LAATSTE NIEUWS Vreedzame treinreis door Palestina Bloed en spelen DE TROEPENMACHT DER WITTEN BIJ MADRID Verkiezingen in Denemarken SYMBOLISCHE WAND SCHILDERINGEN WOENSDAG 16 SEPTEMBER 1936 VERLOOP ZONDER AVONTUUR Kantara behoort tot de merkwaar digste grensstations ter wereld Wat hier vertroostend klinkt Een ongemotiveerde generali- seerende uitval 170.000 goed-gewapende lieden Het vorstelijk paar weer naar de Cineac Successen der socialisten en conservatieven Omstuwd door een uitgelaten menigte In de catacomben van Panfilus Lunch op de Duitsche legatie KORENSCHUUR AFGEBRAND Zeer groote schade aangericht MAN MET MES GESTOKEN Hij maakte aanmerking over een aanrijding SILOBOUW OP BOERDERIJEN Wat kostten de silo's dit jaar? VRAGENBUS STAAT VAN BESOMMINGEN RIJKSVISCHAFSLAG Toen ik op „His British Majesty's Courts" (Consulaat van Zijne Britsche Majesteit) te Kaïro er naar informeerde of de reeds voeg in het jaar, vóór het uitbreken van den Arabierenopstand afgegeven visa voor Pa lestina nog geldigheid hadden, dan wel of alle visa waren ingetrokken, antwoordde mij een zeer onverschillige, zeer roodharige en zeer piiprookende ambtenaar, dat mijn visum „all right" was, maar dat de Engelsche regsering geenerlei verantwoordelijkheid op zich nam en dat ik geheel op eigen risico moest handelen, indien ik erop stond Palestina te bezoeken. Kennissen te Kaïro, wien ik mijn voornemen de reis te maken mededeelde, zagen er iets heldhaftigs in; wat beslist overdreven is. Feit is, dat het op Gods wegen in het H. Land onder Engelsch mandaatbestuur voor niemand veilig is, en dat in de hartjes der steden vreedzame voorbijgangers van tijd tot tijd worden „neergelegd". Bovendien, had schrijver dezes voor de gele genheid zijn overbodig leven willen verzekeren, gewis, dat de maatschappij haar premie zou hebben verdubbeld, daar zijn uiterlijk door een oppervlakkig oog gemakkelijk voor dat van een lid van een der twaalf stammen kan worden gehouden. Met het prikkelend gevoel dat men heeft, wanneer men zich begeeft in iets, dat mis schien eer. avontuur zou kunnen worden, nam ik dus in Kaïro den namiddagexpress naar Port-Said, met overstappen voor de Palestlna- reizigers te el-Kantara. De trein was overvol met vacantie- en weekeind-gangers, die aan de stranden van Port-Said en Port-Foead, of Rhodes of ergens in de bergen van Europa, de helsche hitte van het Egyptische binnenland gingen ontvluchten. De reis voert het eerste stuk door de Nijl- delta, en telkens weer valt het op, hoezeer dit landschap lijkt op het vlakke Nederlandsche landschap. Zijn platte velden, zijn irrigatie kanalen, als Hollandsche vaarten, zijn verre, ongebroken, lage einder. Het is de stoffage, die er de eigen noot aan geeft, de palmen, de leemen dorpshutten, de groote zeilen der booten, de buffels, kameelkaravanen, de boeren in hun lange, blauwe hemden. Maar voor Ismailia stuift dë express de woestijn in en het fijne stof in wolken de wagons binnen, waar het zich in laagjes neerlaat op banken, bagages en kleeren, en neus, oogen, mond en ooren binnendringt. Ra men en blinden worden gesloten, de Tucht is verstikkend en de conducteur komt een als verfrisschend bedoeld goedje rondspuiten, als in bioscoop-theaters, waar door het vele bezoek de lucht slecht is geworden. Na Ismailia krijgen we op enkele meters af stand het Suez-kanaal rechts van ons; het kanaal door de woestijn, de belangrijkste wa terweg ter wereld, die Oost met West verbinut. Enkele malen rijdt onze trein in het volle, breede licht van de schijnwerpers, welke de booten, die het kanaal doorvaren, aan den voorsteven moeten voeren. Langzaam, onhoor baar, ternauwernood het water in beroering brengend glijden de booten met haar verlichte dekken en patrijspoorten voorbij, door de woestijn, onder den nacht. El-Kantara. Een der merkwaardigste grens stations op een der merkwaardigste internatio nale verkeerswegen ter wereld. Hier vangt de Palestina-spoorweg aan, aangelegd in den we reldoorlog door Britsche genie, om een goede, snelle verbinding tot stand te brengen tusschen het operatieterrein in Palestina en het Egyp tische achterland, van waaruit de ravitaillee ring van het Engelsche leger plaats had. Het zijn een paar honderd kilometer spoorweg door het Sinai-sehiereiland, door het woestijnzand, eer oorlogswerk, dat blijvende waarde had in vredestijd en in een eventueel conflict in het nabije Oosten weer van strategische beteekenis zal zijn. De Engelsche regeering is dan ook nog altijd de eigenares van dezen spoorweg, al be vindt hij zich goeddeels op Egyptisch grondge bied, want het Aziatische Sinai-schiereiland behoort tot Egypte. Te Kantara vindt het douane-onderzoek plaats en de paspoortcontrole, hoewel de Egyp- tisch-Palestijnsche grens nog enkele uren ver der ligt. Voor deze douane- en paspoortcon trole moeten we aan de overzijde van het ka naal zijn. Een veerboot zet ons over van Kan tara-West naar Kantara-Oost. Het is een bont gezelschap, dat op het bootje bij elkaar is: maar weinig Europeesche reizigers, een aantal Engelsche soldaten, dat het gewapend escorte van den Palestina-nachttrein zal zijn, en ver der Arabieren, echte Arabieren, geen Egypte- naren, geen fellatin, maar bewoners van de woestijn. Zij dragen geen tarboezen (fez), maar witte hoofddoeken, op den rug afhangend, met goud of is het koper? bevestigd. Het Suez-kanaal is de grens tusschen we- relddeelen. de ferryboot zet ons over van Afrika naar Azië. De paspoort-controleur van Kantara-Oost bekleedt de functie van immigratie-ambtenaar; zijn taak is toe te zien, dat geen onbevoegden zich over Kantara Palestina binnensmokkelen. De man is nieuwsgierig en wantrouwend Het is half tien en te middernacht precies eerst vertrekt de Palestina-express. Het wach ten is een slaperige geschiedenis. Behalve de Arabieren zijn er maar wéinig reizigers. In normalen tijd, vertelt een zakenman, die de reis KaïroJeruzalem of Tell-Aviv geregeld maakt, is het in den trein en op het perron een gezellige drukte. Een nerveuze jongedame vraagt hem, of het niet het raadzaamste is, te reizen met gesloten ramen en blinden, er. op den vloer liggend, vanwege de kogels. „Neen, zegt de deskundige man, we zullen wel niet beschoten worden, als ze iets tegen den trein willen ondernemen, breken ze de rails op of werpen met ontplofbare stoffen, ge woonlijk tegen den onderkant der wagons. En de ramen en vensters worden overigens geslo ten vanwege het woestijnstof, maar dat toch binnendringt. Ik prefereer kogels." Dat khnkt tenminste vertroostend. In de stationscantine, die grootmoedig „buf fet" heet hebben de Engelsche soldaten hun uniformjassen uitgegooid en hun hemden ver op de borst geopend. Flesschen bier staan op tafel, de geweren leunen tegen den stoel. Uit gehongerde honden bedelen om afval. Anderhalf uur later zit er een Palestijnsche Jood en argumenteert met hooge, opgewonden stem, tegen een slaperigen Engelschman, over de schandelijke laksheid van het Engelsch be stuur, dat reeds lang een einde nad kunnen maken aan de Arabische terreur, als het. ze kere burgemeesters en den grooten Mufti van Jeruzalem maar tijdig had willen ophangen. Twaalf uur middernacht. Temidden van een groote stilte zet de trein zich in beweging. De Engelsche soldaten hebben Zich over de ver schillende wagons verdeeld. In de mijne zitten z® in de aangrenzende coupé; ze spelen bridge met de geladen geweren over de knie. Twee narten, drie klaveren, drie sans-atout.... De trein neemt vaart; het zoeklicht op den kop der locomotief schuift een breeden bundel stralen voor zich uit in den duisteren, maan- loozen nacht, over de immense, verlaten zand vlakte. De machinist is op zijn hoede en kijkt uit. Als het daglicht wordt, zijn wij reeds goed en wel op Palestijnsch gebied. Zacht heuvelena land, meest zand, spaarzaam begroeid, step- penachtig karakter. Maar spoedig verandert het beeld; groene sinaasappelplantages strekken zich uit, Dij de gratie van een goed irrigatie systeem. In de verte glanst nu en dan de blau we spiegel van de Middellandsche Zee. De trein stopt aan menig station. Overal houden Engelsche „jongens", het geweer aan den voet, een oogje op het in- en uitstappen der reizigers. Aan één station stapt een vroo- lijk groepje jonge Joodsche kolonisten in, ge bruinde' jongens en meisjes, in korte knie broek, knapzak op den rug. Ze herinneren sterk aan Duitsche „Wanderbürschen". Arabische knapen, blond, soepel en lenig van leden, met heldere, snelle oogen, bieden prach tig fruit aan: vijgen, druiven zoo groot als duiveneieren meloenen. Wordt het land weer overvloeiend van melk en honig, het land van Cbanaan? Het wordt nu gemarteld door haat en terreur. Wat zal de toekomst zijn? Maar onze reis verliep vreedzaam. Dezen nacht liet men den Palestina-express met rust. De redacteur van „De Stem", Dirk Coster, die dezer dagen bij gelegenheid van zijn vijftigsten verjaardag een koninklijke onderscheiding ontving, wijdt in het Sept.no. een artikel „Op de Bres" aan den modernen beurtzang, welke de couranten aanheffen over het thema „bloed en spelen" in dezen tijd van Spaansche troebelen en Olympische exaltaties. Met ironische bedaardheid haalt hij een en ander aan uit dezen beurtzang: Wij gaan eens voor de eet-eet zorgen, sprak Ma Braun en alle journalisten schrijven dat Ma Braun dit onsterfelijke woord heeft gesproken. lederen morgen worden 40 a 50 men- schen tegen den muur in Madrid gefusilleerd. Daarna worden de vrouwen toegelaten om hun doden te zoeken, die de soldaten met hun voet omwentelen wanneer zij op hun ge zicht liggen. Zij schieten de vrouwen die wild worden neer, en werpen hun lijken bij den hoop. Eleonora Holm snikt op de tribune hartbrekend, niet mee te mogen zwemmen, vanwege een keer dronken te zijn geweest op het schip. Alle journalisten ter wereld, hoe wel vol deugdzamen afschuw voor haar ont zaglijke zonde, voelen hun oogen vochtig worden van medelijden met deze schuldige zondares. In alle kelen zitten weer de dikke brokken. Lijken van monniken en nonnen, half-ontbonden, staan rechtop tegen den wand van Barcelona's Kathedraal (foto bij gevoegd) Maar Willy heeft keelpijn, en een be- wijsje van verhooging. Wat moeten wij be ginnen? Wat in Godsnaam? Doch de dokter geeft voor morgen alle hoop Zou Rietje werkelijk verloofd zijn met dien blonden jongen man die telkens bij haar is, en Kees heet? Vele kranten gelooven het, andere betwijfelen het. Houdster van drie records! Er worden meer records geslagen. Want Badajoz is ingenomen. Na een razend gevecht van man tot man in de straten. De bezetting, ten bedrage van 2000 overblijven- den, werd gedood, wat niet meer doodge schoten kon worden, werd verdronken. En dit is voor nieuw Europa een nieuw record. Feitelijk sinds onzen eigen 80-jarij>en oorlog niet meer vertoond. De martelingen waren nu al niets nieuws meer, maar het opgraven van lijken en het uitmoorden van een bezetting die zich overgeeft, zijn alweer nieuwe verwor venheden in dit ons nieuw Europa. De Stern-redactie zoekt naar een verklaring en middelen tot remming van deze excessen en geeft in het vervolg van haar artikel te kennen dat alles afhangt van de menschen van goeden wil, dokters, onderwijzers, ingenieurs, priesters, die nog dóórwerken aan hun arbeid ten dienste der menschheid. Het wekt lichtelijk verbazing, dat „De Stem" onder deze menschen van goe den wil niet wil meerekenen „lieden die papier bekladden, want onder dit gezelschap vindt men het zelfde percentage uitgezochte sadisten en schurken als overal elders, al doen zij hun werk, het vernietigen van een ander leven, op een veiliger en laffer manier". Zulk een generaliseerende uitval naar jour nalist en schrijver lijkt ons wat kras en zeker niet verdiend door het gros der Nederlandsche couranten. Er is in andere kringen wel iets ergers te constateeren. Van een „intellectueelen" medereiziger in den trein vingen wij dezer dagen de woorden op: „voor eiken „witte" die in Spanje sneuvelt, moesten ze tien „rooden" doodslaan". Deze man was volstrekt geen journalist, doch koopman, dokter of ingenieur, als het geen onderwijzer geweest is! Dat de nieuw-geridderde redacteur van „De Stem" uit de krant een bloemlezing van bloed- en spel-tirades kan knippen, die wat heel scherp met elkaar contrasteeren, lijkt ons nog geen argument, om aan de „papier- bekladders" uitgezocht sadisme en schur kerij te verwijten! Men kan het eens zijn met zijn zienswijze, dat door een sensationeel ver mengen van het een met het ander, een be dreiging voor de hiërarchie der levenswaarden ontstaat. Maar wij gelooven niet dat dit, zooals Coster schrijft: speciaal te wijten is aan „de manier waarop de pers dit alles opzweept, alles op één vlak brengt, alles eender maakt, de tiende se conde van Willy of Rie en de tragiek van ge broken levens, van wat stuiptrekt en sterft en nooit verwerkelijkt wordt". Zijn verontwaardiging over de feiten heeft, naar 't ons voorkomt, den Stern-redacteur ver leidt tot een niet geheel gemotiveerden aanval op de berichtgeving van die feiten. Deze be richtgeving en haar methodiek kan men nuch terheid of sensatiezucht verwijten, maar moei lijk iets meer. Het verval onzer Europeesche zeden spiegelt zich wel in de kranten, maar het komt toch nog altijd voort uit het menschelijk wezen ^felf ook al is dit goed van wille of al verschuilt het zich achter zijn humanistische schijnbeschaving. v. O. De Engelsche Koning "bezocht ook de Najciarsbeurs te Weenen. Men ziet hem hier te midden van de Oostenrijksche ministers (Gedeeltelijk gecorrigeerd) PARIJS, 16 Sept. (D.N.B.) De radio zender van Tetouan meldt, dat de sterkte der troepenmacht van de opstandelingen bij Madrid thans meer dan 170.000 man bedraagt, welke goed gewapend en van vol doende munitie voorzien zijn en binnen kort tot den aanval op de hoofdstad zullen overgaan. De geheele troepenmacht der opstande lingen telt op het oogenblik aan alle fron ten in het geheel 500.000 man, welk aantal voor het einde dezer maand zal zijn ver dubbeld. De correspondent van de „New York Times" in Spanje beschrijft het gevaar, waaraan hij heeft blootgestaan om te kunnen doordringen tot de vliegtuigbasis der opstandelingen te Caceres. De correspondent meldt, dat het vliegveld ge heel was georganiseerd door Duitsche vliegers. Vertrouwende op de ingestelde bewaking ge neerden zij Eich vcilgens cien correspondent geenszins hun ware identiteit kenbaar te ma ken. Zij dragen niet de Spaansche uniform en zij bewegen zich op een wijze, waaruit blijkt, dat zij geen onbescheiden blikken vreezen. De correspondent heeft tien bommenwerpers en 17 jachtvliegtuigen van Duitsch fabrikaat geteld. Alle toestellen worden volgens den cor respondent bemand met Duitsche vliegers. Zij zouden Madrid hebben gebombardeerd. De correspondent heeft verscheidene vlieg tuigen zien opstijgen, die door Duitsche offi cieren werden bestuurd. Hij verklaart tenslotte, dat de bewering, dat deze laatsten slechts als instructeurs der opstandelingen zouden optre den, niet juist is. regeeringspartijen is het verkiezingsresultaat met groote voldoening ontvangen. Minister-president Stauning heeft verklaard, dat het resultaat niet zal nalaten zijn invloed te doen gelden. De uitslag der verkiezingen wordt beschouwd als een motie van vertrouwen in de regeering-Stauning, welke reeds zeven jaar lang het land bestuurt. De Deensche volksvertegenwoordiging, de Rigsdag, bestaat uit Folketing en Landsting. Het Folketing bestaat uit 149 leden, die voor den tijd van vier jaar worden gekozen bij alge meen kiesrecht van personen boven de 25 jaar. Het Landsting bestaat uit 76 leden, van wie 19 door het Landsting worden gecoöpteerd, ter wijl de overigen door colleges van kiesmannen worden gekozen. De leden van het Landsting worden voor acht jaar gekozen. Om de vier jaar treedt de helft af. KOPENHAGEN, 16 Sept. (D.N.B.) Op de eilanden Seeland (behalve Kopenhagen) Lolland, Falser en Bornholm en in Zuid-Jutland hebben gisteren de verkiezingen voor het college der kiesmannen plaats gehad, die op 22 November 28 afgevaardigden voor het voorloopige landsting moeten kiezen. Voor zoover aan de hand der voorloopige re sultaten is op te maken, hebben de sociaal-de mocraten en de conservatieven ieder twee man daten gewonnen, beide partijen ten koste van de gematigde linkerzijde. De sociaal-democraten en de radicalen eener- zijds en de conservatieven anderzijds hebben 23 kiesmannen aangewezen. Het lot zal er over moeten beslissen, welke groep in het landsting, de meerderheid zal krijgen. In de kringen der Prinses Juliana en Prins Bernhard hebben hedenochtend met de Moeder van den Prins en diens broer een geheel onverwacht bezoek aan de Cineac op het Buitenhof te Den Haag gebracht, waar het gezelschap bijna de geheele eerste voorstelling heeft bijgewoond. Even tien uur verliet het gezelschap, waarbij zich nog gevoegd had de secretaris van Prins Bernhard, jhr. ir. Röell, het paleis Noordeinde, om te voet naar de Cineac te gaan. Door de Hoogstraat bereikte men de Groenmarkt, waar de Prinses van een collectant een speldje kocht ten behoeve van „zwakke en gebrekkige kinde ren naar buiten". Het prinselijk paar werd natuurlijk op de drukke Groenmarkt onmiddellijk herkend en omstuwd door een jubelende, steeds toenemen de schare, bereikte het gezelschap omstreeks kwart over tien het bioscooptheater. Met moeite drongen de vorstelijke personen het theater binnen, waarvoor een groote file stond opge steld. Op de achterste rij nam het jonge paar plaats, de Prinses op een hoekplaats, naast haar Prins Bernhard, naast hem Prinses Armgard, vevolgens Prrins Aschwin. Het publiek was eerst geheel onkundig van de aanwezigheid van het hooge gezelschap in de zaal, maar spoedig bleek het te zijn inge licht. Toen dan ook, na een gekleurde teeken film, het licht aanflitste, stonden allen (de zaal was geheel bezet) als één man op, om het jonge paar toe te juichen, waarvoor het glim lachend dankte. Tijdens de vertooning van „Filmflitsen uit het leven van onze Kroonprinses'' werd voort durend geapplaudisseerd. Toen kwamen de opnamen uit den verlovings tijd van het jonge paar, geopend met het Wil helmus, dat door de aanwezigen staande werd meegezongen. De hooge gasten konden op het witte doek aanschouwen, hoe zij na hun eerste bezoek aan de Cineac, op het Buitenhof wer- Sinds vele eeuwen zijn de catacomben in Rome door de zorg van de Pausen weten schappelijk bestudeerd en met groote nauw gezetheid in hun oorspronkelijken toestand be waard. Duizenden bezoekers beschouwen dan ook jaarlijks vol eerbied deze begraafplaatsen uit de vroegste tijden van het christendom. Sommige der catacomben zijn zelfs uit de eerste eeuw na Christus bewaard gebleven, terwijl de gewoonte om den dooden in de nissen der onderaardsche gangen hun laatste rust plaats te geven, eerst in de 4e eeuw verdween. Onder de eeuwige stad strekt zich een netwerk van zulke gangen uit, die aan weerszijden de nissen, ter lengte van een menschelijk lichaam, vertoonen. De voorwand werd gewoonlijk met een steenen plaat of aardewerkwand afgesloten, wearop inscripties en symbolische teekens wer den aangebracht. Men zou verwachten, dat er in onzen tijd geen belangrijke ontdekkingen betreffende de catacomben meer worden gedaan, maar toch blijkt het. dat vooral in de buitenwijken en naaste omgeving van Rome er nog ongeopende catacomben bestaan. Sinds de stad zich uit breidt en fundeeringen voor nieuwe gebouwen worden gelegd, stoot men op nog onbekende gangen en vermeerderen de vondsten. Het is te betreuren, dat de pauselijke com missie vb or Christelijke Archaeologie dikwijls op den tegenstand der bouwondernemers stuit, die in de opgravingen slechts een ongewenscht op onthoud van den nieuwbouw zien. Op de meest belangrijke vondst van den laatsten tijd wijst Prof. W. Bombe in de Um- schau. Het betreft de ontdekking der cata comben van Panfilus in de tegenwoordige Via Caspare Spontini. Bij den huizenbouw in deze nieuwe straat vond men onderaardsche gan gen, die op een diepte van acht tot veertien nieter lagen en ten deele ingestort waren. Met groote moeite kon onder leiding van Prof. Josi van de pauselijke commissie de catacombe van Panfilus van de grondeigenaren afgekocht wor den, waardoor een systematisch onderzoek mo gelijk was. De groote beteekenis van deze nieuw ont dekte catacomben is vooral daarin gelegen, dat z'ó niet evenals de meeste andere onderaard sche begraafplaatsen reeds in vroeger eeuwen geopend werden. In de vroege middeleeuwen werden namelijk in de catacomben door pel grims vele graven geopend, om op deze wijze het gebeente van christenmartelaren als reli- quieën te kunnen verkrijgen. In hoeverre ook het gebeente van de heilige martelaren Panfilus, Quirinus, Cyrinus en anderen werd wegge voerd, is onzeker, maar in ieder geval heeft men in de nieuwe catacomben zeer vele onge opende graven uit verschillende tijden gevon den, de meeste echter uit de 3e eeuw. De grafinschriften zijn zooals altijd in het Grieksch op de oudere, in het Latijn op de nieuwere graven aangebracht. De eenvoudige graven met een 3 c.M. dikke kalklaag gesloten hebben geen inscriptie, maar ésn kenteeken. Evenals in de andere catacomben heeft men in die van Panfilus ook grootere grafkamers ontdekt. De welgestelde leden van de oudste christengemeenschap in Rome werden in groo tere ruimten begraven, z.g. cubicula, die ver sierd zijn met wandschilderingen van symbo lisch karakter. De voorstellingen zijn ten dee±e aan het oude testament ontleend, b.v. de arke Noachs, ten deele zijn het christelijke symbo len, zooals de duif, het lam, de pauw, het anker, het kruis enz. Palmtakken, guirlandes en an dere ornamenten herinneren aan de schilde ringen uit den antieken voorchristelijken tijd. De meeste van deze schilderingen zijn evenals de inschriften uit de eerste helft der derde eeuw. Hoe wei de kunstuitingen in dien tijd eenvoudig waren en de meeste schilderingen vluchtig zijn uitgevoerd, hebben zij een groote waarde. Zij getuigen van den eerbied en de liefde voor de afgestorvenen, van de zuiverheid van het geloof en de groote saamhoorigheid, die in de vroegste christengemeenten leefden. den toegejuicht door een duizendkoppige me nigte. Het défilé van Zaterdag werd hierna ge draaid, gevolgd door een geestige „Kaleidos- coop-cacophonie van de feestvreugde in de re sidentie", de opening van de Staten-Generaal, den rijtoer van Dinsdagmiddga en tenslotte den kerkgang van Zondag j.l. Het programma besloot met een film, opgeno men in het stamland van Prins Bernhard. Tij dens de vertooning hiervan, heeft het hooge gezelschap de zaal verlaten. Rechercheurs en politie-agenten hebben op den terugweg voor een escorte gezorgd, dat op den heenweg ge heel ontbrak. Het enthousiasme van de menigte op het Buitenhof was weer grenzenloos. Honderden liepen achter Prinses Juliana en Haar gezel schap mede. Juichend en zingend ging het via Gravestraat, Hoogstraat en Noordeinde naar het paleis, waar het ook weer zwart van de menschen zag. Het hooge gezelschap ging het paleis binnen door een zijdeur onder de linker zuilengalreij. De politie, die voor een behouden terugkeer zorgde, was ditmaal in grooteren getale aan wezig, dan de vorige maal, toen zij niet kon verhinderen, dat Prinses Armgard en Prins Aschwin in de menigte achterbleven en een kwartier na het jonge paar het paleis betraden. Gelukkig bleef het gezelschap thans bijeen, al was het enthousiasme van de menigte niet minder dan ter gelegenheid van het eerste be zoek aan de Cineac. De Duitsche gezant en gravin Von Zech— Burkersroda hebben hedenmiddag aan Prinses Juliana en Prins Bernhard, Prinses Armgard en Prins Aschwin een lunch aangeboden. De ge- zantschapsraad, dr. E. Boltze, zat mede aan. Aan de Duitsche legatie aan den Vijverberg werd het gezelschap met gejuich begroet door de talrijke belangstellenden. De Duitsche gezant heette zijn hooge gasten op het bordes welkom. Hedennacht is brand uitgebroken in de groote korenschuur van den heer A. Heuts, aan de Locht te Heerlen. Toen de Heerlensche politie- brandweer arriveerde, was de brand reeds tot een groote vuurzee opgelaaid. De korenschuur ging met zijn inhoud geheel in de vlammen op, doch de brandweer wist uit breiding te voorkomen. Niet minder dan 15.000 K.G. stroo en 3000 K.G. gedorschte rogge en haver gingen verloren, terwijl ook een melk wagen en diverse landbouwgereedschappen door het vuur vernield werden. Tevens kwamen 50 kippen in de vlammen om. Verder verbrandden nog 15.000 K.G. stroo van een vrachtrijderr, die eveneens in de schuur waren opgeslagen. Verzekering dekt de schade, die zeer aan zienlijk is. De oorzaak van den brand is onbe kend. In den afgeloopen nacht werd zekere Van der B. uit Druten te Leeuwen door twee dron ken wielrijders aangereden. Toen hij hierover aanmerkingen maakte, vielen beide mannen hem aan en staken hem een mes in den schouder, waarna zij op de vlucht gingen. Eeni- gen tijd later werd Van der B. langs den weg gevonden. Men waarschuwde een geneesheer. Deze achtte overbrenging naar het ziekenhuis noodzakelijk. Het mes was tien centimeter in het lichaam gedrongen. In het Canisiuszieken- huis werd het slachtoffer opgenomen, waar langs operatieven weg het mes verwijderd werd. Als verdacht van dezen aanslag zijn aange houden zekere R. en De B. uit Druten. In 1936 is het aantal silo's in Nd. Holland weer aanzienlijk toegenomen en gezien de be langstelling, die er voor den silobouw bestaat zal het maximum voorloopig nog wel niet bereikt worden. Verschillende boeren, die wel geneigd zijn tot silobouw over te gaan, worden echter maar al te vaak door de kosten afgeschrikt. Dat de bouwkosten van een silo evenwel dik wijls overdreven worden, is ons gebleken uit een enquête, die wij onlangs ingesteld hebben. Van 28 betonsilo's, waarvan 8 ronde en 20 platensilo's, kregen wij een nauwkeurige en uit voerig gespecificeerde opgave van de bouw kosten. De gemiddelde inhoud van deze silo's bedroeg 40 M3 (platensilo van pl.m. 30 platen), terwijl als betonverhouding vrijwel uitsluitend 1:2:3 gebruikt werd. De meeste platensilo's waren geconstrueerd met platen van 150 X 59 X 6 cM. In de eerste plaats hebben we de totaalkos- ten van de platen- en ronde silo's vergeleken, omgerekend op een silo van 40 M3 inhoud. Dezen bleken te zijn voor: gemiddeld platen- silo f 92.vaste ronde silo f 138.laagste pla tensilo f62.—, vaste ronde silo f133.—; hoogste platensilo f135.—, vaste ronde silo f1140.—. Hierbij is dus alles begrepen, o.a. opzetstuk, grondwerk, drainage, stellen van de platen, hoekijzer, eventueel transport van de platen, enz. Hieruit blijkt, dat er een aanzienlijk prijs verschil bestaat tusschen de platen- en vaste silo's. Dit moet voornamelijk toegeschreven worden aan het feit, dat men voor een vaste ronde silo een paar mallen noodig heeft en men 40 pet. meer materiaal moet verwerken in ver band met de wanddikte, en meer vakarbeid moet worden overgelaten aan derden, terwijl men tevens een rond gebogen opzetstuk moet laten maken. Ook is er een aanmerkelijk ver schil tusschen het hoogste en laagste bedrag bij de platensilo's. De bedragen zijn in het al gemeen lager, naarmate de boer een grooter deel van den silobouw in eigen beheer heeft uitgevoerd. Om beter vergelijkbare cijfers te krijgen, hebben we vervolgens de gemiddelde kosten per M3. silo-inhoud berekend. Wij kregen de volgende uitkomsten. Inhoud silo: 20 M3 platensilo f3.vaste ronde silo f 30 M3 platensilo f 3.vaste ronde silo f—40 M3 platensilo f2.10, vaste ronde silo f 3.50: 50 M3 platensilo f 2.—, vaste ronde silo f 3.40. Hierbij is weer alles inbegrepen (opzetstuk, grondwerk, enz.). Over vaste ronde silo's van 20 en 30 M3 wa ren geen prijsopgaven ontvangen. Uit de cij fers blijkt, dat een vaste ronde silo pl.m. f 1.50 per M3 duurder is dan een platensilo en dat de kosten per M3 lager worden, naarmate de silo grooter wordt, wat overigens vanzelf spreekt. Uit onze enquête is wel gebleken, dat de bouw van een silo, vooral als men een deel in eigen beheer kan uitvoeren, geen hooge kosten behoeft mee te brengen. Vr. Ik heb een kanarie, die rond zijn oog en aan zijn pootje een gezwel heeft. Wat is daar aan te doen? Antw. Penseel de zweertjes dagelijks met ge zuiverde bruine teer; de oogleden bestrijken met een mengsel van een deel perubalsem en vjjf deelen zinkvaseline. Vr. Wat is het beste voedsel voor kanaries en parkieten? Antwoord. In den handel is het voedsel ge reed te koop. Raapzaad geweekt in kokend water, daarna eenigszins droog geworden, is goed voer. Voor bijvoer kunt u vogelbiscuit ge ven, geweekt in melk. Vr. Hoeveel liter water moet er op een flesch waterglas? Ant. Verdunde waterglasoplossing bereidt men door een liter waterglas met 910 liter water te mengen. Vr. Ik heb mijn 15e kind gekregen. Nu heb ik zeven zoons en werd mij verteld, dat ik recht had op 25 uit te betalen door H. M. de Ko ningin. Bij wien moet ik mij daarvoor vervoe gen? Antw. In Nederland bestaat geen bepaling, die recht geeft op een uitkeering na de geboor te van kinderen. Wel komt het voor, dat in een bijzonder geval aan H. M. de Koningin mede- deeling wordt gedaan van de geboorte van een bijzonder groot aantal kinderen in één gezin. Dit heeft dan niet zelden tot gevolg, dat van de zijde van H. M. de Koningin een blijk van belangstelling wordt gegeven. Het is misschien het beste, dat in zoo'n geval de ambtenaar van den Burgerlijken stand in de betreffende ge meente zich voor die zaak interesseert en na mens de ouders de mededeeling doet. Niet al leen in ons land, maar ook in andere landen komt het voor, dat aan den zevenden zoon de naam wordt gegeven van het hoofd van den Staat en dat daarvan bericht wordt gezonden aan het staatshoofd. Vr. Is er een middel om het vliegenvuil van de verf in mijn huiskamer af te krijgen? Antw. Met waterstofperoxyde. Vraag uw dro gist. Vr. Ik ben als werkster werkzaam voor een vasten dag in de week. Nu is de familie drie weken de stad uit. Heb ik recht op lóón? Antw. Ja. Vr. In mijn geel linnen rokje heb ik roode en zwarte verfvlekken gekregen. Ik heb reeds met terpentijn en benzine geprobeerd de vlek ken er uit te krijgen. Het ging niet. Weet u nog een ander middel? Antw. Weet u wel zeker, dat het verf is? Het aan te bevelen middel verschilt naar den aard van de vlekken. Zoo het verf is, probeer dan het volgende nog eens. De vlekken Insmeren met boter, 24 uur laten staan en dan de boter met een doek afnemen. De vlekken betten met perchlooraethyleen. Vr. Wanneer en op welken tijd is het Vredes paleis in Den Haag te bezichtigen? 2. Wanneer de Gevangenpoort? 3. Hoe verwijder ik zwam uit keukenkasten. Is dit een gevolg van vocht? Antw. 1. Op werkdagen en den lsten en 3en Zondag der maand van 14 tot 16 uur. Indien er zittingen gehouden worden van 13 tot 14.30 uur; 2. Op werkdagen van 1 April tot 1 Octo ber van 10 tot 17 uur. Op Zon- en feestdagen van 13 tot 17 uur; 3. Dat optreden van zwam is inderdaad een gevolg van vocht. Een alge meen afdoend middel is daarvoor niet op te ge ven. Raadpleeg daaromtrent een deskundige. In den regel is het niet gemakkelijk, omdat het dikwijls het gevolg is van slechten bouw van het huis. Vr.: Kunt u mij ook mededeelen of od de nummers 111 en 113 van de verloting der Haarlemsche Fanfarekorpsvereeniging „Voor ens Genoegen" een prijs gevallen is? Antw.: Van particuliere loterijen houden wij geen aanteekening. Vr.: Wat is het beste boek of wat is een goed boek over massage en zanderen? Welk over natuurgeneeswijze? Welk over recepten voor kruiden om te genezen? Antw.: Het is moeilijk u hierin te raden. Wij kennen uw bedoeling niet en weten niet of het u om uitvoerig materiaal te doen is of niet. Een goede boekhandelaar zal u echter graag een aantal boeken op zicht sturen, zoodat u daaruit een keuze kunt maken.. Wendt u tot hem. Vr.: Mijn zuster was met een weduwnaar getrouwd, die nog twee kinderen had. Nu is mijn zuster overleden. Hebben de broers nu recht op de helft van den inboedel? Mijn zwa ger wil den boel verkoopen. Antw.: Neen, tenzij er een testament is. Wij nemen aan, omdat u het tegendeel niet ver meldt, dat uw zuster in gemeenschap van goe deren is getrouwd. Vr.: Ik heb 'n prachtigen grooten waaierpalm in de kamer staan, die weer een nieuw blad krijgt, doch door de zwaarte naar een kant groeit. Wanneer kan die verplant worden in een grooteren pot? Antw.: De tijd voor 't verplanten is zoo mo gelijk in het voorjaar, b.v. April f Mei. Het is echter een secuur werkje, zoodat wij u zouden willen aanraden er uw tuinman by te halen. Vr.: Kan men tomaten inmaken? Zoo ja, op welke manier? Antw.: Wasch de tomaten in koud water, verwijder de groene kelkblaadjes. Schik ze in wijde flesschen, die uitgekookt en bekoeld moe ten zijn (voor 't springen van 't schilletje der tomaten), giet er zooveel koud water op. tot de vruchten onder staan en steriliseer ze 15 minu ten op een temperatuur van 80 gr. c. Vr. 1: Kan een niet-Nederlander worden ver plicht bij te dragen in het onderhoud van zijn schoonouders, die steun ontvangen van Maat schappelijk Hulpbetoon? 2. Mag Maatschappelijk Hulpbetoon de steun- bijdrage verminderen van f 9.50 op f 8.50 per week, omdat de schoonouders weigeren een alimentatie-actie tegen den schoonzoon in te stellen? Antw.: Ja, krachtens de Armenwet 2: Ja. De overheid is slechts verplicht om degenen te helpen, die in behoeftige omstan digheden verkeeren. Indien dus een familie voor het noodzakelijk levensonderhoud f 9.50 noodig heeft, maar daarvan, naar het oordeel van Maatschappelijk Hulpbetoon, f 1.— kan en moet verhalen op familieleden, die tot hulp in staat zijn en daartoe verplicht zijn, dan bestaat de behoefte niet tot een bedrag van f 9.50, doch slechts tot een bedrag van f 8.50 en betaalt M. H. niet meer dan dat bedrag uit gekomenWOenSdaC 8Sn d€n Riiksvischafslag aan- STOOMTR4WLERS i«?nver manden 2600—, Poolzee 330 manden 1870.— Oostzee O manden 1900.—. Bloemen- 9^ manden 2560.—. Vios IV 270 manden 2000.Sperwer 60 manden 1300.Azimuth AmaSfri^11^2!;500'Timor 880 manden 2800 S 1 manden 3680.—, Ewald 1230 man den 3790.Raaf 65 manden 1130. LOGGERS Sch. 266 490.—. K.W.: 112 420108 420.—, 74 1490 78 1270.—. 155 740—, 46 460.—, 175 580.—. 60 480.—, 166 500.—, 86 570.—. IJMTTIDKN, 16 Sept. Rijksvischafslag. Tarbot 7294 cent per kg. Griet 16.0026 per 50 kg. Tong 0.951.30 per kg. Groote Schol 25 0034, middel Schol 20.5028, Zetschol 15.5022, klei ne Schol 4.10—17.50, Bot 4.60—19. Schar 1.65—7. Tongschar 22.0027 per 50 kg. Vleet 0.952.60 per stuk. Pieterman en Poon 2.504.70, groote Schelvisch 31.00, middel Schelvisch 23.50—26 kl. midd. Schelvisch 1123.50. kleine Schelvisch 4.60 13.5o per 50 kg. Kabeljauw 51.0080 per 125 kg. Gullen 3.4023 per 50 kg. LengC.701.60 per stuk. Heilbot 5070 cent per kg. Wijting 1.15 3.60 per 50 kg. Koolvisch 3080 cent per stuk. Makreel 1.85—8 per 50 kg. Versche Haring per kist. 2.103.75. Steurharing per kantje 10.50.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1936 | | pagina 9