EEN SPAANSCHE VROUW ALS
LICHT DER WETENSCHAP
Men bekijft ons:
Oliva Sabuco
De film „Begeerte"
WOENSDAG 25 MAART 1936
GROOTE MOGELIJKHEDEN
Carlo Cavelli"
Geboorte en huwelijk
in Duitschland
Zwart als de Nacht!
Snelle beroemdheid
Het boek zelf
UIT DEN OMTREK
DE ZUIVELPROPAGANDA
Districts-cominissie voor
Kennemerland
HAARLEMMERMEER
HILLEGOM
VOGELENZANG
Lubitsch en Borzage samen
Rudolf Forster in een
spannende film'
VELSEN
Na de eerste vloedgolf sterk
dalende cijfers in het
Derde Rijk
DAMMEN
HAARLEMSCHE DAMCLUB
L Balk promoveert naar de
hoofdklasse
Competitie derde klasse
V-V-
RIJKSVISCHAFSLAG
STAAT VAN BESOMMINGEN
Speciale correspondentie
In het jaar 1587 verscheen te Madrid een
omvangrijk werk, geheeten Nieuwe Wijsbe
geerte. Naar de gewoonte van dien tijd
droeg het boek een langen ondertitel, welke
vermeldde dat dit werk een oorspronkelijke
beschouwing over de natuurlijke gesteldheid
des menschen gaf. De inzichten waartoe de
auteur was gekomen reikten verder zoo zeide
de titel van het boek dan die van de wijs-
geeren der klassieke oudheid. Het practiscb
resultaat daarvan was dat de auteur in staat
was afdoende raadgevingen en middelen te
verschaffen voor het stoffelijk en geestelijk
welzijn.
Er was in die jaren in Spanje geen gebrek
aan oorspronkelijke denkers en onderzoekers.
De wijsgeerige studies hadden een groote hoog
te bereikt, en zij hadden tot propaedeutiek voor
allerlei wetenschappelijk onderzoek gediend.
Ook de natuurphilosophie had tot verrassende
resultaten geleid en de medische studies had
den daarvan profijt getrokken. Er waren merk
waardige ontdekkingen gedaan, waarover felle
debatten werden gevoerd en tal van vlugschrif
ten werden geschreven, en er was een leven
dige belangstelling van de zijde van het pu
bliek. Het feit dat een volk van ongeveer acht
millioen zielen aan zijn vele universiteiten te
zamen meer dan twintig duizend studenten
telde (drie maal zooveel dus als tegenwoordig
in Nederland, dat onder zijn overbevolkte uni
versiteiten begint te zuchten), kan de alge-
meene intellectueele belangstelling zijdelings
belichten.
Het verschijnen van deze „Nieuwe Wijsbe
geerte" zou evenwel niet zulk een treffende
gebeurtenis op de drukke boekenmarkt zijn
geworden, als het werk niet van de hand van
een vrouw afkomstig was geweest. Oliva Sa
buco stond er op het titelblad. En dit trok de
aandacht. Binnen een jaar was de eerste op
laag uitverkocht.
Met de gebruikelijke deemoedige plechtig
heid schreef de auteur als voorbericht voor het
boek een opdracht aan den koning. Hij vraagt
daarin bijzondere belangstelling en bescher
ming voor het werk omdat „er slechts weinig
boeken van de hand van een vrouw verschij
nen, en dit de eerste bijdrage tot de wijsbe
geerte is van een vrouw." Het geschrift bleek
verder menig nieuw gezichtspunt te bevatten,
het beheerschte de vragen volgens den stand
der wetenschappen van dien tijd, en het was
zeer onderhoudend in de, toen zoo geliefde,
samenspraken geschreven. Het boek ging van
hand tot hand, de tweede druk ging even vlug
als de eerste, en de belangstelling bleef leven
dig. Veertig jaren na de verschijning van den
eersten druk kwam er in Portugal (Braga) een
editie voor de Portugeesche lezers, en het boek
is in trek gebleven. De volgende eeuwen kwa
men er nieuwe drukken in het licht, de laat
ste volledige editie is van het jaar 1888, en
mij bereikt nu een keurig verzorgde bloem
lezing uit de afzonderlijke colloquia van eenige
maanden geleden.
De naam van Oliva Sabuco is aanstonds be
roemd geworden en zij is het spreekwoordelijk
geworden voorbeeld voor de begaafdheid der
Spaansche vrouw en den hoogen stand der we
tenschappen in het zestiende-eeuwsche Spanje
geworden „waar zelfs vrouwen hoogleeraren in
de. wijsbegeerte waren
De auteur vertelt niets omtrent zichzelf, dus
de verbeelding kreeg vrij spel. Zeer uiteenloo-
pende gissingen zijn omtrent haar gemaakt,
en een goed deel van de onjuiste meeningen
gingen uit van haar naam. De opdracht aan
Philips den Tweeden was onderteekend Oliva
de Nantes Sabuco Barrera. De naam de Nan
tes deed aan Fransche afstamming denken, en
op dit voor de hand liggend vermoeden bouw
den allerlei lieden een uitgewerkte genealogie.
Anderen verkeken zich in den naam Barrera.
den naam van een beroemd medicus, lijfarts
des konings, en hielden de schrijfster voor de
dochter van den grooten man. Weinigen dach
ten aan een bescheiden apotheker Sabuco in
de provincie.
Een merkwaardig bedrog
Ten allen tijde zijn er van die uiterst sluwe
vogels die zich niet laten bedotten, door welk
lokmiddel ook, en zoo zijn er van het ver
schijnen van dit geruchtmakende boek af
knappe koppen geweest die geweigerd hebben
te gelooven dat dit boek door een vrouw zou
geschreven zijn. De aard, de opzet, de stijl, de
degelijke en oorspronkelijke kennis van het
werk deden, in een tijd waarin de vrouw zel
den tot wetenschappelijk onderzoek kwam, ver
scheidene vakmenschen ernstig twijfeien aan
het auteurschap van Oliva. Het heeft echter
drie en een halve eeuw geduurd eer die twij
fel zekerheid is geworden, en deze zekerheid
heeft ons voor een nieuw raadsel geplaatst.
Sinds in het jaar 1903 Marco Hidalgo onwe-
dersprekeljjk heeft aangetoond dat niet Oliva
maar haar vader de auteur van het veelgele
zen werk is, heeft men naar de redenen van
het bedrog gezocht, en daarvoor onderschei
dene motieven opgegeven.
Het onderzoek naar Oliva's (familie werd
zeer bemoeilijkt door de groote vrijheid die
er destijds bestond in bet voeren van den naam.
Als een voorbeeld noem ik de familie van de
heilige Theresia. Haar vader heette Alfonso
SAnchez de Capeda, maar geen van haar broe
ders heeft dien naam gelijkelijk gevoerd. De
Spanjaarden droegen naar verkiezing, hetzij
den naam van hun vader of (en) dien van
hun moeder, of dien van een hunner groot
ouders of verre verwanten. Oliva Sabuco heeft
van haar jeugd af de familienamen van haar
peter en meter gedragen, de Nantes en de
Barrera.
Nu is echter komen vast te staan det Oliva
de dochter is van Miguel Sabuco Alvarez, eon
apotheker uit Alcaraz (provincie Albacete).
Deze apotheker, een heel begaafd man, had
zijn boek uitgegeven onder den naam van zijn
dochter Oliva (het vijfde van zijn negen kin
deren), volgens zijn bewering om deze dochter
beroemd te maken, doch in werkelijkheid om
den verkoop van het boek te bevorderen en
zich met de opbrengst te verrijken. Miguel
Sabuco was dus, wat men in sommige handels
kringen noemt, een handig baasje met een
fijnen neus voor doeltreffende reclame.
Een zonderling heerschap
De boeken werden vlug verkocht, en de op
eenvolgende drukken bleven ongewijzigd ver
melden dat de auteur Oliva Sabuco was. Nie
mand wist van den apotheker diep uit de pro
vincie die het geld iA het laatje kreeg. Dat
hem dit geld niet zou ontgaan was hem een
dagelijksche zorg. De eerste druk van het boek
was nog niet verschenen, en reeds liet hij ten
overstaan van een notaris en eenige getuigen
by gezegelde acte vaststellen dat hy, Miguel.
en niet Oliva, zyn dochter, de schryver van
de „Nieuwe Wijsbegeerte" was. Het heele
stadje wist daar al spoedig by geruchte van,
en de verschillende notariëele stukken die nu
uit de plaatselijke archieven zijn opgedolven,
spreken in hun vormelijke, verstarde taal nog
van de hevige twisten die in de familie Sa
buco zyn ontstaan naar aanleiding van de
verdeeling der baten van het grif verkochte
boek. Oliva en haar vader schijnen als water
en vuur tegenover elkaar te hebben gestaan,
en Alonso, de oudste zoon van Miguel, werd
in deze twisten betrokken. Alonso kreeg name
lijk de opdracht voor de uitgave en verkoop
van het werk in Portugal te zorgen, een op
dracht die, zoover wij weten, pas jaren later
tot een goed -einde is gekomen, en vader Mi
guel zocht zich door allerlei contracten tegen
zyn zoon te beveiligen. De oude Sabuco schijnt
een heftig, opvliegend heer te zyn geweest, en
een echte duitendief. Hij schijnt in het kleine
plaatsje Alcaraz het telt thans nog geen
vijfduizend inwoners een goed bestaan te
hebben gehad, en hij had uitnemende relaties
in de provincie en zelfs in andere streken van
Spanje. Men kan zich verbazen over de vele
tegenstrydige eigenschappen in hem, liefde
voor de wetenschap, systematische ijver en hel
derheid van oordeel, en daartegenover, schraap
zucht, bedriegiyke reclame-makery ter wille
van gewin, argwaan, kleinzieligheid, en op
vliegendheid.
Terwijl echter de naam van zyn dochter
in geheel Spanje en Europa beroemd werd,
deed hij geen poging om dien roem waarop
hy recht had voor zich op te eischen in
het openbaar. Hij ging door met over de
toonbank pillen en drankjes te verkoopen
het gemeentebestuur diende hij flinke „apo
thekersrekeningen" in voor medicijnen ver
strekt aan de armen en hij bepaalde zich
er toe een waakzaam oog op zijn zoon en
dochter te houden, en hen aan notariëele ban
den te leggen.
De ontdekking
De roman is nu uit, maar drie en een halve
eeuw lang is het geheim bewaard gebleven. De
looze vermoedens zyn pas bevestigd door Marco
Hidalgo, die de gissingen van vroegere ge
schiedschrijvers volgend eindelijk in de archie
ven de oplossing vond. Zooals gewoonlijk is
echter de juiste toedracht van de zaak nog
romantischer dan de legende, en met al deze
in het licht gegeven notariëele acten en ar
chiefstukken in handen, kunnen wij de hui
selijke omstandigheden van een merkwaardig
Spaansch gezin uit de zestiende eeuw samen
stellen. Tevoren kan men er zich over ver
baasd hebben dat een jonge vrouw zulk een
geleerd en veelzijdig werk als de „Nieuwe
Wijsbegeerte" kon schrüven, nu vragen wy
ons af waarom een vrouw van 25 jaar, die reeds
zeven jaar gehuwd was, zich tot zulk een
comedie van kwaden smaak heeft kunnen lee-
nen en zich bij koninklijke decreten als auteur
van eens andermans werk heeft kunnen laten
aanwijzen.
Ik hoorde eens een notaris zeggen dat zijn
beroep een kwaden kyk op de menschen geeft:
men ziet hen meestal terwille van „het aard-
sche slijk" argwanend en vijandig tegenover
elkander staan. Deze acten die wij betreffen
de de Sabuco's in handen hebben gekregen,
spreken van jarenlangen strijd en achterdocht
om de opbrengsten van een boekdat heil
zame raadgevingen bevatte voor de gezond
heid van lichaam en ziel des menschen.
De jongste uitgave van het boek, een keu
rige bloemlezing met voortreffelijke inleiding
van Torner, geeft een Juisten indruk van den
aard van dit zooveel besproken werk. Het is
een stel van beschouwende samenspraken over
de kennis van zichzelf (de zielkunde), de sa
menstelling van de wereld (de cosmographie)
het bestuur van de wereld (de politiek en
oeconomie), de verzorging van ziel en karak
ter (de paedagogie) en de verzorging van het
lichaam (de geneeskunde). Het geheel is een
mengeling van buitengewoon scherpe en oor-
spronkeiyke opmerkingen en, ons grappig aan
doende, kinderlijke opvattingen. Sommige der
verkondigde theorieën hebben den stoot tot
vruchtbaar onderzoek gegeven (bijv. die van
de aan de hersenen onttrokken voedende sub
stanties welke in het lichaam circuleeren). In
de zeventiende en achttiende eeuw hebben die
beschouwingen zeer de aandacht getrokken
van Engelsche onderzoekers vooral Glisson,
Willis, Wharton, Charleton, e.a. volgens Tor
ner en het psychologische en paedagogische
gedeelte is in de negentiende eeuw weer ac
tueel geworden. Het betreft voomameiyk de
wederzydsche inwerking van lichaam en ziel,
waaraan Sabuco zeer verdienstelijke gevolg
trekkingen voor het bestuur van ons wezen ont
leent.
Leest men nu uit geschiedkundige belang
stelling bijvoorbeeld dit boek door, en weet
men het boven vermelde van den schryver,
dan verbaast men zich een keer te meer over
de tweeslachtigheid van onze natuur. Deze
man maakt treffend rake opmerkingen over
het bestuur van ons bestaan en ons leven, hij
geeft blijk van ongewoon groote begaafdheid en
oorspronkeiykheid, hy laakt met scherpe woor
den het procedeeren en de haarkloveryen der
wetteiyke bepalingenen hij leeft jaren lang
in onmin met zyn heele familie ter wille van
een handje vol geld, waarvoor hij notarissen,
gezegelde paperassen en spitsvondig opgestel
de overeenkomsten noodig heeft....
0
Zooals bekend, is door 't Crisis-Zuivelbureau
een krachtige propaganda ter hand genomen
voor een grooter buitenlandsch verbruik van
onze zuivelproducten.
De Noord-Hollandsche Kern, welke gezeteld
is te Alkmaar, heeft voor de gemeenten Velsen,
Beverwyk, Wijk aan Zee en Duin en Heemskerk
een propaganda-commissie benoemd.
Eere-voorzitters dezer commissie zyn Mr. M.
M. Kwint, burgemeester van Velsen, Mr. H. J.
J. Scholtens, burgemeester van Beverwijk en
W. M. J. A. Vreugde, burgemeester van Heems
kerk. Tot voorzitter is benoemd de heer W. P.
Maris te Driehuis en tot leden: mevr. Moens te
Beverwyk, Dr. L. S. Limborgh Meyer te Velsen,
Ing. H. A. B Bunnemeijer te Beverwyk, I. S.
Hagen te Velsen, J. Zwanenburg te lJmuiden,
J. Bisschop te Beverwyk, H. H. Meyer te Vel
sen, J. Goedhart te Velsen, L. J. Henneman te
Beverwyk, I. Sliggers te LJmuiden, M. Need te
Driehuis, C. Joor te Wyk aan Zee en Duin. Als
secretaris der commissie fungeert de heer W.
Chr. Suwerink, chef der afdeeling Onderwys,
ter Gemeente-Secretarie van Velsen.
De commissie is inmiddels reeds met hare
werkzaamheden begonnen en door haar initia
tief zyn reeds verschillende lezingen met de
monstraties gehouden voor de afdeelingen van
verschillende vrouwenbonden, welke uitmun
tend geslaagd zyn.
Verschillende plannen voor een grootere pro
paganda naar buiten zyn in een vergevorderd
stadium van voorbereiding en op een binnen
kort te houden persconferentie zullen nierover
nadere inlichtingen worden verstrekt.
Deze plannen omvatten: filmavonden, lezin
gen, demonstraties, oprichting van melkkics-
ken, bevordering gebruik van melk voor school-
voeding etc.
Inlichtingen betreffende de werkwijze der
commissie etc. zyn voor belanghebbenden en
andere betrokkenen steeds te verkrijgen by den
secretaris der commissie ten Stadhuize te Vel
sen,
40-jarig jubileum Donderdag 26 Maart
zal het 40 jaren geleden zyn dat de thans 76-
jarige heer Jacob Splinter, wonende aan den
Sloterweg naby Hoofddorp, door den gemeen
teraad van Haarlemmermeer werd benoemd tot
lid van het burgeriyk armbestuur dezer ge
meente.
De spoorbrug by Oude-Wetering De spoor
lijn HoofddorpLeiden is vanaf 1 Januari 1936
stopgezet; daardoor is de brug over de ringvaart
naby Oude-Wetering voor het spoorwegverkeer
buiten gebruik gekomen.
De directie van de N.V. Krachtvoederfabriek
„Muskator" te Oude-Wetering, die een van de
grootste belanghebbenden is, heeft de medewer
king van het gemeentebestuur van Alkemade
en diverse omwonende ingezetenen ingeroepen,
als gevolg waarvan de directie van de Neder-
landsche Spoorwegen te Utrecht zich bereid
heeft verklaard om de spoorbrug over de Ring
vaart beschikbaar te stellen voor een betere
verkeersverbinding tusschen het dorp Oude-
Wetering en de Haarlemmermeer, mits de kos
ten van bediening en onderhoud door anderen
zullen worden gedragen.
Om nu via deze spoorbrug deze nieuwe ver
binding tot stand te brengen, zal het noodig
zijn, dat aan de zijde van Oude-Wetering een
bestaande weg belangrijk wordt verbreed en
verbeterd, waarvan de kosten door bovenge
noemde gemeente zullen worden gedragen.
Bovendien zal noodig zyn wegens loon voor
twee brugwachters voor dag- en nachtdienst ad
20.per week per persoon, 2080.wegens
kosten van verlichting met inbegrip van smeer
olie 120.en voor het maken van een ander
brugdek 300.totaal 2500.
Door de directie van bovengenoemde fabriek
en andere belanghebbenden is per jaar een som
ad 1500.toegezegd, zoodat nog een bedrag
ad 1000.moet worden gevonden.
De raad van de gemeente rAlkemade heeft in
zijn laatstgehouden vergadering besloten gedu
rende twee jaren de exploitatie van deze brug
voor het groote algemeene rijverkeer voor eigen
rekening te willen nemen, indien de gemeente
Haarlemmermeer en het bestuur van den Haar
lemmermeerpolder bereid zullen zyn alsdan
ieder een derde gedeelte van de nog ontbreken
de 1000.by te dragen.
Het komt B. en W. van deze gemeente voor,
dat het bij deze zaak betrokken gemeentebelang
deze uitgave volkomen rechtvaardigt, temeer
omdat d'e gemeente Haarlemmermeer met den
veerman J. P. A. de Jong te Oude-Wetering een
contract heeft loopen, waarbij hy zich verbindt
om tegen betaling van 150.— per jaar alle
schoolgaande kinderen in deze gemeente wo
nende, vrye overvaart te verleenen.
B. en W. stellen dan ook den Raad voor aan
het totstandkomen van deze zaak mee te
werken.
Mariene Dietrich in „Begeerte" van
Lubitsch en Borzage
Een geraffineerde. Voor zeer korten tyd
vestigde zich hier, Pontstraat 41, zekere G. Hij
woonde daar met een dame. Deze menschen
hebben het huis van meubels laten voorzien,
boodschappen gehaald, twee manufacturiers
goederen laten leveren, een gasfornuis opge
daan enz., alles op diverse manieren zonder
betalen. Dezen morgen was de deur open en
mynheer en mevrouw waren verdwenen! De
Meubelleverancier heeft zijn meubels wegge
haald, de sanitairleverancier het door hem ver
kochte. De politie stelt een onderzoek in.
Ons Burgerlijk Armbestuur. Het wordt
noodzakelyk geacht, dat het Burgerlijk Armbe
stuur zijn uitgaven gaat verminderen. Het is
bekend, dat het gemeentebestuur voor 1936 aan
het B.A. f51.000 heeft toegestaan. Het aantal
ondersteunden is gestegen tot 220 gevallen,
waaronder 60 eigen werkers, kleine zelfstandige
luitjes dus. Dit aantal is het dubbele van vroe
ger, terwijl de begrooting voor 1936 op dien
zelfstandigen steun niet was ingesteld. Het B.A.
zag zijn uitgaven daardoor dermate toenemen,
dat het meende zoo niet te mogen voortgaan.
Het college achtte dit niet verantwoord en
meende evenmin op eigen gezag' ingrijpende
maatregelen te mogen nemen. Want zoo voort
gaande, zouden de f 51.000 met f 20.000 werden
overschreden. Overleg met B. en W. moest dus
gepleegd worden. Dit is geschied. Het dag. be
stuur der g<emeente oordeelt het onmogelijk de
bedoelde f 20.000 als aanvulling te kunnen prae-
adviseeren aan den raad, omdat er onmogelijk
dekking voor gevonden kan worden. Immer:
met de grootst denkbare moeite is de begroo
ting sluitend gemaakt en iedere nieuwe uitgave
van eenige bete'ekenis brengt Hillegom in de
categorie der noodlydende gemeenten. Het
B.A. was daardoor genoodzaakt vele bijzondere
gevallen af te wijzen en over de geheele linie
de uitkeeringen te verminderen. De verpleging
in ziekenhuizen van chronische zieken verslond
duizenden guldens aan extra uitkeeringen
Hierin zal dan ook, hoe pynlyk het zy, ver
mindering geschieden, terwijl de steun zich
evenals vroeger hoofdzakelijk zal bepalen tot de
ouden van dagen en tot hen, die onbekwaam
tot werken zyn. Het zyn drastische maatrege
len, doch ze zyn onafwendbaar. Maar hoe
spaarzaam het B.A. ook met de gevoteerde gel
den omgaat (het deed trouwens nooit anders!)
toch wordt betwijfeld of er rond te komen is
met die f 51.000. De ouden van dagen, die in
1935 by het B.A. werden ondergebracht, ontvin
gen een grooteren steun dan de vroeger ge-
steunden, verkeerden dus in een bevoorrechte
positie. Dit verandert en ook deze zullen min
der gaan ontvangen. Het is voor de leden van
het B.A. inderdaad zeer pijnlijk, te willen hel
pen en dit niet te kunnenook voor B. en W.
is dat zoo. Moge men dat beseffen: van onwil
is geen sprake.
Woningbouwvereeniging „St. Joseph"
Maandagavond werd in het R. K. Vereenigings-
gebouw de jaarvergadering gehouden van de
Woningbouwvereeniging „St. Joseph".
Uit het jaarverslag blijkt, dat het aantal leden
tot tachtig is gestegen.
Bif ministerieel besluit is de verlenging der
rente-annuïteit voor blok A. niet doorgegaan;
van blok B. is de rente-annuïteit gesteld van
50 op 75 jaar, waarvan een kleine huurverlaging
het gevolg is gewteest.
Vorig jaar heeft het bestuur een nieuw plan
by de gemeente ingediend tot het bouwen van
twintig nieuwe arbeiderswoningen.
Dit heeft tot gevolg gehad, dat het gemeente
bestuur besloten heeft onder eigen beheer zes
tien nieuwe arbeiderswoningen te laten bouwen
waarvoor reeds een strook grond is aangekocht
langs den Vogelenzangscheweg.
Deze trage gang van zaken heeft het bestuur
minder aangenaam gestemd, daar er nog ruim
een veertigtal leden is, dat een huis wensoht
te betrekken van de Woningbouwvereeniging.
Het bestuur is reeds vele malen hierover in
correspondentie en in overleg getreden met den
Nationalen Woningraad. Indien binnen afzien-
baren tyd geen practische resultaten zichtbaar
worden, zal het bestuur een nieuw bouwplan
indienen.
Vervolgens kon de voorzitter dertien nieuwe
leden installeeren.
Inplaats van het aftredend bestuurslid den
heer J. de Winter, w<erd met algemeene stem
men gekozen de heer A. de Kok.
Bij de rondvraag werden vragen gesteld over
de hooge kosten van het water. Het bestuur
antwoordde dat het reeds alles in het werk
gesteld heeft om verlaging te krijgen, maar
zonder resultaat.
Tenslotte dankten eenige leden het bestuur
voor het vele werk en in 't bijzonder voor het
totstandkomen van huurverlaging voor blok B.
worden U geboden door advertentie-reclame in
de rubriek „Omroepers". Laat die U niet ont
glippen. De prys kan geen bezwaar zya, want
voor slechts 50 cent per regei komt Uw zaken-
Omroeper onder dfi aandacht van 80.000 ge
zinnen.
De titel van de film „Begeerte" („Desire")
is niet goed gekozen. Er ontwikkelt zich
weliswaar een liefdesaffaire in deze film,
doch het begrip begeerte in den gebruikelijken
zin komt niet aan bod. De film gaat ver boven
dit begrip uit en maakt zich los van alle onge
zonde sensatie, die met dit begrip, in de films
althans, gepaard pleegt te gaan.
Het woord „begeerte" past dan ook niet in 'n
verhaal, dat als een lichte comedie wordt op-
gedischt en dat tot menig komisch en verras
send accent aanleiding geeft.
Frank Borzage is de regisseur van deze film,
waarvan echter Ernst Lubitsch de productie
leiding had. Lubitsch kennende kan men rustig
concludeeren, dat hy op onzachte manier de
hand in het geval moet hebben gehad, want
meer dan eens voelt men zyn aanstekelijk cy
nisme door de film heen breken, waardoor het
geheel vrij wat prettiger aanslaat dan wanneer
Borzage op eigen gelegenheid zou gewerkt heb
ben. Ziehier dus een der eerste successen, die
Lubitsch boeken kan sinds hy productieleider
der Paramount is geworden.
De film zet in met een tafereel, dat door Lu
bitsch moet geïnspireerd zyn. Een elegante vrouw
(Mariene Dietrich) treedt een juwelierszaak bin
nen en bestelt een paarlen collier van een paar
miUiosn, te bezorgen om zes uur by dokter die
en die, haar man. Zy bezoekt dokter die en die
en kondigt de komst van haar man aan, lijdend
aan hallucinaties. De patiënt komtom zes
uur. Mevrouw verschynt eveneens, neemt het
collier in ontvangst, brengt de heeren by elkaar
en verdwynt. De juwelier alias de patiënt
presenteert een nota, de dokter verklaart hem
voor een ernstig geval en aan het einde van de
film zyn de heeren nog even ver. Daar tusschen
door echter speelt zich een reeks avonturen af.
Ingenieur Bradley (Gary Cooper), eveneens wer
kend in Parys, gaat op vacantie en stuift met
zijn racewagen over de wegen, die naar het zon
nige Spanje leiden. Voor hem rijdt een elegante
vrouw, die hy een paar maal ter zijde moet staan
als zij pech heeft. Aan de grens, waar de douane
streng is, laat zy haar collier verdwynen in een
jaszak van den jongeman en van nu af is zij aan
hem verbonden. Zy rijdt voor hem uit, krijgt
weer pech en zal ditmaal maar op zijn voorstel
om saam verder te reizen ingaan. De man heeft
zyn jas uitgetrokken en in zyn koffer gestopt.
Geen kans dus voor de dievegge.
Als hij even uitstapt om zyn wagen op te
poetsen, geeft zij gas en verdwynt, maar ook
ditmaal vergeefs, want de koffer met de jas
met de parels staat op den weg.
•In het hotel te San Sebastian, waar de vrouw
als een gravin en een harer handlangers als
een prins staan ingeschreven, duikt de Ameri
kaan op om schadevergoeding te eischen. Maar
juist dit moment brengt de kentering in de ge
schiedenis, want twee menschen zyn verliefd
geworden: de elegante vrouw en de Amerikaan -
sche ingenieur. Na eenige bekentenissen dreigt
alles toch nog mis te loopen. De pseudo-prins
begeeft zich in het beproefde middel der chan
tage, maar aan een laatste diner weet de Ame
rikaan met de noodige koelbloedigheid en niet
zonder geest zijn tegenstander letterlijk en fi-
guurlyk te ontwapenen en even later staat het
gelukkige tweetal tegenover den Paryschen ju
welier, die zyn collier terugkrijgt en de zaak
blauw blauw zal laten. Of de staat dit eveneens
zal doen, staat te bezien, doch als het jonge paar
voor den ambtenaar van den burgerlyken stand
verschynt om getrouwd te worden, blykt ons,
dat de dievegge op eerewoord van rechtsvervol
ging werd ontslagen. Het feest kan doorgaan,
de getuigen worden binnengeroepen; twee cor
recte heeren.... de juwelier en de dokter....
Dit is het gegeven in enkele trekken. Het ligt
er maar aan, hoe een en ander wordt verteld
en het wordt vervelend of onderhoudend. Hier
hebben we te doen met een byzonder onderhou
dende film, die vol geestige vondsten zit en op
lichten tred voorbyglydt. Deze vondsten be
treffen meer de regie dan wel de taal der be
wegende beelden en meer de soms verrassende
dialogen dan wel de direct filmische vormge
ving. By onderwerpen als deze echter voelt men
het gemis aan scherpe vormgeving minder
naarmate de regie prettige dingen doet. En zoo
kan men deze film, die intusschen voor volwas
senen gereserveerd blijve, van harte genieten
zonder ergernissen en ontwapend door de soms
rake zetten, die Borzage en Lubitsch over het
doek uitstrooien in woord en beeld.
Dbg.
Hans Moser en Rudolf Forster in
„Carlo Cavelli"
Erich Engel, de regisseur, die de film „Car
lo Cavelli" heeft vervaardigd, heeft in
den loop der jaren nooit de beloften ge
wekt, die hy in deze film inlost. „Carlo Ca
velli" is namelyk een interessante en tot het
einde boeiende film geworden, die gemakke-
lyk boven de middelmaat uitgaat en waar
naar men met plezier kykt. De film voor een
meesterwerk uit te maken, zou overdreven zyn
Meesterwerken zyn uiterst zeldzaam, ook in de
film. Maar een merkwaardige film heeft En
gel ons toch gegeven en niemand zal er spyt
van hebben haar te hebben gezien.
Ditmaal is de geschiedenis die de film ver
telt eens niet afgezaagd en van alle kanten be
kend. We maken kennis met den hoogeschool-
ryder Carlo Cavelli (Rudolf Forster) het type
van den voornamen, mannelijken man, wiens
successen in het variété ongekend zyn. Hij is
in Weenen een mysterieuze verschyning, daar
hij alleen voorzien van een masker optreedt.
Dit heeft zijn reden, die ons kenbaar gemaakt
wordt, als de film de gedachten van Cavelli
zichtbaar maakt en den toeschouwer sugge
reert, dat Cavelli, eens een adellyk Oosten-
ryksch officier, zyn besten vriend heeft moe
ten aanbrengen wegens spionnage tijdens den
grooten oorlog. Om echter den vader van den
vriend, een generaal en den chef van den ge-
neralen staf, voor de schande te sparen, spre
ken enkele kameraden af, dat zyn beste vriend
hem beleedigen zal om hem tot een duel te
dwingen. In ditduel wordt de spion gedood
en de vader leeft verder in haat tegen den
man, die zyn zoon neerschoot.
Jaren gaan voorby en het kleine zusje van
den spion is tot een jongedame opgegroeid.
Om een gedwongen huwelijk te ontgaan, ver
laat zy het ouderlyke huis, wendt zich tot
den mysterieuzen en beroemden Cavelli met
het verzoek, haar tot paardrijdster te willen
opleiden. Aldus geschiedt, tot Cavelli ontdekt,
wie het meisje is. Het is te Iaat om met haar
te breken. Beiden houden van elkaar, doch het
toeval wydt het meisje in in den waren naam
van haar beminde en zij weigert met hem
Weenen te verlaten. Zy is laat in den avond
in gezelschap van haar vader, als drie offi
cieren zich laten aandienen, die zeggen geko
men te zijn op verzoek van Cavelli.
Cavelli zelf heeft reeds Irene, zyn verloof
de bereikt en alshet gezelschap voltallig is,
verzoekt Cavelli den heeren een protocol voor
te lezen, waaruit de geheele waarheid bekend
wordt. Het was de eenige uitweg om het ge
luk te veroveren, zy het dan ook ten koste van
de. vereering, die de vader al die jaren voor
zyn zoon was blyven koesteren.
Als gezegd: Erich Engel heeft deze ge
schiedenis zeer goed verteld, met verrassende
spanningen, verstaanbaar en helder en toch
in een respectabelen vorm.
Rudolf Forster, wellicht de meest voorname
en mannelyke speler in de filmwereld, trof ook
hier zijn aantrekkelyke allure, die Angela Sal-
loker als Irene ver achter zich laat.
Volwassenen kunnen deze film zeker ge
nieten. Er worden waarlyk wel mindere pro
ducten aan de markt gebracht.
Bekneld geraakt In den nacht van Maan
dag op Dinsdag is de 36-jarige arbeider J. Adri-
chem, wonende te Wijk aan Duin en Werkzaam
bij den slakkenberg voor de firma Pelt en Hooy-
kaas, bij het weer op de rails plaatsen van een
smalspoorwagen, doordat deze uitschoot, met
het rechterbeen bekneld geraakt. Nadat de
verbandmeester der Hoogovens de eerste hulp
had verleend, werd de getroffene naar het
Roode Kruis-ziekenhuis te Beverwijk vervoerd.
Burgeriyke Stand Geboren: F. Scheelbeek
van den Berg, z. H. van BurkGoedhart,
a. E. J. G. Maas—Riesenbeck, d. P. van
LoonMeijer, z. G. WalstraHof, z.
Overleden: Maria Johanna Bruisschaart, 1
mnd. Johanna de Gelder, wed. van P. van
den Berge, 57 j. Jantje Dekker, echtgen. van
D. Schipper, 68 j. Gysbertje Brands, Wed. van
J. Snel, 63 j.
Berichten reeds geplaats in een deel onzer
vorige oplaag.
ZURICH, 27 Mrt. (ANP) De „Neue Züricher
Zeitung" bevat onder den titel „Een stervend
volk?" een artikel van een medewerker in
Duitschland. De verkiezingspropaganda in
Duitschland wyst er met trotsch op hoe uit *t
„stervend volk" van voor 1933 sindsdien een
„groeiend volk" geboren is.
Als bewys daarvoor wordt de achteruitgang
van het aantal levend geborenen van twee mil
lioen in het jaar 1901 tot 975.000 in 1933 aange
haald en wordt uitgerekend, dat tot het jaar
2050 Duitschlands bevolking van 65 millioen in
1933 tot 25 millioen zou zyn verminderd, indien
het nationaal-socialisme het aantal levend
geborenen in 1935 niet weer had doen stygen
tot 1.25 millioen. Als voorbeeld wordt verder
aangehaald, dat de stad Berlijn in 1932 een
sterfte-overschot had van 12.208 en in 1935 een
geboorteoverschot van 5793.
By nadere bestudeering der cyfers blykt
echter, dat Duitschland sindsdien weer een
„stervend volk" is geworden om in de taal der
nationaal-socialisten te spreken. In December
1935 is namelyk te Berlijn evenals in de an
dere groote steden het aantal geboorten met
4768 achtergebleven by het cyfer van het vo
rige jaar van 5079, terwijl het aantal sterfge
vallen met 5092 het aantal van het vorige jaar
van 4744 overtreft. Dit beteekent, dat by een
geboorte-overschot van 335 in December 1934
voor het eerst weer een sterfte-overschot van
324 valt te constateeren.
Bovendien staat vast, dat de ontwikkeling in
deze richting voortduurt en dat het hoogtepunt
der. geboorten reeds weer is overschreden. Het
aantal huweiyken te Berlyn bedroeg in Decem
ber 2663, hetgeen nog niet de helft is van het
aantal in December 1934, toen de huwelyksgolf
een hoogtepunt van 5832 bereikte. In het ge
heele rUk bedroeg in 1935 het aantal huwelijken
nog slechts 650.000 tegen 731.431 in 1934.
De eerste beslissing in de wedstrijden om de
clubkampioenschappen 1935-1936 der Haarlem-
sche Damclub is thans gevallen.
In de tweede klasse behaalde J. Balk het
vereischte puntental om naar de hoofdklasse te
promoveeren.
Hieronder publiceeren wy den eindstand der
derde klasse competitie van den Nederl. Dam-
bond, afdeeling Noord.
De Haarlemsche Damclub IV behaalde on
geslagen het clubkampioenschap dezer afdee
ling.
1. Haarl. Damclub IV 2 2 0 2515 4
2. Haarl. Damclub V 2 11 1822 2
3. Damcl. „lJmuiden" IV 2 0 2 1723 0
De Haarlemsche Damclub IV zal nu uitko
men in den eindstryd om het derde klasse club
kampioenschap van Nederland.
V - 'WV !y l
geen drie meter zicht en dan
nog zonder achterlicht?
'i Is 'g poging tot zelfmoord om
zondtr achterlicht te rijden (om
van stilstaan heelemaal niet te
spreken!) Alleen reeds het
transport naar een ziekenhuis
is heel wat duurder dan de aan
schaffing van een veilig achter
licht!
Over: SCHOONMAAKTIJD—KLEEDINGFONDS-
TIJD
Nu de lieve lente in het land is en de huis
moeders hieraan de onafscheidelijke schoonmaak
verbinden, komt alles uit 'hoeken en gaten en
verbaasd bemerkt men nog in het bezit te zijn
van dingen, die men al lang vergeten had. veilig
opgeborgen als ze waren in een hoek van den
zolder of in een op non-activiteit gestelde kast.
Derhalve had men ze niet meer noodig, maar...'
ze waren nog te goed om weg te doen. Gelukkig
want nu kunnen we er onze medemenschen, die
een en ander o zoo goed gebruiken kunnen, blü
mee maken!
Tafels, stoelen, ledikanten, matrassen, hoofd
kussens, wiegen, letteriyk alles is van de gading
van het „Heemsteedsche Kleedlngfonds", dat ook
zoo gaarne heerencostuums. schoenen, mantels,
japonnen, ondergoed enz. in ontvangst neemt!
Zijn kasten zijn leeg en de diverse verlang
lijstjes talrijk.
Een telefoontje naar Raadhuisplein 8, (280181
of naar Achterweg 22, (23335) en dankbaar wordt
alles weggehaald.
Heemstede, Lentemaand 1936.
Het bestuur,
Zr. T. VAN KETEL
Zr. A. DERKSEN
Mvr. G. CHABOT—V. GASTEREN
Mej. L. HILLEN
ÏJMTJ3DEN. 25 Maart. Ryksvischafslag. Tarbot
6480 ct. per kg. Griet 9.00—22 per 50 kg. Tong
4874 cent per kg. Groote Schol 10.00—13, mi»
del Schol 10.00—15, Zetschol 13.00—20. klein®
Schol 2.8016, Bot 4.5010. Schar 1.60—o-jNJ;
Tongschar 13.0020. Pieterman en Poon 2.40
4.30. groote Schelvisch 8.5011.50, middel Sche -
visch 1013.50, kl. midd. Schelvisch 7.60—la;
kleine Schelvisch 2.508.50 per 50 kg. Kanf„r
jauw 9.5036 per 125 kg. Gullen 4.10— lc T>'.
50 kg. Leng 0.251.03 per stuk. Heilbot 40
cent per kg. Wijting 2.20—3.50 per 50 kg. Koo'
visch 6—70 cent per stuk. Makreel 0.90—1.20 Pel
50 kg.
van de Woensdag aan den Rijksvlschafslag aan'
gekomen
STOOMTRAWLERS
55
Amstelstroom 75 manden 1060.Oostzee
manden 1350.Adelante 415 manden l*40- -
Bergen 450 manden 1680.Ita 45 mand
900.Bloemendaal 190 manden 1270.li®»
beth Bettie 150 manden 1040.—. Gloria 130 m»"
den 1530.Christine 390 manden 1600.- n.
ria Elisabeth 65 manden 790.—, Dolfijn 50 m»*
den 800.Condor 40 manden 920.
jta'
BEUGEK
VI. 199 1090.—.
LOGGERS
K.W.: 154 180.—. 114 180.—. 78 800.—, 380.—
147 350,—, 22 300,—, 48 300.—