Rome en Berlijn negeeren Londen i FRAMBOZEN De Rijksmiddelen in Juni Twee /nieuwe Upfuoeft do vluchten Hollandsch Diep overbrugd Massa-ontslag te Uithoorn DE BRITSCHE INVLOED VERZWAKT Pond's Nog steeds wordt de raming niet gehaald VRIJDAG 17 JULI 1936 Engeland heeft het initiatief in Europa aan de dictators overgelaten Wantrouwen blijft bestaan JAARBEURS TE UTRECHT Wederom een afdeeling nieuwe vindingen Laatste spanning hedenmorgen vroeg geplaatst Technische bijzonderheden Het Kamerlid A. Engels gaat heen DREIGENDE STAKING TE NIJVERDAL Hij aanvaardt geen nieuwe candidatuur HANDELSOVERLEG MET ITALIË Tragisch einde Inschrijvingsstelsel voor bacon- bereiding dupeert vele gezinnen Telegram aan den Minister Motorrijder van dijk gereden Duo-passagier verdronken VERKEERSONGELUKKEN BIJ DEN HELDER Chauffeur verloor zijn stuur Dronken achter het stuur Kapitale boerderij afgebrand (Van onzen Londenschen correspondent) LONDEN, 14 Juli 1936. Gisteren stelde de bekende Labour afge vaardigde, Mr. Will Thorne, in 't Lager huis den minister van Buitenlandsche Zaken de vraag of deze „het Huis eenige in lichtingen verstrekken kon betreffende de overeenkomst tusschen Herr von Papen, van Duitschland, en den Kanselier van Oostenrijk, met betrekking tot de politieke en economische verhoudingen der beide landen, en of hij de voorwaarden der overeenkomst kon mededee- len." Het merkwaardige van deze vraag was dat zij den minister toegezonden werd vóór het Duitsch-Oostenrijksche accoord was bekend geworden, en misschien zelfs een dag vóór het (op 11 dezer) gesloten werd. Wij noemen dit vooral merkwaardig omdat men in officieuse kringen te Londen heel wat verbazing getoond of geveinsd? heeft. Zeer getrouwe Regeeringsorganen, zooals de „Daily Telegraph", hebben gepoogd 't te doen voorkomen alsof zij „aangenaam verrast" wa ren, maar zij geven op zulk een halfslachtige manier lucht aan hun welbehagen, dat zelfs de oppervlakkigste lezer zich niet erdoor om den tuin zal laten leiden. Een groot deel van die bladen, die de bui tenlandsche politiek beoordeelen geheel onaf hankelijk van de meening in regeeringskringen, legt ongerustheid aan den dag. De redenen hiervan liggen voor de hand. Vertrouwen in de werkelijk vredelievende be doelingen van Hitier heerscht hier nog steeds niet; nog geringer is het vertrouwen m zijn vastberadenheid zich aan gesloten overeen komsten te houden wanneer deze niet ianger in het belang van Duitschland geacht worden, Terwijl zelfs organen, welker houding ten op zichte van Duitschland doorgaans onvriend schappelijk is, erkennen dat door het pact tus schen Weenen en Berlijn voor het oogenbiik een onmiddellijke oorzaak van een Europeesch conflict uit den weg geruimd is, vraagt men zich bijna algemeen af of hierdoor voor de toe komst niet veel grooter gevaren geschapen worden. Zoo wordt eraan herinnerd dat door het Duitsch-Poolsche accoord een einde gemaakt werd aan het gevaar van een algemeen con flict in verband met Danzig en den zooge- naamden „corridor", maar dat tevens Duitsch- lands positie er zoozeer door versterkt werd dat sindsdien de spanning op het vasteland aanmerkelijk toegenomen is. Niemand twijfelt eraan dat het Duitsch Oostenrijksche pact, ofschoon het, oppervlak kig bezien, voornamelijk concessies aan Oos tenrijk bevat, in werkelijkheid hoogst vooidee- lig voor Duitschland is. Na drie jaren vruch teloos gepoogd te hebben langs half geweld- dadigen weg het Nazisme in Oostenrijk te be vorderen, en aldus den „Anschluss" onvermij delijk te maken, geeft Hitier thans feitelijk een verloren zaak op, en slaat hij een juisteren weg in door eerst een „Anschluss" zij het slechts een moreelen tot stand te brengen, welke Duitschland in staat zal stellen door middel van „vreedzame penetratie" zijn doel te bereiken. Nu zijn er in Engeland weinigen die eenig bezwaar hebben tegen een vereeniging van Oostenrijk met Duitschland. Geen enkel Britsch belang zou hierdoor worden geschaad. Zoo tot nu toe Britsche Regeeringen, zij 't zonder veel geestdrift, meegedaan hebben aan het „garan deeren" van Oostenrijks onafhankelijkheid, dan deden zij dit alleen omdat: lo. de vredesverdragen haar hiertoe ver plichtten; 2o. die onafhankelijkheid als een waarborg van den vrede in Europa gold. Men zou zich hier dus van harte erover moeten verheugen dat eindelijk de vrede tusschen Berlijn en Weenen ge- teekend is. Maar van het eerste oogenbiik af begreep men wat reeds zeer spoedig beves tigd werd dat Italië in deze overeenkomst 'n „stille vennoot" was, en dat datgene wat op het eerste gezicht de burgerlijke bijlegging was van een lang-sleepend en gevaarlijk geschil tusschen Duitschland en Oostenrijk, in werke lijkheid de beteekenis had van de vorming van een nieuw Middel Europeesch „bloc", veel ge lijkend op dat hetwelk vóór 1914 bestond. Dit „bloc" is gevormd aan den vooravond van de te Brussel te houden Locarno-conferen- tie. Italië heeft reeds medegedeeld deze conferentie niet te zullen bijwonen, tennj ook Duitschland van het begin af aan de bespre kingen deelneemt. Duitschland zelf heeft reeds officieus de voorwaarden „gedicteerd" waar ender het bereid is vertegenwoordigers naar Brussel te zenden. Over de weder-bezetting van het Rijnland zal in het geheel niet ge sproken mogen worden. Hitler's „vredesplan" zal de grondslag der gedachtenwisseling moeten zijn. Te Londen twijfelt men er niet aan dat, wat deze Locorno-conferentie aNagaat, Mussolini Hitler punt voor punt steunt. Hij zelf zal bo vendien aldus meent men hier in wel ingelichte kringen eischen dat de kwalifi catie van Italië als „aanvaller" (in het con flict met Abessinië) ingetrokken worde, alvo rens hij gedelegeerden naar Brussel zou zenden. Het is begrijpelijk dat er te Londen zeer weinig neiging bestaat de EuropeeSche staat kunde te laten dicteeren door twee dictators. Maar zoo die neiging begrijpelijk is, men moet zich toch wel zeer erover verwonderen dat het machtige Groot Brittannië dan het initiatief zoo volkomen aan die twee dictators gelaten heeft. Men zou hetzelfde kunnen zeg gen van Frankrijk, maar dat land verkeert in een zeer moeilijk tijdperk en wordt bovendien geregeerd door socialistische ministers, wier positie ten aanzien van de internationale zaken eenigszins dubbelzinnig is. Wij herhalen: veel vertrouwen in Hitier heerscht hier niet, maar wat hier vooral een diepen en zeer ongunstigen indruk gemaakt heeft is dat de gebeurtenissen der laatste da gen tot stand gekomen zijn geheel buiten En geland om; dat het initiatief geheel geweest is aan Hitler en Mussolini, en dat de Britsche invloed in Europa geringer blijkt te zijn dan ooit sinds de eerste jaren dezer eeuw. Het was met het oog hierop dat wij ge wag maakten van de overigens niet zeer belangrijke vraag van Mr. Will Thorne in het Lagerhuis. Deze socialist wist dat er een overeenkomst gesloten werd (of zou worden) tusschen Duitschland en Oostenrijk. Iedereen wist het. In ieder geval was de Regeering er mede bekend. Maar terwijl Mr. Thorr.e ervoor uitkwam dat hij het wist, deed de Regeering alsof er niets aan de hand was. Zij wendde geen poging aan tot het nemen van een initia tief. Zij wachtte zeven weken lang op Hitler's antwoord op de Britsche vragenlijst, en toen dit antwoord, ondanks herhaalde aanmanin gen, uitbleef, verklaarde Mr. Eden in het La gerhuis met eenige persoonlijke geraakt heid dat hij er niet nogmaals om zou vra genhetgeen sommige bewonderaars bijna beschouwden als een heldendaad. Daarna nam hij een week rust, en de meer Duitschgezinde Lord Privy Seal, Lord Halifax, werd tijdelijk aan het hoofd van het Foreign Office geplaatst naar men zeide opdat het Hitier gemakkelijker zou vallen te voldoen aan den aandrang van politieke vrienden in En geland die hem, waarschijnlijk door bemidde ling van von Ribbentrop, hadden doen weten dat een formeel antwoord, hoe vaag ook, Duitschlands deelname aan de Locarno Con ferentie zou vergemakkelijken. Thans is men ervan overtuigd dat zelfs de rustkuur van Mr. Eden haar doel gemist heeft. Veel beschamender nog voor de Britsche staatslieden is de manier waarop Mussolini hen genegeerd heeft. Toen de Britsche regeering besloot tot op heffing der sancties, liet zij zich hierbij onder andere leiden door de overweging dat her nieuwing der samenwerking met Italië een strikte noodzakelijkheid was. Zij stelde zich een Locarno Conferentie voor, waaraan Groot Brittannië, Frankrijk, België en Italië zouden deelnemen, en waar deze mogendheden een grondslag zouden vinden, waarop ook Duitsch land tot de verdere besprekingen zou worden uitgenoodigd. Op deze conferentie zou Groot Brittannië een bemiddelende, maar juist hier door een leidende rol spelen, en zijn invloed bij dc vorming der Europeesche verhoudingen zou overwegend zijn. Zooveel waarde hechtte het aan deze confe rentie, en aan haar bijwoning door Duitsch land, dat het met Frankrijk begon te twisten over de vraag of een uitnoodiging naar Berlijn zou worden gezonden indien Hitier de vragen die Mr. Eden ook namens de andere Locarno Mogendheden gesteld had onbeantwoord liet. En terwijl hierover achter de schermer, ge kibbeld werd tusschen Londen en Parijs, en de Fransche ambassadeur naar zijn eigen hoofd stad vertrokken was om uitvoerige instructies aan zijn Regeering te vragen, handelde men te Berlijn en te Rome alsof Londen niet be stond. De „samenwerking" met Italië, die En geland bewogen had een einde te maken aan de sancties, bleek te bestaan, maarhet was Berlijn, niet Londen, waarmee Rome samen werkte. Hoe men het Duitsch-Oostenrijksche accoord ook beoordeelt, hoe men ook denken moge over het nut of over de gevaren van de thans ge vestigde solidariteit tusschen de Europeesche dictators, men kan onmogelijk ontkennen dat de Britsche regeering als voornaamste verte genwoordigster van een geheel andere moraal in de internationale politiek jammerlijk in gebreke is gebleven haar invloed te doen gelden. Zij heeft zich laten negeeren èn door Berlijn, èn door Rome; zij heeft schrijft de „Mor ning Post" aan het slot van een neerslachtig hoofdartikel „toegestaan dat zich een toe stand ontwikkelde die voor haar zoowel ver nederend als gevaarlijk is." De gebeurtenissen der laatste dagen zullen waarschijnlijk ten gevolge hebben dat de toch reeds sterke stroomingen ten gunste van een isolement, nog in kracht zullen toenemen, en voor de regeering zal er ten slotte wellicht geen andere weg openstaan dan aan heel Midden- en Oost-Europa den rug toe te keeren, en, met handhaving van het eeuwenoude beginser van integriteit der „Low Countries" (Nederland en België) de door Edward VII ingewijde staat kunde vaarwel te zeggen. Dat het hiertoe komen zal, hopen velen. Maar zij vergeten dat Engeland, in hooger mate dan een halve eeuw geleden, toen „splen did isolation" zijn wereldpolitiek kenmerkte, belang heeft bij het voortduren van den vrede op het Europeesche vasteland. Het bestuur van den Bond van octrooi- en merkenhouders heeft in overleg met het be stuur van de Kon. Ned. Jaarbeurs te Utrecht besloten wederom een afdeeling voor „nieuwe vindingen", onder auspiciën van den bond, op de a.s. Najaarsbeurs in te richten. De deel neming in deze afdeeling is voor iedereen mo gelijk. Het doel is, den uitvinder gelegenheid te bieden contact te krijgen met belangheb benden voor verkoop van octrooi, of afgifte van een licentie op een octrooi. Toegelaten worden nieuwe vindingen, die geoctrooieerd zijn en voor octrooieering in aanmerking komende vindingen. Hedenmorgen om vier uur werd voor de vierde maal een poging ondernomen om de laatste spanning voor de nieuwe ver- keersbrug over het Hollandsch Diep bij Moerdijk te plaatsen en thans eindelijk met succes. Nadat alles voor het werk weer in gereed heid was gebracht, begon men, onder leiding van den heer De Wit, om kwart over vier de spanning in de lengterichting van de brug te draaien. Er stond haast geen wind, zoodat de manoeuvre, die door de nauwe ruimte, welke voor de laatste spanning was overgebleven, moeilijker was, dan voorheen bij andere transporten, vlot kon geschieden. Om vijf*bur was het brugdeel in den juisten stand en ging het constructiewerk door het zakkende water en het vol pompen der bakken, waarop het rustte, langzaam naar omlaag. Het duurde nog geruimen tijd voor de onderkant van de brug op de vaste punten rustte, maar om zeven minuten vóór zes was de spanning geplaatst en daarmede de verbinding tot stand gebracht. Hartelijk werden de leiders van het werk gefeliciteerd en op elke spanning werd de vlag geheschen als teeken, dat het Hollandsch Diep voor het wegverkeer was overbrugd. Nu de plaatsing van de laatste spanning van de nieuwe verkeersbrug over den Moerdijk een feit is geworden, mogen eenige technische bij zonderheden over dit grootsch werk van inge nieurskunst nogmaals in herinnering worden gebracht. De eerste spanning werd geplaatst op 30 Maart 1935, onmiddellijk na het gereedkomen van de eerste pijlers. De volgende spanningen volgden successievelijk op 15 Mei, 19 Juli, 20 Augustus, 22 October, 5 December, 3 Maar 1936, 1 April en 19 Mei d.a.v. De geheele brug bestaat uit tien overspannin gen, elk lang 100 meter, de totale breedte der brug is ongeveer 19 Meter. Verder is de eigenlijke rijweg 11 meter breed, terwijl aan weerszijden buiten de hoofdliggers een trottoir is uitgebouwd ter breedte van on geveer 2,5 meter. Het gewicht der ijzerconstructie van elk der tien overspanningen bedraagt ongeveer 900.000 K.G. Woorom zij lacht en gelukkig is? Omdat iedereen haar teint bewondert. Haar gezicht beoordeelt elk verschillend, maar de charme von haor, dank zij Pond's Creams en Pond's Poeder, welverzorg de teint wint alle harten I Pond's Cold Cream reinigt de huid, niet opper vlakkig, maar tot diep in de poriën Pond's Vanishing Cream geeft haar nieuwe spankracht. Pond's Poeder, in 5 tinten verkrijgbaar, is heerlijk geparfumeerd. °Anf MONSTERS der beide Pond's Creams en Poeder ontvangt U, indien U Uw adre's per briefkaart, gefrankeerd met twintig Cent (Fl. 0.20) inzendt i Pond's Extract Co. Afd. 247 Amsterdam. VANISHING- EN COID CREAM POEDER Donderdagmiddag confereerde de rijksbemid delaar in het 3e district, prof. mr. A. C. Jo- sephus Jitta, in het gemeentehuis te Almelo met de partijen, betrokken bij het dreigend conflict bij de Kon. Stoomweverij te Nijverdal. Na langdurige besprekingen deed de rijks- bemiddelaar een voorstel, waarover beide par tijen uiterlijk Zaterdag a.s. een beslissing zul len nemen. De athleten, die in Tiet Olympische dorp reeds hun intrek hebben genomen, kunnen hun tijd korten in het bijwonen van z.g. bonte avonden, die te hunner eer worden gegeven en blijkbaar wel in den smaak vallen Naar wij vernemen heeft de heer A. H. J. Engels aan den voorzitter van den Bond van RJC. Kiesvereenigingen in den Kieskring Zwolle, den heer G. J. A. ter Steeg te Almelo medegedeeld, dat hij zich voor een volgende periode voor het lidmaatschap der Tweede Kamer niet meer beschikbaar zal stellen. De heer Engels heeft dit besluit hoofdzakelijk genomen met 't oog op de voltooiing van zijn 67ste levensjaar. Zooals men weet was de heer Engels in het laatste tiental jaren der vorige eeuw een der veel belovende jongeren onder de katholieken van Twente. Hij heeft zich destijds, onder lei ding van Dr. Ariëns z.g., weten te ontwikkelen tot een man met rotsvast geloof en gedegen kennis. Ook was hij een van de drie Twentsche wevers, die indertijd naar Rome werden gezon den om aan Paus Leo XIII den dank van ka tholiek Nederland over te brengen voor de uitvaardiging van de encycliek „Rerum Nova rum". De heer Engels heeft verder een belangrijke rol gespeeld in de katholieke drankbestrijders- beweging, waaraan hij mede den stoot heeft gegeven. Moge hij van zijn welverdiende rust nog vele jaren genieten. Mr. A. van Kleffens, administrateur van het Departement van Handel, Nijverheid en Scheepvaart en dr. F. L. Rutgers van het Departement van Koloniën zijn Donderdag naar Rome afgereisd, voor het voeren van voorloopige handelsbesprekingen. Naar men aan het Han delsblad meedeelde, is het de bedoeling, dat de heerfen zich aldaar oriënteeren omtrent het her vatten van economische relaties met Italië. Een 22-jarige ongehuwde metselaar uit Box meer, die Donderdagnacht per rijwiel van de kermis te St. Antonis naar huis terug keerde, is op den Provincialen Weg door een auto ge grepen. De jongeman, die onder den invloed van drank verkeerde, is in het ziekenhuis te Boxmeer aan zijn verwondingen bezweken. Nu per ultimo Juni de eerste helft van het fiscale jaar 1936 is afgesloten, loont het de moeite, de resultaten van deze periode eens te vergelijken met het over eenkomstige tijdperk van 1935, maar óók met de verwachtingen, welke minister Oud bij de begrooting 1936 ervan gekoesterd heeft. Allereerst dus hoe staat het tijdvak Januari Juni 1936 tegenover dezelfde maanden in het afgeloopen jaar. Het eerste halfjaar 1936 heeft opgebracht büna 176 millioen, tegenover 1935 bijna 181 millioen, een nadeelig verschil alzoo van 5 mil lioen. Wanneer wij dan de lijst der z.g. overige middelen nagaan, dan blijkt, dat niet min der dan 11 posten een decrès vertoonen, te genover 6, die vooruitgang te zien geven. In ronde cijfers uitgedrukt, zijn de volgende middelen de boosdoeners: Zoutaccijns (2 ton), Wijnaccijns (3 ton), Ac cijns op gedistilleerd (6 ton), bieraccijns (4)4 ton), Suikeraccijns (5 ton), Tabaksaccijns (7 ton), belasting op goud en zilver (15 mille). Zegelrechten (8 ton), Registratierechten (1 millioen), Successierechten (1 millioen), Loods gelden (1.2 millioen). In totaal op deze 11 middelen 7 millioen. Daartegenover staat een accrès bij de vol gende 6 posten tot een totaal van 2.2 millioen: Dividend- en tantièmebelasting (133 mille), In voerrechten (9 ton), Statistiekrecht (22 mille), Accijns op geslacht y, millioen), Omzetbelas ting (7 ton), Couponbelasting (2)4 ton). Per saldo blijft dus het niet onaanzienlijk décrès van 5 millioen. Nog erger is het tekort van het loopende jaar, wanneer wij de ontvangsten vergelijken met het evenredig deel der raming van de be grooting 1936. Dan is er een nadeelig saldo van niet minder dan 10 millioen. Bij deze ver gelijking zijn er slechts 6 middelen die eer, verheugend overschot geven van totaal 2 millioen, tegenover een elftal, dat in totaal 12 millioen tekort schiet. Bij deze droeve reeks willen wij een oogen biik stilstaan. Het eerste middel, dat een nadeelig saldo aanwijst is de Dividend- en tantième belasting. Er is hier een tekort van niet min der dan 1.7 millioen. Hoewel dit in de rijkshuis houding een niet te verwaarloozen bedrag is, mogen wij deze zaak toch niet te tragisch voor stellen. Het is nu eenmaal een feit, dat dit middel in de eerste maanden van het jaar tra ger vloeit dan in de tweede helft, om de een voudige reden, dat de meeste groote Maat schappijen pas na Juni haar dividend declaree- ren. Het beste bewijs voor deze bewering geeft de Juni-opbrengst van f 1.850.000, tegenover een maandraming van f 1.150.000. Ook mag hier bij wel vermeld worden, dat dit middel zooals hierboven blijkt, op 1935 1.3 ton vóór is. Wij durven dan ook wel voorspellen ge zien de nu reeds bekende bedrijfsresultaten van diverse groote zaken, dat per saldo deze be lasting nog zoo'n slecht figuur niet zal ma ken. Minder optimistisch zijn wij over de Ac cijnzen. Deze verbruiksbelastingen registree- ren heel nauwkeurig de koopkracht van de be volking, en uit het feit, dat 5 van de 7 ac cijnzen beneden de raming zijn gebleven, moet helaas opnieuw geconstateerd worden, hoezeer de crisis tot in alle volkslagen is doorgedrongen. De eenige accijns, welke een behoorlijk fi guur maakt, is die op het geslacht, (ruim 4 ton hooger dan de raming). Het is echter zeer de vraag, of hieruit mag worden afgeleid, dat het verbruik van rundvleesch zooveel grooter is geweest. Eerder zien wij hierin een verplaatsing' van het zwaar belaste (door crisisheffingen) varkensvleesch, naar het rundvleesch en mis schien óók een gevolg van het ietwat duurdere slachtvee. Het gedistilleerd bracht deze 6 maan den millioen minder op dan de toch al voorzichtige raming. Dit verwondert ons hee- lemaal niet. Wij hebben op deze plaats uit den treure betoogd, dat de heffingsgrens voor dit genotmiddel ruimschoots overschreden is. Bij de huidige hooge belasting is frauduleuze invoer en aanmaak maar al te loonend, en wanneer de heffing niet belangrijk wordt ver laagd, vreezen we dat de opbrengst van dit middel steeds verder omlaag zal gaan. Ditzelfde geldt voor den bieraccijns, welke een tekort van 8.5 mille te Zien geeft. Het kon wel eens zijn, dat de minister nog spijt heeft, de garantie der bierbrouwerijen niet te hebben aanvaard. Hoezeer de malaise heeft huisgehouden bij de massa blijkt overtuigend uit het décrès bij den s u i k e r-a c c ij n s. Dit bedraagt niet minder dan 1.7 millioen. Suiker is in onze dagen geen genotmiddel, maar een volksvoedsel bij uitstek. Wanneer hier het gebruik zoo catastrophaal daalt, dan is dat een veeg teeken. Dat de tabaksaccijns ook al een na deelig verschil (6)4 ton) te zien geeft, is wel licht niet zoozeer het gevolg van minder ge bruik, dan wel van het rooken van goedkoo- pere soorten. Teekenend voor de slechte tijden is ook het tekort op de Zegel- en Registratie rechten, resp. 1.2 millioen en 2.1 millioen. Deze achteruitgang wijst op een malaise in de effectenbranche, mitsgaders in den handel in vaste goederen. Toch hebben wij wel eenige verwachting, dat, na de intrekking van het Vaste Lasten Wetsontwerp, deze laatste handel zich herstellen zal, en dat per saldo 1936 op dit middel niet zoo'n groot tekort zal geven. In cijfers het ergst is het décrès op de Suc cessiebelasting. Toch we hebben dit reeds eerder betoogd behoeft hier geen spra ke te zijn van een bepaald conjunctuurver schijnsel. Ook in de gouden jaren immers, wa- Men schrijft ons uit Uithoorn, d.d. 16 Juli: Als een donderslag bij helderen hemel werd het heden alhier bekend, dat de Directie der N.V. Uithoornsche Baconfabrieken aan tachtig van haar menschen, meest gehuwden en vaders van gezinnen, per 15 Aug. a.s. ontslag heeft aange zegd. De Directie had heden haar personeel in een der localiteiten bijeengeroepen en heeft een harer leden een uiteenzetting doen geven van den ontstanen toestand- Spreker memoreerde hierbij hoe vier maanden geleden Directie en personeel hadden overlegd en daarbij besloten was om aan te passen aan datgene, dat de Mi nister van Landbouw toen verlangde, n.l. een verlaging van de verwerkingskosten voor ba- conbereiding. Spr. zeide, dat toen èn Gemeente èn alle aanwezigen offers hadden gebracht. Al len hadden zich aangepast totdat nu wederom de onzekerheid' kwam. Vóór de nu gehouden in schrijving hebben wij niet wederom willen spre ken, overtuigd als wij waren, dat U genoeg heeft aangepast en een verdere verlaging voor de meesten Uwer onmogelijk zou zijn. Het stelsel van inschrijving, door den Minister van Land bouw als het meest juiste gekozen, heeft gewild, dat wij thans aan U moeten aanzeggen, dat onze samenwerking, althans in de naaste toekomst, zal moeten ophouden, ongeacht het feit, dat velen Uwer reeds bijna 10 jaar met ons met suc ces hebben getracht den producten der Uithoorn sche Baconfabrieken een naam te geven, waar op wij zoo trotsch zijn. Tenzij er lichtpunten ko men, welke ik voorshands niet zie, zal het dienst verband met onze vennootschap ophouden. Spr. eindigde met de woorden: „Hard, zeer hard moe ten deze woorden U in de ooren klinken, doch ik kan er slechts aan toevoegen, dat de ver antwoording van dit ontslag neerkomt op den- gene, die het doorwerken van ons bedrijf on mogelijk heeft gemaakt." In verband met bovenstaande hebben de Uit hoornsche Baconfabrieken al hare contracten met het Gemeentelijk abattoir opgezegd op grond van force majeur en zal hieromtrent nog hedenavond 'n bespreking ten raadhuize plaats vinden. Wij vernamen eveneens, dat het gezamenlijke ontslagen personeel der Uithoornsche Baconfa brieken een telegram heeft gezonden aan den Minister van Landbouw, waarin zfj he.m „smee- ken" hun deze werkgelegenheid toch niet te ontnemen en hen zoodoende waarschijnlijk voor langen tijd broodeloos te maken, daar Uit hoorn voor hen geen andere werkgelegenheid biedt. ren de Successierechten zeer wisselvallig, on derhevig als dit middel is aan het toevallig openvallen van groote vermogens. Wat echter niet wegneemt, dat de crisis, die zoovele ver mogens heeft aangetast, ook hierop haar in vloed kan laten gelden. Tot zoover de „zwarte schapen" uit den middelen-staat. Welke lichtpunten staan daar nu tegenover? Daar zijn allereerst de Invoerrechten. Bijna 1 millioen komen die boven de halfjaars raming. Wij wisten trouwens uit de invoer- statistieken reeds, dat het hier crescendo gaat. Mogelijk weerspiegelt zich hier de lichte con junctuurverbetering, waarop de hoogste re- geeringsautoriteit de laatste weken gewezen heeft. x Verheugend is óók het feit, dat de Omzet belasting nu eindelijk beantwoordt aan de verwachtingen. Op de inderdaad sterk ver laagde raming is nu een overschot van y, millioen. De Couponbelasting geeft óók al een zij het klein overschot te zien, evenals de rigoureus verlaagde Loodsgelden. Overzien wij dezen middelenstaat nog eens in z'n geheel, en nemen daarbij in aanmerking welke posten teleurstelden en welke een licht- kantje vertoonden, dan durven wij de voorspel ling te wagen, dat de tweede helft van 1936, zoo zij de raming al niet haalt, toch een klei ner décrès zal geven dan het eerste gedeelte van dit jaar. Voor zoover uit het op kohier brengen der directe belastingen eenige conclusie te trekken is, blijkt deze niet ongunstig te zijn. Er is tot nu toe een voordeelig saldo van ruim 4.2 millioen, wat in hoofdzaak komt door de Inkomsten belasting met 3 Ij millioen. Van de fondsen met speciale bestemming mag niet onvermeld blijven, dat de motorrijtuigenbe lasting een dik millioen over de raming is. Door dat de rijwielbelasting in de eerste jaarhelft practisch gesproken niets opbrengt, is 't totaal 2)4 millioen beneden de raming. Na Augustus evenwel wordt dat verschil rijkelijk ingehaald en zoo beschouwd, behoeft men over het ver keersfonds voorloopig geen zorgen te hebben. In den afgeloopen nacht te omstreeks efen uur heeft op den Oostdijk in de Beemster een ernstig motorongeluk plaats gehad, ten gevolge waarvan een persoon is verdronken. Wegens afsluiting van den Purmerenderweg is het verkeer Purmertend-Hoorn tijdelijk omge legd over een gedeelte van den Oostdijk. Ver moedelijk door groote vaart is de motorrijder J. Bertens uit Hoorn van den dijk geraakt en in de Ringvaart terechtgekomen. De bestuurder wist aan den kant te komen en heeft een pas- seerenden auto aangehouden. Hoewel men uit de verwarde mededeelingen van den heer Bertens, die in zeer overspannen toestand verkeerde, niet begreep wat er pre cies gebeurd was stelde men onder aan den dijk, waar het licht van het motorrijwiel nog brandde, een onderzoek in. Aan den kant ge komen zag men een hand boven water uit steken, waaruit wel bleek, dat de duopassa gier zich niet had kunnen redden. Direct werd de drenkeling boven gebracht, doch de levens geesten bleken reeds geweken te zijn. De verdronkene is de 24-jarige J. de Groot uit Uithoorn. De heer Bertens, die geheel in de war was, is in het ziekenhuis te Purmerend ter observa tie opgenomen. Donderdagavond te half twaalf kwam op den Rijksweg langs het Noord-Hollandsch Ka naal een personenauto uit de richting Alk maar, waarin zich de heeren S., L, N H., M. J. en D. van B. bevonden, allen uit Den Hel der. Bij het nemen van de bocht bij het woon wagenkamp bij Den Helder vloog de auto, een Plpmouth, vermoedelijk door te groote snel heid, tegen een der betonnen paaltjes aan, waardoor de chauffeur de macht over zijn stuur verloor Een der inzittenden werd door den hevigen schok uit den wagen geworpen en bleef bewus teloos op den berm van den weg liggen. De auto sloeg daarna over den kop, reed de glooiing, die naar 't water voert, af en kwam met 't voorste gedeelte in de modder terecht. Door het lawaai was direct hulp aanwezig. Het bleek echter, dat de drie inzittenden reeds uit het water op den wal geklommen waren en dat slechts een twee tal lichte verwondingen had opgeloopen. Ook eerstgenoemde was spoedig bij kennis, zoodat men den weg naar huis kon vervolgen. Een uur later heeft zich wederom een onge. val voorgedaan. In de bocht, waar eerstge noemde wagen verongelukte, had een automo. bilist uit Den Helder zijn wagen aan den rechterkant van den weg geparkeerd, teneinde een kijkje te nemen bij het zwaar beschadigde vehikel. Vanuit de richting Alkmaar kwam de motorrijder P. M. van B. op zijn „Norton" aangereden, zwaar onder den invloed van ster ken drank. Hij reed met volle vaart tegen den stil staanden auto op. Zoowel motor als auto werden licht beschadigd. De motorrijder werd licht gewond. De politie, die spoedig ter plaatse was, vervoerde den man naar het hospitaal, waar hij verbonden werd. Hij is daarna in arrest gesteld. De motor werd in beslag genomen. Hedenmorgen is aan de Zuurbeek te Ambt- Vollenhove de kapitale boerderij, bewoond door W. Winters, tengevolge van broeiing van het hooi, geheel afgebrand. 100.000 Pond hooi en vele landbouwwerktuigen gingen mede verloren. Verzekering dekt de schade.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1936 | | pagina 5