Ontploffing in
mijn-tunnel
DE 4e SEPTEMBER
WETTELIJKE REGELING
PERSONEELFONDSEN
DONDERDAG 11 JUNI 1936
Voor-ontwerp bij den Hoogen
Raad van Arbeid aan
hangig gemaakt
HET RINNENSCHEEPVAART-
CONGRES
EERSTE KAMER
De volgende week weer bijeen
ELECTRICITEITSCONGRES
Ontvangst door het Haagsche
gemeentebestuur
TENTOONSTELLING GEOPEND
Betrekking hebbende op
binnenscheepvaart
INWIJDING R. K. KERKHOF
Examen voor radio-amateur
Jeugd en film
Rector H. van Spanje spreekt voor
de Haagsche afdeeling van
Filmfront
REISBELASTING-ONTWERP
Nog voor het Zomerreces in
de Kamer?
NIJVERHEIDSONDERWIJS
Nieuwe Algemeene Maatregelen
van Bestuur
KRIJGT N. L. S. SUBSIDIE?
Ook steun van Fokkerfonds
toegezegd
DE RESIDENTIEWEEK
Programma van Donderdag
ECONOMIE VAN VERVOER
WEZEN
Streven naar een uitsluitend
kanalenstelsel
De postvluchten
FABRIEKSBRAND TE GOUDA
Opslagruimte door het vuur
verwoest
JUBILEUM MGR. WITLOX
GELD IN EN UIT ITALIË
SANEERING VAN KAPPERS-
BEDRIJF
Geen audiëntie
Achttien inheemsche werklieden
gedood, drie zwaar gewond
DE NOODLANDING VAN DE
LAFPLAND
Ontsteking der motoren haperde
GELDEN VERDUISTERD?
Boekhouder staat in hooger
beroep terecht
WIELRIJDSTER GEWOND
Door een motorfiets aangereden
UIT DE STAATSCOURANT
Belastingen
Rechterlijke macht
P. T.
en
T.
Arbeidsinspectie
DOOR PETER BARON
ij—1
Aan den Hoogen Raad van Arbeid is om
advies toegezonden een voor-ontwerp van
wet tot regeling van personeelfondsen.
Aan de toelichting ontleenen wij het vol
gende
Be gebeurtenissen, welke zich het vorige jaar
ten aanzien van de pensioenen bij den Konink
lijken Hodandschen Lloyd hebben voorgedaan,
gaven den ambtsvoorganger van den tegen-
woordigen minister van Sociale Zaken aan
leiding tot het instellen van een commissie,
welke zou nagaan, of en, zoo ja, welke maat
regelen van overheidswege genomen kunnen
worden, ten einde in de toekomst de ineen
storting van particuliere pensioenfondsen zoo
veel mogelijk te voorkomen.
Deze commissie heeft dezer dagen haar ver
slag uitgebracht.
Zooals men weet, leidde de slechte gang van
zaken bij den Lloyd er ten slotte toe, dat dé
Pensioenen niet meer betaald konden worden.
Be pensioengerechtigde moet zich met een ge
wone concurrente vordering tegenover de ven
nootschap tevreden stellen.
De vraag nu, welke rijst, n.l. of het op den
weg der overheid ligt, maatregelen te nemen
tot het tegengaan van dergelijke teleurstellin
gen, meent de commissie bevestigend te moe
ten beantwoorden. Te meer reden tot ingrijpen
van overheidswege acht zij aanwezig, waar het
allerminst denkbeeldig is, dat zich bij andere
maatschappijen hetzelfde kan voordoen als bij
den Lloyd.
De commissie meent, dat de regeling in elk
geval betrekking moet hebben op pensioenfond
sen. Daarnaast zullen de spaarfondsen in de
regeling betrokken moeten worden.
De commissie is van meening, dat als regel
gesteld zal moeten worden, dat pensioenfond
sen e.d. alleen gesticht en in stand gehouden
mogen worden met inschakeling van de vrij
willige ouderdomsverzekering of een levensver
zekeringmaatschappij. Zij staat op het stand-
Punt, dat, in het algemeen, de werkgevers niet
voort mogen gaan met het in eigen hand
houden van de pensioenregelingen voor hun
Personeel. l
De onderhavige regeling is van publiekrech-
telijken aard. Verbodsbepalingen, door straf
gesanctionneerd, kunnen niet gemist worden.
Wil men voorts de positie van een fonds be
hoorlijk kunnen overzien, dan moet het 'n zelf
standig, afgerond geheel vormen, dat zoowel
afgescheiden is van het vermogen van den
Werkgever als van andere vermogens.
De belegigng voor de pensioenfondsen zal
slechts in polissen kunnen geschieden.
De belegging van gelden van spaarfondsen
eischt niet de strenge waarborgen, welke voor
pensioengelden noodig zijn. Opzet en werking
van eerstbedoelde fondsen zijn veel eenvoudi
ger dan die van pensioenfondsen.
De deelnemers in pensioen- en spaarfondsen
zijn voor het overgroote deel zelf van het be
heer van de fondsgelden uitgesloten. Zooveel
mogelijk openbaarheid dient daarom aan de
handelingen van de beheerders der fondsen ge
geven te worden.
Om eenerzijds zooveel mogelijk vrijheid te
laten voor de werkgevers, die hun arbeiders met
een pensioen willen bedenken, anderzijds even
veel garantie te hebben als het ontwerp met
de personeelfondsen beoogt, laat artikel 9 af
wijkende regeling alleen toe door inschakeling
van de V.O.V., waarbij annuleering van de ver
zekering :s uitgesloten, of door inschakeling
van een gewone levensverzekeringsinstelling,
doch dan alleen met speciale vergunning van
de bij deze materie betrokken ministers.
Artikel 11 behelst de strafrechtelijke sanctie
op overtreding van de voorschriften, bij of
krachtens de wet gegeven. Het maximum is
niet hoog: een maand hechtenis of ƒ300 boete.
De mogelijkheid dient te worden opengelaten,
dat personeelfondsen geheel buiten de wer
kingssfeer van de ontworpen regeling blijven.
Br bestaan, met name bij eenige groote on
dernemingen, pensioenfondsen, waarvan de so
liditeit en de wijze van beheer tot geenerlei
aanmerking aanleiding geven. Den aangewezen
Weg acht de commissie het, wanneer deze pen
sioenfondsen, zoo zij dat verlangen, worden
ondergebracht bij de Wet op het levensverze
keringsbedrijf. Zij vallen dan vanzelf onder
het toezicht der Verzekeringskamer.
Voor reeds bestaande voorzieningen, met na
me voor pensioenregelingen, is in elk geval een,
ruime overgangstermijn noodig, opdat zij aan
de wet kunnen worden aangepast, bijv. een ter
mijn van drie jaren, met mogelijkheid van
verlenging door de Kroon.
Aan een commissie uit den Hoogen Raad zal
Worden opgedragen omtrent dit voor-ontwerp
Prae-advies uit te brengen.
De zitting van het Binnenscheepvaart-
congres van Woensdagmiddag werd o.a. bij
gewoond door den burgemeester van 's Gra-
venhage, mr. S. J. R. de Monchy, en den in
specteur voor de scheepvaart, den heer P. S.
van 't Haaff.
Aan de orde kwamen de prae-adviezen,
uitgebracht door ir. F. L. Schlingeman en ir.
C. Thomese betreffende de normalisatie van
vaarwegen.
Na eenig debat werden als laatste onder
werp van den eersten congresdag behandeld
de prae-adviezen van prof. W. E. Boerman en
dr. Joh. J. Hanrath, betreffende het goederen
vervoer van de zeehavens naar binnen en
omgekeerd.
Het congres werd daarop tot Donderdag
verdaagd.
In het gebouw van den gemeenteraad aan
de Javastraat heeft in den namiddag de wet
houder van Financiën, de heer J. R. Snoeck
Henkemans, namens het Haagsche gemeente
bestuur de congressisten officieel ontvangen,
voor welke ontvangst de voorzitter van het
congres, de heer J. J. C. van Dijk, dank
zegde.
Woensdagavond vereenigden de congressis
ten zich in-het Kurhaus te Scheveningen aan
een gemeenschappelijken maaltijd.
De Eerste Kamer is bijeengeroepen tegen Dins
dag 16 Juni, des avonds te half negen.
In deze vergadering zullen de afdeelingen
worden getrokken, waarna de afdeelingen zul
len overgaan tot het kiezen van voorzitters en
ondervoorzitters.
Voorts zal de voorzitter voorstellen, na af
loop der openbare vergadering, Woensdag
17 Juni, des voormiddags te 11 uur, een aantal
wetsontwerpen in de afdeelingen te onderzoe
ken, onder welke die houdende voorzieningen
omtrent weerkorpsen en houdende tijdelijke
maatregelen betreffende de mechanisatie in de
sigarenindustrie.
Vervolgens zal op Woensdag 17 Juni, des mid
dags om 2 uur, een openbare vergadering
worden gehouden, waarin o.m. aan de orde zul
len worden gesteld de wetsontwerpen betreffen
de uitbreiding van het korps politietroer.en en
tot wijziging van de Nijverheidsonderwijswet
Na afloop der plechtige openingszitting van
het zesde congres van de „Union Internationale
des Producteurs et Distributeurs d'energie elec-
trique" heeft het gemeentebestuur van 's-Gra-
venhage de deelnemers aan dit congres in hotel
Wittebrug ontvangen.
De burgemeester van Den Haag, mr. S. J. R.
de Monchy, sprak den wensch uit, dat de be
raadslagingen aanwijzingen zullen geven voor
het vaststellen van een electriciteitstarief, dat
na maximalen verkoop tegen minimalen prijs
een zoo groot mogelijke whist voor het elec-
trisch bedrijf garandeert.
Ir. G. J. Th. Bakker heeft namens de con
gressisten het gemeentebestuur dank gebracht
voor deze ontvangst.
In de Dominicanerkerk te Maastricht is Zater
dagmiddag geopend de blnnenscheepvaart-ten-
toonstelling, opgezet door de Kamer van Koop
handel te Maastricht. Talrijke autoriteiten, o.a.
mgr. Wouters, deken van Maastricht, oud-mi
nister Reymer, burgemeester van Roermond, de
heer Jaspar, griffier der provincie Limburg,
overste Kegg, de garnizoenscommandant, de
heer Boogaart, directeur van de Handels-inrich
tingen te Amsterdam, mr. Rietbergen, directeur
van het Havenbedrijf te Rotterdam, de consuls
van België. Duitschland, Frankrijk en Joego
slavië, tallooze burgemeesters van omliggende
gemeenten en leden van de Kamer van Koop
handel waren aanwezig. Burgemeester Van
Oppen was door ziekte verhinderd, terwijl de
heer Van Sonsbeeck, commissaris der Koningin
in de provincie Limburg, bericht van verhinde
ring had gezonden.
De heer Schaepkens van Riempt, voorzitter
van de Kamer van Koophandel, wees in zijn
openingswoord op de beteekenis van Maastricht
en het waterwegennet en sprak de hoop uit,
dat Maastricht spoedig zijn wensch moge ver
vuld zie/, en er een haven kome.
SOERABAJA, 9 Juni. (Aneta) Mgr. de Bac-
kere wijdde op 7 Juni j.l. hel kerkhof voor R. K.
Javanen te Poetat Kedeh in.
Op 7 Juli ak. en zoo noodig op volgende da
gen zal wederom examen worden gehouden tot
het verkrijgen van een amateur-radiozendmach
tiging of van een verklaring van bevoegdheid
tot het bedienen van een amateurradiozendin-
richting.
Aanmelding dient te geschieden uiterlijk Za
terdag 27 Juni.
Zij, die aan dit examen wenschen deel te ne
men, moeten hun verzoek om een zendvergun
ning richten aan den minister van Binnenland-
sche Zaken, of, om een verklaring van bevoegd
heid, aan den directeur-generaal der P. T. T.
te Den Haag.
Voor de Haagsche afdeeling van Fil'mfront
werd j.l. Dinsdag 'een causerie gehouden over
„Jeugd en Film" door Rector H. van Spanje,
directeur van de K. J. C. in het bisdom Haar
lem.
Speciaal t. a. v. den leeftijd der aankomende
jongens, van de rijpende jeugd, formuleerde
spr. de verschillende punten van zijn onder
werp. In het algemeen acht spr. de film
keuring, hoe nauwlettend en zorgvuldig deze
ook wordt toegepast, ontoereikend voor de
jeugd. Dit bezwaar wordt verergerd door
het feit, dat de jeugd zelf weinig kieskeurig
is en liefst niet zijn voorkeur hecht aan films,
die er voor toelaatbaar zijn geacht.
De greep op de jeugd van de film, welke
blijkt uit de enorme belangstelling der
jeugdigen voor film en bioscoop, mag ook voor
de katholieke jeugd niet te licht geschat
worden.
Funest wordt de werking van de film voor
jeugdigen, door de voorstelling, en even vaak
door de propaganda van bepaalde levens
opvattingen, welke zij vertolkt en die voor de
jeugd nog een geduchte reserve vereischen,
waaraan zij over het algemeen geneigd is
weinig gehoor te geven. Het ontwaken van het
gevoelsleven der jeugdige filmtoeschouwers
vindt daarbij meestal slechts een geringen
prikkel tten goede, uit het voorbeeld van
alles-wagende filmhelden, die op het gebied
van avonturen, geldzucht en hartstocht voor
niets staan.
Ook de indruk, dien de film geeft, waar het
betreft huwelijk en gezinsleven, werkt op de
jeugd vaak eerder sloopend dan opbouwend.
De onjuiste levensnormen, vaak in de film
aangeprezen, zullen speciaal aan de werk-
looze jeugd een geheel valsche voorstelling
van de werkelijkheid geven.
De ontzaglijke macht van de film, als op
voedkundige factor voor het gevoels- en 'ver
beeldingsleven der jeugdige bezoekers, dient
bezworen te worden ten goede. Waar juist
de jeugd steeds meer vraagt en verwacht van
de film, naarmate zij er meer van ziet, moet
het bruikbare materiaal ervan met zorg
aangewend en uitgebreid worden. Paus Pius
XI heeft de film niet alleen afgekeurd in
haar verkeerde qualiteitien, maar daarnaast
vooral het goede gebruik aanbevolen, ter be
strijding van het misbruik en bezwaar erin.
Zij kan met dezelfde kracht, waarmede zij er
gens kwaad sticht, elders ten goede strekken.
Voor de katholieke jeugd is, in het verband
der geheele moderne Katholieke Actie, de ver
vaardiging van goede, opvoedkundige films
dringend noodzakelijk. Indien wij ons in dit
opzicht afzijdig houden, zoowel bij de produc
tie, de propaganda, als de vertooning van de
film, schieten wij in onzen plicht tekort, het
meest ten overstaan van de jeugd. Door toe
passing van de smalfilm, is heden de oplos
sing van het productie-vraagstuk minder on
wezenlijk geworden, dan het nog niet zoolang
geleden leek.
Spr. sprak ten slotte als zijn meening uit,
dat de voorziening der fiimverwachtingen
van de jeugd in positieven zin, zelfs inter
nationale verhoudingen door ons verzorgd
dienen te worden.
Bij deze vervulling van een dergelijke
behoefte, hebben onze pers en film-periodie
ken, in samenwerking met de volwassenen, die
regelmatig bioscopen bezoeken, evenzeer een
taak, voor welker uitvoering de jeugd dank
baar zal zijn.
Naar het Handelsblad verneemt kan men er
op rekenen dat de Tweede Kamer de reisbelas-
ting nog vóór het zomerreces zal behandelen.
Intusschen staat het vrijwel vast, dat invoering
van het ontwerp nog dezen zomer uit practische
redenen absoluut onmogelijk zal zijn.
Onder dagteekening van 28 Mei 1936 zijn
Besluiten verschenen, tot uitvoering, onderschei
denlijk, van het eerste en het vierde lid van
artikel 25 der Nijverheidsonderwijswet, en van
het tweede lid van artikel 6 dier wet.
iJe besluiten van 1921 waren verouderd; zij
zijn geheel nieuw opgezet; de redactie is op
vele punten verbeterd en verduidelijkt,
In het subsidievoorwaardenbesluit n. o. 1936
zijn nader vastgesteld de voorwaarden, onder
welke aan rechtspersoonlijkheid bezittende in
stellingen en vereenigingen en aan gemeenten
ten behoeve van de door haar in stand gehouden
nijverheidsscholen uit 's rijks kas subsidie wordt
verleend, alsmede voorschriften gegeven om
trent de vaststelling en berekening van het
bedrag der vergoeding, bedoeld in het vierde
lid van artikel 25 der nijverheidsonderwijswet.
Hoofdstuk 3 bevat als slotbepaling, dat het
besluit in werking treedt met ingang van 1
September 1936 en dat het kan worden aange
haald onder den titel „subsidievoorwaardenbe
sluit n, o. 1936".
In het bouwbesluit Nijverheidsonderwijs 1936
zijn nadere algemeene regelen vastgesteld om
trent den bouw en de inrichting van de wette
lijk gesubsidieerde nijverheidsscholen en om
trent de aantallen leerlingen, die daarin mo
gen worden toegelaten.
Dit besluit treedt in werking op 1 September
1936 en kan kortheidshalve worden aange
haald onder den titel „bouwbesluit n.o. 1936".
In regeeringskringen wordt meer en meer
het besef levendig, dat de opleiding van een
groot aantal Nederlandsche jongelui tot
sportvlieger een nationaal belang is. De Ne
derlandsche regeering overweegt dan ook
dit jaai een subsidie te verleenen aan de
Nationale Luchtvaart School.
I
Indien onze regeering hiertoe overgaat, zet
zij een eerste schrede op den weg, die door de
regeeringen der naburige landen 'reeds jaren
lang betreden is. Zoowel in Frankrijk en En
geland als in Duitschland wordt de sportvlie-
gerij van regeeringswege gesteund, om over een
zoo groot mogelijk aantal geoefende vliegers te
beschikken, die een voldoende opleiding ge
noten hebben om zoonoodig in zeer korten tijd
tot militaire vliegers gelest te kunnen worden.
Wat de Staat dus eenerzijds aan subsidie ver
strekt aan de particuliere luchtvaartscholen
(in Engeland bijv. genieten er vijf subsidie),
wordt anderzijds uitgespaard op de kosten der
opleiding van militaire vliegers.
De N.L.S. zal voorts nog van andere zijde fi
nancieel steun ontvangen. Het bestuur van het
Anthony H. G. Fokker Fonds, dat in 1936 on
geveer ƒ20 000 denkt uit te keeren voor ver
schillende doeleinden, heeft reeds een prin
cipieel toezegging aan de N.L.S. gedaan.
Ook op andere wijze zal er meer bedrijvig
heid in de Nederlandsche sportvlieger^ komen.
Het bestuur der N.L.S. is namelijk van plan
tegen verminderd tarief het personeel van bij
de luchtvaart betrokken bedrijven in staat te
stellen enkele uren te lessen, opdat zij hun
theoretische kennis van het vliegen met practi
sche ervaring kunnen aanvullen. Zoo zullen
voorloopig vijf leden van het personeel van den
Technischen Dienst der K.L.M. enkele uren op
een Aeronca gelest worden. Het zij terloops ver
meld, dat de N.L.S. dit type, waarvan het in
Nederland geïmporteerde exemplaar onlangs
het bewijs van luchtwaardigheid verkreeg, als
lesvliegtuig zeer geschikt acht en dan ook in
de toekomst als zoodanig gebruiken zal.
De N.L S. overweegt eveneens, of zij de leer
lingen der Middelbaar Technische Scholen, die
een cursus in vliegtuigbouw volgen, tegen ver-
laafde prijzen in staat zal kunnen stellen en
kele uren met de praktijk van het vliegen ken
nis te maken op dezelfde wijze als de vijf
K.L.M.-ers thans zullen doen.
In elk geval wordt 1936 een belangrijk en be
drijvig jaar voor de Nationale Luchtvaart
School.
Het programma van Donderdag van de te Den
Haag te houden Residentieweek omvat o.m.;
Zanguitvoeringen door kinderen; Gymnastiek-
demonstratie; Haagsche Bedrij venoptocht;
Zanguitvoering (Euterpe)Feestelijkheden in
verschillende wijken; Russisch concert (Haag
sche Kunstkring); Pasar Malam; Tooneel, re
vue, operette, film, tentoonstellingen, vermake
lijkheden. Voor het overige verwijzen wij naai
het officieele programma.
Na afloop van de rede, die oud-minister ir.
Bongaerts op het Waterwegencongres te Maas
tricht heeft gehouden, werd bij acclamatie een
motie aangenomen, die overeenstemde met de
conclusies, waartoe ir. Bongaerts in zijn rede
gekomen was, en luidde:
Nederland en België zijn in vele opzichten in
beider belang op onderling samenwerken aan
gewezen; daarbij zal de economie van het ver
voerwezen, meer speciaal van de binnenvaart,
een voorname plaats innemen. Daarom moet
worden gestreefd naar het samenvoegen en af
ronden van hetgeen in het gebied tusschen
Maas en Schelde reeds aan scheepvaartwegen
voor de binnenvaart bestaat of is ontworpen,
met inbegrip van de gekanaliseerde Maas, tot
een uitsluitend kanalenstelsel, alsmede tot een
betere regeling van het burenrecht voor de
vaart op die waterwegen.
Vervolgens werd een film vertoond van de
werkzaamheden aan het Julianakanaal, waar
na de congresdeelnemers gezamenlijk een be
zoek brachten aan de tentoonstelling voor de
binnenscheepvaart.
Aan het des avonds in de redoute-zaal ge
houden feestbanket voerden verschillende spre
kers het woord.
De Rietvink (thuisreis) en de Perkoetoet
(uitreis) zijn beide te Athene aangekomen.
Spiegeltje, spiegeltje in de hand!
Ongeloofelijk hik! drie uur gele
den heb ik me pas geschoren, en nu weer
hik zoo'n baard!"
In de papierwarenfabriek van de firma M. A.
Cats aan den Fluweelen Singel te Gouda, is
Woensdagavond brand uitgebroken. Dank zij
het snel optreden van de brandweer was het
vuur na een half uur gebluscht.
De brand was ontstaan in de opslagplaats
op de bovenverdieping, waar papieren zakken
en diverse poeders geborgen waren. Deze
schijnen tot ontploffing te zijn gekomen, al
thans te zes uur werd een hevige knal ge
hoord, waarna zware rookwolken naar buiten
sloegen.
De brandweer werd onmiddellijk gealar
meerd en deze wist den brand tot de opslag
plaats, welke slechts een geringe oppervlakte
beslaat, te beperken. De ruimte is vrijwel ge
heel uitgebrand.
De burgemeester van Gouda, de heer E.
Gaarlandt en de waarnemende commissaris
van politie waren bij den brand aanwezig.
De oorzaak van den brand kon nog niet
worden vastgesteld. De schade wordt door ver
zekering gedekt.
Woensdag heeft Mgr. dr. J. Witlox, hoofd
redacteur van de Maasbode, op eenvoudige wij
ze zijn zilveren priesterfeest gevierd. Des mor
gens droeg de jubilaris een plechtige H. Mis
op in het St. Antoniusgesticht te Rotterdam,
daarbij geassisteerd door zijn broer en neef. de
zeereerw. heeren A. Witlox en G. Witlox, ter
wijl rector P. J. Maas als ceremoniarius fun
geerde. Na de H. Mis gaf Mgr. witlox bij spe
ciaal indult allen aanwezigen den Pauselijken
Zegen.
Later op den dag hield de jubilaris een re
ceptie, waarby hij namens „de Maasbode"
werd gehuldigd. Verschillende geschenken en
bloemstukken werden hem aangeboden, terwijl
een groot aantal telegrammen van gelukwensch
waren ingekomen.
Reizigers naar Italië of naar Italiaansche
koloniën of Bezittingen mogen per persoon 300
Lire in bankpapier en 50 Lire in metaal geld
zonder eenige formaliteit invoeren; kinderen
beneden 4 jaar uitgezonderd.
Buitenlandsch geld mag zonder eenige beper
king in Italië worden ingevoerd. Het is echter
aan te bevelen het bedrag op zijn pas te laten
aanteekenen, ten einde het eventueel restant
weder te kunnen uitvoeren.
Reis-credietbrieven in Lires uitgeschreven
mogen vrij worden ingevoerd, mits voldoende
aan de desbetreffende voorschriften.
Uit Italië gaande mag men 300 Lire in bank
papier en 50 LIFe in metaal geld meenemen.
Uitgesloten hiervan zjjn kinderen beneden 4
jaar.
Eigenaars van toeristen-credietbrieven mogen
50 Lire in metaal geld doch géén bankbiljetten
uitvoeren.
De Federatie van Ned. Kapperspatroons-
vereenigingen meldt:
De Federatie van Ned. Kapperspatroonsver-
eenigingen en cte R. K. Bond van Kapperspa
troons St. Franciscus van Assisië hebben een
bespreking gehad op het departement van
Handel, Nijverheid en Scheepvaart, waartoe ook
de Nederlandsche Kappersbond was uitgenoo-
digd, teneinde besprekingen te voeren in ver
band met de positie van het kappersbeciriji.
De Nederlandsche Kappersbond was niet ver
schenen.
Besloten werd, dat de Federatie en de R. K.
Bond, welke nu de contactcommissie vormen,
voorstellen ter saneering zullen indienen, welke
de regeering ter bestudeering zal ontvangen.
In plaats van Maandag, 15 Juni a.s., zal de
gewone audiëntie van den minister van On
derwijs, Kunsten en Wetenschappen op Don
derdag 18 Juni, des namiddags te 2 uur, plaats
hebben.
BATAVIA, 10 Juni (Aneta) Volgens bij de
regeering ontvangen berichten van den assis
tent-resident van Kota. Nopan heeft gister
middag een ontploffing plaats gehad in het
voorste dynamiet-magazijn van den mijn-
tunnel bij het mijnbedrijf Pagaran Siajoe.
Deze ontploffing werd gevolgd door een
tweede groote ontploffing en een derde kleine
ontploffing. De oorzaak is nog niet bekend-
Door den ontstanen luchtdruk zijn achttien
inheemschfe werklieden onmiddellijk gedood,
terwijl drie inheemsche werklieden door
dynamiet-dampen aan de longen zijn aange
tast. Een van deze laatsten verkeert in le
vensgevaar. Ook een lid van de reddings
brigade raakte bedwelmd.
Het onderziek naar de oorzaak van de ramp
van de Lappland heeft uitgemaakt, dat naar
alle waarschijnlijkheid een fout in de ontsteking
is opgetreden, waardoor de motoren afsloegen.
Het toestel vloog oen op 50 meter hoogte met
een snelheid van nauwelijks 100 KM.
Mogelijk is het, dat in de cockpit per ongeluk
tegen de contacten is gestooten, waardoor deze
werden afgezet. Toen de piloot het gevaar zag,
wist hij de electrische stroom door kortsluiting
uit te schakelen. Ook de benzineleiding werd
tijdig afgesloten waardoor de bijna 2000 liter
benzine aan boord niet tot explosie kwamen.
In hooger beroep heeft voor het Haagsche
Gerechtshof terecht gestaan de gewezen boek
houder der N.V. „Waldorp", P. F. O. uit Den
Haag, die door de rechtbank aldaar wegens
verduistering van f 7550 in dienstbetrekking,
meermalen gepleegd, is veroordeeld tot ander
half jaar gevangenisstraf.
Verdachte herhaalde zijn in eerste instantie
gevoerd verweer, dat hij zich geen gelden had
toegeëigend.
De Advocaat-Generaal, mr. Vermeulen,
achtte het uitgesloten, dat de lezing van ver
dachte juist kon zijn.
De feiten bewezen achtend, vroeg spr. be
vestiging van het vonnis.
Het hof zal 24 Juni uitspraak doen.
Woensdagmiddag omstreeks zes uur is de
wielrijdster mej. P. H. de Poorter uit Stoppel
dijk op den provincialen weg nabij Hulst aan
gereden door een motorfiets, bestuurd door
De V. uit Boschkapelle. Het slachtoffer be
kwam een ernstige hersenschudding en weid
naar het ziekenhuis te Hulst overgebracht. Het
ongeluk is ontstaan doordat de motorrijder
een voermanskar langs de verkeerde zijde wil
de passeeren. De politie heeft een onderzoek
ingesteld.
Aan E. P. van der Kley, ontvanger der
directe belastingen en accijnzen te Joure is
op verzoek met 15 Juni eervol ontslag ver
leend uit 's Rijks dienst, wegens verandering
in de inrichting van het dienstvak, waarbij hij
werkzaam is.
Benoemd tot kantonrechter-plaatsvervan-
ger in het kanton Maastricht: mr. J. A van
Bronkhorst, tijd. adj.-inspecteur der dir. be
lastingen te Maastricht; mr. J. C. H. A
Vrijens, adv. en proc. te Maastricht.
Met ingang van 1 Juni 1936 zfjn de referen
darissen 2e klasse der P.T.T. P. C. Demmer.
J. A. van den Brink; H. I. J. van Winkel, J.
Mastenbroek, en met ingang van 1 Juli 1936
benoemd tot referendaris der P. T. en T.
Met 1 Juli 1936 is aan den referendaris der
P. T. T. J. de Wit, aangewezen als directeur
van het P. T. T.-kantoor te Middelburg, eer
vol ontslag verleend.
Aan den geneeskundige bij de arbeidsinspec
tie P. A. van Luyt te Groningen is met 1
Sept. 1936 de gemeente 'sGravenhage als
standplaats aangewezen.
46
Bryce knarsetandde. Al die Wace's waren uit
hetzelfde hout gesneden. Ze kenden noch vrees,
noch ontzag. Hij twijfelde er geen oogenblik aan,
of Medway, wiens hand de zweep reeds omknel
de, zou zijn bedreiging ten uitvoer brengen.
„Welk vervoermiddel kan mij van hier naar
Londen brengen?" vroeg hij met geforceerde
kalmte, terwijl hij zich tot den Markies wendde,
wiens beteuterd gezicht keek, als vreesde hij, dat
de Viscount de zweep zou gebruiken voor een
ander doeleinde, dan waarvoor ze bestemd was.
„In geen geval een trein," antwoordde de vis
count, die langzaam zijn zelfbeheersching her
won. „Echter, mijn Hispano staat tot je beschik
king." En hü boog spottend.
„Dank u," zei Bryce op een ruwe manier.
„En als de eigenaar van den auto," vervolgde
de Viscount, „mag ik u wel verzekeren van mijn
onsterfelijke dankbaarheid, als u uw binnen
komst in de hoofdstad een beetje minder op
zichtig houdt, dan uw entree hier, want ik heb
de Hispano zelf weer noodig. De eerzame bur
gers van Londen kondén wel eens bezwaren heb
ben tegen 't neerhalen van hun stadspoorten,
afgezien van het feit, dat de Hispano nog nooit
heeft meegedongen in een rammei-wedstrijd!"
Bryce hield boos zijn tanden op elkaar ge
klemd. Hij vond geen geschikt antwoord.
De Viscount drukte op een knop naast zich.
„Zeg, Drage," zei hij op temerigen toön, toen
de correcte huisknecht verscheen, „wil je de His
pano voorbrengen? Mr. Bryce zal e ermee
naar de stad rijden."
De inspecteur maakte een vormelijke buiging
en volgde den man, zich bewust van den ver
waanden blik, dién de Viscount door zijn mo
nocle op hem gericht hield.
Tien minuten nadien reed de inspecteur heen
en kwam den nog steeds jammerenden Mac
Pherson voorbij, draaide de poort uit en sloeg
den weg in naar Londen.
De Viscount oogde hem na van achter een
boograam fen liep daarna haastig op de telefoon
toe.
Zeventien minuten lang zat hij als een wan
hopige te bellen om de hoofdlijn, waarvoor hem
door een schelle vrouwenstem een aanmerking
werd gemaakt, en toen legde hü boos den hoorn
terug.
„Onze mooie neef is voor de haaien," zei hij
met een verstoorde uitdrukking op zijn gelaat.
„Voor de haaien!"
De Markies van Castleborough keek mistroos
tig naar zijn kleinzoon. „Inderdaad, Frans!"
't Verdere gesprek werd onderbroken door de
onstuimige en robuste binnenkomst van Mac
Pherson.
Met zijn armen zwaaiend schreed de Schot
naar voren, terwijl een flauwe razernij op zijn
gelaat stond uitgedrukt.
„Meheer," stiet hij uit, „hebt u ooit zoo'n gek
gezien? Die perken daar heb ik van kindsbeen
af verzorgd. En komt u nu eens kijken. Ik twij
fel aan 't verstand van dien vént. Hij is niet toe
rekenbaar. Laat le niet onder mijn knuisten
komme. Zoo iemands huis binnen te gaan, den
tuin te reneweere en de poorten mee te neme.
'k Kon 'm zijn kop wel inslaan, die kale gek.
Wilt u zelf niet eens zien, wat ie voor schade
aangericht heeft?"
Met een geduldig glimlachje beduidde de Mar
kies den woedenden knecht hem voor te gaan.
HOOFDSTUK XVII
Pressland betaalt
Kort na middernacht stond inspecteur Bryce,
puffend van de hitte, onder de stof en doodmoe
voor de woning van Viscount Medway in Lan
caster Gate. Hij ontving geen antwoord op zijn
luidruchtige dagvaarding en eindelijk maakte
hij schouderophalend rechtsomkeer, daalde de
stoep van het huis af, stapte weer in de prach
tige Hispano, die hij tot voor de stoep gereden
had, en reed heen getroost door de wijze over
weging, dat het spoedig genoeg dag zou zijn, en
hij dan den moordenaar zou inrekenen.
De volgende morgen was er getuige van, hoe
Bryce krachtige, maar vruchtelooze pogingen
aanwendde om zijn opwinding te beheerschen,
een opwinding, waaraan hij uiting gaf, door den
heelen tijd rusteloos in de kamer op en neer te
loopen, terwijl hij telkens op de klok keek, naar
links en rechts schuwe blikken wierp en vinnige
antwoorden gaf.
Zijn typisch gedrag scheen Guest te amu
seeren.
,,'n Bron ontdekt?" vroeg hij achteloos, terwijl
een geheimzinnig lachje over zijn donker gelaat
zweefde.
Bryce bromde iets binnensmonds. Zoo'n knap
pe mr. Guest dacht hij, in zijn nopjes. Maar toch
nog niet zoo héél knap. Hier had hij tenminste
de hand niet in. Nu zou zijn eigen nietig per
soontje den moordenaar en den roem eens gaan
inpalmen. Guast zou dan wel eens met één wang
kunnen' lachen, dacht Bryce vergenoegd. Hü was
tot de overtuiging gekomen, dat het om elf uur
's avonds de beste tijd zou zijn om den geheim-
zinnigen moordenaar aan te grijpen, en daarom
had hij thans zijn overval beraamd, 't Zou een
interessante avond worden.
Guest eveneens was ten prooi aan een sterke
opwinding.
In zijn hand hield hij een krantenknipsel en
alhoewel hij, in tegenstelling met zijn collega,
niets van zijn gemoedstoestand bloot gaf, scheen
het lezen van dat stukje papier hem toch een
bijzonder genoegen te verschaffen.
„CHUZZLEWIT KOMT WOENSDAG
PICKWICKS".
Hij las dat en glimlachte.
't Was gelukt! Zelfs al las Wally dat bericht,
at heel goed mogelijk was, dan zou zijn aan
wezigheid enkel dienen om duidelijker aan te
wijzen, wie tusschen al die slenterende menschen
bij den hoofdingang van het Restaurant Mr.
Pressland was. Pressland en Chatterton zouden
er zich wel spoedig van bewust zijn, dat hun een
strik was gespannen, maar dat hinderde niet.
Guest wilde hem slechts even opnemen. Had hij
hem eenmaal gezien hij zou hem zoo noodig
aan de Noordpool achterhalen.
„Tusschen twee haakjes, wat is je gisteren
overkomen?" vroeg hij aan Bryce.
,,'k Heb Wally Chatterton achterna gezeten,"
antwoordde zijn collega opgewekt. „Gisteren
morgen maakte hij zich uit de voeten. Ik zag,
dat hij zijn woning verliet en volgde hem," en
hij vertelde hem kort en bondig zijn achtervol
ging.
„Maar 't zal hem niet gemakkelijk gaan om
vandaar weg te komen," besloot hij in opgeruim
de stemming. „Zijn wagen hebben ze onbeheerd
gevonden fen zijn jacht kan de haven niet uit,
en zoo meen ik, dat we hem hebben."
Bryce hield één troef achter en vertelde enkel
over zijn achtervolging, 't Voornaamste hield
hij achterbaks. Hij grinnikte bij voorbaat van
genoegen. Wat zou Guest er leelijk naast grij
pen!
Zoo'n stuk werk moest promotie beteekenen.
En nu zou het eens niet Guest zijn!
Hij overhandigde een krant aan Guest.
„Dat hebben ze 'm vlug gelapt, niet?" vroeg
hij met een zelfgenoegzaam lachje.
Op de voorpagnina prijkte een foto van Wally
Chatterton, met bijgaande beschrijving, en in en
kele regels stond vermeld dat hij door de politie
gezocht werd, als hebbende gereden op dusda
nige wijze, dat de publieke veiligheid in gevaar
werd gebracht, en wegens het onwettelijk bij
zich dragen en gebruiken van vuurwapenen op
den openbaren weg.
Guest gaf hem de krant terug fen prutste wat
met zijn pen, maar verried geen enkel van zijn
gevoelens.
Die publicatie had zijn plannen in 't honderd
gestuurd, 't Bericht van Pressland kwam uit
een krant, die drie dagen oud was. Pressland
zou deze krant zien en schrikken. Hij kon er
tusschen uit knijpen gelijk Wally, hij kon hon
derd richtingen inslaan, maar een feit was, dat
er niet de minste kans bestond, dat hij op een
rendesvous zou ingaan in een groot restaurant,
om daar iemand te ontmoeten, die door het ge
recht werd gezocht, en zich ophield in 't land
van Kent. Die stomme Bryce! Er bestond zelfs
geen grond om Wally Chatterton te arresteeren,
en die voorbarige handelwijze van Bryce had
alles in de war gestuurd. Zoo'n uil van een vent!
Maar geen enkele trek op zijn gelaat verried
zijn innerlijke misnoegdheid.
Bryce echter zou ztilks niet eens bemerkt heb
ben, druk als hü het had met het beramen van
plannen, die al beraamd waren. En als slot van
alles promotie! 't Was een goede buit, de
moordenaar. In den geest klopte hü zich zelf op
den schouder. Dat was t immers waar die ge
weldig knappe mr. Guest op loerde.
Dien avond stapte Bryce warmpjes ingepakt
zün logies in Bloomsbury uit, terwüi zijn opge
togenheid sprak uit zün glimlach, uit zijn loop,
en de houding, die hü zich gaf, ja, zelfs uit zijn
hoed, die scheef op zün bol stond, en hü nam
de richting naar Lancaster Gate.
(wordt vervolgd.)