i A v Persoonlijkheid GRENSINCIDENTEN IN HET VERRE OOSTEN M'A Ax^x\x^ GLASFABRIEK LEERDAM STOPGEZET Kerkelijk leven ZONDAG 5 APRIL 1936 U.S.S.-p^ l l i LEEKEPREEKEN NED. MIJ. VOOR NIJVERHEID EN HANDEL Departement Oost-Brabant opgericht OFFICIEELE CRISIS PUBLICATIE EERSTE KAMER Ned. Sociologische Vereeniging Te Amsterdam opgericht Afgekondigde staatsbladen Gemeentebegrooting van Nijmegen Door Gedeputeerde Staten van Gelderland niet goedgekeurd MELKPRODUCTIE BLIJFT STIJGEN Hr. Ms. kruiser „De Ruyter" Gemeente Vogelwaarde Vereeniging van de gemeenten Boschkapelle, Stoppeldijk, Hengstdijk en Ossenisse voorgesteld Verduistering door deurwaarder Arrestatie tijdens zitting van Rotterdamsche Rechtbank Tenzij Regeering helpt, staan 11 April 900 arbeiders op straat NIJ VERHEIDSR AAD Een ongewenscht symptoom Nederlandsch fabrikaat MR. G. HART NAAR INDIK VERTROKKEN Geen audiëntie PASTOOR A. J. BURGMANS f c .{=>QOS~^r 3) Op den laatsten Zondag van de Vasten, den altijd opnieuw ontróerenden Palm zondag, leest de priester onder de H. Mis het Lijdensverhaal van Christus, uit het Evan gelie van Mattheus en nog driemaal daarna in de hierop volgende Goede Week wordt opnieuw de Passie van Jezus naar de beschrijving van de overige Evangelisten gelezen. Wat is het kenmerkende van deze vier dra ma's over een en hetzelfde onderwerp? Dit, dat de figuur van den hoofdpersoon een persoon lijkheid en wel een volmaakte persoonlijkheid is. Afgescheiden van de overweging, welke voor de geloovige christenen geldt, dat wij hier na melijk met een lijdenden én stervenden God- m e n s c h te doen hebben, trekt de verheven figuur van den hoofdpersoon door buitengewone mensehelijke kwaliteiten de aandacht. Nooit is in zoo weinig bladzijden en met zulke sobere taal het beeld van een held, van een ver boven de middelmaat uitstekende persoonlijkheid, van een wilskrachtigen, doelbewusten mensch ge- teekend als in het lijdensverhaal der Evange liën. Daar groeit voor ons oog een man, die bin- hen één etmaal de allerbeste kwaliteiten van het mensehelijke ras in de hoogste volkomen heid ontplooit. Hij is pacifist: wanneer een zijner volgelingen Hem wil verdedigen en een van de mannen uit het vijandelijk kamp ver kondt, geneest Hij den aangevallen vijand en zegt tot Zijn leerling: steek het zwaard in de scheede! Wanneer een van Zijn meest intieme vrienden Hem verraadt, wisselt Hij slechts één enkelen blik en één enkel woord, om den ver rader nog tot inkeer te brengen. Voor Zijn rech ters getuigt Hij koelbloedig voor de waarheid, met de wetenschap, dat dit Zijn dood beteekent; maar voor een wellusteling als Herodes en te midden van een lichtzinnig gezelschap zwijgt Hij in hoogheid en ondanks alle pressie, drei gementen en bespottingen, is geen woord over Zijn lippen te krijgen. Op Zijn tocht naar het schavot, den kruis berg, sleept Hij gelaten Zijn eigen marteltuig voort; de om Hem weenende vrouwen vermaant Hij slechts te denken aan eigen zieleheil en niet om Hem te treuren; de vrouw die Hem een liefdedienst bewijst beloont Hij met een teeken van Zijn wondermacht. Hangend aan het schandhout brengt Hij een medegekruisigde tot inkeer en boetvaardigheid; bidt Hij voor Zijn vijanden en verontschuldigt hen. Ook wie niet het geluk heeft te gelooven in de Godheid welke in de Christusfiguur schuil gaat; wie nu nog niet met den Romeinschen soldaat kan getuigen: „ja Waarlijk, deze is de ZdÖh Gods"; ook hij moet erkennen, dat deze Jezus een persoonlijkheid was, zooals er in het menschelijk geslacht weinig of geen zijn aan te wijzen. De ongeloovigen en vijanden van hef Christendom mogen onzen godsdienst beschim pen, de godheid van den Verlosser loochenen, ons van afgoderij en bijgeloof betichten: aan de grootheid van de persoonlijkheid welke de mensch in Jezus was, kunnen zij tegenover de historische waarheid niet raken. Dit ten allerminste moeten zij erkennen, dat de chris tenen in den Stichter van hun godsdienst de meest volmaakte en verhevenste persoonlijkheid vereeren, waarop het menschelijk geslacht roe men kan. Is er voor een mensch grooter lof denkbaar? Wanneer wij iemand bij het vieren van een ge denkdag prijzen of hem bij zijn afsterven roe men, allerlei verdiensten opsommen, zijn titels optellen, zijn werk in het zonlicht stellen, dan weten wij allen heel goed, dat er bij dien lof meestal veel overdrevens is. Den held van den dag, of den betreurden doode worden graag aller lei dingen toegeschreven, die geheel of gedeel telijk feitelijk het werk van anderen, meer be scheiden personen zijn. Wanneer echter van iemand op goede gronden wordt gezegd: hij was een persoonlijkheid dan is dit een lof, waaraan niets of niemand kan raken, een lof die niet voortkomt uit bijkomende omstandigheden, uit hooge functies, eeretitels, relaties, geboorte, vol brachte v'arken: neen: de persoonlijkheid spreekt van binnen uit; zij wijst op bijzondere karak tereigenschappen; op geheel iets eigens in woor den en daden, in gedrag en optreden, in bestu ren of dienen: in één woord, zij onderscheidt het individu van de massa. Natuurlijk kan zulk een persoonlijkheid goed en slecht zijn. Een sterk karakter met een krachtigen wil en andere bijzondere eigenschap pen kan zijn talenten zoowel ten goede als ten kwade richten. De volksmond echter heeft het begrip „persoonlijkheid" al met het betere, het verhevene in den mensch verbonden. Wanneer men zonder meer van een persoonlijkheid spreekt bedoelt men daarmee doorgaans iemand van beteekenis in den goeden zin van het woord En zóó is het goed! Het wijst op het instinct, dat wij allen nog van onzen ongerepten staat hebben overgehouden, dat de mensch oorspron kelijk van een onbedorven natuur was; dat hij althans tot het verhevene en goede bestemd is. Maar ook al kan een persoonlijkheid zijn ta lenten misbruiken, het feit, dat hij een zelf standig karakter heeft is een compliment op zichzelf. Een ieder, die in opvoeding of leiding gesteld is, kan niet beter doen dan anderen tot Persoonlijkheid te vormen en te kweeken of al thans in anderen het persoonlijke element zoo veel mogelijk naar voren te halen. Zoo ooit, dan is dit van belang in onzen ver- Vlakkenden en massalen tijd, waarin het indi- vidueele onder massaregie dreigt verloren te gaan. Wij weten wel, dat de propagandisten voor den éénen leider, den éénen staat, het ééne volk en hoe al dat fraais mag heeten, zich beroepen op de dwalingen van een vroegere Periode, toen door het individualisme de volks gemeenschap werd versplinterd, de zw'akken aan het brute geweld van enkelen werden opgeofferd, de bedrijfsvrede door klassenstrijd voortdurend Werd bedreigd of verstoord. Maar zij begaan een schromelijke vergissing, een historische fout, Wanneer zij meenen de, kwalen van het verle den te kunnen bestrijden en opheffen door de Persoonlijkheid in het individu te onderdrukken Een staat, waarin alle individuen vrij spel heb ben, zal een gevaar opleveren voor de econo misch zwakken; een staat, waarin de georga niseerde groepsbelangen om de macht vechten, zal innerlijk verzwakt worden; maar een volk, dat zich laat gelijkschakelen, dat bukt onder de macht van een enkeling, geeft de gemeen schap over aan corruptie, sluit den weg af voor normale krachtsontplooiing en stelt alle gees telijke goederen in de waagschaal. Het kiest den zekersten weg naar algemeen karakterbe- derf; het houdt onherroepelijk karaktervorming tegen, wat op den duur neerkomt op een ver lies aan persoonlijkheden. Ook bij de meest algemeene vrijheid is het vormen van karakters al uiterst moeilijk. De mensch is van nature een kuddedier; hij kijkt van anderen af, zoekt altijd den weg van den geringsten w'eerstand wat zeggen wil, dat hij het liefst nadoet wat hij anderen heeft zien voordoen. Het eigene, het persoonlijke, is bij de meesten slechts in geringe mate aanwezig. En dit weinige wordt nog door het streven naar het massale, door gelijkscha keling van boven af, onderdrukt. De zin en de lust om zich te bekwamen, ten einde tot de besten te behooren en zóó tot een belangrijke functie op te klimmen, wordt ge smoord. Immers, waar de propaganda hoogtij viert, wordt allereerst naar gezindheid en niet naar bekwaamheid gevraagd. De weinige leiders zoeken voor het verdeelen van baantjes naar vleiers en zoogenaamde „getrouwen". Critiek is uit den booze, critische geesten komen nooit aan bod. De Fransche staatsman Tardieu zei dezer dagen in een redevoering een woord van groote wijsheid toen hij sprak: ik geloof niet aan func ties; ik geloof slechts aan ideeën! Het komt er Weinig op aan iets te zijn; hef komt er heel veel op aan iemand te zijn. Vraag het aan de jeugd van onze dagen, of zij dit woord verstaat. Neen; zij vraagt slechts: waar heb ik nog een kans, daar ga ik voor leeren! Aanleg, liefde voor vak of beroep, spe len geen rol. Slechts twee factoren gelden: een mooie titel en een hooge belooning; persoon lijke eigenschappen komen niet in vraag. Ont wikkeling der persoonlijkheid is buitengesloten. Men streeft er slechts naar iets, niet om iemand te worden. Liever een goed betaalde strooman, dan een karig bezoldigde persoonlijk heid. En zoo lijdt de menschheid aan de ergste kwaal, waaraan zij lijden kan: de verscheiden heid verschrompelt tot eenvormigheid; de stu wing van het goede naar het betere, van het betere naar het beste, het streven naar het hoogste verdwijnt: het menschelijk geslacht valt, aan geestelijke bloedarmoede ten prooi. Voor het godsdienstig leven geldt dit alles evenzeer en in nog hoogere mate. Niet enkel in en voor de maatschappij hebben wij te streven naar ontwikkeling onzer persoonlijkheid; voor het religieuze leven geldt dit evenzeer. Doch hieraan wijden wij een afzonderlijke beschou wing. LIBRA In Hotel du Commerce te Eindhoven is Za terdagmiddag de oprichtingsvergadering gehou den van het departement Oost-Brabant van de Mij. voor Nijverheid en Handel. Deze vergade ring werd voorgezeten door mr. H. F. van Wal- sem, secr. der Philips Gloeilampenfabrieken, die in zijn openingswoord memoreerde, hoe reeds vaak aandrang is .uitgeoefend om in Oost-Bra bant, dat een belangrijk industrie-centrum is. een departement van Nijverheid en Handel op te richten. Spr. wees op de groote kracht, welke de Mij. vertoont, want zij is opgericht in 1777 en heeft dus zoowel het Fransche regime als den wereldoorlog overleefd. Het nieuwe depar tement wil noch zal nadeel doen aan de be staande organisaties; het wil samenwerken met de officieele Kamers van Koophandel en met de speciale vereenigingen in deze streek. Vervolgens werd overgegaan tot het verkiezen van het definitieve bestuur, waarbij uit de ver gadering de wensch gehoord werd, dat het voorloopig bestuur zal aanblijven als definitief bestuur. Het is thans samengesteld uit de hee- ren mr. H. van Walsem te Eindhoven; dipl.-ing. D. L. Jonker te Den Bosch; C. G. J. van Lanschot te St. Michiels-Gestel; mr. J. C. van Sandick; W. N. J. Backers, beidne te Eind hoven; ir. A. A. Bienfait te Helmond; L. de Gruyter Lzn. te Den Bosch; A. L. M. v. d. Lan de te Helmond; C. Raming te Waalwijk en M. van Zwanenberg te Oss. Nadat de heer Plate, lid van het hoofdbestuur der Maatschappij, zeer in het kort een over zicht had gegeven van enkele werkzaamheden, waarmede de Mij. zich bezig houdt, sprak oud minister Posthuma over „De internationale handel, zijn moeilijkheden en mogelijkheden". Na deze rede, waarvan wij reeds verslag ga ven, werd het officieele gedeelte der vergade ring gesloten. In een huishoudelijké bijeen komst werden de reglementen vastgesteld. De Nederlandsche Meelcentrale maakt be kend: Het gedeelte van het prijsverschil per 100 kg. voor den Invoer van tot veevoeder verwerkte oliehoudende zaden, pitten en noten, bedoeld in artikel 8. b. onder 2e, van de Crisis-Akker- bcuwbeschikking 1934 I, is vastgesteld als volgt: Inklaring van Inklaring van 6 April af t.m. 1 Mei af t.m. 30 April 1936: 31 Aug. 1936: voor lijnkoeken ƒ1.30 ƒ1.25 voor soyaschroot 0.60 1.00 voor soyakoeken „1.15 1.20 voor grondnootkoeken 0.80 0.75 voor grondnootschilfers „1.40 1.30 voor cocoskoeken 1.20 1.05 voor Ned. Oost-Indische cocoskoeken 0.70 0.70 voor tot andere soorten veevoeder verwerkte oliehoudende zaden, pitten en noten 0.50 0.50 Voor de goede orde wordt opgemerkt, dat in deze bedragen niet is begrepen het in artikel 8, b, onder le van voornoemde beschikking be doelde gedeelte van het prijsverschil. Indien men zijn import op verderen termijn nu reeds wenscht vast te leggen tot bovenge noemde prijsverschillen, gelieve men zich daar over met de Nederlandsche Meelcentrale te 's Gravenhage in verbinding te stellen. De voorzitter der Eerste Kamer is voornemens de Kamer bijeen te roepen tegen Dinsdag 21 April as., des avonds te half negen uur. Te Amsterdam is gistermiddag opgericht de Ned. Sociologische Vereeniging. De oprichtings vergadering had plaats in het Intern. Instituut voor Sociale Geschiedenis. Prof. mr. W. A. Bonger, die de vergadering leidde, hield een in- leidingsspeech, waarin hij een overzicht gaf van de geschiedenis der sociologie, de weten schap, die alle maatschappelijke verschijnselen wil omvatten, en aldus een synthese wil schep pen tusschen alle wetenschappen, die de sa menleving der menschen tot voorwerp hebben: economie, geschiedenis, ethnologic, praehisto- rie enz. Méér dan de sociologie zelf hebben deze we tenschappen in de laatste eeuw een groote vlucht genomen. Op ieder gebied hebben zich specialisten gevormd, en een ontzettend groot gebied is zoo door velen doorvorscht. Maar daardoor groeit juist het verlangen naar het geen ontbreekt n.l. een synthese, een overkoe peling. In Amerika is het streven naar samen werking tusschen de organisaties der verschil lende wetenschappen het sterkst, de uitgave van de Encyclopaedia of Social Sciences is daar de vrucht van. Ook in Europa, ook in ons land is dat streven merkbaar. De nieuwe vereeniging beoogt de totstandkoming der syn theses te bevorderen, maar ook eenvoudig een contact te leggen tusschen de beoefenaars der „speciale" wetenschappen. Spr. noemde enkele organisaties in het buitenland. De vereeniging wenscht alle beoefenaars der in aanmerking komende wetenschappen te omvatten, doch geen dilettanten en geen aspiranten. Daarom zal men slechts lid kunnen worden op uitnoo- diging van het bestuur. Ook niet zy, die uit sluitend in de practijk van het wetenschappe lijk werk werkzaam zijn, zooals vele juristen en politici. Spr. besprak verder hetgeen de vereeniging denkt te doen. In de eerste plaats het houden van vergaderingen, waarop algemeene onder werpen na inleidingen van bevoegde praeadvi- seurs besproken zullen worden. Daarnaast zul len regelmatig werkvergaderingen gehouden worden. Voorts vermelden de statuten het uit geven van geschriften, ofschoon het voorloopig nog niet in de bedoeling ligt, een tijdschrift uit te geven. Nadat besloten was tot stichting der veree niging werd het bestuur gekozen, dat als volgt is samengesteld: prof. W. A. Bonger, voorzit ter; jhr. dr. J. J. van Schmid (Leiden), secre taris; dr. H. N. Ter Veen, penningmeester en als leden de heeren G. Bolkestein, prof. M. Cobbenhagen, H. Fryda, Gerbranz, A. E. van Geffen, mr. dr. N. W. Posthumus, prof. dr. Z. W. Sneller, prof. dr. G. M. Verrijn Stuart. Zaterdag zijn afgekondigd de volgende staats bladen: No. 736, wet van 20 Dècember 1935, tot rege ling van den invoer van veekoeken. No. 781, Koninklijk Besluit van 25 Maart 1936, houdende bevoegdverklaring van instellingen om certificaten uit te reiken als bedoeld in artikel 4 van het Koninklijk Besluit van 15 Maart 1934, tot toepassing van artikel 8 der Landbouw-uit- voerwet 1929 met betrekking tot andere dan gepasteuriseerde en gesteriliseerde melk en room, alsmede tot ondermelk en karnemelk. No. 762, Koninklijk Besluit van 25 Maart 1936. tot vaststelling van het tijdstip van inwerking treding van het K. B. van 15 Maart 1934, tot toepassing van art. 8 der Landbouwuitvoerwet 1929 met betrekking tot andere dan gepasteuri seerde en gesteriliseerde melk en room, alsmede tot ondermelk en karnemelk (inwerkingtreding 15 April a.s.). No. 806, Wet van den 28sten December 1935, houdende regeling van den invoer van alle brood en deeg. Naar wij vernemen hebben Gedeputeerde Staten van Gelderland in overleg met het mi nisterie van Binnenlandsche Zaken hun goed keuring onthouden aan de gemeentebegrooting van Nijmegen zooals die in Januari j.l. is aan genomen door den gemeenteraad. Ee zal ongeveer 150 a 200 duizend gulden be zuinigd moeten worden, welke bezuiniging voor namelijk zal moeten worden verkregen door reorganisatie van sommige gemeentebedrijven. Tengevolge hiervan zal vermoedelijk verschei- denen personen ontslag worden gegeven. Het Handelsblad" deelt een en ander mede uit het binnenkort te publiceeren verslag der Zuivelcentrale aan den minister van Landbouw. Het totaal der accijnzen op boter, margarine, vetten en oliën heeft in 1935 bedragen 123 K> millioen. De margarine-consumptie heeft be dragen 56 millioen kilo, waarvan 6 millioen kilo accijns- en heffingsvrije volksmargarine. Tot in het vierde kwartaal van het afgeloopen jaar heeft de melkproductie, ondanks afslach ting van een kwart millioen drachtige jonge koeien, teeltbeperking, heffing op veevoeder en andere crissimaatregelen, hare stijging voort gezet. De Propaganda-commissie Hr. Ms. „De Ruy ter" maakt bekend, dat 124 modellen van dezen kruiser werden ingezonden. Op 2 April j.l. vond de keuring door een commissie van zee-officie ren onder voorzitterschap van den vice-admi- raal J. de Graaff, plaats. De prijzen werden toegekend aan W. H. Warnsink, oud 12 jaar; de heeren W. N. Smit, A. Molendijk, P. Huihoven en J. Holland. Aan deze heeren zullen op 14 April as. de prijzen door den vice-admiraal J. de Graaff worden uitgereikt. De groote belangstelling, die mag worden ver wacht om de vele fraaie, en met groote zorg vervaardigde'modellen te bezichtigen, heeft de commissie er toe doen besluiten een tentoon stelling te houden in de Rolzaal, Binnenhof te 's Gravenhage. Deze tentoonstelling zal Dinsdag 7 April a.s. om 4 uur n.m., voor het publiek worden open gesteld; verder iederen dag vanaf 10 uur v.m. tot 5 uur n.m. tot en met 14 April a.s. Ingediend is een wetsontwerp tot vereeniging van de gemeenten Boschkapelle, Stoppeldijk, Hengstdijk en Ossenisse. Aan de memorie van toelichting wordt het volgende ontleend: Komt deze samenvoeging tot stand, dan zal een gemeente ontstaan van een oppervlakte van ongeveer 6500 H.A., met ruim 4000 inwoners. In elk der gemeenten is de bevolking overwegend, zoo niet uitsluitend Roomsch-Katholiek, terwijl de landbouw de algemeene bron van bestaan is. Gezocht is naar een regeling, welke de finan- cieele bezwaren tegen de samenvoeging zon kunnen elimineeren. Deze is gevonden in de bepaling, dat de tekorten op den gewonen dienst van Boschkapelle, waarvoor op het tijdstip van ingang der vereeniging nog geen dekking is ge vonden, door het Rijk zullen worden aange zuiverd, terwijl het Rijk aan de nieuwe gemeente zal uitkeeren het nog onafgelost gebleven ge deelte der geldleening ad 67000, groot 55600, door Boschkapelle gesloten tot dekking der kos ten van electrificatie van de gemeente. Als ge volg van deze regeling zal de gemeente Bosch kapelle vrijwel op voet van gelijkheid met de drie andere gemeenten haar intrede in de nieuwe gemeenschap kunnen doen. Ingevolge artikel 161 der gemeentewet om trent de nadere ontwerp-regeling gehoord, sprak de raad van Boschkapelle zich vóór de vereeni ging uit, die van Hengstdijk vóór, onder be paalde voorwaarden, terwijl die van Stoppeldijk en Ossenisse bezwaar maakten om redenen in hoofdzaak van finaneieelen aard, welke na on derzoek niet steekhoudend bleken. Artikel 1 van het ontwerp bepaalt, dat de nieuwe gemeente den naam van Vogelwaarde zal dragen. De vereeniging komt tot stand met ingang van 1 Juli 1936. De naam Vogelwaarde wordt voorgesteld op historische gronden. Deze naam, waarvan het laatste gedeelte beteekent een stuk land aan of in water gelegen, herinnert aan den ouden Vogel, een kreek, welke bij de vorming van de vier gemeenten een belangrijke rol heeft ge speeld. Vrijdag is tijdens de zitting van de Arrondis- sements-rechtbank te Rotterdam op last van den rechter van instructie, mr. Dirkzwager, deur waarder S. gearresteerd op grond van het ver moeden, dat hij zich aan verduistering zou heb ben schuldig gemaakt. Deurwaarder S. is in het Huis van Bewaring opgesloten. Het zou in dit geval slechts om de verduistering van een betrekkelijk klein bedrag gaan, doch men vermoedt, dat S. zich aan nog meer verduisteringen heeft schuldig gemaakt, waarnaar thans door den officier van justitie, mr. Meischke, een nader onderzoek wordt inge steld, De directie van de N.V. Glasfabrieken Leerdam heeft aan het personeel bekend gemaakt, dat de financieele toestand van het bedrijf haar dwingt met ingang van 11 April het bedrijf stop te zetten en de arbeiders, ten getale van ongeveer 900 man, te ontslaan. Aan de toelichting ontleenen wij de volgen de passages: „Directie en commissarissen hebben boven staande beslissing moeten nemen, omdat zij meenen, dat het niet te verantwoorden is, nog langer het bedrijf met verlies voort te zetten. Het tegenwoordige bestuur heeft alles gedaan om het bedrijf in stand te houden, doch dit is in de huidige omstandigheden niet meer moge lijk, tenzij ingrijpende maatregelen worden ge troffen. Dreef Leerdam voorheen hoofdzakelijk op export, door de devaluatie van den dollar en het pond sterling verloor de fabriek onge veer 50 pet. van haar afzetgebied. Daarbij kwam een prijsdaling op de binnenlandsche markt van 40 tot 50 pet. Het spreekt vanzelf, dat de regeering van deze geheele aangelegenheid op de hoogte is. Sinds 1933 zijn wij in voortdurende onderhandeling om tot een ordening te geraken. Een rijksaccountantsonderzoek is inge steld en sedert Mei 1935 is een tot het Werk fonds gericht verzoek om steun in behandeling. Wij hopen ten zeerste, dat er alsnog een re geling zal kunnen worden getroffen, waardoor de Glasfabriek Leerdam zal blijven voortbe staan." De daarvoor aangewezen commissie uit den Nijverheidsraad heeft aan de Commissie van Onderzoek inzake Reorganisatie van de Land- bouwcrisismaatregéleii (Commissie-Van Loon) een uitvoerig rapport uitgebracht over het vraagstuk van de vervanging der geldende maatregelen voor den landbouwsteun door hef fingen aan de grens. Verder heeft de Raad de aandacht van den Minister van Landbouw en Visscherij er op ge vestigd, dat de door landbouwkringen onlangs opgerichte N. V. „De Agrarische Pers" zich bezighoudt met het uitvoeren van voor land bouwdoeleinden benoodigd drukwerk en dat deze nieuwe onderneming, welke door de indeeling van haar kapitaal een min of meer coöperatief karakter draagt, aan bestaande drukkerijen werk ontneemt. De Raad voelt het als een onrecht, dat, zoo als in dit geval, landbouwers, daartoe in staat gesteld door den landbouwcrisissteun wat de productie betreft overbodige industrieele on dernemingen oprichten en exploiteeren en daar mede de bestaansmogelijkheid bemoeilijken van degenen, welke mede den landbouwsteun hel pen opbrengen en in vele gevallen even zwaar door de economische depressie worden getrof fen als de landbouwers zelf. Het hier aange haalde voorbeeld acht de Raad dan ook een ongewenscht symptoom, dat gedeeltelijk als ge volg van den landbouwcrisissteun kan worden beschouwd. Hieraan heeft de Raad als zijn meening toe gevoegd, dat het de bedoeling van dien steun is niet alleen rechtstreeks den boerenstand te helpen, doch indirect ook andere groepen der bevolking, zooals den middenstand ten platte- lande en andere leveranciers van de landbou wers en dat het met deze bedoeling in strijd is, indien de landbouw onder de huidige omstan digheden door oprichting van niet op zijn ge bied liggende bedrijven anderen bedrijfsgroepen concurrentie aandoet, zulks te meer omdat ter wille van den landbouw de bedrijfsvrijheid voor handel en industrie aan banden is gelegd. Ten aanzien van het voornemen van de Ver eeniging „Nederlandsch Fabrikaat", om in den loop van het jaar 1936 in verschillende plaat sen van Nederland tentoonstellingen van Ne derlandsche producten te houden, heeft de Raad het standpunt ingenomen, dat het daarmede beoogde doel, namelijk om eenerzijds de Hol- landsche producten bij het Nederlandsche pu bliek meer bekend te maken en anderzijds dat publiek te overtuigen, dat het saamhoorigheids- gevoel het den plicht oplegt, zooveel mogelijk Nederlandsch fabrikaat te gebruiken, onder steuning verdient, doch dat er voor moet wor den gezorgd, dat het karakter van die tentoon stellingen zuiver behouden blijft. In elk geval moet worden voorkomen, dat die exposities zouden worden gebruikt, om den handel te helpen door een direct contact tusschen fabri kant en handelaar te bevorderen, waardoor een terrein zou worden betreden, dat op uitstekende wijze door de Nederlandsche Jaarbeurs wordt verzorgd. Met zijn standpunt heeft de Raad den Minis ter van Handel, Nijverheid en Scheepvaart in kennis gesteld. De directeur van het Departement van Eco nomische Zaken in Ned.-Indië, mr. <3. H. C. Hart, die enkele weken hier te lande vertoefd© voor besprekingen met de Regeering, is Zater dagmorgen met het vliegtuig „Oeverzwaluw" van de K.L M. naar Batavia vertrokken. De gewone audiëntie van den Minister van Sociale Zaken zal op Woensdag 8 April niet plaats hebben. Vrijdagavond is overleden de zeereerw. heer A. J. Burgmans, pastoor te Dennenburg. Pastoor Burgmans werd geboren te Uden- hout, 3 Juni 1864 en werd 26 Mei 1888 pries ter gewijd. In 1889 werd hy tot assistent benoemd te Malden, kwam in 1891 als kapelaan te Diessen en werd 9 September 1895 als zoodanig naar Den Dungen verplaatst. Sinds 30 Juli 1906 was hij pastoor te Den nenburg.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1936 | | pagina 5