Medische Kroniek der Vliegveld Teuge Het geheim Heiligen DE WERKLOOSHEID ZONDAG 27 SEPTEMBER 1936 IDEEËN „St. Willibrordus" Eenig debat is gevoerd over al of niet-invoering der 40-urige werkweek Jo Vincent soliste te Weenen Postvluchten Oorzaken van de toeneming in de laatste jaren LANDBOUWUITVOERWET '29 Wijziging in voorbereiding Ook extra-gave aan kastrekkers Verzoek van R.K.W.V. heeft gunstig resultaat DE JEUGD EN ORANJE Nationaal huwelijksgeschenk voor de Prinses Onder veel belangstelling Zater dag officieel geopend Koninklijke onderscheiding Longtuberculose UIT DE STAATSCOURANT O nd er scheid ing waarin een l-H heiligverklaring wordt uitgesproken, en -*• dat bewaard gebleven is, dateert uit het jaar Onzes Heeren 993. Het is de canonisatie-bul voor den Heiligen Ulrich, in leven bisschop van Augsburg. Wij lezen in dit pauselijke stuk: „Zoo eerbie digen en vereeren wij de overblijfselen (reli kwieën) van de martelaren en de belijders, om Hem te aanbidden, Wiens martelaren en belij ders zij zijn." Honoramus servos ut honor redundet in Domi- num: Wij eeren de dienaren om eere te bren gen aan den Heer. Onze heiligenvereering zoo merkt de Zwit- sersche bekeerling dr. Otto Bauhofer op in een beschouwing over dezen ouden tekst wordt door deze woorden in onmiddellijk en onafschei delijk verband gebracht met onzen Godsdienst in den letterlijken zin van dit woord. De heili gen worden vereerd, maar de bedoeling hiervan is, des te grooter eer te brengen aan God. Hun heiligheid wordt bewonderd en vereerd, niet als een zelfstandige hoedanigheid, maar als een bijzondere vorm van hun afhankelijkheid. Zoo bewonderen wij de groote dichters of de groote schilders immers ook eerst, wanneer wij begaafd zijn met begrip of bewondering voor de schoon heid. Wij zien heel goed in, dat elk genie en elk talent iets afzonderlijks is, zooals ook elke heilige zijn eigen karakter heeft en zijn eigen zielkundige samenstelling, die de wijze, waarop hij heilig werd, bepaalt, maar om het talent en het genie te kunnen schatten, waardeeren en genieten, moeten wij de wetten en de eischen van de schoonheid kennen, wij moeten beschik ken over 'n zekere mate van schoonheidsgevoel. Anders loopen wij onverschillig aan de groote meesterwerken van de kunst voorbij. Ze hebben ons dan niets te zeggen. Welnu: om de heiligen te kunnen vereeren en begrijpen en waardeeren is het noodig, dat wij eenig begrip hebben van het godsdienstig leven, dat wij zelf begaafd zijn met althans eenige religiositeit. Wie de kiem van het gods dienstige versmoort in zijn gemoed, zal voor de grootheid der heiligen onverschillig blijven. Hei ligheid is namelijk geen louter zielkundig begrip, evenmin als b.v. kunstvermogen. Het begrip hei ligheid behoort tot het godsdienstige Teven, zooals begrip kunst behoort tot het leven van de schoonheid. Dit schijnt vanzelfsprekend, en niemand zal in theorie den lust gevoelen, het te ontkennen, doch in de practijk wordt vaak over de heiligen gedacht en geschreven, zonder dat men het godsdienstige verband voldoende in het oog houdt. Men legt dan vooral van niet-katho- lieke zijde gaarne den vollen nadruk op al lerlei psychologische uitzonderingstoestanden, en het scheelt soms weinig of de heiligen wor den voorgesteld als een beter soort zielszieken., van wie men nu wel niet direct kan beweren, dat ze gek waren, maar voor wie het normale leven klaarblijkelijk niet veel aantrekkingskracht had, en die derhalve de vlucht namen in het zielkundig-ongewone, waar zjj hun bijzondere zielskrachten vrij uitvierden. Deze beschouwingswijze is onjuist, zelfs wan neer ze gevallen behandelt, die uit de heili genlevens bekend zijn, en die ons voor psycholo gische raadselen stellen. Nooit kan men de hei ligheid afscheiden van het Goddelijke Leven. Het geheim der heiligen is het altijd sterk on derhouden verband tusschen hun eigen ziels leven en het Leven der Godheid. Door de gena de worden zij deelachtig aan dit Goddelijke Le ven. Dit is de gave Gods, waardoor de heiligen verheven werden. Men mag het nooit vergeten, want dan beoordeelt men de heiligen ver keerd. Twee gevaren bedreigen hier den be schouwer. Het eerste gevaar is, dat hij zoo als uiteengezet geen rekening zal houden met dit zelfstandige godsdienstige leven, dat door de genade wordt onderhouden en dat het ge wone leven niet vernietigt, doch dat er toch van onderscheiden is, omdat het andere krachten behoeft dan het gewone leven. Het tweede ge vaar is, dat men de persoonlijkheid van de hei ligen heelemaal uitschakelt, en hun verdiensten niet meer ziet, omdat men de heiligheid geheel beschouwt als een uitverkiezing van den souve- reinen wil Gods en geen aandacht over heeft voor de wilskrachtige medewerking van der, vrijen mensch met Gods bedoelingen. De volheid der genade in het mystieke Li chaam van Christus, ziedaar het geheim van alle menscheiyke heiligheid. Heilig zijn is deel hebben aan deze genade. Wij weten heel goed, dat wij deze genade ver liezen door de zonde, en dat wij haar kunnen vermeerderen door deugd, offer en gebed. Het ,is dus begrijpelijk, dat wij groote belangstelling hebben voor de deugdbeoefening der heiligen. Als beoefenaren van de deugd zijn de heiligen onze voorbeelden. Wij zullen het nooit kunnen begrijpen, en nog minder zullen wij in staat zijn hen na te volgen, indien wij voor hun deugd beoefening geen aandacht hebben. Deugd is echter nog iets anders dan men zich tegenwoordig, door een al te moralistische en al te actualistische opvatting misleid, wel eens voorstelt. Wat men een deugdzaam katholiek noemt, is iemand, die zich nauwkeurig houdt aan de uitwendige voorschriften: de geboden Gods en de geboden van de H. Kerk. Dit onder, houden van de geboden is ongetwijfeld een voorwaarde tot de deugd, maar zonder de ge nade, zonder de deelneming in het mystieke leven van den godsdienst, zou deze uitwendige stiptheid niet de geringste beteekenis hebben. Al gaf ik ook alles wat ik had aan de armen zoo zegt Sint Paulus dit zou niets waard zijn, indien ik de liefde niet had. Het gaat om de liefde, alleen om de liefde, en om niets anders dan om de liefde, in de psychologie van het bovennatuurlijke leven. „Mijn liefde is mijn gewicht" zegt Sint Augustinus, en hij schrijft zelfs: „Bemin en doe wat gij wilt," want iemand, die bezield is door de bovennatuurlijke liefde, die werkelijk door den Goddelijken Geest der Liefde be- heerscht en geleid wordt, kan inderdaad ge rust „doen wat hij wil," al zouden de njen- schen zijn handelwijze ook niet begrijpen en deswege sterk afkeuren. Talrijke heiligen heb ben op deze wijze moeten „doen wat zij wil den" en het was dan gewoonlijk iets, hetgeen de anderen niet wilden. Hun liefde vrijwaarde Tien echter voor de hoovaardige eigenzinnig heid, die ons onmiddellijk beloert, zoodra wij meenen, in strijd met de opvattingen van anderen, onzen eigen wil te moeten doorzetten. Het leven van de Katholieke Kerk berust geheel op de liefde. Haar eigen leven is niets anders dan de liefde. De heiligheid is niets anders dan de vrucht van deze liefde. Alle moraal en alle ascese van de heiligen is ge richt op de vermeerdering van deze liefde. Wij spraken over een al te moralistische en al te actualistische opvatting van het gods dienstige leven. Het komt ons n.l. voor, dat zulk een opvatting een zeer ernstige belemme ring is voor het waarachtige godsdienstige leven. Deze opvatting predikte de deugdbeoe fening, maar beperkt zich ertoe, den mensch te houden, door sterke wilskracht, binnen de grenzen van het moreel geoorloofde. Het be schouwt dit terecht als een groot goed voor de samenleving. Wanneer de menschen goed oppassen en zich hiertoe krachtig oefenen zoo redeneert deze beschouwingswijze dan is de maatschappij veilig, en de uiterlijke bloei van de Kerk verzekerd. Dit alles is waar, maar het is niet genoeg. Deze moralistische opvatting beschouwt de mystiek als een luxe. Haar deugdenleer be rust op de menschelijke wilskracht en al er kent zij de werking der genade, al predikt zij de noodzakelijkheid der Goddelijke liefde, het is of zij beducht is voor den eigenlijken grond slag van de heiligheid. Het geheim der heili gen gaat langs haar heen. Ze doet denken aan die droge gesichiedenis-schrijvers van de kunst, die alles weten omtrent de jaartallen en de kunstenaars en de'stijlen, maar die voor de schoonheid zelf ongevoelig zijn. Het hedendaagsche katholicisme wordt door deze al te moralistische beschouwingen een overleefsel uit de 18e en de 19e eeuw ernstig belemmerd in zijn herleving. De katholiek zal weer in de leer moeten gaan bij de heiligen. Hij zal de lessen der liefde weer moeten ver staan. Hij zal niet vreemd moeten blijven te genover de grondbeginselen van het mystieke leven. Dat de moraal hierdoor niet op den achtergrond zal geraken tenminste in de practijk is wel duidelijk, maar de over schatting van de moraal ten koste van de my stiek zal een einde nemen. Het zal wederom aan de liefde zijn, dat men de christenen herkent. AD INTERIM De driejaarlijksche vergadering van den Ned. R.K. Fabrieksarbeid (st)ersbond „St. Willibrordus" is Zaterdag te Den Haag voortgezet. Vooraf hebben de deelnemers 'n plechtige H. Mis in de kerk van den H. Gerardus Ma- jella aan de Wenckebachstraat bijgewoond. In de Vrijdagavond gehouden vergadering waarin eenige huishoudelijke agendapunten werden afgehandeld, werd de bondsvoorzitter de heer P. J. Kleys, die aan de beurt van aftreden was, als zoodanig herkozen. Na afloop der vergadering heeft de heer Drabbe als voorzitter van het feestcomité namens de afdeelingen het bestuur een ge brandschilderd raam aangeboden, dat ge plaatst is in het bondsbureau aan den Rijs- wijkscheweg. Zaterdagochtend hebben de deelnemers, na de H. Mis het raam bezich tigd. Op de ochtendvergadering werd een aanvang gemaakt met de behandeling van de voorstellen van afdeelingen, waarvan vele van huishoude- liiken of redactioneelen aard. De afdeeling Meerssen stelde voor, dat de algemeene vergadering een uitspraak zou doen. hoe zij denkt over de invoering van de 40-urige werkweek. Het hoofdbestur was van meening, dat het ongetwijfeld tot verkorting van den arbeids tijd moet komen, om tot beperking van de werkloosheid te geraken. Of het gewenscht is, vast te houden aan het getal 40 uren is een vraag, waarover men van meening kan verschillen. Loon en tegemoetkoming zal in gemeen overleg geregeld dienen te worden. De afdeeling Utrecht betoogde, dat, wanneer thans de 40-urige arbeidsweek ingevoerd wordt, de werkloosheid in ons land tot het verleden zal behooren. Over dit voorstel werd niet verder gedebat teerd. De afdeeling Wormer wilde een commissie be noemen, welke de mogelijkheid zal nagaan, om te komen tot afschaffing van „De R.K. Fabrieks arbeider" en andere vakbladen. Het hoofdbestuur wees er op, dat in de diverse instanties hieromtrent geen overeenstemming heerscht en verwezenlijking van het plan thans niet de minste kans heeft. Het advies van het hoofdbestuur werd aangenomen. Verscheidene afdeelingen hadden*voorstellen ingediend om te komen tot contributieverlaging, gratificatiën en vergoedingen. Het bestuur betoogde, dat de bond geen phi- lantropisché, maar een strijdorganisatie is, en dat de weerstandskas in dezen tijd niet onder mijnd mag worden. De vergadering vereenigde zich met het advies van het hoofdbestuur. Om de deelneming voor een afvaardiging naar Rome te bevorderen bij de herdenking in 1941 van het verschijnen voor vijftig jaar van de encycliek Rerum Novarum, zal op voorstel van de afdeeling Meerssen jaarlijks f 1000 beschik baar worden gesteld. Naar wij vernemen, zal Jo Vincent 28 en 29 November in cle uitvoeringen van Beethoven's Missa Solemnis, onder leiding van Arturo Tos- canini, te Weenen, als soliste medewerken. De Edelvalk is op de uitreis te Belgrado ge land en heeft daarna de reis voortgezet. De Djalak is op de uitreis te Rangoon geland. De minister van Sociale Zaken heeft aan de Tweede Kamer een nota doen toekomen in ver band met de toezegging, welke hij in de Kamer gedaan had tot het instellen van een onderzoek naar de oorzaken van de toeneming der werk loosheid in de laatste jaren. De vermeerdering van het aantal niet tenge volge van seizoeninvloed werkloozen is te stel len op 329.000 geheel en 55.000 gedeeltelijk werk loozen. Het is een sinds jaren waargenomen ver schijnsel, dat het percentage der bevolking in den productieven leeftijd stijgt en er dus ver gelijkenderwijze in die leeftijdsgroep een teveel ontstaat, waarin een oorzaak van werkloosheid kan schuilen. Aan wijziging in den bevolkings opbouw kan een vermeerdering van het aantal werkloozen met 50.000 mannen en 14.000 vrou wen, te zamen uitmakende een aantal van 64.000 geheel werkloozen, geweten worden. Neemt men aan, dat deze 64.000 werkloozen zijn begrepen in de eerstgenoemde 329.000, dan zouden de overblijvende 265.000 geheel en 55.000 gedeeltelijk werkloozen het gevolg van andere oorzaken moeten zijn Uit de beschikbare cijfers blijkt, dat een aan zienlijk aantal personen meer ons land is binnengekomen dan er uit is vertrokken; ook hieraan moet een gedeelte van de stijging van het aantal werkloozen worden toegeschreven. Bij deze cijfers is o.m. buiten beschouwing gelaten het personeel in huishoudelijke dien sten. Indien de maatregelen, die in den laat- sten tijd ten aanzien van het werken van vreemdelingen zijn genomen en die thans ook van toepassing zijn op dienstboden e.d., er toe zouden leiden, dat het aantal personen van vreemde nationaliteit in huishoudelijke diensten zou afnemen, zou dit dus niet rechtstreeks van invloed zijn op de werkloosheid, waarvan tot nu toe een beeld is gegeven. Het is echter mo gelijk, dat een grootere vraag naar Nederland- sche dienstboden leidt tot vermindering van het aantal vrouwen, die een bestaan hebben of zoe ken in anderen werkkring en dus tot verminde ring van de werkloosheid, ook doordat daarin tot nu toe door vrouwen ingenomen plaatsen zouden kunnen worden bezet door mannen. Ten slotte worden uitvoerige beschouwingen gegeven over allerlei industrieën. De regeeringspersdienst deelt naar aanleiding van de voorbereiding van een nieuwe Land bouwuitvoerwet 1929 het volgende mede: De Landbouwuitvoerwet 1929 is niet een z.g. crisiswet; wijziging van haar kan dan ook be zwaarlijk vereenvoudiging, ja zelfs vervanging van een zevental bestaande crisiswetten ten gevolge hebben. De Landbouwuitvoerwet 1929 heeft tot doel de kwaliteit van bepaalde land bouwproducten bij uitvoer te waarborgen en is van kracht, oefent haar heilzamen invloed uit naast en onafhankelijk van de sedert 1931 krachtens de Crisisuitvoerwet 1931 of de Land- bouwcrisiswet 1933 uitgevaardigde crisisvoor schriften ter zake van den uitvoer van sommi ge landbouwproducten. Wel zijn er ter directie van den landbouw plannen gerezen een meer eenvoudig en ho mogeen systeem dan het thans geldende aan de Landbouwuitvoerwet 1929 ten grondslag te leggen. Hieraan wordt meer behoefte gevoeld, naarmate er meer landbouwproducten onder de regelingen der Landbouwuitvoerwet 1929 worden gebracht. Bij die beraamde wijziging der Landbouwuitvoerwet 1929 ligt het echter in de bedoeling, de daarbij thans geldende en juist bevonden wijze van uitvoering te laten voortbestaan, behoudens enkele, niet wezen lijke, veranderingen. Dezer dagen is een voor ontwerp tot wijziging der Landbouwuitvoerwet 1929 ter advies gezonden aan eenige belangheb bende organisaties. Zooals gemeld, heeft het bestuur van het R. K. Werkliedenverbond aan den minister van Sociale Zaken gevraagd ook de kastrekkers voor de extra-uitkeering van f 2.50 in aanmer king te doen komen. De Volkskr. meldt thans, dat de minister op dit verzoek gunstig heeft beschikt. Wanneer over de week van 13 tot 19 September het be drag aan kasuitkeering lager is geweest dan het bedrag, dat betrokkene ontvangen zou heb ben als steun plus den rijksdaalder extra, dan zal de kasuitkeering worden aangevuld tot een bedrag gelijk aan den steun plus f 2.50. Zaterdagmorgen is een vergadering te Den Haag gehouden van vertegenwoordigers van Gymnasia, middelbare scholen van het open baar en het bijzonder onderwijs. Op eenige scholen was gebleken, dat bij de jeugd cte behoefte bestaat, een geschenk aan de Prinses aan te bieden bij gelegenheid van haar a.s. huwelijk. Om versnippering te voorkomen, is op deze vergadering de wenschelijkheid overwogen, om deze bij de jeugd opwellende nationale ge voelens samen te voegen tot één groote daad van de Nederlandsche jeugd en dus te komen tot één landelijke organisatie. De vergadering besloot een commissie te be noemen, waarin bereids dr. Joh. H. van Bur- kom (Adelheidstraat 227, Den Haag) tot voor zitter werd gekozen, terwijl dr. W. van der Wijk het geldelijk beheer werd toevertrouwd Verder zal de commissie bestaan uit ouderen en uit leerlingen. Deze commissie zal provin ciale commissies in het leven roepen, om de geheele jeugd te omvatten, d.w.z. de gymna siale en middelbare scholen, de lagere, han dels- en nijverheidsscholen, enz., zoodat het geheele openbaar en bijzonder onderwijs hier bij betrokken wordt. Uitdrukkelijk is besloten, het geschenk te kiezen met goedkeuring van het Koninklijk Paar en in overleg met het nationale comité, zoodat het geschenk van de jeugd een onder deel van het nationale huldeblijk zal kunnen worden. De inzameling der gelden, die per hoofd laag zullen worden gehouden, zal plaats heb ben op een te voren vastgestelden dag, op een bepaald uur. De geheele Nederlandsche school jeugd zal dus op een ©ogenblik een bewijs van haar aanhankelijkheid aan het Oranjehuis kunnen geven. Zaterdagmiddag is onder zeer groote belangstelling het vliegveld ,,De Teuge", gelegen onder de ge meente Voorst officieel geopend. Het vliegveld is 60 H.A. groot en geheel gedraineerd. Het werk is uitgevoerd in werkverschaffing on der toezicht van de Ned. Heide Maatschappij. Bij de officieele opening was nagenoeg de geheele Nederlandsche luchtvaartwereld tegen woordig. Er waren een 25 sportvliegers met hun vliegtuigen gekomen. Een escadrille vlieg tuigen uit Soesterberg, onder commando van kapitein Van Weerden Poelman en een es cadrille vliegtuigen uit De Kooy bij Den Hel der onder commando van luitenant J. D. R. Beugeling waren aanwezig. De K. L. M. had een Douglastoestel gezonden ter bezichtiging en een aantal toestellen voor rondvluchten. Vele genoodigden kwamen voor de officieele opening in het clubhuis van het vliegveld bijeen. Wij bemerkten de burgemeesters van Apel doorn, Deventer en Zutphen. Mr. A. C. Baron van der Feltz, burgemeester van Voorst, be groette als voorzitter van de N. V. „De Teuge" de aanwezigen. Hij huldigde den heer H. J. Ankersmit voor zijn bemoeiingen by de voor bereiding, alsmede de ministers van Water staat en Defensie. De heer van Ede v. d. Pais voerde namens den minister van Waterstaat het woord. De heer C. Wassenaar sprak namens de Kamer van Koophandel en Fabrieken van Salland en bood als geschenk een vlag aan voor het clubhuis. Vice-admiraal Quant voerde als voorzitter van het Instituut voor Zweefvliegers het woord, Baron Krayenhoff namens de Algemeene Ne derlandsche Vereeniging voor Vreemdelingen verkeer en de heer Edo Bergsma namens den Koninklijken Nederlandschen Touristenbond. Mr. J. Dijckmeester, burgemeester van Zut phen huldigde namens de gemeenten Apel doorn, Deventer en Zutphen Baron Van der Feltz. Aan het einde van de plechtigheid zongen de aanwezigen het Wilhelmus. Hierna voerden de militaire vliegers eenige demonstraties uit van parade-vliegen en kunst vliegen. Ook de zweefvliegers demonstreerden. De heer T. B. Slot, constructeur van de Pan der, gaf een demonstratie met zijn „Schelde- musch". Op het terrein was ook de „Spin" tentoon gesteld, het eerste vliegtuig van Fokker. De Jeugd Luchtvaartclub demonstreerde met na gemaakte vliegtuigen. Prins Bernard, die des middags op den terug weg van Enschede naar 't Loo per auto met zün secretaris langs reed, bleef eenigen tijd vanuit den auto de verrichtingen gadeslaan. De rondvluchten trokken zeer veel liefheb bers. Voor Zondag en Maandag zijn er nog vliegfeesten georganiseerd. In de buurt van het vliegterrein is een feestterrein ingericht met vele attracties. H. M. de Koningin heeft jhr. mr. H. L. van der Wyck te 's-Gravenhage, secretaris van het voormalige comité voor het gedenkteeken van H. M. de Koningin-Moeder, benoemd tot rid der eerste klasse in de Huisorde van Oranje. Terwijl de chirurgische behandeling van been- en ge'wrichtstuberculose hoe langer zoo meer in onbruik raakt de zonne- behandeling geeft veel betere resultaten komt de chirurgische behandeling van long tuberculose meer in zwang. Het is nu wel veer tig jaar geleden, dat de Italiaan Forlanini op deze gedachte kwam, en wel naar aanleiding van iets, wat hij „in de natuur" had zien ge beuren. Wanneer een lijder aan longtubercu lose, die de long aanvreet en daar gaten in maakt, daarna ook nog gaat lijden aan een natte pleuritis, dan gebeurt het niet zelden, dat de eigenlijke longziekte niet meer verergert. Hiervoor was wel een redeiyke verklaring te virden. Immers, bij een natte pleuritis kunnen zich wel liters vocht bevinden in de borstholte, tusschen de borstkas en de long. De long wordt daardoor samengedrukt, en kan zich niet meer bij de ademhaling uitzetten. Maar daarmee komt de tong ook tot rust, en dit nu schijnt bij zonder heilzaam te zijn voor 3fe genezing van de longziekte. Forlanini heeft toen gedacht: „Wanneer wij nu eens op een andere wijze de long tot stilstand zouden kunnen brengen, wie weet of we dan niet een longtuberculose peter tot genezing kunnen brengen." En hij spoot lucht in, niet in de long natuurlijk, maar tus schen de long en de borstkas, en het gevolg was natuurlijk, dat Ce long werd samengedrukt de resultaten van deze methode waren zóó, dat men er mee doorgegaan is, hoewel langzaam; want er zijn ook verschillende bezwaren aan deze behandeling verbonden. Het voornaamste is wel, dat het borstvlies door deze luchtinpomping nog al eens geprik keld wordt, en antwoordt met een vochtige ont steking, een natte pleuritis; en dat was natuur lijk de bedoeling niet. Hoewel de methode zeer vaak met succes is toegepast, waren de resul taten toch niet alle even tevredenstellend. Men kan de verhouding tusschen long en borstvlies het beste voorstellen, door ze te ver gelijken met een voetbal. De binnenbai is de long, de buitenbal de borstkas. De buitenbal volgt de bewegingen van den binnenbai, de uitzetting en inkrimping. Stel u voor, dat er aan den buitenkant van den binnenbai een vlies is, en evenzoo aan den binnenkant van den buitenbal dan heeft u een voorstelling van het borstvlies. U moet er dan nog bijdenken. dat de buitenbal om het ventiel heen volkomen aan den binnenbai is vastgekleefd. Wordt er nu lucht gebracht tusschen binnen- en buiten bal. dan kan de binnenbai (long) zich niet meer uitzetten, niet meer opgeblazen worden. De methode van Forlanini kan soms niet toegepast worden, en wel wanneer de long aan de borstkas was vastgegroeid tengevolge van voorafgegane ontstekingsprocessen. Het borst vlies van de long is dan vast verbonden met het borstvlies van de borstkas, en de long kan dus niet meer samenvallen, want de ribbekast geeft niet mee. Dit zijn natuurlijk nog al ern stige gevallen, die dan ook vaak door de ge- wene behandeling met licht, lucht, rust en voeding met genezen werden. Duitsche chirurgen, vooral Sauerbruch, heb ber. toen een andere methode uitgewerkt, om de long samen te drukken. Deze methode is uiterst eenvoudig, maar zeer stoutmoedig. Men ging eenvoudig de geheele ribbenkast, dus den beenigen borstwand, aan één zijde (links of rechts, naargelang van de zijde waar de ziekte gezeteld is), kleiner maken en wel door uit elke ribbe een stuk weg te neniên. Daardoor wordt de borstkas natuurlijk aanmerkelijk kleiner. Wanneer men deze operatie voor de eerste maal, en dan nog met de geweldige -felheid, die het eeTst door Sauerbruch bereikt werd, ziet uitvoeren, staat men versteld. Met één groote snede van een halven meter lang worden op den rug de huid, het onderhuidsche weefsel en de geheele spierlaag gekliefd. Daarna wordt met verbazend groote tangen uit elk der ribben een stuk geknepen, en wel zoo, dat de stukken een eind wegspringen. Daarna wordt het been vlies bewerkt, en hier en daar afgeschraapt, op dat de einden van de ribben niet met een al te groote beenwoekering en knobbelvorming aan elkaar groeien. Ik vergeet nog te vermelden de bloedstelping: er moeten tientallen bloedvaten worden afge bonden. Ten laatste beginnen de hechtingen; de spieren, het onderhuidsche huid weefsel en de huid worden alle apart gehecht, zeker veer tig hechtingen, maar vaak nog veel meer. De operatie was in 22 minuten beëindigd; de chirurg Sauerbruch was zeer tevreden; de pa tiënt later ook, en wat het voornaamste is, nu nog, twaalf jaar later. Hoewel hij vijf jaar later een flinke herhaling moest ondergaan. Tegenwoordig doen verschillende chirurgen in ons land de operatie even snel, terwijl ande ren aan langzame uitvoering de voorkeur g- ven. (In 't algemeen schijnen de grootste chi rurgen langzaam geweest te zijn; maar men mag deze stelling niet omkeeren.) Met deze stillegging van de long was men echter nog niet tevreden. Zooals bekend. de long zich niet alleen naar voor en achter en ter zijde uit, maar ook naar onderen, waar het middenrif ligt. Dit is een groote platte spier, die als een koepel boven de buikingewanden staat. Hij wordt in de hoogte gedrongen door de buikingewanden; maar bij elke ademhaling trekt hij zich samen, drukt de buikingewanden naar onder, en maakt daardoor de borstholte grooter. Wanneer men nu dit middenrif aan één zijde zou kunnen verlammen, zou de long zich ook r_iet meer naar onderen kunnen uit zetten. Dit bereikt men door de zenuw, die het middenrif innerveert, gedeeltelijk weg te nemen. Deze zenuw loopt aan den hals en is gemakkelijk te bereiken. Er wordt een sneed je gemaakt, de z°nuw wordt opgezocht, doorgesneden en het onderste stuk vrij hardhandig verwoest. Zoo bereikt men dus een vrijwel volkomen stillegging van de zieke long. Merkwaardig is, dat de long zelf by al deze behandelingen niet wordt aangeraakt, en in zooverre is er dus eigenlijk geen verschil tusschen het feit, dat de been- en gewrichtstuberculose nog maar zelden chirurgisch wordt behandeld, en het feit, dat de long-t.b.c. wel met operaties wordt te lijf ge gaan. Integendeel, er is overeenstemming; bij beide soorten t.b.c. laat men het zieke orgaan zelf zooveel mogelijk met rust. De gewone behandeling, licht, lucht, voeding en rust, wordt bij deze chirurgische behandelin gen allerminst verwaarloosd. Immers het ge heele lichaam moet rust hebben en versterkt worden in den stryd tegen de ziekte. De eerst-genoemde behandeling heet pneu mothorax (van pneuma, lucht en thorax, borst kas), afgekort pneu. De tweede heet thoraco- plastiek (van thorax, en plasso, vormen, ver vormen); en de derde, de wegneming van de zenuw, heet phrenicus exairese, van nervus phrenieus, middenrifzenuw, en exaireo, uit trekken. Deze Grieksche namen zijn internatio naal. Dr. TH. H. SCHLICHTTNG Aan F. L. Loos, directeur der N. V. Gebr. Loos' Scheepvaart- en Expeditiebedrijf te Rot terdam, is verlof verleend tot het aannemen van zijn benoeming tot ridder in de Orde van Leopold van België. -w- et oudste officieele stuk,

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1936 | | pagina 5