Na Baldwin's rede te Worcester De nieuwe kruiser „De Ruyter" MSS •CACHETS 5\x volg deM'S'S •cjewoorue DE ONAANGENAME REALITEIT Acci j ns ver laging EN DE 7 PROVINCIËN M.S.S.- cachets: Maken Schoon Schip MAAS VERBETERING IN N. 0.-BRABANT DONDERDAG 23 APRIL 1936 De Britsche regeering is zelf schuld aan vele desillusies Verkeerde methode? DE WAAL WAST Glasfabriek Leerdam Surséance van betaling aangevraagd DE STAKING TE ZUTPHEN Overleg met Rijksbemiddelaar zonder resultaat DE ECHOPUT TE HOOG- SOEREN RECORDVERKOOP Door courantenreclame Een vergelijking met het vlagge- schip van zijn peetevaer Vroegere „De Ruyter's „De Zeven Provinciën De Ruyter's geest Deklast over boord geslagen Schip in den storm zwaar beschadigd Ossche misdrijven Vonnissen in uitgestelde straf zaken Aanwinst van vruchtbaar land door uitschakeling van de machine GEHEIME DISTILLEERDERIJ ONTDEKT IN HOOGER BEROEP (Van onzen Londenschen correspondent) De rede, door den Eersten Minister gehou den voor zijn kiezers te Worcester*, was met meer dan gewone belangstelling te gemoet gezien. Mr. Baldwin immers zou ernaar streven een einde te maken aan veel verwar ring en misverstand, welke ook in Engeland zelf heerschen ten aanzien van de buitenland- sche politiek der regeering. Dat deze hier niet populair is, hebben wij in den loop der laatste zes weken herhaaldelijk doen uitkomen. Weinigen worden er ten volle door bevredigd. De voorstanders eener strikte Volkenbondspolitiek zijn, ofschoon om onderling tegenstrijdige redenen, even onvoldaan als de tegenstanders. Zij, die de vriendschap met Ita lië herstellen willen, beklagen zich erover dat de regeering volhardt in de fout die zij beging toen zij in December het Hoare-Laval-plan ver wierp; diegenen, die meenen dat het prestige Van Genève tot iederen prijs tegenover Italië tooet worden gehandhaafd, klagen niet minder hard, omdat de regeering volhardt in de fout die zij bijna beging, toen' zij in December het Hoare-Laval-plan bijna aanvaardde. Voorstan ders van een nauw samengaan met Frankrijk veroordeelen het, dat de regeering, na de schen ding van het verdrag van Locarno, niet tot een Werkelijk solidair optreden tegen Duitschland bereid geweest is; diegenen, die van oordeel zijn dat Engeland vóór alles naar vriendschappelijke betrekkingen met Duitschland streven moet, zien daarentegen in de besprekingen tusschen de Britsche, Fransche en militaire staven reeds een uiting van solidariteit welke onvereenigbaar is met het aankw'eeken van Engelsch-Duitsche vriendschap. Hoe men over al deze tegenstrijdige, vaak door onberedeneerde sympathieën of antipa thieën ingegeven opvattingen ook moge oordee- len, onmogelijk kan worden ontkend dat zij alle gedeeltelijk berusten op onjuiste interpre taties van het beleid der regeering. Maar even min kan worden tegengesproken dat de regee ring zelf hieraan voor een zeer groot deel de schuld draagt; dat zij herhaaldelijk blijk ge geven, of althans den schijn verwekt heeft van wankelmoedigheid en besluiteloosheid, en dat zij in 't bijzonder bij den „man in the street" illusies verwekt heeft met betrekking tot de doeltreffendheid van den Volkenbond en van collectieve veiligheid, welke zij ten slotte zelf heeft moeten verstoren. Regeeringen zijn menschelijk, en men kan van haar geen onfeilbaarheid verwachten. Maar vooral in de buitenlandsche politiek moet een regeering, om het algemeene vertrouwen te be houden, toch blijk geven van een doelbewust beleid dat het menschelijk surrogaat van on feilbaarheid is. Hieraan heeft het ontbroken. En men is, niet zonder reden, geneigd vooral in Mr. Baldwin den „cunctator" te zien. Is de Eerste Minister er in geslaagd het ver trouwen eenigermate te herstellen hetgeen hij waarschijnlijk 't best had kunnen doen door de internationale crisis zoo eenvoudig mo gelijk voor te stellen, zich uitsluitend te beroe pen op de realiteit, en allen illusies, hoe dierbaar ook, den genadeslag te geven? Gedeeltelijk is hij hierin zeer zeker geslaagd. Hij heeft zeker iets gedaan om een einde te maken aan de gevaarlijke dwaalbegrippen van diegenen die een vuist willen maken van eer, hand, waaraan eenige vingers ontbreken. De kern van zijn betoog immers was, dat hdolt alle naties deel uitgemaakt hebben van den Volkenbond, en dat op 't oogenblik drie der grootste landen erbuiten staan, terwijl een vierde Italië in openlijk conflict ermede Verkeert. Hij heeft verder het feit geconstateerd <jat er hog geen afdoende organisatie bestaat voor het Voorkomen van oorlog. Hij heeft den nadruk gelegd op het niet min der belangrijke feit dat sancties haar kracht Verliezen, wanneer zij ten slotte niet bekroond Worden met een blokkade. Hieraan heeft hij toegevoegd dat de leden van den Bond, in verband met de positie waar in deze verkeert, niet tot blokkade hebben kun nen en willen besluiten. Maar de twee meest-beteekenende opmerkin gen welke de Eerste Minister gemaakt heeft, kunnen als volgt samengevoegd worden: lo. Collectieve veiligheid zal praktisch niet verwezenlijkt kunnen worden tenzij alle landen die erbij betrokken zijn, zich bereid verklaren een aanvaller met sancties te bedreigen en, zoo hoodig, den strijd met hem aan te binden. 2o. Geen land, noch de Volkenbond in z'n geheel, kan slechts een gedeeltelijke verantwoor delijkheid voor sancties op zich nemen. Wat het eerste punt aangaat, voelt een ieder dat geen natie strijd zal willen voeren tegen een ander volk, alleen omdat dit zich aan een of andere wederrechtelijke handeling schuldig ge maakt heeft. Er zijn maar weinigen die uitslui tend voor idealen en rechtsbeginselen leven. Ook in het dagelijksch verkeer kan men een daad van een vriend sterk afkeuren zonder hierom iets vijandigs tegen hem te ondernemen, terwi.,1 men een veel minder laakbare handeling van iemand dien men niet lijden mag, zal aangrij pen om hem een flinke afstraffing te geven En wal? het tweede punt betreft, hiermede bedoelde Mr. Baldwin (die zeide dat er geen sprake kon zijn van „limited liability dat een land of de Volkenbond bij het opleggen van sancties bereid moet zijn tot het aller uiterste te gaan, aangezien de partij waartegen de maatregelen gericht zijn, hen hiertoe kan dwingen. M.a.w.: sancties bevatten de kern Van oorlog. Mr Baldwin heeft verklaard „verbijsterd te Zijn over „de luchthartige manier waarop de menschen over collectieve veiligheid spreken," maar is hij en zijn collega's niet voor een groot deel zelf hiervan de oorzaak geweest? „De Volkenbond", heeft hij verder gezegd, „is nog nooit van te voren in de gelegenheid geweest de oplegging van sancties te beproe ven" („to try out", dus: er een proef mee te nemen). Brengt men deze uitlating in verband met wat hij eerst zeide, n.l. dat drie groote mogendheden buiten den Volkenbond staan, terwijl een vierde ermede in onmin leeft, dan g^at men zich afvragen of de luchthartigheid uitsluitend bij „de menschen" gezocht moet worden. Een „proefvaart" uitvoeren met een schip, waaraan eenige turbines ontbreken en de schroef onklaar is, moet misschien als een eenigszins luchthartige onderneming beschouwd worden. Mr. Baldwin heeft er ongetwijfeld veel toe bijgedragen de nuchtere werkelijkheid betreffende den hoogst onvolledigen Vol kenbond te stellen tegenover de illusies van de „sanctionisten" door-dik-en-dun, die met die onvolledigheid in het geheel geen rekening houden. Maar hij is nog verder gegaan. Hij heeft gezegd, dat Hitier het in z'n macht heeft „de zwarte schaduw van de vrees, die over Europa hangt, te doen wegtrekken." Het is dus niet de Volkenbond, doch een buiten dien Bond staand land, van welks wil het afhangt of Europa op nieuw een gevoel van rust en veiligheid krijgt. Wij kunnen niet aannemen, dat Mr. Baldwin de dingen anders bedoelt dan hij ze zegt, maar door deze uitlating geeft hij den Volkenbond toch een ondubbelzinnig brevet van onmacht. Hij doet immers op Hitier een beroep openlijk af te zien van elke agressie, aldus vooropstellend, dat vrees voor een collectief veiligheidsstelsel on der den Volkenbond Duitschland niet beletten zal de plannen, waarvan het, misschien ten on rechte, verdacht wordt, te verwezenlijken. Of Mr. Baldwin verstandig deed door het te doen voorkomen, alsof een bevend Europa, met het machtige Groot-Brittannië aan 't hoofd, niets anders meer doen kan dan bidden en smeeken om de goedertierenheid van Hitler, is een vraag, die zeer verschillend beantwoord zal worden. Zeker zijn er velen, die volop hun be komst hebben van' dat voortdurende doen van „beroepen" op Hitler, en die meenen dat, indien Britsche staatslieden eens een geheel anderen toon aansloegen, dit te Berlijn ook een geheel andere, en waarschijnlijk een betere uitwerking zou hebben. Maar één ding kan moeilijk ontkend worden, en wel dat Mr. Baldwin, indien hij al dus tot Hitier spreekt, ook niet verwachten kan, dat het Engelsche volk vertrouwen stellen zal in een sanctie-politiek tegen Italië, waarvan de Britsche Regeering de eigenlijke drijfveer is. De Eerste Minister heeft Zaterdag veel ge daan om de oogen van het Engelsche publiek te openen voor de niet zeer aangename werke lijkheid. Hij heeft feitelijk erkend, dat de poli tiek, welke de Regeering gevolgd heeft, op het oogenblik, in haar uiterste consequenties, niet voor verwezenlijking vatbaar is. Zijn prestige had geleden doordat zeer spoedig na het aftreden van Sir Samuel Hoare de overtuiging veld won, dat deze minister, en niet zijn collega's, die aan 't bewind bleven, den internationalen toestand het best beoordeeld had. Terwijl het misschien niet mogelijk is de „sanctionisten" te bevredigen, kunnen althans diegenen die instemden met Sir Samuel's opvatting, volgens welke niet alles ge zet mocht worden op een onvolledigen Volken bond, gerustgesteld worden. Mr. Baldwin heeft hiertoe, zonder een beginsel prijs te geven, een krachtige poging aangewend. .Maar terwijl hij vrij duidelijk te verstaan gegeven heeft, dat de zoo lang door de Regeering gevolgde politiek niet in al haar consequenties kan en zal worden doorgevoerd, heeft hij (om een beroemd gewor den woord te bezigen) zijn lippen nog niet „ontzegeld" met betrekking tot de toekomstige buitenlandsche politiek van het Britsche kabinet. In de laatste drie etmalen is de "Waal te Nij taegen 2.63 M. gewassen. Woensdagavond was de stand 11.24 (middelbare 8.66) M. NA.P. tolligen inhoud te verwijderen. De put, die be neden een omtrek van één meter heeft, was tot twee meter hoogte gevuld met allerlei voor werpen, als flesschen, steeneri, potlooden, vul penhouders,. horloges, lorgnetten en zakmessen. Zelfs was er een revolver bij. Groot was het aantal kaarsen, dat bij het neerlaten van het mysterieuze lichtje blijkbaar was verongelukt. Voorts is 7.50 aan geldstukken in den put gtvonden. Hierbij was een rijksdaalder van 1847, zoomede eenige oude geldstukken met een W. Het Kroondomein heeft zich over de voor werpen ontfermd. De man, die den put leeg haalde, mocht het gevonden geld houden. Vier dagen zijn met de schoonmaak van den put gemoeid geweest, heden speelde zich de finale af. De put is nu naar waarheid 62 meter diep en voor 50 c.M. met water gevuld. Naar de „Telegraaf" verneemt, heeft de di rectie van de glasfabriek „Leerdam" Woensdag voorloopige surséance van betaling aange vraagd. Het blad teekent hierbij aan, dat door sur séance van betaling der Glasfabriek „Leerdam de nieuwe combinatie, welke het bedrijf even tueel zou voortzetten, niet bezwaard zou wor den met lasten, welke op het oude bedrijf druk ken. Aldus zou de kans van slagen derhalve groo- ter zijn en voor de arbeiders de regeering streeft allereerst naar behoud van een ren dabele werkgelegenheid te Leerdam maakt het practisch weinig verschil in welk verband zij voortaan zullen werken. De langdurige besprekingen, welke Woensdag in den namiddag te Zutphen1 ten raadhuize zijn gehouden, tusschen den Rijksbemiddelaar, prof. mr. A. C.'Josephus Jitta en de partijen, betrok, ken bij de staking in de bouwbedrijven, hebben niet tot een resultaat geleid. De werknemers, zoowel als de werkgevers, handhaven hun standpunt. De eersten wenschen niet afhankelijk te zijn van vraag en aanbod en verlangen ook voor Zutphen toepassing van het landelijk collectief contract. De georganiseerde patroons kunnen, naar zij zeggen, geen contract aangaan, omdat de con currentie van zelfwerkende en ongeorganiseerde patroons van buiten Zutphen reeds van dien aard is, dat van de 21 openbaar aanbestede werken 'in 1935 er slechts een door een georga niseerd Zutphensch patroon kon worden uitge voerd. Voor de nieuwe exploitatie van den Echoput te Hoog-Soeren (gemeente Apeldoorn) heeft het Kroondomein het interieur van dezen put grondig laten reinigen. Hiervoor is een werk man tot den bodem afgedaald om den over- Het is opmerkelijk, hoe vaak de ontwikkeling van bedrijven gelijken tred heeft gehouden met het gebruik dat zij maakten van couran tenreclame. De Chrysler Corporation is één der vele spre kende voorbeelden. In 1924 nam, deze nog de 27ste plaats in op de ranglijst der voornaamste autofabrieken. Dat jaar bracht het een nieuw model op de markt; advertenties in de couranten verspreid den het groote nieuws over het geheele land. Een recordverkoop van 32.000 was het resul taat. In 1926 gaf deze maatschappij 1.200.000 aan courantenreclame uit; zij was tot de zesde plaats in de ranglijst opgeschoven. Twee jaar later stond de Chrysler reeds op de derde plaats. DE FIJNSTE CHÖCOLAAD Verpakt In etuis van 25c( 45c, 75c In trommels 1.50 per stuk Los 30c per ons Een voorstel der brouwerijen Ten aanzien van den accijns op bier en gedistilleerd heeft de Minister van Fi nanciën reeds langen tijd een vrij zonderlinge houding aangenomen. Het was bij de indiening van het be- zuinigingsontwerp, dat de Regeering toegaf, dat verlaging noodzakelijk was om fiscale redenen omdat de hoogte van den accijns zelf de totaal-opbrengst in gevaar bracht. Over den bieraccijns schreef de regeering in de Memorie van Toelichting: „Ook hier is de accijns te hoog opgevoerd. Dit heeft geleid tot een zoodanig verminderden omzet, dat de belangen der schatkist door den hoogen accijns blijken te worden bena deeld in stede van gebaat." Ofschoon men nu zou denken dat los van het geheele bezuinigingsontwerp ten minste de voor de schatkist schadelijke ac cijns moest worden verlaagd, kwam daar niets van. Bij de indiening der millioenen- nota 1936 werd de accijnsver laging weer als hoog noodig in het vooruitzicht gesteld, maartevens geraamd dat de schatkist daardoor toch 7 millioen inkomsten zou derven. Intusschen is ook van deze verlaging afgezien, toen het parlement bezwaar maakte tegen de verhooging der omzetbe lasting. Intusschen daalt het bierverbruik in ons land steeds, tot schade van de brouwe rijen en het cafébedrijf, en de minister van Financiën vond het raadzaam, de opbrengst van den accijns voor '36 te ramen op slechts 83 pCt. van de opbrengst over '35. De Bond van Nederlandsche Brouwerijen heeft toen op 28 Februari j.l., om toch ein delijk tot-de zoo noodige verlaging te ko men, het volgende voorstel gedaan aan de Regeering: Aan een met ingang van 1 Mei a.s. in te voeren bieraccijns ver laging tot het niveau als vóór de laatste verhooging gold, wat neerkomt op een verlaging van 50 pCt. van den tegenwoordigen bieraccijns, wordt de voorwaarde verbonden, dat iedere brouwe rij van dien datum tot en met 31 December 1936 boven den door haar in die periode verschuldigden, verlaagden bieraccijns een zoodanig bedrag zal bijpassen, dat het to taal (verlaagde bieraccijns, vermeerderd met het bijgepaste bedrag) gelijk zal zijn aan 88 pCt. van hetgeen zij in dezelfde periode van 1935 aan bieraccijns betaald heeft. De brou werijen zullen dan per 1 Mei a.s. de nood zakelijke bierprijsverlaging invoeren door den bierprijs te verminderen met een groo- ter bedrag dan de accijnsverlaging reeds toelaat. De totaal-prijsverlaging wordt dan grooter dan overeenkomt met de bierac cijnsverlaging. De omzet zal daardoor ge leidelijk op een zoodanig peil komen, dat de accijnsopbrengst in 1937 op een reëele en stabiele basis zal kunnen steunen. De fiscus krijgt de garantie, dat de opbrengst in 1936 overeen zal stemmen met de raming, voorkomende op de begrooting van dat jaar. Bij dit voorstel zoo schrijft ons thans de Bond hebben de brouwerijen zich dus be reid verklaard om een offer voor één maal in den vorm eener accijnsopbrengstgarantie te brengen. Bovendien verklaarden zij zich be reid tot een dusdanige prijsvermindering, dat daaruit voor haar een blijvende opbrengst vermindering per ^Liter bier het gevolg zou zijn. Op dit aanbod der brouwerijen heeft de Minister van Financiën geantwoord geen aanleiding te kunnen vinden om de tot standkoming te bevorderen van de hierbo ven geschetste regeling. Deze afwijzing doet de hoop op een spoe dige bier accijnsver laging verdwijnen. Aan de algemeen bestaande hoop op een flinke prijsverlaging, een prijsverlaging, welke de ff Maandag as. zal H. M. 's De Ruyter, de nieuwe kruiser der Nederlandsche marine, zijn eersten technischen proeftocht volbren gen. De heer J. C. Mollema, oud-luitenant ter zee en bekend schrijver op het gebied van scheep vaart en zeewezen, schrijft ons naar aanleiding van die gebeurtenis: Vóórdat wij den nieuwen kruiser aan den tand gaan voelen of hij zijn naam met eere draagt, willen wij zeer in het kort een schets geven van de Ruyter's beroemd admiraalschip „De Zeven Provinciën"; de vergelijking van beide schepen zal den lezer, beter dan wat ook, het verschil tusschen een oorlogsschip uit de Gou den Eeuw en van den modernen tijd duidelijk maken. De Zeven Provinciën dan, is evenals onze gloednieuwe De Ruyter aan de Maze gebouwd door twee „bijzondere" scheepstimmerlieden, de voorloopers dus van de twee-eenheid Wilton- Feyenoord. Het schip was ongeveer 55 Meter lang, 14 Meter breed, 5 Meter hol en viel „treffelijk van maaksel en uitermate wel bezeild" uit; het zal met harden wind misschien wel 9 knoopen heb ben geloopen. Het was bemand met 475 koppen en met 80 bronzen kanonnen bewapend. Het borg 44000 Amsterd. ponden buskruit, zijn zware 36 pon ders verschoten 15 pond kruit per schot. In den zomer van 1666 kreeg het schip met De Ruyter aan boord zijn vuurdoop in den Vier- daagschen Zeeslag. In den ongelukkigen tweedaagschen slag ver loor het al zijn zeilen en masten, maar het droeg De Ruyter de Medway binnen in het vol gend jaar. Het werd zwaar lek geschoten en deerlijk ge havend bij Solebay in 1672 en na den slag bij Kijkduin viel het de Maze binnen, versierd met zijden vlaggen en wimpels, wapperend van top. In 1683 het heeft zijn Meester lang over leefd toonde het teekenen van ouderdom, de bewapening werd verminderd en het werd tot gewoon oorlogsschip gedegradeerd. Wij Hollan ders waren blijkbaar te nuchter om het even als Nelson's Victory voor den nazaat te be houden. De Zeven Provinciën heeft zijn laatsten strijd gestreden bij Kaap La Hogue (1694), aan het hoofd van de Linie; na de overwinning is het vrijwel ontredderd Portsmouth binnengesleept en na gerepareerd te zijn in Holland teruggekomen en toenvoor „sleet" verkocht. Hoe anders dan dit slagschip der 17e eeuw ziet er onze kleine kruiser uit. Deze is 170.8 M. lang, meer dan driemaal zoo lang als de Zeven Provinciën, maar ongeveer even breed (15.6 M.) en steekt even diep (4.9 M.). Maar de De Ruyter wint het met de vaart, die 32 knoopen worden moet. Hü zal bemand worden met 432 koppen en zijn 7 kanonnen van 15 c,M. zouden de 80 van de Zeven Provinciën binnen de minuut het zwijgen kunnen opleggen, om maar te zwijgen van zijn 10 mitrailleurs van 40 m.M. en 8 mitrailleurs van 12.7 m.M., waartegen onze met enterbijlen en cortelassen gewapende voorvaderen, die zoo op enteren belust waren, geen „slag aan den bak" zouden krijgen. Aan munitie draagt de De Ruyter rond 130.000 K.G. mede, enfin tusschen snelvuurpatronen en kruit gaat de vergelijking heelemaal niet op. En danalles van de Zeven Provinciën, be halve de mannen, was van hout, alles op de De Ruyter is van staal en ander hard metaal. Volledigheidshalve vermelden wij nog even de andere naamgenooten-voorgangers van on zen nieuwen kruiser. Bekend zijn een linieschip van 1778 met 68 stukken, gevolgd in 1804 door een met 90, gesloopt in 1822. Het derde met 80 stukken is gebouwd in 1806 en gesloopt in 1818. De merkwaardigste De Ruyter is wel die, die in 1831 op stapel is gezet en na tweemaal gewij zigd te zijn, eindelijk in.... 1853 van stapel liep als stoomfregat, het diende tot 1860. Daarop volgde een stoomfregat in 1876, later herdoopt in Koningin Emma, nadat 'n nieuw schip, in 1879 gebouwd, zijn naam geërfd had. Het pantserschip De Ruyter, welks aanbouw de vader van den commandant van den nieu wen kruiser hielp verzorgen, dateert van 1900. In 1925 liep de torpedojager De Ruyter van stapel, die zijn naam en scheepsklok, hem ge schonken door het gemeentebestuur van Vlis- singen, aan het nieuwe schip heeft moeten afstaan en nu Van Gendt heet. trf+iZ Nu ja, de De Ruyter alleen vormt geen partij tegen de vechtmonsters der groote mogend heden, maar als zijn mannetjes bekeerd zijn tot het ijzer hunner voorvaderen en zijn comman dant en officieren inspiratie putten uit de prachtige kopergravure van den Zeeheld in de kajuit, het werk van twee oud-zeeofficieren, dan kan het Ruytertje tenminste een insect met een scherpen angel worden, die als hij maar genoeg broertjes krijgt, den bullebak, die onzen mierenhoop wil verstoren, pijnlijke builen kan bezorgen. „Neen, ik laat den moed niet vallen. Ik heb mijn leven veil voor den StaatAl werd mij bevolen 's Lands vlag op één enkel schip te voeren, ik zou daarmede in zee gaan Deze woorden van Michiel Adriaansz. De Ruyter, uitgesproken vóór zijn laatsten tocht blijpen het parool der Nederlandsche marine, die thans een nieuw en modern schip aan haar ,,kleyn hoopken" ziet toegevoegd ALLO. OUWE JONGEN ZAL JE VANDAAG JE 6E3T WEED EENS DOEN? JE WEET MOE i* VROEGE ft NAAR DE ZONDAG VERLANGDE OMWEEO EENS EEN F'JNC WEOSTP'JD TC SPELEN WAAD NU- - T lAAT ne Or«ve ASCMILL'Q. JA.JE BENT De OUDE NIET nEcR EUJi MOETEN MAAR NIET TE VEEL AN M!J VERWACHTE* WANT WS GEVOEL rrj DE LAATSTE rjo NIET PiT J'J WILT VAN EEN VPiEND TOCH w£l CtN GOEDE EEN OPGELEGDE kans... EN WEE. riETEQS naast RAAD AANNEMEN NEEM DAN VQ'JDAG5 E ZATERDAGS EÉN OP TWEE M.SS. CACHET welnee,han,de JVEDWINNIN G nE&e** BEMAALD qan>s Z'j oe M-SS GEWOONTE Oic MeEFT Mj HEELEMAAL ODöEnNADT y PROPIOA BOY. JOU OANTVfN WE PLATIPiOtnaC WEER )EOwE WAAR GEEN EO AAN TlPDEN f\AN Neem eiken Vrijdag en Zaterdag een M.S.S.-cachet ter inwendige zuivering. Gü kunt niet gezond blijven, ais van dag tot dag zich in Uw ingewanden vergiftige afval-stoffen ophoopen, want die hebben 'n bijzonder schadelijke werking op Uw gestel. Tenslotte begint Ge U „zoo moe", „zoo mat" en „zoo lusteloos" te gevoelen en last te krijgen van allerlei onprettige verschijnselen, zonder dat Ge beseft, waar het U hapert! De M.S.S.-cachets zullen Uw haperende spijs vertering, Uw vertraagde stoelgang herstel len, Uw met vergiftige afvalstoffen gevulde darmen zacht ledigen, Uw gestel opfrisschen. Ge gaat U'n ander mensch voelen. Ge bemerkt vol welbehagen, dat geU op Zondag-ochtend voor het eerst eens lekker frisch en opgewekt gevoelt, vol van levenslust en energie, want Overal verkrijgbaar bij Apothekers en Drogisten. Per 12 stuks in koker slechts 60 cent. afnemers zou kunnen helpen en waarvoor de brouwerijen allen steun, die van haar verlangd kon worden, hebben aangeboden, is thans de bodem ingeslagen. Volgens de betrokken brouwers dreigt thans de sluiting van bedrijven en de daar uit volgende toeneming van werkloosheid. Ons lijkt, de zaak in elk geval belang rijk genoeg om aan te dringen op een na dere motiveering van de weigering der re geering. Door het plan der bierbrouwerijen zou het budget voor het loopende jaar niet benadeeld worden en ofschoon het natuur lijk mogelijk is, dat in 1937 de opbrengst na een zóó drastische verlaging beneden die van 1935 zou blijven, zou men tevens kunnen nagaan hoe zich de toestand in het brouwerij bedrijf ontwikkelde en dan het vóór en tegen van handhaving der verla ging tegen elkaar kunnen afwegen. Het is ,van belang te weten, welke motieven den minister van Financiën geleid hebben bij de afwijzing van het voorstel. Woensdagavond te ongeveer elf uur vertrok uit Lemmer de sleepboot „Eemshorn", kapitein Pilon, met twee sleepschepen van ongeveer ruim 200 ton. Het achterste schip, „Martje", was ge laden met hout en had een deklast. In het Val van Urk kreeg de „Martje", schipper Hukema, het met den houtlast zwaar te verantwoorden. De zee was ruw en er stond veel wind. Spoedig begon de deklast te werken; Ongeveer veertig zware palen van ongeveer 25 meter en ander hout. waaruit de deklast bestond, sloegen over boord. Het schip dreigde te kapseizen. Aan boord bevonden zich de schipper, zijn vrouw, een achtjarig kind en de knecht. De vrouw en het kind werden door de sleepboot overgenomen. Toen de houtlast overboord was geslagen, was het gevaar voor kapseizen geweken. Het schip is zwaar beschadigd te Amsterdam binnengeloopen. Schip en lading waren ver zekerd. De rechtbank te 's Hertogenbosch deed he den uitspraak in een drietal uitgestelde Ossche strafzaken, die op 9 April geheel opnieuw wer den behandeld. Terzake van een diefstal bij den slager H. Janssens te Oss werd de 25-jarige metselaar J. A. van B. overeenkomstig den eisch, veroordeeld tot een jaar gevangenisstraf voorwaardelijk met een proeftijd van /rie jaar, en de 22-jarige arbeider H. A. R. tot een jaar en zes maanden gevangenisstraf, met aftrek van voorarrest. De eisch tegen hen was drie jaar. De zaken tegen H. C. van G.„ verdacht van den roofoverval te Heesch en tegen J. F. B. uit Veghel, terzake van uitlokking van brand stichting te Megen, werden voor hernieuwd on derzoek ter terechtzitting op 14 Mei a.s. uitge steld. (19 I De officieele ingebruikstelling van de stuw bij Lith heeft eenige weken geleden nog eens de aandacht gevestigd op de groote werken, die in het Noord-Oosten van Brabant worden uitgevoerd voor de Maasverbetering en die niet alleen ten doel hebben, de Maas gedurende 't geheele jaar ook voor schepen van grooteren omvang bevaarbaar te maken, maar bovendien een einde moeten maken aan een eeuwen ouden toestand, die in dezen hoek van Noord- Brabant periodiek ontstaat, als de Beersche Overlaat gaat werken en een uitgestrekt ge bied rondom Grave onder water wordt gezet, wat een intensieve bebouwing van den grond onmogelijk maakt. Aangezien bij de Maasverbetering het grond verzet een belangrijke plaats innam, rees de vraag, of hier niet een prachtig werkverschaf fingsobject inzat, wanneer men de machine uitschakelde en het werk voor een belangrijk deel in handenarbeid liet verrichten. Inder daad bleek dit uitvoerbaar en door de inscha keling van de werkverschaffing is het moge lijk, de klei tot op het zand te ontgraven en dezen goeden grond te gebruiken voor het op- hoogen van te laag gelegen terreinen en voor het afdekken van opspuitingen van bagger- werken. Teneinde de rivier ook in het winterbed te verruimen en bovendien de gronden nog te doen profiteeren van het vruchtbare rivierslib, worden sommige uiterwaarden afgegraven. Ook hierbij is werkverschaffing ingeschakeld; het terrein wordt afgegraven tot een bepaalde hoogte, waarbij dan wordt zorg gedragen dat voldoende klei achterblijft. De aanwezige zode wordt zorgvuldig behandeld en weer op het af gegraven terrein teruggezet. In vele gevallen is een maand na voltooiing van dé werkzaam heden de grasmat weer geheel hersteld. De uitvoering in handenarbeid geschiedt met arbeiders uit een groot aantal gemeenten; de oeverbescherming en de kunstwerken worden uitgevoerd door particuliere aannemers. In den loop van 1936 zullen de doorsnijdingen bij Me gen, Maasbommel, Oyen en Lith vrijwel geheel voltooid zijn. Dank zij den stuwen Grave en Lith zal de Maas dan voor grootere schepen het geheele jaar bevaarbaar zijn. De afwatering is reeds verbeterd, maar bo vendien zijn belangrijke oppervlakten nieuw land gewonnen en is wederom een stap gezet in de richting van het sluiten van den Beer- schen Overlaat, waardoor een einde zal komen aan den onder de tegenwoordige omstandig heden onhoudbaren toestand. Woensdag hebben belastingambtenaren en marechaussee een inval gedaan in een perceel aan de Kloekhorststraat te Assen, bewoond door H. H. Men vermoedde, dat daar een geheime dis tilleerderij was ondergebracht. Dit vermoeden bleek inderdaad juist te zijn. Een compleet dis- tilleertoestel werd in beslag genomen. Tegen H, H. is proces-verbaal opgemaakt. Naar men ons mededeelt, heeft mr. G. J. Sy- brandy, raadsman van den oud-burgemsester van Ambt-Hardenberg, hooger beroep aange- teekend tegen het door de Almelosche Recht bank Dinsdag tegen zijn cliënt uitgesproken

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1936 | | pagina 5