Het wereidtheater te Genève
Oud-burgemeester
achter slot
Avro-studio's
Aalsmeer voor den
ondergang
DE SENSATIONEELE
EERSTE ACTE
NEDERLAND-HONGARIJE
Instantine
GESCHIL MET ZUIVEL-
ORGANISATIES
WOENSDAG 1 JULI 1936
BUITENLANDSCH OVERZICHT
Het ridderlijke Italië
Tot een handelsaccoord besloten
Prinses in Friesland
Op het oude buiten der Oranjes
te Oranjewoudmet bezoek
aan Leeuwarden
Boek van dr. v. Schelven
F. VAN MEERWIJK t
Oud-wethouder van Den Bosch
DE SOEMBER BOPONG-ZAAK
Behandeling der zaak uitgesteld
STADHUISKWESTIE TE
EINDHOVEN
De afsluitboomen der spoorweg
overgangen
jy<H,r
De fraude te Ambt-Hardenberg
N.V. DRUKKERIJ DE TIJD
Een werk, dat oprechte waardee
ring verdient, wordt Donderdag
in gebruik genomen
Isolatie en acoustiek
Een onderhoud met minister
Gelissen
Geen willekeur
Kweekers zien in Regeeringssteun
eenige reddingsmogelijkheid
4V2 millioen steun noodig
Ellende
Letlandsch escadrille op
„De Mok"
De tijden, waarin oorlogen nog met een
zekere ridderlijkheid werden gevoerd,
zijn voorbij. Deze dwaasheid passeerde
hog w'el in de donker gescholden Middeleeu
wen, maar onze hoogbeschaafde en angstwek
kend voorljjke tijd heeft zich aan alle ridder
lijkheid ontworsteld. Oorlog is thans een che
misch technisch verdelgingsproces, waarbij het
eene volk het andere tracht te vernietigen vol
gens de beproefde en doelmatige methoden,
Welke de „bekende zuiveraars van gebouwen"
aanwenden tegen vunze ratten, griezelige mui
zen en andere pestilente en onreine ongedier-
ten. Zoo was de groote wereldoorlog, zoo was
de kleine veroveringsoorlog van Italië tegen
Abessinië. Italië, dat zeer oude beschavings-
brieven heeft, heeft zich voortreffelijk aange
past aan de cultuur van de meedoogenlooze
nieuwe zakelijkheid, welke geen ridderlijkheid,
maar nog slechts machtswellust en egoïsme
kent. Is het dan te verwonderen, dat de „bar-
baarsche" Abessiniërs, die nog in persoonlijken
moed geloofden en met doodsverachting hun
naakte zwarte handen sloegen aan de verderf-
zaaiende met staal gepantserde schildpadden-
tanks, het onderspit moesten delven? Italië
heeft over den Negus en zijn rijk getriomfeerd
met alle middelen van een zoowel geestelijk
als stoffelijk geraffineerde oorlogstechniek. Het
heeft de aan den Negus onderhoorige volks
stammen met uit vliegtuigen neergestrooide pa
pieren beloften en dreigementen en met spion
hen en agenten tegen hun keizer opgezet, zoo
dat zU hem aan het front in den rug verrader
lijk aanvielen, het heeft Roode Kruisambulan-
ces gebombardeerd om te verhinderen, dat de
gewonde zwarte krijgers weer tot weerbaarheid
zouden herstellen, het heeft gif- en brandbom
men laten regenen niet alleen op trekkende of
vechtende legerscharen, maar ook op weerlooze
bevolkingsgroepen, het heeft levensmiddelen-
voorraden en lastdieren vernietigd om den
Abessiniërs de mogelijkheid te ravitailleeren of
terug te trekken af te snijden. Dit alles heet
volgens de hoogbeschaafde Italianen oorlogs
recht en gepaste zelfverdediging. Het zij zoo!
Wij gelooven gaarne, dat Italië op meer hu
mane wijze dezen oorlog van de achterlijke
Abessiniërs niet had kunnen winnen en erken
nen even gaarne, dat toen Italië eenmaal d?
A van „Avanti" had uitgestooten, het heel het
kakophonisch alphabet van een onwaardigen
kolonialen oorlog uit zelfbehoud moest afwer
ken. Maarschalk Eadoglio redde Mussolini en
misskien ook geheel Italië van een erbarmelijk
militair échec, zij het ook op weinig fraaie
wijze, en de overwonnen Negus nam de vlucht.
Koning Victor Emmanuel werd tot keizer van
Ethiopië uitgeroepen en Italië zette een hooge
borst op over dezen weergaloozen triomf. Doch
voldaan en tevreden was Italië niet, al zei het
dan ook verzadigd te zijn. De christelijke be
schaving schijnt in Italië nog niet zoo diep
wortel te hebben geschoten, dat het Romein-
sche en heidensche „Vae victis", „Wee den
overwonnenen!" er als een beschamende wraak-
leuze heeft afgedaan. De Negus is er sinds zijn
nederlaag het voorwerp geworden van spot en
hoon en verguizing en de meest befaamde Ita-
liaansche journalisten hebben zich beijverd om
deze menschelijk tragische figuur in zijn
ongeluk nog laffe ezelstrappen na te geven.
Dit alles heeft echter niet kunnen ver
hinderen, dat Hailé Selassie, zoolang hij
niet officieel afstand heeft gedaan van
den Ethiopischen troon en de gewelddaad van
Italië en de daardoor ontstane toestand niet
officieel zijn gewettigd, nog altijd rechtmatig
Keizer van Ethiopië is en Victor Emmanuel
dezen titel wederrechtelijk voert. Dat de Ita
lianen dat niet willen en kunnen inzien, moe
ten zij slechts aan zichzelf verwijten. De Vol
kenbond, hoe wankelmoedig en gebrekkig, hoe
halfslachtig en aarzelend, hoe zwak en klein
moedig deze ook mag zijn, heeft in ieder geval
den minimalen moed gehad dit feit tot nu toe
te erkennen. Zelfs de poeslieve nota van Italië,
waarin het lokaas van actieve samenwerking
in Europa onder de angstig trillende neus
vleugels van den Volkenbond werd gehouden,
heeft dien minimalen moed niet kunnen doen
vervluchtigen, zoodat de voorzitter van de Vol
kenbondsvergadering, de Belgische premier van
Zeeland, aan Hailé Selassie als Z. M. den Keizer
het woord gaf om de vrijwel verloren zaak van
zijn land voor den Areopaag der volkeren te be
pleiten en te verdedigen. Dit is voor de Italiaan-
sche Journalisten te Genève aanleiding gewor
den tot het verwekken van incidenten en be
toogingen zooals nog nimmer in de vergader
zaal van den Volkenbond zijn aanschouwd. Zij
hebben den verslagen monarch uitgejouwd en
Uitgefloten, zoodat zij tenslotte met den ster
ken arm der politie uit de vergaderzaal moes
ten worden verwijderd. Terecht heeft dit min
derwaardige gedrag algemeene verontwaardiging
gewekt, alleen de Italiaansche officieele verte
genwoordiger bij den Volkenbond, Bova Scopa
heeft dit wangedrag der Italiaansche persver
tegenwoordigers trachten goed te praten en
Stefani seint uit Budapest, dat men be
sloten heeft tot een Nederlandsch-Hon-
gaarsch handelsaccoord, volgens hetwelk
Nederland zal overgaan tot den aankoop
van een millioen centenaars Hongaarsch
koren, terwijl Hongarije voor eenzelfde be
drag aan grondstoffen en textielproducten
In Nederland zal bestellen.
daardoor de zaak alleen maar ergerlijker en
ernstiger gemaakt. Indien Italië zoozeer van de
rechtvaardigheid van zijn inzichten en de eer
lijkheid van zijn standpunt verzekerd is als het
voorgeeft, waarom heeft het zich dan niet in
een hooghartig zwijgen gehuld en zich van
dezen openbaren smaad aan den overwonnene
en den Volkenbond onthouden? Maar is het
misschien niet zoo bijster verzekerd van zijn
beweerd goed recht, ook al tracht het dit tegen
over geheel een andersdenkende wereld staan
de te houden, of veronderstelt het bewaren
van een waardig stilzwijgen een hoogere
beschaving dan de zoo luid geprezen Ita
liaansche? Beschaving berust voor een groot
deel op zelfbeheersching en van zelf-
beheersching hebben de Italianen tot nu toe
nog weinig blijk gegeven. De eerste acte van
het spel, dat in het wereld-theater te Genève
wordt opgevoerd, is ingezet op een wijze, welke
appelleert aan de lagere instincten, die in de
„Grand Guignol" plachten geprikkeld te
worden.
uitgevers Scheltens en Giltay, een exemplaar
van zijn boek „Tusschen bommen en roovers,
met de Nederlandsche Ambulance in Abessinië",
aangeboden.
Gisteravond is H. K. H. Prinses Juliana
te Heerenveen aangekomen in gezelschap
van de Prinses von Erbach en haar hof
dame jkvr. A. M. de Brauw. Per auto werd
naar het oude buiten der Oranjes „Oranje
woud" gereden, dat thans bewoond wordt
door de douarière gravin Van Limburg
Stirum De Block van Scheltinga en die de
gastvrouwe der Prinsessen is.
Bij de ontvangst waren tegenwoordig de
commissaris der Koningin in Friesland mr. P.
A. V. baron van Harinxma Thoe Slooten cn
familieleden, voorts leden der families Van
Sminia, Van Eysinga, Van Andringa de Kem
penaar, de Jonge van Zwijnsbergen, Jhr Witzen
Elias, baron van Geen de vroegere particuliere
secretaris van H. M. e.a.
Op he-t historische „Oranjewoud" welks ge
schiedenis terugloopt tot 1672 en dat gesticht
werd door Albertina Agnes, regentesse over
Friesland, weduwe van Willem Frederik vorst
van Nassau-Dietz, stadhouder van Friesland,
dochter van Frederik Hendrik, is een luister
rijk avondfeest gehouden. Het was reeds na
twaalven toen H. K. H. met gezelschap zich
naar Leeuwarden begaf, waar ze hedennacht
logeerde ten huize van den Commissaris der
Koningin.
Heden maakte H. K. H. een boottocht door
het Prinsenhof, een der schoonste waterrijke
gedeelten van Friesland.
Heden werd namens den schrijver dr. A. van
Schelven, aan H. K. H. Prinses Juliana, als
voorzitster van het Ned. Roode Kruis, door de
Dinsdagavond is te Den Bosch vrij plotseling
overleden de heer F. van Meerwijk, oud-wet
houder van gemeentewerken.
De overledene was 32 jaren lid van den ge
meenteraad geweest, alsmede 17 jaren wethou
der van gemeentewerken. Tevens was de over
ledene regent van het R. K. Armenweeshuis,
secretaris van den Armenraad, president van
de Sint Vincentiusvereeniging St. Cathrien, lid
van het bestuur van den gemeentelijken han
delscursus, mede-oprichter en secretaris van
de Kath. Spaarbank, president-commissaris
van het geneeskundig instituut „Coudewater"
en oud-lid van het kerkbestuur van Sint Ca
thrien.
De heer Van Meerwijk stond in Den Bosch
in hoog aanzien en behoorde tot de beste ka
tholieke families.
SOERABAJA, 30 Juni. (Aneta). Heden was
de belangstelling voor de behandeling van de
zaak tegen M„ den vroegeren administrateur
van Soember Bopong, iets minder dan den
eersten dag, doch toch nog voldoende om
extra-politie-maatregelen te rechtvaardigen.
Nadat beklaagde geboeid was binnengeleid,
werd medegedeeld dat de verdere behandeling
van de zaak was uitgesteld wegens ziekte van
den president van den raad van justitie, mr.
Beaujon.
De gemeenteraad van Eindhoven heeft beslo
ten een commissie te benoemen ter bestudee
ring van het vraagstuk van het nieuw te bou
wen stadhuis. De commissie bestaat uit zeven
leden en wel de heeren Staal, Dumoulin, Ir.
Geene, mr. dr. Janssens, Rooyakkers, De Jong
en Fetter. De taak van deze commissie zal zijn
de plannen voor het nieuwe stadhuis voor te
bereiden.
Aangezien de wijze van aanduiding en vooral
de verlichting van de afsluitboomen van tal van
z.g. bewaakte overwegen niet onder alle omstan
digheden voldoende moeten worden geacht, ver
zocht de K.N.A.C. aan den minister van Water
staat de noodige voorzieningen daarvoor te wil
len treffen.
In antwoord hierop deelde de minister van
Waterstaat mede, dat de zichtbaarheid van af
sluitboomen, vooral bij nacht, de voortdurende
aandacht der Ned. Spoorwegen heeft. De di
rectie is bereid, aan de verlichting van afsluit
boomen met z.g. slaglichten, die blijkens de on
dervinding goed voldoen, uitbreiding te geven,
indien daaraan althans geen onevenredig hooge
kosten verbonden zijn.
De minister van Waterstaat verklaart ove
rigens, dat niet kan worden ontkend, dat aan
rijding van afsluitboomen veelal wordt veroor
zaakt door roekeloosheid van autobestuurders.
De groepeeringen van de Croix de Feu in Frankrijk, welke door de regeering-
Blum zijn verboden, worden door kolonel de la Rocque vereenigd in de
nieuwe „Fransche sociale" partij. De foto toont het inschrijven der oude
aanhangers op de lijsten der nieuwe partij
Onthoudt den naam INSTANTINE1
'k*ijU L "0rnt l
50 cis.
stilt en voorkomt
pijnen!
Het gerechtshof te Arnhem heeft heden
uitspraak gedaan in de zaak tegen H, H.
W., oud-burgemeester van Ambt Harden-
berg, die door de rechtbank te Almelo
wegens verduistering en heling veroordeeld
was tot één jaar en zes maanden gevan
genisstraf.
Het Hof heeft heden dit vonnis vernie
tigd en verdachte veroordeeld tot één jaar
en drie maanden gevangenisstraf.
Naar wij vernemen zijn mr. A. J. M. Hendrjx,
dr. G. C. van Noort, mr. C. M. J. F. Goseling,
mr. A. E. M. Povel en prof. mr. C. P. M. Romme
uit het college van commissarissen var. de
N.V. Drukkerij De Tijd getreden.
Breed
uitgebouwd, als naast elkaar gestapelde, gele doozen, teekent het complex van de nieuwe A. V. R. O.-
studio af tegen het donkere groen
Hilversum, 30 Juni
Als enkele naast en op elkaar gestapelde
groote gele doozen teekent het complex
van de nieuwe A.V.R.O.-studlo af tegen
het donkere groen van het geboomte er
omheen. Breed uitgebouwd, met muren, die
slechts door héél enkele glaspartijen wor
den onderbroken alleen In de zooge
naamde ongevoelige gedeelten werden ra
men aangebracht maakt het geheel wel
een grilligen doch tevens een zeer impo-
santen, grooten indruk. Een werk, dat
werkelijk de volle bewondering opwekt
voor zijn constructeurs, is hier na drie
jaren intensieven arbeid voltooid.
Bij het bouwen van deze studio stond men
voor een reeks geheel nieuw op te lossen pro
blemen. Men kon hier niet, zooals bij de
buitenlandsche omroepgebouwen het geval is.
de administratieve gedeelten groepeeren om de
technische heen. Men kon niet door een gor
del van kantoren de storende geluiden van
buitenaf opvangen eer zij in die gedeelten wa
ren doorgedrongen, van waar de uitzendingen
plaats hebben en die dus storingvrij dienen te
blijven. Hier werd louter en alleen de omroep
bijeengebracht. Behalve dus het probleem, dat
in een omroeplokaliteit altijd rijst, het pro-
bloem van de acoustiek, moest men hier nog
bovendien een speciale oplossing zoeken voor
het probleem der geluidsisolatie.
Deze oplossing heeft men gevonden in wat
men noemt den doos-bouw der studio's. Alle
eigenlijke studio-vertrekken rusten op eigen
fundeeringen in den grond. Zij hebben geen
ramen. Kunstmatig worden zij verlicht en
kunstmatig wordt er versche lucht in aange
voerd, die ook weer kunstmatig op een aange
name temperatuur wordt gehouden. Om die
eigenlijke vertrekken heen is nog eens een
apart gebouw, als een stolp, heengezet. Alle
contact tusschen de „gevoelige" en de „onge
voelige" ruimten is streng vermeden. Slechts
dubbele deuren, die iets weg hebben van de
isolatiedeuren in onzen nieuwen kruiser!, ge
ven van de garderobes, de foyers enz. toegang
tot de studio's.
Voor allerlei soorten uitzendingen, voor aller
lei behoeften zijn aparte studio's gebouwd. De
meest imponeerende is wel de grootste: de
concertzaal. Hier heeft de wetenschappelijke
methode van het zuiver stellen der juiste
acoustische verhoudingen een zeer groote hoog
te bereikt. Niet alleen is de zaal zoo gebouwd,
dat de klanken van een concert er prachtig
in doorklinken wij hebben de mannen van
Nico Treep de ouverture van Wallace's „Mari-
tana" hooren spelen en dit harmonische door
klinken oprecht bewonderd doch ook kal)
men, doordat groote deelen van dak en wan
den uit draaibare prisma's bestaan, de
acoustiek geheel veranderen, doordat men een
meer of een minder absorbeerende stof naar
den buitenkant draait. In deze zaal kunnen
500 personen de uitvoeringen volgen. Aan de
achterzijde van het podium bevindt zich ach
ter een met gaas bespannen traliegetimmert.
een dubbel orgel één voor de gewijde
muziek en één concertorgel voor de profane.
Het 'eerste vooral voldoet buitengewoon goed.
Het werd gebouwd onder leiding' van een van
's lands eerste orgelspelers: den heer J. Besse-
laar Jr.
Naast deze zaal zijn er nog acht andere
studio's in deze gebouwen ondergebracht: een
voor de jazz-band en een voor de kamer
muziek een voor de hoorspelen met daaraan
grenzend een hulphoorspelstudio, een voor de
sprekers, een voor het vervaardigen van aller
lei bijgeluiden als het neervallen van regen
water, het kloppen op deuren, bellen enz.,
voorts één voor den omroeper en één, waarin
de geluiden, die te zwak doorkomen worden
aangesterkt, de zoogenaamde galmkelder. In
enkele van de studio's kan de bezoeker, boven
van een galerij de uitvoering bijwonen.
Alle electrische verbindingen met de studio's
komen samen in één groote controlekamer,
achter het hokje van den omroeper. Deze
controlekamer is geheel in tweevoud uitge
voerd, zoodat tegelijk het officieel uitgezon
dene en bijvoorbeeld een repetitie kunnen
worden beoordeeld.
Al wandelend door al deze mooi verzorgde,
keurig betimmerde studio's, door deze hallen en
restauratielokaliteiten, kan men toch een woord
van waardeering aan een dergelijk werk, ten
slotte aan de verspreiding' van huiselijke ge
zelligheid en cultuur gewijd, niet onthouden.
De heer Vogt en de leiding van de A.VJt.O.
hebben hiermee een compliment verdiend. Zij
mogen in het schoon-versierde Hilversum aan
staanden Zondag met hun leden luistervinken,
een genoeglijk feest bij zulk een gelegenheid
vieren.
Naar aanleiding van de verschillende
mededeelingen omtrent het geschil tusschen
den minister van Handel, Nijverheid en
Scheepvaart en de zuivelorganisaties, ver
zochten wij minister Gelissen ons de gele
genheid te geven hem eenige vragen te kun
nen stellen.
De minister merkte allereerst op dat onder
scheiden moet worden tusschen eenerzijds de
uitvoering van bepaalde door cte Kroon of den
minister genomen maatregelen, waarvoor de
minister steeds een gemachtigde had aange
wezen, en anderzijds de adviezen, welke den
minister terzake van de uitvoerende werkzaam
heden worden gegeven, door een adviseerend
college. Dit adviseerend lichaam bestond uit
vertegenwoordigers der verschillende zuivel
organisaties.
De minister heeft voor een conflict tot voor
kort geen aanleiding gezien. Waar het om gaat,
aldus de minister, is het volgende: ,,Hoe langer
de duur is van de verschillende maatregelen,
welke genomen moesten worden in het begin
van 1932 en waarbij destijds, wat de verdeeling
dei exportmogelijkheden betreft, bepaalde basis
jaren werden gekozen, uiteraard liggende voor
1932, hoe grooter de moeilijkheden worden van
de exporteurs.
Voor de hieraan verbonden bezwaren heb ik
gepoogd steeds een oplossing te vinden.
Mogen wij u vragen, hoe dit systeem bij
andere belangen heeft uitgewerkt?
Hierop kan de minister met veel genoegen
antwoorden, dat hiermede zeer gunstige resul
taten zijn bereikt.
Op het geheele gebied der invoercontingen-
teering wordt het reeds sedert langen tijd toe
gepast, ik mag wel zeggen, dat de invoerhandel,
welke toch ongetwijfeld van de contingenteering
niet steeds pleizier heeft beleefd, van het
systeem der bijzondere invoervergunningen
Linnen het kader der contingenten veel profijt
heeft gehad.
„Er zijn zelfs uitvoercontingenten, welke een
voudig op afroep aan de belanghebbenden ter
beschikking worden gesteld."
Wij merkten echter op, dat verschillende pu
blicaties van de laatste dagen spraken van wil
lekeur, gunsten op het gevoel en dergelijke.
Met verontwaardiging merkte hierbij de mi
nister op, dat toch geen ernstig man zal kun
nen volhouden, dat het er om te doen is om 'n
middel te kiezen ter bevordering van willekeur.
Bovendien, aldus de minister met nadruk, er
zal slechts een zeer klein percentage van de
contingenten voor dit doel gereserveerd worden;
het gaat er veel meer om iets te kunnen doen
in bepaalde gevallen, dan wel om ieder die
nog wenschen heeft zoo maar iets extra's toe
te stoppen.
Op onze vraag, of Z. Exc. over dit plan dan
geen overleg gepleegd heeft met de zuivelorga
nisaties, antwoordde de minister, dat hij, be
halve de uitvoerige correspondentie ter zake,
den betrokken instanties in een mondeling on
derhoud gelegenheid heeft gegeven haar ge
dachten te uiten. De hierbij door deze heeren
naar voren gebrachte bezwaren waren echter
in het geheel niet overtuigend.
Ik kan mij niet onttrekken aan de gedachte,
dat een bepaalde mate van onwil aanwezig is,
waarvan echter de reden aan mij onbekend
is
Er is na mijn aanvankelijke instructie lang
durig overleg gepleegd en telkens meer uitge
lekt, zoodat ik eindelijk aan deze vertraging
een einde heb moeten maken en de uitvoerende
instantie instructie heb gegeven de door mij
in het belang van den zuivelexport voorgestelde
regeling te gaan uitvoeren.
En Excellentie, als wij goed begrijpen, daar
aan heeft uw gemachtigde geen uitvoering wil
len geven en is het conflict accuut geworden.
Daarop aldus de minister heeft in
derdaad de gemachtigde ontslag uit zijn
functie verzocht, terwijl ook het advisee
rend college gemeend heeft zich solidair te
moeten verklaren en eveneens zijn functie
ter beschikking te moeten stellen en iedere
verdere medewerking te weigeren.
Ik voeg hieraan nog toe, dat ik in het geheel
niet begrijp, hoe de betrokkenen dezen stap
tegenover hun organisaties kunnen verant
woorden en wellicht daarom ook hun heil zoe
ken in verdachtmakingen en laag bü de grond-
sche insinuaties.
Was er nu, zoo vroegen wij den minister,
geen andere uitweg mogelijk om aan deze moei
lijkheden voor onzen export te ontkomen?
Een keuze werd mij niet gelaten, antwoordde
minister Gelissen. Voor den gang van zaken bij
den export behoeft dit m. i. geen nadeelige ge
volgen te hebben. Mochten er moeilijkheden
rijzen, welke aan bepaalde tegenwerking toe
geschreven moeten worden, dan is de verant
woordelijkheid daarvoor bij degenen, die dan
Aalsmeer, het eens zoo bloeiende cen
trum van Nederlandsche bloementeelt,
met zijn wereldberoemde rozen- en serin
gencultures, met zijn export van potplan
ten over de geheele wereld, verkeert in
nood en wordt mét economischen onder
gang bedreigd.
De crisis, die het geheele economische leven
en in het bijzonder land- en tuinbouw heeft
aangetast, zou Aalsmeer zeker niet onberoerd
hebben gelaten, maar den nekslag kreeg de
hier beoefende, welhaast geheel op export aan
gewezen bloementeelt door de uitvoermoeilijk-
heden en invoerbeperkingen, waarmee elk land
trachtte aan eigen moeilijkheden tegemoet te
komen.
In totaal bedroeg de uitvoer van snijbloe
men, die in 1931 nog f 7.843.000 beliep en in
1932 reeds gedaald was tot f 3.943.000 in 1935
nog slechts f 2.851.000.
Terwijl men dus hoe langer hoe meer op
de binnenlandsche markt was aangewezen, daal
de de beteekenis daarvan steeds meer door de
vermindering van de koopkracht.
In totaal werd in vijf jaren tfjds een kleine
tien millioen gulden minder ontvangen.
Reeds geruimen tijd geleden hebben de be
langhebbenden de aandacht van de regeering
gevestigd op den noodtoestand die bezig was
te ontstaan.
De gebruikelijke pogingen om althans eenige
verbetering in den toestand te brengen door
beperking der productie zouden voor Aalsmeer
eer na- dan voordeel opleveren.
Algemeen acht men het een feit, dat door
beperking de prijzen niet zouden stijgen, ter
wijl de vaste lasten nagenoeg niet zouden ver
minderen. Beperking zou bovendien leiden tot
grootere werkloosheid en met het oog op de
toekomst is het tevens een belang van de eer
ste orde, dat de cultures in stand worden ge
houden omdat bij herhaling blijkt, dat het
buitenland verschillende Aalsmeersche produc
ten niet zelf kan kweeken, zoodat men met
het oog op de toekomst de productiemogelijk
heden niet mag wegnemen.
Een uit de Aalsmeersche kweekers gevormd
comité van vijf heeft zich in het begin van
het jaar eveneens tot den minister gewend en
is verscheidene malen op het departement in
audiëntie ontvangen.
De conclusie dezer commissie was dat
een bedrag van vier en een half millioen
gulden noodig zou zijn om de Aalsmeersche
kweekers uit de ellende te halen.
Dit bedrag moge op het eerste gezicht hoog
lijken, in Aalsmeer staat men op het stand
punt, dat de regeering reeds eenige jaren
lang den tuinbouw met millioenen steunt en
het landbouw-crisisfonds millioenen steun aan
andere producten heeft uitgekeerd. Hoewel
men de noodzakelijkheid van dezen steun in
geen enkel opzicht betwist, voelt men het als
bitter onrechtvaardig, dat er thans, nu Aals
meer dreigt economisch te gronde te gaan,
geen hulp zou worden verleend aan de bloe
misterij-exportproducten, die tot nog toe van
eiken steun verstoken bleven.
Groot was dan ook de teleurstelling, toen
na eenigen tijd bleek, dat van specialen
steun geen sprake zou zijn en de steun
door middel der minimum- en vergoedings-
prijzen de eenige hulp was, die verwacht
kon worden.
Er zijn 800 bloemisterij-bedrijven in Aals
meer, die 1500 werknemers in dienst hebben.
Het grondloon is er gedaald tot onder de f 18.
per week en vele kweekers houden per week
niet meer dan f 10.over voor levensonder
houd. Het crisis-comité heeft meer dan 150
kweekers onder zijn hoede moeten nemen en
de regeeringscredieten brengen geen uitkomst,
omdat, zoodra een kweeker, die een dergelijk
crediet heeft opgenomen, zijn producten op
de veiling brengt, van de opbrengst de aflos
sing wordt afgenomen, zoodat hij bijna niets
overhoudt om van te leven, laat staan om iets
af te lossen van de schulden, waarin de meeste
kweekers d'.cp zijn gestoken.
De hypotheken kunnen niet meer afgelost
worden en geleidelijk beginnen de banken tot
openbare executie over te gaan. Harde wer
kers moeten hun eigendom en de kweekerij,
die zij hebben opgebouwd, prijs geven, hun ar
beiders worden werkloos. En daarnaast vinden
reeds vele stille executies voortgang, waar i.ie
mand van weet, dan de betrokken kweeker, die
zijn werk van jaren in andere handen ziet
overgaan. Er heerscht in Aalsmeer armoede en
in vele gezinnen zelfs nood, die gedeeld wordt
zoowel door kweekers als door arbeiders. Aals
meer heeft zich tot het uiterste aangepast en
heeft geen anderen uitweg meer dan den on
dergang. Slechts één mogelijkheid ziet men
tot redding, n.l. het ingrijpen van de regeering
en daarop wordt thans met spanning gewacht.
En met bitterheid constateeren de kwee
kers, dat wanneer deze hulp uitblijft niet
alleen hun eigen bestaan en dat hunner
arbeiders vernietigd zal worden, maar dat
het eens zoo bloeiende Aalsmeer zal ver
dorren tot een doode gemeente en dat een
bedrijf zal ten ondergaan, dat in zijn soort
eenig was in de wereld en op roemrijke
wijze heeft bijgedragen tot de vestiging
van Nederlands faam over onze grenzen.
toch veel moeite zullen hebben deze te dragen
tegenover cle belanghebbenden.
Dus Uw Exc. zal nu de betrokken regelingen
door andere laten uitvoeren en vreest daarvan
geen moeilijkheden?
Inderdaad, aldus cte minister. Ik zal boven
dien zoo spoedig mogelijk bevorderen, clat er
voor het geheele zuivelcomplex een regeling zal
kernen, waardoor ook andere kwesties, welke
tot herhaalde twistpunten aanleiding geven,
tot een definitieve oplossing komen.
De treurige ervaring, opgedaan bij de samen
werking met deze bestuurders der zuivelorgani
saties, is voor mij wel aanleiding mij voor de
vergaande medewerking dezer heeren te
hoeden.
Het escadrille Letlandsche militaire vlieg
tuigen, dat Donderdag j.l. op Schellingwoude op
bezoek is geweest en vandaar zijn vlucht heeft
voortgezet naar het Zuiden van Engeland, is
Dinsdagmiddag te half twee op het vliegveld
te De Mok op Texel gearriveerd. Nadat zü ben
zine hadden ingenomen, zijn de vliegers te vier
uur weer opgestegen om hun tocht voort te
zetten naar Esbjerg in Denemarken,