De staking in de
Wieringermeer
wSttËÜÏ
(DE 4e SEPTEMBER)
tege®
J.A.V.A. TEAMSTERDAM
WERKLOOSHEID DAALT
NIEUWE ONDERZEEËRS
MARIA ONZE MIDDELARES naast JEZUS
ONZE MIDDELAAR
Buma en Bioscoopbond
DINSDAG 28 APRIL 1936
Prijs
De stakers tot driemaal toe uit
Medemblik verwijderd
Minister overlegt met
burgemeesters
Uitgesloten
Verschenen de brochure:
Drukkerij ,,'t Kasteel van Aemstel"
DE K. P. M. BESTELT EEN
SCHIP
Met I Juni een luchtvaart-
garnizoen in de hoofdstad
ORDENING IN DE STEEN-
INDUSTRIE
Advies van minister wordt
voorbereid
ZOMERDIENST DER NED.
SPOORWEGEN
Met de Oiseau Bleu Amsterdam
Parijs v.v. in één dag
De cijfers van het eerste kwartaal
CONTINGENTEERING VAN
GLASWERK
Verhooging van invoerrechten
bepleit
K. J.
M. V. IN HET BISDOM
BREDA
Diocesane jaarvergadering te
Roosendaal
Regeeringsorder aan Wilton
Feijenoord
NED. SCHEEPSBOUW MIJ.
Verlies f 270.000 over 1935
WATELER-VREDESPRIJS
Geen audiëntie
Iets bijzonders voor de Meimaand:
door Prof. C. FRIETH0FF, O.P.
N.V. PAUL BRAND'S UITGEVERSBEDRIJF - HILVERSUM
GROOTE BRAND TE
ROTTERDAM
Loods geheel uitgebrand
HET AUTO-ONGELUK BIJ
DUISBURG
Een der gewonden overleden
AANVARING IN SLUIS
Engelsch schip krijgt lichte schade
f 2000 GESTOLEN
Inbraak in zuivelfabriek
IN ZIJN STRAF BERUST
De beslaglegging op de recette bij
Asta te Den Haag
UIT DE STAATSCOURANT
Defensie
Onderscheidingen
Eervol ontslag
P. T. T.-dienst
DOOR PETER BARON
Medemblik. dat dank zij de door B. en W.
genomen maatregelen, geen zijner werklooze
arbeiders zag deelnemen aan de staking in
de centrale werkverschaffing in de Wierin
germeer, werd Maandag tot drie maal toe
bezocht door groote groepen stakers van
elders, die blijkbaar van plan waren de ge
plaatsten bij de Medemblikker werkver
schaffing tot staking over te halen.
Maandag drong reeds vroeg in den morgen
een honderdtal stakers uit Wieringten in de stad
door. Zij werden door een kleine politiemacht,
onder leiding van den burgemeester, den heer
P- J. C. Peters, uit de stad verwijderd, zonder
dat zij er in geslaagd waren tot de gemeentelijke
werkverschaffing door te dringen.
De stakers togen daarna de Wieringermeer in,
waar zij samenschoolden voor den toegang van
een van de werkverschaffingsobjecten.
De burgemeester van Medemblik, die hen in
zijn auto, vergezeld van een tweetal politieman
nen was gevolgd, gelastte hun zich in de rich
ting van Wieringen te verwijderen, waaraan zij
voldeden.
Een uur later verscheen een tweede groep sta
kers, eveneens uit Wieringen afkomstig. Zij wer
den opgevangen door een tweetal politiemannen,
die de stakers sommeerden terug te keeren.
Toen hieraan niet werd voldaan, deelde de po
litie enkele gevoelige klappen uit, waarop de
stakers rechtsomkeert maakten.
Weer een paar uur later verschenen er plot
seling een 150-tal Hoornsche stakers per rijwiel,
die van Hoorn naar Enkhuizen waren gefietst
en van daar naar Medemblik. Hun werd door
den burgemeester toegestaan langs den koristen
weg zijn stad door te trekken in de richting
Hoorn. Toen zij daarna de Wieringermeer wilden
ingaan, werd hun zulks door den burgemeester
belet. Zij trokken daarop af in de richting
Hoorn.
Eenige Medemblikker steuntrekkenden, die
werden aangetroffen onder de vreemde sta
kers en blijkbaar als gidsen fungeerden,
werden door den burgemeester op staanden
voet uit de steunregeling geschorst.
Verwacht wordt, dat heden de vreemde stakers
opnieuw zulïen trachten Medemblik binnen te
trekken.
Maandagmiddag om vier uur had te Alkmaar
een bespreking plaats tusschen mr. M. Slingen-
berg, minister van Sociale Zaken en de burge
meesters van Medemblik, Hoorn en Wieringen,
de heeren Peters, Leemhorst en Kolff.
Voorts namen daaraan deel de heeren Meyer
de Vries, hoofd-inspecteur van de Werkverschaf
fing in algemeenen dienst en Kikkert, Rijks
inspecteur van de Werkverschaffing in het
district Medemblik.
Besproken werd de toestand in genoemde ge
meenten en speciaal in Wieringen
De door den heer Peters, burgemeester van
Medemblik, genomen maatregelen konden de
goedkeuring van den Minister wegdragen,
Staande de conferentie werden maatrege
len genomen om een tiental marechaus
sees ter beschikking van den heer Peters
te stellen, waarmede deze de bewaking van
de geheele Wieringermeer dus ook van
de niet bij Medemblik behoorende gemeen
ten op zich zou kunnen nemen.
Besproken werden nog de ten aanzien van de
stakers te nemen maatregelen.
Zij worden, zooals reeds gemeld, voor onbe-
paalden tijd van de werkverschaffing uitgeslo
ten en ontvangen in dien tijd een minimum
ondersteuning in natura, waarvan de omvang
in onderling overleg werd vastgesteld.
Een populaire handleiding betref
fende de maatregelen, welke men
treffen moet om brandgevaar te
beperken en brand te bestrijden. In
opdr. der V.K.P. samengesteld door
F. DEMELINNE, Expert. - 16 pag.
afgehaald f 0.10
franco per post f0.12
Verkrijgb. bij den Boekhandel en den Uitgever
V. Z. VOORBURGWAL 65-73 - AMSTERDAM
POSTREKENING No. 22884
Naar wij vernemen heeft de Koninklijke
Paketvaart Maatschappij aan de scheepsbouw-
werf van Gebr. Pot te Bolnes opdracht ver
strekt voor den bouw van een motorvracht- en
Passagiersschip.
Het schip, dat 950 ton zal meten, zal worden
uitgerust met een Werkspoor-motoreninstallatie.
De voornaamste afmetingen van het schip zijn
57 x 10,06 x 4,60 Meter.
De reeds geruimen tijd geleden aange-
gekondigde overplaatsing van een ge
deelte der militaire Luchtvaartafdee-
ling van Soesterberg naar de Amster-
damsche vlieghaven Schiphol zal defi
nitief per 1 Juni a.s. geschieden. Hoe
wel aanvankelijk van een tijdelijke de
tacheering sprake was, staat het thans
vast, dat tot definitieve overplaatsing
zal worden overgegaan, en wel van de
zoogenaamde „JAVA", de jachtvlieg-
tuigafdeeling.
Deze bestaat uit de meest ervaren en gerou
tineerde militaire vliegers van de L. V. A.,
zulks met het oog op de veiligheid in de luehc
'Doven het drukke Schiphol, waar jongere en
minder ervaren vliegers, die regelmatig oefen-
vluchten moeten maken, misschien wel eens
moeilijkheden voor het normale burger-lucht-
verkeer zouden kunnen veroorzaken.
De naar Amsterdam overgaande jachtvlieg-
tuig-afdeeling beschikt over 20 a 25 jachtvlieg-
cuigen en bestaat uit 40 a 50 man personeel. Zij
staat onder commando van den bekenden In-
dië-vlieger kapiteinvlieger H. van Weerden
Poelman.
Naar wij vernemen, is de commissie ex arti
kel 8 van de wet op het algemeen verbindend
en onverbindend verklaren van ondernemers-
overeenkomsten met betrekking tot de steen
industrie bezig aan de voorbereiding van een
desbetreffend advies aan den minister van
Handel, Nijverheid, en Scheepvaart. De fabri
kanten in de baksteenindustrie en die in de
kalkzandsteenindustrie hebben plannen tot or
dening in hun bedrijven aanhangig gemaakt.
Of genoemde commissie over deze plannen twee
afzonderlijke rapporten zal uitbrengen, dan wel
of zij, de plannen in onderling verband be
schouwende, haar advies in een enkel rapport
zal samenvatten, staat op dit oogenblik nog
niet vast. De commissie heeft in drie a vier
zittingen de belanghebbenden gehoord, voor en
tegenstanders, ook vertegenwoordigers van
werknemersorganisaties en bestudeert nu het
zeer uitgebreide, schriftelijke materiaal, dat te
harer beschikking is gesteld. Zij streeft ernaar,
zoo spoedig mogelijk aan den minister advies
uit te brengen.
Het nieuwe spoorboekje, dat de Zomerdienst
regeling van de Ned. Spoorwegen bevat, zal
volgens de „Telegraaf" o.m. de volgende wijzi
gingen bevatten:
Wat betreft de Duitsche verbindingen werd
de Rheingoldtrein op het Duitsche traject ge
wijzigd van F. F. D. in F. D.-trein, waardoor
de toeslag op dien trein op het Duitsche par
cours tot op de helft verminderd werd.
De verbindingen over Roosendaal zijn belang
rijk gewijzigd. Er komt een nieuwe Pullman
treinverbinding le en 2e klas Amsterdam C.S.
Parijs en terug. Deze trein heet l'Oiseau Bleu
en rijdt thans tusschen Antwerpen C.S. en Parijs
v.v. Het wordt nu mogelijk per trein op één dag
naar Parijs en terug te reizen met een opont
houd te Parijs van bijna i'A uur.
Het Centraal Bureau voor de Statistiek ver
strekt, per beroepsklasse, de aantallen geheel
werkloozen onder de op het einde van Maart
1936 bij alle organen der openbare arbeidsbe
middeling in Nederland ingeschreven werkzoe
kenden.
Aantal werkloozen op
het einde van
Maart Febr. Jan.
1936 1938 1936
Aardewerk, enz. 11.777 13.258 13.252
w.o. steenfabr. 9.496 10.658 10.558
Diamantindustrie 2.631 2.693 2.785
Drukkersbedrijf, enz. 3.341 3,253 3.665
Bouwbedr., enz. 83.683 95.339 98.365
Houtbew., enz. 12.863 13.614 13.994
Kleeding, enz. 5.886 6.760 7.219
Leder, enz. 3.481 3.378 3.418
Oer, turf 6.283 8.885 9.097
w.o. mijnwerkers 1.820 1.857 1.997
Metaalnijverheid 50.165 50.815 51.388
Papier 1.961 1.791 1.812
Textielnijverheid 10.975 11.075 10.862
Voed.- en genotmiddelen 14.490 14.493 14.634
Landb.bedr. 60.891 74.899 79.517
Visscherij 3.442 3.477 .3.393
Handel 14.226 14.394 14.260
Verkeer 47.286 47.792 47.553
Vrije beroepen (vnl.
kant.bedienden) 14.814 15.175 15.619
Huisel. diensten 10.447 11.378 10.961
Ongeschoolde fabr. e.a.
arbeiders 65.385 67.978 68.165
Zonder voorkeur (geen
handarbd.) 2.972 2.948 3.820
Ov. beroepsklassen 2.047 2.068 2.111
Totaal 429.046 465.463 475.890
Bfj het afdeelingsonderzoek van het ontwerp
van wet tot regeling van den invoer van huis
houdelijk glaswerk wenschte een der leden van
de Eerste Kamer, naar aanleiding van de toe
gepaste contingenteering van huishoudelijk glas
werk, wederom te wijzen op de wenschelijkheid
van gedeeltelijke vervanging van contingentee
ring' door verhooging van invoerrechten.
Waar het buitenland den uitvoer naar Neder
land op allerlei wijze, b.v. door uitvoerpremies
en verkoop der producten verre beneden den
voor het eigen land vastgestelden prijs stimu
leert, daar dient, zoo merkte het hier aan het
woord zijnde lid op, vooral door verhooging van
invoerrechten, van specifiek karakter, een betere
verhouding krachtig te worden bevorderd.
Uiteraard zal ook dan contingenteering niet
achterwege kunnen blijven, omdat, ondanks
verhooging van invoerrechten, in het bijzonder
ten gevolge van de lage loonkosten in sommige
landen, het buitenlandsch fabrikaat niettemin
nog tegen zoo lagen prijs zal worden aangeboden,
dat, zonder contingenteering, de invoer toch een
veel te grooten omvang zou aannemien. De hoo-
gere invoerrechten zullen evenwel naast de op
levering van directe voordeelen voor 's Lands
schatkist voor de binnenlandsche industrie de
mogelijkheid scheppen, om den strijd tegen het
buitenlandsche product met wat meer kans van
slagen voort te zetten. Daarenboven zal zoo,
naar het oordeel van het lid, hier aan het woord,
een einde worden gemaakt aan de bevoordeeling
van een aantal handelaren, die ook in de basis
jaren reeds in hoofdzaak buitenlandsche waren
aankochten, boven die handelshuizen, welke
vroeger steeds in de eerste plaats Nederlandsche
producten verhandelden en thans door het ge
mis aan consenten in een uiterst ongunstige
positie verkeeren.
Zondag werd te Roosendaal de tweede alge-
meene jaarvergadering gehouden, in de groote
zaal van den Kath. Kring aldaar, van de Dio
cesane Kath. Jonge Middenstand-Vereeniging
in het Bisdom Breda, welke o.m. werd bijge
woond door den Nationaal Verbondsmoderator,
Rector L. Beune, uit Leiden.
De vergadering was voorafgegaan door een
plechtige gezongen H. Mis in de nieuwe Maria
kapel van Maria-gaard, opgedragen door mo
derator v. Campen.
Het financieel verslag van den penning
meester sloot met een batig saldo van 36.20J4
aan kasgeld en ƒ33.87 als voordeelig slot op
de giro-rekening. De begrooting voor 1936 werd
op een totaal van ƒ685 vastgesteld.
Bij de periodieke verkiezingen werd de Dio
cesane voorzitter, de heer A. Voets, uit Don
gen, met 176 van de 201 uitgebrachte stemmen
herkozen. Als bestuurslid werd herkozen het
aftredende bestuurslid P. Rampaart, uit Roo
sendaal, terwijl in de plaats van het aftredend
lid A. Beckers, uit Ginneken, gekozen werd de
heer H. v. Roosmalen, uit Oosterhout.
In de des namiddags gehouden feestvergade-
ring trad als spreker op Rector L. Beune, uit
Leiden, die een enthousiaste rede hield over de
roeping der K.J.M.V. in den Katholieken le
vensstijl.
Na deze redevoering, welke met groote aan
dacht werd gevolgd, werd door de afdeeling
Breda het leekenspel „Het Duivelsbruggetje",
van Henri Ghéon opgevoerd.
De dag werd besloten met het tooneclspel
„De groote reis", eveneens van Henri Ghéon.
Naar het „Handelsblad" verneemt, heeft
De Regeering bij de werf Wiiton-Feijenoord
te Schiedam wederom twee onderzeebooten
besteld. Het zullen de K 19 en de K 20 zijn.
Op deze werf wordt ook het geschut voor
het flottielje-vaartuig, dat te Amsterdam
op stapel staat, vervaardigd.
Aan het jaarverslag der Nederlandsche
Scheepsbouw Mpij. over 1935 ontleenen wij het
volgende
De financieele resultaten over het jaar 1935
zijn helaas weder ongunstiger dan die over
1934, gedeeltelijk als gevolg van te geringe be
zetting onzer werkplaatsen.
Wel is er thans meer werk op de meeste groo
te werven, dank zij de grootere vraag naar
schepen, waardoor de algemeene onkosten in
een betere verhouding tot de productie komen,
doch bijna alle contracten zijn verlieslatend,
van welk verlies de Regeering een gedeelte voor
haar rekening neemt.
Voor meer gecompliceerde vaartuigen, als
passagiersschepen, zijn de Hollandsche prijzen,
berekend zonder eenige winst, ongeveer gelijk
aan die der buitenlandsche werven, waarin dan
echter winst berekend is: voor eenvoudiger
schepen is de Nederlandsche scheepsbouw-
industrie nog meer gehandicapt.
Meermalen is gebleken, dat het aantal man
uren, waarin Hollandsche werven een schip
kunnen bouwen, gelijk of lager is dan dat van
goede buitenlandsche werven, waardoor het
dubbel te betreuren valt, dat Nederland ais
scheepbouwende natie zich meer en meer op
den achtergrond ziet dringen door landen, die
op dit gebied vroeger slechts een onbeteekenen-
de positie innamen.
Ondanks de betere, maar toch nog onvoldoen
de bezetting der werven, zien wij de toekomst
met groote zorg tegemoet.
De exploitatie-rekening laat helaas een ver
lies van ƒ270.957.22, welk cijfer door de ge
kweekte rente teruggebracht wordt tot
261.476.75. Hierbij zijn, evenmin als vorig jaar,
afschrijvingen op de bezittingen in rekening
gebracht.
Voorgesteld wordt een bedrag van 5.241.18
af te boeken van het Uitbreidings- en Vernieu
wingsfonds, waarmede dit fonds geheel uit
geput is, en het restant van het verlies ad
ƒ256.235.47 over te brengen op nieuwe reke
ning.
De Wateler-vredesprijs voor 1936, ten bedra
ge van f 25.000, is toegekend aan de Academie
voor Int. Recht te 's-Gravénhage, wegens de
diensten, door deze instelling aan de zaak des
vredes bewezen door hare werkzaamheid, sinds
1923, op den grondslag van internationale sa
menwerking in het belang van de ontwikke
ling van het internationale recht en van de
rechtsgedaehte als richtsnoer voor de staten
gemeenschap.
De gewone audiëntie van den minister van
Justitie zal Vrijdag 1 Mei a.s. niet plaats
hebben.
Prijs ingenaaid
116 blz... f 1.15
Dit boek is een magistrale behandeling van het Middelaarschap
van Maria tusschen Christus en de menschen. Wie het gelezen heeft
zal zich bevestigd weten in zijn liefde tot de Moeder Gods en mocht
hij Haar nog niet kennen of erkennen, dan kan dit tractaat ertoe
bijdragen, dat hij tot het inzicht komt. Van harte aanbevolen.
Mededeelingen Orgaan v. d. Kath. Jong. Werk. Ver.
VERKRIJGBAAR BIJ DEN BOEKHANDEL en bij den Uitgever:
Een van de twee: je drinkt je
evertraan, of je moet tante kussen.
(Wisconsin Octopus).
Omstreeks kwart voor twaalf Maandagmor
gen is op den Grientweg bij den Sluisjesdijk
te Rotterdam een groote loods afgebrand. In
dit geheel met olie gedrenkte materiaal de
loods ligt op het voormalige terrein van het
petroleum-etablissement van de Shell en de
A.P.C., waarvan de tanks echter al eenigen tijd
geleden naar de Petroleumhaven zijn overge
bracht, ook deze loods was voor de sloop be
stemd vond het vuur gretig voedsel.
Eenige arbeiders waren bezig op het dak van
de loods, die ongeveer 100 bij 120 Meter meet
en gedeeltelijk van hout en gedeeltelijk van
steen is opgetrokken, met sloopwerk. Andere
arbeiders waren werkzaam met snijbranders
aan een ketel in de loods. Hierbij is een vonk
in de olieresten van den ketel terecht gekomen
en dadelijk daarop stond de loc/ls in lichter
laaie.
De arbeiders moesten in allerijl een goed
heenkomen zoeken, hetgeen hun zonder onge
lukken is gelukt.
Een aantal leege terpentijn-vaten en ook
eenige zuurstofcylinders konden nog in veilig
heid worden gebracht.
De drijvende motorspuit „Havendienst 6" en
de drijvende stoomspuit „Havendienst 4" werk
ten ieder met drie stralen en de vaste straal-
pijp van de rivierzijde. Aan de landzijde werkten
een drietal slangenwagens en een motorspuit.
In totaal werd de brand bestreden met 15
stralen.
De loods, welke op beurspolis verzekerd was,
is echter vrijwel geheel plat gebrand.
Naar wij vernemen, is Zondagavond in het
ziekenhuis te Duisburg (Did.) aan de gevolgen
van een noodlottig auto-ongeval overleden mr.
S. G. de Jong uit Apeldoorn.
Zooals men zich zal herinneren, kwam in den
vroegen ochtend van 18 April een auto, be
stuurd door den heer de W. uit Apeldoorn, op
den terugweg van Duisburg te slippen.
De bestuurder verloor hierdoor de macht
over het stuur, waarna de auto tegen een boom
botste. De heer De W. werd licht gewond, ter
wijl de beide andere inzittenden, de heer van
O. uit Amsterdam en de heer de Jong uit
Apeldoorn, zwaar gewond werden. Alle drie wer
den in het ziekenhuis te Duisburg opgenomen.
De heer De W. heeft in de afgeloopen week het
ziekenhuis verlaten, waar de heer Van O. thans
nog verpleegd wordt.
De heer De Jong was in sportkringen in het
oosten van het land een bekende persoonlijk
heid.
Het Maandag van Gothenburg te Amsterdam
aangekomen Zweedsche s.s. „Burgundia" is bij
het binnenvaren in de sluis te IJmuiden uit
het roer geloopen, waardoor het 't achterschip
van de eveneens binnenkomende Engelsche ,,Ra-
vonia" raakte. De „Ravonia" bekwam lichte
schade, terwijl de „Burgundia" onbeschadigd
bleef.
Toen de directeur van de zuivelfabriek te
St. Michielsgestel Zondagmiddag de ronde deed
in de fabriek, kwam hij tot de ontdekking,
dat de brandkast in het kantoor geforceerd
was. Hij waarschuwde de politie. Bij onder
zoek bleek, dat de daders vermoedelijk in den
nacht van Zaterdg op Zondag zich door een
achterdeur toegang tot de fabriek hebben ver
schaft en door het inslaan van een ruit het
kantoor zijn binnengekomen.
Er wordt een bedrag van f 2000 vermist: van
de daders heeft men tot nog toe geen spoor
kunnen vinden.
De gewezen ontvanger der gemeente Ambt-
Hardenberg, die door de Almelosche Recht
bank wegens gepleegde malversaties tot een
jaar gevangenisstraf is veroordeeld met aftrek
van preventief, zal in dit vonnis berusten en
niet in hooger beroep gaan.
Maandagmiddag is in kort geding voor den
president van de Haagsche rechtbank ophef
fing gevraagd van het beslag, dat namens het
Bureau voor Muziekauteursrecht (Buma) is ge
legd op 1/3 deel van de recette van het Asta-
theater te Den Haag, teneinde zich op deze
wijze betaling te verzekeren van de volgens dit
bureau ook voor muziek in geluidfilms ver
schuldigde auteursrechten.
Het betreft hier de vertooning van de UFA-
film „Savoy Hotel" voor welke film de muziek
is vervaardigd door den componist Gronostay.
Mr. Karsten, voor den Bioscoopbond pleitend,
betoogde, dat Gronostay destijds, toen hij de
opdracht voor het maken der muziek ontving,
gelijktijdig zijn auteursrecht daarover bij akte
aan de UFA heeft overgedragen. Nu betoogt
Buma wel, dat G., die behoort tot de Oosten-
rijksche auteursrechtorganisatie, door dat lid
maatschap het auteursrecht voor al zijn reeds
gemaakte werken en voor alle in de toekomst
te maken composities aan die organisatie heeft
overgedragen, maar volgens een arrest van den
Hoogen Raad is overdracht van auteursrecht
op muziek, welke nog niet vervaardigd is, niet
rechtsgeldig.
Voor het Buma werd gepleit door den direc
teur, mr. Wiessing, die uitvoerig uiteenzette,
dat Buma wel degelijk het recht heeft, ten
deze op te treden, als trustee onder meer van
alle bij de Oostenrijksche auteursrechtorgani
satie aangesloten componisten. Pleiter ontken
de, dat Gronostay bij de genoemde akte zijn
auteursrechten aan de UFA heeft overge
dragen.
De president zal op Maandag 4 Mei uitspraak
doen.
Bij Kon, Besl. van 24 April zijn bevorderd:
met ingang van den datum van dit besluit:
a. tot kapitein-luitenant ter zee, de luite
nant ter zee der le klasse D. C. H. Hetterschij,
b. tot luitenant ter zee der le klasse, de lui
tenant ter zee der 2e klasse D. J. van Door-
ninck Azn.
Met ingang van 4 Mei: tot kapitein der ma
riniers, de le luitenant der mariniers P. J.
van Gijn, met ingang van 8 Mei:
tot officier van den marinestoomvaartdienst
der le klasse,
de officier van den marinestoomvaartdienst
der 2e klasse A. J. Romijn.
Met ingang van 17 Mei:
tot officier van den marinestoomvaartdienst
der le klasse,
de officier van den marinestoomvaartdienst
der 2e klasse J. B. Berck.
Bij K.B. van 23 April 1936 is benoemd tot
officier in de orde van Oranje-Nassau, met
de zwaarden (bij bevordering), de kolonel der
artillerie jhr. K. F. Quarles van Ufford, com
mandant van de tweede artilleriebrigade, voor
zitter van de Kon. Militaire Sportvereeniglng.
Bij K. B. van 3 April 1936 is benoemd tot
ridder in de Orde van Oranje-Nassau J. W.
van Stuijvenberg, predikant bij de Vereenigde
Doopsgezinde gemeente te Amsterdam.
Bij K. B. van 22 April 1936 is bevorderd tot
officier in de Orde van Oranje-Nassau dr. J.
R. Callenbach, predikant bij de Ned. Hervormde
gemeente te Rotterdam.
Bij K. B. van 22 April 1936 is de gouden eere
medaille, verbonden aan de Orde van Oranje-
Nassau, toegekend aan A. P. van Riel, hoofd
klerk bij de gemeentelijke lichtbedrijven, water
leiding en radio-distributie te Breda.
Bij K. B. van 22 April 1936 is toegekend de
aan de Orde vaii Oranje-Nassau verbonden
eere-medaille in brons aan A. Roemers, huis
knecht bij mevrouw de douairière van Limburg
Stirum te Heerenveen.
Bij K. B. van 24 April 1936 is benoemd tot
officier in de Orde van Oranje-Nassau J. Elias,
lid van de firma J. Elias te Eindhoven.
Bij K. B. is aan G. Reiber te Heerlen-met
ingang van 1 Juni 1936 op zijn verzoek eervol
ontslag verleend als adjunct-afdeelingschef bij
de Staatsmijnen in Limburg, met dankbetuiging
voor de door hem aan de Staatsmijnen bewezen
diensten.
Bij K. B. is te rekenen van 1 April 1936 af
op zijn verzoek eervol ontslag verleend aan A.
O. L. Strijkers, als als chef-radiotelegrafist-
observator in vasten dienst bij den berichten
dienst voor de luchtvaart te Rotterdam.
Bij K. B. van 23 April 1936 is aan den com
mies bij den P.T.T.-dienst C. W. Fruyt van
Hertog, met ingang van 1 Mei 1936 op zijn
verzoek eervol ontslag verleend.
Aan den commies bij den P.T.T.-dienst J.
Prins is met ingang van 26 April 1936 op zijn
verzoek eervol ontslag verleend.
Bij beschikking van den directeur-generaal der
P.T. en T. is met ingang van 1 Mei 1936 aan
gewezen als beheerder van het bijP.-, T.- en T.«
kantoor te Rotterdam Van Alkemadestraat
de commies bij den P.-.T.- en T.-dienst H.
Kuylenburg.
10
Mandeville en Bryce, die 't zelfde probeerden,
hadden ook hetzelfde resultaat, en eerst ruim
twee minuten nadat het schot gevallen was, ver
lichtte de lantaarn van den inspecteur de kamer
met een witten lichtstraal. Mandeville en Wes
ton ontstaken eveneens de hunne en een eigen
aardig schouwspel vertoonde zich. Niemand, be
halve Weston, had zich bewogen.
Guest, die bij de deur stond, hield een nog
rookend pistool in zijn vuist, terwijl zijn ver-
Warde blikken op Venning's stoel gericht waren
hn langs zijn arm een fijn bloedstraaltje liep.
Venning lag achterover in een komische hou
ding, zijn hoofd hing op zij, zijn ledematen wa-
ren slap, en op het wit van zijn overhemd ver
spreidde zich een steeds grooter wordende roode
vlek. Mandeville was nu de eerste, die zich ver
roerde. Met 'n onverstaanbaar gemompel sprong
hij naar den stoel, waarin de jood lag, boog
zich over hem, om zich plotseling weer op te
richten met een wit kaartje in zijn hand, dat hij
bii Vennings voeten van dten vloer had opgeraapt.
Snel legde hij daarna zijn hand op het hart van
jood en trok ze eensklaps terug, toen Ven-
hings zijn oogen opsloeg. De jood spande zich
hog in om op dit oogenblik van zijn doodsstrijd
te preken, maar hij mompelde slechts flauw en
onsamenhangend. Zijn slappe lippen deden nog
een armzalige poging en toen zonk zijn hoofd
voorover. De inspanning was te groot geweest.
Mandeville die zwijgend knikte, toen hij de
vragfende oogen van Hubert Chatterton zag, week
terug en verzocht Weston hem te helpen het
lichaam van den jood naar de andere kamer
over te brengen.
Toen de deur achter hem gesloten werd, keer
de zich Chatterton juist op tijd om om dé in
zwijm vallende Myra in zijn armen op te vangen.
„Weston, stel je in verbinding met de begra
fenisonderneming en bel een ambulance op, be
val Bryce.
„Mandeville, wil je voor kaarsen zorgten?"
De kaarsen werden gebracht en Bryce plaat
ste zich mét zijn rug naar de deur en nam het
bevel over de heele situatie, aangezien Guest
niet tot handelen in staat bleek.
„Niemand verlaat deze kamer tot ik hiertoe
verlof geef," vervolgde Bryce op gebiedenden
toon.
„Ik moet u verzoeken u te laten fouilleeren."
Hij wenkte Mandeville naar voren te komen en
bleef zwijgend staan wachten, terwijl de politie-
chïrurg, te beginnen met Wally Chatterton, zijn
handen vluchtig over hun kleeren liet strijken.
Het laatste werd Myra gevisiteerd, die weer bij
kennis gekomen was.
Het resultaat was een teleurstelling. Op Man
deville en Weston werden pistolen gevonden, en
eveneens op inspecteur Bryce. Niemand van de
anderen droeg wapens, uitgezonderd Guest, die
nog altijd zijn pistool vasthield. Bryce keek naar
het pistool van zijn collega en een glimlachje
kwam om zijn lippen.
„Dat vereischt een kleine verklaring, Guest,"
zeide hij boosaardig. „De flikkering kwam uit
uw richting, en er ontbreekt één kogel."
Alle aanwezigen keken naar Guest, Die gecon
centreerde aandacht scheen den afdeelings-in-
specteur tot zich zelf te brengen, en terwijl hij
met zijn hand over zijn oogen streek, vermande
hij zich.
,,'t Is jammer, ouwe jongen," mompelde hij
met een tevergeefs gemaakten glimlach. „Dit
maal geen vangst." Het ironische „niet?" van
Bryce negeerend, ging hij verder met zijn ver
klaring.
„Zoodra de lichter, uitgingen, trok ik mijn
wapen. U allen hoorde dat onderdrukte ge
steun? Goed. Dat kwam van mij. Ook meende ik
van achter Venning's stoel eenig geluid te ver
nemen. Opeens schoot ik. Dat was het schot, dat
ge allen gehoord hebt."
„Nogal een gewaagd stukje, niet?" spotte
Bryce. „Je had best een van ons kunnen tref
fen."
„Ik vuurde! Niet jij," was het antwoord. „Ik
wist waar elkeen zich bevond, maar toen ik
schoot, trof mij een kogel In mijn handgewricht;
daardoor raakte mijn schot buiten doel. Waar
schijnlijk zul je mijn kogel gedeponeerd vinden
in het paneel boven de plaats, waar Venning
zat. En ook zul je bevinden, dat de kogel, die in
Vfenning's borst zit van hetzelfde kaliber is, als
de kogel, die op dat oogenblik mijn gewricht zoo
leelijk toetakelde."
Mandeville kwam naar voren en bood een zak
doek aan, welkeh Guest aannamen en om zijn
handgewricht wikkelde.
Bryce keek nog wel een beetje achterdochtig
naar Guest. „Natuurlijk," sprak hij in het alge
meen, „ik kan ongelijk hebben, maar ik was van
meening, dat ik slechts één schot hoorde vallen."
Guest glimlachte geduldig.
„Je had gelijk, hoor. Je hoorde maar één
schot. Zet het als je blieft uit je hersens, dat ik
op Venning geschoten heb, hé?! Heb je van je
levten wel eens van een geruischloos Maxim-
pistool gehoord? Ja? Welnu, dat is de verkla
ring."
„Goed," stemde Bryce in, „maar behalve dan
toch het ontbreken van een vuurstraal van die
„geruischlooze." Guest fronste zijn wenkbrau
wen.
„Dat is mij een even groot raadsel als jou,"
zei hij. „Maar het is niet onmogelijk om diten
straal te dooven. Dat is van te voren in orde ge
maakt met een stalen kopschild, vermoed ik."
Op dat oogenblik uitte Weston, die het paneel
aan het onderzoeken was op de plaats waar de
kogel van Guest moest zijn ingedrongen, een lui
den kreet, en hij haastte zich met den kogel,
dien hij met zijn mes uit den wand had opge
diept, naar Bryce. Deze was van hetzelfde kali
ber als de resteeriende vijf kogels in de revolver
van Guest.
Verondersteld, dat ook de kogel In het ge
wricht van Guest en die in Venning's borst van
hetzelfde kaliber waren, dan zou alles opgehel
derd zijn.
„Laten wij een onderzoek beginnen, Weston,"
beval Bryce, en geholpen door Guest begon hii
de kamer aan een nauwkeurig onderzoek te on
derwerpen.
Toen Weston terugkeerde, speurde Bryce rond
om de sofa.
„Stuur Mitchell hierheen," luidde het, „en dfen
sergeant, die met het cordon belast is."
Bryce keek naar zijn collega-inspecteur.
„De ouwe zal den boel op stelten zetten,"
meende hij.
„Niets aan te doen," bromde Guest. „Ons treft
geen verwijt. Ik kan niet in het donker zien, en
jij evenmin, 't Geval is hopeloos. Niemand was
van plaats veranderd, toen de lantaarns werden
aangestoken. Neem bijvoorbeeld Hubert Chatter
ton. Hij kon zich niet verroerd hebben, zonder
dat Myra, die tegenover hem zat, het gehoord
had. Evenmin kon zij zich bewegen om dezelfde
reden.
„Dat is waar", gaf Bryce voorzichtig toe.
„Noch Mandeville, noch ik konden dat schot af
gevuurd hebben. Want kogels die van ons kwa
men, zouden den buitenkant van zijn .schouders
geraakt hebben en niet zijn borst." In gepeins
rimpelde zich zijn voorhoofd. „Tusschen twee
haakjes, wie draaide 't licht uit?"
„Ik weet het niet," mompelde Guest. Hij, die
de schoten loste, denk ik „De Moordenaar." Het
is toch wel een beetje twijfelachtig, dat hij op
Venning schoot en tegelijk mijn schot beant
woordde. Een verduiveld goed schutter bij zulk
licht."
Hij kwam weer terug op zijn eerste onderwerp.
„Dit is dus aangaande Weston en mij. Ik heb
.mijn aandeel erin verklaard."
Bryce knikte. „Ik blijf borg voor Weston,"
sprak hij. „Hij heeft alleen geloopen om de
lamp in te schakelen."
Op dat oogenblik kwam Weston binnen in ge
zelschap van een mager man in civiel, die een
scherp geteekend gelaat had, benevens nog een
grooten man, met een nek als van een stier fen
een rood gekleurd gelaat, die de uniform droeg
van een sergeant van de politie.
„Zoo juist een schot gehoord? vroeg Bryce
giftig aan die twee.
Beiden knikten met eerbiedige instemming.
„Verliet iemand het huis, sergeant?"
„Neen mijnheer." Ook de stierennek schudde
nadrukkelijk het hoofd.
„Niemand op het dak, Mitchell?'
„Neen, mijnheer." De man met het hoekige
gelaat zei het eveneens met nadruk.
„Dank je. Dat is alles," zei Bryce kortaf, ter
wijl hij hen wegzond. „Ik zou wel eens willen we
ten, wat er met Leslie Wace gaande is," ver
volgde hij.
„We komen alles te weten, zoodra Randall
rapport uitbrengt," mompelde Guest, die zich
van den haard verwijderde teneinde (ten schrijf
lessenaar, die bij den muur stond, eens goed op
te nemen.
Een half uur lang onderwijl werd het lijk
van Venning naar de begraafplaats getranspor
teerd zochten zij tevergeefs.
„Blijft er nog iemand uit dezen kring onder
bewaking?" vroeg Bryce.
„Alleen vannacht," antwoordde Guest. „Mor
gen zal de chef hen wel laten gaan. Er bestaat
geen klaarblijkelijke reden om hen vast te hou
den." i Wordt vervolgd.)