanvulling te kunnen prae- adviseeren aan den raad, omdat er onmogelijk dekking voor gevonden kan worden. Immer: met de grootst denkbare moeite is de begroo ting sluitend gemaakt en iedere nieuwe uitgave van eenige bete'ekenis brengt Hillegom in de categorie der noodlydende gemeenten. Het B.A. was daardoor genoodzaakt vele bijzondere gevallen af te wijzen en over de geheele linie de uitkeeringen te verminderen. De verpleging in ziekenhuizen van chronische zieken verslond duizenden guldens aan extra uitkeeringen Hierin zal dan ook, hoe pynlyk het zy, ver mindering geschieden, terwijl de steun zich evenals vroeger hoofdzakelijk zal bepalen tot de ouden van dagen en tot hen, die onbekwaam tot werken zyn. Het zyn drastische maatrege len, doch ze zyn onafwendbaar. Maar hoe spaarzaam het B.A. ook met de gevoteerde gel den omgaat (het deed trouwens nooit anders!) toch wordt betwijfeld of er rond te komen is met die f 51.000. De ouden van dagen, die in 1935 by het B.A. werden ondergebracht, ontvin gen een grooteren steun dan de vroeger ge- steunden, verkeerden dus in een bevoorrechte positie. Dit verandert en ook deze zullen min der gaan ontvangen. Het is voor de leden van het B.A. inderdaad zeer pijnlijk, te willen hel pen en dit niet te kunnenook voor B. en W. is dat zoo. Moge men dat beseffen: van onwil is geen sprake. Woningbouwvereeniging „St. Joseph" Maandagavond werd in het R. K. Vereenigings- gebouw de jaarvergadering gehouden van de Woningbouwvereeniging „St. Joseph". Uit het jaarverslag blijkt, dat het aantal leden tot tachtig is gestegen. Bif ministerieel besluit is de verlenging der rente-annuïteit voor blok A. niet doorgegaan; van blok B. is de rente-annuïteit gesteld van 50 op 75 jaar, waarvan een kleine huurverlaging het gevolg is gewteest. Vorig jaar heeft het bestuur een nieuw plan by de gemeente ingediend tot het bouwen van twintig nieuwe arbeiderswoningen. Dit heeft tot gevolg gehad, dat het gemeente bestuur besloten heeft onder eigen beheer zes tien nieuwe arbeiderswoningen te laten bouwen waarvoor reeds een strook grond is aangekocht langs den Vogelenzangscheweg. Deze trage gang van zaken heeft het bestuur minder aangenaam gestemd, daar er nog ruim een veertigtal leden is, dat een huis wensoht te betrekken van de Woningbouwvereeniging. Het bestuur is reeds vele malen hierover in correspondentie en in overleg getreden met den Nationalen Woningraad. Indien binnen afzien- baren tyd geen practische resultaten zichtbaar worden, zal het bestuur een nieuw bouwplan indienen. Vervolgens kon de voorzitter dertien nieuwe leden installeeren. Inplaats van het aftredend bestuurslid den heer J. de Winter, w<erd met algemeene stem men gekozen de heer A. de Kok. Bij de rondvraag werden vragen gesteld over de hooge kosten van het water. Het bestuur antwoordde dat het reeds alles in het werk gesteld heeft om verlaging te krijgen, maar zonder resultaat. Tenslotte dankten eenige leden het bestuur voor het vele werk en in 't bijzonder voor het totstandkomen van huurverlaging voor blok B. worden U geboden door advertentie-reclame in de rubriek „Omroepers". Laat die U niet ont glippen. De prys kan geen bezwaar zya, want voor slechts 50 cent per regei komt Uw zaken- Omroeper onder dfi aandacht van 80.000 ge zinnen. De titel van de film „Begeerte" („Desire") is niet goed gekozen. Er ontwikkelt zich weliswaar een liefdesaffaire in deze film, doch het begrip begeerte in den gebruikelijken zin komt niet aan bod. De film gaat ver boven dit begrip uit en maakt zich los van alle onge zonde sensatie, die met dit begrip, in de films althans, gepaard pleegt te gaan. Het woord „begeerte" past dan ook niet in 'n verhaal, dat als een lichte comedie wordt op- gedischt en dat tot menig komisch en verras send accent aanleiding geeft. Frank Borzage is de regisseur van deze film, waarvan echter Ernst Lubitsch de productie leiding had. Lubitsch kennende kan men rustig concludeeren, dat hy op onzachte manier de hand in het geval moet hebben gehad, want meer dan eens voelt men zyn aanstekelijk cy nisme door de film heen breken, waardoor het geheel vrij wat prettiger aanslaat dan wanneer Borzage op eigen gelegenheid zou gewerkt heb ben. Ziehier dus een der eerste successen, die Lubitsch boeken kan sinds hy productieleider der Paramount is geworden. De film zet in met een tafereel, dat door Lu bitsch moet geïnspireerd zyn. Een elegante vrouw (Mariene Dietrich) treedt een juwelierszaak bin nen en bestelt een paarlen collier van een paar miUiosn, te bezorgen om zes uur by dokter die en die, haar man. Zy bezoekt dokter die en die en kondigt de komst van haar man aan, lijdend aan hallucinaties. De patiënt komtom zes uur. Mevrouw verschynt eveneens, neemt het collier in ontvangst, brengt de heeren by elkaar en verdwynt. De juwelier alias de patiënt presenteert een nota, de dokter verklaart hem voor een ernstig geval en aan het einde van de film zyn de heeren nog even ver. Daar tusschen door echter speelt zich een reeks avonturen af. Ingenieur Bradley (Gary Cooper), eveneens wer kend in Parys, gaat op vacantie en stuift met zijn racewagen over de wegen, die naar het zon nige Spanje leiden. Voor hem rijdt een elegante vrouw, die hy een paar maal ter zijde moet staan als zij pech heeft. Aan de grens, waar de douane streng is, laat zy haar collier verdwynen in een jaszak van den jongeman en van nu af is zij aan hem verbonden. Zy rijdt voor hem uit, krijgt weer pech en zal ditmaal maar op zijn voorstel om saam verder te reizen ingaan. De man heeft zyn jas uitgetrokken en in zyn koffer gestopt. Geen kans dus voor de dievegge. Als hij even uitstapt om zyn wagen op te poetsen, geeft zij gas en verdwynt, maar ook ditmaal vergeefs, want de koffer met de jas met de parels staat op den weg. •In het hotel te San Sebastian, waar de vrouw als een gravin en een harer handlangers als een prins staan ingeschreven, duikt de Ameri kaan op om schadevergoeding te eischen. Maar juist dit moment brengt de kentering in de ge schiedenis, want twee menschen zyn verliefd geworden: de elegante vrouw en de Amerikaan - sche ingenieur. Na eenige bekentenissen dreigt alles toch nog mis te loopen. De pseudo-prins begeeft zich in het beproefde middel der chan tage, maar aan een laatste diner weet de Ame rikaan met de noodige koelbloedigheid en niet zonder geest zijn tegenstander letterlijk en fi- guurlyk te ontwapenen en even later staat het gelukkige tweetal tegenover den Paryschen ju welier, die zyn collier terugkrijgt en de zaak blauw blauw zal laten. Of de staat dit eveneens zal doen, staat te bezien, doch als het jonge paar voor den ambtenaar van den burgerlyken stand verschynt om getrouwd te worden, blykt ons, dat de dievegge op eerewoord van rechtsvervol ging werd ontslagen. Het feest kan doorgaan, de getuigen worden binnengeroepen; twee cor recte heeren.... de juwelier en de dokter.... Dit is het gegeven in enkele trekken. Het ligt er maar aan, hoe een en ander wordt verteld en het wordt vervelend of onderhoudend. Hier hebben we te doen met een byzonder onderhou dende film, die vol geestige vondsten zit en op lichten tred voorbyglydt. Deze vondsten be treffen meer de regie dan wel de taal der be wegende beelden en meer de soms verrassende dialogen dan wel de direct filmische vormge ving. By onderwerpen als deze echter voelt men het gemis aan scherpe vormgeving minder naarmate de regie prettige dingen doet. En zoo kan men deze film, die intusschen voor volwas senen gereserveerd blijve, van harte genieten zonder ergernissen en ontwapend door de soms rake zetten, die Borzage en Lubitsch over het doek uitstrooien in woord en beeld. Dbg. Hans Moser en Rudolf Forster in „Carlo Cavelli" Erich Engel, de regisseur, die de film „Car lo Cavelli" heeft vervaardigd, heeft in den loop der jaren nooit de beloften ge wekt, die hy in deze film inlost. „Carlo Ca velli" is namelyk een interessante en tot het einde boeiende film geworden, die gemakke- lyk boven de middelmaat uitgaat en waar naar men met plezier kykt. De film voor een meesterwerk uit te maken, zou overdreven zyn Meesterwerken zyn uiterst zeldzaam, ook in de film. Maar een merkwaardige film heeft En gel ons toch gegeven en niemand zal er spyt van hebben haar te hebben gezien. Ditmaal is de geschiedenis die de film ver telt eens niet afgezaagd en van alle kanten be kend. We maken kennis met den hoogeschool- ryder Carlo Cavelli (Rudolf Forster) het type van den voornamen, mannelijken man, wiens successen in het variété ongekend zyn. Hij is in Weenen een mysterieuze verschyning, daar hij alleen voorzien van een masker optreedt. Dit heeft zijn reden, die ons kenbaar gemaakt wordt, als de film de gedachten van Cavelli zichtbaar maakt en den toeschouwer sugge reert, dat Cavelli, eens een adellyk Oosten- ryksch officier, zyn besten vriend heeft moe ten aanbrengen wegens spionnage tijdens den grooten oorlog. Om echter den vader van den vriend, een generaal en den chef van den ge- neralen staf, voor de schande te sparen, spre ken enkele kameraden af, dat zyn beste vriend hem beleedigen zal om hem tot een duel te dwingen. In ditduel wordt de spion gedood en de vader leeft verder in haat tegen den man, die zyn zoon neerschoot. Jaren gaan voorby en het kleine zusje van den spion is tot een jongedame opgegroeid. Om een gedwongen huwelijk te ontgaan, ver laat zy het ouderlyke huis, wendt zich tot den mysterieuzen en beroemden Cavelli met het verzoek, haar tot paardrijdster te willen opleiden. Aldus geschiedt, tot Cavelli ontdekt, wie het meisje is. Het is te Iaat om met haar te breken. Beiden houden van elkaar, doch het toeval wydt het meisje in in den waren naam van haar beminde en zij weigert met hem Weenen te verlaten. Zy is laat in den avond in gezelschap van haar vader, als drie offi cieren zich laten aandienen, die zeggen geko men te zijn op verzoek van Cavelli. Cavelli zelf heeft reeds Irene, zyn verloof de bereikt en alshet gezelschap voltallig is, verzoekt Cavelli den heeren een protocol voor te lezen, waaruit de geheele waarheid bekend wordt. Het was de eenige uitweg om het ge luk te veroveren, zy het dan ook ten koste van de. vereering, die de vader al die jaren voor zyn zoon was blyven koesteren. Als gezegd: Erich Engel heeft deze ge schiedenis zeer goed verteld, met verrassende spanningen, verstaanbaar en helder en toch in een respectabelen vorm. Rudolf Forster, wellicht de meest voorname en mannelyke speler in de filmwereld, trof ook hier zijn aantrekkelyke allure, die Angela Sal- loker als Irene ver achter zich laat. Volwassenen kunnen deze film zeker ge nieten. Er worden waarlyk wel mindere pro ducten aan de markt gebracht. Bekneld geraakt In den nacht van Maan dag op Dinsdag is de 36-jarige arbeider J. Adri- chem, wonende te Wijk aan Duin en Werkzaam bij den slakkenberg voor de firma Pelt en Hooy- kaas, bij het weer op de rails plaatsen van een smalspoorwagen, doordat deze uitschoot, met het rechterbeen bekneld geraakt. Nadat de verbandmeester der Hoogovens de eerste hulp had verleend, werd de getroffene naar het Roode Kruis-ziekenhuis te Beverwijk vervoerd. Burgeriyke Stand Geboren: F. Scheelbeek van den Berg, z. H. van BurkGoedhart, a. E. J. G. Maas—Riesenbeck, d. P. van LoonMeijer, z. G. WalstraHof, z. Overleden: Maria Johanna Bruisschaart, 1 mnd. Johanna de Gelder, wed. van P. van den Berge, 57 j. Jantje Dekker, echtgen. van D. Schipper, 68 j. Gysbertje Brands, Wed. van J. Snel, 63 j. Berichten reeds geplaats in een deel onzer vorige oplaag. ZURICH, 27 Mrt. (ANP) De „Neue Züricher Zeitung" bevat onder den titel „Een stervend volk?" een artikel van een medewerker in Duitschland. De verkiezingspropaganda in Duitschland wyst er met trotsch op hoe uit *t „stervend volk" van voor 1933 sindsdien een „groeiend volk" geboren is. Als bewys daarvoor wordt de achteruitgang van het aantal levend geborenen van twee mil lioen in het jaar 1901 tot 975.000 in 1933 aange haald en wordt uitgerekend, dat tot het jaar 2050 Duitschlands bevolking van 65 millioen in 1933 tot 25 millioen zou zyn verminderd, indien het nationaal-socialisme het aantal levend geborenen in 1935 niet weer had doen stygen tot 1.25 millioen. Als voorbeeld wordt verder aangehaald, dat de stad Berlijn in 1932 een sterfte-overschot had van 12.208 en in 1935 een geboorteoverschot van 5793. By nadere bestudeering der cyfers blykt echter, dat Duitschland sindsdien weer een „stervend volk" is geworden om in de taal der nationaal-socialisten te spreken. In December 1935 is namelyk te Berlijn evenals in de an dere groote steden het aantal geboorten met 4768 achtergebleven by het cyfer van het vo rige jaar van 5079, terwijl het aantal sterfge vallen met 5092 het aantal van het vorige jaar van 4744 overtreft. Dit beteekent, dat by een geboorte-overschot van 335 in December 1934 voor het eerst weer een sterfte-overschot van 324 valt te constateeren. Bovendien staat vast, dat de ontwikkeling in deze richting voortduurt en dat het hoogtepunt der. geboorten reeds weer is overschreden. Het aantal huweiyken te Berlyn bedroeg in Decem ber 2663, hetgeen nog niet de helft is van het aantal in December 1934, toen de huwelyksgolf een hoogtepunt van 5832 bereikte. In het ge heele rUk bedroeg in 1935 het aantal huwelijken nog slechts 650.000 tegen 731.431 in 1934. De eerste beslissing in de wedstrijden om de clubkampioenschappen 1935-1936 der Haarlem- sche Damclub is thans gevallen. In de tweede klasse behaalde J. Balk het vereischte puntental om naar de hoofdklasse te promoveeren. Hieronder publiceeren wy den eindstand der derde klasse competitie van den Nederl. Dam- bond, afdeeling Noord. De Haarlemsche Damclub IV behaalde on geslagen het clubkampioenschap dezer afdee ling. 1. Haarl. Damclub IV 2 2 0 2515 4 2. Haarl. Damclub V 2 11 1822 2 3. Damcl. „lJmuiden" IV 2 0 2 1723 0 De Haarlemsche Damclub IV zal nu uitko men in den eindstryd om het derde klasse club kampioenschap van Nederland. V - 'WV !y l geen drie meter zicht en dan nog zonder achterlicht? 'i Is 'g poging tot zelfmoord om zondtr achterlicht te rijden (om van stilstaan heelemaal niet te spreken!) Alleen reeds het transport naar een ziekenhuis is heel wat duurder dan de aan schaffing van een veilig achter licht! Over: SCHOONMAAKTIJD—KLEEDINGFONDS- TIJD Nu de lieve lente in het land is en de huis moeders hieraan de onafscheidelijke schoonmaak verbinden, komt alles uit 'hoeken en gaten en verbaasd bemerkt men nog in het bezit te zijn van dingen, die men al lang vergeten had. veilig opgeborgen als ze waren in een hoek van den zolder of in een op non-activiteit gestelde kast. Derhalve had men ze niet meer noodig, maar...' ze waren nog te goed om weg te doen. Gelukkig want nu kunnen we er onze medemenschen, die een en ander o zoo goed gebruiken kunnen, blü mee maken! Tafels, stoelen, ledikanten, matrassen, hoofd kussens, wiegen, letteriyk alles is van de gading van het „Heemsteedsche Kleedlngfonds", dat ook zoo gaarne heerencostuums. schoenen, mantels, japonnen, ondergoed enz. in ontvangst neemt! Zijn kasten zijn leeg en de diverse verlang lijstjes talrijk. Een telefoontje naar Raadhuisplein 8, (280181 of naar Achterweg 22, (23335) en dankbaar wordt alles weggehaald. Heemstede, Lentemaand 1936. Het bestuur, Zr. T. VAN KETEL Zr. A. DERKSEN Mvr. G. CHABOT—V. GASTEREN Mej. L. HILLEN ÏJMTJ3DEN. 25 Maart. Ryksvischafslag. Tarbot 6480 ct. per kg. Griet 9.00—22 per 50 kg. Tong 4874 cent per kg. Groote Schol 10.00—13, mi» del Schol 10.00—15, Zetschol 13.00—20. klein® Schol 2.8016, Bot 4.5010. Schar 1.60—o-jNJ; Tongschar 13.0020. Pieterman en Poon 2.40 4.30. groote Schelvisch 8.5011.50, middel Sche - visch 1013.50, kl. midd. Schelvisch 7.60—la; kleine Schelvisch 2.508.50 per 50 kg. Kanf„r jauw 9.5036 per 125 kg. Gullen 4.10— lc T>'. 50 kg. Leng 0.251.03 per stuk. Heilbot 40 cent per kg. Wijting 2.20—3.50 per 50 kg. Koo' visch 6—70 cent per stuk. Makreel 0.90—1.20 Pel 50 kg. van de Woensdag aan den Rijksvlschafslag aan' gekomen STOOMTRAWLERS 55 Amstelstroom 75 manden 1060.Oostzee manden 1350.Adelante 415 manden l*40- - Bergen 450 manden 1680.Ita 45 mand 900.Bloemendaal 190 manden 1270.li®» beth Bettie 150 manden 1040.—. Gloria 130 m»" den 1530.Christine 390 manden 1600.- n. ria Elisabeth 65 manden 790.—, Dolfijn 50 m»* den 800.Condor 40 manden 920. jta' BEUGEK VI. 199 1090.—. LOGGERS K.W.: 154 180.—. 114 180.—. 78 800.—, 380.— 147 350,—, 22 300,—, 48 300.—

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1936 | | pagina 10