MOUSSANA f DE REBELLIE IN SPANJE Teugellooze pers Duizendvoudig „Credo" in het Gooi TEGENOVER DE ACTIE VAN G0DL00ZEN DRIE REGEERINGEN IN ÉÉN DAG DROEVE HERINNERING Kerkelijk leven MAANDAG 20 JULI 1936 In ons vrijgevochten land „Volksverdommers en Landverraders" Een interview met Mussert dmaa&t a£i cAampazpte Deensch luchtvaart- bezoek Minister Fisker op Schiphol en het vliegveld Twente DR. COLIJN IN ENGELAND Hij houdt zich buiten alle politiek EENHEID DOOR DEMOCRATIE Het werk hervat Bij de Kon. Stoomweverij te Nijverdal EEN LUCHTFESTIJN TE NOORDWIJK AAN ZEE Instructeur Postma ramt ballon netjes en werpt zandbommen Geen audiëntie Ruim achtduizend katholieken kwamen in Valkeveen bijeen om van hun geloof te getuigen „Omhoog het beginsel" BUITENLANDSCH OVERZICHT Bewapening van de arbeiders Het nieuwe heidendom Kapelaan Drost spreekt DE TU INBOUW -EXPORT Eenige verbetering te constateeren Heden een jaar geleden ver ongelukte „De Gaai" in de Zwitsersche Alpen Van Langen's notities Telegrammen verzonden h.h. wijdingen In het Aartsbisdom Een van de voornaamste redenen, waar om indertijd een partieele grondwets wijziging op stapel werd gezet, be stond hierin, dat er naar de meening van heel weldenkend Nederland, paal en perk gesteld dienden te worden aan een zekere politieke „vrijheid", welke al sinds lang ont aard was in een onduldbare, den volksgeest bedervende bandeloosheid. Men was eindelijk tot het besef gekomen, dat het toch niet aangaat, de nationale krachten te doen, althans te laten, onder mijnen door beroeps- en dilettant-opruiers in vergadering en pers, ja, zelfs in over heidslichamen, niet zelden nog prompt betaald door goedmoedig Vadertje Staat, die op deze wijze voorbereidingen van revo luties tegen zichzelf bekostigt. Het gedoe en geschrijf rondom het schan daal der „Zeven Provinciën", de „dappere ongehoorzaamheid" van ir. Albarda en de „snellere toeren" van ir. Cramer's hart, de revolutie-import van een „Tribune" en de laffe demagogie van op „schandalen" vege- teerende N.S.B.-organen en ander fasciste- rige scheidblaadjes hadden zoo veron derstelde men althans eindelijk de oogen geopend voor het gevaar van een „vrijheid", welke regelrecht naar de slavernij der revo lutie voeren moest, naar vernietiging van het gezond gezag, naar de dictatuur van den onderdrukker, rood of zwart-rood. Een daartoe ingestelde Staatscommissie kwam met voorstellen en thans is de regee ring gereed gekomen met een op basis van die voorstellen vastgesteld voorontwerp voor de partieele grondwetswijziging, welke o.a. beoogde paal en perk te stellen aan de gevaren der bovengenoemde ongebonden heden. Doch wat blijkt thans Dat de regeering op een der belangrijkste strategische punten gecapituleerd heeft. In hoofdzaak, zoo heet het, heeft de mi nisterraad zich met de voorstellen der Staatscommissie vereenigd, maar aangaan de de persvrijheid heeft de regeering zich accoord verklaard met de meening van de minderheid der Staatscommissie, bestaan de uit ir. Albarda, prof. v. d. Bergh, mr. Joekes en prof. Kranenburg, welke bezwa ren heeft tegen het voorgestelde lid 2 van art 7 luidend „De wet kan regels stellen, volgens welke een bepaalde uitgave wegens nader bij de wet te omschrijven grove inbreuk op de openbare orde tijdelijk kan worden ver boden." Blijft de zaak dus, zooals zij was en is Zal in ons vrijgevochten land een teugel looze pers kunnen voortgaan allerlei onheil te stichten, schandalen te maken, revolu tiestemming te kweeken, het gezag tot een aanfluiting te maken De regeering schijnt wéér niet te durven Ingrijpen. Het kon haar en heel ons volk wel eens duur te staan komen. In „De Groene" van Zaterdag publiceert de heer Anton M. Brouwers een gesprek, dat hij gehad heeft met den Algemeen Leider der N. S. B., ir. Mussert, om hem te vragen, aan het Referendum van dat weekblad mee te doen. In tamelijk gepeper de taal heeft de Leider daarin zijn mee ning gezegd over de verschillende politieke stroomingen en derzelver leiders, die wèl aan het referendum meewerken. Over de katholieken en hun geestelijke niet hun politieke leiders, heeft hij zich ook uitgelaten. De heer Brouwer geeft dit ge deelte van het onderhoud als volgt weer: „Hoe ziet u de politieke ontwikkeling in de naaste toekomst?" was onze eerste vraag. De Leider bleek het als volgt te zien: Binnen afzienbaren tijd zou er een Roomsch- Roode coalitie optreden- waarbij de werkverdee- ling tusschen de partners zoo zou zijn, dat de socialisten het economisch gedeelte van het programma en de Katholieken het geestelijke zouden verzorgen. „Dan dreigen alle Protestan ten Katholiek te worden, want zij zijn zoo ver deeld en hebben onder een dergelijke coalitie natuurlijk niets in te brengen." Naar aanleiding van dit antwoord ontwik kelt zich dan een gesprek over de verhouding van de N.S.B. tot de Roomsch-Katholieke we reld, dat eindigt in de vragen: „Hoe komt het, dat de N.S.B. de Roomsch-Katholieken zoo wei nig trekt? En hoe is de laatste brochure met zijn Raad van Kerken te rijmen met het katho lieke standpunt?" Mussert beroept zich in zijn antwoord op zijn „raad van adviseurs in kerkelijke aangelegen heden." Als deze ten aanzien van de Katholie. ken fouten heeft gemaakt, kan hij er ook niets aan doen, want „ik heb wel een bisschop ge vraagd, maar die had geen belangstelling voor mijn zaak." Overigens acht de Algemeene Lei der de R. K. geestelijken in het algemeen „volksverdommers" en „landverraders". „Kijk maar eens naar Spanje!" En „de besten zitten nog in het klooster". Maar „het heele zaakje zal wel opgeruimd worden." Een opmerking dat het „opwekken van religieuze gevoelens", waar de heer Mussert sterk vóór is, toch niet hetzelfde is als het prediken van het Evangelie, wordt door den Leider beantwoord met de belofte dat hij „al die geestelijken wel zal opruimen", en dat hij daartoe alle recht heeft: Immers, wanneer „in de geschiedeins van een volk een beweging opkomt, die de menschen godsdienstig wil maken, is er altijd een macht, die dat tracht tegen te houden; en die macht is de Kerk. Zie b.v. de Reformatie!" Vhn het bovenstaande kan men veel en weinig zeggen. Daar er echter reeds veel over de N. S. B. en de Kerk geschreven is, zullen wij ons thans bepalen tot de enkele opmerking, dat de Leider hier duidelijke taal heeft gesproken en dat de Katholieken nu weten wat zij aan hem hebben. MOUSSERENDE APPELWIJN Fa. H. J. PHAFF WINSCHOTEN Het gezelschap Deensche luchtvaartautoritei ten, waaronder de Minister van Verkeer Z.Exc. N. Fisker zich bevindt, dat Zaterdag uit Londen arriveerde, heeft Zondag eten bezoek gebracht aan Schiphol. De Minister was o.m. vergezeld door de heeren N. P. Nielsen, lid van den Raad voor de Luchtvaart, J. K. Gregersen, directeur van den luchtvaartdienst van het ministerie van verkeer, en eenige autoriteiten van de Deensche Luchtvaartmaatschappij. Van de K. L. M. warten bij het gezelschap de heeren A. Plesman, D. J. de Vries en de vertegenwoordiger der K. L. M. in Scandinavië, E. E. de Jong. Na den maaltijd bezichtigden de Deensche gasten het vliegveld met zijn technische outillage en de stationsgebouwen. De studiereis van dten minister, die kort geleden met het departement van Verkeer werd belast, had ten doel door na dere kennismaking met de voornaamste Euro- peesche luchthavens gegevens te verkrijgen voor de verbetering van het Kopenhaagsche vlieg veld. Op Schiphol, waar hij door dten havenmeester, den heer Dellaert, werd rondgeleid, bewonderde de minister vooral de zorg, die besteed is om het publiek met de luchtvaart vertrouwd te maken. Het trof hem, dat de Amsterdamsche luchthaven voor het Amsterdamsche publiek het aantrek kelijke doel van een uitstapje vormt. Nadat Schiphol was bezichtigd stegen de Deensche gasten met den heer de Jong weer in de „Kronprinsesse Ingrid", waarmede bestuurder Hansen hen bracht naar het Twtentsche Vlieg veld. Het vliegveld bij Enschede boezemde den Deenschen gasten belang in als model van een provinciale luchthaven. Denemarken heeft slechts een vliegveld. Als eilandenrijk heeft het behoefte aan binnenlandsche luchtverbindingen. Zoodra de heer Fisker het ministerie van Ver keer van zijn voorganger overnam, heeft hij be sloten tot den aanleg van provinciale vliegvelden bij Aarhus, Aalborg en Esbjerg. Van het Twentsche vliegveld is de „Kron prinsesse Ingrid" tegen den avond opgestegfen naar Hamburg, vanwaar naar Kopenhagen wordt doorgevlogen. Naar Reuter uit Londen seint, kwam dr. Colijn te Londen aan in gezelschap van zijn echtgenoote en zijn secretaris. In een onder houd verklaarde hij, dat zijn reis niet de ge ringste politieke beteekenis had. Tijdens zijn vacantie geeft hij er de voorkeur aan, niet over de Europeesche politiek te discussieeren. Zijn vacantieplannen waren nog niet bepaald; voor- loopig blijft hij in zijn hotel te Londen. Op het terrein van den Ned. Prot. Bond bij Soesterberg, is Zaterdagmiddag een drukbe zochte meeting gehouden van de Ned. Beweging voor eenheid door Democratie. Dr. Ritter betoogde, dat in het huidige Duitschland en ook in andere landen de huma nitaire gedachte in ernstige mate wordt bedreigd. In een dictatoriaal geregeerde gemeenschap gehoorzaamt de mensch alleen aan zijn instinct. Men kan de slaaf zijn van de dictatuur, of zich gevoelen als lid van de volksgemeenschap. In het laatste geval is men democraat. De dictatuur vertrapt alle christelijke cultuur. Voorts bestreed hij in uiterst felle bewoordin gen de N.S.B. Nationaal zijn, zoo betoogde hij tenslotte, wil niet zeggen handelen volgens Duitsch recept, doch trouw blijven aan des lands traditie. Dr. van Leusen, lid van de Prov. Staten van Noord-Holland, wees op den plicht tot afweer van alle invloeden, die ons heiligste volksbezit belagen. Dit beteekent volgens spr. strijd tegen Communisme en Nationaal-Socialisme. Het Hollandsche hart laat zich immers niet vernederen tot e enigerlei vorm van slavernij. Omtrent het gestelde ultimatum, door de textielarbeidersbonden St. Lambertus, de Een dracht en Unitas aan de directie der Kon. Stoomweverij te Nijverdal, ir verband met de eischen der organisaties om tien procent loons- verhooging in te voeren voor de zestien- en achttien getouwenwevers, is Zaterdagmiddag door de drie organisaties' een druk bezochte gecombineerde ledenvergadering gehouden. Op deze bijeenkomst kwam tot uiting, dat men met het voorstel van den Rijksbemiddelaar, prof. mr. A. C. Josephus Jitta, geen bevrediging kon hebben. Dit voorstel hield in voor de achttien getouwenwevers breed werk een zes procents loonsverhooging en de achttien getouwenwevers smal werk een ly, procents loonsverhooging in te voeren en ten slotte een loonsverlaging van drie procent voor de twaalfgetouwenwevers. Het resultaat der uitvoerige besprekingen is, dat heden het werk wel is hervat en dat men zich slechts noode bij het voorstel van den Rijksbemiddelaar heeft neergelegd, vooral wat betreft de laatste clausule inzake de drie pro cents loonsverlaging. Ter gelegenheid van het Internationaal Luchtvaartpropagandafeest te Noordwijk wer den Zaterdagmiddag voor het terrein van het Huis ter Duin verschillende vliegdemonstraties gegeven. Voor den hoogteschattingswedstrijd kwam om clrie uur als eerste de Koolhoven F.K. 43, de PH-CMD op een vaste hoogte boven het ter ras cirkelen. De juiste hoogte bedroeg 377 M. De instructeur der N.L.S., de heer A. Postma, maakte met de PH-FKB, in vliegerskringen meer bekend onder den naam van het „Koe beest", vervolgens een serie kunstvluchten, ter wijl men met een vlet van het badbedrijf een eind de zee in roeide, om vandaar de ballonnen voor het ballonrammen op te laten. Dit was noodig, daar er een stevige Westenwind stond. Op kunstige wijze wist Postma zoo met het „Koebeest" te manoeuvreeren, dat slechts wei nige balonnen aan den schroefwind konden ontkomen. Hierna werd overgegaan tot het bommen- werpen, waartoe op het stranól twee strandten ten met een rooden lap werden afgedekt, met daaromheen twee cirkels, afgebakend met ge kleurde vlaggen. Tot driemaal toe wist Postma de zakjes meel binnen de cirkels te werpen. Als tweede „bommenwerper" arriveerde de be kende sportvlieger Justus U. Heymans met zijn Leopard-Moth, de PH-JUH, boven het doel. Hij werd nogal gehandicapt door de stijlen van het landingsgestel, welke zich juist onder de cock pit bevinden. Als derde vreedzame bommen werper wierp de instructeur der N.L.S., de heer S. de Mul, zijn drie zakjes meel naar het doel. De heer Pastma kreeg met vier punten den eersten prijs toegekend; tweede werd S. de Mul (drie punten) en derde Heymans (1 punt). Hierna werd door de Mul met zijn Tiger Moth een serie stuntvluchten gemaakt. Als aardige attentie van de K.L.M. kwam de Fokker F. 22, de „Papegaai", op zijn weg naar Londen zeer laag over het terras van het Huis ter Duin gevlogen, evenals even later de groote Havilland D.H. 86 der British Continental Air ways. Om half zes maakte ook de Aeronca nog een paar cirkeltjes, evenals de Koolhoven F.K. 46, PH-FKA van de N. L. S., waarmede dit lucht- festijn werd besloten. Kroonprins Boudewijn van België heeft ver gezeld van de familie van den Mortel, den ge- heelen middag met groote belangstelling de ma nipulaties der vliegers gadegeslagen. Vooral bij het ballonnenrammen toonde Prins Boudewijn zich buitengewoon enthousiast en leefde geheel mede met de jachtpartijen van den vlieger Postma, De luchtvaarttentoonstelling in het Casino werd des avonds officieel geopend met een zeer geanimeerden gala-avond, opgeluisterd door het Tzigane-ensemble Iliescu. Deze avond was zeer druk bezocht, vooral ook door het Corps Diplo matique. De gewone audiëntie van den minister van Sociale Zaken zal oo Woensdag 22 Juli 1936 niet plaats hebben. wmm De opening van het internationaal schaaktournooi te 7,andvoort. De burge meester van Zandvoort, de heer van Alphen, doet den eersten zet voor de partij EuweTartakower Ondanks regen en dreigende on weerswolken is Zondag het katho lieke Gooi uitgetogen, om te pro testeeren tegen de Godloozen, die een landdag hadden belegd te Naarden. Katholieke mannen en vrouwen uit Hilversum, Bussum, Laren, Blaricum, en alle andere kleinere Gooische gemeenten, jeugd- vereenigingen en organisaties van alle plaatsen, zij allen hadden ge hoor gegeven aan de roepstem van Katholiek Hilversum en Bussum en zijn bij duizenden gegaan naar Val keveen, om daar hun protest aan te teekenen tegen het moderne hei dendom. Het groote open terrein aan de Valkeveen- sche laan was geheel gevuld. De jeugdveree- nigingen ontplooiden hier hun vanen en ba nieren. Bijna de geheele Gooische geestelijk- De beestachtige moord op den monarchis- tischen leider Calvo Sotelo heeft prompt de verwachte reactie in het leven geroe pen, welke door de Spaansche regeering werd gevreesd. Hij is de bloeddruppel geweest, die den boordevollen emmer der verontwaardiging van de anti-marxistische, monarchistische en fascistische elementen heeft doen overloopen, zoodat de Spaansche bodem thans weer eens met burgerbloed wordt gedrenkt. De Spaansche republiek, die na de stembus overwinning van het Volksfront uit het be heer der von beide walletjes eten willende schipperaars overging naar dat der roo- de republikeinen, maakt weer een angst wekkende crisis door, waarvan de afloop nog niet zeker is, al lijkt het ons twijfelachtig, dat de rebellen het op den duur zullen kunnen win nen. De berichten, zoowel van regeeringszijde als van de zijde der opstandelingen gelanceerd, zijn zoo flagrant met elkander in strijd en zoo zichtbaar tendentieus propagandistisch gekleurd, dat men er weinig waarde aan kan hechten en geen duidelijk overzicht van den werkelijken stand van zaken uit kan construeeren. Dat de ze stand van zaken echter hoogst bedenkelijk is, lijdt geen twijfel. Van groote beteekenis is, dat de opstand, die onder leiding van generaal Franco, gouverneur van de Canarische eilan den en broeder van den beruchten Spaanschen vlieger majoor Franco, staat, begonnen is in Spaansch Marokko, in koloniaal gebied, waar het Spaansche gezag méér dan elders behoefte heeft aan kracht en stabiliteit om zich te hand haven. Welk een indruk moet het op de in boorlingen van Marokko maken, dat de blanke (of liever olijfkleurige) „overheerschers" elkan der gewapend te lijf gaan, en wat zal de nawer king van dezen indruk zijn? In Fransch Marok ko is het onder de inboorlingen ook niet heele- mpal rustig en de Italiaansch-Abessinische oor log met de daarbij gebleken betrekkelijke mach teloosheid van Engeland is niet zonder psycho- logischen invloed gebleven op de Afrikaansche bevolking. Wanneer straks het koloniale pro bleem onder druk van de „onverzadigde" mo gendheden zal worden aangesneden, zullen de blanken wel eens kunnen ervaren, hoeveel zij van hun overheerschersprestige, hetzij door bar- baarsche geweldmethoden, hetzij door gebrek aan doortastendheid en moed hebben ingeboet. Juist in een tijd, waarin de superioriteit van het blanke ras méér dan ooit tot een politiek en cultureel geloofspunt wordt gemaakt, heb ben verschillende regeeringen op verschillende wijzen vrijwel alles gedaan om de inheemsche koloniale bevolking, vooral in Afrika, aan deze vermeende superioriteit te doen twijfelen. Opgelaaid in Spaansch Marokko is de opstand onmiddellijk overgeslagen naar Spanje zelf, en het valt niet meer te ontkennen, dat de gebeurtenissen daar het karakter van een burgeroorlog hebben aange nomen. Binnen één etmaal heeft de regeering driemaal van hoofd verwisseld. Quiroza trad af. Martinez Barrio volgde hem op, maar daar de arbeiders dezen premier niet wenschten, moest hij na enkele uren zijn waardigheid weer overdragen aan José Giral, die „persona grata" bij de arbeiders blijkt te zijn. Wat dit zeggen wil, komt duidelijk uit door het feit, dat de Spaansche regeering de z.g. republi- keinsche, maar in utezen met Moskou gemeene. zaak makende arbeiders (de socialistische en de anarcho-syndicalistische groepen hebben hun onderlinge geschillen laten varen om sa men weerstand te bieden aan den geweldd&di- gen vloedgolf van tot het uiterste getergde mo narchisten, militaristen en fascisten) wapens in de hand drukt om de guarda civil en de andere machtsorganen van den staat bij te staan in den strijd tegen de rebellen. De arbeiders krij gen van regeeringswege daardoor een zoo groo- ten invloed, dat het moeilijk zal zijn juist na een eventueel neerslaan van den opstand hun dien weer te ontnemen. Trouwens het is de vraag of de regeering, die zich slechts bij de gratie der roode arbeiders kon vormen, wel een vermindering van dien invloed wenscht. De laatste maanden van onrust en terreur, waarin ordeverstoringen, stakingen, aanslagen, en een zijdige vervolging van fascistische en rechtsche personen en organisaties elkander opvolgden met een aan anarchie herinnerende frequentie, hebben voldoende bewezen, hoe snel Spanje af zakt langs de helling van het Volksfront naar een soort van autonome republieken (Galicië heeft zich ook al voor autonomie uitgesproken) mm of meer naar het model van de Unie van Socialistische Russische Sovjet-republieken. De thans in opstand zijnde militairen trachten dit verder afzakken met geweld te keeren, maar of dit lukken zal is de vraag. Uit de troebelen van het oogenblik kan zoowel een militaire dicta tuur als een rood arbeidersrégime voortkomen. Het extremisme is er troef, maar noch dat van links, noch dat van rechts zal Spanje waar schijnlijk de zoo hoog noodige rust kunnen bezorgen. Spanje en zijn ellende mogen andere landen tot een afschrikwekkend voorbeeld worden. Het leert, dat Volksfrontvorming een voorbereiding is voor de joveuse entrée der Moskousche ideologie en gewelddadige reacties in het leven roept, welke het land in zijn be staan bedreigen, gewelddadige reacties van groepen, die, indien zij zich tijdig sterk en eensgezind hadden georganiseerd thans niet naar de wapens zouden behoeven te grijpen om te trachten te voorkomen hetgeen zij door te eenzijdige partijpolitiek hebben in de hand gewerkt. heid was mede bij deze protestmeeting aan wezig, terwijl het aantal deelnemers aan deze meeting zeker op 8000 personen is te schatten. De heer A. Küttschrütter, voorzitter van de vereeniging Katholiek Bussum, opende de meeting met een kort inleidend woord. Via loudspeakers werd het geluid voor ieder verstaanbaar. De eerste spreker, de heer Piet Kasteel te Den Haag, besprak het nieuwe heidendom, ge signaleerd door Paus Pius in Zijn Encycliek „Quadragesimo Anno". Sinds 1870 was het aan tal der kerkloozen, uit welke kringen de hei denen bij legioenen voortkomen, steeds meer aangegroeid van pet. tot ruim 15 pet. in 1930. De voornaamste oorzaak van dezen aan was der godloozen, en tevens de typeering vor mend van de godloosheid zelve was: de ver- waarloozing van het denken. Vroeger beriep de atheïst zich op verstands argumenten, en thans verweet men de katho lieken, dat zij te veel op de rede gebaseerd waren, en het gevoel niet naar waarde schatten. Uitvoerig beschouwde spr. vervolgens de ma nier, waarop dit moderne heidendom diende te worden bestreden in het belang van ons zelf en ons nageslacht, want met het Christen dom stond en viel de beschaving. De Godshaters vergaderden openlijk, bij communisme en nationaal-socialisme vond men een diepen godsdiensthaat, zich uitend in tal van geschriften. Ook Mussert schreef in de groene Amsterdammer: „Priesters zijn volks verdommers en landverraders" en hij zou de vrijheid hebben ze op te ruimen. Tegenover dit optreden moesten de Katho lieken voor alles hun verkregen positie, de vrucht van jarenlangen strijd, hardnekkig ver dedigen. Waakzaamheid was geboden. Tegen over de mythe en het gevoel van de godloos heid, moesten de katholieken het verstand handhaven met de bewijsvoering van het goede voorbeeld. In ieder katholiek moest branden het licht van Christus, opdat door hem Christus weer zichtbaar was. In het slot wekte spr. op tot hoop en vertrouwen in God, tot gebed voor die niet weten en tot hulp voor die zoeken. De Weleerw. heer H. Drost, kapelaan te Rot terdam, voelde als oud-kapelaan van Nederhorst den Berg zich een met de Gooische katholieken in deze spontane reactie en heilige verontwaar diging over de ontwijding van den Gooischen grond en de ontheiliging van de Gooische lucht. Dat juist het Gooi gekozen was voor de godslastering van de Dageraad, het Gooi, dat als kathedraal van Gods heerlijkheid Zijn Ma jesteit verkondigde, deed het overkropte ge moed uitbarsten tegen de machten der duister nis en de satanische trawanten. Geen haat wilde spr. echter prediken tegen de arme stakkers, die valsche profeten volgen op een onbekenden weg, maar liefde voor de waarheid, geen strijd, maar bescherming, geen verbittering wilde spr. brengen, maar eerherstel aan den Koning van Majesteit. Deze massale opkomst van de Gooische katholieken bewees en voorzegde, dat de Dageraad hier geen suc cessen boeken zou. Deze opkomst was een duizendvoudig cre do. Het antwoord op al de sophismen van de godloozen vormde deze meeting en het was: „Ik geloof in God". Niet God, maar de wereld zelf droeg de schuld voor de wantoestanden, omdat de we- De export van tuinbouwproducten blijkt in de afgeloopen maand gunstiger te zijn geweest, dan in dezelfde maand van het vorig jaar. Er is een grooter hoeveelheid geëxporteerd, terwijl ook de waarde ervan steeg. In Juni 1935 werd voor een waarde van f 2.576.000 aan tuin bouwproducten naar het buitenland verzonden, terwijl in de afgeloopen maand die waarde tot f3.824.000 was gestegen. Wat de hoeveelheid geëxporteerde producten betreft, deze beliep in het vorig jaar 27.763.000 kilo en thans 35.164.000 kilo. De export steeg in gewicht dus met 26 pet. en de waarde met 48 pet. Heden is het een jaar geleden, dat het K. L. M.-vliegtuig „De Gaai" in de Zwitsersche bergen verongelukte. Negen passagiers, onder wie een redacteur-buitenland van de Ver- eenigde Katholieke Pers, de heer Jos. van Langen zich bevond, en de bemanning, be staande uit den gezagvoerder J. S. W. van der Feijst, den mecanicien Vocke, den marconist L. Aafjes en de stuwardess mejuff. Hermani- des, kwamen allen jammerlijk om het leven. f Met ontzetting vernam Nederland deze ramp. De K. L. M. was reeds kort na elkander door zware rampen getroffen. Deze was de ergste. Het vliegtuig was in Milaan opgestegen. Slechts korten tijd na de opstijging was „De Gaai" verongelukt. Alle deskundigen vroegen zich af, hoe het toch mogelijk was, dat de pi loot zoo laag had gevlogen, of hij zich mis schien in het dal had vergist en maakten al lerlei veronderstellingen. Bij het wrak van het vliegtuig was een on ooglijk notitieboekje gevonden, dat toebe hoord had aan redacteur van Langen. Dit boekje bleek een kostbare vondst te zijn ge weest. Van Langen had zijn beroepsplicht tot bijkans zijn laatsten adem toe vervuld. Hij zat dicht bij den hoogtemeter, die in ieder vlieg tuig hangt en waarvan men de hoogte kan aflezen. Hij noteerde: „Wij stijgen 3000 M. Regen tegen de ramen 4000 4500 boven de wolken hemel blauw zichtbaar 4800 4700 bijna 5000 regen klettert geen blauw meer regen half een knal dalen snel 4000 3800 3200 sneeuw 3000, 2800, 2500 £400 vlak boven top pen bliksem 12100...." Hier eindigde plotseling het drama. Door deze aanteekeningen werd de eer van den piloot gered. Zijn beleid was goed ge weest. Tegen de overmacht der natuurkrachten was hij echter niet bestand geweest. Van Lan gen zette zich door deze aanteekeningen een journalistiek monument. Heel de vaderland- sche pers en zelfs de buitenlandsche gaven v. Langen's notities een eereplaats en bewonder den zijn moed en koelbloedigheid. Ingelijst wer den deze blaadjes ten geschenke gegeven aan het Nederlandsche Persmuseum. Op het oogen- blikt hangt dit document, dat voor wijlen re dacteur van Langen slechts eere beteekent, op de Internationale Tentoonstelling der Katho lieke Pers in Vaticaanstad. Hij zelf kwam, toen hij den dood vond, uit Rome. Zijn laatste aan teekeningen zijn thans, hem ter eere, in Rome. Scripta manent. reld zich losrukte van den hemel, en de mensch zich plaatste tegenover God. Dit moderne heidendom, aldus spr., was groo ter misdaad dan de Paradijszonde, dit was de sociale godsmoord. De Roomsche vrijheid loopt gevaar en de katholieken w»il men terugdrijven naar de catacomben; het kruis wil men ver nietigen en de Godsbanier rooven. Het eenige antwoord hierop was thans gegeven: „Nooit.' De Gooische katholieken zullen toonen, waar toe de genade Gods en de leer der Kerk voeren. Spr. sloot met een vers over de groote Katho lieke Act'-: Omhoog Uw beginsel als een licht in den nacht. Besloten werd vervolgens tot het zenden van een telegram aan Z. H. Exc. dr. J. de Jong, Aartsbisschop van Utrecht, waarin de duizen den Katholieken van het Gooi, in vergadering bijeen tot het brengen van een herstel voor het optreden der godloozen, den Aartsbisschop hun gevoelens van eerbiedige hulde en nederige ge hoorzaamheid aanbieden. Aan den minister van Justitie werd een te legram gericht, waarin dringend verzocht werd om maatregelen tegen de actie der godloozen m Nederland, zich nu weer uitend in baren landdag van de „Dageraad in he t Gooi. Na het zingen van het „Aan U o Koning der Eeuwen" trokken de duizenden weer ordelijk weg. Z H Exc. de Aartsbisschop van Utrecht heeft Zondag 12 Juli j.l. in de kapel van_het Seminarie „Rijsenburg" te Driebergen de Ton suur toegediend aan de volgende Eerw. He ren Theologanten van voornoemd Seminan G J. Becker, J. M. Goes, A. W. Hansen, V. j Hendriks, P. H. L. van der Laan, G. C M. van Leer, B. H. J. Lokin, P. Th. Otten C J. M. Ottink, J. C. van Rooijen, H. G. J. Scholten, G. H. Schopman, J. W. J. van Soest, P. J. Soe - hof C. A. Stockmann, G. J. Terpstra, H. J. Timmer, A. A. M. Veldman, J. H. A. Vermeulen, G. w. H. A. van der Voort, A. A. J. Willigen- burg, L. Ch. B. Wüst en C. J. van Wijk; heeft op Zondag 19 Juli j.l. in de Kathedrale kerk te Utrecht het Subdiaconaat toegediend aan de volgende Eerw. Heeren Theologanten van het Groot Seminarie „Rijsenburg" te Drie bergen. C A. M. van Beek, J. G. Bomers, J. W. Bos, C. de Bruijn, G. C. Dijkers, A. M. Goossens, Th. G. ten Hagen, A. B. Hushof, C. J. M. Koch, A. B. Kolkman, Th. W. de Kruif, A. A. J. Kuiper, Th. A. van Leur, F. G. A. Nieuwe Weme, W. H. A. Pasman, J. E. H. van Renswoude, C. J. M. Rond, H. W. J. C. M. Scholtens, B. A. M. van der Steen, C. Veeger, R. A. Visser en W. G. Wol- ters; het Diaconaat aan den Eerw. Fr. Robertas ter Haar O. Cist. Ref.; en het Priesterschap aan de volgende Eerw Heeren Theologanten van het Groot-Seminarie „Rijsenburg": J. F F. Backer, A. A. Th. Benschop, J. G. Boeker, G. J. Braakhuis, H. B. Doodkorte, J. Th. M. Elfrink, H. M. M. Fortmann, F. A. Gilsing, R. H. F. Hegge, R. A. de Hosson, L. L. Lampe, A. W. B. H. J. Linthorst, A. J. J. M. Loman, A. G. de Meij, B. H. Meijer, S. Miedema, A. J. van der Nap, P. P. G. Pierik, M. Rondema, W. J. A. Ruyters, G. B. Sanders, C. F. J. Sand- kuijl, J. J. M. Schmand, J. P. Tondeur, A. M. Veldhuizen, G. P. Versteeg en G. J. A. Willemsen.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1936 | | pagina 5