De Koningin der f WBÊÈmgm bloemen KINDgft BEGINT WOENSDAG 15JULI DUIJN-KLOES C. J. VAN DEN BROEK BIG-BEN PRIJSVRAAG oge zanc LUXE-AUTO'S 7A|L *4. „EDEGO" RIJWIELEN f 26.75 „EDEGO" RIJWIELEN 26.75 Aangename vacantie VEILIG LIPS' SLOT GESLOTEN GARAGE WALS HAARLEM N ROODENBURG STEGWEE EXTRA KOOPJES ONZE ZOMER-BULACE NIEUWE HAARLEMSCHE COURANT Weest voorzichtig I toch met vuur verblijf in de I natuur f Koopt bij voorkeur in de morgenuren ZONDER CHAUFFEUR te huur o PRIJZEN BILLIJK PRIMA WAGENS i immmwi ai iiil Steeds stond de roos in groote eer mmm Jr- zomimTte dagen heeft de jeugd de handfin «cjf om haar tuintjes te verzongen H VINDT U BIJ: JANSSTRAAT 16 - TELEFOON 11658 U MOET DIT MERK ÉÉNMAAL PROBEEREN, U ZULT GEEN ANDER MEER BEGEEREN t zult U eerst dan genieten als U op reis gaat met de absolute zekerheid, dat Uw woning door OUDE GROENMARKT 2—4 - GROOTE HOUTSTRAAT 52 500.aan geldprijzen en 100 BIG-BEN- mantels of -jassen gratis. De deelnamekaarten voor de BIG-BEN- Prijsvraag zijn bij ons geheel gratis ver krijgbaar. ALLE modellen BIG-BEN-regenmantels en capes bij ons te zien. I speclaalhuls dameskleeding haarlem 0 0 0 0 0 0 5 TED. VAN BERKHOUTSTRAAT 70, TEL. 11256 0 M 1 _f¥#1 ACCOUNTANTSKANTOOR VAN EEDENSTRAAT 9 tosse grutto's 2500, wulpen 5000 k 6000, zilver-, storm- en kokmeeuwen samen 12.000 15.000. De drie nu behandelde meeuwen: zilver meeuw, kleine mantelmeeuw en storm- meeuw, zijn alle zeer nauw aan elkaar verwant. In bouw en in leefwijze lijken ze bui tengewoon veel op elkaar. Onze vierde soort, de 'kokmeeuw, wijkt hier echter aanzienlijk van af. ;De kokmeeuw is in den broedtijd met geen en- ikele Hollandsche meeuw te verwarren. Haar gezicht is heelemaal donker chocolade-bruin, al leen om haar oog zit een wit randje, net 'n uile- bril. Oorspronkelijk broedden de kokmeeuwen in vrijwel alle zoetwatermeertjes in ons land. Tegenwoordig is er aan 't zoete water nog maar weinig gelegenheid voor hen. Op de meeste plaat sen moesten ze voor ontginning of regelrechte vervolging wijken. Hierdoor zijn tallooze kok meeuwen naar den zeekant verhuisd, waar ze zelfs in de helmduinen komen broeden. Overal dringen ze zich in de sternkolonies in en overal breiden ze zich uit ten koste van de sterns. Ook zij eten stemeieren maar dit is het eenige niet. Waar ze in grooten getale optreden, bemoeilijken ze den sterns het opvoeden van hun jongen ernstig, door hun de visschen af te pakken. Bij de kokmeeuwen is buitengewoon sterk het bezit van een broedterritorium ontwikkeld. Met hand en tand wordt het kleine lapje grond om het nest heen verdedigd. Daar de nesten dicht bij elkaar liggen, zijn de ruzies niet van de lucht. De grootste kokmeeuwenkolonie is die van „de Staart", het natuurmonument in den polder Waal-en-Burg op Texel. Duizenden nesten lig gen daar tusschen het riet; op de lage plaatsen zijn het heele bouwsels van soms meer dan een halven meter hoog. In zulk een groote kolonie is één bepaald geluid niet van de lucht. Dat is de baltsroep, de uiting van hevige emotie, dien we bij de zilvermeeuw hebben leeren kennen en dien we bij alle meeuwen in een iets gewijzigden toon terugvinden: bij de mantelmeeuw wat zwaarder, bij de stormmeeuw een beetje mau- werig en bij de kokmeeuw scheller en een beetje rollend. In hun wijze van voedselzoeken wijken de kok meeuwen ook aanmerkelijk af van de andere meeuwen. Meer dan deze zijn het „vliegdieren", zy vliegen veel meer en hebben in dit opzicht een beetje een stemtjeskarakter. Wat bij de sterns echter voor de wijze van voedselzoeken karak teristiek is, het z.g. „stootduiken", dat kunnen de meeuwen niet goed. Bekijken we een vliegende kokmeeuw eens goed. dan blijkt de vleugel heel anders getee- kend te zijn dan bij de andere meeuwen. Aan den bovenkant is lifjast- geen zwart te zien, alleen een smal strookje loopt een eindje langs den achterrand De mantel is verder geheel meeu- wenblauw, aan den voorrand van den vleugel loopt echter een helwitte baan. Aan den on derkant is de witte „boeg" ook te zien; er achter ligt, aan den vleugeltop, een groote zwarte driehoek. Dit vleugelpatroon is het kenmerk van de soort, niet de donkere kop, want die is in het rustkleed wit. De rui naar het rustkleed vindt al in Juli plaats en in Augustus zijn er haast geen zwarte koppen meer te zien. HMMMMHMWMHtlflNtMItllllllimMlltHHMItMHIillfHNg wwmHwiiimKHiiiniiiiiiiiiHr; Nu alom in tuinen en in kamers de rozen volop staan te geuren en te glorieeren, nu men alom de schoonheid der rozen weder bewonderen kan in de vele kleuren en schakee ringen, willen wij iets meer vertellen van deze bloem, die zoo terecht den naam van koningin der bloemen draagt. De roos heeft te allen tijde in groote eer ge staan. Zij gaf aanleiding tot dichterlijke gebrui ken en tot bijgeloovigheden. Overal in Europa is zij synoniem met liefde en geluk. In de mid deleeuwen kregen de jonge meisjes in verschil lende departementen van Frankrijk een rozen hoed als bruidsgift. Te Venetië hielden de jonge edellieden, in zijden of fluweelen wambuis ge kleed, vergezeld door hun aanstaande vrouwen, die gekroond waren met witte rozen (het zinne beeld der zuiverheid) processie-gewijze, onder het zingen van liederen en „barcarolles" (gon delliederen) in met bloemen en linten versierde gondels, kerkelijke plechtigheden. Vermeld wordt, hoe het steken van een roos aan de deur van een meisje op den eersten Meidag, in het Zuiden gelijk staat met een liefdesverklaring. Dit is langen tijd ook het geval geweest in Duitschland, wanneer men een meisje uitnoodigde om er een te gaan plukken. In sommige Germaansche streken was de roos het zinnebeeld der bescheidenheid: in de R..K. kerk stond zij vaak gebeiteld op de biecht stoelen en ook in de raadzalen zag men haar wel geschilderd. Het was Theobald, graaf van Champagne en Brie, die de roode roos van de Kruistochten meebracht. De Graaf van Egmont plukte haar en zette haar in zijn wagen. Deze bloem is het wapen van het hoofd van het huis van Lan caster geweest. Het huis van York voerde een witte roos. En de nay ver en jaloezie tusschen de beide families om den troon van Engeland was in de vyftiende eeuw de oorsprong van den oorlog der twee rozen. Als de roos in het schild van een ridder voor kwam, beteekende dat altijd zachtheid, gepaard met moed. De roos nam een groote plaats in bij de of feranden der kerken en kerkelijke plechtighe den, Een laatste overblijfsel van het gebruik der ommmm m rozenhoeden vindt men in de gewoonte om een kroon, vontekroon geheeten, aan het kind te schenken, dat het eerst gedoopt wordt na de wijding der vont. In sommige kerken in Vlaan deren is dit gebruik thans nog bekend. Het eerste kind dat gedoopt wordt na de wijding dier vont, wordt met bloemen gekroond. Deze kroon noemt men in Doornik „Chapeau des Ro ses" (rozenhoed), hoewel men zich vóór de in voering der rozen uit Bengalen met Paschen zonder twyfel van andere bloemen bedienen moest. Doornik heeft langen tyd zijn „baillée des roses" gekend. Daar was het gebruik een kind met een rozenhoed te kronen, nadat de doopvont met Paschen en pinksteren gewijd was. Op Witten Donderdag goot men rozen water op de altaren. In de middeleeuwen was in Doornik een of ferande van rozen bekend: reeds in 1352 wordt er melding van gemaakt. In een godsdienstige plechtigheid hadden de priesters, die het H. Sacrament droegen, ieder een rozenhoed op het hoofd. In Engeland is het in verschillende streken nog gebruikelijk de graven met rozen te ver sieren. In de week voor Pasohen of pinksteren vernieuwt men op de graven de planten en bloemen, die er groeien. De witte roos staat op het graf der jonge meisjes; de roode roos is bestemd voor de overledenen, die zich door hun deugden hebben onderscheiden. Een zeer oud gebruik, waarby de roos een rol speelde, dateert van het jaar 530 te Salency in Frankrijk. In dat jaar nJ. werd een prijs ingesteld voor het meisje, dat uitmuntte door zedigheid, wysheid en onderdanigheid aan haar ouders. Die prijs was een kroon van rozen. Ook in andere streken van Frankrijk heeft dit ge bruik jarenlang bestaan. De feestdag der H. Rosa wordt in de maand April gevierd. Te Tongeren, in België, wydt men te harer eer rozenbladeren, die als pap of als een soort drank tegen roos gebruikt worden. Een eigenaardige gewoonte werd eertijds in de provincie Oost-Vlaanderen in eere gehouden. Daar werd in het plaatsje Geeraarsbergen op den Zondag na Sint Petrus (29 Juni) het feest der „Rozenkroon" gevierd. In het geheim werd bepaald wie koning en koningin zouden zyn. Dan danst men onder de bloemkronen, welke in het midden der straat waren aangebracht, en tydens den rondedans vielen de kronen dan op de hoofden der uitverkorenen, die nu genood zaakt waren ook een feest te geven. Een derge- bjk gebruik heeft tot in het begin der negen tiende eeuw ook in Brussel plaats gevonden. In een dorpje, op enkele uren van Brussel ge legen, had vlak na 29 Juni nog een byzonder ge bruik plaats. Elk jaar trokken de jonge meisjes z.g. strootjes, teneinde een koningin te kiewn. Wie het langste strookje trok, was koningin en de rozenkroon was voor haar. zy had recht een tydelijken echtgenoot te kiezen, die met haar het koningschap deelde. Op den achtsten Juni van het jaar 1565 werd te Gent met triomphgeschal vanwege de sche penen der stad aan de jongelingen verboden „om op de heiligendagen dansen uit te voeren om kransen en kronen van bloemen te verwer ven, die de jongens en meisjes gewoon zyn rond den avond te midden der straten in dezen zomertijd te hangen en zingende Vlaam/sabe liedekens oin den rozenhoed." Een dergelyke dans, de z.g. kronendans, was vroeger ook in geheel Duitschland bekend; het langst bleef hij in eere in het gebied van den Neder-Rijn. Ook in Fransch Vlaanderen en in Duinkerken werd onder den rozenhoed gedanst; daar kende men er zelfs een speciaal lied by. De roos doet ook dienst als geneesmiddel. De bloemblaadjes van een bepaald soort dienen om er een stroop van te maken. In de Belgische provincie Luik bestaat nog de gewoonte om rozenblaadjes te verzamelen in een beker; men drukt er dan zoo nu en dan op, can sap er uit te persen. Deze blaadjes wor den ongeveer zes weken bewaard, tot het sap er goed uit is. Dit dient dan om bepaalde oorziekten te genezen. La onze receptenboeken uit het begin der ne gentiende eeuw voor artsenijmengkunde worden de bloemen der roode rozen aangegeven, om met eek (eikenschors) en den sumakboom (be- hoorende tot de familie der harsachtige hoo rnen) te dienen voor bepaalde geneesmiddelen. Ben ander geneesmiddel bestond uit een af treksel van roode rozen, witten honing enaltrin- piièen, Bekend fc hoe de Rederijkers de bloemen boven alles lief hadden: zoo koos de Kamer te Schiedam de roos uit voor haar naam In den Patriottentijd, toen men geen recht had om Wijk te geven van Oranjeliefde, wer den plaatjes uitgegeven met de afbeelding van tuinrozen, terwijl in de contouren der rozen de portretten van Prins Willem V en Prinses Wiile- myntje verborgen waren. Op werkeiyk wonderbaarlijke wjjae heeft de roos zich weten aan te passen aan de veran derde mentaliteit van de bevolking. Toen de tijden romantisch en dweepziek waren, ont stonden als van zelf sen,timenteele verhalen over de roos. En toen deze periode werd gevolgd door een van minder goeden smaak, ontstond de kunstroos. Maar de poëzie zal nimmer aan de roos worden ontnomen. j| Laat niet als dank voor "t stil verpoozen EE Ij Dei» eigenaar van 't bosoh de 1 schillen en de dooaen O AM Es oÜSÖ6 VROOI 5MAHN WIE 'T OP 'K „E D E G 0"-RITWIEL HOUDT, DIE BLIJFT STEEDS JONG, AL WORDT HIJ OUD DAMESNACHTHEMDEN 90 Ct. ZIJDEN PYAMA'S ƒ1.25 ZIJDEN ONDERJURKEN 95 ct. met bijpassende DIRECTOIRES 50 ct. ZIJDEN KOUSEN, diverse kleuren 45 ct. KINDER NACHTHEMDJES en PYAMA'S zalm/bleu, vanaf 65 ct. HEERENOVERHEMDEN met 2 boorden1.10 ZIJDEN POLO-SHIRTS, groen, grijs, beige, v.a. 1.25 GROOTE SORTEERING IN ZIJDEN ZELF- BINDERS, SOKKEN vanaf 20 ct. is. Wendt U, alvorens met vacantie te gaan tot den Hoofdvert. der Lips' Slotenfabriek Opgericht 1774 groote houtstraat 26-SO koningstraat 23 C3IOIC3ICDIC3ICDIC3ICDaOICZ>BC=3IC=>IOIOIC=)J Ni "o IOIOIOICOIOBCDIOIOIC3ICDICDIOICDIOI r-| THEE vanaf 18 cent per ons KOFFIE vanaf 18 ct. p. Yi pond Leden van het Ned. Inst. v. Acc. ACCOUNTANCY BEHEER EN ADMINISTRATIE VAN VERMOGENS BELASTINGZAKEN

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1936 | | pagina 15