i
A
v
Persoonlijkheid
GRENSINCIDENTEN IN HET VERRE OOSTEN
M'A Ax^x\x^
GLASFABRIEK LEERDAM
STOPGEZET
Kerkelijk leven
ZONDAG 5 APRIL 1936
U.S.S.-p^
l l i
LEEKEPREEKEN
NED. MIJ. VOOR NIJVERHEID
EN HANDEL
Departement Oost-Brabant
opgericht
OFFICIEELE CRISIS
PUBLICATIE
EERSTE KAMER
Ned. Sociologische
Vereeniging
Te Amsterdam opgericht
Afgekondigde staatsbladen
Gemeentebegrooting
van Nijmegen
Door Gedeputeerde Staten van
Gelderland niet goedgekeurd
MELKPRODUCTIE BLIJFT
STIJGEN
Hr. Ms. kruiser „De Ruyter"
Gemeente Vogelwaarde
Vereeniging van de gemeenten
Boschkapelle, Stoppeldijk,
Hengstdijk en Ossenisse
voorgesteld
Verduistering door
deurwaarder
Arrestatie tijdens zitting van
Rotterdamsche Rechtbank
Tenzij Regeering helpt, staan
11 April 900 arbeiders
op straat
NIJ VERHEIDSR AAD
Een ongewenscht symptoom
Nederlandsch fabrikaat
MR. G. HART NAAR INDIK
VERTROKKEN
Geen audiëntie
PASTOOR A. J. BURGMANS f
c
.{=>QOS~^r
3)
Op den laatsten Zondag van de Vasten,
den altijd opnieuw ontróerenden Palm
zondag, leest de priester onder de H. Mis
het Lijdensverhaal van Christus, uit het Evan
gelie van Mattheus en nog driemaal daarna in
de hierop volgende Goede Week wordt opnieuw
de Passie van Jezus naar de beschrijving van
de overige Evangelisten gelezen.
Wat is het kenmerkende van deze vier dra
ma's over een en hetzelfde onderwerp? Dit, dat
de figuur van den hoofdpersoon een persoon
lijkheid en wel een volmaakte persoonlijkheid
is. Afgescheiden van de overweging, welke voor
de geloovige christenen geldt, dat wij hier na
melijk met een lijdenden én stervenden God-
m e n s c h te doen hebben, trekt de verheven
figuur van den hoofdpersoon door buitengewone
mensehelijke kwaliteiten de aandacht. Nooit is
in zoo weinig bladzijden en met zulke sobere
taal het beeld van een held, van een ver boven
de middelmaat uitstekende persoonlijkheid, van
een wilskrachtigen, doelbewusten mensch ge-
teekend als in het lijdensverhaal der Evange
liën. Daar groeit voor ons oog een man, die bin-
hen één etmaal de allerbeste kwaliteiten van
het mensehelijke ras in de hoogste volkomen
heid ontplooit. Hij is pacifist: wanneer een
zijner volgelingen Hem wil verdedigen en een
van de mannen uit het vijandelijk kamp ver
kondt, geneest Hij den aangevallen vijand en
zegt tot Zijn leerling: steek het zwaard in de
scheede! Wanneer een van Zijn meest intieme
vrienden Hem verraadt, wisselt Hij slechts één
enkelen blik en één enkel woord, om den ver
rader nog tot inkeer te brengen. Voor Zijn rech
ters getuigt Hij koelbloedig voor de waarheid,
met de wetenschap, dat dit Zijn dood beteekent;
maar voor een wellusteling als Herodes en te
midden van een lichtzinnig gezelschap zwijgt
Hij in hoogheid en ondanks alle pressie, drei
gementen en bespottingen, is geen woord over
Zijn lippen te krijgen.
Op Zijn tocht naar het schavot, den kruis
berg, sleept Hij gelaten Zijn eigen marteltuig
voort; de om Hem weenende vrouwen vermaant
Hij slechts te denken aan eigen zieleheil en
niet om Hem te treuren; de vrouw die Hem
een liefdedienst bewijst beloont Hij met een
teeken van Zijn wondermacht. Hangend aan
het schandhout brengt Hij een medegekruisigde
tot inkeer en boetvaardigheid; bidt Hij voor
Zijn vijanden en verontschuldigt hen.
Ook wie niet het geluk heeft te gelooven in
de Godheid welke in de Christusfiguur schuil
gaat; wie nu nog niet met den Romeinschen
soldaat kan getuigen: „ja Waarlijk, deze is de
ZdÖh Gods"; ook hij moet erkennen, dat deze
Jezus een persoonlijkheid was, zooals er in het
menschelijk geslacht weinig of geen zijn aan
te wijzen. De ongeloovigen en vijanden van hef
Christendom mogen onzen godsdienst beschim
pen, de godheid van den Verlosser loochenen,
ons van afgoderij en bijgeloof betichten: aan de
grootheid van de persoonlijkheid welke de
mensch in Jezus was, kunnen zij tegenover
de historische waarheid niet raken. Dit ten
allerminste moeten zij erkennen, dat de chris
tenen in den Stichter van hun godsdienst de
meest volmaakte en verhevenste persoonlijkheid
vereeren, waarop het menschelijk geslacht roe
men kan.
Is er voor een mensch grooter lof denkbaar?
Wanneer wij iemand bij het vieren van een ge
denkdag prijzen of hem bij zijn afsterven roe
men, allerlei verdiensten opsommen, zijn titels
optellen, zijn werk in het zonlicht stellen, dan
weten wij allen heel goed, dat er bij dien lof
meestal veel overdrevens is. Den held van den
dag, of den betreurden doode worden graag aller
lei dingen toegeschreven, die geheel of gedeel
telijk feitelijk het werk van anderen, meer be
scheiden personen zijn. Wanneer echter van
iemand op goede gronden wordt gezegd: hij was
een persoonlijkheid dan is dit een lof, waaraan
niets of niemand kan raken, een lof die niet
voortkomt uit bijkomende omstandigheden, uit
hooge functies, eeretitels, relaties, geboorte, vol
brachte v'arken: neen: de persoonlijkheid spreekt
van binnen uit; zij wijst op bijzondere karak
tereigenschappen; op geheel iets eigens in woor
den en daden, in gedrag en optreden, in bestu
ren of dienen: in één woord, zij onderscheidt
het individu van de massa.
Natuurlijk kan zulk een persoonlijkheid goed
en slecht zijn. Een sterk karakter met een
krachtigen wil en andere bijzondere eigenschap
pen kan zijn talenten zoowel ten goede als ten
kwade richten. De volksmond echter heeft het
begrip „persoonlijkheid" al met het betere, het
verhevene in den mensch verbonden. Wanneer
men zonder meer van een persoonlijkheid spreekt
bedoelt men daarmee doorgaans iemand van
beteekenis in den goeden zin van het woord
En zóó is het goed! Het wijst op het instinct,
dat wij allen nog van onzen ongerepten staat
hebben overgehouden, dat de mensch oorspron
kelijk van een onbedorven natuur was; dat hij
althans tot het verhevene en goede bestemd is.
Maar ook al kan een persoonlijkheid zijn ta
lenten misbruiken, het feit, dat hij een zelf
standig karakter heeft is een compliment op
zichzelf. Een ieder, die in opvoeding of leiding
gesteld is, kan niet beter doen dan anderen tot
Persoonlijkheid te vormen en te kweeken of al
thans in anderen het persoonlijke element zoo
veel mogelijk naar voren te halen.
Zoo ooit, dan is dit van belang in onzen ver-
Vlakkenden en massalen tijd, waarin het indi-
vidueele onder massaregie dreigt verloren te
gaan. Wij weten wel, dat de propagandisten
voor den éénen leider, den éénen staat, het
ééne volk en hoe al dat fraais mag heeten, zich
beroepen op de dwalingen van een vroegere
Periode, toen door het individualisme de volks
gemeenschap werd versplinterd, de zw'akken aan
het brute geweld van enkelen werden opgeofferd,
de bedrijfsvrede door klassenstrijd voortdurend
Werd bedreigd of verstoord. Maar zij begaan
een schromelijke vergissing, een historische fout,
Wanneer zij meenen de, kwalen van het verle
den te kunnen bestrijden en opheffen door de
Persoonlijkheid in het individu te onderdrukken
Een staat, waarin alle individuen vrij spel heb
ben, zal een gevaar opleveren voor de econo
misch zwakken; een staat, waarin de georga
niseerde groepsbelangen om de macht vechten,
zal innerlijk verzwakt worden; maar een volk,
dat zich laat gelijkschakelen, dat bukt onder
de macht van een enkeling, geeft de gemeen
schap over aan corruptie, sluit den weg af voor
normale krachtsontplooiing en stelt alle gees
telijke goederen in de waagschaal. Het kiest
den zekersten weg naar algemeen karakterbe-
derf; het houdt onherroepelijk karaktervorming
tegen, wat op den duur neerkomt op een ver
lies aan persoonlijkheden. Ook bij de meest
algemeene vrijheid is het vormen van karakters
al uiterst moeilijk. De mensch is van nature
een kuddedier; hij kijkt van anderen af, zoekt
altijd den weg van den geringsten w'eerstand
wat zeggen wil, dat hij het liefst nadoet wat hij
anderen heeft zien voordoen. Het eigene, het
persoonlijke, is bij de meesten slechts in geringe
mate aanwezig. En dit weinige wordt nog door
het streven naar het massale, door gelijkscha
keling van boven af, onderdrukt.
De zin en de lust om zich te bekwamen, ten
einde tot de besten te behooren en zóó tot een
belangrijke functie op te klimmen, wordt ge
smoord. Immers, waar de propaganda hoogtij
viert, wordt allereerst naar gezindheid en niet
naar bekwaamheid gevraagd. De weinige leiders
zoeken voor het verdeelen van baantjes naar
vleiers en zoogenaamde „getrouwen". Critiek is
uit den booze, critische geesten komen nooit
aan bod.
De Fransche staatsman Tardieu zei dezer
dagen in een redevoering een woord van groote
wijsheid toen hij sprak: ik geloof niet aan func
ties; ik geloof slechts aan ideeën! Het komt er
Weinig op aan iets te zijn; hef komt er heel
veel op aan iemand te zijn.
Vraag het aan de jeugd van onze dagen, of
zij dit woord verstaat. Neen; zij vraagt slechts:
waar heb ik nog een kans, daar ga ik voor
leeren! Aanleg, liefde voor vak of beroep, spe
len geen rol. Slechts twee factoren gelden: een
mooie titel en een hooge belooning; persoon
lijke eigenschappen komen niet in vraag. Ont
wikkeling der persoonlijkheid is buitengesloten.
Men streeft er slechts naar iets, niet om
iemand te worden. Liever een goed betaalde
strooman, dan een karig bezoldigde persoonlijk
heid.
En zoo lijdt de menschheid aan de ergste
kwaal, waaraan zij lijden kan: de verscheiden
heid verschrompelt tot eenvormigheid; de stu
wing van het goede naar het betere, van het
betere naar het beste, het streven naar het
hoogste verdwijnt: het menschelijk geslacht valt,
aan geestelijke bloedarmoede ten prooi.
Voor het godsdienstig leven geldt dit alles
evenzeer en in nog hoogere mate. Niet enkel in en
voor de maatschappij hebben wij te streven
naar ontwikkeling onzer persoonlijkheid; voor
het religieuze leven geldt dit evenzeer. Doch
hieraan wijden wij een afzonderlijke beschou
wing.
LIBRA
In Hotel du Commerce te Eindhoven is Za
terdagmiddag de oprichtingsvergadering gehou
den van het departement Oost-Brabant van de
Mij. voor Nijverheid en Handel. Deze vergade
ring werd voorgezeten door mr. H. F. van Wal-
sem, secr. der Philips Gloeilampenfabrieken, die
in zijn openingswoord memoreerde, hoe reeds
vaak aandrang is .uitgeoefend om in Oost-Bra
bant, dat een belangrijk industrie-centrum is.
een departement van Nijverheid en Handel op
te richten. Spr. wees op de groote kracht, welke
de Mij. vertoont, want zij is opgericht in 1777
en heeft dus zoowel het Fransche regime als
den wereldoorlog overleefd. Het nieuwe depar
tement wil noch zal nadeel doen aan de be
staande organisaties; het wil samenwerken met
de officieele Kamers van Koophandel en met
de speciale vereenigingen in deze streek.
Vervolgens werd overgegaan tot het verkiezen
van het definitieve bestuur, waarbij uit de ver
gadering de wensch gehoord werd, dat het
voorloopig bestuur zal aanblijven als definitief
bestuur. Het is thans samengesteld uit de hee-
ren mr. H. van Walsem te Eindhoven;
dipl.-ing. D. L. Jonker te Den Bosch; C. G. J.
van Lanschot te St. Michiels-Gestel; mr. J. C.
van Sandick; W. N. J. Backers, beidne te Eind
hoven; ir. A. A. Bienfait te Helmond; L. de
Gruyter Lzn. te Den Bosch; A. L. M. v. d. Lan
de te Helmond; C. Raming te Waalwijk en M.
van Zwanenberg te Oss.
Nadat de heer Plate, lid van het hoofdbestuur
der Maatschappij, zeer in het kort een over
zicht had gegeven van enkele werkzaamheden,
waarmede de Mij. zich bezig houdt, sprak oud
minister Posthuma over „De internationale
handel, zijn moeilijkheden en mogelijkheden".
Na deze rede, waarvan wij reeds verslag ga
ven, werd het officieele gedeelte der vergade
ring gesloten. In een huishoudelijké bijeen
komst werden de reglementen vastgesteld.
De Nederlandsche Meelcentrale maakt be
kend:
Het gedeelte van het prijsverschil per 100 kg.
voor den Invoer van tot veevoeder verwerkte
oliehoudende zaden, pitten en noten, bedoeld in
artikel 8. b. onder 2e, van de Crisis-Akker-
bcuwbeschikking 1934 I, is vastgesteld als volgt:
Inklaring van Inklaring van
6 April af t.m. 1 Mei af t.m.
30 April 1936: 31 Aug. 1936:
voor lijnkoeken
ƒ1.30
ƒ1.25
voor soyaschroot
0.60
1.00
voor soyakoeken
„1.15
1.20
voor grondnootkoeken
0.80
0.75
voor grondnootschilfers
„1.40
1.30
voor cocoskoeken
1.20
1.05
voor Ned. Oost-Indische
cocoskoeken
0.70
0.70
voor tot andere soorten
veevoeder verwerkte
oliehoudende zaden,
pitten en noten 0.50 0.50
Voor de goede orde wordt opgemerkt, dat in
deze bedragen niet is begrepen het in artikel 8,
b, onder le van voornoemde beschikking be
doelde gedeelte van het prijsverschil.
Indien men zijn import op verderen termijn
nu reeds wenscht vast te leggen tot bovenge
noemde prijsverschillen, gelieve men zich daar
over met de Nederlandsche Meelcentrale te
's Gravenhage in verbinding te stellen.
De voorzitter der Eerste Kamer is voornemens
de Kamer bijeen te roepen tegen Dinsdag 21
April as., des avonds te half negen uur.
Te Amsterdam is gistermiddag opgericht de
Ned. Sociologische Vereeniging. De oprichtings
vergadering had plaats in het Intern. Instituut
voor Sociale Geschiedenis. Prof. mr. W. A.
Bonger, die de vergadering leidde, hield een in-
leidingsspeech, waarin hij een overzicht gaf
van de geschiedenis der sociologie, de weten
schap, die alle maatschappelijke verschijnselen
wil omvatten, en aldus een synthese wil schep
pen tusschen alle wetenschappen, die de sa
menleving der menschen tot voorwerp hebben:
economie, geschiedenis, ethnologic, praehisto-
rie enz.
Méér dan de sociologie zelf hebben deze we
tenschappen in de laatste eeuw een groote
vlucht genomen. Op ieder gebied hebben zich
specialisten gevormd, en een ontzettend groot
gebied is zoo door velen doorvorscht. Maar
daardoor groeit juist het verlangen naar het
geen ontbreekt n.l. een synthese, een overkoe
peling. In Amerika is het streven naar samen
werking tusschen de organisaties der verschil
lende wetenschappen het sterkst, de uitgave
van de Encyclopaedia of Social Sciences is
daar de vrucht van. Ook in Europa, ook in
ons land is dat streven merkbaar. De nieuwe
vereeniging beoogt de totstandkoming der syn
theses te bevorderen, maar ook eenvoudig een
contact te leggen tusschen de beoefenaars der
„speciale" wetenschappen. Spr. noemde enkele
organisaties in het buitenland. De vereeniging
wenscht alle beoefenaars der in aanmerking
komende wetenschappen te omvatten, doch
geen dilettanten en geen aspiranten. Daarom
zal men slechts lid kunnen worden op uitnoo-
diging van het bestuur. Ook niet zy, die uit
sluitend in de practijk van het wetenschappe
lijk werk werkzaam zijn, zooals vele juristen en
politici.
Spr. besprak verder hetgeen de vereeniging
denkt te doen. In de eerste plaats het houden
van vergaderingen, waarop algemeene onder
werpen na inleidingen van bevoegde praeadvi-
seurs besproken zullen worden. Daarnaast zul
len regelmatig werkvergaderingen gehouden
worden. Voorts vermelden de statuten het uit
geven van geschriften, ofschoon het voorloopig
nog niet in de bedoeling ligt, een tijdschrift uit
te geven.
Nadat besloten was tot stichting der veree
niging werd het bestuur gekozen, dat als volgt
is samengesteld: prof. W. A. Bonger, voorzit
ter; jhr. dr. J. J. van Schmid (Leiden), secre
taris; dr. H. N. Ter Veen, penningmeester en
als leden de heeren G. Bolkestein, prof. M.
Cobbenhagen, H. Fryda, Gerbranz, A. E. van
Geffen, mr. dr. N. W. Posthumus, prof. dr. Z.
W. Sneller, prof. dr. G. M. Verrijn Stuart.
Zaterdag zijn afgekondigd de volgende staats
bladen:
No. 736, wet van 20 Dècember 1935, tot rege
ling van den invoer van veekoeken.
No. 781, Koninklijk Besluit van 25 Maart 1936,
houdende bevoegdverklaring van instellingen om
certificaten uit te reiken als bedoeld in artikel
4 van het Koninklijk Besluit van 15 Maart 1934,
tot toepassing van artikel 8 der Landbouw-uit-
voerwet 1929 met betrekking tot andere dan
gepasteuriseerde en gesteriliseerde melk en room,
alsmede tot ondermelk en karnemelk.
No. 762, Koninklijk Besluit van 25 Maart 1936.
tot vaststelling van het tijdstip van inwerking
treding van het K. B. van 15 Maart 1934, tot
toepassing van art. 8 der Landbouwuitvoerwet
1929 met betrekking tot andere dan gepasteuri
seerde en gesteriliseerde melk en room, alsmede
tot ondermelk en karnemelk (inwerkingtreding
15 April a.s.).
No. 806, Wet van den 28sten December 1935,
houdende regeling van den invoer van alle brood
en deeg.
Naar wij vernemen hebben Gedeputeerde
Staten van Gelderland in overleg met het mi
nisterie van Binnenlandsche Zaken hun goed
keuring onthouden aan de gemeentebegrooting
van Nijmegen zooals die in Januari j.l. is aan
genomen door den gemeenteraad.
Ee zal ongeveer 150 a 200 duizend gulden be
zuinigd moeten worden, welke bezuiniging voor
namelijk zal moeten worden verkregen door
reorganisatie van sommige gemeentebedrijven.
Tengevolge hiervan zal vermoedelijk verschei-
denen personen ontslag worden gegeven.
Het Handelsblad" deelt een en ander mede
uit het binnenkort te publiceeren verslag der
Zuivelcentrale aan den minister van Landbouw.
Het totaal der accijnzen op boter, margarine,
vetten en oliën heeft in 1935 bedragen 123 K>
millioen. De margarine-consumptie heeft be
dragen 56 millioen kilo, waarvan 6 millioen
kilo accijns- en heffingsvrije volksmargarine.
Tot in het vierde kwartaal van het afgeloopen
jaar heeft de melkproductie, ondanks afslach
ting van een kwart millioen drachtige jonge
koeien, teeltbeperking, heffing op veevoeder en
andere crissimaatregelen, hare stijging voort
gezet.
De Propaganda-commissie Hr. Ms. „De Ruy
ter" maakt bekend, dat 124 modellen van dezen
kruiser werden ingezonden. Op 2 April j.l. vond
de keuring door een commissie van zee-officie
ren onder voorzitterschap van den vice-admi-
raal J. de Graaff, plaats. De prijzen werden
toegekend aan W. H. Warnsink, oud 12 jaar; de
heeren W. N. Smit, A. Molendijk, P. Huihoven
en J. Holland. Aan deze heeren zullen op 14
April as. de prijzen door den vice-admiraal J.
de Graaff worden uitgereikt.
De groote belangstelling, die mag worden ver
wacht om de vele fraaie, en met groote zorg
vervaardigde'modellen te bezichtigen, heeft de
commissie er toe doen besluiten een tentoon
stelling te houden in de Rolzaal, Binnenhof te
's Gravenhage.
Deze tentoonstelling zal Dinsdag 7 April a.s.
om 4 uur n.m., voor het publiek worden open
gesteld; verder iederen dag vanaf 10 uur v.m.
tot 5 uur n.m. tot en met 14 April a.s.
Ingediend is een wetsontwerp tot vereeniging
van de gemeenten Boschkapelle, Stoppeldijk,
Hengstdijk en Ossenisse.
Aan de memorie van toelichting wordt het
volgende ontleend:
Komt deze samenvoeging tot stand, dan zal
een gemeente ontstaan van een oppervlakte van
ongeveer 6500 H.A., met ruim 4000 inwoners. In
elk der gemeenten is de bevolking overwegend,
zoo niet uitsluitend Roomsch-Katholiek, terwijl
de landbouw de algemeene bron van bestaan is.
Gezocht is naar een regeling, welke de finan-
cieele bezwaren tegen de samenvoeging zon
kunnen elimineeren. Deze is gevonden in de
bepaling, dat de tekorten op den gewonen dienst
van Boschkapelle, waarvoor op het tijdstip van
ingang der vereeniging nog geen dekking is ge
vonden, door het Rijk zullen worden aange
zuiverd, terwijl het Rijk aan de nieuwe gemeente
zal uitkeeren het nog onafgelost gebleven ge
deelte der geldleening ad 67000, groot 55600,
door Boschkapelle gesloten tot dekking der kos
ten van electrificatie van de gemeente. Als ge
volg van deze regeling zal de gemeente Bosch
kapelle vrijwel op voet van gelijkheid met de
drie andere gemeenten haar intrede in de
nieuwe gemeenschap kunnen doen.
Ingevolge artikel 161 der gemeentewet om
trent de nadere ontwerp-regeling gehoord, sprak
de raad van Boschkapelle zich vóór de vereeni
ging uit, die van Hengstdijk vóór, onder be
paalde voorwaarden, terwijl die van Stoppeldijk
en Ossenisse bezwaar maakten om redenen in
hoofdzaak van finaneieelen aard, welke na on
derzoek niet steekhoudend bleken.
Artikel 1 van het ontwerp bepaalt, dat de
nieuwe gemeente den naam van Vogelwaarde
zal dragen. De vereeniging komt tot stand met
ingang van 1 Juli 1936.
De naam Vogelwaarde wordt voorgesteld op
historische gronden. Deze naam, waarvan het
laatste gedeelte beteekent een stuk land aan
of in water gelegen, herinnert aan den ouden
Vogel, een kreek, welke bij de vorming van de
vier gemeenten een belangrijke rol heeft ge
speeld.
Vrijdag is tijdens de zitting van de Arrondis-
sements-rechtbank te Rotterdam op last van
den rechter van instructie, mr. Dirkzwager, deur
waarder S. gearresteerd op grond van het ver
moeden, dat hij zich aan verduistering zou heb
ben schuldig gemaakt.
Deurwaarder S. is in het Huis van Bewaring
opgesloten. Het zou in dit geval slechts om de
verduistering van een betrekkelijk klein bedrag
gaan, doch men vermoedt, dat S. zich aan nog
meer verduisteringen heeft schuldig gemaakt,
waarnaar thans door den officier van justitie,
mr. Meischke, een nader onderzoek wordt inge
steld,
De directie van de N.V. Glasfabrieken
Leerdam heeft aan het personeel bekend
gemaakt, dat de financieele toestand van
het bedrijf haar dwingt met ingang van
11 April het bedrijf stop te zetten en de
arbeiders, ten getale van ongeveer 900 man,
te ontslaan.
Aan de toelichting ontleenen wij de volgen
de passages:
„Directie en commissarissen hebben boven
staande beslissing moeten nemen, omdat zij
meenen, dat het niet te verantwoorden is, nog
langer het bedrijf met verlies voort te zetten.
Het tegenwoordige bestuur heeft alles gedaan
om het bedrijf in stand te houden, doch dit is
in de huidige omstandigheden niet meer moge
lijk, tenzij ingrijpende maatregelen worden ge
troffen. Dreef Leerdam voorheen hoofdzakelijk
op export, door de devaluatie van den dollar
en het pond sterling verloor de fabriek onge
veer 50 pet. van haar afzetgebied. Daarbij
kwam een prijsdaling op de binnenlandsche
markt van 40 tot 50 pet.
Het spreekt vanzelf, dat de regeering van deze
geheele aangelegenheid op de hoogte is. Sinds
1933 zijn wij in voortdurende onderhandeling
om tot een ordening te geraken.
Een rijksaccountantsonderzoek is inge
steld en sedert Mei 1935 is een tot het Werk
fonds gericht verzoek om steun in behandeling.
Wij hopen ten zeerste, dat er alsnog een re
geling zal kunnen worden getroffen, waardoor
de Glasfabriek Leerdam zal blijven voortbe
staan."
De daarvoor aangewezen commissie uit den
Nijverheidsraad heeft aan de Commissie van
Onderzoek inzake Reorganisatie van de Land-
bouwcrisismaatregéleii (Commissie-Van Loon)
een uitvoerig rapport uitgebracht over het
vraagstuk van de vervanging der geldende
maatregelen voor den landbouwsteun door hef
fingen aan de grens.
Verder heeft de Raad de aandacht van den
Minister van Landbouw en Visscherij er op ge
vestigd, dat de door landbouwkringen onlangs
opgerichte N. V. „De Agrarische Pers" zich
bezighoudt met het uitvoeren van voor land
bouwdoeleinden benoodigd drukwerk en dat deze
nieuwe onderneming, welke door de indeeling
van haar kapitaal een min of meer coöperatief
karakter draagt, aan bestaande drukkerijen werk
ontneemt.
De Raad voelt het als een onrecht, dat, zoo
als in dit geval, landbouwers, daartoe in staat
gesteld door den landbouwcrisissteun wat de
productie betreft overbodige industrieele on
dernemingen oprichten en exploiteeren en daar
mede de bestaansmogelijkheid bemoeilijken van
degenen, welke mede den landbouwsteun hel
pen opbrengen en in vele gevallen even zwaar
door de economische depressie worden getrof
fen als de landbouwers zelf. Het hier aange
haalde voorbeeld acht de Raad dan ook een
ongewenscht symptoom, dat gedeeltelijk als ge
volg van den landbouwcrisissteun kan worden
beschouwd.
Hieraan heeft de Raad als zijn meening toe
gevoegd, dat het de bedoeling van dien steun
is niet alleen rechtstreeks den boerenstand te
helpen, doch indirect ook andere groepen der
bevolking, zooals den middenstand ten platte-
lande en andere leveranciers van de landbou
wers en dat het met deze bedoeling in strijd is,
indien de landbouw onder de huidige omstan
digheden door oprichting van niet op zijn ge
bied liggende bedrijven anderen bedrijfsgroepen
concurrentie aandoet, zulks te meer omdat ter
wille van den landbouw de bedrijfsvrijheid voor
handel en industrie aan banden is gelegd.
Ten aanzien van het voornemen van de Ver
eeniging „Nederlandsch Fabrikaat", om in den
loop van het jaar 1936 in verschillende plaat
sen van Nederland tentoonstellingen van Ne
derlandsche producten te houden, heeft de Raad
het standpunt ingenomen, dat het daarmede
beoogde doel, namelijk om eenerzijds de Hol-
landsche producten bij het Nederlandsche pu
bliek meer bekend te maken en anderzijds dat
publiek te overtuigen, dat het saamhoorigheids-
gevoel het den plicht oplegt, zooveel mogelijk
Nederlandsch fabrikaat te gebruiken, onder
steuning verdient, doch dat er voor moet wor
den gezorgd, dat het karakter van die tentoon
stellingen zuiver behouden blijft. In elk geval
moet worden voorkomen, dat die exposities
zouden worden gebruikt, om den handel te
helpen door een direct contact tusschen fabri
kant en handelaar te bevorderen, waardoor een
terrein zou worden betreden, dat op uitstekende
wijze door de Nederlandsche Jaarbeurs wordt
verzorgd.
Met zijn standpunt heeft de Raad den Minis
ter van Handel, Nijverheid en Scheepvaart in
kennis gesteld.
De directeur van het Departement van Eco
nomische Zaken in Ned.-Indië, mr. <3. H. C.
Hart, die enkele weken hier te lande vertoefd©
voor besprekingen met de Regeering, is Zater
dagmorgen met het vliegtuig „Oeverzwaluw"
van de K.L M. naar Batavia vertrokken.
De gewone audiëntie van den Minister van
Sociale Zaken zal op Woensdag 8 April niet
plaats hebben.
Vrijdagavond is overleden de zeereerw. heer
A. J. Burgmans, pastoor te Dennenburg.
Pastoor Burgmans werd geboren te Uden-
hout, 3 Juni 1864 en werd 26 Mei 1888 pries
ter gewijd.
In 1889 werd hy tot assistent benoemd te
Malden, kwam in 1891 als kapelaan te Diessen
en werd 9 September 1895 als zoodanig naar
Den Dungen verplaatst.
Sinds 30 Juli 1906 was hij pastoor te Den
nenburg.