Autobanden afslag!! „EDEG O" Junghans-Klokken OPRUIMING mmi HIER AS GOED NIEUWS 'NQ UURBEG/Nr ~JSE ZOMER h 16? 22k 29 39 39 39 57* w* H. van Niel Hzn. *o, ri ü>i TaJ2/tó CUBA OVERAL I BARTEUORISSTR. 20 HAARLEM -HL I Karak terd ie ren llandsche vitn verscheidene landschappen ONZE ZOMER-BIJLACE NIEUWE HAARLEMSCHE COURANT Tob niet langer met slechte banden HANDELMAATSCHAPPIJ u KUNT ER OP WACHTEN CROOTE HOUTSTRAAT 69 I ^EIT /llJflE B Af.UT SI Dames. MAATCORSET, W. C. BERCISCH SPAAR ONZE BONS vl 4. Kinderhuis vest 37-43-45 - Haarlem Tel. 13039 86 GROOTE HOUTSTRAAT 86 TELEFOON 10371 GROOTSTE SORTEERINC in EIKEN, MAT NOTEN, OLD FINISH vanaf f 12.50 BEKENDE GARANTIE - LAGE PRIJZEN PRIJZEN ALLEEN ZEGGEN U NIETS. ONZE STOFFEN EN PRIJZEN ZEGGEN U ALLES 'TCFZUIGER - XjENTRAIE 4 en 6 cent van ouds bekend Waschzijden, dameskousen geminderd Zi|den Inter lock Dames hemden of di rectoirs, slechts Gekleurde baddoeken, extra zware kwal. 60x120 Groote dames- d i r e c t o i r s, alle kleuren Geplatt.zijden dameskousen, beige of grijs Interlockheeren sportpantalon of shirt BUITENGEWOON LAGE PRIJZEN Extra zware Interlock dameshemden rose of bleu Moderne bad handdoeken 50 x 100, iets speciaals Interlock dames directoirs, rose, zalm, bleu UW GELD HEEFT BIJ ONS MEER WAARDE Crêpe zijden damesblouses zeer speciale aanbieding Charmeuse zijden onder jurken in mo- detinten, thans WAARDEBON 2 CENT IN TE LEVEREN BIJ MINSTENS 15 STUKS Inkoopcombinatie met Rotterdamse H o n u fa c t uren handel Hünninghoff V J if Jfö"*" Een verfrisschend bad Zoo kennen we de meeuwen in het koude jaargetij de volgende getallen: bonte strandioopers 6000, levert U de ALLERBESTE BANDEN tegen de ALLERLAAGSTE PRIJS. Terwijl de betaling eventueel GEREGELD KAN WORDEN ALLEEN vooraanstaande merken ALLE MATEN IN VOORRAAD TEVENS maken wij alle autocontact-SLEUTELS en Autodeur- sleutels, huisdeursleutels en alle mogelijke andere soorten sleutels voor 35 CENT. SEIZOEN REIS Mijn naam is PRIMO, Dames, Heeren, En 'k ben direct voor U te huur, Voor zestig centen in de week maar, Dat vindt U zeker niet te duur. 'k Geef dan geen reparatiekosten, Want daaraan hebt U maar het land. Ook kunt U mij in huurkoop krijgen En dan tenslotte contant. Ik heb nog vele, vele broertjes, Ook nette werkers, op mijn eer, 't Zijn PROTOS, PYRAMYD en VAMPYR HAMILTON BEACH en nog veel meer. Slechts dan kunt U van Uw vacantie genieten, indien gij in het bezit zijt van een vervaardigd door den vakman Bandagist Haarlem Nieuwe Gracht 33 Tel. 11288 IJmuiden, Julianakadc 32 Tel. 5261 VAN VERMOEIDHEID IS DAN GEEN SPRAKE! F. J. MARTENS - Doelstraat 33 Opruiming. of> Dinsdag, Woensdag, Donderdag of Vrijdag. BIJ AANKOOP VAN ELKE 25 CENT ONTVANGT U EEN BON GRATIS. Dit bedrag uitsluitend besteden in Ons Magazijn. Ons land is een meeuwenland. Onze dui nen, onze stranden, de branding van de Noordzeekust en de slikvlakten van de Waddenzee zijn niet denkbaar zonder meeu wen. De meeuwen zijn de echte karakterdieren van verscheidene Hollandsche landschappen. De duizenden „zeemeeuwen", die ons land be wonen, behooren echter tot betrekkelijk weinig soorten. Als broed vogels kennen we er maar vier, in 't geheel zijn er in ons land waargenomen elf, als we de Jagers, die een aparte onderfa milie vormen, niet meerekenen. Om in de verschillende soorten thuis te ra ken, doen we het beste, in den zomer met de meeuwenstudie te beginnen. We zien de oude vogels dan in prachtkleed, zooals ze in de vo gelboeken ook altijd afgebeeld worden, net zoo als de menschen die zich in hun Zondagsche pakje laten kieken. Dat prachtkleed dragen ze echter maar een gedeelte van het jaar, na den broedtijd ruien ze en krijgen dan het z.g. rust- kleed, dat speciaal in de kopteekening nogal van het prachtkleed verschilt. Ben van onze algemeenste meeuwen is de zil vermeeuw, 'n prachtige groote meeuw, die in ko lonies in onze afgelegen duinterreinen broedt. Om haar goed in haar doen en laten te leeren kennen, ligt het natuurlijk voor de hand, haar in haar broedterrein te gaan opzoeken. De meeste zilvermeeuwenkolonies liggen in prachtige open duingebieden, ongerepte, echt blonde duinen, waar de helmtoppen afwisselen met diepe stuifkuilen. Van een bezoek aan een dergelijke kolonie vertelde Niko Tinbergen destijds in „De Wan delaar" o.m. het volgende: Op de toppen en langs de steile randen van de windketels staan de blanke meeuwen, scherp afstekend tegen de blauwe lucht en het gele duinzand. De meeste staan aan paren, sommige vogels zitten en wekken den Indruk, alsof ze broeden. Boven ons zweven een tiental meeuwen. Als we den kijker er op richten, kunnen we veertje voor veertje onderscheiden. De onderkant is heelemaal wit, smetteloos wit, zoodat de vleesch- kleurige pooten, die onder tegen den staart aan liggen, er zwart bij lijken. In den kop onder scheiden we de lichtgele oogen en beslist op vallend is de zwaargebouwde gele snavel met de helroode punt. Aan de toppen van de vleugels wordt het wit onderbroken door een kleine, inktzwarte vlek. Verscheidene vogels, die we twee aan twee zien staan, zijn nog niet gepaard. Het vormen van de paren in zoo'n broedkolonie is een zeer interessante geschiedenis, die zich over verscheidene dagen, misschien weken uit strekt. Bij verreweg de meeste vogels zijn er min of meer langdurige „paringspelen" die aan de paring voorafgaan. Bij de meeuwen is één van de meest opvallende elementen in de parings- spclen het voeren van het vrouwtje door het W<5 mannetje. Eerst gaat hierbij de kop omlaag en komen een paar gesmoorde geluiden uit den wijd opengesperden snavel, dan, met een ruk, gaat de kop omhoog en dan schalt het: „klieuw klieuwklieuw klieuw klieuwklieuwklieuw!" over het wijde duin. Deze „baltsroep" is wel het mooiste geluid uit de heele zilvermeeuwentaai. Als de baltsroep verstorven is, begint de eene vogel bedrijvig om den nieuw aangekomene heen te stappen en aan him gedrag kunnen we zien, dat de eerste een vrouwtje, de andere een mannetje is. Het vrouwtje brengt telkens met eenigszins geopenden snavel den kop omlaag en gaat er al spoedig toe over, het mannetje bij den snavel te pakken en zelfs langs den hals te strijken. Het mannetje gaat nu ook loopen, met driftige dribbelpasjes, begint ook den kop om laag te bewegen en even later staat hij plot seling stil en braakt een groot brok voedsel uit. Dadelijk eet het vrouwtje het gulzig op, terwijl hij, een paar passen opzij gegaan, er uiterlijk on verschillig bijstaat. Wat eten de zilvermeeuwen? Dat kunnen we op twee manieren te weten komen. In de eerste plaats kunnen we hen bij het voedselzoeken gaan bespieden. Dat doen ze meestal op het strand of op de slikken. Waar de zee bij eb schelpenbanken achterlaat op het strand, komen ze in troepen de nog gevulde „doosjes" er uit halen. Die worden dikwijls niet opengemaakt, maar in hun geheel ingeslikt; de sterkgespierde kauwmaag doet de rest. Waar mosselbanken blootkomen, zooals op de golf brekers, worden ze duchtig geplunderd; daar bij zien we dikwijls een merkwaardige gewoonte; een meeuw etijgt met een groote mossel in den snavel een meter of vijf steil omhoog, laat de mossel vallen en schiet haar als de wind ach terna om uit de stukgevallen schelp het week dier op te eten. Op de golfbrekers zien we hen ook andere dieren eten: zeesterren. Dit Is een zeer geliefd voedsel, want altijd ontlokt een vondst van een groote zeester een wilde achtervolging. Komt er een visseiierspinkje voorbij, dat met zijn sleepnet de platvisschen opjaagt, dan vliegt de heele troep er op af en voor en na komt er een met een scholletje terug. Met een paar for- sche houwen wordt het murw geslagen op het harde ebstrand en dan gaat het in zijn geheel naar binnen. Eén meeuw verwerkt soms wel tien scholletjes achter elkaar, maar dan is het haar ook aan te zien, dikwijls zóó, dat er nog een staart uit zijn bek hangt. Alle onverteerbare deelen, de skeletten van zeesterren, weekdieren, krabben en visschen, worden later weer uitgebraakt. Op een meeuwen broedplaats zijn sommige toppen bezaaid met zulke braakballen, waaraan dikwijls nog te zien is, hoe het menu samengesteld was. Behalve aan het strand zoeken de zilvermeeu wen ook nog op andere plaatsen voedsel. In den polder vangen ze wormen, in de duinen roo- ven ze eieren en jonge vogels en soms maken ze zelfs formeel jacht op jonge konijnen. De zilvermeeuwenbevolking van ons land ze telt voornamelijk op de Waddeneilanden. Hier liggen de uitgestrekte broedkolonies van soms eenige duizenden paren. Enkele jaren geleden heeft G. A. Brouwer de Nederlandsche meeuwen eens geteld, de zilvermeeuwenbevolking van ons land bleek hierbij pl.m. 4500 paren te tellen. Een aan de zilvermeeuw heel nauw verwant soort is de Kleine Mantelmeeuw. Dit is misschien wel de mooiste meeuw, die we kennen. Zij lijkt veel op de zilvermeeuw, is iets slanker gebouwd, heeft een aanmerkelijk don kerder mantel en helgele pooten. Pas In 192C is zij in ons land als broedvogel ontdekt op de Boschplaat, een uitgestrekte zilvermeeuwen broedplaats aan de Oostpunt van Terschelling. De leefwijze van de kleine mantelmeeuw wijkt weinig af van die van de zilvermeeuw; zij is meer open-zeevogel. Na 1926 is zij bovendien nog broedende gevonden op Schiermonnikoog; en op Schouwen. Blijkbaar is zij bezig haar ge bied uit te breiden. Een andere meeuw die sterk in aantal toe neemt is de stormmeeuw of kleine zeemeeuw. Het is ongeveer dertig jaren geleden, dat deze voor ons land opnieuw ontdekt werd. De laatst bekende broedkolonie was verdre ven door het graven van den Nieuwen Water weg. Evenals de zilvermeeuw is de stormmeeuw een kolonievogel. Aan de Slufter op Texel lagen in 1928 acht nesten dicht bij elkaar. In elke broedkolonie heeft elk vogelpaar om zijn nest heen een territorium, waar de beide vogels geen andere vogel, en zelfs geen konijn, toelaten. Iedere indringer wordt aangevallen. ---oe onderscheiden we stormmeeuw en zil- j—-8 vermeeuw? Vanuit een schuilhut in de -®- buurt van het nest kun je haar van vlak bij bekijken zoolang je wilt en dan vallen de verschillen duidelijk op. Hij is veel slanker dan een zilvermeeuw en zijn vleugels zijn naar ver houding langer. De kop is fijner gebouwd, fnet een hooger voorhoofd en een tengerder snavel, die bovendien de roode vlek mist. Zijn oog is zoo donkerbruin, dat het op eenigen afstand pikzwart lijkt. Ook op grooten afstand is dat oog een goed kenmerk. Bij een vliegende stormmeeuw wordt het on derscheid, vooral op een afstandje, moeilijker. Wanneer zij te ver weg is om den kop goed te zien, is het vleugelpatroon de eenige uitkomst. Dat lijkt veel op het zilvermeeuwenpatroon, maar de zwarte vlek is grooter, buigt achteraan meer om en laat bovendien een grootere witte punt er buiten. De vleugels lijken door dezen af- geronden, zwarten „hoorn" stomper en breeder dan die van een zilvermeeuw. In werkelijkheid zijn ze echter slanker. Hun voedsel zoeken de stormmeeuwtjes in den zomer voornamelijk aan 't strand, precies op de manier van de zilvermeeuwen. Maar in den voorzomer tijdens regenachtig weer zijn ze ook wel op wellanden langs den binnenduinrand be zig met wormen vangen. Op omgeploegde akkers halen ze allerlei larven uit den grond; met kok meeuwen samen vliegen ze achter den ploeg aan. De vraag rijst op; hoe komen er in den zomer zooveel stormmeeuwen hier? Vermoedelijk zijn dit overzomeraars en vroeger trekkers geweest. Spciaal bij onze Waddeneilanden houden zich 's zomers vele meeuwen en andere vogels op, die door de een of andere oorzaak niet tot broeden komen. Een deel er van zijn jonge vogels, maar lang niet allemaal. Deze overzomeraars begin nen dikwijls al eind Juli te trekken en in Augustus is de stormmeeuw aan onze heele kust in 't geheel niet zeldzaam. Een idee over de ge weldige aantallen vogels, die op de Wadden in Augustus verblijf houden, geeft de telling van Dr. G. J. van Oordt van de vogeltroepen, die eind Augustus 1928 op het Posthuiswad ten Z.O. van Vlieland voedsel zochten. Doordat deze vo gels met het opkomen van den vloed in kleine troepjes naar één hoog punt van het Posthuis wad vlogen, was het Dr. van Oordt mogelijk, hen vrij nauwkeurig te tellen. Hü noteerde o.a.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1936 | | pagina 12