Het Britsch imperialisme Chantage op commissaris gepleegd? llcdicnaA Tlcdkuiu/tariA JOSEPH CHAMBERLAIN HERDACHT EEN TRAGISCH LEVEN ÉÉN MISSLAG FNUIKTE HEM Zoo'n erge Hoofdpijn? HOE WORDT HET WEER? DE N.S.B. EN DE STAKING TE IJMUIDEN VRIJDAG 10 JULI 1936 Hij was de man, wiens geest thans Groot-Brittannië volledig beheerscht Zijn zegepraal BROEDERSCHAP CANDIDAAT- NOTARISSEN Algemeene vergadering te Maastricht DAN HELPEN WD ELKAAR! ia* Dj iguiten-Ruiterkozakken in Nederland Ook tweede militair overleden Slachtoffer van het ongeval met militairen vrachtauto Politiechef ontslagen DOOR DEN BLIKSEM GEDOOD BEDRIJFSRAAD VOOR HET BAKKERSBEDRIJF? Besprekingen op het Depar tement gevoerd GRENSBEWAKING Jacht onklaar geraakt Op sleeptouw naar IJmuiden Oud-spoorwegambtenaar temidden van zijn geld in treurige om standigheden dood gevonden Hij leefde in een ruimte van drie bij één meter Koffers met grind en geld 'T ONTWERP RIJTIJDENWET K.N.A.C. protesteert bij de Eerste Kamer Aan gewetenlooze lieden is de Nijmeegsche politiechef tienduizenden guldens kwijt geraakt Hoe de zaak aan het rollen kwam Hopeloos vastgewerkt mW)¥i AKKERTJES Men rekene nog niet op een groote verbetering CHARIVARIUS' TOESTAND Groote kans op volledig herstel Precies communisten (Van onzen Londenschen correspondent) Te Londen en Birmingham is de honderd ste geboortedag van Joseph Chamber lain herdacht. Chamberlain's verbitterdste politieke tegen standers hebben nimmer ontkend dat hij als gemeentelijk bestuurder torenhoog uitgestoken heeft boven al zijn tijdgenooten; niet alleen maakte hij van Birmingham dat, gedeeltelijk ten gevolge van een al te plotselingen en snellen groei, een primitief-, en misschien zelfs een slecht-bestuurde stad was, de best-geregeerde gemeente van Engeland, maar hij werd, door t prachtige voorbeeld dat hij gaf, tevens de grondlegger van het verlichte stelsel dat thans door alle groote Engelsche steden toegepast wordt. Te Londen heeft men Joseph Chamberlain herdacht als nationale figuur, als staatsman. Over de vraag of hij in dit opzicht een kracht ten goede of ten kwade geweest is, loopen de meeningen zeer uiteen; een onpartijdig antwoord is onmogelijk, aangezien Chamberlain zelf door- en-door partijman was, al zou men hem groot onrecht aandoen wanneer men hem indeelde bij die beroepspolitici die zichzelf maken tot het doel, de partij tot het middel, en het land tot het slachtoffer van hun politiek. Voor den Britschen imperialist is Joseph Chamberlain verreweg de grootste staatsman en nationale leider dien Engeland sinds de da gen van Disraeli voortgebracht heeft. In de oogen van den anti-imperialist, den interna tionalist, heeft geen man een verderfelijker invloed uitgeoefend op de geestesgesteldheid van het Britsche ras en op de ontwikkeling der Britsche staatkunde. Maar niemand kan ontkennen dat hij een buitenmodel man was, en dat hij begaafd was gelijk geen zijner tijdgenooten. Hij zou tot de groote figuren van zijn tijd gerekend worden, ook al had het terrein zijner werkzaamheid zich nooit uitgestrekt tot buiten de grenzen van Birmingham. In dezen brief geven wij geen beknopte be schrijving van Chamberlain's leven en werken; hij zou ondanks alle beknoptheid te uit voerig worden voor de ruimte waarover wij be schikken. Evenmin pogen wij een antwoord te vinden op de vraag of het voor Engeland en voor de rest der wereld beter geweest zou zijn indien Chamberlain's talenten nimmer buiten Birmingham een uitweg gezocht hadden. En allerminst zullen wij hem beoordeelen naar de Britsche politiek welke ten slotte leidde tot den Zuid-Afrikaanschen oorlog, aangezien die po litiek, toen Chamberlain aan 't hoofd van 't Departement van Koloniën kwam te staan, reeds lang door anderen vastgesteld was. Wij brengen dit herdenkingsfeest ter spra ke, niet omdat de man wiens geboorte herdacht wordt, een groote historische figuur is, maar omdat hij thans, twee-en-twintig jaren na zijn dood, de grootste politieke en nationale stuw kracht in Groot-Brittannië geworden is. Dertig jaren geleden werd Joseph Chamber lain, op zijn zeventigsten verjaardag, te Bir mingham als een koning gehuldigd. Die huldi ging besloot zijn groote openbare loopbaan. Reeds drie jaren daarvoor had hij het kabi net verlaten om wat in dien tijd een moree- le heldendaad was al zijn energie te wijden aan de bestrijding van vrijhandel, aangezien deze alleen de verwezenlijking van een Rijks preferentie-stelsel in den weg stond. Alleen door Rijkspreferentie zouden de Britsche zelf- besturende Koloniën nader tot elkaar, en duur zaam tot elkaar gebracht kunnen worden. Toen Chamberlain aftrad, was hij geen sterk man meer; jaren lang had hij gewerkt onder een spanning, gelijk geen Britsch staatsman sinds William Pitt (en deze was een jeugdig minis ter) die gekend had. De geweldige huldiging te Birmingham was te veel voor zijn ondermijnd gestel; een verlamming dwong hem, die nooit rust genomen had, zijn laatste acht levens jaren op zijn landgoed bij Birmingham door te brengen, ver van 't politieke leven dat hij met zijn machtige persoonlijkheid beheerscht had. Gedurende die acht jaren was het Britsche Unionisme tot volslagen machteloosheid gedoemd. Campbell Bannerman en Asquith regeerden, gesteund door groote liberale meer derheden, Imperialisme en protectionisme sche nen voor altijd uit het Britsche politieke woor denboek geschrapt te zijn. Velen, die Chamber lain gesteund hadden, gaven de zaak als ho peloos op. De leider zelf was buiten gevecht ge steld. Maar geen oogenblik twijfelde hij er aan dat er na zijn dood een oogenblik zou komen waarop de omstandigheden de aanvaar ding zijner politiek noodzakelijk zouden ma ken. Hij wist dat de zaak, waaraan hij zijn leven gewijd had, eenmaal zou zegevieren. En zij hééft gezegevierd. Wat Chamberlain dertig jaren geleden be streed: „vrije invoer zonder vrijen uitvoer", is omvergeworpen en verpletterd. Wat zelfs twaalf jaren geleden nog bijna onmogelijk scheen tenzij in een zeer verre toekomst is heden de wet van 't land: nationale protectie en Rij ksvoorkeursrechten. Tot 1929 toe vormden, zelfs onder de con servatieven, diegenen die voldoende aan de verwezenlijking van Chamberlain's Rijksideaal geloofden om er voor te strijden, een kleine minderheid, 't Was onder 't Labour Kabinet van MacDonald dat zich plotseling de bewe ging voor „Rijksvrijhandel" met groote kracht begon te ontwikkelen. Zes jaren daarvoor had een poging van Mr. Baldwin tot invoering van tarieven, tot zulk 'n zware stembusnederlaag der Conservatieven geleid, dat de partij niet gewaagd had opnieuw met protectionistische leuzen voor de kiezers te verschijnen. De nieu we nederlaag der Conservatieven in 1929 was grootendeels 't gevolg hiervan dat zij niet één punt meer op hun program hadden dat de massa der kiezers zou kunnen bezielen. Zij hadden geen nationale leus meer, die „insloeg". Lord Beaverbrook, Nieuw Brunswij- ker van geboorte, en veeleer burger van 't Rijk dan van eenig bepaald Rijksland, vond een leus: 't was de imperialistische leus van Jo seph Chamberlain. Hij verdedigde haar op druk bezochte meetings over heel 't land, en in zijn door millioenen gelezen volksbladen. De voornaamste conservatieve leiders weigerden eich met zijn streven te vereenzelvigen, maar aanvaardden ten slotte zijn beginsel dat het beginsel was van Joseph Chamberlain. De machtige conservatieve partij, die teeke nen van verval getoond had door gebrek aan een nationalen strijdkreet, welken de massa met geestdrift zou kunnen aanheffen, bloeide op nieuw op. Protectionisme en Imperialisme be gonnen voor het Britsche conservatisme een partij-noodzakelijkheid te worden, vóór de meeste leiders erkenden dat zij bovendien een economische en nationale noodzakelijkheid werden. De crisis van 1931, welke een Nationale Re geering aan 't bewind bracht, verwezenlijkte in één slag datgene waarvoor Lord Beaver brook twee en half jaar lang gewerkt en waar naar Joseph Chamberlain een groot deel van zijn leven rusteloos, maar schijnbaar vruchte loos, gestreefd had. Het Cobdenisme, dat Engeland generaties lang beheerscht had, stortte volkomen in; de kiezers schonken in overweldi gende massa's hun vertrouwen aan een regee ring waarvan zij wisten dat zij een tariefpoli tiek zou invoeren, en alle oude denkbeelden omtrent vrijhandel zou omverwerpen. Twintig jaren na zijn dood, en acht en twintig jaren nadat hij den openbaren strijd voor zijn Rijkspolitiek opgegeven had, werd Joseph Chamberlain opnieuw de leidende geest in het staatkundige leven van zijn land. Zijn denkbeelden, 'n kwart eeuw lang verwor pen, hadden de conservatieve partij nieuw en krachtig leven ingeblazen. Zijn zegepraal was volkomen lang na zijn dood. De conferentie van Ottawa, in 1932, was de eerste praktische verwezenlijking van Cham berlain's Rijksdroom. De groote beteekenis van de herdenking van zijn honderdsten geboortedag is niet hierin gelegen dat alom in t land de lof gezongen wordt van wat hij gedaan heeft, maar dat al om betoogd wordt voor datgene wat thans, in 't levende heden, in zijn naam gedaan wordt. Wie eraan twijfelen mocht of Engeland in weinige jaren tijds imperialistisch geworden is, behoeft slechts de artikelen te lezen welke in alle bladen behalve in de thans zeer zwakke liberale en socialistische partijpers aan de nagedachtenis van Joseph Chamberlain gewijd worden. Wij gebruiken 't woord „impe rialistisch" hier natuurlijk in den letterlijken en juisten zin van 't woord, en niet als een „scheldwoord", dat menigmaal landen naar 't hoofd geworpen wordt, die, welke gevaarlijke eerzucht zij ook mogen koesteren, aan het voe ren van een Rijkspolitiek nooit gedacht heb ben. Een „imperialistische" politiek streeft naar de grootst mogelijke Rijks-eenheid en Rijks- solidariteit, politiek zoowel als economisch. Zij stuurt bijna onvermijdelijk aan op „splendid isolation" ten opzichte van de rest der wereld, en ofschoon imperialisme in dezen zin van 't woord internationale gevaren met zich brengt, is het uit den aard der zaak vredelievend, aan gezien het door een oorlog gemengd zou wor den in de aangelegenheden van andere lan den hetgeen in strijd is met zijn egoïsme. Alle pogingen, die Britsche staatslieden de laatste jaren aangewend hebben om Frank rijk en Duitschland nader tot elkaar te bren gen, en het prestige van Genève te versterken, zijn toe te schrijven aan hun wensch zich ge heel uit de Europeesche politiek terug te trek ken hetgeen eerst mogelijk zal zijn indien rust en vrede op het vasteland, menschelijker- wijs gesproken, verzekerd zijn. 't Is niet veel jaren geleden dat gematigde conservatieve organen, zooals de „Daily Tele graph" en de „Observer", het woord „imperia lisme" niet anders dan in ongunstigen zin be zigden. Zeker zouden zij geen partijgenoot als „imperialist" gehuldigd hebben. Thans ver heerlijkt Garvin in de „Observer" Joseph Chamberlain als den man die „Demokratie en Rijk" tot één geheel gemaakt heeft, en de nooit-uitbundige „Daily Telegraph" noemt hem „Brittannië's grootsten Imperialist". 't Is niet de geboorte, 't is de zegepraal van Chamberlain die men viert. De Broederschap van Candidaat-notarissen in Nederland en zijn Koloniën heeft heden te Maastricht haar jaarvergadering gehouden. De voorzitter, de heer G. Ch. van Sillevoldt, bracht o. m. in herinnering, dat nauwelijks een week voor de jaarvergadering in 1935 bij de Tweede Kamer werd ingediend het wetsont werp houdende bijzondere maatregelen ter ver krijging van verlaging van sommige vaste las ten en van huren. Noodlottiger nog dan de inhoud zelve van het wetsontwerp, heeft het langdurig uitstel van de behandeling daarvan gewerkt. Daardoor is een toestand van onzekerheid op de hypothecaire geldmarkt geschapen, welke zijn weerga niet vindt. Thans is het ontwerp ingetrokken. Teneinde eenigermate tot herstel van het geschokt vertrouwen en daarmede tot ge zonder toestanden op de huizen- en hypo- thekenmarkt te geraken, zou het ongetwij feld aanbeveling verdienen, indien aan de regeering een ondubbelzinnige verklaring kon worden ontlokt, dat verdere maatrege len op dit gebied niet meer zijn te wach ten. Spr. wijst er op, dat men vaak de meening hoort verkondigen, dat de belastingpraktijk niet zou behooren tot de notarieele werkzaamheid, doch overgelaten moet worden aan accountants en belastingconsulenten of -adviseurs. Spr. laat daartegen een ernstig woord van waarschuwing klinken en met den meesten na druk neemt hfj stelling tegen een bewering, die lijnrecht ingaat tegen de belangen van het no tariaat. Het hoofdbestuur heeft uit zijn midden een commissie benoemd, die tot opdracht had het belastingvraagstuk in extenso te bestudeeren. Deze commissie is met haar taak gereed geko men. In dit stadium zou het voorbarig zijn de middelen mee te deelen, welke het verslag der commissie aangeeft om het gewenschte doel te bereiken. Spr. volstaat met mede te deelen, dat gestreefd zal worden naar de organisatie van belastingcursussen. Hierna kwam aan de orde de behandeling van de prae-adviezen over openbare veiling en veilingscondities, uitgebracht door de heeren J. B. G. J. M. van Hellenberg Hubar, candidaat- notaris te Vught en mr. G. J. H. Kuyk, notaris en advocaat te Geldermalsen. Koopt Nederlandsehls Waardan helpen wij elkaar. Dat dringende verzoek in het belang van onze nationale weW.aart wordt ons nu ook in het stadsbeeld toe geroepen. De borden langs de groote verkeerswegen, in de steden en ook op fabrieks terreinen herinneren ons dagelijks aan den plicht, dien wij als goede Nederlanders graag vervullen. Voor wie gaarne ook een geldelijk offer brengt voor het lofwaardig streven der Propaganda-Commissie voor Nederl. Fabrikaat te Dan Haag, haar Gironummer is 25000.' De Djiguiten-Ruiterkozakken maken ook dit jaar weder een rondreis door ons land. Zij blij ven tot 15 September in Nederland. In het gemeente-ziekenhuis te Arnhem is in den afgeloopen nacht overleden de milicien C. Prijs, die Donderdagmiddag zwaar gewond werd, toen een militaire vrachtauto op den Otterlo- schen weg over den kop sloeg. De toestand van den eersten luitenant Albarda, die eveneens in het ziekenhuis is opgenomen, is gunstig. De waarnemend corps-commandant C. W. L. baron van Boetzelaer en de eerste luitenant Loudon zullen heden ter plaatse een onderzoek instellen. De chef der Naardensche politie, de 49-jarige H. V., is heden oneervol van zijn functie ont hoven, in verband met gedragingen in zijn particuliere leven. Een onderzoek door den burgemeester, den heer Bodctens Hosang ingesteld, gaf deze aan leiding, den politie-chef, die als zoodanig zijn waardeering had, zeer ernstig te waarschuwen. Toen de heer V. deze waarschuwing niet ter harte bleek te nemen, is ontslag gevolgd. Tijdens het hevig onweer van Donderdag avond is omstreeks acht uur de 54-jarige vis- scher G. Boerdijk te Kerkbuurt bij zijn werk zaamheden door den bliksem getroffen en op slag gedood. Het slachtoffer was gehuwd en vader van vijf kinderen. Hedenmorgen is op het departement van Sociale Zaken een vergadering gehouden, uit geschreven door de commissie van advies, in gesteld volgens artikel 8 van de Bedrijfsraden- wet, die hiertoe had uitgenoodigd vertegen woordigers van de Ned. Ver. van Werkgevers in het Bakkersbedrijf, den Ned. Bakkersbond en den R. K. benevens den Prot. Chr. Bakkers patroonsbond en voorts de werknemersorgani saties in het bakkersbedrijf. De commissie heeft deze vertegenwoordigers gehoord over de kwestie der wenschelijkheid van oprichting van een bedrijfsraad voor het bakkersbedrijf. De minister van Justitie heeft aangewezen als ambtenaren, belast met het opsporen van feiten, strafbaar gesteld bij de wet houdende nadere voorzieningen betreffende de grensbe waking, de hulpkommiezen voor de grensbe waking. Tusschen Katwijk en Noordwijk is een klein jacht onklaar geraakt. De reddingboot Neeltje Jacoba is uit IJmuiden uitgevaren om assisten tie te verleenen. Nader vernemen wij, dat het jacht, dat tus schen Katwijk aan Zee en Noordwijk aan Zee in moeilijkheden is geraakt en ter assistentie waarvan de motorreddingboot Neeltje Jacoba uit IJmuiden is uitgevaren, de Grotia 2 uit Bel gië is. Het jacht is later door de Neeltje Jacoba op sleeptouw genomen naar IJmuiden, Te Solo is, volgens de „Locomotief", over leden een zekere G. B., vroeger stationscommis saris bij de Staatsspoorwegen, sedert 1919 ge- pensionneerd. Men trof zijn stoffelijk overschot aan in een hoogst armelijke en vervuilde kam pongwoning. Het huis liet voor wonen weinig ruimte: het was grootendeels volgepakt met oude meubels, kranten en andere zaken, zoodat de oude heer de eenzaamheid genoot in een ruimte van naar schatting niet meer dan drie bij één meter, vreeselijk vervuild. Men ontdekte zijn lijk, doordat een Chinees constateerde, dat een geheelen dag alles geslo ten bleef. Hij klopte op deuren en muren, doch kreeg geen antwoord, waarop hij de politie waarschuwde, die zich toegang verschafte en den overledene vond. Een medicus onderzocht het lichaam en concludeerde tot vermoedelijke hartverlamming als oorzaak van den dood; B. moet meer dan 24 uur voordat hij gevonden werd, den laatsten adem hebben uitgeblazen. De zonderling schijnt nimmer gehuwd te zijn geweest en voorzoover bekend heeft hij geen familie in Indië, vermoedelijk wel in Neder land. Een merkwaardige omstandigheid is, dat in deze armelijke en vieze omgeving drie por tefeuilles en zes portemonnaias werden gevon den met een gezamenijken inhoud aan con tanten van f 351.alsmede een boekje van de Nutsspaarbank te Soerabaja, waarop een bedrag staat van niet minder dan negen mille! In een nader bericht gaf de correspondent nog de volgende bijzonderheden: Wy hebben, ter voorkoming van sensatie, ons vrijgehouden van niet te controleeren ge ruchten en ons alleen tot de feiten bepaald. Thans echter is gebleken, dat enkele dier me- dedeelingen méér op waarheid berusten dan aanvankeiyk vermoed kon worden. Daaronder behoort het verhaal van personen die vorderingen hadden op den overledene en steeds de deur voor zich zagen sluiten, waarna uit de woning het geluid kwam alsof de be woner aan het graven was geslagen. Even later placht hy dan weer, met geld in de hand, te voorschijn te komen. De politie heeft nu twee stalen koffers naar buiten gedragen, welke zoo zwaar als steen bleken te zyn. Beide bevatten niets anders op het oog, dan grind. Grof en fijn grind, maar daartusschen lagen guldens verborgen en ander zilvergeld. In het geheel ruim twintig gulden werden op die wijze uit beide koffers gehaald. Dit bewyst, met de tallooze nog fonkel-nieuwe grendels en patentsloten, welke uit allerlei hoeken en gaten te voorschyn kwamen, dat B. aan een waan-idee leed. Vermoedeiyk het denkbeeld, dat hy de aandacht van het dieven gilde had getrokken. Was daarom de gedachte in zyn arme hersens ontstaan, dat hy, door zich arm te houden, aan elke ongewenschte aandacht zou kunnen ontsnappen? In de tweede plaats bereikte ons aanstonds de mededeeling, dat hy zich ook wel eens uit gelaten zou hebben, voor een broer in Neder land' te sparen. Ook dit ka» juist zijn geweest, want er werden brieven gevonden, dateerend van 1920, van dien broer, die eer.st in Delft heeft gewoond en later naar A'dam is verhuisd. Er waren ook brieven van de schoonzuster en er was een heel klein rose briefje, met een blauw bloempje in den linker-bovenhoek, ge schreven door een kinderhand, met „Lieve Oom" als aanhef. Een briefje van verlangen naar de overkomst van den oom uit Indië. Verder was er ook een album familie-por tretten, waar de overledene als jongen van vermoedelijk twaalf jaar staat afgebeeld by zyn moeder. In een gedocumenteerd en uitvoerig gemo tiveerd adres heeft de K.N.A.C. aan de Eerste Kamer verzocht het ontwerp-„Rytijdenwet", zooals dit ongeamendeerd door de Tweede Ka mer op 8 dezer werd aangenomen, te verwer pen. De K.N.A.C. zou het ongeacht de tallooze an dere bezwaren in strijd zoowel met het alge meen belang als met het belang van het motor- wegverkeer achten, indien door de wetgevende macht aan de regeering, deze en ook alle vol gende, een mate van bevoegdheid zou worden gedelegeerd, welke het mogelijk zou kunnen maken, dat in uiterste consequentie in vredes- tyd het geheele motorwegverkeer zou kunnen worden verlamd, zelfs stilgelegd, aangezien geenerlei limiet gesteld is aan de tijden waar op het verboden is een motorrijtuig te bestu ren. Reeds vrij kort na de arrestatie van den commissaris van politie te Nijmegen gingen er geruchten, dat hij het slachtoffer was van chantage. Deze chantage zou dateeren van jaren her, n.l. nog uit den tijd, dat hij in specteur bij de Haagsche recherche was, be richt het Handelsblad, een chantage, op zeer aanzienlijke schaal gepleegd door ze kere personen uit de Haagsche onderwe reld. Het blad weet er het volgende over mede te deelen De commissaris, die jaren achtereen met zeer delicate, vaak internationale regeeringsop- drachten belast is geweest en deze vaak onder de moeilijkste omstandigheden tot een goed einde wist te brengen, was er zich van bewust, dat hem een schitterende carrière te wachten stond, en zijn streven was er dan ook bij voort during op gericht, deze carrière ten koste van alles te maken. In zyn leven was evenwel één misslag, een zeer duister punt en dat was bekend aan ze kere gewetenlooze lieden, die hem bij voort during bedreigden met het bekendmaken van hetgeen zij wisten. Over den aard van dezen misslag is geen mededeeling gedaan, maar de zegsman van het blad bleek van meening, dat deze toch niet zoo erg was geweest. Als de commissaris maar kordaat was opgetreden te genover zijn afpersers, had hij zich veel leed en de catastrophe, waarvoor hij thans geplaatst is, kunnen besparen. Zeker is, dat de bedragen, die de commis saris is kwijtgeraakt, in de tienduizenden guldens loopen en dat hy zich door het eene gat met het andere te stoppen, in een ho- pelooze positie heeft gewerkt. Jarenlang heeft hij in de diepste zorgen geleefd, voort durend gekweld door schuldeischers en af persers, die hun eischen steeds hooger gin gen stellen. Zijn echtgenoote heeft hy volkomen on wetend gelaten over den hachelijken toe stand, waarin hij verkeerde. De commissaris werd te Nijmegen door zyn belagers geen oogenblik met rust gelaten. Uit vrees voor ontdekking tijdens zijn afwezigheid, (men stuurde zelfs dreigbrieven en aanmanin gen naar zyn bureau), heeft hy in de jaren, dat hy commissaris was, geen dag verlof genomen. Van zön salaris van f 6.000.— per jaar kon hy op geen stukken na betalingen verrichten, waar toe hy verplicht of gedwongen was. Zoo is hy ertoe gekomen malversaties te plegen. Goedge- loovigheid en blind vertrouwen openden voor hem in de kringen, waarin hij verkeerde, de mogelijkheid om aanzienlijke bedragen in han den te krygen. Zoo heeft hij tientallen menschen opgelicht en van een geval gaat het om een bedrag van bijna f 7000, waaruit wel blijkt, hoe hopeloos de commissaris zich had vastgewerkt. Het merkwaardige in deze zaak is, dat deze kring van menschen, die regelmatig onder el kaar verkeerden en als het ware geen gehei men voor elkaar hebben, nimmer iets over de zaken, die zij met den commissaris hadden af gewikkeld, heeft losgelaten. De commissaris had met zooveel aandrang om discretie ver zocht, dat er nimmer iets van uitlekte, en het gevolg was dan ook, dat steeds meer slachtof fers gemaakt werden. Ten slotte vergreep de commissaris zich ook aan hem toevertrouwde gelden, en maakte hij op andere wijze misbruik van zijn ambt, zooals het geval met den Duit- scher, de verdwenen politiekas, en de manipu laties der gelden, die in zijn functie van hulp officier van justitie onder zijn berusting kwa men, bewyzen. Dat per slot van rekening de bom moest barsten, begreep de commissaris al lang; de catastrophe kwam echter vroeger, dan hij dacht. Een dame in Den Haag, aan wie hij zyn schuld niet afloste, stelde haar zaak in handen van een advocaat te Amsterdam, die ten slot te den burgemeester van Nijmegen met het gebeurde in kennis stelde. Einde Juni deelde de advocaat den burge meester mede, dat de commissaris niet aan zyn verplichtingen had voldaan, en dat hij daarom diens faillissement zou aanvragen. Ongeveer terzelfdertyd kwam het geval van den Duitscher, die zyn gestorte waarborgsom van f 1000 terug- eischte, aan het licht. De burgemeester zond den commissaris daarop met verlof en stelde zich in verbinding met de justitie te Arnhem, waarna het onderzoek begon. De controleur van de gemeentefinanciën stel de het kastekort van f 400 vast, en dat, als mede het geval met den Duitscher, gaf aan leiding, dat de commissaris 2 Juli werd gear resteerd. .(iute)* Binnen een kwartier kunt Ge die vergeten zijn en U als herboren voelen door één of twee van die Volgens recept van Apotheker Dumont Sedert de vorige week is de lgemeene weers- toestand in geheel West-Europa niet alleen sterk achteruit gegaan, maar hy is nog steeds achteruitgaande. De zWare onweders met over- vloedigen regenval op Dinsdag en Donderdag vormen als het ware den overgang van een weerstoestand, die nog eenig uitzicht op verbe tering gaf, en den toestand van heden, die weinig goeds te verwachten geeft. Terwyl over Oost- en Zuidoost-Europa zeer warm tot gloeiend heet zomerweer heerscht, komen thans in het uiterste deel van West- Europa vrü lage temperaturen voor en de scherpe temperatuurtegenstellingen, die hierbij optreden, zijn zeer geschikt om zware storingen over uitgestrekte gebieden te veroorzaken. De jongste onweders zijn daarvan trouwens reeds het voorbeeld geweest. Over West-Europa heeft zich bovendien den laatsten tijd een uitgebreid gebied van lage luchtdrukking gevormd, waarin verschillende depressiekemen op ongewone banen rondtrek ken. Als gevolg hiervan is het reeds zeer moei lijk zekerheid te verkrygen over den weerstoe stand, dien men op korten termijn verwachten kan. Des te moeilijker is het nu om na te gaan op welk soort Weer redelijkerwijze over enkele dagen gerekend zou mogen worden. Door de zware regens over groote gebieden komen thans hoeveelheden arbeidsvermogen in den damp kring vrij, die tot het ontstaan van diepe de pressies aanleiding kunnen geven en men weet daarom niet welke algemeene weerstoestand zich uit den tegenwoordigen ontwikkelen kan. Het is echter wel zeer waarschynlijk, dat vooralsnog niet kan gerekend worden op rustig, warm zomerweer. Na uitgebreide onweders moet gerekend worden op twee of drie dagen minstens voor het algemeen herstel van den Weerstoestand. Eerder kan men dus verwach ten, dat het weer nog tot het einde der week volkomen onberekenbaar zal blijven met veei kans op verdere verstoringen, onweders en regen en niet vóór het begin der volgende week op een groote verbetering in de weers gesteldheid. (Nadruk verboden) Naar wij vernemen, is in den toestand van dr. Nolst Trenité (Charivarius)die zeer ern stig ziek was, geleideiyk een aanmerkeiyke ver betering ingetreden. De kans op volledig her stel is zeer groot. ->£> H Uit haar bemoeienis met de wilde sta king te IJmuiden, waarover Woens dag de communist L. de Visser in de Kamer heeft geïnterpelleerd, en die in middels is geëindigd, leert men weer eens het ware karakter der N. S. B. kennen. Evenals destijds bij 't textielconflict te Til burg staat zij hand in hand met de Sov jets, waar het geldt, den chaos te vergroo- ten. Zij zegt, zich te stellen tegenover den klassenstrijd, doch hier helpt zij juist duch tig mede aan een uitwas daarvan en in het zelfde taaltje, waarin communisten en an dere ultra-linkschen ook nu nog meester zijn, hitst zij de stakers tegen de reeders op. In een pamflet, uitgegeven door „De Victorie", haar blaadje in Kennemerland, stond o.a. te lezen: „In hun worsteling om het bestaan, in den doodstryd, hebben de reeders de mannen, die hun medewerkers zijn, de mannen die het gevaarlijke en zwaarste deel van het bedryf voor hun rekening hebben, nog bü de keel gegrepen, om .van hun karige boterham nog iets af te knijpen".... >- ,Dat de reeders hun explotatierekening willen sluitend maken met ellende en honger van de werkers, is een zuiver liberaal en marxistisch verschijnsel. „De nationaal-socialist gruwt van deze on- menschelijke toestanden, maar kan niet ont kennen, dat den arbeider, wien van bovenaf de klassenstryd wordt opgedrongen, in deze verworden liberale samenleving geen ander verweermiddel overblijft dan staking." Tegelijk werden ook de leiders van de ar beidersorganisaties, die ongeveer overeen stemming met de werkgevers hadden be reikt, verdacht gemaakt, het gewone recept bij deze beweging, die altijd beweert, voor standster te zyn van gezagseerbiediging. Wat er in het visschersbedrijf aan samen werking tusschen werkgevers en werkne mers bestond, tracht zij met lasterpraat en holle taal te ondermijnen. En van haar mooie praatjes, dat „kapitaal" en „arbeid" op samenwerking zyn aangewezen, blijft in de practijk niets over. zy schimpt op de lage loonen, maar ver zwijgt, dat in het nationaal-socialistische Duitschland de loonen veel lager zyn. Zy schimpt op den slechten bedryfstoe- stand en verzwijgt, dat die toestand, indien zij de macht zou krijgen, nog veel slechter worden zou, omdat haar autarkisch streven den nog bestaanden export, waarop het be dryf is aangewezen, vernietigen zou. Zij schimpt en schimpt. En zij verzwijgt voor de simpelén, die zy daarmede achter zich krijgt, dat zij zelf een régime hoopt te brengen, waaronder geen woord van zelfs matige critiek zou worden geduld. En dan wordt ir. Mussert nog boos óók, wanneer men zijn partij vergelijkt met de communistische 1

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1936 | | pagina 5