Koningin en Prinses in Utrecht
NAAR PRAAG,
WEENEN en BUDAPEST
Schoonheidsleer
der N.S.B.
OFFICIEELE ZITTING VAN
DEN SENAAT
96 Gulden
l!
WAAR HET HART
VAN EUROPA KLOPT!
ZATERDAG 20 JUNI 1936
Vele buitenlandsche professoren
zullen in ambtsgewaad in den
stoet meetrekken
Begroeting gemeente
bestuur
Eere-promoties
Een medaille van ijzer
Eere-medaille voor de Koningin
Een informatie-bureau
DE HUISSENSCHE GILDEN
Een kostbaar zilverbezit
Rechtbank te Zutphen
Een brochure
Elf dagen rijk program
Dit is het reis-wonder
van het seizoen! 1
I FABELACHTIG LAGE PRIJS
i VAN MAANDAG 3 AUGUSTUS
I T.M. DONDERDAG 13 AUG.
4 s-
RETRAITEN
St. Ignatius te Spaubeek
St. Clemens te Noordwijker-
hout
Harder dan graniet
De gestoorde vechtpartij
Zooals wij reeds eerder meldden, zal
dinsdag a.s. H. M. de Koningin, vergezeld
Van H. K. H. Prinses Juliana de officieele
Plechtigheden te Utrecht bijwonen. Dien
öag zal een lange stoet van professoren
en andere hoogwaardigheidsbekleeders in
ambtsgewaad door Utrechts straten trek-
l!en. hetwelk ongetwijfeld een prachtigen
aanblik zal opleveren.
I*n de openbare zitting van den Senaat der
^'Jks-Umversiteit, die Maandag 22 Juni a.s.
°rdt gehouden in het Groot-Auditorium der
diversiteit zal allereerst het woord worden
8evoei'(j door den minister van Onderwijs,
Kis
'bsten en Wetenschappen, Prof. Dr. J. R.
«maker de Bruine. Daarna worden de on-
Sloti
^rscheidene geschenken aangeboden, terwijl
a de zitting in de Senaatszaal verfrisschingen
Wden geoffreerd.
Maandagavond heeft een begroeting van Cu-
atoren en den Senaat plaats in het Universi-
.'"sgebouw. Deze ontvangst zal in hoofdzaak
paften ter kennismaking. Daarna vertrekt men
®eSarnenlijk naar het centraal Museum, w"aar
Ij6 ontvangst plaats heeft door het gemeente-
fesUiur. Er worden bij deze ontvangst geen
^voeringen gehouden.
I kinsdag geschiedt de aanbieding van de ge-
u*Wenschen aan den Academischen Senaat in
j.;11- openbare zitting van den Senaat in de
paterskerk. Deze plechtigheid zal een zeer
Raciaal karakter dragen omdat de gasten bij
'Ze gelegenheid in ambtsgewaad of Universi-
plre toga zullen zijn gekleed met decoraties
ïr°ot model. De gasten gaan op eigen gelegen-
ieid
naar de kerk. Curatoren, Senaat en
°°gleeraren trekken hierheen in optocht. De
^'dellen met hun staven voorop-. Men verlaat
Ipt Universiteitsgebouw door de achterdeur en
,a§eeft zich dan via de Voetiusstraat naar de
prk. Ete professoren zullen faculteitsgewijs op-
sesteld staan, maar geen vaandel meevoeren.
®ij den terugkeer uit de kerjj, in wtelken stoet
Mi ook de gasten meeloopen, begeeft men zich
j.eer in het Universiteitsgebouw via het Sint
^rtenspoortje, op het Domplein.
l Alsnu wordt door Curatoren, Professoren,
pbtien- en buitenlandsche gasten het noen
maal gebruikt, gedurende hetwtelk de heer J.
A. Wagenaar, die ook het orgel in de Pie-
j rskerk bespeelde, een carillonconcert geef©,
jpftiiddels breekt dan de tijd voor de officieele
efdenking aan. Voor den gezamenlijken tocht
de Domkerk stellen de deelnemers zich
.pb op in de Kloostergang. Om half drie wordt
^rokken langs het Domplein, Trans, Kromme
vp-Uwe Gracht, Jansdam, Korte Jansstraat,
v°histeeg en Domplein naar den hoofdingang
b de kerk.
.Gedurende den optocht .waarbij zich op het
°mpiein de deputaties van Besturen van Stu-
ebtenvereenigingen aansluiten, luiden de
pbre Domklokken. H. M. de Koningin zal het
J>0rbijtrekken van den stoet gadeslaan vanuit
aüshuize. Wanneer de optocht de kerk bin-
pbtreedt, zwijgen de Domklokken en zet de
0«h-organist, de heer H. P. Bos het Gaudea-
bo Igitur in.
j ke Koningin, die vergezeld is van Prinses
bana, treedt de kerk binnen via de sacristie,
jb-öat Zij de eerewacht uit de Studentenweer-
aarheid heeft geïnspecteerd,
d m de kerk worden redevoeringen gehouden
,j0or den President Curator Dr. H. Th. s' Jacob,
Y,°°r den Rector magnificus Prof. Dr. C. W.
[pbgraff en door den Minister van Onderwijs,
^busten en Wetenschappen Prof. Dr. J. R.
s btemaker de Bruine. In deze herdenkings-
jjbienkomst wordt de gulden medaille aan H.
d be Koningin aangeboden, terwijl tenslotte
rO derde eeuwring wordt gehecht aan het
(jOpot aandel der Universiteit. Dit geschiedt
c^r den President-Curator Dr. H. Th. s' Ja-
vervolgens gaat H. M. de Koningin de ge
denken bezichtigen. Tenslotte vertrekt zij
°?r den hoofdingang.
j bes avonds is er een galabanket van Cura-
jbfen, Professoren en Binnen- en buitenland
se gasten in het Jaarbeursrestaurant. De da-
t s van de aanzittenden vereenigen zich
gelijkertijd aan een maaltijd in het hotel
°ord-Brabant, waarna men gezamenlijk de
^'a-opvoering van de Groote Geus bijwoont.
.bes Woensdags is er openbare ziting van den
d bdemischen Senaat in het Groot Auditorium
JV8 ochtends te half elf. In deze zitting vindt de
-promotie plaats,
fcbes middags is er eten noenmaal voor Curato-
8 b. professoren en binnen- en buitenlandsche
jj^ten, waarna dezen gelegenheid hebben om
uit het Universiteitsgebouw de maskerade
zien voorbijtrekken. Dr. s'-Jacobs zal zich voor
j,,c- Universiteitsgebouw tot den hoofdper-soon
j^bten, terwijl de deelnemers hier voorts een
bhk toegereikt zien.
bes middags maken de deelnemers aan het
qbbhrnaal een tocht door de provincie, geduren-
J' kelken een thé wordt aangeboden op het bui-
van Dr. s'-Jacob, Dijnselbrug te Huis ter
J-'de. Na afloop van den tocht wordt de Cour
b den Hoofdpersoon bezocht.
(\be officieele feesten worden besloten door een
a'aconcert, aangeboden door Curatoren en
^ademischen Senaat, te geven door het
vtrechtsch Stedelijk Orchest en onder directie
tyb Prof. Dr. Willem Mengelberg. Het concert
jjbfdt geopend met het Io Vivat en gesloten met
gWilhelmus, buiten het program om. Het pro-
abi zelf bevat:
k1: Sol Justitiae Hymnus Universitati rheno-
jj^'ectinae ter centenariae dedicatus van Dr.
Enthoven.
Piet Hein, Hollandsche Rhapsodic van Dr.
G. van Anrooy.
Ouverture van Shakespeare's blijspel De Ge-
Mde Feeks van Dr. Joh. Wagenaar.
Va Vijfde Symphonie in C kleine terts van L.
b Beethoven.
qfbe compositie van Dr. van Enthoven is opge-
$j.bgen aan de Universiteit en beleeft haar eer-
opvoering. Er zijn enkele Utrechtsche Stu
nten-melodieën in verwerkt.
^"orisiotte kan nog gemeld worden, dat Woens-
van 36 uur de geschenken aan de Univer-
j-Gt te bezichtigen zijn tegen 10 ets. per per-
di b, waarvan de baten komen voor een liefda-
doel
gelegenheid van het 300-jarig bestaan der
Itx-Universitelt worden niet alleen speciale
degels uitgegeven,, maar bovendien zal ge
ïnde den Maandag, den Dinsdag en den
Woensdag in het Universiteitsgebouw een post
kantoortje gevestigd zijn, waar men alle zegels,
die voor philatelisten waarde hebben, kan Ver
krijgen en waar voor de frankeering van een
speciaal stempel wordt gebruik gemaakt. Het
is mogelijk correspondentie hierheen te adres-
seeren.
Zooals bektend, wordt in verband met het
derde Eeuwfeest van de Universiteit een me
daille vervaardigd, die zal worden uitgereikt
aan alle officieele.personen, die aan de feesten
deelnemen. Vroeger was het mogelijk om van
een dergelijke medaille een afslag beschikbaar
te stellen voor alle studenten, maar door de
groote toename van het aantal studenten is dat
niet meer uitvoerbaar. Telde de Universiteit in
1836 nog maar eten paar honderd studenten,
momenteel is dat aantal opgeloopen tot 2700.
Om toch de studenten in de gelegenheid te stel
len zich een herinnering aan de Universitelts-
feesten aan te schaffen is besloten van de oor
spronkelijke medaille, die van ijzer is en gegoten
wordt afslagen in brons ter grootte van een gul
den beschikbaar te stellen, welke tegen 70 cents
verkrijgbaar zijn.
De keuze van een ijzeren medaille is gedaan,
omdat dit in overeenstemming is met de tijds
omstandigheden. Meer dan welk metaal immers
wijst ijzer op eenvoud, en zoo ooit dan is thans
eenvoud op zijn plaats. De ijzeren medaille zal
niet in den handel zijn, zij wordt uitsluitend
namens de Universiteit geschonken.
Een noviteit bij deze lustrumfeesten is de
uitreiking van de gulden eerenmedaille der
Universiteit aan H. M. de Koningin. Deze me
daille is ingesteld door den Senaat en het eer
ste exemplaar wordt nu aan het Hoofd van
Staat aangeboden. Op het oogenblik heeft de
Universiteit alleen de beschikking over eere
doctoraten, wanneer zij iemand haar groote
waardeering wil bewijzen. Het eere-doctoraat
kan echter feitelijk alleen worden beschikbaar
gesteld in gevallen, dat iemand zich voor de
wetenschap heeft verdienstelijk gemaakt. Is
dat niet het geval, dan is een eere-doctoraat
feitelijk misplaatst. En toch is er wel eens re
den voor de Universiteit om haar groote waar
deering re toonen. Men denke eens aan de
schenking indertijd van het Cantonspark. Den
schenker heeft men toen eigenlijk niet anders
kunnen danken dan door een vriendelijk brief
je. Thans kan dat anders. Door de instelling
van de gulden medaille der Universiteit kan
men door de aanbieding van dien penning
iemand, die dit verdient, de waardeering van de
Universiteit toonen. Bij de instelling van dezen
penning zijn de noodige waarborgen vastgelegd,
dat hij alleen in bijzondere gevallen kan wor
den toegekend.
De eene zijde van dezen penning is gelijk aan
die van de herdenkingsmedaille (de zittende
uil), aan de andere zijde wordt de opdracht
met den naam van den ontvanger in het La
tijn ingegrift.De penning wordt in guldens-
grootte vervaardigd van 18 karaats goud.
De luidspreker zal bij de a.s. Lustrumfeesten
ook een belangrijke rol spelen, doordat het. in
de Domkerk gesprokene door middel van luid
sprekers op het Domplein voor het publiek zal
worden hoorbaar gemaakt. Het spreekt vanzelf,
dat gedurende de officieele herdenking het
tramverkeer op het Domplein wordt stilgezet.
Gedurende de officieele feesten van de Uni
versiteit, dat is dus op Maandag, Dinsdag en
Woensdag a.s., zal links naast den hoofdingang
van het Universiteitsgebouw een informatie
bureau geopend zijn, waarin een staf van dames
alle gewenschte inlichtingen kan geven over de
viering. Alle deelnemers moeten zich hier mél
den en ontvangen dan een insigne (de dames
een broche), dat hun tevens op die drie dagen
vrij vervoer in de stadstrams en bussen ver
leent en een eenvoudige portefeuille, bevatten
de de noodige toegangsbewijzen, een platte
grond van de stad en een lijst van buitenland
sche deelnemers met hun gewone en hun tijde
lijke adres, alsmede verschillende gegevens voor
vreemdelingen van belang. Er wordt verder een
ordonnansendienst georganiseerd van jongelui,
die voldoende vreemde talen meester zijn. Me
dewerking hiertoe verleent de bond tot be
hartiging van de Toeristische belangen van
buitenlandsche automobilisten. Verder ontvan
gen de deelnemers nog een mapje, aangeboden
door V.V.V.U., aardig gebonden, met een lint in
Universiteitskleuren en bevattende een twaalf
tal fotoprentbriefkaarten van Utrecht.
Zooals bekend is ter gelegenheid van het der
de eeuwfeest van de Rijks-Universiteit een ge
denkboek uitgegeven. Dat dit 'n zeer voornamen
indruk maakt, maar dat toch tegen een vrij
lagen prijs in den handel kon worden gebracht,
is ook te danken aan het feit, dat het Univer-
siteitsfonös voor de uitgave een vorstelijk be
drag beschikbaar stelde.
Wanneer op 28 Juni te Huissen de historische
Gildenstoet door de versierde straten en langs
de oude stadspoorten trekt, zal de aandacht
niet in 't minst uitgaan naar de kostbare
pracht waarmede de koningen zijn omhangen.
Zonder de in zilver voor altijd vastgelegde
herinnering aan vroegere heldendaden, feesten'
en koningen is een Gilde feitelijk ondenkbaar.
Te Huissen verheugt men zich in 't bezit van
een uitgebreide collectie schilden en platen die
nog onlangs in Boxtel bekroond werden.
Van 1554 dateert het oudste schild van het
op St. Joris 1411 opgerichte Sint Gangulphus-
gilde. Naast een eenhoorn, als wapen, vermeldt
het den naam van Claes. Smaelevel Richter tot
Hoessen. Een plaat uit 1594 draagt als wapen
een lelie en een kruis, terwijl de naam van
Dirck: Bauman Claesken Meiner er op voor
komt. Er zijn schilden van 1603, 1618, 1644:
Jacob van Eymeren; 1649; voorts van 1706 met
een afbeelding van een scheepstimmerman ver
sierd, terwijl een schild uit 1731 bewijst dat
in die dagen de jeugd actief aan de schietwed
strijden deelnam.
Den 25 Juni is Kooning Geworden Harmn-
nis Daams Oudt Synde 14 Iaaren En 3 maandt
en 11 Daagen. In 't wapen komen o.m. 2x3
„turven" voor. Een smid vindt men afgebeeld
op schilden uit 1738 en 1772, een ploeg in 1749.
een kruidenierswinkel in 1787. Dit alles duidt
op de beroepen door de Koningen van die ja
ren uitgeoefend.
Eveneens doet dat een plaat die aan beide
zijden 't touwslagersbedrijf toont en bovendien
een versje:
Met altijd achter
uit te loopen
Bevorder ik het
best mijn werk
Zoo maak ik lijnen
zonder knoopen
Tot kabel touwen
dik en sterk
Huissen
24 Junij
1845
We vermelden nog het volgende vers:
In '93 Scoot ik koning
Bleev 't Zeeven Jaar tot
Mijn Belooning
Huissen den 24 Junij
1800
Hubert Huberts
Generaal.
Van 't tegenwoordige zilverbezit dat in 1887
toen 14 schilden werden verkocht „om de on
kosten te Dekken voor het Polagramere van
het Beeld St. Ganguilimus", een belangrijke
vermindering moest ondergaan, vermelden we
nog zes ovaalvormige adjudantsplaten die aan
de eene zijde Maria als Koningin met het
Kind, daaronder „Huissen 1769'' en aan de an
dere zijde St. Gangulphus in harnas met
zwaard en stadswapen vertoonen en een na
bootsing van het weggegeven schoonste stuk,
een geschenk van den Hertog van Kleef dat
den patroon komt.
Sint Laurentius, in 1661 opgericht, op 8 Juni
1777 hersteld heeft eveneens een flinke col
lectie. De gildeplaat draagt een afbeelding van
St. Laurentius met rooster en vredespalm.
Van 1663 dateert een ovale plaat die rondom
het stadswapen als randschrift vermeldt:
„De Jonge Gezielle Broederschap van St.
Laurentius binnen Huyssen is opgerigt in 't
Jaar 1661 onder de Regeering van Zijne
Keur vorstelijke Dopr Lugtigheid Van Bran
denburg en Hartog van Cleef Glorieuzer Ge-
dagtenis."
Ook op de platen van -dit Gilde zijn vele
proeven van rijmkunst afgelegd.
Een inspiratie in 1853 bracht 't volgende:
Eerst als Soldaat was ik bljj
Dat ïk 4e Vaandrig werd bij de
Schutterij.
Toen daarna het Feest was van schieten
Mogt ik de eer van Koning genieten
En nam toen teregt na mijn zin
Sophia Boekhorst tot Koningin
Everhardus Jansen
1853
Het zilver liep in 1888 groot gevaar toen een
„Burger Vereeniging'' het zich wilde toeëigenen
daar St. Laurentius „zoo goed als te niet"
was gegaan. Dit hebben twee oude en vier
nieuwe leden-weten te verhinderen en op ver
zoek nam de pastoor het zilver weer in bewa
ring.
Tachtig jaar daarvoor was het, toen nog uit
33 platen bestaande, gewogen en 4 pond 2 lood
zwaar bevonden.
Deze fragmenten uit de historie van 'n kost
baar Gildenbezit zullen er, naar wij hopen toe
bijdragen de lezers, die allen in Huissen ver
wacht worden, met andere oogen te laten kij
ken naar het zilver dat door de koningen zal
worden „voorgeleid."
De rechtbank te Zutphen deed Vrijdag uit
spraak in de zaak tegen de gebroeders G. J. E.
en D. J. E. te Laten (Gld.), tegen wie de
Officier van Justitie een gevangenisstraf van
drie weken ieder had geëischt. Tegen den eer
sten omdat hij op 6 Januari 1935 de nacht
rust had verstoord en tegen den tweeden, om
dat hij zich ernstig verzet heeft tegen den
gemeenteveldwachter, door te trachten zijn
broer te ontzetten, toen deze door den veld
wachter was gearresteerd.
Deze zaak heeft indertijd in het rustige dorp
Laren veel stof doen opwaaien. Tijdens de eer
ste behandeling van de zaak werden nl. twee
getuigen als verdacht van meineed gearresteerd
van wie er een, zoowel dc de rechtbank als
door het Gerechtshof werd veroordeeld tot acht
maanden gevangenisstraf, terwijl de andere ge
tuige, die in hechtenis genomen was, in vrij
heid werd gesteld.
Thans veroordeelde de rechtbank de beide
broers G. J. E. en D. J. E. ieder tot twee weken
gevangenisstraf.
Iedere politieke of sociale beweging beroept
zich op kunstenaars en wijsgeeren uit het
verleden, in wie zij haar voorloopers ziet,
en zij tracht de kunstenaars van de toekomst
voor zich te winnen, hopende, dat het ge-
inspireerde woord van den dichter groote pro- j
pagandistische kracht zal bijzetten aan haar
actie. Ook de nationaalsocialistische beweging
blijft in dit opzicht niet in gebreke, maar tot
heden is zij noch in Duitschland, noch in ons
vaderland buitengewoon gelukkig geweest met
haar kunstvoortbrengselen, en het schijnt wel,
dat de typische reactionnaire burgerlijkheid van
haar karakter weinig bezieling wekt bij oor
spronkelijke naturen. Zagen wij bij de op
komst van het Nederlandsche liberalisme den
dichter Potgieter met zijn school strijden voor
de idealen van Thorbecke en zijn partij, za
gen wij de sociaal-democratie hartstochtelijk
beleden door C. S. Adama van Scheltema, Her
man Gorter, Henriëtte Roland Holst, Herman
Heyermans en een heel gevolg van minder in
drukwekkende kunstenaars, ook de partij van
ir. A. Mussert heeft sedert eenigen tijd haren
lijfdichter in de gedaante van George Kett-
mann Jr., die een dikken dichtbundel, een mis
lukt tooneelspel en nog eenige proza-producten
op zijn naam heeft, en die allengs poëtische
medestrijders vond in de dichters van de
bloemlezing „Ochtend-appèl", te weten S. Ba-
rends, Flor Berge, Rob Delsing, Jan Hoogen-
steyn. Zooals Adama van Scheltema en Her
man Gorter zich namens hun socialistische be
ginselen keerden tegen de tachtiger aesthetiek
en zochten naar een schoonheidsleer, die be
antwoorden zou aan de maatschappijleer van
Karl Marx, zoo zoekt ook deze Kettmann naar
een nieuwe, nationaal-socialistische aesthetica,
en wat hij tot dusverre vond, legde hij neer
in een brochure, getiteld „Om wille van het
Leven Kunst en Gemeenschap", die dezer
dagen verscheen bij de uitgeversmaatschappij
De Amsterdamsche Keurkamer te Amsterdam.
De schrijver zal zich, is te hopen, wel be
wust zijn, dat hij in deze twintig bladzijden
druks het aesthetische probleem niet van alle
kanten belicht. Ook voelt hij zich niet heele-
maal zeker van zijn zaak, omdat hij nog af
wachten moet, hoe de eventueele nationaal
socialistische kunstwerken er uit zullen zien:
4
„Geen enkel vertoog zoo schrijft hij
is in staat, met bepaalde perspectieven de
toekomst zóó-en-niet-anders af te dwingen;
de hoofdzaak is mü, dat ten aanzien van
de kunst voor vandaag ook een ander stand
punt wordt erkend dan dat der soeverein on-
gemoeiden. Wie inziet, dat ik, door het leven
belangrijker te achten dan de kunst, daar
door de kunst geen afbreuk doe, maar haar
integendeel juist verhef in het leven zelf,
zal zich op den duur evenmin gesloten kun
nen houden voor haar bezielende kracht.
Den stijl buiten beschouwing latende, kan
men met het aangehaalde wellicht instemmen,
maar toch niet zonder zich af te vragen, of de
schrijver b.v. ook de militaire eer van minder
belang acht dan het leven. Antwoordt hij daar
volmondig „Ja" op, dan zijn wij accoord. maai
dan wordt de heele belangrijkheidsquaestie een
woordenspel. Immers de militaire eer is er,
evenals de kunst, alleen „om wille van het le
ven". Het leven is dus belangrijker. Maar de
bepaalde militair zal zijn leven geven voor de
eer, zooals de bepaalde kunstenaar voor zijn
kunst afstand zal doen van veel „leven", het
welk de heer Kettmann hem toedenkt.
Natuurlijk teekent de heer Kettmann fel
verzet aan tegen „de proletarische dwaling" en
verwacht hij niets van de sociaal-democratie,
die immers „ineenkromp tot de reclasseering
der arbeiders in een nieuw klassebewustzijn",
maar volgens hem moet alles komen van het
„ontwakend volk", hoewel hy zich heelemaal
Wie heeft er al niet eens het verlan
gen gekoesterd, eenigen tijd te mo
gen vertoeven in het onvolprezen
Praag en in de veelbezongen Donau-<s.teden
Weenen en Budapest met haar rijkdom aan
natuur- en stede-schoon, met haar gulle en
gastvrije bevolkingen, met haar vroolijk-tinte-
lende en hartstochtelijk meesleepende muziek,
met haar wonderbare sfeer, waarin het
leven wordt tot een onvergetelijk schooneh
droom!
Voor weinigen was intusschen het geluk weg
gelegd; de reis was te ver, te duur.
Thans echter zijn Praag, Weenen en Buda
pest ons opeens naderbij gekomen; ook zij,
die geen groote sommen voor een vacantie-reis
kunnen besteden, zijn thans in staat hun ver
langen naar den Moldau- en Donau-droom in
vervulling te doen gaan.
Wie onderstaand program leest en daarbij
bedenkt, dat alleen reeds dë treinreis volgens
gewoon tarief ongeveer 80.kost, zal met
stijgende verbazing ervaren, welk een onge
looflijk buitenkansje hier geboden wordt.
En dat alles geheel in den geest der wel
bekende V.K.F.-reisservice.
Programma
Maandag, 3 Augustus: In den ochtend te
ongeveer 11 uur vertrek van Oldenzaal; lunch
en diner in restauratie-rijtuig; reis over Osna-
briick, Hannover, Maagdenburg en Halle; aank.
to Dresden pl.m. 10 uur; logies.
Dinsdag, 4 Augustus: Ontbijt; groote auto-
toer door de heerlijke kunststad met bezich
tiging der bezienswaardigheden; lunch; na den
£ttmiiii!iii!iiiimniutimiiimiiimiiiiiiiiiiniimiititiitiiiiiiiitiiiiiiiiiiu:
(Verhoogd, met f 3.voor admi-
nistratiekosten).
I Wie tweede klas wenscht te reizen
betaalt IS gulden meer.
middag eenige uurtjes vrij; gelegenheid tot een
uitstapje „Zum weissen Hirsch"; diner; ge
noeglijk samenzijn; logies.
Woensdag, 5 Augustus: Ontbijt, waarna ver
trek per D-trein naar Weenen; lunch in res
tauratie-wagen; aankomst te Weenen tegen 15
uur; 'smidd. en 's avonds „Prater-bummel";
diner in Prater-restaur.; logies.
Donderdag, 6 Augustus: Ontbijt; groote
autotocht door de stad, oud en nieuw; bezich
tiging van Stephansdom, parlement, raadhuis,
paleis van justitie, enz.; bezoek aan kunst
historisch museum; lunch in restaurant; na
den middag per auto uitstapje naar Slot
Schönbrunn en berg-opwaarts naar Coblenz,
vanwaar Weenen in heerlijk panorama aan
onze voeten ligt; terugtocht over het veel
bezongen wijndorp Grinzing, waar de land-
wijn gedronken en het diner geserveerd wordt
(Grinzinger vroolijkheid!) logies te Weenen.
Vrijdag, 7 Augustus: Ontbijt; per feestelijke
extra-Donau-luxe-boot naar Budapest (zigeu-
nermuzlek aan boord!); lunch en diner onder
weg; aankomst te Budapest in den avond:
een sprookje van lichtende schoonheid! per
auto naar hotel; logies.
Zaterdag, 8 Augustus: Ontbijt; 's middags
groote autotoer door de stad; bezichtiging van
Parlement, Vrijheidsplein, enz.; lunch; 's mid
dags vrij; diner; 'savonds gezellig samenzijn;
zigeunermuziek! logies.
Zondag, 9 Augustus: Ontbijt (vóór of na
de H. Mis); per auto naar het op de bergen
langs den Donau gelegen Buda; bijwoning van
de beroemde, grandioze Muziekmis in de St.
Matthiaskerk; bezoek aan den Koninklijken
Burcht (%flossing van de wacht!), de Vis-
schersbastei, enz.; lunch; na den middag heer
lijke wandeling door het stadspark (Slot Hu-
nyadi) met bezoek aan graf van den Onbeken
den Soldaat; diner in „Alpendorf", met mu
ziek en variété-voorstelling; logies.
Maandag, 10 Augustus: Ontbijt; bezoek aan
het Margaretha-eiland in den Donau: een won-
derschoone tuin met luxueuze badhotels en
restaurants; lunch in de „Hangli Kioszk" aan
den Donau-oever; daarna per extra-boot naar
de Staatswijnkelders te Budafok, alwaar men
zich aan de fijnste Hongaarsche wijnen te
goed doet! Diner; 's avonds bezoek aan Angol-
park (vermakelijkheden)logies.
Dinsdag, 11 Augustus: Ontbijt; vertrek van
Budapest naar Praag; lunoh in den trein;
aank. Praag pl.m. 19 uur; per auto naar hotel;
diner; logies.
Woensdag, 12 Augustus: Ontbijt; groote
autotoer door Praag met o.a. bezoek aan de
oud-nieuwe Synagoge, de goudmakershuisjes,
den hongertoren, enz.; lunch; na den middag
voortzetting van het Prager program; diner;
tegen 20 uur vertrek van Praag naar Holland.
Donderdag, 13 Augustus: Ontbijt in Maag
denburg; lunch in den trein; aankomst in
Holland in den namiddag. Afscheid!
De totaalprijs 96.en 3.sluit het
navolgende in:
le. Spoorreis Ille klasse met extra trein
van Oldenzaal naar Budapest en terug.
Voor het reizen in de lie klasse is voor den
c'CT^ rt '4? fb CJ3 '4 cp 4^ cë 'b 4; :i-i tncr. a"J ct cb
•8 3-
heen-en terugweg een toeslag van 18 ver
schuldigd.
2e. Een boottocht op den Donau per extra
boot van de Kon. Hongaarsche Stoomboot Mij.
3e. Volledige en overvloedige maaltijden,
aanvangende met lunch op 3 Augustus en ein
digend met lunch op 13 Augustus.
4e. Huisvesting in uitstekende hotels, zoo
veel mogelijk in kamers volgens aanvraag.
Worden beslist éénpersoons kamers gewenscht,
dan worden de hotelprijzen verhoogd met 8
voor den geheelen duur der reis.
5e. Alle fooien en belastingen.
6e. Personen- en bagagevervoer bij aankomst
en vertrek van de stations naar de hotels en
terug. Van de perrons naar den auto, moet
ieder zijn eigen bagage dragen of kan men een
kruier nemen.
7e. Alle in het programma genoemde ex
cursies.
Pengös kunnen tegen specialen lagen koers,
tegelijkertijd met de aanmelding besteld wor
den.
Geen pas en geen visum noodig!
Voor de terugreis kan een slaapplaats Praag
Oldenzaal worden besteld. De prys bedraagt
8.in de 3e klasse en 12.in de 2e kl.
Drukke winkelstraat te Praag
Budapest, gezien van het St. Gellert-
monument
Wie van deze unieke reisgelegenheid wil pro-
fiteeren, melde zich aan bij het Centraal Reis-
adres der „Vereenigde Katholieke Pers", N. Z.
Voorburgwal 6573, Amsterdam, Telefoon
46878, Giro 22884.
Alle lezers, die zich interesseeren voor een
prachtig verzorgde en toch goedkoope vacantie-
reis, naar ver en naar dichtbij, vragen ons uit
voerig en fraai geïllustreerd Reizenprogiam-
boek 1936 aan hetwelk omgaand gratis eü
franco wordt toegezonden.
2730 Juni. Heeren Mijnbeambten IL
36 Juli. In bespreking.
1013 Juli. Heerencongregatie Maastricht.
1720 Juli. Kerkrade.
25—28 Juli. In bespreking.
31 Juli3 Aug. Heeren onderwezens L
36 Aug. Heeren Onderwyzers IL
614 Aug. Achtdaagsche priesterretraite.
22—25 Juni: Mannen.
27—30 Juni: Mannen.
30 Juni3 Juli: Gehuwde Vrouwen.
niet bekommert over de vraag, in hoeverre dit
„ontwaken" verschilt van een nationale .re
classeering", om het leelijke woord op zijn ge
bruiker te doen terugslaan. Wanneer men
over de S. D. A. P. spreekt in pejoratieven en
over de N. S. B. in euphemisrr.eri, heeft men
makkelijk spel, doch wannéér de heer Kett
mann weigert aan te nemen, dat het nationaal-
socialisme „zonder eenigen aanloop en zonder
dieperen gevoelsgrond te voorschijn is gegoo
cheld als een ei uit een hoogen noed", aan kan
men die weigering met het volste recht uit
strekken tot b.v. het communisme, en andere
verschijnselen, waarmede de N. S. B. zich niet
op goeden voet bevindt.
De groote moeilijkheid voor den theoreticus
van de nationaal-socialistische aesthetica is
wel. dat hij zich bepalen moet tot algerr.eene
phrazen over de horde, die door het fascisme
zal worden gebonden tot waarachtige volksge
meenschap, terwijl hij nog geen idee heeft van
hetgeen de kunst, tengevolge dier denkbeel
dige binding, zal gaan vertoonen. Hy moet
arbeiden in het goed vertrouwen, dat alles wel
zal slagen, wanneer de N. S. B. maar een
maal geslaagd is. Hij heeft echter weinig ga
ranties, die dit vertrouwen rechtvaardigen.
Wanneer hy beweert: „Het behoort tot den
wezenstrek van het fascisme, dat het, meer
dan welke levensbeschouwing ook. een prin-
cipieele gevechtswaarde heeft", dan klinkt dat
voor de aanhangers van het nazi-systeem wel
licht zeer overtuigend, maar het ontg*at den
buitenstaander, waarom deze stelling gepo
neerd wordt in een aesthetisch betoog, en
waarmede deze weinigzeggende stelling kan
worden bewezen, tenzy met een beroep op ge
welddaden, wier artistieke waarde niet boven
discussie staat. Wanneer de moderne maat
schappij inderdaad, zooals Kettmann aan
neemt, iedereen dwingt tot specialisatie, dan
dwingt zy hiertoe ook den kunstenaar, en
wanneer deze specialisatie nochtans de „volks
verbondenheid" niet mag doen veronachtzamen,
dan bedreigt zij den kunstenaar het minst, die
door zijn taal gedwongen is tot hetgeen men
„verbondenheid" noemt, ongeacht of hy het
aangenaam vindt of niet.
Er moet, zoo redeneert Kettmann, eerst maar
eens een nationaal-socialistische volksgemeen
schap komen en „De kunst, die dan ontstaat,
zal voor heel de gemeenschap zijn", maar geeft
hij zich ook maar de geringste rekenschap van
de wijze, waarop die kunst dan „ont
staan" zal? Ze zal toch vervaardigd moeten
worden door een kunstenaar, gehoorzaam aan
een persoonlijke inspiratie, en niet aan een
algemeen decreet! Men kan nu wel beweren,
dat in die nieuwe volksgemeenschap „de kun
stenaars in het bloed der gemeenschap zullen
worden opgenomen", maar dit is alleen een
leelijke beeldspraak, en de gedachte „dat hun
werk niet het gevolg eener persoonlijke be
genadiging is, maar dat „aan hen persoonlijk
de begenadiging der gemeenschap is voltrok
ken" zal men nooit aan kunstenaars of aan
wat voor menschen ook kunnen opdringen, voor
zoover ze niet onder alle omstandigheden van
zelfsprekend is. Iedereen, die persoonlijke
qualiteiten bezit, draagt het dubbele bewust
zijn, te hebben en ontvangen te hebben, maar
kan hij die twee termen onderscheiden, hfj
kan niet zijn gave zelf splitsen in een „per
soonlijk" en een „onpersoonlijk" aandeel.
Dat de kunst geen „tierelantyn" moet zijn,
maar het gevolg van een „roeping" is weer heel
aardig gezegd, doch er bestaat een duidelijke
roeping tot het tierelantijnsche, en juist aan
deze roeping schort het den heer Kettmann,
die het gewone burgermans-zelfbedrog her
haalt van de aesthetica der domineespoëzie
voor God en vaderland weg.
„De tijd, dat Jacques Perk in alle op
rechtheid de schoonheid kon aanroepen met
dien extatischen dichtregel; „Wie eenmaal
u aanschouwt, leefde genoeg" die tyd.
smachtend naar de schoonheid boven het
leven, is voorby. De kunstenaar zal de schoon
heid begeeren om wille van het leven, dat
in zijn hoogste spanning, in zijn edelste en
niet te weerstreven grootheid schoon biykt
te zyn."
Zoo decreteert de schoonheidsleer der N. S.
B„ maar men zou eindeiyk willen, dat het
decreet gemotiveerd werd door iets menscheiy-
kers of althans iets meer waarschynlijks dan
de gedachte, dat een eventueele zegepraal van
de Mussert-partij een essentieele verandering
zou te weeg brengen in de functie der schoon-
heidscheppende organen van den kunstenaa*.
De tyd is heelemaal niet voorby, en zal, geve
God, nooit voorbijgaan, waarin voor den kun
stenaar de schoonheid het hoogste ideaal is,
meer waard dan het leven, zooals de nationale
eer voor den soldaat moet zyn.
Deze hooge waarde ontleenen de schoonheid,
de eer, de liefde, de waarheid enz. enz„ abstrac
ties als zij zyn, natuuriyk aan de concrete le
vensrealiteit, maar wie „om wille van het le
ven" zyn kunst zou verminken is even schuldig
als de militair, die „omwille van het leven"
het vaandel in den steek laat. De kun
stenaar heeft kunstenaar te zijn, zoo zuiver hij
kan, en hij vertroebelt die zuiverheid, wanneer
hy zyn kunst a priori afhankelyk stelt van
leidersdecreten of staatsdwang. Het tegendeel
maakt de heer Kettmann niet duideiyk. Hy
beweert alleen, zonder bewys, dat ons volk
eerst weer „een volk" zal zyn, wanneer het
volgens de staatsmethodiek van het nationaal-
socialisme zal worden geregeerd. Hieraan voegt
hy de onbewijsbare hypothese toe, dat de kunst
dan vanzelf zal voldoen aan hooger aesthe
tische eischen dan ze thans vermag. Een en
ander moet men op gezag van George Kett
mann gelooven. Het gezag der ervaring is er
ni. nog niet.
Harder dan het graniet van de bergwerken
zyn in de eerste plaats de spieren van George
O'Brien, die in deze film optreedt als de ploeg
baas van een groep stevige boys, die aangeno
men zijn, om een tunnel te helpen graven. Maar
Tim Harreman, zooals de held voor deze gele
genheid gedoopt is, weet zyn spieren met alleen
te gebruiken, hetzy voor zyn zwaren arbeid,
hetzy voor een vechtpartij hy weet ze ook te
bedwingen tot rust en hierin ligt de moreele en
tevens de voornaamste waarde van dit filmwerk,
waarvan de inhoud overigens in een vlot tempo
verteld wordt. Reeds het eerste optreden van
Tim, wanneer hy twee van zyn flink uit de
kluiten gewassen arbeiders bij een vechtpartij
uit elkaar haalt, als waren het twee om 'n fop
speen krijg voerende zuigelingen, belooft een
slottooneel, dat als apotheose kan gelden van
alle in de wereld geleverde tweegevechten.
Op het terrein van den stryd de bergwer
ken aangekomen, begint deze verwachting uit
tc groeien tot een vaste hoop, want Zwarte Jack,
zijn concurrent, ziet er ook niet naar uit, dat hy
lang gesmeekt moet worden om een robbertje
te vechten.
Alvorens het tot het verhoopte conflict komt,
moet Jack Tim uit een ingestorte schacht red
den, en hy doet dit hoofdzakelijk met het doel,
om Tim de afgesproken vechtparty niet te
doen missen. Doch na de redding deelt de dok
ter Tim mee, dat Jack's hart zéér zwak ls en
dat zelfs die mededeeling Jack kan dooden.
Tim weigert dan te vechten en wordt daarom
een lafaard gescholden. Maar vlak daarop stort
Jack in en nu is Tim de held, die gehuldigd
wordt, tezamen met zyn aanstaande vrouw
die natuuriyk ook een rol speelt in deze film
en Jack, die gaarne zyn eerste rechten aan Tim
afstaat.