Gildebroeders op gewijden
Kennemer grond
II
de stad
ST. BERNULPHUS DOOR
NOORD-HOLLAND
DE NEDERLANDERS IN
SPANJE
FRAUDE TE NIJMEGEN
DONDERDAG 23 JULI 1936
Hartelijke ontvangst bij pastoor
De Meulder te Heer Hugowaard
In de Abdij te Egmond
Voorzieningen omtrent
weerkorpsen
Het wetsontwerp beoogt de orde
en het staatsgezag tegenover
een ieder te handhaven
w
V
B.V.L.
De Spaansche gezant
treedt af
Oneenigheid met de nieuwe
regeering-G er al
LANDBOUW-BEDRIJF SR A AD
Voor Westelijk Noord-Brabant
EERSTE KAMER
De volgende week weer bijeen
Promotie te Leuven
Kanalenplan in Groningen
goedgekeurd
Kolonie in Barcelona is ongedeerd
Orde van het H. Kruis
790ste sterfdag van den Stichter
TAXI IN EEN WETERING
GERAAKT
Passagier met moeite gered
GEZONDHEIDSCONGRES
Op 2 en 3 October in de residentie
Geen audiëntie
Postvluchten
Burgemeester Steinweg licht de
kwestie in den Raad toe
DOOR TRAM GEGREPEN
Voetganger op slag gedood
Landbouwschuur afgebrand
Bij het zwemmen verdronken
Wat gewijzigd werd
De verandering in de spelling-
Marchant
DOOR STROOM MEE
GESLEURD
UIT DE STAATSCOURANT
Onderscheidingen
Rechterlijke macht
Raad van beroep
Burgemeesters
Eervol ontslag
ONDER DEN GROND
door Charles Fowley
(Van onzen speclalen verslaggever)
Waterland, West-Friesland, Ken-
nemerland hebben den leden van 't
St. Bernulphus Gilde op hun reis
door Noord-Holland de gewestelij
ke schoonheid van stad en land, het
eeuwenoud cultuurbezit, de schep
pingen van moderne architectuur
getoond. Het laatste bezoek gold
de heiligdommen van Kennemer-
land, Egmond en Heiloo, het her
stel en den wilskrachtigen weder
opbouw van wat in eeuwen werd
onteerd en met den grond gelijk
gemaakt.
Deze indrukken vergoedden veel
van den weemoed en teleurstelling,
welke de aanblik der ontluistering
in de oude kerken langs de Zuider
zee daags tevoren had gewekt.
De tocht van Enkhuizen naar Alkmaar voer
de de Gildebroeders dwars door het West.
Friesche land. Langs de machtige Drechter-
landsche zeewering ging de weg, waar aan den
Gelderschen hoek de robuste vuurtoren de
Ven zich verheft en waar men ononderbroken
geniet van den terugblik op het Enkhuizer
silhouet met den toren van St. Par.cras als
teekenend opstijgpunt, dat zijn verlengde vindt
in het boom- en torensprofiel van de
Streek. Bewonderend gingen de blikken naar
de heldere boerenbedrijven, schuilend in een
krans van dicht geboomte.
Te Andijk werd een oogenblik stil gehouden
om de opmerkelijke architectuur van de nieu.
we Gereformeerde kerk te bezien, welke stof
te over gaf tot lof, maar ook tot crltiek.
Voorbij Wervershoof verliet men der, zeedijk
en dwars door het weelderige land ging het
Westwaarts naar Heer Hugowaard.
Hier was het de kunstzinnige pastoor Ch.
de Meulder van St. Dionysius, zelf lid van
St. Bernulphus, die zijn Gildebroeders op
charmante wijze ontving. In de welvoorziene
bibliotheek van de?en waardigen herder stond
de koffie te geuren en nam pastoor de Meul
der te midden van zijn gasten plaats. De de
ken van het Gilde. prof. J. J. Henneman,
dankte den pastoor voor zijn hartelijke ont.
vangst, een hoofsche geste van dezen herder
van prelatenformaat, die herinnert aan de
oude prelaten van het nabije Egmond, óók in
de Benedictijnsche gastvrijheid.
Een kort bezoek werd nog gebracht aan de
parochiekerk van de H Familie, waar de ra
men van Han Bijvoet en het St. Jozefsbeeld
van Wim NijiS de aandacht der Gildebroeders
hadden. En ter afwisseling kon men. geïntro
duceerd door pastoor van Noort, een kijkje ne
men in de echte Noord-Hollandsche boerderij
van den heer P. van Langen, met haar etatigen
oprit, waar vooral de Zuidelijke pastoors veel
interesse toonden voor de inrichting van het
bedrijf. Ten huize van den heer J. van Langen
gebruikte men nog een kop koffie en bewon
derde er de fraaie Noord-Hollandsche kap en
het familiegoud van de vrouw des huizes.
Het Noord-Hollandsche kanaal, de imposante
tritsen der poldermolens, het ranke toren
spitsje van Ouddorp wezen den weg naar Alk
maar, de vaderstad van den deken van het
Gilde, die hier dan ook de bezielde gids was.
Langs den ouden Munnikenweg we°s prof.
Henneman het geaccidenteerde terrein, waar
vóór de reformatie het Carmelietenkiooster
heeft gestaan en de vermoedelijke ligging van
de legendarische stad Vrone.
In de stad was het natuurlijk de imposante
St. Laurens met haar ontzagwekkende ruimte
werking, die de ontroerde aandacht der Gilde
broeders genoot. Het Huis van Achten op het
oude Hof van Sonoy, de stichting uit een ge
mengd huwelijk, welke aan vier Katholieke en
vier Protestantsche mannen huisvesting biedt,
bleek eveneens de bezichtiging overwaard Een
lunch in Het Gulen Vlies en een rondrit door
de stad sloten hierbij aan.
De schoonheid van Kennemerland lag
thans voor de Gildebroeders open, de
schoonheid en de historie. Op de ruïne van
Slot Egmond bloeiden klaprozen boven het
blinkende water; helder dakenrood ?n de
frissche kleuren van metselwerk der nieu
we Abdij waren als het frisch ontluikende
leven zelf op den ouden grond. Geruimen
tijd toefden de deelnemers binnen haar
muren, waar de gastvrije Benedictijnen den
bouw verklaarden en buiten op het veld de
ligging van het verdwenen klooster uit
wezen.
Op den St. Adalbertsakker uitverkoren
plek tusschen de ruischende boomen, in de
landelijke stilte rondom dronken de Gilde,
broeders het water der bron, een kort bezoek
werd nog gebracht aan O. L. Vrouw tpr Nood
waarna de laatste rit voerde naar de Groote
Markt te Haarlem, waar aan een gemeenschap
pelijk diner bij Brinkmann, opgeluisterd door
carillonspel van de oude St. Bavo, de reisge-
nooten nog eenmaal bijeen zaten.
De Gildereis van St. Bernulphus door Noord-
Holland zal ongetwijfeld nog lang in de her
innering der deelnemers voortleven.
Aan de memorie van antwoord aan de Eerste
Kamer inzake het wetsontwerp houdende voor
zieningen omtrent weerkorpsen, is het volgende
ontleend:
De indiening* van de onderhavige wetsvoor-
dracht bij de Staten-Generaal is door het Ka
binet bevorderd, omdat het Kabinet als zoo
danig de voordracht in 's lands belang geboden
achtte. Indien verscheidene in de Staten-Ge
neraal vertegenwoordigde, politieke groepen te
voren op een ontwerp van deze strekking heb
ben aangedrongen, blijkt uit die omstandigheid
enkel, dat deze groepen de belangen van den
Staat op dezelfde wijze zien als de Regeering.
Deze overeenstemming van inzicht rechtvaar
digt echter in geenen deele de stelling, dat de
Regeering den wil dier groepen als richtsnoer
zou aanvaarden van haar handelen. Regeering
en volksvertegenwoordiging dragen ieder een
eigen, zelfstandig op te vatten verantwoordelijk
heid. De positie der regeering is met de woor
den van het verslag „slechts de mandataris van
de volksvertegenwoordiging" juridisch en feite
lijk onjuist geschetst.
Evenzeer onjuist is de stelling uit het verslag,
als zou de voorgestelde regeling geheel gericht
zijn tegen een bepaalde bevolkingsgroep, te we
ten de Nationaal-Socialistische Beweging in
Nederland.
Het wetsontwerp heeft ten doel de orde
en het Staatsgezag tegenover elk en een
iegelijk te handhaven; het heeft daarbij
geenerlei bepaalde bevolkingsgroep in het
bijzonder op het oog.
De z.g. weerafdeelingen dier beweging kun
nen niet op één lijn worden gesteld met de vrij
willige burgerwachten en den bijzonderen vrij-
willigen landstorm. Deze laatste organisaties
bezitten een a-politiek karakter en zijn uitslui
tend opgericht tot steun aan het wettig gezag.
Beide karaktertrekken ontbraken bij de weer
afdeelingen.
Het is wenschelijk, dat het verbod zich uit
strekt tot alle particuliere weerkorpsen in den
ruimsten zin des woords en niet beperkt blijve
tot particuliere gewapende corpsen.
De Regeering acht het alleszins verstaanbaar,
dat de rechter het dragen van roode tulpen in
een 1 Mei-optocht, waar zij duidelijk gebruikt
werden als onderscheidingsteekenen, gezien
de grootte en opvallende kleur, onder het uni
formverbod heeft begrepen. Het onzichtbaar
Waarom ontving
je me zoo koel, Peg
gy?
Je hebt me op
je reis veel te veel
ansichtkaarten en
veel te weinig
cheques gestuurd.
(Dublin Oninionl*
dragen van een uniform onder een overjas is
hiermede niet te' vergelijken.
Het toegezegde onderhoud tusschen den mi
nister van Justitie en zijn ambtgenoot van De
fensie ad interim inzake het karakter van den
bijzonderen vrijwilligen landstorm is sinds het
mondeling overleg over het wetsontwerp in de
Tweede Kamer gevoerd. Het resultaat van dit
onderhoud is, dat de beide ministers eenstem
mig van oordeel waren, dat de bijzondere vrij
willige landstorm, bedoeld door het Tweede
Kamerlid Duymaer van Twist, zoolang de daar
bij aangeslotenen niet zijn gekomen in werke-
ljjken dienst, niet valt or.der artikel 35 van de
Dienstplichtwet, art. 5, laatste lid, van de wet
voor het reservepersoneel der landmacht 1905
en art. 2, lid 1 onder d, van het Vrijwillige land-
stormbesluit. Deze is dus, onder die omstandig
heden, niet identisch met den bijzonderen vrij
willigen landstorm, bedoeld in laatstgenoemd
besluit, en behoort dan ook niet tot de weer
macht. Hij zal dientengevolge, bij aanvaarding
van het wetsontwerp, behooren onder art. 1 en,
indien overeenkomstig het derde lid van dat
artikel te zijnen opzichte voorwaarden worden
gesteld, aan die voorwaarden onderworpen zijn.
De Regeering acht dit laatste aanbevelens
waardig. Aan de getrouwheid aan het wettig
gezag van de bestaande organisatie twijfelt zij
voor het tegenwoordige niet in de geringste
mate. Zij meent echter, dat het wenschelijk is,
in het bijzonder nu alle andere particuliere
korpsen worden verboden, waarborgen in het
leven te roepen, dat de gehandhaafde organi
saties ook in de toekomst onder alle omstan
digheden de rechtmatige Regeering zullen
steunen.
Het ligt in het voornemen, de organisaties,
welke in stand worden gelaten, ook na haar
toelating van Regeeringswege bij voortduring in
het oog te houden.
De Spaansche Gezant te 's Gravenhage, Z.
Exc. J. M. Doussinague y Texidor heeft Maan
dag telegrafisch aan zijn regeering om zijn
ontslag verzocht. Als reden daartoe gaf de ge
zant op het verschil van> politiek inzicht tus-
scnen hem en het nieuwe ministerie-Geral. Het
ontslag is inmiddels verleend en de gezant
schapssecretaris F. Tredino treedt thans als
zaakgelastigde op.
Mien verwacht, dat. de heer Texidor binnen
kort naar Frankrijk zal vertrekken.
Bij K. B. is ingesteld een bedrijfsraad voor
het landbouwbedrijf in Westelijk Noord-Bra
bant.
De werkingssfeer van dezen bedrijfsraad
strekt zich uit tot de navolgende gemeenten:
Woensdrecht, Ossendrecht, Halsteren, Steen
bergen, Nieuw-Vosmeer, Dinteloord, Fijnaart,
Standdaarbuiten, Wouw, Oudenbosch, Zeven
bergen, Klundert, Hooge- en Lage Zwaluwe,
Willemstad en Terheijden.
Het aantal leden en plaatsvervangende leden
van den bedrijfsraad zal bedragen 12.
De Eerste Kamer zal Dinsdag 28 Juli a.s,
des avonds te half negen, bijeenkomen ter be
handeling van eenige kleine wetsontwerpen.
Voorts zullen Woensdag 29 Juli te elf uur
voormiddag aan de orde zijn o.a. het girowetje,
de beperking van den schuldenaftrek voor de
belasting van de doode hand en indien het
eindverslag tijdig zal zijn vastgesteld de ont
werpen inzake crediet voor werkverruiming en
industriefinanciering.
Vrijdag j.l. promoveerde aan de faculteit van
wijsbegeerte en letteren ,cler Universiteit te
Leuven tot doctor in de psychologische en pae-
dagogische wetenschappen de heer Th. A. M.
A. A. Schreurs, geboren te Maastricht, op
proefschrift: „La morphologie des mouvements
humains; l'apprentissage des mouvements ra-
pides et leur vitesse d'exécution pendant l'exer-
cice".
De promotie geschiedde met het praedicaat
„magna cum laude".
Provinciale Staten van Groningen hebben
Woensdagmiddag goedgekeurd het voorstel van
Gedeputeerde Staten, waarin de verbetering
voorgesteld wordt van verschillende kanalen.
De totaal-kosten bedragen 6.875.000, waar
van het Rijk maximaal ƒ4.750.000 voor zijn re-
keking neemt.
Naar wij vernemen is bij het departe
ment van Buitenlandsche Zaken bericht
binnengekomen, dat de Nederlandsche Ko
lonie in Barcelona ongedeerd is.
Van de Nederlanders in andere plaatsen
is nog geen bericht ingekomen.
18 Augustus van dit jaar zal het 700 jaar ge
leden zijn, dat de stichter van de Orde der
Reguliere Kanunniken van het H. Kruis, de
Zalige Theodorus de Celles te Clairlieu bij
Hoey stierf.
De Orde behoort dus tot de oudste religieuse
instellingen en is de eenige Groot-Nederland
sche Orde in den strikten zin van het woord.
Dit jubileum valt samen met een andere her
denking. Het College van het H. Kruis te
Uden, bestemd voor priesterstudenten van alle
richtingen, bestaat nu vijftig jaar. De oud
leerlingen van dit Instituut, waarvan het ge
tal in den loop der jaren tot 1800 is aange
groeid, hopen den lien Aug. in een reünie dit
jubileum in Uden plechtig' te vieren.
10 Sept. d.a.v. zal Z. H. Exc. Mgr. A. F.
Diepen, Bisschop van Den Bosch, een Pontifi
cale Hoogmis opdragen, waarna een receptie
op het college zal plaats hebben
In den namiddag zal men opvoeren een spe
ciaal voor dit feest geschreven Mysteriespel van
pater Jac. Schreurs M.S.C. „De Christusspeler'"
waarvan de regie berust bij Anton v. d. Velde.
i"
Woensdagmorgen passeerde een taxi uit Oss,
waarin behalve de chauffeur een passagier ge
zeten was, dp Wetering aan den Macharenschen
weg, toen de wagen plotseling slipte. De chauf
feur verloor de macht over zijn stuur, met het
gevolg, dat de taxi van den weg gleed en in het
diepe water terecht kwam. De autobestuurder
sloeg de ruiten van den auto stuk en wist zich
aldus uit het vehikel te bevrijden en aan den
kant te komen De passagier slaagde hierin niet.
Het personeel van de nabijgelegen gemeente
lijke bad- en zweminrichting snelde echter toe
en met vee] moeite gelukte het den kranigen
helpers den passagier van een wissen dood te
redden. De drenkeling had bloedende verwon
dingen aan hoofd en handen opgeloopen. De
taxi was ernstig gehavend en is later per takel
wagen gelicht en op den weg gebracht.
Het Nederlandsch Congres voor openbare ge
zondheidsregeling (gezondheidscongres) zal
worden gehouden op 2 en 3 October in Den
Haag.
In de vergadering van dit congres op 2 No
vember 1935 werd de laatste hand gelegd aan
de door verschillende omstandigheden noodig
geworden reorganisatie van dit instituut. Hier
door is een samenwerking tot stand gebracht
tusschen een groot aantal vereenigingen, die
zich elk op hun terrein bezighouden met de
overheidszorg op het gebied der volksgezond
heid. Als medebesturende vereeniging trad o. a.
ook toe de R. K. Nationale Federatie „Het Wit-
Gele Kruis".
Onder voorzitterschap van dr. N. M. Josephus
Jitta heeft het bestuur onmiddellijk de voor
bereiding van het volgende congres ter hand
genomen. Er zullen twee algemeene vergaderin
gen worden gehouden, terwijl daarnevens de
congressisten, verdeeld over twee secties, bijeen
zullen komen.
Op de algemeene vergadering van Vrijdag 2
October komt aan de orde: Is toezicht van
overheidswege op de inrichting van zieken
huizen gewenscht? Praeadviseurs dr. A. J. A.
Hogenhuis, directeur van het St. Joseph-zieken-
huis te Venlo, en dr. G. van der Reyden, direc
teur van het Binnengasthuis te Amsterdam.
Zaterdag 3 October zal in de sluitingsver
gadering worden behandeld: Is instelling van
woningcommissies (art. 24a Woningwet) nood
zakelijk? Praeadviseur jhr. M. J. I. de Jonge
van Ellemeet te Rotterdam.
De gewone audiëntie van den minister van
Financiën zal op Maandag den 27sten Juli e.k.
niet plaats hebben.
De Kwak is op de uitreis in Medan aangeko
men.
De Rietvink (thuisreis) is in Medan aange
komen.
Je wilde de
jongste dochter van
Valdor trouwen en
je bent verloofd met
de oudste?
Door den nood
gedreven. Haar va
der zei, dat eerst de
oudste trouwen
moest, anders kreeg
ik de jongste niet.
(Esauella)
In de Woensdagmiddag gehouden Raadsver
gadering heeft de burgemeester van Nijmegen,
de heer J. A. H. Steinweg eenige mededeelingen
gedaan over de zaak van den geschorsten com
missaris van politie Van der M.
De burgemeester deelde mede, dat hij vóór
de vervulling van de in 1933 ontstane vacature
van commissaris van politie een minutieus on
derzoek ingesteld heeft en zeer goede inlich
tingen heeft verkregen over den toenmaals
Haagschen commissaris.
Op grond van de verkregen inlichtingen heeft
de burgemeester den minister van Justitie ver
zocht den heer Van der M. als commissaris aan
de Kroon voor te dragen.
De bekend geworden frauduleuze han
delingen hebben de overheid zeer pijnlijk
aangedaan. Spreker zal hierover nadere in
lichtingen geven, als het onderzoek voor
den rechter-commissaris is beëindigd.
Spreker hoopte, dat de zaak tot volledige
klaarheid zou komen, ook met betrekking
tot de vraag, of er iemand aansprakelijk zou
kunnen worden gesteld wegens het geven
van misleidende inlichtingen over een sol
licitant voor een zoo belangrijke functie als
commissaris van politie.
Intusschen betreurt de burgemeester het ge
beurde in meer dan één opzicht. Niet het minst
voor het Nijmeegsche politie-corps, dat door
deze gebeurtenis wel pijnlijk is getroffen. Spr.
vraagt echter het volste vertrouwen voor het
politiecorps, dat meermalen getoond heeft vol
kómen voor zijn taak berekend te zijn.
De heer Gautsch zeide als oudste gemeente
raadslid, dat hij ervan overtuigd was, dat het
niet aan den burgemeester gelegen heeft, dat de
zaak zoo is afgeloopen. Spr. hoopte, dat met de
aanstelling van een nieuwen commissaris in
alle opzichten een goede keus zal worden ge
daan.
De burgemeester dankte den heer Gautsch
voor zijn woorden.
I
Woensdagmiddag om kwart voor vier is op de
Oost-Molenwerfbrug te Rotterdam een daar
wandelende voetganger door een motorwagen
van de Rottei damsche electrische tram gegre
pen en tegen den grond geslingerd. De man
kwam onder den wagen terecht en werd als
het ware doodgedrukt. Men moest den wagen
opvijzelen om het zwaar verminkte lijk er onder
uit te halen, een werk, waarmee men ruim een
half uur bezig was. Gedurende dezen tijd was
het tramverkeer gestremd. Het stoffelijk over
schot is overgebracht naar het ziekenhuis aan
den Cooisingel
Woensdagavond te ongeveer zeven uur is
brand uitgebroken in een groote schuur van den
landbouwer Droppert te Delfgouw. De schuur,
waarin 2500 rietmatten waren opgeslagen,
brandde geheel af. Het belendende woonhuis
kon, dank zij spoedig ingrijpen van de brand
weer uit Delft, behouden worden. De schade
wordt geschat óp drie a vier duizend gulden.
Woensdagmiddag is de 19-jarige J. B. R., die
op het vrije strand te IJmuiden aan het zwem
men was, waarschijnlijk doordat hij in een z.g.
„mui" is geraakt, verdronken. De jongeman
woonde op de kolenschuit „De Lastdrager",
welke in de haringhaven ligt. Pas toen hij op
het etensuur niet verscheen, vermoedde men
een ongeval.
t
Ter vergelijking van de nieuwe spelling-regels
met die van het vorige K. B., laten we hier
onder de redactie volgen van de z.g. spelling-
Marchant:
De leden 1, 2 en 3 zijn ongewijzigd.
Lid 4 luidde: De verbuigingsuitgangen „e"
en „en" van het lidwoord „een" van „geen" en
van de bijvoeglijk gebruikte bezittelijke voor
naamwoorden „mijn", „uw", „zijn", „hun",
„haar", mogen worden weggelaten, behalve in
staande uitdrukkingen als Hare Hoogheid, te
zijnen huize, waar deze uitgangen in de be
schaafde gesproken taal worden gehoord.
Lid 5 luidde: De naamvalsuitgang -n bij lid
woorden, voornaamwoorden, bijvoeglijke naam
woorden of daarmede gelijkstaande verbuigbare
woorden wordt behalve in staande uitdrukkin
gen, als onder 4 bedoeld, slechts gebruikt in
het enkelvoud bij de namen van mannelijke
personen en bü de namen van dieren, die uit
sluitend een mannelijk individu aanduiden.
Lid 6 luidde; Bij de voornaamwoordelijke
aanduiding van zelfstandigheden en bij het ge
bruik van genetiefvormen als der, dezer, des
richt men zich naar het beschaafde spraakge
bruik.
Woensdagmiddag omstreeks half twee is de
15-jarige J. S., wonende te Rotterdam, toen hij
te Scheveningen in zee aan het Noorderstrand
ter hoogte van het Groene Huisje aan het ba
den was, door den stroom meegesleurd, waar
door hij in levensgevaar kwam te verkeeren. Hij
werd gered door een drietal zwemmers, den
H., B. en M. S. was intusschen buiten bewust
zijn geraakt.
De Geneeskundige Dienst vervoerde den dren
keling naar het Roode Kruis Ziekenhuis te Den
Haag, waar hij is opgenomen.
Bij K.B. is benoemd tot ridder in de orde
van Oranje-Nassau H. Oberman, leeraar aan
de 2e gemeentelijke H.B.S. met 5-jarigen cur
sus te Rotterdam.
Bij K.B. is benoemd tot ridder in de Orde
van Oranje-Nassau F. P. M. van Cann, burge
meester van Helden, voorzitter van de plaatse
lijke commissie der eerste ruilverkaveling in
Limburg.
Bij K. B. van 7 Juli 1936 is toegekend de aan
de Orde van Oranje-Nassau verbonden eere
medaille in zilver, aan F. Eenhoorn, chef bij de
N. V. Ver. Kon. Papierfabrieken Van Gelder
Zonen, te Wormer.
Bij K B. van 17 Juli 1936 is benoemd tot
rechter in de arrondissements-rechtbank te Al
melo mr. G. H. A. Feber, rechter-plaatsvervan-
ger in de rechtbank te 's-Gravenhage.
Bij K. B. van 18 Juli 1986 is benoemd tot
rechter-plaatsvervanger in de arrondissements
rechtbank te Utrecht, mr. B. V. A. Röling, pri
vaat-docent aan de Rijksuniversiteite te Utrecht.
Bij K. B. van 18 Juli 1936 is benoemd bot
voorzitter van den Raad van Beroep (s.v.) te
Roermond, mr. H. L Hoogenhuls, substituut
griffier bij den Centralen Raad van Beroep.
Bij K. B. van 20 Juli 1936 zijn opnieuw be
noemd: met ingang van 15 Augustus 1936 tot
burgemeester der gemeente Bergeijk J. M. H.
Klardie; met ingang van 5 Augustus 1936 tot
burgemeester der gemeente Empel en Meerwijk
A. A. H. de Bekker; met ingang van 16 Augustus
1936 tot burgemeester der gemeente Etten en
Leur H. A. L Hamilton; met ingang van 15
Augustus 1936 tot burgemeester der gemeente
Vught mr. H. J. M. Loeff; met ingang van 1
Augustus 1936 tot burgemeester der gemeente
Castricum P- H. L. J. Lommen; met ingang van
4 Augustus 1936 tot burgemeester der gemeente
Schoorl S. G. L. F. baron van Fridagh; met
ingang van 13 Augustus 1936 tot burgemeester
der gemeente Poortvliet W Dronkers, secreta
ris van die gemeente; met ingang van 13 Augus
tus 1936 tot burgemeester der gemeente Tholen
mr. A. J. van der Hoeven; met ingang van 13
Augustus 1936 tot burgemeester der gemeente
Maam F. E. Everwijn Lange; met ingang van
1 Augustus 1936 tot burgemeester der gemeente
Amersfoort mr. J. C. Graaf van Randwijck; met
ingang van 16 Augustus 1936 tot burgemeester
der gemeente Het Bildt L. Poppinga; met in
gang van 4 Augustus 1936 tot burgemeester der
gemeente iSwalmen C P. F. M. Strens.
Bij K.B. is aan C. de Lorm, referendaris bij
het Departement van Binnenlandsche Zaken
op zijn verzoek met ingang van 1 October 1936
eervol ontslag als zoodanig verleend.
Bij K.B. van 20 Juli '36 is aan U. P. Cavalier op
zijn verzoek met ingang van 15 September 1936
eervol ontslag verleend als burgemeester der
gemeente Zwollerkarspel, met dankbetuiging
voor de langdurige diensten door hem als bur
gemeester bewezen.
30
Dichtbij het Ya-men was het geschreeuw nu
veel heviger geworden. Jacques vreesde dat de
dragers hen ergens in het centrum aan hun lot
hadden overgelaten om zich bij de oproerige me
nigte te voegen, maar toen hij het gordijn ter
zijde duwde, zag hü, dat zij zich reeds aan het
begin van de straat bevonden, die naar de be
graafplaats leidde. Onmiddellijk sprong hij op
den grond en hielp de twee vrouwen bij het uit
stappen. Vervolgens beval hij den dragers weer
naar het Ya-men terug te keeren. Voordat zij
verder gingen, wachtte Jacques tot de Chinee-
zen verdwenen waren.
DE CATASTROPHE
Toen zij er zeker van waren, dat zij niet be
spied werden, gingen zij naar het einde van de
straat en drongen de duistere begraafplaats bin
nen. Daar hoorden zij het rumoer van de op
roerige massa, eerst nog slechts heel vaag en
ten slotte drong geen enkel geluid meer tot hen
door. Hoewel er van tijd tot tijd op hun weg
kleine lamoen hingen, stak Jacaues toch ziin
lantaarn aan en blies één voor één de lampen
achter hen uit, om een eventueele achtervol
ging te bemoeilijken. Hun tocht langs al die
kisten was een ware nachtmerrie. Een vochtige
warmte en een onaangename damp stegen uit
dezen enormen grafkelder op en werden bijna
ondraaglijk. Evelyne en Ninette liepen angstig
dicht bij elkander, hun oogen strak op het krin
getje licht gevestigd, dat de dansende lantaarn
fantastisch over al die kisten wierp. De zachte
stappen der vluchtelingen verstoorden de stilte
van de begraafplaats niet. Dikwijls bleven Eve
lyne en Janine echter bevend staan bij het ge
ritsel van rattten, die voor hun voeten wegsto
ven. Ook werden zij soms plotseling opgeschrikt
door een vleugelslag, afkomstig van een haan,
welke stevig aan een kist was vastgemaakt om
de booze geesten te verdrijven. „Welk een groot
contrast is er tusschen de wreedheden en de
kwellingen voor de levtenden en de vereering voor
de dooden!" dacht Bermond. Hoe verder zij
doordrongen, hoe dichter de duisternis werd, de
stilte was angstwekkend en benauwend. Jac
ques meende een oogenblik, dat hij zich vergist
had en reeds voorbij de trap was gegaan, doch
op hetzelfde moment werd deze voor hen zicht
baar. Terwijl mevrouw Stone evten uitrustte, gaf
Bermond de lantaarn aan Janine en verplaatste
verscheidene kisten, die hun de doorgang be
lette. Daarna nam Bermond de lantaarn weer
over en ging de twee vrouwen voor, de trap op.
De treden waren in de rotsen gehouwen en ble
ken zeer vochtig en glibberig te zijn, waardoor
het stijgen zeer vermoeiend was. Een ijzeren ket
ting was echter langs dén muur vastgeklonken
om het loopen eenigszins makkelijker te maken.
Na eenigen tijd kwamen zij aan een portaal, dat
door een kijkgat uitzicht gaf over de Chineesche
stad. Hoewel zij nog niet zeer hoog geklommen
waren, kon Jacques toch de lage huizen en de
blauwe dakten der tempels overzien. Het gezicht
op deze dichtbevolkte grot was zóó wonderlijk,
dat Jacques ondanks het gevaar stilstond en toe
keek. Het schreeuwende volk wemelde om het
paleis heen en uit alle straten stroomden nog
steeds Chineezen naar het Ya-men toe. De zo
nen van het Hemelsche Rijk moesten wel zeer
woedend zijn om zoo te keer te gaan. De solda
ten stondten nu voor het gebouw, hun verschrik
kelijke wapens klaar voor den aanval, maar zij
schenen hun moed te verliezen op het zien van
zooveel dreigende armen, waarbij nog steeds
nieuwe kwamen. Het geschreeuw dat steeds in
sterkte toenam, geleek nu op 't loeien van een
stormachtige zee ten boven alles uit kon Jacques
soms een kreet onderscheiden: „Yang kouel-
Tze! Yang Kouei-Tze! (Duivelsche vreemde
lingen!)"
Uit de woedende kretten maakte Bermond op,
dat de Chineezen bang waren voor de Yankee
spionnen, die zich in hun stad verborgen. Het
geheim van hun aanwezigheid was nu tot het
heele volk doorgedrongen. De oproerige massa
omringde het paleis, om te verhoeden, dat de
blankten hun konden ontsnappen en op woeden
den toon riepen allen om den gouverneur en
sommeerden hem, de blanken uit te leveren.
„Tao zal wel niet in staat zijn, te verschij
nen," dacht Jacques, „en het volk durft de deu
ren van het Ya-men niet forceerten! Dat zal ons
nog wel wat tijd laten, maar toch moeten wij
zoo gauw mogelijk in een steengroeve zien te
komen!" Jacques keek zoo ongerust, dat Evelyne
en Ninette hem niet durfden vragen wat hij ge
zien had en verder gingen zij maar weer, de
trap op. Evelyne werd zeer snel moe. Zoodra zy
aan een tweede portaal kwamen, moesten zij op
nieuw rusten om haar in staat te stellen, ver
der te gaan. Van daaruit was het gezicht op het
geheimzinnige onderaardsche Kowa nog aan
grijpender en fantastischer. Bermond zag onder
een damp van stof en rook een roodachtigen
afgrond, vol lantaarnlichtten, bont gekleurde uit
hangborden en vlammen van fakkels. De menig
te krioelde dooreen. Allen snelden nu naar het
Ya-men. De soldaten waren waarschijnlijk ge
vlucht of gedood en een hagel van steenten viel
tegen de muren en op het huis. Eenige groepen
waren reeds op de binnenplaats doorgedrongen
ten hadden de deuren geopend met de wapens,
die zij waarschijnlijk uit de handen van de sol
daten hadden gerukt. Een woeste bende kwam
uit het paleis ten sleept Tao achter zich aan.
Op dat gezicht verdubbelde het gejouw en ge
schreeuw, de oproerlingen beschuldigden hem
van verraad! Met een geweldigen kreet schtenen
alle Chineezen, die voor het paleis stonden, zich
op Tao te werpen, maar Bermond had den tijd
niet om te zien wat er met hem gebeurde. Op
hetzelfde oogenblik klonk er een dof gerommel
in den grafkelder. „Zouden die beesten ons reeds
op het spoor zijn?" vroeg Jacques zich angstig
af. „Zouden zij met wapens in den grafkelder
durven dringen?" Onder de blikken van Eve
lyne en Janine deed hij een poging om zijn
kalmte te bewaren ten zei: „Er is geen oogen-
blikkelijk gevaar, laten wij verder gaan!"
Evelyne en Ninette klommen uit 't eerst naar
boven. Bermond trok zijn revolver en verborg die
in zijn mouw, voordat hij de vrouwen volgde.
Plotseling voelde hij den grond onder zijn voe
ten 'bewegen. Instinctmatig trachtte hij zich
aan dten muur vast te grijpen. Hij had het ge
voel, dat ook de muur heen en weer bewoog i
Een vreeselijk rumoer steeg op uit de onderaard
sche stad, onmiddellijk gevolgd door het gewel
dig lawaai van een instorting. „Zouden zij ©en
mijn hebben laten springen om ons den terug
tocht te beletten?" vroeg Jacques zich af, ter
wijl hij weer naar het kijkgat sprong om te zien
wat er gebeurd was. Door een dikke verstikken
de wolk van stof zag hij eerst niets. Toen dit
stof weer eenigszins gedaald was, zag Jacques,
dat een deel van de grot was ingestort en men-
sch'en en huizen had verpletterd. Het volk, dat
koortsachtig opgewonden en rumoerig was ge
weest, werd plotseling stil en stond onbeweeg
lijk van dten schrik. Ninette en Evelyne riepen
Jacques zachtjes. Hij voegde zich bij hen en
vond hen gezeten op de tredten van de trap.
Bevend vroegen zij: „Wat gebeurt er? Wat was
dat voor een geluid? De trap scheen onder onze
voeten te bewegen!" „Dat gevoel had ik ook, het
schijnt nu afgeloopen te zijn. Ik denk, dat zij
den mijn hebben laten springen om hun grot
dieper te maken, of om een nieuwe gang te bre
ken. Natuurlijk hebben zij geen voldoende voor
zorgsmaatregelen genomen en nu is een enorm
stuk rots op hun huizen gestort! Dit is een af
leiding, die voor ons gunstig is!" Zii vervoleden
hun weg zonder op te houden, maar vorderden
steeds langzamer. Bermond zuchtte van onge
duld en keek steeds achter zich, om te ziten of
de Chineezen hen niet volgden. Het was drin
gend noodig, dat zij nu een groeve bereikten;
op den vlakken grond zou mevrouw Stone vlug
ger vooruit komen, en dan hadden zij minder
kans om ingehaald te worden.
Eten uitroep van Ninette kondigde den ingang
van een galerij aan. Snel volgden zy dezen door
gang. Evelyne scheen weer nieuwe krachten te
hebben gevonden en Jacques had hoop, nu
sneller vooruit te kunnen komen. Opeens wer
den zij een wending gewaar en stonden voor een
viersprong, zooals Ninette reeds gedurende haar
nachtelijken tocht had geziten. Bij dezen vier
sprong openden zich verscheidene wegen in de
rotsen, alle precies gelijk aan de gang, waaruit
zij kwamen! Welken weg moesten zü volgen?
Besluiteloos bleven zij staan. Hoe konden zij
gissen, welke weg naar het licht en den blauwen
hemel zou leiden? Welke gang moesten zij ver
mijden, om niet weer terug te keeren naar de
verstikkende duisternis van de Chineesche hel?
Op dat oogenblik drongen de woeste kreten van
tienduizenden stemmen uit de onderaardsche
stad tot hen door. Het waren afgrijselijke kreten,
die zoo dichtbij leken, dat Evelyne en Ninette
er van rilden. Haar oogen vol wanhoop, keken
zij om beurten naar Jacques ten naar de groote
gaten, die de galerijen aanwezen.
(Wordt vervolgd.)