Herdenking van Jhr. van Nispen De vloot in Indië De baconkwestie DR. A. L RUTGERS OVER SURINAME DUBBELGANGER STUDIE-BOEKEN VRIJDAG 21 AUGUSTUS 1936 Viering eeuwfeest van den Gezellenvader op 6, 12 en 13 September te Amsterdam Mgr. Huibers aanwezig Volgens de Javabode zou de uitbreiding belangrijk minder zijn dan het plan was Feestcongres der K.J.V. te Breda Het oordeel van den oud-gouverneur De luchtvaart Oost-Indië Een Koningin Astrid- boulevard Herdooping van den Zuid-boule vard te Noordwijk CONFLICT VOORKOMEN Aan de stalen ramenfabriek Beha te Den Haag De meisjesreizen met de „Slamat" 10^-50% KORTING H. BERKELOUW De kwestie Brouwer- Mussert Interviewer dient een klacht wegens smaad in Hoogleeraren Belastingen DE WIJZIGING VAN DE SPELLING Staatscommissie op breeden grondslag gewenscht Thans geldende regeling heeft tot prijsverlaging en concentratie der productie geleid OPENING RIJWIELPAD MONSTER—TER HEIJDE DARMZIEKTE TE AMBT- HARDENBERG Reeds één geval met doodelijken afloop M.s. „Manoeran" spoedig hersteld UIT DE STAATSCOURANT Roode Kruis i DE s==== door Victor Bridges Zooals reeds bekend staat de maand September voor heel Katholiek Neder land, en voor Amsterdam in het bij zonder in het teeken van de Van Nis- penherdenking'. Op 16 Augustus j.l. toch was het 100 jaar geleden, dat Jhr. Hu- bertus van Nispen tot Sevenaer, de eerste-Centraal-President en de groote pionier van het Gezellenwerk in Neder land, werd geboren. Het hoogtepunt van de viering is bepaald op Zondag 13 Sep tember, in tegenwoordigheid van Z. H. Exc. Mgr. J. P. Huibers, bisschop van Haarlem. Wij laten hieronder het volledig pro gramma voor 6, 12 en 13 September volgen. De viering op Zondag 6 September is meer speciaal voor het district Amsterdam. Om 12 uur komt men bijeen op het kerkhof St. Barbara voor de jaarlüksche van Nispen-herdenking. Alle leerlingen, gezellen, gehuwden en patroons van Amsterdam I en alle gezellen-leden der overige afdeelingen worden hier verwacht. Het moet een massale be tooging worden van het District eri 'n machtig défilé langs het graf van den eersten Centraal- President. 's Middags drie uur: wordt de Historische tentoonstelling van Praeses Van Nispen in het gebouw Stadhouderskade 55 geopend. Van 7 uur af is er toegang voor iedereen, tevens bestaat er gelegenheid om de gerestau reerde zalen van het gebouw en het machtig groote werkobject, dat onze werkloozen van Amsterdam hebben tot stand gebracht, te be zichtigen. Op de tentoonstelling ziet men photogra- fieën, teekeningen, statistieken, grafieken, of- ficieele stukken, jaar voor jaar van de groot- sche ontwikkeling van het Gezellenwerk, te beginnen 1868, tentoongesteld. Het middelpunt van de tentoonstrVmg vormt het Van Nispen- monument. Zaterdag 12 September wordt het Senioren- Congres gehouden. Zondag 13 September is de groote her denkingsdag. Te acht uur H. Mis en Alg. H. Communie voor Senioren in de St. Juffrouw, zijn l zes Juffrouw, de postzegels van centen nog altijd niet afgeslagen? (Pmir les .Tennesl De „Java-bode" bericht het volgende: De tegenspraak van Aneta-Holland op die geruchten, vermeld in de Indische Courant en het Soer. Handelsblad, als zou de minister van Defensie afgezien hebben van de uitbreiding der vloot in Ned. Indië, is naar de letter juist, doch doet niet af aan het feit dat Indië voor de vloot belangrijk minder krijgt dan oorspron kelijk was aangenomen. Volgens het plan van minister Deckers zou den boven het bestaande minimum van een kruiser, vier jagers en zes onderzeebooten, nog gebouwd worden twee kruisers, acht jagers en twaalf onderzeebooten, terwijl twee flottielje leiders en een aantal onderzeebooten, te bou wen voor de verdediging in Nederland, ook voor Indië zouden worden bestemd. Bovendien zou de zeemacht 72 groote vliegtuigen krijgen. Met het oog op de moeilijkheden inzake personeelsvoorziening voor den nieuwbouw, krijgt Indië echter twee jagers, zes onder zeebooten en twaalf groote vliegtuigen min der, terwijl ook afgezien is van den bouw van een tweede flottielje-vaartuig. De vermindering met twaalf vliegtuigen houdt verband met het feit, dat de luchtvaart voor het leger een aantal bommenwerpers meer krijgt. De bouw van een nieuwen kruiser, ter ver vanging van een der oudere, waarvoor de „Su matra" zou worden aangewezen (terwijl de „Java" gemoderniseerd zou worden) gaat niet door. Hubertus Kapel, waarna gemeenschappelijk ontbijt. Te half twaalf Pontificale K. Mis in de St. Willibrorduskerk aan den Amstel- dijk, op te dragen door Z. H. Exc. Mgr. J. P. Huibers, Bisschop van Haarlem. Des middags drie uur massale feestelijke bijeenkomst in Carré. De H. Mis, waarmede Zondag het feestcongres van Bouvigne wordt ingezet, zal worden opge dragen in de St. Jozefkerk, Ceresstraat te Breda en niet op Bouvigne zooals in het pro gram is aangegeven, om half twaalf. In de serie „Bekende Nederlanders voor de Phohi.microfoon," heeft Donderdagmiddag de oud-gouverneur van Suriname, Staatsraad dr. A. A. L. Rutgers, in een tweegesprek een en ander medegedeeld over „West- en Oost- Indische herinneringen en perspectieven". Dr. Rutgers merkte op, dat Suriname ook thans nog een zéér moeilijken tijd doormaakt. Op de vraag, of men dien tijd te boven zal ko men, antwoordde de oud-gouverneur, dat hij wel hoop heeft dat men de moeilijkheden te boven zal komen, al zal dit niet zonder gou- vernementssteun kunnen zijn. Naar zijn mee ning is de groote moeilijkheid, om den kostprijs voldoende te verlagen, iets, waarin men reeds een heel eind geslaagd is. In de West, aldus Dr. Rutgers, heeft men met dezelfde factoren rekening te houden, wel ke zich ook voor andere streken van de wereld laten gelden. De wereldmarktprijzen voor kof fie en suiker zijn zóó laag, dat de West daar voor niet werken kan. En daarom is het noo- dig, dat getracht worde, de kostprijzen zoover mogelijk te verlagen, en intusschen te trach ten met financieelen steun van Nederland het hoofd boven water te houden. De zoo nu en dan vernomen meening, dat Nederland niet genoeg voor de West zou doen, deelt de heer Rutgers persoonlijk niet. Hü lichtte dit nader toe en merkte hierbij up, dat Nederland in deze eeuw tientallen millioenen op de West heeft toegelegd, en dat het ook thans voor de koffie en de suiker veel meer doet dan in de Oost. Antwoordende op de vraag, of hij geloofde, dat het Nederlandsche kapitaal in de West meer zou kunnen doen, gaf Staatsraad Rut gers te kennen, dat er tot heden slechts zeer enkele objecten vallen aan te wijzen, waar voor het Nederlandsche kapitaal zich kan in teresseeren. Z.i. zijn er enkele perspectieven op het gebied van goudwinning. Ten aanz'en van de bakoven-cultuur staat de zaak er echter anders voor. Deze cultuur, aldus de spreker, laat zich hoopvol aanzien en toont ongetwij feld geen ongunstige perspectieven, al durft men op de voorloopige resultaten der proef velden nog niet in het groot te begirr.en. Over het vliegverkeer, niet alleen, op Cura cao, doch in de geheele West, liet de oud- gouverneur zich zeer enthousiast uit. Het vliegverkeer heeft in dergelijke gebieden met groote afstanden een gróóte toekomst. De K.L.M. verricht er pioniersarbeid. Dr. Rutgers verwacht op den duur voor Cu racao verdere uitbreiding. In Suriname, dat thans wordt aangedaan door de watervlieg tuigen van de Pan American Airways zal zich z.i. op den duur ook een locaal luchtverkeer moeten ontwikkelen. Terreinen, om vliegvelden aan te leggen, zijn er voldoende, voo- land- vliegtuigen op de savannes, voor watervlieg tuigen op de rivieren. Voor de zegenrijke werking van de Missie in de West. heeft dr. Rutgers allen lof. Voor het aankweeken van het saamhoorigheidsgevoei en de verbreiding der Nederlandsche cultuur en taal, heeft zij bijzonder veel gedaan. Men heeft er alle soorten van bevolking tot één Neder landsche taalgemeenschap samengebracht. Dr. Rutgers is van meening, dat er nóg veel werk te doen is. Als voorbeeld noemde hij dat van de 18.000 boschnegers er nog slechts 2 3000 gedoopt zijn. Ook over Oost-Indië gaf Staatsraad dr. Rut gers eenige meeningen. Op de vraag, hoe hij de toekomst van Indië inziet, bezien uit een economisch oogpunt, antwoordde de oud gouverneur, dat hij die gunstig voor een niet verre toekomst inziet. In de Oost, aldus dr. Rutgers, heeft men den toestand gesaneerd. In de West is dit ge schied door sterke bezuiniging op de lands- uitgaven, doch ook in het bedrijfsleven Als sprekend voorbeeld hiervoor gaf dr. Rutgers aan, dat de kostprijs van de koffie ge.lurende de laatste zes jaren is teruggebracht tot de helft of minder dan de helft. De West heeft zich, zoover als mogelijk is, aangepast Reden tot wanhopen in de koffie is er niet, al werkt men nog steeds met verlies. De toekomst voor Suriname ziet de heer Rutgers vooral hierin, dat men geleidelijk meer komt tot een bevolking, welke selfsupporting is voor de eigen behoeften en daarnaast produc ten voor de wereldmarkt levert. Ten aanzien van de kolonisatie merkte spr. op, dat hij in de West voor „nieuwe" Nederlan ders in het algemeen geen toekomst ziet: géén kolonisatie dus. In allen eenvoud had Donderdagmiddag om half drie te Noordwijk de herdooping van den Zuid-boulevard in „Koningin Astrid-boulevard" plaats. Er waren bijna geen officieele personen ter plaatse, daar op verzoek van den burge meester van Noordwijk, drs. J. B. V. M. J. van de Mortel, aan deze plechtigheid zoo min moge lijk ruchtbaarheid was gegeven. Aan het straatnaambordje was een achter grond in blauw en zilver gegeven in den vorm van twee zuilen en daartusschen een vlak in gothischen vorm. Het geheel was versierd met agriaten en gladiolen, terwijl bovenin een ster van Bethlehem prijkte. Daarboven wapperden de vlaggen van België en Zweden, benevens onze nationale driekleur en de Noordwijksche vlag. De burgemeester van Noordwijk hield een korte, gevoelvolle rede, waarin hij vooreerst zijn diepe erkentelijkheid betuigde aan de beide zaakgelastigden van België en Zweden, die aan de uitnoodiging om hier aanwezig te zijn ge volg hebben gegeven. Spreker wist zexer te han delen in den geest van Z. M. den Koning der Belgen om deze plechtigheid zoo eenvoudig mogelijk te doen plaats hebben. Nog negen dagen scheiden ons slechts van het tijdstip, waarop voor een jaar H. M. Koningin Astrid van België het slachtoffer werd van een auto- ongeval. Deze droeve tijding heeft overal in de wereld een bijzonder diepen indruk gemaakt en niet in het minst in ons land, waar een zoo groote sympathie voor het Belgische konings huis heerscht. In Noordwijk was de indruk van dit droeve bericht wel heel groot, daar wij den De opeenvolgende regelingen hebben dus, naar het oordeel van den minister, zoowel tot een verlaging van den prijs als tot een concen tratie van de productie geleid. Intusschen volgt hij nauwgezet de geheele situatie, in verband met de verdere maatregelen, die hij zal moeten nemen, wanneer de huidige overeenkomst op 31 October as. eindigt. Hij zal dan overwegen, in hoeverre het mogelijk is voort te gaan op den ingeslagen weg van verdere verlaging van den prijs en concentratie van het bedrijf. De minister heeft den heer S. Zwanenberg, commercieel adviseur van het college van re- geeringscommissarissen, m zake de bacon nim mer geraadpleegd in verband met de bijzondere positie, welke deze in dat bedrijf inneemt. In het onderhavige geval heeft de minister zulks dus ook niet gedaan. Aangenomen mag wor den, dat de leiding van het bedrijf, waarmede de heer Zwanenberg is verbonden, hem heeft medegedeeld, dat bü de fabrikanten onderling het plan bestond een schadevergoedingsregeling te treffen. Uiteraard is het gewenscht, dat het vertrou wen in de doeltreffendheid der crisismaatrege len zoo groot mogelijk is. De minister tracht dit zooveel mogelijk te bevorderen. Opheffing van iedere bemoeienis met den uitvoer van bacon kan niet in overweging wor den genomen, omdat dit het in stand houden van den uitvoer van bacon in gevaar zou bren gen en het wegvallen van deze afzetmogelijk heid een groot nadeel voor den landbouw zou beteekënen. Een baconregeling, waarbij teelt regeling, qualiteitscontróle, heffing en toeslag regeling worden behouden, brengt gelijksoortige moeilijkheden van uitvoering mede als de thans geldende regeling. vorigen zomer iederen dag de kinderen van H. M. Koningin Astrid aanschouwden. Hierna nam de vertegenwoordiger van België, de eerste secretaris van het gezantschap te Den Haag, baron Van Bogaerde ter Bi'ugge, het woord, die zijn hartelijken dank betuigde voor het herdoopen van den Zuid-boulevard in „Ko ningin Astrid-boulevard". Spr. gaf uiting aan de groote waardeering van het Belgische volk voor deze sympathieke geste, deze hoffelijke beslissing van Noordwijks gemeenteraad, welke inderdaad den innigen wensch toont, om den naam van de dierbare koningin Astrid te doen voortleven en getuigt van het groote medeleven, dat het vorig jaar alom tot uiting kwam. Voor deze kiesche attentie zegde spr. namens al zijn landgenooten hartelijk dank. Als laatste spreker trad de heer Wendel, als vertegenwoordiger van den Zweedschen gezant, naar voren. Spr. memoreerde dat gelijk in Bel gië, in Zweden, het vaderland van H. M. Ko ningin Astrid, de ontroering en verslagenheid op dien ongeluksdag zeer groot waren. De bur gemeester heeft hier zoo juist op treffende wijze onder woorden gebracht wat Noordwijk voor deze sympathieke vorstin voelde en Zweden zal dit diep bewijs van groote genegenheid op zeer grooten prijs stellen en zeer waardeeren. Hierna nam de burgemeester het doek, dat het straatnaambordje bedekte, weg, waarmede deze ontroerende en indrukwekkende plechtig heid was geëindigd. Bij den Rotterdamschen Lloyd is van den kapitein van de „Slamat" het volgende telegram ontvangen „Na een zeer geslaagd bezoek aan Rothesay gingen de meisjes aan boord. Bij het vertrek van d'e „Slamat", hetwelk des namiddags om zes uur plaats vond, werden er saluutschoten gelost. Alles wel." in gebruik aan H.B.S., Gym nasia e.a. inrichtingen van onderwijs leveren wij met GARANTIE: De boeken mogen eerst door H.H. Leeraars gekeurd wor den. U behoeft ons dus pas te betalen na goedkeuring, dus in September of October a.s. Zichtzending door geheel Nederland Boekhandel en Antiquariaat, ROTTERDAM. Pompenb.singel 25, Tel. 13071 SCHEVENINGEN Veurnschestr. 16. Tel. 556696 De heer A. M. Brouwer, hulpprediker te Hee renveen, die in de Groene Amsterdammer van den 18den Juli j.l. een veel besproken verslag deed van zijn bevindingen bij een gesprek, dat hij eenige maanden geleden in zijn qualiteit van secretaris der Referendum-Commissie van de Groene had met den heer Mussert, leider der N. S. B., heeft thans bij den Officier van Justitie te Utrecht zoowel tegen den heer Mus sert als tegen de redacteuren van „Volk en Va derland" een strafklacht ingediend wegens smaad resp. smaadschrift. Hij deed dit naar aanleiding van een door den heer Mussert aan een redacteur van het Utrechtsch Dagblad toegestaan interview, waarin hij de door den heer Brouwer in de Groene gedane mededeelingen „volmaakt ver zonnen", „gelogen", „volmaakt uit den duim ge zogen" e.d. heeft genoemd, resp. van een in „Volk en Vaderland" van den 24sten Juli 1936 opgenomen artikeltje, waarin soortgelijke qua- lificaties voorkwamen, waardoor de heer Brou wer, die bij herhaling verklaard heeft voor de juistheid zijner mededeelingen onvoorwaarde lijk in te staan, zich in zijn eer en goeden naam aangetast acht. Bij K. B. van 15 Augustus 1936 is voor den tijd van vijf jaren benoemd tot militair com missaris van het Ned. Roode Kruis de heer or. H. J. Douma, gepens. res. dir. officier van gez. 2e klasse te Groningen. Bij K. B. van 15 Augustus 1936 is benoemd tot gewoon hoogleeraar in de faculteit van godgeleerdheid aan de rijksuniversiteit te Utrecht om onderwijs te geven in de He- breeuwsche taal- en letterkunde, de uitlegging van het Oude Testament, de geschiedenis van den Israèlietischen godsdienst en de Israëlie- tische oudheden: dr. J. de Groot, thans gewoon hoogleeraar aan de rijksuniversiteit te Gronin gen, onder toekenning van eervol ontslag als hoogleeraar aan de rijksuniversiteit te Gronin gen. Bij K. B. van 15 Augustus 1936 is benoemd tot gewoon hoogleeraar in de faculteit der wis- en natuurkunde aan de rijksuniversiteit te Lei den om onderwijs te geven in de artsenijbereid- kunde met inbegrip van de pharmaceutische chemie, alsmede in de vergiftleer dr. J. J. Lijnst Zwikker, gemeente-apotheker te Rotterdam. Bij beschikking van den minister van Finan ciën is de ontvanger dSr directe belastingen, enz. A. Goossen verplaatst van het kantoor Hilvarenbeek naar het kantoor Heinkenszand en de ontvanger der directe belastingen, enz. M. H. de Roo van het kantoor Wamel naar het kantoor Appingedam. Hiervan luidt het programma: 1. Verwelko ming. 2. Rhythmisch-Dynamische Tableaux; Godsdienstzin; Arbeidzaamheid; Eensgezind heid en Vroolijkheid; 3. Herdenkingsrede; 4. V. Nispen-huldiging als Rhythmisch-Dynamisch tableau; 5. Toespraak Mgr. J. P. Huibers. Om vijf uur is er gelegenheid tot middag maal in het Coöperatief Restaurant aan het Molenpad, waarvan van 5 tot 11 uur er gelegen heid is om de tentoonstelling te bezichtigen. Het dagelijksch bestuur van de Nationale vereeniging voor orde en eenheid in de schrijf taal (voorzitter: prof. mr. B. M. Taverne; se cretaris: H. A. Hoeweler, Botticellistraat 7, Amsterdam-Z.), deelt ons, naar aanleiding van het K. B. van 18 Juli 1936 inzake de regeling van de schrijfwijze der Nederlandsche taal mede, dat zij blijft aandringen op intrekking van de Koninklijke Besluiten van 1934 en het instellen van een Staatscommissie op breeden grondslag, welke in samenwerking met een Bel gische commissie eventueel voorstellen zal doen tot wijziging van de spelling en ter formulee ring van de voorschriften voor de verbuiging en de voornaamwoordelijke aanduiding, c.q. vervanging, welke beantwoorden aan de eischen van het hedendaagsche taalgebruik in al zijn schakeeringen. Opdat het daartoe kome, zal de vereeniging haar actie voortzetten en uitbreiden. Het bestuur geeft de hoop niet op, dat de Re geering de fouten van 1934 zal herstellen. De Minister van Landbouw en Visscherij heeft geantwoord op vragen van het R. K. Tweede Kamerlid Van der Weijden betreffende een onderlinge afspraak, welke door baconfa- brikanten zou zijn gemaakt bij een inschrijving voor de baconbereiding en het nemen van maat regelen tot opheffing van de baconregeling: Het was den minister bekend, dat twintig baconfabrieken, n.l. zestien particuliere en vier coöperatieve, vóór de nieuwe inschrijving, welke in Juli plaats vond, onderling overleg hebbr.n gepleegd. Nadien is den minister het resultaat van dit overleg gebleken. De minister wil vooropstellen, dat hij sinds zijn optreden er naar gestreefd heeft eenerzijds de kosten, verbonden aan de baconbereiding, te verlagen, anderzijds een saneering van deze industrie, waarin een belangrijke overcapaciteit bestaat, te bevorderen, omdat concentratie van de slachtingen in enkele fabrieken uiteindelijk tot een daling van den kostprijs per eenheid zal moeten leiden. Hij heeft daarom in het laatst van het vorig jaar het bestaande bacon- contract opgezegd en in plaats daarvan een gemeenschappelijke inschrijving gehouden onder alle fabrikanten. Bij de inschrijving in Juli zat de bedoeling voor om de gemeenschappelijke inschrijving te vervangen door een individueele inschrijving, waarbij dezerzijds eenige bijzondere waarbor gen werden getroffen om 1. te verhinderen, dat de verwerking plotse ling in handen zou komen van enkele grootere fabrieken, hetgeen tot sluiting en kapitaalver lies voor de overblijvende kleinere fabrieken, met de daaraan verbonden werkloosheid, had moeten leiden, en 2. een uitzonderingspositie te scheppen voor de van landbouwkundig standpunt sociaal be langrijke coöperatieve fabrieken. Het resultaat van deze inschrijving is ge weest, dat de prijs weder verlaagd is, n.l. tot 2.60 per 100 K.G., en dat van de zestien bo vengenoemde particuliere fabrieken zeven zijn gesloten. Aan de hand van de cijfers, die een uitvoerig onderzoek van den crisis-accountantsdienst heeft opgeleverd, is gebleken, dat, indien in den laat- sten tijd geen zeer groote bezuinigingen zijn ingevoerd, deze prijs niet voldoende is om de productiekosten der gezamenlijke fabrieken bij de tegenwoordige bezetting te dekken, zoodat de fabrieken een verlies lijden. Het is dus geenszins juist, dat de prijs 0.60 per 100 K.G. hooger is dan wat redelijk kan worden geacht. Omtrent deze 0.60 kan voorts nog worden medegedeeld, dat de werkende fabrieken een bedrag per eenheid beschikbaar stellen als ver goeding voor de fabrieken, welke haar bedrijf hebben stopgezet, alsmede voor die fabrieken, waaraan minder varkens ter verwerking zijn toegewezen dan waarvoor was ingeschreven. Deze regeling heeft dit resultaat, dat over de te slachten varkens gemiddeld ongeveer 35 cents per 100 K.G. als schadevergoeding be taald wordt aan de stilliggende fabrieken. Door het opvoeren van de productie van de werkende fabrieken hebben deze een verlaging van de productiekosten per eenheid kunnen bereiken. Deze kostenbesparing is hun kennelijk een fi nancieel offer waard geweest, waardoor zij aan de uitvallende fabrieken een schadevergoeding in uitzicht gesteld hebben. Naar het oordeel van den crisis-accountantsdienst benadert dit financieel voordeel ten gevolge van de ruimere bezetting het bedrag der uit te keeren schade vergoeding. In een Donderdagmiddag gehouden bespre king tusschen de directie van de stalen ramen fabriek Beha te Den Haag en vertegenwoor digers van vakbonden, betrokken bij het drei gend conflict aan genoemde fabriek, is het voorstel van den Rijksbemiddelaar, prof. mr. A. C. Josephus Jitta, door beide partijen aan vaard, zoodat een conflict is voorkomen. Het fietspad door de Delflandsche duinen van Monster naar Ter Heijde is Donderdag officieel opengesteld. Aan deze opening hebben de gemeentebestu ren van Den Haag en Monster een eenigszins officieel karakter gegeven. Het gemeentebestuur van Monster had in de raadzaal van het gemeentehuis een aantal' ge- noodigden een ontvangst bereid. Onder de aan wezigen bevonden zich ir. Feber, wethouder van Openbare Werken, namens het gemeentebestuur van 's-Gravenhage; mr. S. J. van den Bergb, hoogheemraad van Delfland, de burgemeesters van 's-Gravenzande, Wateringen en De Lier en een vertegenwoordiger van het gemeentebe stuur van Naaldwijk. De burgemeester heeft de aanwezigen in een korte rede welkom geheeten, waarna verver- schingen werden rondgediend. De aanwezigen begaven zich vervolgens per autobus naar het begin van het nieuwe rijwiel pad en reden daarna naar den Westlandschen Drinkwatertoren, waar de burgemeester een korte toelichting heeft gegeven over de totstand koming van het pad. Ten slotte heeft het gemeentebestuur van 's-Gravenhage het gezelschap in het Badhotel te Kijkduin ontvangen. Bij de ontvangst, die het Haagsche gemeente bestuur het gezelschap, dat bij de officieele ope ning van het fietspad MonsterTer Heijde Kijkduin, Donderdagmiddag in het Badhotel te Kijkduin heeft aangeboden, heeft wethouder ir. Feber van Den Haag de gasten welkom geheeten. De heer Meijer de Vries, vertegenwoordiger van het Departement van Sociale Zaken, heeft onder het motto: „werkverschaffing en natuur schoon" eenige opmerkingen gemaakt. Spreker waardeerde het, dat een groot aantal werkloo zen bij den aanleg van dit pad werk heeft ge vonden. Het vorige jaar is in de gemeente Ambt- Harden berg- een eigenaardige ziekte opgetreden, waarvan men eerst vreesde, dat het cholera was, doch waarvan later bleek dat zij verband hield met ernstige stoornissen in de spijsver teringsorganen. De zieke werd daarom in den volksmond aangeduid als darmziekte. Vele in gezetenen werden er door aangetast en er wa ren verscheidene gevallen met doodelijken af loop. De ziekte bracht dus groote ontsteltenis onder de bevolking teweeg. Die ontsteltenis dreigt zich, naar het Han delsblad meldt, weder van de ingezetenen van Ambt-Hardenberg meester te maken, daar den iaatsten tijd andermaal een aantal gévallen van deze zgn. darmziekte, die besmettelijk is, zyn geconstateerd. In een gezin te Rheezerveel is reeds een 8-jarig meisje aan de gevolgen over leden, terwijl enkele andere kinderen naar de barakken voor besmettelijke ziekten te Zwolle zijn overgebracht. Tn verband met deze omstandigheden heeft de burgemeester van Ambt-Hardenberg, oe heer G. Oprei, in overleg met den inspecteur voor de volksgezondheid, het wenschelijk ge oordeeld aan alle hoofden van gezinnen in zijn gemeente een rondschrijven te doen toekomen, waarin de ingezetenen worden aangespoord mede te werken tot het in toepassing brengen van verschillende maatregelen ter bevordering van de hygiëne, en om terstond geneeskundige hulp in te roepen, wanneer symptomen, die na der worden omschreven, van de bewuste ziekte zich voordoen. De schade van het m.s. „Manoeran", ver oorzaakt door aanvaring, wordt te Los Angeles hersteld. Verwacht wordt, dat het schip 22 of 23 dezer de reis kan vervolgen. 22 Welke bedoeling Northcote hiermede had gehad, kon ik niet raden, maar ik begreep spoedig tot mijn voldoening, dat ik hierdoor in staat werd gesteld een grooten dienst te bewij zen aan iemand, die mij vroeg of laat wederkee- rig van onberekenbaar nut kon zijn. Er is niets aangenamers dan edelmoedig te zijn met eens andermans geld en ik besloot van deze omstan digheid zoo goed mogelijk gebruik te maken. „Er is een Indisch spreekwoord, Lord Lam- mersfield," zei ik, dat zegt: „Haast behoort bij den duivel." In het onderhavige geval ben ik het er volkomen mede eens." ,,'t Zou voor mij zeker duivels slecht zijn," be leende de staatsman eerlijk. „Mijn vijfduizend pond per jaar van mijn ministerschap is alles, waarmede ik moet rondkomen. Als ik het tot 't volgende jaar kan uithouden, zal het beter gaan. In het voorjaar komt er geld van een verzeke ring los en de veestapel van Cranleigh belooft volgens mijn rentmeester een aanzienlijke som af te werpen, ofschoon dit natuurlijk nooit met volkomen zekerheid te zeggen is." Ik lachte. Als een gewone liberale kiezer zijn hooggeschatfen leider eens zoo had hooren spre ken, wat zou zijn gelaat een studie geweest zijn! „Nu," zei ik, „die vooruitzichten zijn mij vol doende. Ik heb wel eenig zwak voor speculatieve belegging." Het gelukte mijn metgezel wel niet geheel zijn flegma van Engelsch Staatsman te bewaren, maar hij hield toch zijn emotie goed in bedwang. Hij hoorde mijn woorden, zonder de minste ver andering van gelaatstuitdrukking aan. „Het zou een weinigje ironisch klinken, als ik zei, dat ik je ten zeerste verplicht ben, North cote." Toen zweeg hij even. „Eerlijk gezegd" ver volgde hij, „had ik nooit verwacht, dat je deze hoe zullen wij het noemen nobele houding zou aannemen. Je laatste brief over dit onder werp „O," onderbrak ik hem, „wij zullen dien brief maar verbranden, als je er niet op tegen hebt. Ik ben van opinie veranderd." Lammersfield ontving dit voorstel met een be leefd hoofdbuigen. „Zooals je wilt," sprak hü. „Ik hen je oneindig meer verschuldigd, dan ik onder woorden kan brengen. Ik kan er alleen aan toevoegen, dat in dien ik je ooit in welk opzicht ook, van diénst kan zijn, je niet moet aarzelen mij in de gele genheid te stellen je mijn erkentelijkheid te be wijzen. Het ministerschap is geen aangename positie, maar het heeft toch de verdienste dat het iemand in staat stelt, bij geval een vriend ter wille te zijn." Ik glimlachte, want ik had werkelijk schik in zijn cynischen kijk op de menschelijke natuur en de voorrechten van het ministerschap. Klaar blijkelijk verwachtte hij mijnerzijds een of ander verzoek in ruil voor de gunst, welke ik hem had bewezen en ik vroeg mij met nieuwsgierigheid af, wat Northcote in mijn plaats wel gevraagd zou hebben. Ik twijfelde er geenszins aan, of mijn dubbelganger had met dat geldschieten wel een of ander voordeelig perspectief in zijn hoofd. Ik gooide mijn sigaret in 't vuur en stond op. „Ik dank je ten zeerste voor je welwillendheid, maar op 't oogenblik heb ik niets waarmede ik de regeering moet lastig vallen. Maar als het mocht voorkomen zal ik van je voorstel gaarne gebruik maken. Misschien word ik den een of anderen dag gearresteerd wegens overtreding van het snelheidsmaximum." Lord Lammersfield lachte droogjes. „Ik zie met belangstelling een dagvaarding tegemoet," sprak hij met een buiging. „Laten wij nu naar het feestterrein terugkeeren. ik heb in een on zalig zwak oogénblik beloofd, dat ik een prote- gée van mijn vrouw aan eenige van onze voor naamste staatslieden zou voorstellen en ofschoon ik persoonlijk den smaak van de jonge dame niet bewonder, blijft ten slotte 'n belofte 'n belofte." Het toeval wilde, dat bijna de eerste, die ik zag, toen wij in de balzaal kwamen Mercia was. Zij stond tegen den muur en was in gesprek met een somber uitziend heer met lange grijze bak kebaarden, dien ik van de portretten herkende, als een van de meest onbekwame ministers van Zijne Majesteit. Ik nam een plotseling besluit en ik wendde mij tot Lammersfield. „Je kent iedereen," zqi ik. „Wie is dat knappe meisje, daar aan den overkant bü den ouden Beauchamp?" Hy keek in de aangeduide richting. „O ja" zei hy, „een schoonheid, vind je niet? Beau champ vergoedt in smaak wat hü aan scherpzin nigheid te kort schiet. Zü is een ontdekking van Lady Tregattock, ik geloof, dat zü ergens uit Zuid-Amerika vandaan komt. Als je wilt, zal ik haar aan je voorstellen." De geschiedenis met „Francis" lag nog versch in mijn geheugen en daarom werkte deze infor matie betreffende lady Tregattock wel eenigszins opwindend bü mü. Aangezien de scherpe op- merkingsblik van Lammersfield op mü was ge richt onderdrukte ik elk teeken van verrassing. „Graag, als het je niet te veel moeite is," zei ik zoo gewoon mogelük. „Integendeel," antwoordde hü. „Ik zou het als een aangenamen plicht beschouwen elke aan- trekkelüke jonge dame van Beauchamp te be vrijden." Ik volgde hem dwars door de zaal naar de plaats waar het zoo slecht bij elkaar passend paar stond. „Miss de Rosen," sprak hü met een hoffelijke buiging, „mag ik het genoegen hebben, u een mijner vrienden voor te stellen, mijnheer Northcote?" Daarna wendde hü zich tot den ouden heer. „Ah Beauchamp, jü bent het juist dien ik zocht. Heeft u een oogenblikje disponibel, om hem te missen, dan kan münheer Northcote u zoolang gezelschap houden." Hü deed het zoo vriendelük en zoo verbazend handig, dat ik, voor ik het zelf wist, alleen met Mercia stond, terwijl Lammersfield met zün hand op den schouder van den ge- en verstoor den ouden heer wegslenterde „Ik hoop, dat ik u niet van aangenaam gezel schap beroof," zei ik glimlachend. Toen zonder antwoord af te wachten vervolgde ik ernstig: „Ik zou u gaarne even willen spreken. Kunnen wü hier niet vandaan gaan en ergens een zitje op zoeken?" Zij nam nujn aangeboden arm en de lichte aanraking van haar hand op mün mouw ver vulde mü met een ongekend gevoel van zalig heid. Wü gingen de volle balzaal door en langs de breede trap naar de hal, die met bedienden en laatkomers gevuld was. Rechts van de hal was een wintertuin, een ware wondertuin-uit- sprookjesland met een rükdom van azalea's en allerlei bloeiende planten en heesters. In den uitersten hoek stonden onder een paar reusach tige waaierpalmen twee gemakkelüke, fraai be- kleede stoelen. Was zij mü dien anderen avond buitengewoon bevallig voorgekomen, hier in het getemperde licht dat haar blanken hals bescheen en haar blik van droefheid en smart nog sterker deed uitkomen, hield de schoonheid van Mercia mü als 't ware in een soort van betooverd zwygen gevangen. „Ik heb mü reeds herhaalde malen afgevraagd of ik ooit weer het voorrecht zou hebben, u nog eens weer te zien," zei ik eindelijk met een zucht van voldoening. „En is u nu bevredigd?" sprak zij bitter en ze keek mü met zoo'n plotselingen blik van ver ontwaardiging aan, dat ik er verbaasd van stond. „U heeft mü voor het overige van mün leven, mijzelf leeiten haten en verachten. Denkt u dat ik u ooit kan zien zonder er aan herinnerd te worden, dat ik mün vader ontrouw ben gewor den?" „Indien u van meening is, dat u er uw vader een dienst mede bewees, door mij een kogel in het hoofd te jagen," antwoordde ik, „geloof ik, dat u hem verkeerd beoordeelt." Zü zat een weinig voorover gebogen met haar hand op den arm van den stoel en haar donkere oogen strak en bijna medelüdend op mü gericht. •„O, kon ik het maar begrijpen," klaagde zü- „Ik weet niet, hoe het komt, maar ik kan niet gelooven, dat u mü voorliegt en toch „En toch?" echo'de ik, toén zy zweeg. Zij keerde zich met een soort wanhoopsgebaar af. „En toch bid ik," sprak zü bedroefd, „dat wij elkaar na dezen avond niet meer zullen ontmoe ten." „Er bestaat groote kans, dat uw gebed zal ver hoord worden," zei ik; „tenminste te oordeelen naar de ondervinding, welke ik den vorigen nacht heb opgedaan." Zij keek vlug naar mij op. „Wat bedoelt u?" Ik haalde mijn schouders op. „Ik bedoel, dat een huisknecht dien ik 's morgens had gehuurd, in den nacht een zeer ernstige poging deed, mij te vermoorden." Ik zag haar kleur verschieten tot albast. „O, hemel," sprak zü met een zucht terwül zij haar handen tegen haar borst drukte. „Heeft u letsel bekomen?" stamelde zü- (Wordt vervolgd.)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1936 | | pagina 3