IN EN OM HAARLEM I
Esposi;
DELIA ST/
mmm Aituinss
Uit het leven der
Verloofde
CITO DEL VATIC ANG1936
DINSDAG 8 SEPTEMBER 1936
De Belijdenis van ons
H. Geloof
H.K.H. Prinses Juliana
verloofd
UIT DEN OMTREK
HEEMSTEDE
HILLEGOM
NOORDWIJKERHOUT
ARMA
VEPIT
.TIS
1
VELSEN
ZAANDAM
VOETBAL
Om den Van Trigt-beker
DAMMEN
S. N. A.St. Bavo
ZANDVOORT
RIJ KSVISCH AFSLAG
STAAT VAN BESOMMINGEN
Prinses Juliana en ons Neder-
landsche volk
Haarlemsche Damclub
Jubileumwedstrijden
Ned. Dambond
Geen oprichting van een
Haarlemschen Dambond
DUIVENSPORT
Gevleugelde Vrienden Heemstede
ittmiiinimniniwiiiinmiiinniiiiiinnmmfmMiuiMiiiiniiiitmmniiiiiniimimiHiniiiniiiiiiimiiiniitiitiiiminiiiniinmnc
BiuuuiiiiuuuuiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiuiiiiiiiiniiiiiiiiuiiiiuiiiiiiniiuiiiiiiiiHiiiiiiiuiiiiuuiiiiiiiiHiiiiiiiiiniiuiiiuiiiHiiiiuiuiiiiuiiiiiiiiiiiiiuiiiuï
Wil ontvingen eenigen tijd geleden van
een onzer abonné's een exemplaar
van een klaarblijkelijk anti-katho'
liek Haarlemsch Weekblaadje, „Aquarius" ge-
heeten, een weekblad tot „verspreiding van
christelijke esoterie en daaruit voortvloeiende
cultuur", een weekblad dus voor menschen, die
zich anders en beter wanen dan de gewone
stervelingen, menschen, die meenen de wijs
heid op godsdienstig gebied in pacht te hebben.
In dat nummer neemt de redactie een loop
je met de dankbetuigingen van personen, die
in de „Heraut van het H. Hart openlijk dank
brachten aan pater Roothaan, omdat zij na
het houden van een novene te zijner eere van
de plaag der werkloosheid waren verlost en
werk hadden gevonden. „Wij verheugen ons
er over," zoo spot de redactie, „dat wij einde
lijk een middel hebben gevonden om de werk
loosheid te bestrijden" en zij gaat als volgt
verder:
„Aldus licht ons Willem Kea, de Jezuiet
in, en wel in „het Noorderlicht", een week
blad voor de parochie van de H. Liduina,
hetzelfde blad waarin een vorig maal een
beroep werd gedaan, om niet meer niet bloo-
te beenen te loopen. Nu dit weer. We haas
ten ons aan alle werkloozen dit middel aan
te bevelen en verzoeken iederen volksleider
het alom bekend te maken. Hoe eenvou
dig, hè?
En verder
„Wie pater Roothaan was? Generaal der
Jezuieten-orde (18291853). U weet wel, de
zelfde orde, waaraan we de zegeningen van
de inquisitie te danken hadden. (Dat is we
tenschappelijk wel onjuist, maar dat komt
meer voor bij dergelijke laatdunkende al-
weters. Red. N. Haarl. Crt.). Welnu, niet de
eerste de beste. Als we Willem Kea mogen
gelooven, mogen we ook nog zijn zaligver
klaring binnenkort tegemoet zien. Wat op
zichzelf al een bijzondere vreugde beteekent
....als je werkloos bent" enz.
Zoo gaat het stukje een paar kolom door.
Het was echter niet het domme geschrijf
van deze „wetenschappelijke" christenen, die
klaarblijkelijk de meest elementaire beteeke-
nis nog niet kennen van het gebed van den
geloovigen katholiek, dat de verontwaardiging
van onzen abonné had gaande gemaakt. Het
waren de „openlijke dankbetuigingen" zelf, die
hem onrustig maakten. Hij acht het b.v. on
juist, dat ons blad wel eens annonces opneemt,
waarin die dank wordt uitgesproken. Men zou
zijn dank toch even goed, meent hij, op een
andere manier kunnen uiten door het houden
van een retraite b.v. of het geven van aal
moezen. De advertenties in kranten, die open
lijke dankbetuigingen doen kwaad aan de „ka
tholieke zaak" schrijft hij. Onnoodig lijkt het
hem b.v. ook, een scapulier zichtbaar te dra
gen op den openbaren weg. „Gelooft u niet",
vraagt onze abonné, „dat hierdoor een ernstige
zaak bespottelijk wordt gemaakt?" De ge
vallen mogen al niet volkomen gelijk zijn, u
begrijpt mijn bedoeling wel: ni. dat niets den
katholiek verplicht of dwingt zóó te handelen.
Onze zaak zien door de oogen van welwillende
doch nuchtere anderen, ziedaar wat vele ka
tholieken niet kunnen. Moeten wij zelf dan
het scherpe wapen „spot" opwekken? Wij?
Door papenhaters wordt, negeerende een be
wijs of een argument, met spot al genoeg
goeds gedood. Onze schrijver voegt er aan toe:
„Mogelijk zie ik de zaak verkeerd in, doch ik
zal niet alleen staan hierin. En daarom lijkt
het mij goed dat u op mijn bezwaren een ant
woord geeft in het openbaar."
Tot zoover onze briefschrijver.
Wat het artikeltje in „Aquarius" betreft
kunnen wij kort zijn. De redactie van dat blad
weet niet, dat de katholieken in volle, innige
overtuiging en met versterkend vertrouwen de
voorspraak der Heiligen inroepen om van God
de een of andere gunst te vragen „indien de
verkrijging daarvan hun zalig is." Zij hebben
daarbij echter de Zekerheid, dat deze gunst
hun ook inderdaad gegeven zal worden, als
deze strekken kan tot hun eeuwig heil. En
wordt hun de gunst niet geschonken, dan rest
hun in alle geval de vertroosting van uit de
handen van God deze beproeving te hebben
ontvangen. Wij kunnen slechts betreuren, dat
de „esoterische" christenen dezen troost in de
troostelooze dagen van heden missen. Het is
bij hen intusschen een bewijs van onverdraag
zaamheid en een groot gemis aan beschaving
als zij anderen om een zoo mooi geloof op een
zoo grove wijze bespotten, als in hun blaadje
gebeurt.
Maar, zoo vraagt onze abonné, overtuigd dat
hij het bij het rechte eind heeft, zou het toch
niet beter zijn, niet zoo erg met ons geloof
te koop te loopen; wij geven maar aanleiding
tot spot?
Wij zün het niet met hem eens.
Wij weten wel, dat het niet ter zaligheid ver-
eischt wordt, ons geloof ten allen tijde en op
alle plaatsen uitdrukkelijk te belijden, maar
alleen dan, wanneer, door het achterlaten van
die belijdenis, God de verschuldigde eer of den
naaste de verschuldigde stichting onttrokken
zou worden. Wij weten wel, dat men niet ver
plicht is aan ieder, die ons voorbarig en zon
der daartoe bevoegd te zijn naar ons geloof
vraagt, te antwoorden, maar dat men wel ver
plicht is, dat te doen als men door het wettig
gezag ondervraagd wordt en zoo dikwijls het
stilzwijgen voor een teeken wordt gehouden,
dat men zich over zijn geloof schaamt of oor
zaak zou wezen, dat anderen in het ware ge
loof wankelend of weifelend zouden worden.
Wfj weten wel, dat het zelfs geen kwaad zou
zijn, in een land, waar de geloovigen vervolgd
worden, door de vlucht zich aan die vervolging
te onttrekken ofwel, teneinde spotternij met
den godsdienst, godslasteringen of andere
zware zonden te voorkomen, eene of andere
godsdienstige oefening na te laten. Maar dat
is alles slechts onder voorwaarde, dat door dit
nalaten geen ergernis ontsta of geen hoogere
plicht verzuimd worde. Het gezegde van den
katechismus, dat men zijn geloof „overal" vrij
moedig belijden moet, beteekent dus: overal,
waar de eer aan God verschuldigd of het zie
lenheil van den naaste dit vordert.
Het is moeilijk in het algemeen te zeggen
wanneer wel en wanneer die openlijke belijde
nis niet van een katholiek geëischt wordt. Dat
is alleen in elk bepaald geval door een daartoe
bevoegd persoon, b.v. den pastoor, te bepalen
met inachtneming van alle omstandigheden,
die de beslissing kunnen beïnvloeden. Doch wij
zijn van meening, dat er geen enkele reden is
hoezeer wij rekening willen houden met de
omstandigheid, dat wij leven in een land
met gemengde bevolking waarom wij
ons zouden moeten schamen openlijk aan
de Heiligen dank te brengen voor een ons
verleende genade. Want het, op advies
van onzen abonné, achterwege laten van der
gelijke dankbetuigingen, beteekent toch niets
anders dan: zich schamen voor een mooie en
volkomen redelijke katholieke gedachte. Het
opvolgen van de raadgeving van onzen abonné
zou op den duur betsekenen, dat de katholie
ken zich zouden moeten verbergen of in het
verborgen hun plichten jjegens God zouden
moeten vervullen. Dat nooit. Beter is vrij en
onbevangen voor zijn geloof uit te komen. Op
die manier worden de vooroordeelen het snelst
overwonnen.
In de dagen der rampzalige Fransche revo
lutie, toen het als een misdaad werd aangere
kend, christelijk geloof te toonen, gebeurde
het, dat op 14 Juni 1794 het doodvonnis werd
uitgesproken over een geheel nonnenklooster
op Montmartre te Parijs. Op de openbare ge
rechtsplaats zouden alle kloostermaagden onder
de bijl haar leven laten. De wagens kwamen
aan de poort van het klooster, om de offers te
vervoeren. De vrome zusters stegen er moedig
op en haar geloof aan Christus en zijne aller
heiligste Moeder luid belijdende hieven zij bij
dien laatsten tocht het .Halve Regina" aan.
Zfj zongen het door de straten rijdende, zij
zongen het op de gerechtsplaats, zij zongen
het terwijl de eene na de andere haar hoofd
onder de moordbijl legde en eerst toen de
laatste, de abdisse, het hoofd had gebogen,
hoorde men het Salve Regina niet meer. Het
woedende volk had onthutst die plechtige ge
loofsbelijdenis aangehoord. Men was in die
dagen gewoon met wild gebrul en hoonlachend
om het schavot te dansen, als er velen tegelijk
werden omgebracht. Maar thans lachte nie
mand, schreeuwde en danste niemandr'als uit
een diepe bedwelming ontwaakt, hoorde het
volk zwijgend het gezang der stervenden aan.
En sinds die stonde had het gejubel bij de
voltrekking van het doodvonnis nimmer meer
plaats.
De storm. Maandagmiddag had een dienst
bode uit de Lanckhorstlaan haar rijwiel even
geplaatst voor de etalage van een groenten-
winkel aan den Binnenweg. Juist toen de tram
passeerde werd het rijwiel door een rukwind
onder den bijwagen geworpen en totaal vernield.
Een booglamp van het Raadhuisplein moest
het ontgelden. In Groenendaal woei bij het Se
ringendal een boom om. Overigens bepaalde de
schade zich in Groenendaal tot wat afge
waaide takken.
Gevonden dieren en voorwerpen. Terug te
bekomen bij: G. Neeskens, Iepenlaan 14, zeem
lederen kap; E. Kieft, Bureau van politie, rij-
wielbelastingmerkE. Kieft, Glipperweg 64, paar
handschoenen, bureau van politie, blocnota en
strandbal; P. Verhoef, Raadhuisstraat 62, riem
met schakels; P. Kuvener, Sumatrastraat 13,
mes; Ruijsenaars, Rijnstraat 33, vulpotlood;
Klein, J. v. Goyenstraat 31, damesrijwiel; J. El-
bersen, Kerklaan 41, dop van een radiateur.
Burgerlijke Stand Geboren: dochter van
H. M. A. Kroon-Straathof.
Ondertrouwd: H. van Teijlingen en E. Veen;
J. Jongejan en H. H. den Dopper; G. Heems
kerk en W. P. H. Stevens.
Getrouwd: K. Vonk en W. H. Hijlkema.
Overleden: P. M. N. Knaven, m., 73 jaar.
Gem. Arbeidsbeurs Het aantal werkzoeken
den ingeschreven bij het Gemeentelijk Ar-
beidsbemiddellingsbureau bedraagt thans 244.
Vorig jaar per denzelfden datum 265.
Zilveren jubileum als raadslid Zaterdag
avond had ten Gemeentehuize alhier de door
den burgemeester uitgeschreven bijeenkomst van
de raadsleden plaats, waarin de heer L. M. van
Noort, in verband met zijn vijf en twintig-jarig
raadslidmaatschap zou worden gecomplimen
teerd.
Aan den oproep van den burgemeester had
den een zes-tal raadsleden, waaronder de beide
wethouders, gehoor gegeven, terwijl van de 'nee-
ren C. v. d. Klauw, Joh. v. d. Voet en G. Brug
man een schrijven was ingekomen, dat zij om
verschillende redenen niet aan de uitnoodiging
konden voldoen De raadzaal was eenvoudig
versierd met eenige bloemen in vazen. Op de
publieke tribune waren eenige belangstellenden,
waaronder de familie van den jubilaris, aan
wezig. Toen de raadsleden hun plaats had
den ingenomen, werd de jubilaris door den se
cretaris binnengeleid en nam de burgemeester
het woord, om den heer van Noort in een mooie
rede te feliciteeren met het zeldzame feit, dat
hij 25 jaar onafgebroken zijn functie als raads
lid heeft mogen vervullen, waarvan tien jaar
als wethouder. Spr. memoreerde dat de jubi
laris in dezen langen tijd slechts eenmaal een
vergadering had verzuimd, en wel in 1926 we
gens ziekte. Hij sprak den wensch uit, dat de
jubilaris nog lang in gezondheid voor zijn ge
zin moge gespaard blijven en bood hem als
herinnering een zilveren vulpenhouder aan.
Na den burgemeester sprak ook wethouder
Oostdam eenige woorden van felicitatie, waar
in hij zei, dat hij 23 jaren met den heer van
Noort had samengewerkt en er ook tijdens het
wethouderschap van den jubilaris steeds een
goede verstandhouding tusschen hen had be
staan.
'V
i
Ook wethouder Warmerdam sprak eenige
v/oorden van waardeering, waarin hü den ju
bilaris herdacht als een man, die zich door
energie heeft opgewerkt tot een zelfstandig
mensch in de maatschappij en hieraan de con
clusie verbond, dat zulke menschen ook be-
hooren in een gemeenteraad.
De heer L. de Winter sprak namens de kie
zers uit De Zilk en bracht den jubilaris dank
voor alles, wat door hem voor de inwoners van
De Zilk was gedaan.
De heer J. v. d. Berg sprak niet als voor
zitter der R.K. Raadsfractie, maar persoonlijk
een woord van felicitatie.
De heer J. D. Westrik sprak namens de Chr.-
Hist. kiezers, feliciteerde den jubilaris namens
hen en wees er op, dat hij steeds getoond had,
ook met de belangen van deze kleine groep re
kening te houden.
Tenslotte sprak de gemeente-secretaris, de
heer Pijnenburg, die zei, steeds een zwijgende
figuur in den raad te vervullen, maar van deze
Laat wapp'ren de vlaggen, luid klinke muziek,
Nu viere men feest in den lande,
Nu zich de Prinses, door de liefde bekoord,
Gaat binden met innige banden.
Wij he et en hem welkom, den jeugdigen Prins,
Die Haar het geluk moge geven
Van liefde en vrede, van steun en van trouw,
Het zuiverst geluk in dit leven.
Wij weten dat wij de Prinses en den Prins
Geen beter geluk kunnen wenschen
Dan 't vredig geluk van den huis'lijken haard,
't Geluk van eenvoudige menschen.
Nu denken wij niet meer aan dagen van rouw,
Nu mogen de zorgen verdwijnen,
Nu zal door de liefde, de eenheid, de kracht,
De toekomst weer zonnig gaan schijnen.
HERMAN KRAMER
gelegenheid gebruik te willen maken, ook een
woord te zeggen. Uit de oude notulen was hem
gebleken, dat nu 25 jaar geleden de jubilaris,
tegelijk met de heeren J. Warmerdam en P.
Verdegaal was geïnstalleerd als raadslid. Deze
beide heeren zijn reeds overleden. Den jubilaris,
die nog in blakenden welstand verkeert, on
danks zijn reeds vrij hoogen leeftijd, wenschte
spr. toe, dat hij nog jaren in dezelfde gezond
heid moge gespaard blijven voor zijn gezin, en,
als het zijn moge, voor de gemeenschap.
Na al deze felicitaties dankte de jubilaris
voor de vele hartelijke woorden en voor het
ontvangen cadeau, dat hem zeer verrast had.
Het speet spr. zeer, dat niet alle raadsleden
tegenwoordig waren, maar gaarne wilde hij de
redenen van hen, die niet aanwezig waren,
eerbiedigen, daarbij hopende dat de belangen
der gemeente hierdoor in de toekomst niet ge
schaad zouden worden.
Hierna volgde sluiting van het officieele ge
deelte en bleven de aanwezigen nog eenigen
tijd gezellig bij een kop koffie en een sigaar
bijeen.
Burgerlijke Stand Ondertrouwd: W.
Pekelder en P. A. v. d. Poll D. Stevenson en
M. W. Jongebreur M. J. Brands en J. M.
Buijck J. Rem en W. Meijns A. P. Meer
kerk en A. M. Dekker K. Reyn en G. M.
Dijkman A. de Graaf en A. Hoogerwerf.
Geboren: C. M. KranendonkDelgman, z.
K. JansenPaap, z. P. Schoutenv. d. Pol
der, d. M. C. J. VrijhoefBlürn, z. G.
BoonHoebe, z. C. DamGouweleeuw, d
C. G. HooglandBruins, d. M. v. d.
VaartHarinsma, d. M. M. SlikkerKra
mer, d.
Opdrachten Aan de fa. Th. G. Maas te
Bloemendaal is opgedragen het maken der cen
trale verwarming in de nieuwe villa voor den
geneesheer-directeur van het St. Antonius-
ziekenhuis aan den Zeeweg, alhier.
Aan de fa. P. H. en G. Stevens te Beverwijk
is opgedragen het aanleggen der centrale ver
warming in 'n villa aan de Verloren van The-
maatlaan, alhier.
Burgerlijke Stand. Geboren: Maria Jo
hanna, d. van R. J. Horak en G. H. M. Geurts.
Jan, z. van B. Gruijs en A. Nieuwenhuis. Greta,
d. van P. Kuiper en M. Hoeve. Bregetta, d. van
C. Kat en T. Valk. Trijntje, d. van A. Smit en
N. Kaal. Gerrit, z. van P. van Berge en A.
Hoogmoed. Maria Christina, d. van M. C. Mul
der en M. Jongh. Cornelia Johanna Maria, d.
van H. van Schie en C. M. Ouwerling.
Ondertrouwd: R. Koning en G. Volder. K. de
Boer en K. Vet. L. Hoogmoed en D. Huijser,
J. C. Room en J. Renken. F. Mol en J. Split.
H. Russelman en W. Swart. A. op den Velde en
H. Driesten.
Gehuwd: J. Smit en E. O. Clynk. J. Bart en
H. R. L. Bernard. P. J. Olie en J. E. Bakker.
L. Heijstek en A. Schot.
Overleden: Hilligje Joling, oud 70 j., geh.
met A. Voogt. Janny Zaal, oud 13 dagen, d. van
B. Zaal en G. Daenen (won. te Wormer). Aafje
Bakker, oud 71 j„ wed. van J. van Oostveen.
Jacob Rem, oud 60 j., geh. met M. Pastoor
(won. te Koog a.d. Zaan).
De uitslagen van de Zondag te Bennebroek
gespeelde wedstrijden om den Van Trigtbeker
(wisselbeker) zijn als volgt:
Santpoort IIAlliance I 41
BSM I—OIV I 2—1.
Voor Zondag 13 September zijn de volgende
wedstrijden vastgesteld:
12 uur: BSM IAlliance II.
De finale in het Bekertournooi
2 uur: Alliance IOIV I
4 uur: BSM ISantpoort II.
De wedstrijden worden gespeeld op 't terrein
van B.S.M. aan den Rijksstraatweg te Benne
broek.
Na afloop is de prijsuitreiking in café „De
Oude Geleerde Man".
Zondagmiddag wed te Heerhugowaard de re
turnmatch gespeeld tusschen de kampioenen
van den R. K. West-Frieschen en Haarl. Dam-
bond. Zooals te verwachten was, is het ook dit
maal een zeer spannende strijd geweest, waarbij
de Haarlemsche kampioen tenslotte winnaar
werd.
De gedetailleerde uitslag luidt:
S.N.A. St. Bavo
P. GroenveldB. Stevens 02
C. GroenveldJ. Draijer 02
L. KonijnJ. Warmerdam 11
D. TrompP. Veen 20
J. SmitL. v. d. Voort 02
J. BorstJ. Stevens 20
J. Appelman—J. v. d. Zwan 20
J. TrompJ. Weijers 20
B. BesA. Masteling 02
P. Konijn—C. Prins 0—2
Jaarvergadering „Zeemeeuwen". De voetbal
vereniging „Zeemeeuwen" hield gisterenavond
haar jaarvergadering in Ons Huis, onder voor
zitterschap van den heer H. de Jong, die in zijn
openingswoord dank bracht aan het eerelid Hal-
derman en de terreincommissie. Uit het jaar
verslag bleek, dat het aantal leden gedaald is
van 256 op 209. Inkomsten bedroegen f 1048.13,
uitgaven f 950, zoodat een saldo aanwezig was
van f 98.13. De heeren D. van Rouwendal, J.
Water en J. Keur zagen zich als bestuursleden
herkozen. In de plaats van den heer O. Smaal-
ders werd gekozen de heer B. van der Mije. In
de kascommissie werden benoemd W. Koper,
A. van Duin en J. Keur. De enquêtecommissie
werd in haar geheel herkozen.
Bij de rondvraag werd dank gebracht aan
de heeren H. de Jong en J. Franssen voor hun
belangeloos werk in het trainen der leden.
ÏJMUIDEN, 8 Sept. Rijksvischafslag. Kleine
Schol 14.5021. Schar 4.50, Makreel 9.50 per 50
kg. Versche Haring per kist 3.304.
van den Donderdag aan den Rijksvischafslag
aangekomen
STOOMTRAWLER
Utrecht 1200 manden 3460.
WATERSTANDEN
ÏJMUIDEN, Woensdag 9 Sept. Vloed: 10.06
v.m. en 10.45 n.m.
Met groote spanning werd zoowel ten hove
als onder de bevolking einde April 1909 de ge
boorte var. een telg uit het Huis van Oranje
tegemoet gezien en een groote vreugde heersch-
te alom, toen in den morgen van 30 April be
kend werd, dat H. K. H. Prinses Juliana was
geboren.
Door tusschenkomst van den Raad van Mi
nisters had de Koningin in haar Kerstbood
schap van 1908 aan haar volk kennis gegeven
van de blijde verwachting ten hove.
Tegen 7 uur des fnorgens was in het paleis
aan het Noordeinde te 's Gravenhage de hof
maarschalk in het vertrek der journalisten bin
nengetreden met de verheugende mare.
Bij Koninklijk Besluit van 30 December 1908
was bepaald, dat het jonggeboren koningskind
den naam Oranje-Nassau zou blijven dragen,
gevolgd door dien van Mecklenburg. Zoo heette
de jonggeborene dus H.- K. H. Juliana Louise
Emma Maria Wilhelmina, prinses van Oranje-
Nassau, hertogin van Mecklenburg.
De prinses werd geheeten naar de Stammoe
der der Oranjes, die geëerd en geroemd werd
ais moeder der zonen, wien Nederland zooveel
te danken had.
Juliana werd 15 Februari 1506 geboren op het
kasteel der graven van StolbergWemigerode,
dicht bij Den Harz gelegen, uit den echt van
graaf Bothc van Stolberg en Anna van König-
stem. Daar de graaf wegens zijn ambtsplichten
hi) was raadsheer van den Kardinaal Aarts
bisschop Albrecht van Maagdenburg veel op
reis was, heeft de taak van Juliana's opvoeding
in de hand harer moeder gelegen.
Juliana is al zeer vroeg gehuwd op 17-jari-
gen leeftijd met graaf Philips van Hanau.
Reeds zes jaar later stierf de jonge graaf. Er
waren toen reeds uit dit huwelijk vijf kinderen
geDoren, waarvan bij den dood van Philips van
Hanau nog twee in leven waren.
De jeugdige weduwe hertrouwde in Septem
ber 1531 met den zeven-cn-viertig-jarigen we
duwnaar eraaf Willem van Nassau, bijgenaamd
De Rijke. Het prachtige slot Dillenburg aan de
Lahn werd de nieuwe woonplaats en bleef dat
tot aan Juliana's dood. Aan graaf Willem
schonk zij nog zeven dochters en vijf zonen. De
oudste van die zonen was onze Prins Willem.
Zij ontving een Roomsche opvoeding, doch is
later protestante geworden.
De Prinses is voorts genaamd Louise, naar de
nicht van Koningin Wilhelmina en Prins Hen
drik, de groothertogin van Baden, geboren
prinses van Pruisen. Emma werd ze genaamd
naar de Koningin-Moeder en Maria naar haar
grootmoeder van vaders zijde; Wilhelmina naar
haar moeder.
Er heerschte groot enthousiasme onder de be
volking en ouderen herinneren zich de geest
drift waarmede de kleine o.a. te Amsterdam het
eerst werd ingehaald.
Van jongs-af, als klein meisje reeds, had de
Prinses de lieve hartelijkheid van haar groot
moeder Koningin Emma en de vriendelijke
spontaneïteit waarmede Prins Hendrik zich be
mind maakte,
„Juliaantje" werd ze door het volk met een
zekere hartelijke vertrouwelijkheid genoemd,
zelfs toen de prinses groot geworden was en
naar Leiden ging.
Haar genegenheid voor de Koningin-Moeder,
haar liefde voor Prins Hendrik kwam spontaan
telkens en telkens aan het licht en zoo plotse
ling kon haar hartelijkheid aan den dag treden.
Wie van nabij haar mócht gadeslaan bij ko
ninklijke bezoeken, bij feesten ten hove, bij of
ficieele ontvangsten bewaart een diepen, lieven
inaruk aan het ongekunsteld open optreden van
de jonge vrouw, die iedereen dadelijk voor zich
innam.
Tot hare meerderjarigheid deed hare Konink
lijke Moeder haar geen ëereposten innemen als
beschermvrouwe, eerevoorzitster e.d. en zooveel
mogelijk werd de Prinses tevens van officieele
verplichtingen vrijgesteld. Haar opvoeding
droeg het karakter van degelijkheid en een
voud. Met wijs beleid en liefde werd deze op
voeding voltooid.
Het is kenmerkend voor haar karakter en
haar opvoeding, dat Prinses Juliana graag een
kind, een meisje wilde zijn als alle andere kin
deren en meisjes. Ze ging gaarne onopgemerkt
winkelen, ze zat in het buitenland graag in een
tram als een gewoon mensch en stoorde zich
dan weinig aan strenge hofetiquetten. Toen ze
later te Leiden studeerde, heeft ze haar studie
tijd ook temidden harer vriendinnen doorge-
Ze heeft met hart en ziel deel genomen aan
het clubleven in de V.V.S.L., onderwierp zich als
eerstejaars aan de regelen voor het noviciaat,
heeft, als anderen, haar „Jaarlied" vervaardigd,
dat door de commissie met den eersten prijs is
bekroond Als kind reeds had ze vlot en geestig
bijvoorbeeld St. Nicolaasversjes gedicht en
dichtjes bij andere gelegenheden vervaardigd.
Meermalen hebben we momenten uit haar
leven, haar opvoeding, haar studententijd weer
gegeven, hoe ze o.a. zangles kreeg van Catha-
rina van Rennes, by welke lessen meermalen de
Koningin-Moeder verscheen.
Drie jaar heeft de studietijd der Prinses te
Leiden geduurd. Met twee vriendinnen bewoon
de zU de villa 't Waerle te Katwük aan Zee in
die dagen en kwam dagelüks per auto naar
Leiden.
By haar afscheid op 31 Januari 1930 werd
haar het doctoraat honoris causa in de letteren
en wysbegeerte verleend, nadat zy zich op eigen
verzoek aan meerdere tentamina had onderwor
pen.
Prof. dr. J. Huizinga was haar promotor en
verklaarde o.a.
„In de doctorsbul, die u aanstonds zal wor
den aangeboden, zal Uwe Koninklijke Hoogheid
kunnen lezen, welke de eigenschappen van
geest en aanleg zijn geweest, die in haar den
Senaat het meest hebben getroffen. Het diplo
ma vermeldt „een uitnemenden ijver, den lust
tot onderzoek, helder begrip" en ten slotte
„corspronkeiykheld van geest". De leider van
het dispuut op ,,'t Waerle" zou dat alles nog
met een enkel woord wenschen toe te lichten,
en hü is er zeker van, dat allen, die aan die
avonden van levendig gesprek mochten deel
nemen, met hem zullen instemmen.
Uitnemende yver en lust tot onderzoek.
zy wortelen, schijnt het ons, in een geestdrm
des harten om toch vooral de dingen waarlijk
goed te verstaan, niet slechts oppervlakkig, ze
tot op den bodem te doorgronden. Een be
hoefte, die het u zelve soms moeilijk maakte,
om bij een uitspraak vrede te vinden, en ande
ren, om u te overtuigen.
Helder begrip. Hoe dikwyls verried het
zich in den vorm van een zin tot nauw wegen
de critiek. Uw promotor weet het bij ondervin
ding, hoe goed men tegenover u moet toezien,
om zelfs niet in schyn met zichzelf in tegen
spraak te komen. Want het ontgaat u niet, en
dan moet de ander maar zien, dat hij zich
rechtvaardigt!
Oorspronkeiykheid van geest. Wanneer een
vraag van alle kanten bekeken scheen, dan
kwam meer dan eens de prinses met een „ja,
maar", dat onaangeraakte gronden aanroerde,
en al het verworvene weer op losse schroeven
zette. Meestal bleek dan zulk een opmerking ge
sproten uit die zucht, om van het bijzondere
door te dringen tot het algemeene, die van zoo
veel gewicht is voor hetgeen men noemt weten-
scbappelijken zin.'-'
Een stempel van diepen ernst des levens
heeft zoowel de dood van de Koningin-Moeder
ais het plotseling overlyden van haar Vader
tijdens haar afwezigheid op de jonge vrouwe
gemaakt.
Steeds inniger is de band tusschen Kroon
prinses en volk geworden, vooral na haar meer
derjarigheid en nadat zij, door den betreurden
dood van Prins Hendrik en Koningin Emma,
be:der' werk voortzette. Tredend in het voet
spoor harer Koninklijke Moeder, heeft zij veel
gedaan om nood te lenigen, om hulp aan zwak
ken en behoeftigen te bieden. Zy nam het ini
tiatief tot de oprichting van het Crisiscomité,
waarvan zij het eerevoorzitterschap aanvaard
de en iedereen weet, dat zy veel méér deed dan
alleen haar naam aan het comité te geven. Zij
arbeidde in het paleis aan den Kneuterdijk zelf
mede en schrok niet voor eenvoudig werk terug.
Meer en meer trad Zij ook representatief op.
In het buitenland werd haar persoon en haar
optreden zeer gewaardeerd, o.a. in Duitsch-
land, Engeland, Frankryk, Zwitserland en de
Skandinavische landen. Töen de vuurramp ons
Nederl. paviljoen op de Koloniale Tentoonstel
ling te Parys trof, heeft haar daadwerkeiyke
belangstelling er ontzettend veel toe bygedra-
gen, dat ons paviljoen herbouwd werd.
Toen, na den dood van Prins Hendrik, de Ko
ningin met haar Brussel en de tentoonstelling
bezocht, was H. K. H. een der laatste, die Ko
ningin Astrid vergezelde op haar zegetocht tus
schen haar volk. De Prinses reed naast haar,
met den Koning tegenover haar, naar 't groot-
sche ruiterfeest en niemand zal toen gedacht
hebben, dat zoo spoedig daarop ean dezer vor-
stelyke vouwen den doodslaap zou ingaan.
Prinses Juliana heeft dien dag en des avonds
op het vorsteiyk bal, dat adeliyk Brussel aan
fTpi vorstenhuis aanbood, aller harten voor zich
gewonnen door hare vorstelyke lieftalligheid en
geestige spontaneïteit. De koning opende met
haar den dans.
Ons volk heeft met de Kroonprinses meege
leefd en verheugt zich nu te meer, dat er blyd-
schap is gekomen in het paleis, waar in de la
tere jaren zooveel drcfefheid haar intrede deed.
Leve Prinses Juliana!
|ue)3M j«i|az 1 jaouu n '„ua>|
-uap" leiu jep n (aooi 6»m uap
s6ue| jeapj jusjsassed uo>|
)undsinj>| }ai| o)ne ajapue sip J09A
|teq Sou n jep '«jauiui) )ipap p
S.N.A. 2—St. Bavo 2
Totaal 9—H
15-5.
Maandagavond j.l. werden in de„Korenbeurs"
te Haarlem de wedstrijden om de clubkampioen
schappen 1935-1936 en 1936-1937, alsmede de
cupwedstrijden der Haarlemsche Damclub voort
gezet.
De uitslagen luiden als volgt:
Clubkampioenschappen 1935-1936:
P. J. van Dartelen wint van M. van Leeuwen;
H. Berghuis remise met J. Wielenga; H Berg
huis remise met W. J. A. Matla; J. M. Rutgers
wint van J. Helmer; E Stammis 0—0 J H. Kla-
verstyn (n.o.)A. van 't Schip wint van G. van
Langelaar; J. H. Meure wint van A. Slinger.
Clubkampioenschappen 1936-1937
Hoofdklasse: J. J. van Kesteren wint van H.
van Lunenburg Jr.; J. van Looij wint van J.
Balk; K. Olij wint van C. Kool.
Eerste klasse: I. Risseeuw remise met J. J.
Groenewoud; B. Henneke remise met I. Ris
seeuw; P. L. Schrynemakers wint van A. Smit;
A. Kiel wint van J. J. Groenewoud
Tweede klasse: J. v. d. Spruit remise met G.
Bakker; J. Merts remise met G. Bakker; J. v. d.
Spruyt remise met H. W C. van Rhoon; J. H.
Meure wint van J. H. Spoor; J Kuntze wint van
W. Jonkhof; A van 't Schip wint van O T.
Glaser.
Derde klasse: C. B. de Laat remise met J. J.
Koren; J A. E. Elstgeest wint van J. H. Brug-
gink; A. Wijker wint van G. J. Steenkist.
Cupwedstrijden:
Groep I: I. Ravensbergen remise met Jac. Fr.
van Garderen.
Groep 2: W. J. A. Matla wint van J. H. Spoor.
De jubileumwedstrijden, georganiseerd ter ge
legenheid van het 25-jarig bestaan van den
Nederlandschen Dambond, zijn in het district
Noord-Holland thans in alle klassen beëindigd.
In de finale plaatsten zich de volgende spelers:
Hoofdklasse: B. Dukel en H. de Boer (Dam
club IJmuiden); B. May (Damclub Zaandam);
S. Kuyper (Damclub Wormer); W. v. d. Kapelle
(Damclub Wormer); J. W. van Dartelen (Haar
lemsche Damclub) en J. P. van Eijk (Het Oos
terkwartier),
lste klasse: J. Stoll (Heldersche Damclub);
B. Ruiter (Castricumsche Damclub); H. Laros
en H. Buis (Damclub IJmuiden)P. v. d. Horst
(Damclub Koog-Zaandijk); J. J. van Kesteren
(Haarlemsche Damclub)
2de klasse: M. Dapper (Burgerbrug)J. Jagel
(Heldersche Damclub); J. Brand en J. v. Stra
ten (Damclub IJmuiden); C. Tenty (Damclub
Wormer)J. Dekker (Damclub Zaandam)C.
Staal Wzn. (Westzaansche Damclub)J. J. Aling
en I. Risseeuw of H. Berghuis (Haarlemsche
Damclub)
3de klasse: J. Danser (Damclub Zaandam);
A. Bosman (Heldersche Damclub); E. Broek en
A. v. d. Weert (Damclub IJmuiden)Y. de Jong
(Het Oosterkwartier)B. Swaan (Damclub Koog-
Zaandyk)J. H. Meure (Haarlemsche Damclub).
4de klasse: J. Romkes (Damclub Wormer);
C. Mulder (Damclub Koog-Zaandijk).
Deze finales zullen binnenkort aanvangen.
In de Zondag j.l. te Amsterdam gehouden
bestuursvergadering van den Nederlandschen
Dambond werd het ingekomen verzoek der Dam
club „Het Oosterkwartier" te Haarlem om toe
stemming te verleenen aan de oprichting van
een Haarlemschen Dambond na ampele bespre
king afgewezen.
Het district Noord-Holland zal met inbegrip
van Haarlem ongewyzigd blijven.
In verband met deze o.i. zeer juiste beslissing
van het bondsbestuur, zal op de hedenavond te
Haarlem te houden conferentie der afgevaar
digden der Haarlemsche vereenigingen dus niet
tot oprichting van een Haarlemschen Dambond
kunnen worden besloten, zonder in conflict te
komen met den Nederlandschen Dambond en
den districtsbond „Noord-Holland".
Wedvlucht van Vilvoorde, 168 K.M. Los 3
uur 30 min.
Eerst getoonde duif 10 uur 54 min. 37 sec.
Laatste pryswinnaar 11 uur 14 min. 40 sec.
1. J. Otte, 2. 5, 16, 14, G. van Santen, 3. J.
G. v. a. Meer, 7. C. v. d. Erf 8e 9, 10 C. Visser
11. W. Kuipers, 12. C. Cramer,
Wedvlucht van Lier, 135 K.M. Los 10 uur 30.
Eerst getoonde duif 12 uur 14 min. 37 sec.
Laatste pryswinnaar 12 uur 21 min. 2 sec.
1, 8, 18 G. v. Santen, 2. J. C. v. d. Meer, 3.
A. Eeven, 4, 12, 17 A. Verdonschot Jr. 5. 14,
C. Kramer, 6, 7, 15 N. Winkel, 9, 10, 13 J. Otte,
11. A. v. Zadel, 16 C. v. d. Erf.
A.s. Zondag wedvlucht van Halle.